Bdidflrd fin Zeventiende Jaarpngo
Donderdag 26 October.
VERGADERING
van den gemeenteraad van Alkmaaf,
3f®0 ass.
Woensdag 85 Oct. 181#,
's namiddags 1 uur.
Voorzitter de Burgemeester de Heer
Q. RIPPING,
Secretaris de Heer DÜNATM.
Aanwezig 18 leden. Afwezig met kes»In
geving de Leer Luiting.
v Vervolg eu fclot.
De heer Verkerk zou iii overweging
willen geven de volgorde der agenda om te
keeren en eerst 18 en 19 ta behandelen, als de
belangrijkste punten. De lange agenda zou
wel eens oorzaak kunnen zijn, dat deze zaken
niet in behandeling kwamen.
De voorzitter zou toch eerst de be
noemingen willen behandelen.
De heer Verkerk is daar niet tegen.
Aan de orde is thans de benoeming van
een wethouder ter voorziening in de vaca
ture Lubbe.
De heer C1 oeck was geen bewonderaar
der behandeling van de begrooting toen de
politiek er bij werd gehaald! Nu zou hij
toch bij deze zaak wel even de politiek
willen halen. Niet aan het adres van zijn
geestverwanten in den raad, ook niet aan het
adres van de soc.-democraat, die voor evenre
dige vertegenwoordiging gevoelt, daar de S.
D, A. P. ook wel rechts soms. stemt bij ver
kiezingen. Spreker wil meer bepaald; spre
ken tot de meerderheid in den raad, en is van
gevoelen dat men nu de vroegere boosheid
wel op zij kan zetten en bij deze benoeming
ook de rechten der minderheid zal laten gel
den.
Tot meer juiste behandeling van de zaken,
die dikwijs zoovele zijn zie deze agenda
acht hij het gewenscht, dat ook de min
derheid in het college is vertegenwoordigd.
Voorts acht hij het van belang, dat in het
college een Mr. in de rechten zitting heeft.
De heer Udo herinnert aan de vacatu
re Boelmans ter Spill. Toen ook kwam ter
sprake de idee om dien zetel door iemand van
rechte te laten bezetten.
Spreker wil thans rekenschap geven, waar
om hij toen er tegen was en thans ook nog.
Hij is voor evenredige vertegenwoordiging
in de vertegenwoordigende colleges. Het Da
gelij ksch Bestuur is echter geen vertegen
woordigend doch een besturend college. Om
niet misverstaan te worden, zegt spr. dat hij
er voor' is, dat in de Tweede Kamer zitten
personen van allerlei richting, doch in het
ministerie is dat toch niet het geval, evenmin
bij Ged. Staten. In die colleges kiest men de
richting dar meerderheid.
Drieërlei omstandigheden zouden er echter
kunnen zijn, waarom wij op een rechtsch
persoon zouden kunnen stemmen. Dat zou
kunnen, indien bij de rechterzijde iemand als-
zoodanig op den voorgrond trad
De tweede omstandigheid zou kunnen zijn,
dat de voorstellen van B. en W. getuigden
van eenzijdige opvatting. De derde omstan
digheid zou kunnen zijn, dat men zou zeggen
de linkerzijde heeft de meerderheid en zal die
wel houden, daarom is er niet tegen om
ook een rechtsch persoon te kiezen. Waar
geen dier omstandigheden er is, daar zal hij
op het oogenblik niet van zijn gewoonte af
wijken.
De heer Sluis wijst er op, dat de heer
Udo heeft gezegd, dat hij wel op een rechtsch
candidaat zou kunnen stemmen als een
rechtsch candidaat naar voren zou treden.
Zoo redeneert men altijd. Spreker tart den
heer Udo iemand van links aan- te wijzen die
meer naar voren zou treden en meer geschikt
zou wezen, dan dengene, die van rechts naar
voren gebracht zal worden, n.l. de heer
Leesberg. De heer Udo heeft er op gewezen,
dat uit Ged. Staten ook alle leden der meer
derheid van Prov. Staten worden gekozen,
doch dat is niet juist, dat ziet men in Zuid-
Holland en thans ook in Noord-Holland, Al#
het zoo gaat als de heer Udo wil, dan zal
men ons dwingen bij verkiezingen te werken
voor een rechtsche meerderheid en als die er
is, dan zal men in het college van B. en W.
ook de minderheid doen vertegenwoordigen.
De heer Van den Bosch herinnert
er aan, dat hij vroeger ook al eens er op
heeft gewezen, dat het wenschelijk is in het
college van B. en W. de minderheid te doen
vertegenwoordigen. Dat werd toen door
Mr. Dorbeck nog eens onderstreept. Ook
wijst spr. er op dat in Ged. Staten Mr. Wes-
terwoudt jarenlang zitting had als vertegen
woordiger van rechte. v
Nog zegt spreker, dat ook bij een groot
deel der burgerij het gevoel van billijkheid in
denzelfden geest spreekt als bij den heer
Cloeck. Ten slotte wat den genoemden can
didaat betreft, wijst spreker er op, dat het
wenschelijk ia in het college een Mr. in de
reoèiten te benoemen.
De heer Verkerk lacht wat met de
wijze, waarop thans het beginsel der even
redige vertegenwoordiging naar voren wordt
gebracht. Waarom toont men dan ook niet
daarvoor te gevoelen bij de raadsverkie
zingen? Waarom worden de soc. demo
craten altijd geweerd uit allerlei commissies?
