DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
DE OORLOG.
fan het Zuidelijk Oorlogsterrein
VRIJDAG 19 MEI.
No. 118 Honderd en achttiende jaargang. 1916
AbanneneBtspriis pet 3 maanden f 1—, ft. p. post f 1.25. Advertentieprijs 10 et. p. regel, groots letters naar plaatsrnimte. Brieven fr. N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v.h. HERffls. COSTER A ZOOI), Voordam C 0. Telefnr. 3.
ENGELAND.
NEDERLAND.
ALKMAAR, 19 Mei.
Italiaansche militaire critici hechteü, naar
aan de Daily Telegraph wordt gemeld, niet
veel waarde aan het terugtrekken der voor
uitgeschoven Italiaansche liniën op het front
tusschen de stad Rovereto en het Gardameer.
Zij achten een offensief der Oostenrijkers op
groote schaal onwaarschijnlijk, vooral op
het zuidelijk front van Trentino, omdat de
Italianen na de Monte Altissimo te hebben
bezet, dien geducht hebben versterkt. Be
doelden berg hebben we op geen der be
schikbare kaarten kunnen vinden. Intusschen
blijkt uit de nadere berichten, dat de Italia
nen weer meer van de stellingen, welke zij in
den aanvang van den oorlog hebben ver
overd, moesten prijsgeven, terwijl Italiaan
sche tegen-aanvallen' werden afgeslagen.
De militaire medewerker van den Berlijn-
schen Morgenpost beweert, dat de Oosten-
rijksche troepen reeds de Italiaansche gren
zen overschreden hebben, maar het komt ons
voor, dat dit voorbarig is.
Bij Verdun hebben de Duitschers op den
linker Maas-oever na eenige dagen van rust
opnieuw gepoogd vorderingen te maken op
de stellingen in het Avocourtbosch, him aan
vallen werden afgeslagen, terwijl Fransche
aanvallen het voordeel opleverden van een
Duitsche loopgraaf ten noorden van hoogte
287 en van een klein Duitsch fort, zegt het
Fransche communiqué (Havas spreekt van
een krachtig versterkt blokhuis) op de noordL
westelijke helling van hoogte 304.
Een onderzeeër, waarschijnlijk een Russi
sche, heeft in de Oostzee zijn slag geslagen
De Duitsdie stoomschepen Holga (2100 ton),
Bianca (1100 ton) en Hera (4700 ton) zijn ge-
torpilleerd.
In de Noordzee zonken het Engelsche
stoomschip Max Research en het Fransche
stoomschio Mira (3050 ton).
Naar minister Grey in het Engelsche La
gerhuis mededeelde, waren er van het Vati-
caan uit stappen gedaan bij de Duitsche re
geering ten einde haar te bewegen den on
derzeeërs-oorlog op te geven. Over de moge
lijkheid van vredesonderhandelingen had het
Vaticaan tot dusverre met niemand in ver
binding gestaan.
Het te Berlijn verrichte onderzoek naar
den ondergang van de „Tubantia" heeft be
wezendat er dolende torpedo's zijn. Bui
ten kijf is, dat de ramp te wijten is aan een
Duitsche torpedo. Deze torpedo heeft be
hoord tot de bewapening van een Duitschen
onderzeeër. De commandant van dien onder
zeeër is aangewezen. Die commandant heeft
echter verklaard, dat deze torpedo op 6
Maart tegen een Britsch oorlogsvaartuig is
gelanceerd, doch haar doel heeft gemist
Blijkbaar heeft de torpedo op zee rondge
zworven en heeft den 16en Maart de „Tu
bantia" getroffen. Maar dan de bellenbaan,
welke twee getuigen voor den Raad van
Scheepvaart verklaarden te hebben waarge
nomen Zoueen andere Duitsche onder
zeeër de dolende torpedo hebben opgevischt
en op de „Tubantia" hebben gericht? Zou
een mogelijkheid, welke we zonder bronver
melding gaarne afstaan aan de Toekomst
een Engelsche onderzeeër die torpedo heb
ben gesnapt en weggeschoten?
