DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. No. 123 Honderd en achttiende jaargang. 1916 HONDERDAG 25 MEI. Abonnementsprijs per 3 maanden f 1.— fr. p. post f 1.25. Advertentieprijs 10 ct. p. regel, groote letters naar i. Brieven fr. N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v.h. HERIYIs. COSTER tf ZOON, Yoordam C 9. Telefnr. 3. Broodvoorziening. Stemming Gemeenteraad. Vergadering v. d. gemeenteraad v. Alkmaar. De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR brengt hierbij ter algemeene kennis, dat door hem K'eeu gebruik zal worden gemaakt van de hem door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Han del verleende bevoegdheid, 0111 met ingang van Zaterdag 27 Mei a.s. (voor de Joodsche bakkerijen van 26 dezer af) bel bakken van wittebrood op Zaterdag (voor de Israëlieten op Vijda toe le Mta.au, in verband met daartegen bestaande bezwaren. Alkmaar, 24 Mei 1916. De Burgemeester voornoemd, O RIPPING. De BURGEMEES 1 ËR der gemeente ALK MAAR brengt overeenkomstig art. 55 der Kieswet, ter algemeede kennis, dat de stem ming ter benoeming van een lid van den Gemeenteraad in het 1ste kiesdistrict zal plaats hebben op ItlNSDAfci 30 MEI a.»., van des voormiddags 8 tot des namiddags 5 uur. Candidaten zijn BAK, F. BOSMAN Mr. W. C. ELFRING, J. H. VEER VAN T, K. Artikel 128 wan het Wetboek van Straf recht luidt: ..Hie, die opzettelijk zich voor een ander uitgevende, aan eene krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven verkiezing deel neemt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste één jaar Alkmaar, den 24 Mei 1916. De Buigemeester voornoemd G. RIPPING. Voorzitter de Burgemeester de Heer G. RIPPING. Secretaris de Heer DONATH. Aanwezig 16 leden. Afwezig met kennisge ving de heeren Stoel en Leguit. 1 Vacature. a. een schrijven d.d. 20 April 1.1. van den heer A. Fortuin, houdende bericht, dat hij ontslag neemt als lid van den Raad. b. een schrijven d. d. 9 Mei van Mej. Pot- harst, houdende dankbetuiging voor hare benoeming tot onderwijzeres aan de 3de Gemeenteschool. c. een schrijven d. d. 26 April 1.1. van Mej. Koch, houdende dankbetuiging voor hare benoeming tot onderwijzeres aan de 1ste Gemeenteschool. d. een schrijven d. d. 10 Mei J. 1., No. 13 van de Ged. Staten, ten geleide van het goed gekeurde raadsbesluit van 19 April 1. 1., no. 10, tot aankoop van het perceel Houttil 14. ae voor kennisgeving aangenomen. e. een adres, ongedateerd, den 19 April 1. 1., ontvangen, van de Alkmaarsche Vereeni- ging van Handelaren in Brandstoffen „Gemeenschappelijk Belang", verzoekende ten spoedigste eene beslissing te nemen be treffende de te maken spoorlijn langs de kanaalkade De Voorzitter zegt, dat de beslis sing niet van hem afhangt en stelt daarom voor het adres voor kennisgeving aan te ne men. Aldus besloten. f. een adres van d. d. 30 April 1. 1. van de ge zamenlijke leeraren aan het Gymnasium, houdende het verzoek hunne jaarwedden te willen herzien. Voor kennisgeving aangenomen. De heer C 1 o e c k heeft tegen dit adres hetzelfde bezwaar als tegen dat der arbei ders Hij dringt er op aan, dat de heeren hun advies wat nader uitwerken. Met welke gemeenten moeten we de zaak vergelijken De heeren zeggen maar, dat de salarissen achterstaan bij andere gemeenten, maar wel ke gemeenten bedoelen zij? Het adres wordt in handen gesteld van B. en W. om bericht en raad. g. een schrijven d. d. 8 Mei 1.1., no. 126, van de Rijkscommissie tot het opmaken en uit geven van een inventaris en eene beschrij ving van de Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst, daarbij verzoe kende te willen besluiten tot aankoop van het pakhuis „de Vigilantie". h. een adres d d 13 Mei 1.1. van het bestuur der vereeniging „de Ambachtsschool voor Alkmaar en Omstreken", houdflide het ver zoek de subsidie voor die school met ƒ1000 