DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN
t
Van hat Westelijk Oorloisterreln.
Genentelie Croentenwlnkels.
Ons slot Reebach.
Regoeringszeeyisch.
No. 169
Honderd en achttiende jaargang.
1916
DONDERDAG
20 JULI
FEUILLETON.
ENGELAND.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar fly—; foaneo door het gehaele Rijk 11,25.
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone Advertentiën
Per regel f 0,12j. Bij groote eontraeten rabat öroote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Met 20 et. ooriogstoeslag op den abonnementsprijs per 3 maanden.
Bfcpanms
b
Albert I
I Martinpuich
I Pozières
Delvllletmeh
I OvIUers Bazentln le Petit
Contalmalsom Longueval
Moutaabm
I Frkoart Mameta
ALKMAAR, 20 JulL
Het bovenstaande lijnenschetsje kan wel
licht strekken ter verduidelijking van den
toestand. Men ziet daarop door een zwarte
lijn aangegeven het oude front De plaatsen,
welker namen cursief gedrukt zijn, bevinden
zich thans in Engelsche handen. Ook Ovil-
lers is vrijwel door de Engelschen veroverd,
maar Longueville ai het Delviile-bosch zijn
niet meer geheel in hun bezit
Het voorloopige Engelsche doel is de ver
overing van Bapaume ett Combles, het Fran-
sche Péronne, zooals we reeds herhaaldelijk
hebben betoogd. Alvorens na te gaan, hoe
men die doelpunten tracht te bereiken, wil
len we nog even vaststellen wat reeds be
reikt is.
Het Engelsch-Fransche front, waarover de
oorspronkelijke aanval werd uitgevoerd, be
droeg, alle bochten medegerekend, circa 46
K.M., een afstand dus van den Helder naar
Alkmaar. De oude frontlijn had ongeveer het
beloop van het Noord-Hollandsch Kanaal.
Over een groot gedeelte, immers van Qom-
mecourt tot Ovillers zijn de Engelschen niet
meer dan 2 K.M. oostwaarts gekomen. Men
zou vergelijkenderwijs kunnen zeggen dat de
stellingen langs het Noord-HoilandSch Ka
naal tusschen den Helder en tax westen van
Schagen 'ongeveer 25 minuten loopens oost
waarts werden verplaatst. Maar 2 K.M. zui
delijker werd terrein gewonnen tot Longoval
over een breedte van 8 K.M., zoodat de stel-
Roman naar 't Duitsch,
door HERMINE VILLINGER.
11)
Krab had den heelen dag vuile handen vol
aarde en bleef den onderwijzer steeds een
antwoord schuldig. Onnut liet haar andere
werk loopea en muntte alleen uit in haar op
stellen.
„Zij maakt uitstekende opstellen," zei Hesr
perus tot Grootmama, „maar helaas vol taal
fouten."
„Dat doet er niks toe," verklaarde Groot
moeder Grossi, „dat het ze van mij. Toch is
er wat van mij terecht kome."
De meester zuchtte: „Ach, Belhamel, Bel
hamel, geen van de zusters evenaart: haar."
Zoolang Belhamel echter op de schoolban
ken zat en dweepte met haar Hésperus, had
deze slechts oogen gehad voor de schoone
Grootmama. Naar de stad reizen, bij de ge
vierde actrice koffie drinken en haar 's avonds
zien spelen dat was het doelwit van zijn
verlangens.
Nu was plotseling Belhamel rijn afgod en
Onrust, die uit haar korte rokjes groeide,
dweepte met den welgedaan geworden Hes
perus, die van rijn kant alle feedere bedoe
lingen in de opstellen van rijn leerling onbe
grepen aan zich voorbij liet gaan.
