DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
No. 178
Honderd en achttiende jaargang.
1916
MAANDAG
31 J U LI.
FEUILLETON.
Ons slot Reebach.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 1,franco door het geheele Rijk f1,25.
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone Advertentiën
Per regel 10.12j Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Eegeerings-eieren.
llegccriugsbokking.
Met 20 ct oorlogstoeslag op den abonnementsprijs per 3 maanden.
ALKMAAR, 31 Juli.
Ten noorden van de Somme hebben de
Franschen bij Hardecourt in verbitterde ge
vechten een net Duitsche loopgraven geno
men tot een diepte van 300600 M. en Let
veroverde terrein behouden, ondanks de
krachtige tegenaanvallen, terwijl elders gerin
gere voordeelen werden behaald. Een Duit
sche aanval bij Verdun leidde tot geen resul
taat. Ook de Engelschen gingen in samen
werking met de Franschen weer tot den aan
val over, maar hebben geen vorderingen van
eenige beteekenis gemaakt.
Op het Oostelijke oorlogatootceel Waren de
Duitsch-Oostenrijksche troepen gedwongen
zich terug te trekken ten westen van den
spoorweg KowelRovno naar de z. g. n.
Stochodbocht. Den Russen vielen tusschen 16
en 28 Juli een 40.000 krijgsgevangenen en 49
kanonnen in handen. Aan het Italsaansehe
front betwisten de Oostenrijkers hardnekkig
hun tegenstanders elke vordering.
,Twee jaar duurt nu de oorlog. Deze
noodlottige verjaardag is voor een groot
aantal bekende manflen en vrouwen op het
gebied van godsdienst, wetenschap, kunst,
politiek enz. uit de oorlogvoerende en uit de.
neutrale landen aanleiding geweest om een
verklaring af te leggen van hun overtuiging,
dat ondanks de door den oorlog ontwikkelde
internationale verhoudingen deze zich niet
zullen ontwikkelen in de richting van vij
andschap en naijver, dat eep economische
oorlog door de volkeren zal worden gewei
gerd, dat de politiek van bewapeningsijver
zal hebben afgedaan en dat het recht en niet
de macht de beslissende factor der internatio
nale politiek moet zijn.
Men weet, dat verleden jaar op dit tijdstip
de Paus een schrijven, tot de volkeren der
oorlogvoerende landen en hun hoofden richt
te, waarin Benedictus XV htm bezwoer een
einde te maken aan den krijg.
De oorlog blijft evenwel maai: voortwoe
den, al zulke idieele pogingen ten spijt. Wij
hebben dit jammerlijke feit eenvoudig te aan
vaarden. Als twee bullebijters, die zich aan
elkaar vastgebeten hebben, zoo moeielijk zijn
de oorlogvoerende partijen van elkaar te
scheiden. Zij laten zich niet tot ophouden
bewegen door invloeden van buiten af, zij
willen het zelf uitvechten, zij wenschen zoo
lang vol te houden, dat een van beiden of
alle beil de moed tot voortzetten ont
zinkt.
Zal dat nog een jaar kunnen duren?
Het is moeielijk te zeggen men heeft in
Roman naar 't Duitach,
door HERMINE VILLINSER.
17)
Maar de uren van teleurstelling kwamen
en de jeugdige vreesachtige door haar eerste
succes nog zoo bewogen ziel was der wan
hoop ten prooi want op dit eerste boek,
waarvan in een kritiek gezegd werd: „Wie de
geschiedenis van een „Meile" geschreven
heeft, mag tot onze eerste schrijvers gere
kend worden", op dit eerste boek volgde het
eene echec op het andere. Nergens was de
uitgever tevreden over.
Want niet altijd, zooals bij „Meile", was
"hetgeen zij aanschouwd had, voldoende. Hier
en daar, haast overal, ontbrak dit laatste.
