Tabak J* R. Keuss. Honderd en Zeventiende Zaterdag 17 Juni. Episode No. 141. door J. L. WALCH. (Nadruk verboden.) I. Het was een popetje, die Etty Ruvehaers. 'n Bakvisch als 'n streepje. Haar donkerblau we schooljurk met 'n glanzend-helderrooode, leeren ceintuur, zat zoo gezellig-rul om haar heenhaar groote eenvoudige zomerhoed was zoo'n grappig-kolossale luifel boven haar ten ger kopje, dat, als ze op haar fiets vlugbeenig voorbij trapee, de kalme wandelaars vaak ble ven staan en 'n meneer zei met 'n quasi-grom- migen spot tegen 'n mevrouw: „Da's me ook 'n ding!'' en mevrouw zei niks terug, maar keek het sprinkhanig figuurtje na met vertee- dering en moederlijkheid. Etty was een rap en tierig ding, maar men moet denken, dat zij ook niet week en gevoelig kon zijn. Die leuke glinsteroogen konden wijd worden van zacht meegevoelmeegevoel met menschen, met dierenEn dan was er nog iets anders: Etty had een extatische liefde voor muziek. Te extatisch was het den laat- sten tijd. Als ze naar e enconcert was geweest, kwam ze thuis met koortsig-gebloosde wangen zat met 'n vreemdden glinsterenden blik 'n poos stil in de kamer, lustte niet haar avond- melk, en ging gauw naar haar kamertje, maar ze sliep niet. 's Morgens was ze luste loos en Moes informeerde, en Etty zei: „ik kon niet slapen van die goddelijke muziek, en na 'n een paar keer zei Pa, dat ze dan voor- loopig niet meer naar die goddelijke muziek toem oest gaan, en toen kreeg Etty 'a vreese- lijke huilbui En toen, ja toen, verschrikt haar scherp bekijkend, toen zagen ze. dat Etty er over spannen uitzag, en dat haar oogen diep lagen kortom 't was blijkbaar niet best met haar. Dat zei ook de oude huisdokter, die 'n huiselijke dokter was, met vrijwel afgesleten studiekennis en veel ervaring: Hij zei: die Et moet 'n poosje in de weida tis al. Op haar leeftijd ze is nou zeventien, is 't niet? is dat beroerde onnatuurlijke hier nog knellender dan later. Jelui ouwe menschen en ik ouwe manwij loopen al zoo lang in 't gareel met 'n bit in onzen bek pardon me vrouw! en 'n paar leidsels op onze rug. dat we, enfin, dat we 't er zelfs over hebben, hoe móói ons tuig is. Maar Et is nog 'n veulen. Geef den veulens wat des veulens is. Heb jelui niet nog ergens op 't land n fa milieiid zitten? Want je moet haar niet in 'n pension stoppen; ze moet trouwens liefst naar 'n oord, waar geen pensions zijn, en geen hotels, en geen toiletten en geen muziek 'n Echt dorp in 't land.... Heb jelui nog niet ergens 't een of ander stuk achterneef? Heb je geen boeren in je familie? ,;Neen", zei mevrouw met 'n toontje van schrik over zoo'n suppositie „neen.... dai niet...." „Dacht 't al 'n ras zonder degelijken on dergrond", spotte de dokter; die veel spotten mocht, omdat hij oud wa9 en omdat spot bij 'n medicus tot z'n ambtstooi behoort „Kijk nou zoo'n Et! Ja kind want de ge- pricieerde Et vertrok al haar mondje „ga nou niet huilenop oud ijs vriest 't gauw en jij bent 'n soort fontein de laatste weken Nou, nou, nou stil maar; je bent 'n snoes ookZeg nu is meneer, mevrouw weet u iemand?" „Belman??" zei mevrouw op zéér vragen- den toon tegen meneer. „Jjjaaa", zei meneer, met 'n bedenkelijken circumflex op de aaa„als die wil.... Maar we hebben in geen tien jaar iets van elkaar gehoord...,. Ziet u, dokter dat is 'n aan getrouwde neef van m'n vader'n Hoofd van 'n school op 'n dorp in Noord-Holland, bij de Anna Paulownapolder; hèhoe heei 't ook weer.....