YARIA NEDERLAND» OVER DE BENOEMING VAN EEN VICE-CONSUL. In het Lagerhuis heeft de unionist Roland McNeill aanmerking gemaakt op de benoe ming van den heer A. Q. Holzapfel tot vice- consul van nngeiand te Rotterdam. Was niet, vroeg hij, de Duitsche consui te Newcastle van vóór den oorlog een oom van hem, en kunnen er niet mannen met een Engelschen naam en van Engelsche geboorte voor de consulaire posten in onzijdige landen wor den gekozen? Lord Robert Cecil antwoordde, dat de be noemde Engelschman van geboorte is. Men had hem een eere-post aan het Engelsche con sulaat-generaal te Rotterdam gegeven om hem in staat te stellen, beter zekere bizondere Elichten in Nederland uit te oefenen, in ver and met handelskwesties waar hij vakkennis van heeft. Natuurlijk zou hij in geenerlei op zicht den Engelschen consul-generaal te Rot terdam vervangen of zich in diens werk men gen. Of hij verwant is aan den genaturali- seerden heer Max Holzapfel, die Engelsch genaturaliseerd burger is en voor den oorlog Duitsch consul te Newcastle was, wist de re geering niet. De regeering wou het niet als een straffe regel invoeren, dat geen Engelsch man van geboorte met een buitenlandschen naam een staatsbetrekking zal krijgen. De waarborg voor geschiktheid is niet de naam, maar het karakter, bekwaamheid en verdiens te. De afgevaardigde Sherly Benn merkte op, dat 'sheeren Holzapfel's vader wel als En gelschman genaturaliseerd was, maar bij het uitbreken van den oorlog naar Duitschland was gevlucht. De benoemde had nog andere aanverwanten in Duitschland. Kon hij niet, trouw aan zijn „ras," met hen betrekkingen onderhouden De minister herhaalde, dat de heer Hol zapfel geboren Engelschman is. Als men iets tegen zijn karakter wist in te brengen, zou de regeering het onderzoeken, maar dat hij een Duitschen naam draagt of van Duitsche af komst is, is in haar oogen geen beletsel. De afgevaardigde Pennefather had nog een opmerking, waarop Lord R. Cecil zei, dat de regeering gehandeld had naar het advies, dat zij had gekregen, en haar niet was gebleken, dat hij niet voor de benoeming deugde. De Londensche correspondent van de N Rott. Ct. 'seint hierover nog: De Evening News hekelt in scherpe be woordingen het antwoord, dat Robert Cecil in het Lagerhuis heeft gegeven op bezwaren, ingebracht tegen de benoeming van den heer Holzapfel als Engelsch vice-consul te Rotter dam. Het is niet voldoende zegt het blad dat de heer Holzapfel in 1910 liberaal can- didaat voor het parlement is geweest en dat hij Engelschman van geboorte is, hij moest ook van Engelsche afkomst zijn. Vrijdag is er te New-Castle op de handels beurs een vergadering gehoudeg, waarop eenstemmig een protest werd aangenomen voorgesteld o.a. door den burgemeester tegen de benoeming van den heer Holzapfel tot vice-consul te Rotterdam, „de voornaams te haven van Nederland en zoo goed als de voordeur van Duitschland." Toen de heer Renwick, de eerste voorstel ler, lord R. Cecil's woorden aangaande Hol zapfel's vakkennis aanhaalde, werd er gela chen. De atmosfeer, waarin de benoemde had geleefd, is Duitsch, zei de heer Renwick. Dte heer Holzapfel had zich op den achter grond moeten houden. Hij had geen recht naar voren te dringen. De burgemeester zei, dat de scherpste kri tiek op de benoeming dien ochtend van de admiraliteit was gekomen, die de reeders verzocht er voor te zorgen, dat heeren die ze in buitenlandsche havens benoemden van Britsche nationaliteit zijn. (Gelach.) En wij houden niemand van