te willen verhoogen en te brengen op ƒ12318. i. een adres d.d. 20 Mei 1.1. van de afd. Alk maar van den Ned. Bond van werklieden in openbare diensten en bedrijven, houden de het verzoek in art. 8 van het werklieden reglement de daar gemaakte uitzondering inzake de werkuren voor de stokers aan 't gemeenteslachthuis te doen vervallen. j. een adres d.d. 20 Mei 1.1. van bewoners en eigenaren van perceelen aan den Kooltuin, daarbij verzoekende te willen besluiten tot demping van genoemde gracht. f k in steld in handen van B en W. om bericht en raad. k. een adres, ongedateerd, den 20 Mei 1.1. ontvangen van j. Lind Az. c. s. houdende het verzoek, indien tot demping van den Kooltuin wordt besloten, de achter hunne perceelen komende strook grond in erf pacht te mogen ontvangen. 1. een schrijven d.d. 16 Mei 1.1. van de Com missie ad hoe, inzake de levering van lino leum ten behoeve der 6de gemeenteschool, waarbij over gehoemd onderwerp rapport werd uitgebracht. De commissie, bestaande uit de heeren Ringers, Cloeck, Fortuin en Leguit, deelt me de, dat liet haar bij onderzoek gebleken is, dat de heer directeur der gemeentewerken verzuimd heeft te onderzoeken, of de Alk maarsche behangers en stoffeerders in staat waren aan de te stellen leveringsvoorwaar den te voldoen. De commissie zou het op hoogen prijs stel len wanneer bij voorkomende levering ten behoeve van de gemeente-inwoners van Alk maar de gelegenheid gegeven zal worden daarnaar in te schrijven. Het lid der commissie, de heer den Boes- terd, heeft geen enkele vergadering bijge woond reden waarom 't rapport niet door liern onderteekend is geworden. Het rapport wordt voor kennisgeving aangenomen. m. een adres d.d. 23 Mei 1.1. van de afdeeling Alkmaar van het Ned. Ond.. Gen., houden de het verzoek de jaarwedden der onderwij zers te willen herzien. Gesteld in handen van B. en W. om be richt en raad. n een schrijven, ongedateerd, den 5en Mei ontvangen van mej. dte Wed. B. J. Veer, daarbij het pakhuis „de Vigilantie" aan de gemeente te koop aanbiedende voor 4000. Gesteld in handen van B. en W. om be richt en raad. o. een adres d.d. 22 Mei 1.1. van het Bestuur van den Bond „Meemschut", inhoudende het verzoek te willen besluiten tot aan koop van het pakhuis genoemd sub letter n. Als voren. p. een schrijven d.d. 22 Mei 11. .van den heer J. Eits, houdende dankbetuiging voor zij ne benoeming tot onderwijzer aan den cursus in de Fransche taal aan de 6e Ge meenteschool. BENOEMING STEMBUREAUX, B. en W. stellen den Raad voor te benoe men (de buiten de leden van den Raad voor gedragen personen voor den tijd van twaalf maanden) u. voor de verkiezing van een lid van den gemeenteraad: lo tot leden van het stembureau in het Jste stemdistrict van het le kiesdistrict, waarvan de Burgemeester ambtshalve Voor zitter is, de heeren: Mr. A. J. M. Leesberg en F. H. Ringers Sr., en tot plaatsvervangende leden de heerenFi. G. Preijer en C. G. de Wild; 2o. tot leden van het stembureau in het 2e stemdistrict van het 1ste kiesdistrict, de hee ren: A. G. den Boesterd, P. N. Leguit en O. J. Verkerk, (uit deze heeien moet door den Raad een Voorzitter worden aangewezen), en tot plaatsvervangende leden de heeren D. Govers en J. Houtsmuller; b. voor de verkiezing van een lid der Provinciale Staten: lo. tot leden van het stembureau in het lste stemdistrict, waarvan de Burgemeester ambtshalve Voorzitter is, de heeren H. P. Ibink Meienbrink en J. de Lange C.Jz., en tot plaatsvervangende leden de heeren: H. G. Preijer en C. G. de Wild; 2o. tot leden van het stembureau in liet 2de stemdistrict, de heeren: G. Th. M. van aen Bosch, J. Cloeck en A. F. ThTmsen, luit deze heeren moet door den Raad een Voorzitter worden aangewezen) en tot plaatsvervangende leden de heeren: A. W. Udo en C. G. Steen; 3o. tot leden van het stembureau in het 3de