Wel gevoelden haar minnende personen en
spraken zij "met een hartstochtelijkheid, een
innigheid, zóó dat een persoon, ingewijd in
alle geheimenissen van het gevoel, de liefde
niet dieper, niet gloeiender had kunnen schil
deren. Maar als het de werkelijkheid betrof,
de omstandigheden waarin zulk een liefde
opleefde, dan bewogen zich de denkbeeldèn
van het jonge meisje in een wereld dïe niet
bestond.
„Schatje, je bent een klein ezeltje", zoo
lachte Grootmama haar ongelukkig Onnutje
uit, „heb je dan 'dacht dat alles zoo maar
van een leien dakje zou gaan met je schrijve
rij In geen een kunstenaarsberoep gaat het
van eei^ lei™ dakje, maar 't is altijd dan op
en dan 'neer, dan heen en dan weer. Wij allen
de afgeloopen oorlogsjaren wel geleerd, dat
men voorzichtig moet zijn met het doen van
voorspellingen! De allerknapsten hebben te
voren altijd geléeraard', dat een wereldoorlog
na een paar maanden al uit zou moeten zijn
en hij duurt nu al twee jaar
Laten wij even vluchtig nagaan wat het
laatste oorLogsjaar heeft opgeleverd. Het
werd ingezet met het geslaagde offensief der
Duitschers, dat vergezeld ging van den ge
slaagden terugtocht der Russen. Den 5den
Augustus werd Warschau bezet en achtereen
volgens vielen Kowel, Brest-Litowsk, Loetzk,
Grodno, Doebno, Wilna den 19den Sep
tember eindigde dit offensief, dat doode
strijdkrachten (de vestingen) in Duitsche
handen had gebracht, terwijl de levende (de
troepen) voor een aanzienlijk deel waren
ontsnapt. Een Week later kwam in het Wes
ten het Champagne- en Artois-offensief van
de verbondenen, waarbij de Fransche troepen
over een breedte van 23 K. M. van 4 K.M.
in de Duitsche stellingen doordrongen en de
Engelschen over een breedte van 8 K.M. tot
3y2 K.M. Duitsche stellingen ten zuiden- van
het kanaal van Bassée veroverden en o.a, het
dorp Loos bezetten. Het offensief was bin
nen enkele dagen gestuit
De centralen richtten daarna de actie op
Servië. Nauwelijks was Belgrado bezet (9
October) of Bulgarije verklaarde Servië den
oorlog en vócht mee. Den 28sten November
maakte het Duitsche groote hoofdkwartier
bekend, dat de groote krijgsverrichtingen te
gen Servië waren afgeloopen. Hierdoor was
de verbinding van de centrale mogendheden
met Turkije tot stand gebracht, hetgeen twee
erlei gevolg had. In de eerste plaats was
hierdoor de kans van slagen van den uithon-
geringsoorlog verminderd en bovendien kon
den de Duitschers nu hulp brengen aan de
Turken. In Januari moest Gallipoli geheel
door de Engelsche en Fransche expeditie
troepen ontruimd worden, wat een ernstige
tegenslag voor de entente is geweest. Ook bij
Koet el Amara konden de Duitschers de
Turken in Januari helpen.
In Februari namen de Duitschers op het
Westelijk oorlogstooneel weer het initiatief
bij Verdun, waar de Franschen door heldhaf-
tigen tegenstand te bieden een groot gevaar
hebben voorkomen.