Britsche nationaliteit, zei de burgemeester, die niet van Britscheu bloede is. Gelijk minister Asquith dezer dagen in het Lagerhuis zeide, sluit dat generaal Botha uit; en met hem alle Afrikaanders. mag men er bij voegen, alsook de Fransche Canadeezen, gezwegen van de Indiërs, die ook Britsche burgers zijn. DE TRAM EN DE LEVENSMIDDELEN- VOORZIENING. De stad Münster, waar men Van gemeente wege de arme bevolking van soep voorziet, -maakt thans van tramwagens gebruik voor de distribueering der spijzen. In de trams wordt een fornuis met ketels geplaatst, langs de electrischen rails glijden verschillende wa gens naar alle windstreken der stad, om daar met vreugde door de wachtende bevolking té hartje was van nu af een gouden herinnering evenais het doode moedertje zelve. De stiefmama was niet bepaald slecht voor haar. Misschien zou zij met haar aard boos aardig ijverzuchtig op haar kameraadschap tusschen- vader en dochter zijn geworden als die later was begonnen. Maar nu, nu Gro- pius haar het kleine ding, dat haar lastig was, afnam, kon haar dat niet anders dan aangenaam zijn. Als daarop aanmerkingen werden gemaakt, die een verwijt voor haar bevatten, dan hoorde zij ze eenvoudig niet. Dat behoorde tot haar speciale handigheden. In haar jonge jaren was ze klierachtig, bleek zuchtig, haar lichaam was totaal ongeoefend, zij had geen besef van zelfbeheersching. Maar gemak was haar daarom 't hoogste. Dat wist ze geraffineerd te verdedigen. Zij kreeg bijna esprit bij zulke gelegenheden en een 'soort van waardigheid, welke haar na tuur anders vreemd was. De dokter was dood, neergemaaid in negen korte uren. Om elf uur 's avonds was hij nog bij een kraamvrouw geweest, bij de vrouw van een boekhouder, die haar eersten flinken jongen kreeg. Hij had haar vast .in zijn armen gehouden en haar als een vader toegesproken, terwijl de jonge echtgenoot, geheel uit zijn evenwicht gebracht, in de aan grenzende kamer rondliep. Nate had intus- schen in het nette keukentje de koffie gezet, die hij, toen alles gelukkig achter den rug was, zelf nog had meegedronken. Toen zij de smalle wenteltrap afgingen, strompelde (lij plotseling met zijn zware laarzen krakend een paar trappen naar beneden, maar hield worden inprehanld. Men gaat aan de achter* rijde ia, krijgt voor 40 pïemig rija pannetje boordevol, ea vertrekt door de voordeur. INLEVERING VAN GOUDEN VOOR WERPEN. De Kölnische Voikszeitung zegt, dat de tijd gekomen is om den goudvoorraad der Duit scue banx te vermeerueren door naai zooveel mogenjK gouaen sieraden te verkoopen. Haar gbudvoorraad, schnjit net blad, is wel sedert net oegin van den oorlog gestegen van 12oj muuoeu mars tot Zjoö mtnioeu, maar ook de uitgüte van bankbiljetten is sterk toegeno men. Dat was noodig, o.a. om he bezette ge bied van een ruilmiddel te voorzien; er is daar een twee milliard mark in omloop. Om de banx te helpen is ai aanstonds zooveel mogelijk goudgeld bij haar ingeleverd en heelt men het pubiiex aangespoord, üet be taalverkeer zonder gereed geld te onderhou den, alsook zijn papieren geld zoo spoedig giogelijk aan bank of spaarbank toe te ver trouwen. Maar nu kan het Duitsche volk de bank nog meer heipen door haar zijn gouden sie raden al te staan. Men ontvangt daarvoor de waarde aan goud; van 8 karaat 0.75 mark het gram, van 14 karaat 1.50 mark en van 18 karaat 2 mark. Ai,wie een stuk inlevert krijgt een gedenkblad, zoo het voor meer dan 5 mark is bovendien een gedenkpenning en wie een gouden ketting inlevert een