Onze regeering laat het er intusschen niet
bij zitten. Zij zal stappen doen om op een
dieper gaand onderzoek aan te dringen, ten
einde volledige klaarheid te brengen.
Ook naar den ondergang van de „Batavier
V" zal een onderzoek worden ingesteld.
Het Oostenrijksche legerbericht meldde
gisteren:
Aan het kustfront en het front in Karin-
thië werd de artillerie-actie meestal belem
merd door den mist.
Ten zuidoosten van Monfalone werd een
poging der Italianen om de stelling bij Bag-
ni, die zij onlangs verloren hadden, te her
overen, verijdeld.
In het Col di Lana-gebied mislukten ver
schillende aanvallen van den vijand.
In Zuid-Tirol namen de Oostenrijksche
troepen in een aanval tusschen Astach en
Lai Naldi (Astico Leno-dal) den Maggico in
bezit, maakten zich, na door het Laindal
(ten zuidoosten van Platzu, jPiazza) te zijn
getrokken, meester van de Costa Belle en
sloegen ten zuiden van Moscheri verscheiden
vijandelijke aanvallen af.
Gisteren werden wederom 900 man, on
der wie 12 officieren, krijgsgevangen ge
maakt; heden werden 18 kanonnen en 18 ma
chinegeweren veroverd.
Het legerbericht ontkent verder de juist
heid van de mededeeling in de Italiaansche
communiqué's van 16 en 17 deZer, dat de
Oostenrijkers in de jongste gevechten zware
verliezen hebben geleden, en verklaart, dat
de verliezen integendeel uiterst gering wa
ren.
DE FINANCIEELE TOESTAND.
Bij de tweede lezing van de wet op de
middelen verklaarde minister Chamberlain in
net Lagerhuis ten aanzien van de algemeene
financieele positie, dat de huidige toestand
der Engelsche financiën, ondanks de weerga-
looze verstoring van den handel, de kracht
van de natie had getoond. De inkomsten van
Engeland zijn gestegen van 2400 millioen
gulden op 6 milliard. Geen ander land had
getracht dit na te doen en geen ander land
zou het hebben kunnen doen.
De minister stelde tegenover de actie van
Engeland, dat 3600 millioen gulden inkom
sten meer had weten te verkrijgen, de ver
meerdering in Duitschland met 300 millioen.
„Hadden wij van onze hulpbronnen te veel
geëischt", zoo zeide hij, „dan zoude de be
lasting minder hebben opgebracht. Dit is
echter niet het gevaL De huidige inkomsten
gaan de raming verre te boven."
Sprekende over de kwestie van het herstel
van den handel na den oorlog, verklaarde de
heer Chamberlain, dat niemand de grenzen
kon aangeven van mogelijke overeenkomsten.
Er was geen enkele afdeeling in het Huis, die
van meening zou zijn, dat het werk van den
wederopbouw aan het toeval kon worden
overgelaten en niemand is er, die gelooft dat
een politiek van „laiser faire" kan wordlen
gevolgd. De algemeene opvatting is dat het
rijk moet helpen, organiseeren en steunen en
bevorderen, dat de hoofdindustrieën blijven
bestaan en dat de industrieën, die Engeland
niet had bij het begin van den oorlog, maar
die voor het land een levensbelang zijn, niet
weder vernietigd worden, maar gehandhaafd
blijven, voor zoover zij noodig zijn voor het
ongestoorde leven van het volk.
Nooit, hetzij thans of in de toekomst zou
de minister zich gebonden achteen precies dat
gene te doen, hetgeen vóór den oorlog wera
bepleit
Het merkwaardigste in verband met de be
grooting noemde de heer Chamberlain de
ontvangst, die haar bij het Huis en het land
ten deel was gevallen. Engeland had voor
leger en vloot ontzaglijk veel moeten doen,
maar niet verder dan dit, niet alleen voor het
succes van de Engelsche operaties, maar ook
voor die van de geallieerden, was de finan
cieele kracht en de stabiliteit der hulpbron
nen van het land. Ieder, die de Duitsche bla
den volgt, weet dat die bladen de financieele
kracht van Engeland beschouwen als de
maatstaf van de weerstandskracht van de ge
allieerde volken.
