DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
DE OORLOG.
No. 222
1916
WOENSDAG
20 SEPTEMBER.
Honderd en achttiende jaargang.
It l
AdTertentteprijs 12act. p. regel, groote letters naar plaatsruimte. Brieven ft N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v.h. HERUfls. COSTER A ZOON. Voordam C 9. Telefnr. 3.
WEDERLAND.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
Met 20 ct. oorlogstoeslag op den abonnementsprijs per 3 maanden.
ALKMAAR, 20 Sept.
In het Westen heeft het slechte weer de
operaties onmogelijk gemaakt. Men heeft
den indruk, dat daardoor de val yan Thiep-
val, Combles en Péronne eenigermate wordt
vertraagd. Immers vooral de laatstgenoem
de plaatsen worden zeer bedreigd en het
heeft er allen schijn vaü, dat de Duitschers
die posities niet lang kunnen behouden. En
stellig zullen de Engelschen en Franschen
klaar staan om den Duitschers, zoodra ze
daar wijken, de grootst mogelijke schade toe
te brengen.
In de verdere legerberichten kan men aan
wijzingen vinden, dat maarschalk von Hin
denburg zich met volle macht op het Ooste
lijk oorlogstooneel, dat zich thans uitstrekt
van Riga tot Saloniki, zal werpen. De mid-
den-mogendheden zijn er in geslaagd aan de
Stochod een Russisch bruggehoofd te ver
overen, waarbij 31 officieren en 2511 man
gevangen genomen werden. Aan de Nara-
jowska steeg het aantal gevangen genomen
Russen tot 4200. In Zevenburgen werden de
Roemenen verslagen ten zuid-oosten van
Hötzing (Hartszeg). Het Roemeensche leger-
bericht gewaagt van een overval „met nume
rieke overmacht" gedaan. Reuter meldt, dat
de Oostenrijkers en Duitschers in allerijl ver
sterkingen naar Zevenburgen zenden. En in
de Dobroedsja zijn d« troepen der midden-
mogendheden reeds op verscheiden plaatsen
de nieuwe Russisch-Roemeensche stelling
(ToezlaRasova) binnengedrongen, met het
doel natuurlijk deze stelling onhoudbaar te
maken en den tegenstanders te noodzaken
zich op de stelling ConstanzaCemavado te
rug te trekken.
Hoezeer men er op uit is om zich in het
Oosten sterker te maken, bewijst ook het be
richt uit Weenen, volgens hetwelk de Oosten-
rijksche Keizer toestemming heeft gegeven,
dat het Poolsche Legioen den naam Poolsch
hulpkorps zal voeren en dat in verband
daarmede deze troepenmacht zal worden uit
gebreid. Het schijnt dus zonder de stichting
van een koninkrijk Polen te zullen worden
beproefd, de Polen in grooten getale onder
de wapens der middenmogendheden te krij
gen I
Voor den toestand van Griekenland is be
langrijk het verslag van een onderhoud, dat
koning Konstantijn heeft toegestaan aan den
correspondent van de Amerikaansche dagbla-
den-vereeniging, de Associated Press.
De koning zei, dat Griekenland bereid
was zich bij de entente aan te sluiten.zoo-
dra het daarin een beslist voordeel zou zien.
Sedert den inval der Bulgaren in Grieksch
Macedonië en de toetreding van Roemenië
tot den oorlog was nog niet met zekerheid
gebleken, zeide de koning dat aan Grieken
land voldoende voordeden zouden te beurt
vallen voor de gevaren en het onvermijdelij
ke verlies van menschenlevens en eigendom,
die het gevolg zouden zijn van zijn deelne
ming aan den oorlog.
De koning bekende openhartig, dat het ge
volg van de aanwezigheid der Bulgaren in
Grieksch Macedonië en het toetreden van
Roemenië een nieuw element in de zaak had
den gebracht, dat allicht ertoe zou leiden
de premissen, waarop de Grieksche politiek
tot dusverre gebaseerd was, te wijzigen. De
ze elementen worden thans overwogen en
het optreden van Griekenland zal afhangen
van het resultaat dier overweging en van
niets anders
Het uur is gekomen, verklaarde de Koning,
dat de stem van de Grieksche ziel moet be
sluiten over de toekomst van het ras.