In Maart trad een nieuwe strijder in het
strijdperk: den 9den dier maand verklaarde
Duitschland aan Portugal den oorlog naar
aanleiding van het in beslagnemen van
Duitsche schepen. Tien dagen later besloot
met elkaar, die in de kunst opgaan wij
staan geen oogenblik op vasten grond. Ik
mag wel zegge een humor zooals ik heeft
geen een voor mij'had en zal ook zoo gauw
niemand krijge. En toch, hoe vaak is 't ge
beurd een nieuw gezicht een mooi toi
let verder niks. En toch, wie hebbe hun
Grossi in den steek 'late, dat waren mijn
lieve stadgenoote. Of er kwam een piepjong
ventje en hij- bewees in onduidelijke woorde,
dat een van mijn beste rolle niets meer was
dan ratelen. Dat moet men alles verdragen,
alles leere slikke. Slik maar door en als je er
bijna in stik, weg dan maar over de dorens
op de grond en als ze je de voeten openritten
tot bloedens toe: „Alle Gewalte zum Trotz
sich erhalte
Al had Goethe miks meer 'zegd, dan zou ik
er hem om wille kusse als ik hem bij mij
had. Nu schreie ze wel, mijn stadsbewoners
en ze roepe om mij. Maar was ik bleve
dan zou het weze: „Die ouwe Grossi is niet
an te zien." Zoo zijn de mensche. Men
moet ze niet ernstig opneme zoo ver moet
men kome, en als men behalve dat nog een
goede gezondheid heeft en men kan rondko-
me en men heeft een paar lieve mensche bij
zich, dan is het leve een gave Gods, die men
niet hoog genoeg waardeere kan."
Eens op een dag dacht Krab' bij zichzelve:
„Grootmama is veranderd"
In een donker hoekje in de gang deelde zij
deze opmerking mede aan Mademoiselle.
En de Fransaise knikte schreiend:
„Zij giet stilletjes haar koffie weer in de
kan, om niet te laten merken dat ze ze niet
opdrinkt."
Zij gingen samen naar de keuken om met
Rusland de Franschen te steunen door een af-
leidings-offensief, dat evenwel mede in ver
band met dé ongunstigste weersgesteldheid,
niets opleverde. Fortuinlijker waren de Russen
in April in den Kaukasus, waar zij den 8en
Trebizonde bezetten en waar zij, gelijk be
kend, sindsdien geheel Armenië hebben ver
overd. In Mei begonnen de Oostenrijkers een
offensief tegen Italië, waarbij voordeelen zijn
behaald, welke later grootendeels, doch niet
geheel, weer verloren gegaan zijn. De Juni
maand opende met den eenigen belangrijken
zeeslag in dezen oorlog, bij Jutland, waar de
Engelsche vloot de zedelijke, de Duitsche
echter de materieele overwinnaar is geworden,
zonder dat de maritieme toestand daardoor
eenige wijziging heeft ondergaan.
Den 5den Juni werd het nieuwe groote
Russische offensief ingezet tegen het front
der centralen ten zuiden van de Pripetmoe-
rossen, Loetzk werd' door de Russen bezet en
Doebno en Czernowitz, de hoofdstad van
Boekowina. Toen kwam 1 Juli het groote of
fensief der Engelschen en Franschen, dat
evenals het Russische offensief nog steeds
voortduurt en tot aanvankelijke successen
heeft geleid.
Wij mogen dus constateeren, dat er in het
afgeloopen jaar geen groote strategische be
slissingen zijn verkregen, wel belangrijke
tactische overwinningen zijn behaald. Daar
bij zijn de centralen ongetwijfeld in- het voor
deel geweest. Toch staan zij: er 1 Augustus
1916 bij lange na niet zoo gunstig voor als
zij 1 Augustus 1913 deden. Het is al dade
lijk een zeer nadeelige factor voor hen, dat zij
er niet in geslaagd zijn, ergens een partiëele
overwinning te behalen. Zijmoeten nog
steeds een oorlog aan alle fronten blijven
voeren. Zelfs op den Balkan, waar Roeme-
nië's meedoen den toestand elk oogenblik
kan verergeren al heet het nu weer dat het
eerst in September te velde zal trekken. Een
tweede ongunstige factor is, dat de groote
landen der entente zich dit jaar krachtig en
eensgezind hebben gemaakt Op dit oogen
blik zijn de middenmogendheden overal ge
dwongen tot het vervullen van een verdedi
gende rol. In het Oosten wordt het front
thans in een richting gedreven, tegenoverge
steld aan die van verleden jaar. Men weet
niet, wat dit nog worden kan. En al wordt
in het Westen hardnekkig tegenstand gebo
den, ook daar kan de Linie op den duur on
houdbaar worden. Want dit mag niet wor
den verbeten overal worden thans de troe
pen vastgehouden en van geen enkel oorlogs
tooneel kunnen ze nu naar een ander
worden gezonden. Dit kan alleen geschie-
Lrnestine te onderhandelen over hetgeen
Grootmama voortaan eten zou.