In plaats van, naarmate de oorlog duurde,
zwakker te worden, zijn de Engelschen in
kracht toegenomen en na de ondervinding,
die zij hebben opgedaan, het vertrouwen dat
zij hebben verkregen en den eerbied, dien zij
hebben ingeboezemd door him actie.
HET VATICAAN EN DE
ONDERZEEëRSOORLOG.
Minister Grey deelde in het Lagerhuis me
de: „De Engelsche vertegenwoordiger bij
het Vaticaan bericht, dat het Vaticaan met
niemand in verbinding is getreden over de
mogelijkheid van vrede, maar dat het vertoo-
gen tot Duitschland heeft gericht ten einde
dit land te bewegen den onderzeeërsoorlog
op te geven.
KORTE BERICHTEN.
Tot einde 1915 zijn er 8568 Duitsche
onderwijzers gesneuveld, waarvan 5158
Pruisen.
De eerste der treinen, waarmee volgens
het onlangs gesloten verdrag Duitschland en
Roemenië hun binnen landsche producten zul
len uitwisselen, is in Roemenie aangekomen.
Het schijnt, volgens Wolff, dat de Ame-
rikaansche Regeering een scherpe protest-no
ta aan Engeland voorbereid over de belem
mering van het postverkeer van en naar Ame
rika, vooral wat stukken van neutralen af
komst betreft.
De 25ste verjaardag van het Fransche
Russische verbond is te St. Petersburg, waar
de Fransche ministers Thomas en Viviani op
't oogenblik zijn,met een feestmaal en bijbe-
hoorende toespraken gevierd.
DE „TUBANTIA".
(Officieel). Departement van Marine.
De besprekingen van den kapitein luitenant
ter zee Canters te Berlijn betreffende de oor
zaak van den ondergang van het Nederland-
sche stoomschip „Tubantia" hebben niet tot
een afdoend resultaat geleid.
Na onderzoek van eenigem etaalstukken,
welke in de sloepen der „Tubantia" waren ge
vonden, heeft de Duitsche admiraliteit erkend
dat deze afkomstig waren van een Duitsdie
torpedo, welke tot de bewapening van een
Duitsche onderzeeboot behoorde.
De commandant dier boot heeft verklaard,
dat deze torpedo niet op 16 Maart tegen de
„Tubantia" maar reeds op 6 Maart tegen een
Britsch oorlogsvaartuig is gelanceerd, doch
haar doel heeft gemist.
De Nederlandsche regeering zal stappen
doen om op een dieper gaand onderzoek aan
te dringen, ten einde volledige klaarheid in
het gebeurde met de „Tubantia" te brengen.
DISTRIBUTIE VAN AARDAPPELEN.
De directeur van de Aardappelenvereeni-
ging deelt, naar aanleiding van het bericht,
dat het Rijksbureau voor Distributie van
Groenten enz. 100 wagons aardappelen ter
beschikking zal stellen van de gemeentebestu
ren, het volgende mede:
Door de Aardappelvereeniging zijn ten be
hoeve van gemeentebesturen ter beschikking
gesteld van het Rijks Distributiekantoor van
levensmiddelen: één tot twee millioen kilo
gram klei-aardappelen tegen den prijs van
4,50 per 100 K.G. franco station van afla
ding.
EEN ONTVLUCHTE GEÏNTERNEERDE
GEARRESTEERD.
Gisteren arresteerde de rijkspolitie in den
IJpolder den Belgischen soldaat F. v. d. O.,
die geruimen tijd geleden uit het intemee-
ringskamp te Harderwijk was gevlucht en nu
hier bij een boer werkte. Men had zijn ver
blijfplaats ontdekt en daar 't bekend was, dat
de ontvluchte steeds een groot mes bij zich
droeg en hij tot verzet in staat was, werden de
arbeiders eerst naar een bepaald; plaats out
boden, waar zich twee rijksveldwachters ver
borgen hadden. Zij kwamen toen plots met
geladen revolvers te voorschijn en arresteer
den den Be'g. (Tel.)