KORTE BERICHTEN.
Alle Engelsche geïnterneerden die te
Groningen aan het examen voor tweeden
stuurman bij de koopvaardijvloot en voor
schipper of stuurman van visschersvaartui-
gen deelnamen, zijn geslaagd.
'De Paus heeft een troostbrief gezonden
aan den1 patriarch van Venetië, waarin leed
wezen wordt uitgesproken over de schade,
aan eenige kerken te weeg gebracht én wordt
herinnerd aan de door de Italiaansche regee
ring afgewezen pauselijke interventie.
De Italiaansche ministers van handel
en van openbare werken zijn te Parijs aange
komen om te ondrhandelen over een regeling
voor den doorvoer door Frankrijk van Itali
aansche vruchten voor Engeland.
In Canada zal van re^eeringswege een
stelselmatige, krachtige poging worden ge
daan om onverwijld de 130.000 man bijeen
te brengen, die noodig zijn om tot de be
loofde 500.000 te komen.
Te Belfast hebben' Zaterdag een 30.000
vrouwen deelgenomen aan een optocht, die
een betooging was voor een verbod van
drankverkoop in Engeland gedurende den
oorlog.
Drie Belgen, die zich zonder verlof
hadden verwijderd van de munitiefabriek
waar zij werkt enen uit Engeland weg wil
den, zijn in het politiehof van de Theems
veroordeeld tot ieder vier maanden tucht
huisstraf.
Naaa de Kölnische Zeitung meldt, zijn
er tusschen Duitschland en Frankrijk onder
handeling engaande om zooveel mogelijk
naverwante krijgsgevangenen bij elkaar te
brengen.
De meeste Dultsche spoorwegdirecties
geven in verband met het papiergebrek voor
den aanstaanden winter dienst geen nieuwe
dienstregelingen uit. 'De bestaande zomer-
dienstregelingen worden door middel van
verbeterbladen gewijzigd.
Den gewezen Engelschen minister van
marine Winston Churchill, thans majoor bij
de territoriale reserve geworden, komt vol
gens minister Lloyd George meer dan
iemand anders de eer toe voor de uitvinding
der rijdende forten.
De Ehiitsche Keizer schonk den kroon
prins het eikenloof hij de Grde Pour le Me
rite.
Een Duitsch koopman Is te Straats
burg tot straf veroordeeld, omdat hij in een
spoortrein bad verteld, dat de onderzeeboo
ten van het type Deutschland enkel gebouwd
worden om den Duitschen Keizer en den
Kroonprins later in de gelegenheid te stellen
naar de Vereenigde -Staten te vluchten.
Een ministerieel besluit machtigt Bel
gen, die na 1886 zij ngeobren en ongeschikt
zijn voor den gewapenden dienst, zich te la
ten inschrijven als autobestuurder of motor
fietsrijder, indien zij er toe bekwaam zijn.
Het Engelsche blad de Labour Leader
is niet verboden, maar het mag niet naar hel
vasteland worden uitgevoerd, omdat de
Duitschers zooveel uit dat blad haalden!
Het wrak van dé verbrande Zeppelin
wordt in de volgende week te Londen ten
toon gesteld. De vlieger Robinson kreeg
12000 voor het vernielen van het lucht
schip.
MINDER HARING NAAR DUISCHLAND.
Men meldt uit Berlijn aan het „Hollandsch
Nieuwsbureau"
In het begin van Augustus was de aanvoer
van haring nog bevredigend, zoodat alles
wat het leger en de particuliere handel noo
dig hadden, gemakkelijk geleverd kon wor
den. Een geregelde verdeeling v^n over
heidswege was daarom nog niet noodig. In-
tusschen zijn tengevolge van de Engelsche
maatregelen, de aanvoeren uit Noorwegen
en Nederland aanmerkelijk verminderd en is
een verdeeling door het militaire departement
van levensmiddelen thans noodzakelijk ge
worden. Nadat het leger is voorzien, blijft
nog voldoende over voor de civiele bevol
king, al is het rantsoen ook kléiner gewor
den.