ijzeren ketting. Men levere echter geen stukken in die persoonlijke waarde hebben en geen be paalde kunstwerken. Reeds hebben zich in een aantal steden commissies gevormd om goudea sieraden in te zamelen. OORLOGSOOIEVAARS IN PARIJS. Terwijl de meeste kleinere vogels gewend zijn geraakt aan het voortdurend slagveldla- waai met z'n kanonvuur en wapengekletter, hebben de ooievaars er nog altijd een sterken afkeer van. Tal van dieren hebben dan ook de plaatsen van het offensief verlaten en zich in rustiger streken gevestigd. Zoo is er ook een schaar ooievaars aangeland op het stadhuis van Levallois-Perret, een voorstadje van Pa rijs, waar ze op de vele hooge schoorsteenen hun nesten hebben gebouwd. Zou Langbeen zich van z'n taak in Parijs bewust zijn VERDWENEN PLAATSEN. Het is een opmerkelijk verschijnsel, dat dorpen en steden, die wegens een oorlog ver laten moesten worden, nooit meer tot hun ouden bloei terugkeeren. In het algemeen heeft men een tegenzin er tegen, zich op de graven der gevallen slachtoffers te vestigen. De historicus en archaeloog kan er dikwijls verzekerd van zijn, dat het verdwijnen van steden en dorpen ten nauwste samenhangt met een oorlog. Ook op de cultuur van het land heeft een oorlog invloed. De boer houdt er in het algemeen niet van, grond om te spitten, waarin hij allerlei menschelijke over blijfselen en andere oorlogsherinneringen kan vinden. Liever ziet hij van een geldelijk voordeeltje af, dan dat hij de vrees en het bijgeloof overwint, dat onvermijdelijk met den arbeid op een voormalig slagveld ver bonden is. WATERVLIEGTUIG. Een vlieger beschrijft in de „Daily Chro nicle" aldus zijn werk: „Op zee bestaat onze bezigheid hoofdza kelijk in verkenningen voor de vloot, want op 5000 voet hoogte kan een vlieger hem maal zoover zien als de uitkijk op een slag schip of kruiser. In deze gevallen begint en eindigt de vlucht in den regel op het water naast het moederschip en als de machine niet in gebruik is, wordt zij door middel van een lange kraan aan boord, geheschen en op een speciaal daarvoor ingericht dek weggebor gen. Wat de belangwekkendheid van het wefk aangaat, is dat van den vlieger over land ho ven dat van dien op zee te verkiezen. Men kan zicli nietè saaiers en eentonigers voor stellen dan een lange vlucht over een einde- looze uitgestrektheid van blauw water: De bestuurder van een land-vliegmachine heelt tenminste een voortdurend veranderend per spectief van heuvels en dalen, rivieren en bosschen, steden en dorpen onder zich, ter wijl hij d.ie een zeevliegtuig bestuurt niets an ders ziet dan zee, lucht en horizon en mis schien nu en dan een toevallig voorbijgaand schip. Een kennis van mij, die een water-aero- plaan bevliegt, nam altijd zijn hond mee, om de eentonigheid wat te verbreken. Het is een rustige wijs-uitziende Schotsche terrier. Die hond kan aanspraak maken op een honden- zich nog vast. Beneden in de gang, waar de gelukkige jonge vader met een keukenlamp voorlichtte, kwam de tweede en ernstiger aanval van duizeligheid, Hij moest nog de verschrikte oogen van zijn dochter gezien hebben, want hij zei: „Nate, maak je maar niet ongerust waarop hij in de lucht greep, wankelde en neerviel. Hij kwam niet meer tot bewustzijn. Den geheelen nacht niet meer en dat duurde tot 's morgens negen uur toen alles voorbij was, al zat ook de vurigste liefde, die in hemel en op aarde te vinden is voor zijn bed, die al die lange uren zijn hand niet losliet en met woest opengesperde oogen in zijn zoo