Daar treurde zij echter niet om. Iemand
moest bemind worden en daar er niemand
anders was trof het den meester. Overigens
leidde Onnut sedert het vertrek van haar zus
ter een echt zwerversleven, 's Avonds als ze
soms boven in den burcht, in het zwaluwnest
Rivier de Senate
Pdronne
Biaches
lingen hier anderhalf uur gaans naar het
oosten zijn opgeschoven. Hadden bijv. de
Duitschers eerst in Alkmaar gelegen, dan
zouden ze thans tot Ursem rijn achteruitge
dreven. De Franschen wonnen nog wat meer
terrein, de grootste diepte van hun gebieda-
vermeerdering bedraagt 11 K.M. Nu poogt
men door het uitoefenen van verderen druk
de Duitschers nog meer achteruil te dringen
De Engelschen doen dat door in noordelijke
richting de Duitsche linie terug te drukken
eerst naar Martinpuich, vervolgens op
Bapaume. Zij genieten hier een eigenaardig
voordeel. Uit den loop der oude frontlinie is
duidelijk op te maken, dat de verdediging
van Martinpuich en dergelijke plaatsen ge
richt is op het westen, en dit wil dus zeggen,
dat een aanval uit het zuiden gemakkelijker
zal vallen. Een ander voordeel der Engel
schen is, dat rij hun linkervleugel aldus aar
dig kunnen dekken. En dat is noodig, want
zoowel de Engelsche als de Fransche uiterste
vleugel heeft een minder gewenschten loop
zij puilen te veel uit, hetgeen gevaar voor
indrukking kan opleveren. Zooals uit het
kaartje blijkt, staan het Engelsche aanvals
front en het Fransche loodrecht op elkaar,
de Engelschen vallen in noordelijke^ de Fran
schen in oostelijke richting aan. En van bei
den is de bedoeling om hun front in oostelij
ke richting uit te breiden, ten einde de strak
jes genoemde drie plaatsen en daardoor eeni-
ge belangrijke spoorwegen in hun bezit te
zat te droomen, of ginds in den'stal bij haar
kist vol geheimen, kwam Krab plotseling
aanstampen en haalde de droomster naar
huis. Overdag echter, na schooltijd, kon
niemand haar van haar zwerftochten terug
houden. Zij kende plaatsen in het bosch,
vanwaar zij vlugge reeën met haar jongen in
de verte op een open plek zag opduiken en
behagelijk grazen. Herten met machtige ge
weien kwamen rustig te voorschijn uit een
pad door het avondrood overgoten, keken
een oogenblik in de verte en verdwenen. Rosr
sige eekhoorntjes liepen tegen de boomstam
men op en in de jonge twijgen zongen de vo
gels hun voorjaarslied!.
Onnut zag het bosch in weelderigheid toe
nemen, zoodat de zon nauwelijks door de
dichte bladeren kon dringen. Zij zag het zich
tooien in herfstdos, zoodat het er uitzag als
in een sprookje. Haar weg was bezaaid met
avonturen. Wanneer de bijen en hommels in
het voorjaar rondom de bloemen en bloe
sems zwermden, dan zag ze in haar ver
beelding gevleugelde koningszoons naderen
tot de liefelijk nijgende bloemenprinsessen.
Dan kon zij bevangen wordai door een roes
van geluk en rij lachte en schreide en liep
met uitgestrekte armen zoo vlug als een jon
ge ree op goed geluk voort
Of rij slenterde Meile tegemoet, als die met
haar wagen vol brood langs dén stoffigen
straatweg ging. Steeds weder moest Meile
haar levensgeschiedenis vertellen.
„Hoe was het?" vroeg Onnut, „hoe was
het ook weer?"
„Heidegalei, zoo was het," kreeg rij ten
antwoord, „nooit niks had en toch vroolijk."
Zij was nu tachtig jaar, en het ging wel
wat moeilijker met den wagen voor zich uit
„Lieve tijd!" zoo verstoorde zij haar ge-
dachtengang, „het gkot nie zoo best met het
krijgen. Maar de Duitschers doen him uiter
ste best om die spoorwegen te behouden en
dus te voorkomen, dat hun tegenstanders
verdere vorderingen maken. Ze pogen ha
verdere offensief der entente zooveel mogelijk
te belemmeren door een tegenoffensief te
ontwikkelen. De Franschen trachten ze van
Péronne af te houden door bij Biaches in
westelijke richting aan fe vallen, de Engel
schen van Combles en Bapaume door bij
Longueval en in het bosch van Delville ter
rein te herwinnen. Ha gevolg van deze aan
vallen en tegenaanvallen is, dat groepen
boomen en huizen van bezitters wisselen, dat
de legerberichten soms nauwelijks de wereld
ingezonden rijn, of de toestand, zooals zij
die mededeelen, is alweer vexandérd. Nu eens
wint de een wat, dan krijgt de ander ha
grootste gedeelte van ha even te voren ver
loren gegane weer in rijn bezit
Het eenige nieuws van heden is dan ook,
dat de Duitschers gedeelten van ha Delviile-
bosch hebben heroverd en opnieuw zich in
Longueval genesteld hebben.