BINNENLAND
EERSTE KAMER.
Voorzitter J. J. G. Baron van Voorst tot
Voorst.
Na opening der vergadering deed de grif
fier voorlezing van het kon. besluit waarbij
de heer J. J. G. baron van Voorst tot Voorst
voor den duur der huidige zitting benoemd
wordt tot voorzitter der Eerste Kamer.
De geloofsbrieven werden door een com
missie nagezien en in orde bevonden, om
het gekozen lid J. J. G. baron van Voorst tot
Voorst voor Zuid-Holland toe te laten. Al
dus werd besloten.
Ingekomen waren verder de geloofsbrieven
van de leden door de Provinciale Staten der
verschillende provincies bij de periodieke ver
kiezingen gekozen; zij werden gesteld in han
den van een tweetal commissies. In de ver
gadering van heden> zal daarover slag wor
den uitgebracht.
TWEEDE KAMER.
Voorzitter T. Lieftinck.
Na het welkom van den Voorzitter
werd de Staatsbegrooting aangeboden voor
1918 met de bijbehoorende Millioenen-nota
Daarna was aan de orde een nominatie voor
het voorzitterschap. Op de eerste candidaat,
de heer Mr. H. Goeman Borgesius vielen* 48
stemmen. Op den heer Duijs 1 stem, op den
heer De Savornin Lohman 1 stem, op den
heer Mr. Ter Spill 1 stem, op den heer De
Geer 6 stemmen, op den heer Kleerekooper 1
stem, op den heer Lieftinck 1 stem en 20 blan
co. Eerste candidaat werd mr. H. Goeman
Borgesius.
Tweede candidaat. Uitgebracht werden 80
stemmen. Op den heer J. H. Schaper 48, op
den heer Ruys de Beerenbrouck 3, op den
heer De Geer 4, op den heer De Savornin
Lohman 1, op den heer Loeff 1 en 23 blanco
stemmen. Tweede candidaat werd dus de
heer J. H. Schaper
Derde candidaat. Uitgebracht werden 76
stemmen. Op den heer Ch. J. M. Ruys de
Beerenbrouck 58, op den heer Loeff 3, op den
heer Kolkman 1 en 13 blanco stemmen.
Derde candidaat werd dus jhr. mr. Ch. J.
M. Ruys de Beerenbrouck.
Deze nominatie zal aan de Koningin wor
den aangeboden door de leden van het stem
bureau en de heeren Patijn, de Geer, Van
Wijnbergen en Drion.
De vergadering werd verdaagd tot heden
middag 3 uur.
UIT DE STAATSBEGROOTING.
De minister van financiën heeft de Staats
begrooting en een nota betreffende 's lands
financiën bij de Tweede Kamer ingediend.
Omtrent de vermoedelijke uitkomst van het
dienstjaar 1916 kan nog niets zekers gezegd
worden, doordat er nog verschillende sup-
pletoire aanvragen zijn.
Voor den dienst 1917 raamt de minister
de uitgaven op 300.388.515.14, waarvan
buitengewoon 36.804.410. Als crisisuiiga-
ven komt een bedrag van 1.959.000 op de
begrooting voor, die in totaal 19.316.11.99s
hooger is dan 1916. Duur papier, drukwerk
en grondstoffen voor den arbeid in rijkswerk
inrichtingen en gevangenissen en verschillen
de tractementsverhoogingen hebben daarin
een belangrijk aandeel.