stemdistrict, de heeren: J. F. Lubbe, D. A. Luiting en E. E. Stoel, (uit deze heeren moet door den Raad een Voorzitter worden aangewezen), en tot plaatsvervangende leden de heeren: C. Bosman Gz. en Mr. A. Dor- beck; 4o. tot leden van het stembureau in het 4de stemdistrict de heeren: C. G. Zaadnoor- dijk, D. Govers en Mr. D. Sluis, (uit deze heeren moet door den Raad een Voorzitter worden aangewezen), en tot plaatsvervan gende leden de heeren: P. N. Leguit en J. Houtsmuller. De buiten de leden van den Raad voorge dragen personen hebben B. en W. bericht zich de benoeming te zullen laten welgeval len. De voorgedragenen worden benoemd. De heer den Boesterd wenscht niet m aanmerking te komen als voorzitter voor het stembureau. Als voorzitter wordt daarop gekozen de heer Leguit. Als voorzitters van de stembureaux voor de verkiezing van een lid van de provinciale staten worden benoemd de heeren Van den Bosch, Lubbe en Zaadnoordijk. HET VERLEENEN EENER TOELAGE AAN DE STADS-VROEDVROUWEN. B. en W. stellen voor aan deb eide stads- vroedvrouwen, naar aanleiding van haar adres d.d 5 Maar 1.1. eene toelage in eens te verleenen van ƒ-100, en wel aan mej A. W. J. Vetter ƒ40 en aan mei. C. W. van der Weele 60, berekend naar het aantal der door elk harer verrichte verlossingen. De heer Cloeck zou willen, dat op de toelage van 150 niet werd afgedongen. Hij vindt de twijfel in de bijlage uitge drukt eemgermate grievend. Hij betoogt, dat uit de opgaven blijkt, dat ze een schade post hebben van 182. Maar al was dat niet zoo, dan nog zou hij het volle bedrag willen geven. Hij wijst er op, dat men mag aannemen, dat die vrouwen, die armen nog wel eens wat uit eigen zak toestoppen. Daarom zou hij willen, dat het voile bedrag werd gegeven. De voorzitter vindt het verwijt van den uitgedrukten twijfel wel wat vreemd. Wil de raad verder gaan, dan B. en W. wel, dan moet de raad het weten. Maar waar blijft men, als B. en W. niet meer mogen twijfelen, dat zal men bij de aangifte van den Hoofde- üjken omslag niet zeggen. De heer Sluis is er tegen, om uit het beginsel, dat de heer Cloeck heeft gelanceerd, dat ze de armen wel eens wat toestoppen, een toelage te geven. De beer Cloeck heeft dat niet aangege ven als reden, maar als een bijkomstig iets. De heer den Boesterd wijst er op dat de jaarwedden van 350 toch niet het eenige is, waarvan ze leven moeten. De heer Ringers had gehoopt dat er een tusschenvoorstel zou kom enom 100 te ge ven. Hij doet dit voorstel en wijst er daarbij op, dat in het algemeen toch viaar is, wat de heer Cloeck heeft gezegd. Het voorstel-CJoeck, gesteund door de hee ren Verkerk en Sluis wordt in stemming ge bracht en verworpen met 12 tegen 4 stemmen. Voor hebben gestemd de heeren C oeck, V er ker, Udo en Sluis. Het voorstel-Ringers wordt gesteund door de heer van den Bosch. De heer de Boesterd zou dit bedrag willen geven en in verhouding van 40:60 dus 80 en ƒ120. Het voorstel-Ringers wordt aangnomen met 9 tegen 7 stemmen. Tegen stemden de heeren de Lange, de Wit, Lubbe, Zaadnoordijk, Lui ting, den Boesterd en Thomsen. TOEKENNING JAARLIJKSCHE TOELAGE AAN DE WED. D. KOEMAN. B. en W. stellen den Raad voor te beslui ten: Aan de Wed. D. Koeman, als beschikking op haar adres d.d. 28 Maart 1.1. te berichten, dat haar verzoek, om in het genot te worden gesteld eener toelage uit de gemeentekas, niet voor inwilliging vatbaar is. De heer Verkerk verdedigt het ver zoek niet op rechtsgronden, maar meent dat de raad het als gunst wel kan toestaan. De man heeft meer dan 30 jaar de gemeente ge diend, en er was toen geen pensioenregeling. Laat de gemeente in dit opzicht een voorbeeld zijn voor de particulieren. De heer Ringers gevoelt wel veel voor hetgeen dé heer Verkerk heeft gezegd, maar vreest, dat men dé deur open stelt voor vele anderen. De heer Leesberg heeft het nage