vree- selijk veranderd gezicht staarde. Er was een collega van hem, een neef, een heel jonge dokter, die sedert een half jaar in het ziekenhuiè assistent was: Die bezat den aard der Gropiussen, zijn moeder waS dan ook een Gropius geweest, een volle nicht van den dokter. Hij leek niet in het minst op zijn oom, maar was een slanke, jonge man met een mager, hoekig gelaat, dochhij drukte zich op dezelfde besliste, gereserveer de knorrige wijze uit, waarachter zich veel innerlijk gevoel vèrborg. De oude dokter had' nog in de laatste we ken van zijn leven iets gemerkt, dat hem on gerust maakte. Hij zag dat zijn neef, die Bob Andreas, die reeds als gymnasiast de kleine Renate als een onnoozele had nage staard, nu verlegen werd, zoodra het meisje de kamer binnen kwam. Daarbij was Nate in zulke dingen nog onbevangen als een kind en men kon nog absoluut niet voorspellen, in welke richting zich later daarin haar gevoel kwopipeoichsp, want hij heeft nu reeds meer dan 2000 miilen in de lucht afgelegd. Hij heeft eea eigrn methode van luchtreisjes ma ken ontwikkeld, want zoodxa de machine in beweging en onderweg is, gaat hij opgerold op de fuselage van het vliegtuig liggen en doet een stevig dutje, terwijl hij weer wakker wordt als de motor stilstaat Het vliegen in, een water-aeroplaan is in deze dagen een in vele opzichten gevaariijk werk. In de officieele cominuniqué's is een zee- vlieger vermeld geworden, die in den jong- sten zeeslag in de Noordzee zulk een be langrijke rol heeft gespeeld. Uren achtereen bleef hij in de lucht om de bewegingen van de vijandelijke vloten te verkennen en dan dë Engelsche vloot mede te deelen. Daarna daalde hij weder, om na .een korte rust weer óp te stijgen en de kanonniers aan boord der slagschepen omtrent de uitwerking van hun vuur in te lichten. Zijne werkzaamheid heeft er ongetwijfeld veel toe bijgedragen om het vuur der groote kanonnen naarmate het gevecht zich verder ontwikkelde, zoo krachtige uitwerking te ge ven. Deze vlieger is de eenige,die de beide vloten welke met elkaar slaags waren in den grootsten zeeslag dien de geschiedenis kent, gelijktijdig heeft gadegeslagen en hij zal ze ker een uiterst belangwekkend verhaal kun nen doen, als hij zich eens daartoe zal zet ten. RIJWEILBANDEN VAN RIET. Naar>het „Berliner Tageblatt" meldt is men er in geslaagd een surrogaat te vinden voor de gummi-rijwielbanden welke sinds maanden onbereikbaar zijn en er door hun schaarschte toe hebben geleid dat het wiel- rijden in Berlijn en omstreken thans vrijwel verboden is. De veerende band, die uit in spiralen ge vlochten Spaanach riet (Feddigrohr) bestaat, is cirkelvormig en uit één stuk vervaardigd. Om den eigenlijken band loopt een mantel van waterdichte stof; terwijl aan de loop vlakte een sterke reep zwijnsleer bevestigd werd, die het weerstandsvermogen van het geheel niet weinig verhoogt. Deze nieuwe bandsoort is bestand tegen vocht en andere invloeden van het weer; en weegt slechts 275 tot 300-gram. De gaten die een middellijn van ongeveer 2 millimeter heb ben en met schroeven in de velg geboord worden, bevestigen den band aan het wiel. De band kan zonder- veel moeite over de velg gedrukt worden en door de schroeven kan men zorgen dat hij veerend en toch stevig zit. De banden dragen elk gewicht en de slijta ge is slechts gering. KORTE BERICHTEN. De Britsche opperbevelhebber van In- dië, Sir Beauchamp Duff, is naar Engeland teruggeroepen, om verklaringen af te leggen voor de Mesopotamië-commisiën en door