Voor hoofdstuk I der Staatsbegrooting
(huis der Koningin) wordt evenveel gevraagd
als voor 1916, voor hoofdstuk II (hooge col
leges van staat, enz.) 12.562.50 meer. Voor
hoogere uitgaven voor de Staten-Generaal is
geraamd 13.325. Voor dit en de andere
hoofdstukken der Staatsbegrooting is gere
kend op uitkeering van de tweede helft van
de oorspronkelijk voor 1915 op de begroo
ting gebrachte, doch wegens de ingetreden
buitengewone omstandigheden teruggenomen
gelden voor lotsverbetering van de lagere
'itenaren en beambten. Ei 1916 werd de
eerste helft dier gelden toegestaan. In 1917
zullen tevens de periodieke verhoogingen
worden toegekend.
Voor buitenlandsche zaken wordt
77.765.80 méér gevraagd dan voor 1916
was toegestaan. Het representatiegeld voor
den minister van buitenlandsche zaken wordt
verhoogd met 6000. Verschillende gezan
ten en consulaire ambtenaren krijgen hoogere
verblijfskosten.
Hoofstuk IV (justitie) is 393.803.75 hoo
ger geraamd dan voor 1916 is toegestaan.
Het tractement der rijksveldwachters zal
worden gebracht op 800 met 2 verhoogin
gen van 50 na 6 en 10 jaren dienst; briga
diers bij de rijksveldwacht krijgen een aan-
vangsalaris van 1000, brigadier-majoors
ƒ1100.
Voor binnenlgndsche zaken zijn de uitga
ven 1.657.454 hooger geschat dan in 1916.
Voor bijdragen aan gemeenten en bijzondere
scholen in de kosten van het lager onderwijs
is 530.000 meer geraamd, voor het vakon
derwijs 169.000 méér. Voor het instellen
van een hoogleeraarsambt voor het Japansch
aan de universiteit te Leiden wordt 4000
gevraagd. Voor den Drommedaristoren te
Enkhuizen is opnieuw een bedrag op de be
grooting gebracht. Voor onderhoud van
rijksmonumenten wordt 10.000 meer aan
gevraagd. Evenmin als ten vorigen jare zal
de minister overgaan tot de nieuwe wijze van
subsidieeren van openbare leeszalen, zooals
hij oorspronkelijk voor 1915 in uitzicht had
gésteld, doch welke door de tijdsomstandig
heden niet kon worden uitgevoerd.
In hoofdstuk VI (marine) wordt uitgetrok
ken voor den bouw van een kruiser, zes on
derzeebooten en een mijnenlegger 6 800.000.
Voor de voortzetting van den bouw van twee
kruisers, vier torpedobooten en 6 onderzee
booten wordt aangevraagd 10.805.300. Van
deze bedragen wordt een groot deel besteed
voor Ned.-Indië, dat aan de middelen van
Nederland teruggeeft 7.853.000, zoodat ten
laste van de Staatsbegrooting blijft een be
drag van 9.769.350.
Ten behoeve van de vloot in Nederland
wordt aangevraagd een bedrag van 600.000
als 1ste termijn voor den aanbouw van3 on
derzeebooten en 1 mijnenlegger.
Waar uit den thans woedenden oorlog zoo
duidelijk is gebleken, welk een geducht wa
pen de onderzeeboot is, vooral voor eene mo
gendheid met beperkte, strijdkrachten ter zee,
is de minister van oordeel, dat niet gewacht
mag worden met versterking onzer onderzee-
vloot.
Voor het bouwen van een zweminrichting
te Willemsoord wordt 75000 gevraagd,
zijnde de helft van het totaal voor dat doel
benoodigde bedrag. De minister meent dat
de huidige oorlog heeft geleerd dat elke zee
man moet kunnen zwemmen.
Het eindcijfer van dit hoofdstuk is
12.640.414 hooger dan in 1916.
Op den dienst van hoofdstuk Vlltr (financi
en) wordt 3.247.820.69 minder aange
vraagd.
Voor hoofdstuk Vila (nationale schuld)
wordt voor interesten enz. 1.131.778.75
meer gevraagd, voor amortisatie en pflossing
230.000 meer, voor onvoorziene uitgaven
25.000 meer.