DE UITVOER VAN VEE.
Van deskundige zijde verneemt het Haag-
sdhe Correspondentiebureau, in verband met
hetgeen reecis gemeld is over den bekenden
uitvoer van melk- en drachtig vee, dat in an
dere jaren van dit soort vee veel meer wordt
uitgevoerd en dat dit ook geen vee is, dat de
slagers noodig hebben, zoodat er dan ook in
den uitvoer van dit vee geen aanleiding Wrs
voor duurzame veihooging van den vleesdi-
prijs. Wel kon een oogenblik dientengevolge
dem arkt een oogenblik in de war komen,
maar zulks moest zich spoedig herstellen. De
markt te Delft was dan ook heden weder be
langrijk lager en er kan worden verwacht, dat
de slagers hun vleeschprijzen nu weder zullen
verlagen tot het vroegere peil.
BLNN'SNLAND.
TWEEDE KAMER.
De beraadslaging oved art. 26 van het ont
werp tot heffing van oorlogswinstbelasting
met de daarop door den heer Ji. ter Laan c. s.
en den heer Ankerman ingediende amende
menten werd voortgezet.
De heer Marchant (v. d., Dev.) motiveerde
zijn stem voor het amendement-ter Laan.
De heer (u. 1., Haarl.) zette uiteen, waar
om de meerderheid van de comm. v. rapp. te
gen hetzelfde amendement maar de geheele
commissie voor het amendement-Ankerman
is.
Het amendement-ter Laan werd verworpen
met 47 tegen 19 stemmen, het amendemenit-
Ankerman met 52 tegen 14 stemmen, waarna
art. 26 met de artt. 2791 werden aangeno
men.
Bij art. 92 besprak de heer Boissevain (v.l.,
Amstl VII) dev raag, of de compensatie, die
gegeven wordt bij gemaakte verliezen in het
eene jaar tegenover de winsten in een ander
jaar, volledig zal zijn.
De minister van financiën erkende dat het
artikel aanleiding geeft tot een dubium,
maar de bedoeling is dat compensatie moge
lijk zal zijn, ook als in 1914 geen aanslag in
de oorlogswinstbelasting heeft platas gehad.
Op een vraag van den heer Nierstrasz (v. 1.,
Amst. VI) antwoordde de minister, dat hij
bezwaar heeft de compensatie van 2 op 3 ja
ren te brengen.
De artt. 92 93 werden aangenomen.
Bij art. 94 verklaarde de heer Teenstra (v.
d., Zuid-Horn) te zullen tegenstemmen we
gen zijn bezwaar tegen de vrijstellingen.
De minister verklaarde mee te gaan met
den wenk van den heer Fock (u. 1., Haarlem)
om uit het eerste lid de verdedigingsbelasting
terug te nemen. Hij bestreed het denkbeeld-
Teenstra om het geheele artikel te schrappen.
De heeren Fock en ter Laan (S. D. A. P.,
Rotterdam V.) bestreden en ondersteunden
het denkbeeld Teenstra. Nadat de heer v. d.
Velde, (a. r., Delft) inlichtingen had ge
vraagd over den aftrek in de gemeentelijke in
komstenbelasting en de minister had geant
woord, werd het art. aangenomen met 4619
stemmen.
De artt. 95 100 werden aangenomen,
evenals het wetsontwerp.
Aangenomen werd het wetsontwerp inzake
tijdelijke suikeibelasting, evenals dat betref
fende successierechten.
Aan de orde waren de ontwerpen tot natu
ralisatie van J. J. Wamsdorff en 25 anderen.
De heer van Doorn (u.l., Gouda) ontwik
kelde ook in verband met de tijdsomstandig
heden, bezwaren tegen de gemakkelijke wijze,
waarop naturalisatie wordt verleend. Spr.
wenschte dat vast stond die wie het Neder
landerschap wenscht, zich ook Nederlander
gevoelt. Dit blijkt slechts een der candidaten
te doen, bij de grootste helft is de reden, dat
zij dan niet meer uit het land gezet kunnen
worden. Spr. behandelde in bijzonderheden
de verklaringen van verschillende candidaten.