Sir Charles Camichael Monro vervangen. De Turken namen den Karamisjberg bij Moesj. Door Duitsche onderzeeërs werden aan de Duitsche Oostkust een kleine kruiser en een torpedojager vernield, een andere kleine kruiser en een linieschip beschadigd. Tusschen de Entente en Griekenland wordt over maatregelen onderhandeld voor den Griekschen verkiezingsstrijd. Roemenië verbood den uitvoer van ha ver- en gerstoogst. De Engelsche schrijver Norman An- geil, meest bekend om zijn „De Oroote Illu sie, is wegens dienstweigering op grond van gewetensbezwaren, die ongeldig werden ge acht, veroordeeld tot anderhalf jaar tucht huis. De Temps deelt mede, dat van de 72 Duitsche en Oostenrijksch-Hongaarsche schepen, die Portugal in beslag heeft geno men, 51 aan Engeland zijn afgestaan, terwijl 21 voor Portugal varen. Men scnat de winst, door Portugal uit deze schepen ge trokken, op 5 millioen frs. per maana. Volgens een telegram uit Bern zijn in ■de gevechten om Oörz de Italiaansche gene raals Tancredi en Pittaluga gesneuveld. Het spek is nu in Engeland zoo duur als 't nog niet is geweest, zegt de Daily Mail. De beste soort deea verleden week 1 sh. 8 d. (nominaal een gulden) tot 1 sh. 10 d. het Engelsche pond (4'A ons). Deensch spek is echter nog voor 1 sh. 4 d. te koop. Voor boter zal de prijs, naar verwachting, spoedig rijzen tot 2 sh. 6 d. het E. pond. Men schrijft dit toe aan het uitblijven van Sibe rische boter en de vele melk, die de hospitalen noodig hebben. Fruit en groente is niet te duur. zou ontwikkelen. Gropius echter, die zijn eigen vleesch en bloed kende, kon zich precies voorstellen, hoe Nate hem ook zijn dwaasheden zou nadoen en zich op zekeren dag uit louter goedaar digheid kalm zou verloven, alleen omdat de ander dat zoo razend gaarne wilde. Hij weerde daarom den jongen, hoe gaarne hij hem overigens ook mocht lijden, uit zijn huis, tot diens verbazing en verdriet, maar hij kon het nu toch niet verhinderen, dat hij in ait ernstig uur verscheen en zich heel een langen nacht door naast de kleine Renate al le moeite voor- zijn arm, stervend omhulsel gaf. E>e jonge man was dien nacht tot gek wor- dens toe verward in 't hoofd. Hij zag zijn oom, van wien hij hog zooveel had gedacht- te leeren en dien hij boven alles op de wereld vereerde, zoo maar onder zijn handen ster ven en hij voelde zijn bruinlokkig nichtje naast zich, waarop hij het laatste half jaar op halsstarrige, romantische wijze verliefd was, zooals dat slechts bij een gesloten, eigenzinnigen Noordduitschen jongen voor komt. Hij voelde, dat dit sterfgeval haar zoo verlaten maakte als slechts een wees op de groote, uitgestrekte aarde kan zijn en hij moest zijn tanden opeen klemmen om niet naast het bed op de knieën te vallen, en de andere van die beide trouwe, zoo onuitspreke lijk gezegende handen te grijpen en onder snikken uit te roepen: „Oom vader laat mij uw kind beschermen MM' (Wordt vervolgd.) DE WERKLIEDEN AAN DE HEMBRUG. Gistermorgen werd in Bellevue opnieuw een vergadering gehouden van den Bond van Rijkswerklieden om te protesteeren tegen het antwoord van de Regeering. Aanwezig waren op deze bijeenkomst de Kamerleden Helsdingen, Van oen Tempel en Ketelaar, de directeur van de Artillerie-in richtingen Van Unen, verder vertegenwoordi gers van den Bond van werklieden in open- oare bedrijven, losse werklieden en zooais de voorzitter, de heer Keider, meedeelt, is een sympathiebetuiging ingekomen van den Uhristelijken bond De voorzitter zei ojn. in zijn openingsre