Op ha oogenblik kan men dus zeggen, dat
ha offensief der entente in ha westen weer
tot stilstand is gekomen. Maar ha zal slechts
een stilstand van korten duur zijn, een even
staan blijven om wat op adem te komen.
Strakjes komen er weer krachtige aanvallen-
en die zullen weer krachtigen tegenstand
ontmoeten en leiden tot nieuwe krachtige te
genaanvallen. Almaar door krijgt de strijd
daardoor grooter beteekenis. Want dé be
slissing zal komen aan die partij, welke bij
de uiterste krachtsinspanning ha sterkst
blijkt Er zal zoo lang gevochten moeten
worden, totdat óf de aanvaller óf de verdedi
ger uitgeput rijn, of wel totdat baden inzien
dat rij aan elkaar zóó gewaagd rijn, dat een
beslissing door de wapenen tot de onmoge
lijkheden behoort Van de geweldigheid van
dezen uitputtingsstrijd krijgt men eenig denk
beeld, wanneer men weet, dat op een stel
ling bij Thiepval door de Engelschen wa
den verschoten 16 granaten pa' seconde; dat
is 960 knallen pa minuut, om een gehuchtje
te krijgen en dat de Engelsche valieslijsten
ova drie dagen een totaal van 1286 officie
ren vermelden, dat is, naar we lazen, twee
honderd mea dan ha heele Nederlandsche
Lega aan beroeps-officiaen telt 1
Nieuws is a vada niet, dan dat de span
ning tusschen Italië en Duitschland schijnt
toe te nemen en dat een nieuwe oorlogsva-
klaring is het niet de 27ste? spoedig
uit dé lucht kan komen vallen.
hijge ik mod gauw een Vaderonsje bidde,
dat 'et wea gaot
Toen hielp Onnut een handje en hielp haar
den wagen voorttrekken.
„Heb ik 't nie zeit," juichte Meile, „as je
maa goed bidt, dan komt a dadelijk hulp."
„Heb je ook zoo veel gebeden toen je nog
jong was, Meile?" vroeg Onnut
De oude schudde lachend het hoofd.
„Heidegalei, toen was ik froolijk wjlor
ik maor ging of stond, dhor hoorde je: „Mei
le, je bent een mooi meiske Maar goed
heb ik 't nie had, ik ben bij slechte mensche
'weest ik kreeg mea slaog as brood en
moest tot in de nacht ma kienders slepe.
Moeke diende in de stad. Maar toen ik vijf
tien was het ze me late komme. Heidegalei
daor ware soldate die stil" viel rij
zich zelf in de rede, „ik moa m'n mond hou-
de en ze gaf zich een klap op den mond.
Maar daarmee lia Onnut zich nia afsche
pen.
„Zeg Meile, beken ha maar ik zal ha
aan geen mensch vertellen, heb je veel van
iemand gehouden?"
Toen lachte de oude vrouw, zoodat rij een
heele poos moest stilstaan van ha hoesten en
snuiven.
„En ben je getrouwd geweest?" vroeg On
nut verda.
„Jaa, jho," knikte Meile en nam haar wa
gentje wea op, het is een fiene bruloft
'weest meriek hebbe ze maakt en moeke
heeft a de maat bie slage
„En toen heb je Kaatje gekregen?" vroeg
Onnut vroolijk.
De oude vrouw keek plotseling ernstig.
„Ja, ja, ik weet ha nog of het vandAög
Txeurd is van de school is ze F huur kom
me -en de karna in rend. „Moeke, jou
ben geen goeje vrouw." In die zelfde nacht
Ha Britsche legabericht van Woensdag
middag luidde:
De Duitschers deden zeer hevige aanvallen
in dichte geledaen van half zes gistermiddag
af op de Engelsche stellingen ten oosten van
Bazentin. De strijd duurde den heelen nacht
voort. Na zeer zware valiezen te hebben ge
leden, slaagden de Duitschers, die groote
verstakingen hadden gekregen, a in de stel
lingen in het bosch van Delville te herovaen.
Ook kregen rij voa aan de noordelijke ran
den van Longueval. De strijd in deze streken
is nog altijd hevig.
Elders 'werd een Duitsche aanval, waaron-
da drie afzondalijke aanvallen op de hoeve
van Watalot, geheel gebroken In ha Engelr
sche vuur.