-*' „Dat zijn alvast prachtige eigenschappen", loofde de dokter, ,,'n Ned van uw vader? Dus niet jong meer?" „O nee 'n échte ouderwetsche sinjeur hij is daar in dat gat nou al dertig jaar..." „Dat is prachtig. Ze zullen haar geen ar tistieke opgewondenheden bijbrengen. Ze zal es 'n heel gemoedelijk slenterleven krij gen; en véél buiten zijn." II. Een week later stepte Etty uit den trein aan eén van die onwaarschijnlijke kleine sta tions, aan welker bestaan we eigenlijk nooit recht gelooven, maar die dat is niet te ontkennen in de spoorboekjes staan. Met den neef, an Belman, was de zaak schrifte lijk geregelder was in de brieven die eenigs- zins ongemotiveerde toon van hartelijkheid aangeslagen, die, naar veler oordeel, tegen over familie altijd de gepaste is, al heeft men zich ook nooit om die familie bekommerd, en al zdti men zich ook nooit om die familie bekommeren, als men ze niet min-of-meer noodig had. Etty zou alleen réizen; ze was immers al zeventien; maar over veertien da- fen zouden vader en moeder overkomen, 'n aterdag en 'n Zondag, om de familie toch es weer te zien. Etty werd dus vooruitge- slingerd als 'n soort aanlegkabel, die het groote schip zou bevestigen. Natuurlijk zou er voor naar verblijf vergoeding worden betaald; vader en moeder konden dat voor hun eenig kind best missenen de oude neef en ae even oude nicht konden het minstens even best gebruiken. Maar daarvan wist Etty, kieschelijk, niks. Aan het station stapten drie boeren en één boerin af. Er werden ook een vijftal man den met kippen uitgeladen. Etty keek es rond. Het stationsgebouwtje stond midden in de wijde velden. Nergens 'a dorp, of maar 'n huis; alleen wel is 'n groepje boomen. Maar achter het stationnetje, daar stond haar heul en troost: de omnibus, die haar moest brengen naar Niemandsdorp. De koetsier zat al op z'n gemak haar op te nemen, met 'n aar kleine glinsterende eigenwijze oogjes éawródtf tftemö in de answïïgBis houdkig, in de hooding van iets dat uit te druipen hangt, een heel mager wit paard. Etty, wier stem altijd «en hoogst dam va* verlegenheid moést overklimmen, als ze met andere menschen dan die uit haar gewone stadsomgeving praatte, vroeg een tikje te be leefd: „Is d'it de omnibus naar Niemandsdorp De boer op de bok knikte 'n paar maal zonder het stompje uit z'n mond te nemen, en antwoordde: „Zeker voor meester Belman? Stap maar III. Eunt waar een bruggetje en 'n straat recht- oekig stond op den hoofdweg, waar langs ze aldoor gereden hadden. Over de leuning boven z'n stompe pijp; de diligence was 'n rare ouwe bak, die eens goed moest zijn ge weest, maar nu vrijwel verveloos wasea van dat bruggetje hingen boerenjongens te lummelen, en riepen elkaar nu en dim wat toe met 'a ruwe stem en harde klanken. Maar 't portier werd al opsngehrokksn, en 'n oude dorpsmeneer zeide: „Dan is dan Etty! Kom d'r maar gauw uit, nicht 1 Hihi 1" Hij had een schelle stem, vreemd hoog voor 'n man, en knipte van louter vriendelijkheid voortdurend de oog enhalf dicht onder t pra ten. Hij scheen een groote behoefte aan leven digheid te gevoelen, want hij was voortdurend in beweging. In 't eerste «ogenblik voelde Etty, die ge woon was oudere menschen zich kalmer en vormeiijker te zien gedragen, zie hietwat ver schrikt maar ze voelde toch ook wel de hadte- lijkheid van de ontvangst, en toen eventjes achter neef aan een zeer gevulde dame aan kwam, met 'n grappig stel onderkinnen en 'n beetje slaperige oogen, maar in elk geval ie mand, van