de, nadat hij erop gewezen had dat de rijks- werkiieden reeds jarenlang bezig zijn de toe standen te verbeteren, dat het antwoord van de Regeering op het verzoek van den Bond aiie perken van brutaliteit te buiten gaat. En wanneer het tot een conflict mocht ko men en het niet te vermijden is, dat dan al ien mede zullen doen gedwongen door de arbeidsvoorwaarden. De üeer Keider deelde meoe dat besloten is samen te werken met de R. K. en Christelijke bonden. De regeering moet dus zien dat wij staan als één man met één eiscb tegenover die regeering. Deze ver gadering zei spr. bedoeld dus een protest op het antwoord van de Regeering. De heer Tiepen, hierna het woord verkrijgende, zei o. m. dat de loonsverhooging op koopjes ging. De toestand is ernstig zei spr., er heerscht een stakingsgeest, en moet er strijd gevoerd worden, dan zal het zijn: allen voor éen en eén voorallen. Uitvoerig zette spr. verder uiteen, dat er door de Regeering voor de arbeiders iets ge daan moet worden. De heer Keider stelde daarop de volgen de motie voor: De openbare vergadering van werklieden in Rijksdierlst, bijeen op Zondag 20 Augustus 1916, in Gebouw Bellevue, te Amsterdam, gehoord de besprekingen over de toestan den aan de Artillerie-inrichtingen en andere rijksinstellingen, kennis nemende van de motie, aangenomen door den Rijkswerkliedenbond, is mede van oordeel, dat in de positie van de werklieden in rijksdienst spoedig en af doende verbetering moet worden gebracht, en voor alles een herziening van de loonen moet voorafgaan, dringt er bij de Regeering en de Tweede Kamer krachtig op aan, zoo spoedig moge lijk een directe loonsverhooging van het per soneel in rijksdienst tot stand te brengen, besluit deze motie te publiceeren en onder de aandacht van Regeering en Kamer te bren gen. en draagt het hoofdbestuur op m samen werking met andere organisaties de noodige stappen te doen tot oplossing van de bestaan de grieven en ter verkrijging van betere ar beidsvoorwaarden. Zij werd met algemeene stemmen aangeno men. De heer Schenk, voorzitter van den Bond van losse rijkswerklieden, verheugde zich over de samenwerking. Het Kamerlid Helsdingen, het woord ne mende, zei o. m.Wanneer nu aan de Hem- brug de toestanden een dreigend karakter aannemen, is dat niet de schuld van de werk lieden, maar van de Regeering. Spr. ging nog het antwoord van de Regeering na en noem de dit antwoord de oorzaak van de samen werking. Hij hoopte, dat de Regeering het niet tot een staking zou laten komen. Met pen opwekkend woord van den voor zitter werd daarna de vergadering gesloten. BINNENLAND. Gemengd nieuw». VERGEETACHTIGE MENSCHEN. Het vorige jaar werden te Haarlem in openbare veiling gebracht 2400 parapluies, 700 wandelstokken en honderden andere voorwerpen, kostbaar en van weinig waarde, alles in het jaar 1914 nagelaten in rijtuigen der H. IJ. S. M. De menschen zijn er niet minder vergeetachtig op geworden: aan het eind dezer maand worden verkocht 2800 pa rapluies en 600 wandelstokken, behalve het noodige goud- en zilverwerk, de kleeding- stukken, gereedschappen, enz. enz., welker eigenaars zich nimmer bij de H. IJ. S. M. hebben aangemeld. TEGEN DEN ZOMERTIJD. Terwijl men hier algemeen zeer tevreden is met de invoering van den zomertijd, die een winkelier nog een rustig avonduur met dag licht bezorgt, die ip de huishouding uit spaart, en die een forens de ochtendgeuren en avondkleuren met meel meer innigheid doet genieten, heeft men zich in Beieren tegen her haling van