Ha Fransche legabericht van Woensdag
middag luidde:
De nacht was kalm op ha grootste gedeel
te van ha front. Twee Duitsdie overvallin-
lingen op kleine Fransche posten, een bij
Passchendaele (België) en een andae ten
noorden van de Aisne, bij Paissy, mislukten
onda ha vuur da Franschen.
Op den rechta Maas-oeva blijft de artille-
riestrijd zeer levendig bij Flèuiy.
De Franschen behaalden eenige vorderin
gen met behulp van handgranaten bij de
Chapelle Ste Fine.
Het Engelsche legabaicht van Woensdag
avond luidde:
Generaal Haig seint. Ten N. van de Som-
me wordt de hevige strijd nog steeds voortge-
zet in het dorp Longueval en het bosch van
Delville. Op beide plaatsen hebben de En
gelschen reeds ha meeste van ha gisternacht
valoren terrein haovad.
Dezen middag joegen de Engelschen door
hun vuur een- groote troep Duitschers uiteen,
die zich verzamelden voor een aanval op de
Wataloo-hoeve. uit de richting Guillemont
Het Fransche Legabericht van Woensdag
avond meldde:
Ten Z. van de Somme lukte een kleine ope
ratie ten Z. van Estrées, waardoor de Fran
schen eenige loopgraven namen en gevange
nen maakten..
Geschutvuur bij Vadun.
Het Duitsche legabaicht meldde giste
ren:
In ha Sommegebied zijn gistaavond het
dorp Longueval en ha oostelijk van dit dorp
zich daarbij aansluitende gehucht Delville,
door het Maagdenburger infanterie-regi-
ment No. 26 en het Altenburger regiment in
een hevig gevecht aan de Engelschen weder
ontrukt, die, behalve bloedige valiezen,
daarbij 8 officieren en 280 man aan gevan
genen en een groot aantal mitrailleurs m on
ze handen lieten.
De vijandelijke aanvallen op onze stellin
gen ten N. van Qvillers, en op den zuidrand
van Pozières waden reeds in ons spervuur
afgeslagen en hadden nergens succes.
heb ik bidde Lead. Jèo, jho, in dié zelfde
nacht" v
„Meile," vroeg Onnut, „wat heb je dan
voor kwaad gedaan?"
De oude vrouw hoestte even, toen zei ze en
haar stem klonk een weinig onvast:
„Ik heb nia fan wake houde. Maar in
dien zelfden tied is 't een goed j&or weest,
toen heb ik wak krege zooveel is ik hfebbe
wou. En de en looit wakt en intusschen
bede en op eens was miend kiend twintig
en een brave man heeft haar nome om
dat ik soofeel bede heb. Goddank 1"
vZij schepte adem: „Nou ia Kaatje ai lang
dood, haar oudste jongen heeft z'n huuske en
z'n karna fol kiendas. Ha is geen goed
wake met de jonge en 't is geen goed ae
met hem ook nie, as je geen goeje tande mea
heb. In wintertied hange de ieskegels soo
maar aan 't fensta fan m'n dakkamertje.
Maar Heidegalei! 't is toch wea Voorjaar
worde en de Maartsche fioolkes hebbe bloeid
de lieve God is toch soo goed."
Als Onnut' een cape om had, dan gaf rij
hem aan Meile, maar ook een zakdoek of
haar schort Menigmaal liep zij naar huis
en nam ha eerste het beste wat rij pakken
kon van de tafel of uit de kast om het aan
Meile ten geschenke te geven.
Zij sloop ook naar den overkant, naar de
eetkama en haalde uit haars vaders tabaks
zak een handvol tabak. Dat was voor Men
gewezen burgemeesta.
Bijna dagelijks stond Onnut voor ha lage
hekje, dat ha smalle tuintje omgaf, voor ha
huis van den burgemeesta. Zonnebloemen
en violiaen groeiden hia wild door elkaar
en rozemarijn en nagelbloetqgn. Tusschen
de zonnebloemen, die hoog tegen het huisje
opgroeiden, zag men dien eenen dag voor en
den anderen na, 's zomers en 's winters, ha
De Wethouder, Voorzitter der
Raadscommissie van advies inzake
de levensmiddelenvoorziening te
Alkmaar, brengt hiermede ter alae-
meene kennis, dat de gemeentelijke
Sroentenwinkels van VRIJDAG 31
ULI e.k. af, zullen worden geopend
in plaats van om 7ll. uur, OM 8
UH3R 's MORGENS.
Alkmaar, 20 Juli 1916.