wie geen sterveling iets kwaads kon verwachten, stelde het haar op haar ge mak. „Kom!" zei neef, eenigszins geïmponeerd door de kleurigheid van Etty's rootte mantel tje en haar lichte schoentjes. „Kom er ou maar gauw uit, nicht Etty.Mag ik maar Etty zeggen?" „Nou, natuurlijk, neef!" zei ze hartelijk, terwijl ze hem met iets van dat kinderlijke opene, dat haar oogen nog hadden bewaard, aanzag. „Dag nicht" „Denk om je valliesje wacht ik zal 't er wel uithalen, kom maar ratelde neef, in hetzelfde tempo als zijn-stem bewegeilde. En met z'n driën gin gen ze in optocht naar huis. Dat huis zag er verlokkend uit. Het had 'n roze kleur, en lag achter 'n oploopend bleek- veldje, door 'n heg omrjngd. Dat was aan de slootkant. Verder liep een tuin om 't heele huis heen: je zag seringen in bloei; en 'n pri eel niets met den verfijnden aanleg van een stadstuin, maar rul en ruim, echt gezellig. En echt gezellig was ook de heel, heel ouder wetsche kamer, 'n beetje schemerig zag je dan dan langzamerhand dem eubels opkomende glimmende tafel, en de stoelen met paardeha- ren zittingen, en dan stond er nog n tafeltje met 'n doos er op, die wel 'n heel kleine naai machinedoos leek. En in den hoek: 'n piano! „O, u hebt ook 'n piano riep ze. „Ja via je dat prettig? Je houdt om- mers zooveel van muziek? Van zware mu ziek?" vroeg neef. „Nou daar zal je hier nier veel van mer ken, maar da's zoo ook veel beter voor je", zei nicht. „Neef speelt wel es 'n mopje, uiu Tavenu." „Ja, ja zei neef, met z'n verheugde knipoogen „Als je wat hooien wilt, zaï ik strata wel és hé? 1" „Etty wil zich zeker liever eerst es wat op- frisschen", zei tante, die, ook in haar manier van spreken 't gematigde element ia huis oieek. „Neef is altijd zoo druk, kind! Dat zal je wel merken 1" Neef protesteerde met eenige onduidelijke klanken, iets van „nou pa en „altijd wei aardig zoo'n moppie....." Maar Etty gat tante een knik van „wij begrijpen mekaar", cn ze gingen samen naar boven. IV. Tante wees haar haar kamer, en ging toen neen. Wat rook 't bier vreemd. Etty haal- ue wat toiletgerei uit haar valiesje. Gelukkig, nog niet veel op orde te brengen. Morgen kwam de groote koffer wel. Ze keek es rond. Wat 'n tiep van 'n kamer z.óó groot en zulke groote meubels, en wat n donkere ouderwetsche gordijnen. Door 't raam keek je in de boomen. 't Leek niets op haar lichte meisjeskamer thuis; met de witte laque-meubeltjes en 't gebloemd cretonne. Nu, tandenborstel. Ze haalde haar klei ne lichtlederen nécessaire voor den dag; en meteen viel er 'n sierlijk gebonden boekje tiii 't valies. Haar dagboek! Nou, daar zou Zc wel wat in te schrijven hebben. Wat waren 't 'n types, die neef vooral. En wat was alles vreemdzoo vreemd Even bleef ze staan. Zou ze er veel in schrijven Vanavond al, over haar aankomst? Toen, ineens, voelde ze: Neen, dat ging nier niet. Dat paste hier niet. Het leven was hier andersNiet 't leven, waar je dag- voeken over schreefHet was zoo .goedig zoo gewoon, dat je er niet eigenwijs over Kon doenEn verrukt er over doen, over dat natuurlijke goedigeneen, dat kon ze toch ook niet. Wat was ze hie rtoch vreemd, en zoo eenzaam. Daar bewoog wat; 'n kleur.... En meteen zag zij. dat ze 't zelf was: in de nspiegel. Ze keek die Etty van uit-de-stad eens aan en voelde zich, nu ze die zag te imdden van die oude meubelen, nog eenzamerEn ineens viel ze neer bij 't groote bed met de dikke sprei, en snikte V. Pianoklank bracht haar weer tot zichzelve. Maar