de proefneming uitgesproken. In den raad voor Landbouw,, waar de kwestie ter sprake kwam verwierp men het voorstel met op twee na alle stemmen, en dat op grond van de ervaring, dat men in het boe renbedrijf slechts last had van de nieuwig heid, en dat er aan licht absoluut niets was gespaard. EEN NIEUW VLIEGENWEERMIDDEL. Een eigenaardigheid van vliegen is, dat ze zoo goed als kleurenblind zijn. Voor enkele kleuren hebben ze echter grooten vrees. Dit is in de eerste plaats voor blauw, en in min dere mate voor geel en rood. De practijk heeft nu geleerd, dat men zijn kamer slechts van blauwe ruiten heeft te voorzien, om alle vliegen die er in aanwezig zijn te verjagen. Eén raam moet natuurlijk geopend worden, en hiervan moet de omgeving natuurlijk niet blauw zijn. Dit middel komt hierop neer, dat men blauw lancaster gordijnen neemt. Bij hinder van vliegen laat men op één na alle blauwe gordijnen neer. Binnen een uur is de kamer gezuiverd. RIJKSLANDBOUWWINTERSCHOOL TE SCHAGEN. Het programma van het onderwijs aan bo vengenoemde school voor het aanstaande winterhalfjaar werd ons toegezonden en is voor iederen belangstellende verkrijgbaar bij den Directeur, den Heer Nobel. Het onderwijs omvat: kennis van den grond, grondbewerking en grondverbetering, bedrijfsleer, boekhouden, veevoeding, bemes tingsleer, zuivelbereiding, melkonderzoek, be* Gordeelingsleer van het vee en rassènkennis, veefokkerij, gezondheidsleer van het vee, plantenteelt, groententeelt, ooitteek, schei kunde, natuurkunde, dierkunde, plantkunde, rekenen, Nederlandsche taal De school bestaat uit twee klassen, die tel kens in een winterhalfjaar kunnen worden doorloopen. UIT DE SCHERMEER. Dezer dagen is de naamlooze vennoot schap „de Prinses" geliquideerd, welke. 12 November 1890 was opgericht. Tot 30 April 1.1. werkte zij volgens de statuten, dateerende van vóór 26 jaar; thans rust zij op coöpera tieven grondslag, van 1 Mei 1916. De aandeelhouders van de voormalige kaasfabriek meenden na een kwart eeuw sa menwerking den kaasmaker, de heer G. Nes, en diens vrouw, die beiden al dien tijd voot de vennootschap gewerkt hadden, een souve nir te moeten aanbieden. De directeur, de heer D. Schermerhom, herinnerde den heer G. Nes er aan, dat niet tegenstaande de vele veranderingen in het be stuur in die 25 jaren, het hem genoegen deed, te kunnen zeggen, dat tusschen werkman en werkgevers steeds eene aangename verstand houding had bestaan, dat de kaasmaker steeds tot ieders tevredenheid gearbeid had, dat bvj alle verschil van meening immer een vriendschappelijke toon was genoord en dat het hem daarom een groote eer was den heer Nes een schilderij te kunnen aanbieden, voor stellende diens vroegere werkplaats, keurig uitgevoerd door den heer Gilles. Tevens overhandigde men den kloeken zestiger een couvert met inhoud als een bewijs van er kentelijkheid der aanwezige aandeelhouders. Zichtbaar aangedaan, onbekend met de verrassing van dien avond, dankte de heer- Nes voor dit blijk van waardeering, getuigen de van oprechte belangstelling in het werk van hem en zijne vrouw. „Er zijn" zeide hij „oogenblikken in ons leven waar niet de mond, maar het hart spreekt, mijnheer S., zij het mij vergund te mogen eindigen met u, ook namens mijne vrouw, nogmaals dank te zeggen. Thans ben ik als controleur en melkontvanger werk zaam; ijk hoop te toonen, dat het vertrouwen, in mij gesteld, u niet moge teleurstellen." Nog enkele oogenblikken bleef men bijeen, doch in gedachten was men nog