De voor hoofdstuk VIII (oorlog) opgemaak
te begrooting is opgemaakt, alsof op 1 Ja
nuari het leger weer op normale vredessterk-
te zou zijn teruggebracht. Er zijn ook gelden
uitgetrokken voor herhalingsoefeningen van
militie en landweer, oefeningsreizen, kader
oefeningen, enz., allemaal zaken die in 1917
niet tot uitvoering zullen komen.
Voor de vermeerdering van den voorraad
patronen behoeven geen gelden meer te wor
den aangevraagd, daar de voorraden reeds
groot genoeg zijn of binnenkort worden.
In het belang van de voorziening van ons
leger van paarden wil de minister de rijpaar
denfokkerij bevorderen. Voor aankoop van
fokmateriaal is een bedrag op de begrooting
gebracht. De paarden zullen aan fokkers
worden verkocht', zoodat een groot deel van
dit bedrag in de schatkist terugkomt.
Voor waterstaat worden de uitgaven ge
raamd op 1.328.012.19 minder dan voor
1916. Voor verbetering van een hoofd voor
de Pettener zeewering wordt 9000 ge
vraagd, voor voortzetting van de bestorting
en bezinking van de Heldersche zeewering
60.000; voor de voorziening in de verde
diging van Noord-Hollands Noordzeekust
tusschen de Heldersche en Hondsbossche zee
wering 12.000.
In de memorie van toelichting wordt ge
zegd, dat het wenschelijk is gebleken om de
in 1913 over het Noordhollandsch Kanaal
gebouwde draaibrug nabij Schoorldam, wel
ke tevens tramwegbrug in de Kjn Alkmaar
Schagen is, te voorzien van electrische bewe
gingstoestellen.
Ook voor verbetering van den rijksweg
AlkmaarNieuwediep is een post uitgetrokken.
Voor hoofdstuk X (landbouw) wordt
5.912.402 meer geraamd dan voor 1916 is
toegestaan.
Voor koloniën wordt 760.923.85 meer ge
raamd.
Als post voor onvoorziene uitgaven raamt
de minister 50.000.
WAT DE PERS ZEGT OVtR DE
TROONREDE.
N. Rott. Ct. (vrij-lib.). „Geen mensch zal
hebben verwacht, dat in deze troonrede nog
iets verrassend nieuws zou worden aangekon
digd^'.
„De regeering had in het licht kunnen stel
len, dat al de groote wetsontwerpen, die zij
bij de volksvertegenwoordiging aanhangig
heeft, in en door den oorlog dubbel zoo drin
gend waren geworden, zal ons land niet van
den vrede nog meer schade ondervinden, dan
van den oorlog zelf"
Haagsche Nieuwe Courant (vrij-lib.)
„Naar toon en woordenkeus te oordeelen,
meer bezorgd dan een jaar geleden zijn Ko
ningin en Regeering". „Het schijnt helaas
niet meer zoo waar als een jaar geleden, dat
onze vaste wil om zelfstandig en onzijdig te
blijven, alom wordt gewaardeerd1".
„Voor de Kamer van 1913 zal het laatste
zittingjaar het proefjaar zijn".
Het Handelsblad (lib.): „Over het geheel
een troonrede, die haar belang ontleent aan
de gelukkige feiten, waarop in dezen zwaren
tijd gewezen kan worden, niet aan nieuwe me-
dedeelingen die gedaan konden worden".
Het Vaderland (Unie-lib.)„Ons Parlement
overwege wel, dat mislukking van deze
Grondwetsherziening niet alleen tot groote
schade zou zijn voor ons land, maar ook zijn
prestige ernstig zou verzwakken. Waar een
groot gedeelte der liberale pers voorshands
maar de geschiedenis geeft tenminste dezen
troost dat hoe dichter eene Grondwetsherzie
ning in het zicht komt, de wijsheid crescendo
gaat als parool heeft alles veel beter te we
ten dan Cort van der Linden, is naar onze
bescheiden meening de liberale partij in het
Parlement er meer dan ooit op aangewezen
door zelfbeperking en door enkel te rekenen
met het landsbelang, het groote werk voor al
le kans van giislukking, te vrijwaren".
Nieuws van den Dag (Vrijz)„geen
staatsstuk, dat nog jaren in herinnering zal
blijven".