hemeltje, wat 'n piano! Wat 'n rare glasklank, enwat 'n muziek. Daar werd aan de deur getikt en meteen kwam nicht maar vast binnen, dik en breed in de deur. Ettij was overeind gevlogen stopte haar waschhandschoenen tegen haar roode oogen. „Ik kom maar es kijken," zei nicht bedaard. „Je eet zeker nog wel wat? Ja, ja, ik zal maar een boterhammetje opzetten. Als je klaar bent kom je wel. „Ja nicht dadelijk," deed Etty bezig. Nicht verdween weeren Etty volgde haar spoedig. De pianoklanken namen toe.Het hinderde haar eigenlijk geducht, dat akelige getingelEnfin, daarm oet je ook maar te gen kunnen. Dat kon er nog wel hij. Wat 'n raar huis was dit.Hierw as dara straks met nicht toch niet geweest. Ze stood op een klein !-«ïtwrV; rf uhht trv/S\m «ff. Vcorziekttar j d«ed ze opa», £)e keuken! O, maar zoo kon ze in den tuin komen. Haastig, zich 'n stiekeme vrespieder voelend, dieb ang is te worden be- rtapi, liep de kleme Etty angstig de keuk«« door. Nu was ze achter 't huis. Ze sloeg 'n hoek om De pianoklanken waren nu hevig. Want daar ineens daar stond ze voor 't open raam van, de huiskamer, en neef zag ze zitten, die speelde en zong. „Als goede kellnerin Laat ik mij nimmer kus-—sen, Ik steek den brand erin, Laat anderen dien maar blusschen. Hopsa liederi hopsalal Hopsa, hopsa hopsa liederi...." 't Was meer schreeuwen dan zingen, die hooge falset; es terwijl gesticuleerde 't hoofd met de sik mee boven de toetsen Toen, ineens, kreeg Etty 'n stikbui zoo als je dfit op school Jiebt. Ze vlóóg terug, den hoek weer omEh lachte, lachte, met haar zakdoek in haar mond, zooals ze dacht dat je niet alléén lachen kon..... Tot de piano en 't gezang stil waren. En ze neef's stem hoorde, die zei: „Waar blijft ze toch? Hé, wat? Zou ze nog boven zijn? Hè? Wat denk je?" Toen kwam ze kalm-vriendelijk voor den dag. BINNENLAND. 'aHKcsg; ALKMAARSCHE KWALITEIT. Gemengd nieuws. Ds. VETHAKE VOOR HET PROVINCIAAL KERKBESTUUR. Over de vergadering van het Provinciaal Kerkbestuur van Noord-Holland, waarin ds. Vethake te Koedijk is geschorst, deelt de N. R. Ct. mede: „Niet als een beklaagde voor zijn rechters zat de heer Vethake tegenover het provinciaal kerkbestuur, maar eenvoudig om hun zijn standpunt toe te lichten, hun zijn verhouding tot de Ned Hery. Kerk duidelijk te maken. De beer Vethake verdedigde zijn standpunt met 'n uitvoerig pleidooi, dat hij op schrift nad gesteld. Hij erkende op een vraag tot de R, K. te behooren. Den paus kende hij vol strekt gezag toe, maar, voegde hij er ter op heldering bij, alleen voor zoover het de leer oetreft, doch niet ten opzichte van het gewe ten. Toen hem gevraagd werd, wat voor redenen er hem dan toedreven, ondanks zijn Roomsch- Katholirisme in de Ned. Herv. Kerk te blijven verklaarde bij, dat dit louter redenen van op portunistische» aard. Zijn ondervragers wis ten toch ook wel, welk een beslommering het meebrengt, als een predikant van de eene naar de andere plaats beroepen, moet verhui zen. Gelijk zulk een predikant de tijd ruim schoots wordt toegemeten om .de noodige maatregelen te nemen, meende de heer Vetha ke thans ook recht op een termijn van eenigs zins langer duur te kunnen laten gelden. Ook nu weer gebruikte hij het beeld van de keu kenmeid met haar opzeggingstermijn. Als men een keukenmeid reeds een dergelijke speelruimte geeft, dient men dit toch ook een predikant te gunnen. Hij had een huishoud ster, bezat meubelen, en voor al deze dingen diende toch te worden