gaan in de begrooting, doch waar de heer gaan in dé begrooting, en waar de heer Rin gers zegt, dat er velen voo zijn, daar wenscht hij er op te wijzen, dat er maar enkelen zijn. De voorzitter zegt, dat dit niet juist is; de heer Leesberg had dan alle be grootingen der laatste jaren moeten nagaan, daar er nog al wat weduwen zullen zijn van personen, die gestorven zijn voordat "de pensioensregeling bestond. De heer Leesberg meent,, dat het er in 't algemeen niet zooveel zijn en bovendien de man had toch een pensioen. De voorzitter rectificeert dit. Koe man had slechts een toelage. De heer Leesberg vindt er dan niets tegen om een deel van die toelage aan de weduwe te geven. De voorzitter: Dat moet de raad weten. De heer Sluis betoogt, dat er volstrekt niets onbillijks in zou liggen en niets ver keerds om de weduwe een toelage te ver strekken. De heer Verkerk maakt evenals de Ij voorzitter een vergelijking met de nachtwacht en meent, dat daaraan juist een motief kan worden ontleend voor de verleening van een toelage. De heer Van den Bosch wijst er ook op, dat die oude ambtenaren niet in staat waren om bij te dragen voor een pensioen. Het ras, waarvoor destijds geen pensioenre geling bestond zal wel spoedig uitsterven, dus is het gevaar, dat er velen zullen komen aankloppen, niet groot. De heer Ringers blijft beweren, dat al kan het beschouwd worden als een moree- le plicht, er gevaar is, dat er meer komen; er zijn ook nog wel weduwen van hoogere ambtenaren. De heer Lubbe (weth.) verklaart niet met het voorstel van den heer Verkerk mee te gaan, daar hij bevreesd is voor de conse quenties, waarvoor de raad dan zal komen. De heer Udo verklaart met het voor stel Verkerk mee te kunnen gaan, omdat hij meent dat de gemeente het voorbeeld moet geven aan particulieren. Al bestaat er geen rechtsgrond, evenals daar straks ten opzichte van de vroedvrouwen heeft de raad toch de bevoegdheid deze toelage te geven. Bang voor de consequenties is spreker niet, de pen sioenregeling bestaat reeds 10 jaar. Waar de ze weduwe net noodig heeft, is hij voor de toekenning. Het voorstel Verkerk, om in de volgende vergadering een voorstel te doen in zake het bedrag aan de weduwe Koeman toe te ken nen wordt aangenomen met 10 tegen 6 stem men. Tegen stemden de heeren Meienbrink, de Lange, de Wit, Lubbe, Zaadnoordijk en Ringers. VASTSTELLING VAN HET SUPPLE TOIR KOHIER DER BELASTING OP DE GEBOUWDE EIGENDOMMEN, DIENST 1915. Het suppletoire kohier der belasting op de gebouwde eigendommen, dienst 1915 is opge maakt naar aanleiding van de artt. 4 en 7 der verordening op de heffing dier belasting (Gemeenteülad No. 261 van 1908) tot een bedrag van 113.92J-2. B. en W. noodigen den Raad uit de vaststel ling van bovenbedoeld kohier te iwllen over gaan. Goedgekeurd. VASTSTELLINO VAN HET PRIMITIEF KOHIER DER BELASTING OP DE GEBOUWDE EIGENDOMMEN DIENST 1916. Het voljaarsch kohier der belasting op de gebouwde eigendommen, dienst 1916, is op gemaakt tot een invorderbaar bedrag van 16248.45. B. en W. noodigen den Raad uit om over te gaan tot vaststelling van bovengenoemd ko hier. Goedgekeurd. VOORSCHOT AAN DE VEREENI GING VOOR VOLKSHUISVESTING „ALKMAAR". B. en W. stellen den Raad voor te beslui ten: I. met wijziging van het bij raadsbesluit van 3 November 1915 No. 7a, goedgekeurd door de Ged. Staten bij besluit van 9 Febru ari 1916 No. 98, aan de Vereeniging voor Volkshuisvesting verleende voorschot van 70.000, overigens onder de daarbij vermel de voorwaarden, te bepalen op: a. ten hoogste 6000 voor den aankoop van grond, zullende voor rente en aflossing gedurende 75 jaar eene annuïteit moeten worden voldaan groot 4.550 ten honderd van het werkelijk verleende voorschot en b. ten hoogste 64.000 voor den bouw van 32 arbeiderswoningen, zullende voor rente en aflossing gedurende 50 jaar eene an