De meid snikte in haar schort dat ze voor
haar gezicht hield: „Ik heb het al soo lang
'merkt ze eet nooit goéd meer dat is
geen goed 'teeke as je oud wordt het is
niet goed."
„Krab", zei Grootmama eens, toen haar
kleindochter haar een krachtig soepje op
haar kamer bracht, „jij bent geschape om
moedertje te zijn, je jongens zulle het- eens
goed hebben
„Mijn jongens!" riep Krab opgetogen,
„gelooft u heusch, Grootmama?"
„Stellig", knipte deze, „dat heb ik zoo in
me je krijgt niks dan jongens en Hesperus
zal niet ruste voor dat het allemaal profes
sors zijn." 1
Onnut liep op dat oogenblik zingend door
de gang: „Und kommt das Manuskript zu-
rück", klonk het in de kamer.
„Dan ist es aus mit allem Glückl"
„HeidegaleiHeidegalei
„Grootmama, gelooft u dat Onnut ooit
verstandig zal worden?" vroeg Krab.
„Neen, daarom ben jij het voor twee, jij
hebt bepaald al mijn verwachtingen overtrof-
fe, Krab
„Omdat u het minst van mij verwacht
hadt", zei de jonge vrouw eenigszins ge
krenkt, „u heeft altijd gedacht dat Belhamel
het het verst zou brengen."
„Ik kon het niet helpe", zei Mama Grossi,
„maar dat denk ik nog altijd. Zij heeft het
alleen moeilijker en daarom duurt het lan
ger. Jij volgt je éénvoudige, rechte weg en
dat is goed ook. Jij denkt altijd: „werke".
In de kunst gaat de zaak niet zoo geleidelijk.
Als men in twee werelden leeft is het geen
den, wanneer tusschen twee kwaden moet
worden gekozen en het eene gebied dient te
worden opgeofferd, om het elders dreigende
gtoot-ere gevaar af te wend-en.
Zoo verkeert dan thans de entente in het
gelukkige geval, dat zij alom gelijktijdig
druk op de linies der tegenstanders uitoefent.
Zij heeft de militaire kaart nog niet veel kun
nen veranderen, maar zij kan de hoop heb
ben, daartoe alsno-g in staat te zijn. Aan den
anderen kant echter, bereikt zij dit nu niet,
breekt zij nu niet den weerstand van de vijan
den, dan zal zij daartoe moeielijk later in
staat zijn.
En deze overweging leidt tot de slotsom,
dat de oorlog bij het intreden van het derde
jaar zijn crisispunt nadert en dat het als on
partijdig beoordeelaar van den toestand nog
niet mogelijk schijnt uit te maken, aan welken
kant de overwinning zal 'komen, ook al hier
om niet, wijl men niet kan weten, welke nieu
we strijdkrachten aan den eind-strijd zullen
deelnemen.
KORTE BERICHTEN.
In Engeland is de invoer van cocaine
en opium, tenzij met consent verboden. Te
vens is het verstrekken van de twee vergiften
behoudens op voorschrift van geneesheeren,
strafbaar gesteld.
De Engelsche mailboot „Appam" in Ja
nuari 1916 door de Möwe in beslag gieno-
men en met een prijsbemanning naar Amerika
gezonden, is door de Amerika arische autori
teiten aan de Engelsche eigenaars terugge
ven.
Aan de Noord Atlantische kust hebben
haaien de badgasten aangevallen en verschei
dene opgegeten. Dit veroorzaakte een paniek.