gezorgd. Bovendien had hij willen wachten, tot zijn oude vader rustig zijn emerteat had kunnen nemen, opdat diens afscheid niet door deze geruchtmakende zaak zou wórden vergald. Maar de voorbari ge berichtgever van de Nederlander had al zijn plannen in de war gestuurd en nu was hij door de gebeurtenissen overvallen. Inmiddels meende hij volkomen recht te heb ben om in de Ned. Herv. Kerk te blijven, zoo lang hem dit zou believen. Al had hij de ter mijn van ontslagneming op Januari of Febru ari gesteld, zouden de kerkelijke besturen hem toch hierover niet lasting kunnen vallen. Want zoo de kerkelijke besturen tegen zijn blijven in de Ned. Herv. Kerk bezwaar maken zouden zij .blijk geven, het wezen van het Protestantisme niet te begrijpen. Op grond van de belijdenisschriften van Guido de Bres betoogde de heer Vethake uitvoerig, dat het wezen van het Protestantisme geen anti-papis me is. De hervormers hebben in het anti-pa pisme nooit het hoofdkenmerk van het Pro testantisme gezien. Waartegen was het, dai de Bres en zijn geestverwanten zich het stel ligst verzetten? Niet tegen het papisme maai iegen het anabaptisme met zijn dienstweige ring, eedsweigering en loochening van de tri niteit Wat doet echter de Ned. Hërv. Kerk? Zij heeft met dit Protestantsche kenmerk.volsla- gen gebroken. Immers duit zij dienstweige- raesïi ftiet alleen onder haar leden, maar zelfs onder haar predikanten, cn een bekend leider onder de vrijzinnige Hervormden als prof. Eerdmans strijdt in de Tweede Kamer tegen den verplichten eed. En daarnaast verwerpt het Weekblad voor de Vrijzinnig Hervormden waaruit de heer Vethake een aanhaling voor tas, de heilige drievuldigheid. Een kerk, die zoo haar anti-anabaptistischen oorsprong verloochent, is geen Protestantsche kerk meer en heeft allerminst recht aan de andere zijde papistische ketterijen zoo streng te vonnissen Gaat zij in haar vrijhei d eenerzij ds zoo lot het uiterste, dan moet zij consequent blijven, en ook anderzijds geen bezwaar maken tegen le den en voorgangers, die tot de overtui, van den heer Vethake zijn bekeerd. Als is de Ned. Herv. Kerk dood. Na dit pleidooi, waarvan sommigen gedeel ten op hartstochtelijken toon werden voorge dragen, werd' den heer Vethake de vraag ge steld, of hij zijn verklaringen nogmaals wilde bevstigen, en toen hij hierin had toegestemd, werd' het verhoor gesloten. Met algemeene stemmen stelde het provinciaal kerkbestuur daarop vast, dat de betrokkene ten duidelijk ste had getoond zich van de Ned. Herv. Kerk af te scheiden. Niet alleen was dit gebleken uit het door hem in de pers gepubliceerde gesprek alsmede uit zijn in deze vergadering van het provinciaal kerkbestuur voorgedragen beschouwingen, maar vooral gaf de brief, waarin hij aan het classicaal bestuur van Alk piaar zijn voornemen om ontslag te vragen had kennis gegeven, een afdoend getuigenis. Jn dien brief immers voerde hij als beweegre denen voor zijn voorgenomen ontslagneming aan zijn gewijzigde geloofsovertuiging^' en zijn „aanstaande overgang naar de Heilige Katholieke Kerk." Op grond hiervan nam het provinciaal kerk bestuur wederom met algemeene stemmen het besluit den heer Vethake vervallen te verkla ren van zijn betrekking tot de Ned. Herv. Kerk en zulks met ingang van het onherroe pelijk 'worden van dit besluit. Naar men zich herinnert is degeen, die zich door een besluit als dit bezwaard of verongelukt acht, volgens art. 14 van het Algemeen Reglement gerech tigd zich bij