nuïteit moeten worden voldaan groot 4.556 ten honderd van het werkelijk verleende voorschot, welke annuïteiten aan de gemeente moeten worden voldaan op de tijdstippen, nader door Burgemeester en Wethouders te bepa len, in verband met de tijdstippen, waarop de door de gemeente te betalen annuïteiten zullen vervallen; II. voor kosten van toezicht ter zake van de onder 1 a en b bedoelde voorschotten aan de Vereeniging 0.1 pet. van die voorschotten in rekening te brengen. Aangenomen. VASTSTELLING JAARWEDDE MARKTMEESTER TER KAASMARKT. Tot heden was de betrekking van markt meester ter kaasmarkt opgedragen aan den heer P. Fellinga, tevens hoofdagent van poli tie. Nu aan hem uit deze laatste functie een eervol ontslag is verleend en hij het verlan gen heeft te kennen gegeven in eerstgenoem de functie werkzaam te blijven, is het noodig zijn jaarwedde als zoodanig opnieuw te re gelen. In verband daarmede stellen B. en W. den Raad voor te besluiten ie jaarweode van aeu marktmeester ter kaasmarkt, ingaande 1 Mei 1916, te bepalen op 500. De heer Verkerk vraagt hoeveel de jaar wedde was en of de jaarwedde wordt ver hoogd. De Voorzitter zegt, dat de marktmees ter tevens bij de politie was, dat is hij niet meer en nu was zijn toelage als marktmeester alleen niet voldoende. De heer d e W i t knikt dat hij het met den heer Verkerk eens is. De Voorztter legt de zaak nader uit. De man was destijds agent van politie en ont ving voor een paar dagen als marktmeester een toelage. Nu is dat meer zoo en nu krijgt hij een salaris van 500. De heer Udo berekent hoeveel de man per dag genoot als agent van politie en markt meester en betoogt nu, dat er niets te veel wordt betaald. De Voorzitter acht die rekening niet juist, hij doet als marktmeester slechts enkele dagen dienst. De heer d e W i t heeft het eenvoudig zoo begrepen, dat de marktcommissie het noodig oordeelde de man nu als marktmeester alleen te bezoldigen met 500 afgescheiden van wat hij bij de politie verdiende. De heer den Boesterd meent, dat het verkeerd is, dat de man ook voor politiedienst werd betaald, die hij die dagen niet presteer de. De beschouwing van den voorzitter is dus eigenlijk juist. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. GRONDAANKOOP GEESTERSINGEL BIJ DE SPOORSTRAAT. B. en W. stellen den Raad voor te beslui ten: Overwegende dat het wenschelijk is voor de gemeente, van de heeren L. W. Russcher en K. Boot, onder aangegeven voorwaarden, aan te koopen een gedeelte van de bij hunne perceelen aan den Geestersingel bij de Spoorstraat behoorende voortuintjes en wel van den heer L. W. Russcher een gedeelte ter grootte avn ruim 11 M1., voor een koopprijs van 300 en van den heer K. Boot een ge deelte ter grootte van ruim 0,5 MJ., voor een koopprijs van 10, ten einde den hinderlij ken hoek aldaar voor de Spoorstraat uit springende, tot in de voetlijn verwijderd te krijgen. Het voorstel wordt door den heer d e W i t nader toegelicht. Er zal een weinig grond meer moeten worden afgestaan door beide heeren maar dit is van geen invloed. De heer den Boes te rd zou deze zaak goed willen doen en de tuintjes bijna geheel willen nemen. De heer d e W i t wijst er op, dat de com missie dat ook wel wilde, maar van den heer Boot is volstrekt geen grond meer te verkrij gen. De heer de Boesterd zegt, dat het hem voorkomt, dat de zaak niet-royaal genoeg is opgezet. De heer van den Bosch toont aan hoe reeds deze kleine verbetering groote voordee- len heeft. De Voorzitter gelooft ook dat men ais men deed wat de heer den Boesterd wil de tuintjes zoo zou verminken, dat de welstand er niet door bevorderd zou worden. Laat men nu de zaak aangrijpen nu de gelegenheid er is om een verbetering aan te brengen. Het voorstel wordt goedgekeurd. 