Spr. geeft den minister in overweging, de
Kamer vollediger in te lichten of het ontwerp
terug te nemen.
De heer Knobel (v. 1., Zwolle) meende dat
de oppositie te veel achteraf komt en in strijd
is met de traditie van gastvrijheid van ons
land. Hij meende dat de regeering niet te kort
is geschoten met haar plicht.
De heer Beumer (a. r., Kampen) onder
steunde het betoog van den heer van Doom.
De minister wil de bevoegdheid tot uitzetting
en intemeering van vreemdelingen in dezen
tijd prijs geven en spr. waarschuwde daar
ernstig tegen.
Na de pauze werd de ouderdomswet aan
genomen met 51 tegen 34 stemmen (links te
gen rechts.
Voortgaande met de behandeling der natu
ralisatie ontwerpen zeide de heer van Hamel
te willen, dat de naturalisatie-ontwerpen
'steeds zouden worden behandeld door de
commissie van voorbereiding, die altijd de
zelfde zou moeten zijn, zoodat een vaste com
missie zou ontstaan.
De heer De Beaufort wil niet meer natura-
liseeren tijdens den oorlogstoestand en voorts
van belanghebbenden een schriftelijke verkla
ring eischen, dat zij Nederlandsche nationa
liteit boven iedere andere nationaliteit.
Minister Ort betoogde, dat het een Neder-
landsch belang is, kinderen van vreemdelin
gen Nederlanders te maken en dat daartoe
noodig is, de ouders niet naar het buitenland
te drijven. Als maatregelen tegen naturali
seerde vremedelingen noodig zijn, is een
noodwetje spoedig tot stand gekomen. Wel
wil de minister toegeven dat in het vervolg
het onderzoek nog intensiever zal zijn dan tot
het dusver reeds was.
Nadat de stemming over het eerste ontwen)
door onvoltalligheid was mislukt, werd de
uur.
H. M. DE KONINGIN
IN NOORD-BRABANT.
Gistermorgen is H. M. met gevolg per
auto uit Geertruidenberg gegaan naar de
Molenhei onder de gemeente Reijen, ten ein
de een inspectie te houden over de tronen,
die in de omstreken gelegerd zijn.
Nabij de Vijf Eiken steeg H. M. te paard,
om in gezelschap van den commandant van
het veldleger, generaal Terwisga, en gevolg,
naar de heide te rijden. Hier werden door de
cavalerie, vervolgens door de infanterie en
de wielrijders en ten slotte door de veldartil
lerie eenige manoeuvres uitgevoerd, waarna
H. M. eene inspectie over de troepen hield,
die daarna voor H. M. defileerden.
Na afloop daarvan keerden H. M. en ge
volg naar Geertruidenberg terug, waar de
koninklijke trein H. M. had opgewacht en
vanwaar de terugreis naar E>en Haag via
Rotterdam plaats had. (TeL).
MINISTER POSTHUMA ONGESTELD.
Aan. „Het Volk" wordt uit Den Haag be
richt, dat Minister Posthuma ernstig onge
steld is. Een dezer dagen is hij tijdens zijn
werk buiten bewustzijn geraakt. De Minister
schijnt eenige maanden rust te moeten ne
men.
Het Haagsche Correspondentiebureau
meldt:
Inzake de ongesteldheid van minister Post
huma, waromtrent de laatste dagen in parle
mentaire kringen reeds niet nader bevestigde
geruchten liepen, zijn wij thans gemachtigd
het volgende mede te deelen
De Minister heeft in het jaar 1906 ver
schijnselen gehad, welke wezen op een hart-
aandoening. Hij heeft toen een kuur door ge
maakt onder toezicht van een medicus hier ter
stede. Na dien tijd deden zich de verschijnse
len nooit weder voor tot ongeveer voor een
week of zes. De Minister heeft zich toen onder
behandeling gesteld van denzelfden medicus
en getracht aan een eventueel verlof te ontko
men, doch j. 1. Zondag verklaarde de dokter,
dat hij de verantwoordelijkheid niet langer
wilde dragen, wanneer de Minister niet een
verlof nam van ongeveer 6 tot 8 weken. De
Minister zal nu Zaterdag zijn departement
verlaten en eerst een kuur doormaken van 14
dagen in Den Haag, om zich daarna naar
buiten te begeven.