De Wethonder voornoemd,
J. F. LUBBE.
De Wethouder, Voorzitter der Raadscom
missie van advies inzake de levensmiddelen
voorziening te Alkmaar, brengt hlamede
ter algemeene kennis, dat de vasche en
gebakken Regeeringszeevisch, tegen betaling
der daarvoor vast te stellen maximum-prijzen,
behalve bij den heer A. C. MEIJER, Lange-
straat 50, ook zal worden verkrijgbaar ge
steld bij de navolgende winkeliers in vlscn
van Dinsdag 25 Juli a.k, af bij J. v. d.
7WAN Lant 183
Woensdag 26 Juli e.k. af bljJ.HOOO-
LAND, Laat 171, en
Vrijdag 28 Juli e.k. af bij Mej de Wed.
S. P. KNUIST, Magd. str. 10.
In de publicatie dd. 18 dezer staat ver
meld: „Onder den verkoopprijs is begrepen
het zoogenaamde „gallen" (ruw schoonma
ken) der visch voor het pan-schoonmaken
en thuisbezorgen der visch zal per Vt K G.
In rekening mogen worden gebracht 7tyj
cent"; dit moet echter zijn 2Vi cent,terwijl
voor het warm thuisbezorgen der visch 7ifc
cent per K.G. berekend mag worden.
ALKMAAR, den 20 Juli 1016.
De Wethouder voornoemd,
J. F. LUBBE.
Ten Z. van de Somme mislukten Fransche
aanvallen ten N. van Barleux en bij Belloy-
en-Santerre; op andae plaatsen kwam het
nia vada dan tot een eerste poging.
Rechts van dé Maas zette de vijand dé va-
geefsche actie voort tegen onze linies op de
Froide Terre.
Ten N. van Ban-de-Sapt slaagde een Duit
sche patrouille-onderneming.
WAT DE ^VERWINNING KOST.
Een gewonde Engelsche soldaat schrijft
aan de Manchesta Guardian":
„Ik heb den landgenooten in Engeland al
leen dit te zeggen: „telkens als gij uw maal
tijd eet, of een pijq rookt, of een courant leest,
of naar een bioscope gaat, sterven a een aan
tal van uwe landgenooten door de Duitsche
kogels of granaten. Er is voor u nia de min
ste reden om u daardoor te laten neerdruk
ken.
„Gaat gerust eten, rookt uw pijp, bezoekt
spitse gezicht van den burgemeesta. Hij
droeg een grijze wollen muts ma een pluim,
rookte rijn pijpje, spuwde en zat peinzend de
ledige dorpsstraat op te kijken.
Onnut ging a nooit voorbij zonda den
burgemeesta toe te roepen:
„Wat is dat voor een geschiedenis, die o
weet?''
Waarop hij ha hoofd schudde en steeds
hetzelfde antwoord gaf, dat de vraagster zoo
geheimzinnig toescheen:
„Spreke is hersenarbeid. En hersenarbeid
is moeilijk. Want mijn geest is de ploeg en
de grond is hard. De grond is mijn eige Li
chaam."
Ten einde raad was Onnut naar Meile ge-
loopen, om te vragen wat rij toch doen moest
om den burgemefesta aan 't praten te krijgen.
En Meile gaf haar tot raad: „Breng hem
gauw een handje tabak, dan sal hij wel pra
te."
En toen de burgemeesta rijn tabak had,
kuchte hij en begon:
„Item. Ik was een flinke man. Toen ben
ik burgemeesta warde en de macht is mij
naar 't hoofd stege en mijn dade ware uit
den booze. Nu ben ik zoo wies als koning
Salomo. Maar ha is beta als men onwetend
is: denke is ha eige lichaam beploege.
De burgemeesta spuwde, deed een trek uit
rijn pijp en zette rijn toespraak voort:
„Item. Alexi Wehrle was de eerste van
onze schoolbank, die burgemeesta worde is.
Heeft zijn eige zaak bedorve. Jo, jo, ik be-
griep was z'n antwoord jo, jo, ik be-
griep. Als de burgemeesta de straat door
gaat, geve hond en kat mekaar een poot,"
zoo praatten ze. Toen wou ik anders doen,
heb ik dacht, dat ging m vlotta van de
hand. Alexi is een Blaapkop ma z'n „jo, jo,
ik begriep." Item is Huba Louis burganees-
ALKMA ARS G
ai
ai
XI
a>
a
I Thiepval
<3omt»l@s
O
e
a.
a
q*
o
Q
1