3e SUPPLETOIRE BEGROOTING DER GEMEENTE, DIENST 1915. Na een kleine opmerking van den heer de Lange goedgekeurd. le SUPPLETOIRE BEGROOTING DER GEMEENTE, DIENST 1916. Ook hierover maakt de heer de Lange enkele opmerkingen over een paar bedragen, die dan ook veranderd worden. De heer Cloeck wenscht iets te zeggen naar aanleiding van den post van 400 voor de cursussen in de Fransche taal aan de 4e en 6e Gemeenteschool. Hij vraagt, of hef eigenlijk wel aangaat, dat aan die cursussen reeds aanstonds twee leerjaren in het leven zijn geroepen. Naar hem is gebleken zijn er voor de tweede klasse -aan de eene school twee leerlingen, dit wat aan Fransch gedaan hebben, en nu komt het hem voor, dat men die twee dan beter pri vaatles van gemeentewege kon laten geven, dat zou nog goedkooper uitkomen. Op den een en cursus zijn 14, op den an deren 19 leerlingen, dat is ongeveer 20 pet. van het totaal aantal leerlingen van dien leef tijd en van de gewone scholen. Het kan hem natuurlijk niets anders dan verheugen, dat er zoo'n groot percent voor het middelbaar onderwijs der Ff. B. S. en de Handelsschool is bestemd, maar hij verbaast er zich toch wel over, dat er zooveel ouders finantieel zoo goed voor staan, dat zij hunne kinderen het middelbaar onderwijs kunnen laten vol- gen. Dat men thans door splitsing eenige teerlingen den cursus in een jaar wil doen doorloopen, en dus in dien tijd, gedurende twee uren per week, de leerstof wil eigen ma ken, waarvoor men op de andere opleidings scholen gedurende 4 jaar minstens 5 uren per week noodig heeft, acht spreker niet in, het belang der kinderen. Waar hij vroeger al eens heeft gezegd, dat het hem toeschijnt, dat men bij deze cursussen meer het belang der onderwijzers aan die cursussen, dan wel dat der leerlingen op het oog had, daar wenscht hij er thans nog op te wijzen, da* het hem voorkomt, dat de regeling der lesuren niet in het belang der leerlingen is. Hij meent, dat het verkeerd is die lessen te geven óp Maandag, Dinsdag, Donderdag en Vrijdag na 4 uur. Dan verlangt een kind naar buiten. De bedoeling was ook, dat de lessen op Woensdag- en Zaterdagmiddag zouden wor den gegeven. Deze punten wenscht spreker bij deze be grooting even ter sprake te brengen. De Voorzitter, den heer Cloeck be antwoordende, begint met het laatste en zegt dat het inderdaad de bedoeling was voor dat onderwijs den Woensdag- en Zaterdagmid dag te bestemmen. Bij nader inzien over woog men echter, dat men dan de kinderen die vrije middagen ontnam, middagen, waar op hun makkers buiten spelen; daarom had men dat plan laten varen. Wat het vormen van de tweede klasse aan gaat zegt de V o o r z i 11 e r, dat het in de bedoeling ligt te trachten enkele leerlingen, die wat aan 't Fransch gedaan hebben, of die bijzonderen aanleg hebben, reeds klaar te maken voor het examen voor de Handels school tegen het volgend jaar September. Men heeft dus een jaar en vier maanden den tijd, niet een jaar, zooals de heer Cloeck zegt. Dat maakt verschil. Wat de getallen be treft, de heer Cloeck heeft die niet juist opge geven. Op de 4e Gemeenteschool zijn 17 leer lingen en op de 6e 19. De tweede klas aan de 4e Gemeenteschool telt 6 leerlingen. Met die leerlingen zal getracht worden ze zoover te brengen, dat ze 't volgende jaar klaar zijn, dat acht men in 't belang der leerlingen. In dit verband wil spreker ook nog iets zeggen naar aanleiding van een verslag van een vergadering van de afdeeling Alkmaar van den Bond van Ned. Onderwijzers, waar op van bevriende zijde spreker's aandacht is gevestigd. In dat verslag wordt gezegd: Tevens werd met betrekking tot deze zaak met zekerheid de bron gedoemd, waaruit is voortgekomen het gerucht, dat in de onder wijzerswereld reeds lang ging, dat aan hei hoofd der vierde gemeenteschool bij zijn sol- ALKMAARSCHE CODRANT. WoeiiMdiig 24 Mei lOlö.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1916 | | pagina 5