het in opklimmenden rang vol gend bestuur te beklagen. Tot heden over veertien dagen (de officieeie kennisgeving van het genomen besluit heeft den betrokkene be den bereikt) staat den heer Vethake dus nog beroep open op de algemeene synode. Of hy hiervan gebruik zal maken? Zij die hem van nabij kennen, beweren dat hierop groote kans bestaat, daar de betrokkene ge woon is door te zetten, hetgeen hij eenmaal heeft ondernomen. Bovendien ware er anders immers voor hem ook geen reden geweest, zijn eischen voor het provinciaal kerkbestuur te verdedigen. Mocht de synode, wat niet te betwijfelen valt, het provinciaal kerkbestuur in het gelijk stellen, dan zal alle verband tusschen den voormaligen predikant en de Ned. Herv. Kerk zijn verbroken, hetgeen niet het geval geweest zou zijn zoo de zaak als een tuchtzaak behan deld was. Want, ook al wordt iemand door een vonis volgens het Reglement voor Opzicht en Tucht van het lidmaatschap der Ned. Herv. Kerk ontzet, hij blijft dan toch nog steeds dooplid. Bij toepassing van art. 3 Al gemeen Reglement wordt echter ook deze laat ste band doorgesneden en de afscheiding vol ledig". UIT CASTRICUM. De verzendingen van de aardbeiën naar Duitschland zullen de volgende week aan vangen. De Castricummer Export-Veiling heelt in de nabijheid van het cafe van den heer Ant. van Benthem een veilingsgebouw inet kloksysteem voor het afmijnen ingericht, welk gebouw Dinsdag aa. voor het eerst in' gebruik genomen zal worden. Het gewas staat goed. Komt er eenige warmte, dan is de aardbeiënteelt overvloedig. UIT KOEDIJK. De Raad was gistermiddag in voltallige zitting bijeen. De notulen,, waarin inplaats van met ver wijzing, eenige vastgestelde verordeningen woordelijk waren opgenomen, werden na le zing ongewijzigd goedgekeurd. De voorlezing van deze notulen duurde 25 minuten. De voorzitter deelde mede, dat de op 9 Juni gedane kasopname van den gemeente ontvanger aanwees een totaal ontvangst van 49586,58V2 en. 'n uitgave van 46651,54 Yt, waardoor overeenkomstig de boeken in kas was 2935,04. Van het onderwijzend personeel was een dankbetuiging ingekomen voor de herziening van de salarisregeling, die voor hen een goe- ue verbetering inhoudt. Van den Rijksontvanger was bericht inge komen, dat door hem op 2 Juni 198,61 aan den gemeente-ontvanger was uitbetaald. Waar de 3e suppl. begrooting voor 1915 14 dagen ter visie had gelegen, werd deze thans in ontvangst en uitgave vastgesteld op een bedrag 'van 12.588,69y2. B. en W. adviseerden om op het in de vori ge vergadering aangehouden adres van de af- deeling Alkmaar en Omstreken van den Ne- derlandschen Bond van Gemeenteambtenaren inzake de herziening van de salarissen van Je secretarie-ambtenaren afwijzend te be schikken. Wel hadden B. en W. in dat adres aanleiding gevonden om voor te stellen om aan de beide secretarie-ambtenaren ieder een gratificatie toe te kennen van 50. Hiertoe werd besloten, Een concept-besluit tot het doen van eeni ge betalingen voor den dienst van 1915 tot een bedrag van 342.141/2) werd mede aan genomen. Hierna werd tot het doen van eenige af- en overschrijvingen tot een bedrag van J 205.48' oesloten. Van de levensmiddelen-conrmissie was het verzoek ingekomen om, nu volgens schrijven van den Minister d.d. 23 Mei, de distributie van levensmiddelen hoofdzakelijk aan de ge meenten wordt overgelaten, V« ia het ver schil bij te dragen. De commissie wees er op, dat het levens- midftelenvraagstuk yi hei 3de