„Na dit Koninklijke woord (over de hand
having van onze rechten) niet veel meer dan
algemeenheden, die de Koningin in den mond
werden gelegd".
„Zulke banaliteiten (als over de kwestie
der volksvoeding, op een moment dat de natie
het verlossende woord van een organisator
verwacht, teekenen den toestand.
Het Volk (soc.-dem.)„De meeste voldoe
ning zal stellig algemeen geven de mededee-
ling, dat opnieuw de mogelijkheid wordt over
wogen om den druk der mobilisatie te verlich
ten".
De Maasbode (R. Kath.): „Als de regee
ring eens even goed was als haar Troonrede,
dan was er reden tot algemeene voldaanheid".
„Thans echter geeft ons de werkelijkheid,
welke aan het staatsstuk zoo weinig beant
woordt, veel te denken".
Het Centrum (R. Kath.)„Als geheel een
sobere Troonrede. Zij schijnt in 't kort te wil
len zeggen', dat zoolang de groote oorlog
duurt, Nederland waakzaam moet blijven, om
zijn onzijdigheid en zelfstandigheid te hand
haven en te voorzien in de offers, door den
obnormalen toestand aan zijn economisch le
ven' en zijn financiën gesteld. Al het overige
komt daarbij op de tweede plaats."
De Tijd (R. Kath.)„In een officieel stuk
als de 1 roonrede had een zoo gewichtige on
derneming, als een Grondwetsherziening is,
toch wel vermelding verdiend
Het Huisgezin (R. Kath.). „De politieke
verdeeldheid heeft thans, waar de onafhanke
lijkheid van ons land de inzet is, te zwijgen,
en eendrachtig hebben wij ons te scharen om
de Koningin, die, van wat kleur en richting
het ministerie zij, de eenheid en eensgezind
heid van; het land tegenover het buitenland
op zoo treffende wijze verzinnebeeldt"
De Standaard (anti-rev.)„De Troonrede
droeg een ernstiger karakter dan die van het
voorafgaande jaar". Zoo spreekt van zelf het
Koninklijk woord' niet, zoo er niet een wolkje
aan de lucht is." „Haast zou men vragen, is
het niet of de Regeering zelve gevoeld heeft,
dat het bij zoo gespannen, ten deele zelfs drei
genden internationalen tóestand, toch eigen
lijk niet aangaat, thans juist aan de funda-
mentstukken van ons Staatsgebouw te gaan
rammelen".
De Rotterdammer (A. R.): „Den inhoud
van de Troonrede kunnen we het best aldus
karakteriseerenEen onbedoeld, maar vernie
tigend protest tegen het Kabinet, dat te kwa
der ure het bestand verbrak".
De Nederlander (Chris.-Hist.)
„Hier klinkt het Je maintienarai in den
kloeken en onversaagden toon der Oranjes
ons tegen, en niet alleen ons, maar een ieder
die het zou onderstaan onze onafhankelijk
heid te bedreigen. Deze toon zal weerklank
vinden in het hart van ieder Nederlander,
dien het niet onverschillig is welke taal hij
spreekt, onder welke wet hij leeft, door wel
ken vorst hij geregeerd wordt; deze toon
komt op uit het hart van een volk dat in den
strijd om de vrijheid tot een nationale een
heid, gelijk het ijzer in het vuur tot staal, is
gesmeed.
„Geve God dat het mogelijk blijve ons land
bij den vrede te bewaren, en moge de volgen
de troonrede niet alleen gewagen kunnen van
onze vriendschappelijke betrekkingen met al
le mogendheden, maar ook van herstel dier
betrekkingen tusschen de thans oorlogvoeren
de naties.
„Dat Nederland daartoe iets zal kunnen
bijdragen, blijven wij hopen, ook al wordt
iedere zinspeling daarop in het jongste
staatsstuk dan ook ten eenenmale gemist, het
geen velen met leedwezen zullen constatee-
ren."
DE CRISIS-UITGAVEN.