langen tijd te zamen. UIT EGMOND AAN ZEE. Zaterdag werd in hotel „Welgelegen" een „Cabaret"-voorstelling geven door een ge ïmproviseerd Egmondsch Badgasten-Ensem ble, onder artistieke leiding van Mr. Paul van Sonsbeeck." Dat het badgastenpubliek van deze voor stelling een zeer groote verwachting had, bleek uit de overtalrijke opkomst; de zaal was tjokvol; zelfs*moesten de tafeltjes wor den verwijderd, om afe nog steeds opdagende bezoekers een plaatsje te kunnen verschaffen De verwachting der opgekomenen is zeker niet beschaamd geworden. In tegendeel, het telkens herhaald en aanhoudend applaus was voor de uitvoerenden niet een „succes d'esti- me," maar een spontane, wel gemeende hulde aan de artisten, gebracht voor het schoone, door hen geboden. Uit den aard der zaak gaat het niet aan, in uitvoerige beoordeeling te treden over het door de artisten ^ëbodené. Genoeg zij het een woord van hulde te brengen in de eerste plaats aan den leider, die behalve zijn van humor en geest tintelende openingspeech, nog een viertal voordrachten ten beste gaf, met eene waarvan hij de aanwezigen tot tra nen toe wist te roeren. Het pianospel van Mej. van Dam was ar tistiek, geacheveerd, èf. Jammer, dat de kuns tenares niet kop besluiten, wijl het aanwezige instrument zien hiervoor niet leende, „de Etude" van Chopin in de Hexentanz van Mac Dowell te geven. Het gemis dezer num mers werd evenwel eenigszins vergoed door de musicale en sprekende begeleiding der an dere artisten. Het succes van Mej. van Dam was groot en verdiend. Ook de beide zangeressen mevrouw Krauss Adema en mevr. van Oort—Braakensiek deelden in de algemeene toejuichingen. Trouwens, wat zij ten beste gaven, gaven zij met gloed en kleur. Vergissen wij ons niet dan vielen de „Bergerettes" de Hollandsche liederen en het viertal kleine composities ad van No. 9 van het programma zeer in den smaak en oogstten de beide artisten daarmede veel bij val. Last not least, zij een woord gewijd aan den concertzanger den heer H. C. van Oort, die in de le afdeeling te zamen met zijne echtgenoote een drietal duetten vertolkte, vol warmte en kleur. Edocji op een cabaretavond slaan korte typische liederen beter in. Het succes dat de zanger behaalde met de num mers 10, ad, was dan ook veel grooter, zoodat hij zich tot een toegift genoopt zag De zaal van hotel „Welgelegen" bleek voor een avond als deze te klein. Ter wille der veiligheid van de bezoekers wijzen wij er op, dat bij een eventueele paniek, door welke oor zaak ook ontstaan, ongelukken zeker niet te voorkomen zijn. Het is dus den ondernemer geraden maatregelen te nemen, dat voor vol gende gelegenheden die veiligheid verzekerd zij. Alles te zamen was deze avond een uitste kend geslaagde, die de badgasten sterk naar meer zal doen verlangen. Helaas is het bad seizoen wat te ver gevorderd, dan dat men zou mogen hopen dit gegronde verlangen bevredigd te zien. Ten slotte zij met groote erkentelijkheid een woord van waardeering gebracht aan dit „geïmproviseerde ensemble", ten eerste voor het initiatief, ten tweede voor de uitstekende wijze, waarop tot aller voldoening de ont worpen avond werd geregeld en tot uitvoe ring kwam. DE VISSCHERIJ-KWESTIE. Het corr. bureau deelt mede: In de pers heeft dezer dagen een bericht'de ronde gedaan, «volgens hetwelk 40 millioen K.G. in 1915 onder den naam van haring uitgevoerd, niet uit haring, doch uit smok kelwaren zou hebben bestaan. Daar ge-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1916 | | pagina 2