crisisjaar een groenen omvang had aangenomen. De voorzitter zeide, dat B. en W. meenden d'at in beginsel besloten moest worden om aan het verzoek te voldoen. Spreker legde den nadruk op het „in be ginsel", omdat men zoo de gevolgen €niet kan overzien'. B. en W. wenschen dan ook eerst in cijfers toegelicht te zien, hoeveel het de gemeente zaï kosten, wanneer practisch het verzoek werd aangenomen. Spr. oordeelde net bekend, dat het standpunt van de regee- ring is, dat niemand in zijn bedrijf geschaad mag worden. Men kan nu, om een voorbeeld te noemen, wel zeggen dè bouwer moet goed- Küope aardappelen leveren, maar als de Kunstmest zoo duur is, dan is hem dit on mogelijk. Nu wil het rijk s/4 bijpassen van net tekort, dat de gemeente zou lijden indien deze levensmiddelen goedkooper dan den in koop beschikbaar stelde, mits de gemeente y« van dat tekort betaalt. Het is dus ge- wenscht, dat de gemeente weet wat het onge veer zal kosten en de commissie heeft hier1 van een schema in te dienen. Overeenkomstig het voorstei van B. en W. werd besloten, Bij de rondvraag vestigde die heer Bolde- wijn de ^andacht op de gevaarlijken hoek bij de woning van den heer Bloothoofd, welke door boomgewas veroorzaakt wordt. Spr. zag gaarne, dat de gemeente in samenwer- King met de 'Ned. Automobielclub met den aeer Bloothoofd hierover in overleg trad. De voorzitter zeide, dat de heer Beets in de wethoudersvergadermg reeds hetzelfde oetoogd had. Ook spreker gevoelde er veel voor en zou 't zelfs een goede oplossing vin den, indien d§ Automobielclub en de gemeen te van den heer Bloothoofd dezen scherpen hoek afkochten. Hierna ging de Raad voor de H. O. in co mité. UIT HEERHUGOWAARD. De godsdienstoefening zal morgen al hier te 10 uur aanvangen. UIT NOORD-SCHARWOUDE. Vrijdagavond 7 uur vergaderde de Raad dezer gemeente voltallig. 1 vacature. De no tulen werden goedgekeurd. Vain het gemeentebestuur te Oudkarspel was bericht ingekomen, dat het bereid is zijn deel bij te dragen in de kosten voor ver- botering van de bruggen aan de Spoorstraat Ged. Staten zonden goedkeuring op het be sluit tot verhooging van het maximum h. o. tot 7000. Van het onderwijzend personeel was een verzoek ter tafel om mede met het oog op de dure tijden de aanvangssalarissen met 50 te verhoogen. met 6 driejaarltjksche verhoo gingen van 75. Wethouder Vlug vond het ook noodig dat dit gedaan wordt, de tijden zijn duur. Wordt echter de regeling aangenomen zooals ze door adressanten wórdt gevraagd, dan zou- den zij, die meerdere dienstjaren hebben, meer verhooging ontvangen dan zij, die wei nig of geen dienstjaren hebben. De heer Vlug stelde voor het aanvangssa laris voor allen, dus ook voor het hoofd der school, met 100 te verhoogen, met 6 drie jaarlij ksche verhoogingen van 50. De aan vangssalarissen voor het onderwijzend per soneel zijn nu 600 en voor het hoofd der school 1050, beide bedragen mot 5 drie jarige verhoogingen van 50. Ook tegenover andere gemeenten zouden we dan gunstiger komen te staan. Na slechts zeer geringe bespreking werd het voorstel-Vlug met algemeene stemmen aangenomen. Hierna kwam aan die orde het aangehou den rekest van den Bond van Gemeenteamb tenaren, om betere salarisregeling voor dén ambtenaar. Het salaris bedraagt thans voor de burge meestersfunctie 850 en voor de functie van secretaris 600. Beide functies zitten in één hand. Voor nadere bespreking- ging de raad zon der de voorzitter in comité. Na heropening werd bij monde