Tevens berichtte het Corr. Bureau
Naar wij vernemen, heeft de Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel, in verband
met de omstandigheid, dat hij Zaterdag voor
eenigen tijd zijn departement verlaat, deze
week besteed om de loopende zaken zooveel
mogelijk af te wikkelen en omtrent den gang
van zaken voor de komende weken zooveel
mogelijk instructies te geven.
Er is geen sprake van, dat hij zijn ambt
den laatsten tijd ten gevolge van zijn onge
steldheid niet zou hebben kunnen vervullen.
Het bericht in een der bladen, als zou hij
tijdens zijn werkzaamheden het bewustzijn
hebben verloren, is volkomen uit de lucht ge
grepen.
Tijdens zijn kuur zal de minister in zoover
het verband met zijn departement aanhouden,
dat het noodig is, dat een ander Min. tij
delijk met de waarneming van zijn ambt
wordt belast.
WET OP DE
VERMOGENSBELASTING.
De Commissie van Rapporteurs der Twee
de Kamer kwam gisteren over het wetsont
werp tot wijziging der wet op de vermogens
belasting bijeen.
KAMERLEDEN.
Het Kamerlid dr. Nolens was gisteren on
gesteld geworden en kon de vergadering niet
bijwonen. Het Kamerlid dr. Van Best is
naar het buitenland vertrokken en kap de2e
week niet in de Kamer komen. Het Ka
merlid de heer Schaper, zal voorloopig voor
zitter der sociaal-democratische fractie blij-
ven, omdat mr. Troelstra nog niet geregeld
aan de werkzaamheden deelneemt.
De heer Van den Berch van Heemstede
heeft den voorzitter der Tweede Kamer be
richt wegens voortdurende ongesteldheid
verhinderd te zijn de Kamervergaderingen bij
te wonen. (Tel.).
Gemengd nieuws.
REGEERINGSBROOD.
Te Leiden is aan alle houders van brood
kaarten een circulaire gezonden, waarin het
standpunt van den Minister is aangegeven.
De beoordeeling, of de tegenwoordige hou
ders van broodkaarten al dan niet dezen re-
geeringssteun behoeven, is aan henzelven
overgelaten.
MIDDEN-NOORD-HOLL.
WATERLEIDING.
De commissie voor de Midden-Noordhol-
landsche waterleiding heeft van den Minister
van Binnenlandsche Zaken bericht ontvangen
dat de min. in beginsel bereid is bevorderen,
dat onder nader te bepalen voorwaarden aan
een onderneming, opgericht op de technische
en financieele grondslagen, vermeld in 't rap
port betreffende een centrale drinkwatervoor
ziening in Midden-Noord-Holland, een risi
cogarantie worde verleend, bestaande in het
uit 's rijks kas beschikbaar stellen van rente-
looze voorschotten, die bestemd zijn tot het
dekken van tegen de verwachting in optreden
de tekorten, welke zich nog mochten voordoen
indien het voor bestrijding van de te verwach
ten tekorten bestemde reserve-kapitaal der on
derneming is verbruikt, onder voorwaarde,
dat het provinciaal bestuur van Noord-Hol
land zich bereid verklaart van deze rentelooze
voorschotten een derde voor rekening der pro
vincie te nemen.
Daar in de onlangs te Purmerend gehou
den vergadering van de betrokken gemeente
besturen de deelneming aan de onderneming
alleen van deze toezegging van risico-garan
tie afhankelijk werd gesteld, opdat de gemeen
tebegrootingen ook na jaren zelfs niet door de
waterleiding met eenig nadeelig slot belast
zouden worden mag thans de totstandkoming
der onderneming wel verzekerd worden ge
acht. Aan een geheele landstreek, inzonder
heid bijna alle gemeenten van Waterland
waar als gevolg van de overstrooming ook de
drinkwatervoorziening aandacht zal vragen,
zal deze waterleiding een weldaad kunnen be
wijzen.