Blijkens een officieele voorloopige bereke
ning der crisisuitgaven ten laste van den
Staat gedurende het tijdvak van 30 juli 1914
tot 31 Juli 1916, komt er voor rekening van
de crisis 415.500.000.
- Hierbij dient echter gevoegd te worden:
a. hetgeen bereids door de belastingschul
digen, speciaal voor de crisis, is opgebracht
(inkomstén van het Leeningfonds 1914, voor
zoover niet gebezigd voor rentebetalen)
20,500,000;
b. het bedrag der uitgaven, welke reeds
gedaan, doch nog niet betaald zijn, welk be
drag is te ramen op 10.000.000.
Totaal crisis-uitgaven 446.000.000.
ONLUSTEN OP DJAMBI.
(Officieel). Bij een aanval op Bangko door
ongeveer 1500 opstandelingen, welke werd
afgeslagen, zijn 40 hunner gesneuveld.
In Korintji heerscht rust.
De Tel. verneemt uit Weltevreden:
De regenten van Tjamba op Celebes: Tan-
ralili en Polombankeeng zijn geyankelijk
naar Soerabaja gebracht in afwachting van
hun verbanning. Zij waren niet meer te
vertrouwen en stonden in verbinding met
troepen oproerlingen.
Hr. Mr. .Koningin Regentes," die te
Djambi gestationeerd is, heeft twee stoom-
barkassen met mitrailleurs bewapend, de ri
vier opgezonden.
DE SULTAN VAN DJOKJAKARTA.
(Officieel). Blijkens een uit Nederlandsch
Inaië ontvangen telegram heeft de gouver
neur-generaal van Ned.-Indië een adjudant
naar Djokjakarta gezonden, teneinde den
Sultan, die dezer dagen 80 jaar wordt, ge
luk te wenschen en hem waardeering te be*
tuigen voor zijn medewerking bij de hervor
ming der Vorstenlandsche toestanden.
Gemengd nieuws.
VAN URK ONTSNAPT.
We ontleenen het volgende aan „De Tel.":
De Fransche officieren, op Urk geïnter
neerd, zijn ontsnapt en moeten op dit oogen-
blik reeds in hun vaderland aangekomen
zijn.
De ontvluchting was mogelijk geworden,
doordat de officieren den commandant het
gedrukt formulier voor hun verlof in handen
speelden met de toevoeging op dat stuk van
het woordje Que, zoodat de redactie van het
formulier nu luidde; „verbindt zich op
zijn eerewoord, geen enkele poging tot ont
vluchting te ondernemen, noch een ontvluch
ting voor te bereiden, noch iemand anders
te helpen ontvluchten, DAN tijdens den duur
van ait verlof.
Daar zij thans bij middel van een nage
maakt document in vrijheid geraakt zijn, dan
moet zulks beschouwd worden net op dezelf
de manier als hadden ze zich van een nage-
maakten sleutel bediend.
Op 't oogenblik is op Urk nog slechts één
geïnterneerd officier: een Engelschman, die
halsstarrig zijn eerewoord blijft weigeren.
Al de Belgen zijn vertrokken, wijl hun re
geering hun formeel verboden heeft te ont
vluchten en er hun dus niets anders overbleef
dan hun woord maar te verpanden.
HEEMSCHUT.
Aan Gedeputeerde Staten van Noord-Hol
land werd, naar ons wordt medegedeeld, het
volgende adres gezonden:
„Het Bestuur van den Bond Heemschut tot
behoud der schoonheid van Nederland ver
nam, dat de boomen langs den dijk te Dur-
gerdam thans worden omgehakt. Daar het
verdwijnen dier boomen het dorp van zijn
schoonheid berooft, en die boomen aan den
dijk, waarlangs zij staan, geen schade toe
brengen immers bij den watersnood van
Januari dezes paars werd de dijk alleen ver
nield ter plaatse, waar geen boomen stonden,
verzoekte het Bestuur voornoemd Uw colle
ge dringend, het verder omhakken der boo
men niet te doen plaats vinden.
ALRMAARSCHE COURANT.