van dien voorzitter het voorstel ingediend om de pen sioenbijdrage voor den burgemeester-secreta ris te verlagen van 8 pet. op 4 pet. Dit geeft een verschil van 62. Verder werd voorgesteld het salaris voor de functie van secretaris met 50 te verhoo gen. De voorzitter stelde zich hiermede volko men tevreden. De heer Barten vroeg hoe het met het per soneel van de gasfabriek was, die toch ook gemeente-ambtenaren zijn. In verband met deze vraag werd besloten het voorstel uit de comitézitting ter nadere bespreking aan te houden. De voorzitter stelde voor: vast te stellen verschillende posten af- en overschrijving op een totaal bedrag van 1232 en een suppl. begrooting groot ruim 2700. Wethouder Vlug wilde echter een en an der liever eerst inzien, zoodat deze stukken in de volgende vergadering zullen worden vastgesteld. Bij de rondvraag informeerde de heer Kee- man naar het onderzoek betreffende electrici- teit. De heer Vlug zei, dat deze week een verga dering zou worden gehouden, doch deze moest worden uitgesteld doordat hij onge steld en de voorzitter verhinderd was. De heer Barten zou gaarne voordat defini tief tot onderzoek werd besloten, een kleine opgave van kosten zien. Nadat echter medegedeeld was dat er voor het maken van zoo min mogelijk kosten vol komen eensgezindheid bestaat, wenscht de heer Barten hier niet verder op aan te drin gen. Hierna sluiting. TIJD. ARBEIDSBEURS STADHUIS. Correspondentschap der Intercommunale Arbeidsbemiddeling. Tel. 158. Spreekuur iederen werkdag, behalve Zaterdag, van 1022 uur voorm. 17 Juni. Gevraagd worden: J dienstbode -18 j.f 1 fietsenreparateur, 1 huisknecht, 1 landar beider, 1 meubelmaker, (kunstbeeldh.), 1 monteur, 1 sigarenmaker (vormwerker), 1 smidsleeriing, 1 stokersleerling, 2 timmerlie den, werklieden (los), 2 werkvrouwen. Bieden zich aan1 betonwerker, 1 handels bediende, 1 kassier, 1 kantoorbediende, 2 rei zigers, 1 sigarenmaker, 2 stokers (leerling), 3 timmerlieden. De Correspondente, A. AUKES—TIMMERS. BOEKAANKON'DIGiro. Verschenen is een program voor het wa terkamp bij de Friesche meeren, voor jongens van 26 Juli 12 Augustus, voor meisjes van 15 -r 2S Augustus. Leider is de heer Tjebbes, directeur van de Zeevaartschool in het Zee manshuis te Amsterdam. Dit keurig en smaakvol uitgevoerd program, dat een aantal aardige foto's van het zoo goed geslaagde wa terkamp in 1915 bevat, zal zeker menigeen tot deelneming dit jaar opwekken. Vanwege de A. N. W. B. is uitgegeven „Qver vreemdelingen en -verkeer in Neder land", een handig werkje, dat tal van nuttige wenken en raadgevingen aan de hand van dni delijke foto'6 en afbeeldingen bevat, in 't be lang van het Nederlandsche Hotelwezen, dat in vele opzichten nog op de hoogte van den tijd gebracht moet worden. Moge dit boekje daartoe een flinke stoot geven, er wordt in ge wezen op de eischen die de buitenlander aan onze hotels stelt en waaraan héLaas niet dik wijls voldaan wordt. Bij den heer J. T. Swartsenburg te Zeist zijn een tweetal boekjes verschenen, getiteld ,Jierwonnen Levenskracht" en Over het be staan van de periodieke voedingsverschillfn der plant door Chusim (Ben Berak). Aan overmaat der begrijpelijkheid lijden deze boek ies zeker niet, maar de schrijver schijnt zooals hij zelf zegt, zijn ideeën zóó te hebben willen inkleeden, „dat zijn toehoorders en lezers in 't eerste oogenblik niets van begrijpen. Zij zul- 1010. in.'

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1916 | | pagina 9