Reeds verklaarden zich in beginsel tot deel
neming bereid Broek in Waterland, Heems
kerk, Wormer, Wijdewonmer, Jisp, Schermer-
hom en Zuid- en Noord-Schermer.
(Hbld.)
DUURTET OE SLAG
AAN ONDERWIJZERS.
Het Hoofdbestuur van dén Bond van Ne
derlandsche Onderwijzers heeft het volgend
voorstel ingediend:
De leden van den Bond van Nederlandsche
Onderwijzers weigeren aan te nemen wat de
regeering hen op grond van de duurtetoe-
slagwet op hun salaris wil toeleggen. Aan
de leden (behalve aan hen die dit niet verlan
gen) wordt een gelijk bedrag als zij volgens
deze wet van regeeringswege zouden ontvan
gen, uit de weerstandskas uitgekeerd.
EEN VREEMDE ONTMOETING
OP ZEE.
Men meldt aan die Haagsche Nieuwe Cou
rant:
Een zeer vreemde ontmoeting op de
Noordzee had de Nederlandsche kof tjalk
„God met ons", kapitein De Vries, uit Gro
ningen, welke de vorige week van Harlin-
gen, laatst van IJmuiaen, te Londen aan
kwam. i,| b|iW
Op niet al te grooten afstand van de Ship-
wash zag men iets drijven, dat bij het opha
len een vlaggestok bleek te zijn waaraan nog
een Noorsche vlag verbonden was, waar
schijnlijk afkomstig van een getorpilleerd
Noorsch stoomschip.
Even verder zag men wederom iets drij
ven, dat op een vlaggestok met vlag leek,
zoodat men het wilde ophalen. Men stak een
haak uit en.... had een periscoop beet
Men kan zich de groote verbazing en den
schrik der opvarenden van de tjalk voorstel
len toen men de oorlogsvlag een natievlag
met ijzeren kruis van een Duitsche duik
boot zag.
Blijkbaar had de duikbootcommandant het
zeilschip niet zien naderen, want dan zou hij
wel op zij gegaan zijn.
EEN LANDSTORMER RAADSLID?
Een zonderling geval doet zich in den lan
de voor:
Artikel 23 van de Gemeentewet schrijft
voor, dat het raadslidmaatschap onvereenig-
baar is met de betrekking van krijgsman in
werkelijken dienst. Aangezien nu zij, die een
verbintenis bij den vrijwilligen landstorm heb
ben aangegaan, zich in werkelijken militairen
dienst bevinden en o. a. ook bij misdrijven
voor den krijgsraad terecht moeten staan mag
een raadslid geen vrijwillig landstormer zijn,
en dus een vrijwillige landstormer geen raads
lid. Toch is tot heden het nog niet voorgeko
men dat een lid van den vrijwilligen land
storm zijn recht als raadslid verloor. Ook niet
dat een zitting waar een raadslid landstor
mer was onwettig is verklaard. Want de be
doeling kan toch niet geweest zijn dat deze
landstormers als militairen beschouwd wer
den. En toch is een landstormer, een militair,
in werkelijken dienst. De verwarring zal nog
meer toenemen, o. m. in het geval van den
heer Wolzak te Renkum, lid der gemeente
raad. Hij is toegetreden als vrijwillige land
stormer en nu oordeelde Burgemeester en
Weth. van Renkum volgens art. 23 van de ge
meentewet den heer W. vervallen als raads
lid. Bij gevolg moet nu een nieuwe raadsver
kiezing plaats hebben. Want niet-bevoegden
mogen in geen raadsvergadering zitting heb
ben, als zijnde dan die zitting onwettig. Het
geval te Renkum is echter nog ingewikkelder,
daar de heer W. reeds van af de oprichting
van de landstormafdeeling aldaar landstor-
ALKMAARSCHE COURANT.