Haaien- komen anders nooit zoo ver noorde
lijk.
Sins het bpgin van den onderzeeërs-oor-
log, 12 Februarie 1915 zijn 1000 schepen in
den grond geboord, hiervan waren 620 sche
pen van Engelsche nationaliteit, waaronder
51 van den- oorlogsvloot.
Bij Nieuw-York had een vreeselijke ont-
ploffing plaats van honderd wagonladingen
en verscheidene schuiten munitje. De heele
stad trilde van de schok. Ten gevolge van
het vroege uur waren nog weinig arbeiders
aanwezig, men hoopt dat het aantal slachtof
fers dus niet heel groot zal zijn. Toch zijn
reeds vijf person ennaar het zijekenhuis ge
bracht.
Bij een zeiltochtje, dat de Koning van
Denemarken alleen in een bootje op de baai
van Aarbuus, bij zijn zomerverblijf maakte,
sloeg het scheepje om. De koning kiende zich
een uur aan den omgeslagen -boot vast,, toen
werd hij gered. Nadeelige gevolgen- van dit
ongeval heeft hij ni(et.
De Engelsche minister van buitenland-
sche zaken, Sir Edward Orey, thans Viscount
Grey of Falloden, zal Dinsdag a. s. voor het
eerst zitting nemen in het Hoogerhuis.
Wegens de bevredigenden oogst van
nieuwe aardappelen mogen de landbouwers
wonder dat men het in 't gewone leve vaak
zoo nauw niet neemt. Daarom beveel ik je
Onnut met warmte aan. Ik Leb ook altied
iemand noodig had, die voor mij zorgt. Ja,
zoo zijn er mensche, die hun heele leven een
moedertje hebbe moete. Jij bent in'n laatste,
Krabje."
Onnut, de eenige die niets van de verande
ring in Grootmama bemerkte, kwam eens op
een dag stralend van vreugde de kamer bin
nenstormen.
„Er zat was in", juichte zij, een brief
toonende, „mijn laatste verhaal daar zat wat
in, Grootmama."
„Dan heeft mijn schat geen enkelen wensch
meer", zei deze verheugd.
„O jawel", antwoordde Onnut, haar smee-
kend aanziende. „Belhamel weerzien!"
Mama Grossi's gezicht betrok.
„Wat kan ik meer doen dan steeds en
steeds weer schrijve: „Kom toch"."
„U kunt haar halen, Grootmama", fluister
de Onnut.
Mama Grossi zei niets, maar het was of zij
zwaar ademhaalde; zij wilde het echter niét
zeggen en keek het venster uit. Plotseling
keerde zij zich om, nam haar lieve Onnut in
haar armen en kuste haar' onder tranen.
„Weet je het allernieuwste nieuwtje", zei
ze 's avonds onder het uitkleeden tot Cas-
sale, „morgen gaan wij op reis. Onnut en ik.
Wij wille Belhamel gaan hale. Zeg Cassale,
jou moest in 'n koffer pakke, mijn blauwe ja
pon, met bruine en dé twee donkere ruitjes
met licht stuk boven in. Twee hoede maar.
Ik kan je niet zegge hoe opgewonde het
plan mij maakt m'n Belhamel, m'n Belha
mel."
Mania Grossi zag donkerrood in 't gezicht.
De Wethouder, Voorzitter der Raadscom
missie van Advies inzake de Levensmiddelen-
voorziening, brengt ter kennis van belang
hebbenden, dat gedurende het tijdvak van
SEPTEMBER 1916 tot en met JANUARI
1917 gelegenheid zal bestaan voor den VER
KOOP van z.g. KALKEIEREN, waarvan de
inkoopsprijs 6,— per 100 stuks bedraagt
Deze EIEREN zullen mogen worden
verkocht tegen een maximumprijs van 6.50
per 100 stuks.
Degenen, die voor den verkoop dezer Ei
eren in aanmerking wenschen te komen, ge
lieven zich daartoe uiterlijk ZATERDAG, 5
AUGUSTUS a.s. ter Secretarie der Gemeente
aan te melden, onder opgave van de wekelijks
benoodigde hoeveelheid Eieren.
Zij, die genegen zijn REGEERINGSBOK-
KING (z. g. Engelsche Bokking) te verkoo-
pen, gelieven zich daartoe uiterlijk WOENS-
D|AG 2 AUGUSTUS a.s. aan te melden bij
W. A. SMIT, koopman, wonende LAAT 173,
bij wien de eBOKKING van- Gemeenteweg
voor Winkeliers en Venters verkrijgbaar zal
worden gesteld, onder de navolgende voor
waarden
lo. De bokking wordt verstrekt zonder
staart; de verkoopsprijs bedraagt 5 cent
per stuk;
2o. de verkoopers van Regeeringsbokking
zijn verplicht geen andere dan uitslui
tend deze Bokking te verkoopen.
Alkmaar, 31 Juli 1916.
De Wethouder, Voorzitter van
voornoemde Commissie,
J. F. LUBBE.
in Duitschland van 1 Augustus a. s. af van
dje door hen zelf verbouwde aardappelen voor
hun huishouden zooveel gebruiken als ze wen-
sheen.
De gebruikelijke jaarmarkt van Nissiji
Nowgorod is 28 Juli geopend. Er is veel be
langstelling, voornamelijk wordt de markt be
zocht door Engelschen, Franschen-, Japan
ners en Amerikanen.
In Kopenhagen is een spionnagezaak
ontdekt, om Engeland inlichtingen omtrent
Duitschland en Denemarken te verschaffen.
Volgens Amerikaansche bladen is een
Duitsch-Amerikaansche luchtdienst in voor
bereiding.
In de buurt van Pozières zouden Por-
tugeesche troepen zij gesignaleerd, die met de
Engelschen medestrijden-.
Fransche vliegers leverde Zaterdag
35 gevechten met den vijand; in den loop van
deze gevechten werden 6 Duitsche machines,
beschadigd zijnde, tot dalen gedwongen.
Er gaan geruchten, dat Rusland en
Zweden een overeenkomst hebben aangegaan,
waarbij Rusland zich heeft verplicht, na den
oorlog de Alandseilanden aan Zweden af te
staan.
Zij haalde met moeite adem.
„Jou pakt voor mij, niet waar, jou pakt
voor mij", herhaalde zij steeds weder.
„OcL Madame", riep de Fran5aise ontsteld,
„een zoo verre reis u en Onnut alleen
dat kan niet dat kan ik niet verantwoor
den. Ik ga met u mee. Ik ben immers zoo
ervaren op reis als men van Parijs geko
men is denk eens aan, Madame, heelemaal
van Parijs."
Toen begon Mama Grossi te lachen ol
wat lachte zij.
„Als we nu 's hemels naam niet ergens heel
anders terecht komen, Cassaletje, wij drie
wijzen uit het Oosten, als we maar niet er
gens anders terecht komen."
En mama Grossi kwam inderdaad ergens
anders terecht dan zij gewild had. Reeds in
den nacht had zij de reis aanvaard, alleen en
zonder dat iemand het merkte. Zonder haar
te verschrikken, had de engel des doods deze
reine ziel uit haar aardschen slaap overge
bracht naar de eeuwige rust.
Toen zag men nog een korten tijd de klei
ne, nu geheel scheeve gestalte van het Fran
sche vrouwtje 's morgens vroeg door het
dorp naar het kerkhof sluipen, 's Avonds
echter opende zij haar groote, oude houten
koffer en streek met bevende hand over de
zwarte, zorgvuldig uitgespreide zijden ja
pon. In dit kleed, zoo mooi en deftig ge
plooid, wilde Cassaletje haar laatste reis
naar het hiernamaals aanvaarden naar haar
geliefde Madame.
Wordt vervolgd.
ALRMAARSCHE COURANT.