Dat ze er niet bekwaam voor zijn, zal men
toch niet langer willen beweren. Dat de
S. D. A. P. wel rechts stemde, wat door den
heer Cloeck is opgemerkt, kwam doordat de
S. D. A. P. eenvoudig stemt, wie op een
oogenblik het naast staat aan haar pro
gram. Spr. verklaart thans, daar hij niet op
een soc. dem. kan stemmen, op d.en heer
Thomsen te zullen stemmen, den candidaat
der meerderheid, juist omdat de kwestie der
levensmiddelen thans aan de orde is en her
innert aan de houding van. den heer Leesberg
inzake de gemeentelijke winkels.
De heer Sluis vraagt den heer Udo
of hij het rationeel zou vinden dat indien de
meerderheid rechts zou worden, dat dan
alle linkache leden uit het D. B. zouden wor
den geweerd.
De heer Udo antwoordt daarop dat
men het overal ziet gebeuren als de meerder
heid rechts wordt, of hij het goed vindt is een
andere zsiiï.
'Voorts betoogt hij dat wat is opgemerkt
van het college van Oed. Staten niet juist is.
Nog zegt hij dat ook zonder deze wethou
dersvacature rechts alle moeite zal blijven
doen om de rechtsche meerderheid te verkrij
gen.
Dit antwoordt hij ook aan den heer van;
den Bosch. De heer Van den Bosch heeft
ook gezegd, dat het de bedoeling was om
Mr. Bosman bij verkiering te benoemen tot
wethouder, dat is absoluut onjuist.
De heer Sluis vraagf nogmaals het
woord, doch daar de voorzitter opmerkt, dat
hij het reeds tweemaal voor deze zaak heeft
gehad, ziet hij van 't woord al.
Tot wethouder wordt daarop gekozen de
heer At F. Thoraaea met 10 st Op dea heer
Leesberg waren 8 stemmes uitgebracht
De heer Thomsen neemt zijn benoe
ming aan, waarmee d® voorzitter hem geluk
wenicht.
Daarna zegt de voorzitter dat er
menschen zijn die in korten tijd slecht# wei
nig presteer®; dat is met den heer Lubbe
geheel anders geweest. Hij brengt dea heer
Lubbe een woord van bijzonderen dank voor
het vele dat hij gedurende zijn wethouder
schap heeft gedaan en hoopt, dat het hem in
zijn nieuwe woonplaats wel zal gaan, (Tee
kenen van instemming).
De heer Lubbe dankt voor de vleiende
woorden hem toegesproken en de instem
ming daarmede door de vergadering. Dat
hij in den laatsten tijd veel kon doen, acht hij
voor zich gelukkig omdat er veel te doen.
viel. Hij gewaagt van de aangename samen
werking tijdens zijn wethouderschap on
dervond® en zegt, dat hij met een zekeren
weemoed thans voor het laatst zijn plaat»
aan de tafel van B. en W, inneemt.
BENOEMINQ ONDERWIJZEND PERSO
NEEL AAN DE 6e GEMEENTESCHOOL.
Voor de benoeming van onderwijzend per
soneel aan de 6e Gemeenteschool bieden 0.
►m W. den Raad de navolgende voordrachten
aan:
I. Voor onderwijzer:
1. P. S. Duinker, tijdelijk onderwijzer te
Alkmaar.
2. J. B. Th. Kelch, tijdelijk onderwijzer te
Baam,
3. H. Smedes, onderwijzer te Zuidhom.
II. Voor onderwijzer (met verplichte
hoofdakte)
1. P. Ooijkaas, onderwijzer aan de 6e Ge
meenteschool te Alkmaar,
2. D. van den Berg, onderwijze? aas de
2e Gemeenteschool te Alkmaar,
3. M. J. Lutterot, onderwijzer aaa de 4«
Gemeenteschool te Alkmaar.
De heer Cloeck vraagt wanneer of de
benoemde met verplichte hoofdacte in func
tie treedt en dit in verband met de afgeschaf
te bezoldiging van de onderwijzer met ver
plichte hoofdakte.
De voorzitter antwoordt, dat hij
1 Jan. in functie zal treden en dus de eerste
zal zijn, die de toelage niet meer ontvangt,
De heer Cloeck spreekt voorts de
wenscheiijkheid uit dat de -schoolopziener,
die graag een bepaalde candidaat op die
eersfe voordracht had gezien, bij het maken
eener voordracht wat meer medezegging-
schap krijgt. Hij beklaagt zich er over, dat
dit niet gebeurt.
De voorzitter antwoordt dat dg
raad daar niets in heeft te zeggen en dat B.
en W. zich in dezen tot niets kunnen ver
binden.
Benoemd worden de hceren Duinker en
Ooykaas, de eerste met alg. st., de laatste met
16 stemmen,
DISTRIBUTIE VAN COKES DER
GEMEENTE-GASFABRIEK.
B. en W. stellen den Raad voor de distri
butie der cokes der gasfabriek alleen te doen
geschieden door de brandstoffenhandelaren,
leden der Vereeniging „Gemeenschappelijk
belang." Wie zijn cokes zelf wil halen, kan
dat doen zoowel aan de gasfabriek als bij
één der brandstoffenhandelaren. De hande
laren genieten een reductie van 0.10 op dea
loketprijs, welke de gasfabriek zal bepalen,
Wie in aanmerking komt voor het betrekken
van goedkoope cokes krijgt een boekje met
zooveel bons als hem hectoliters cokes tegen
verminderden prijs zullen worden toegewe
zen De handelaren zullen slechts een twee
de hoeveelheid cokes kunnen krijgen, wan
neer zij de bons voor de eerste hoeveelheid
aan de gasfabriek inleveren.
Wie in aanmerking komt voor het betrekken
Hiefbij komt in behandeling het desbetref
fende ingekomen stuk.
De heer Verkerk vraagt het woord
tot het houden van algemeene beschouwin
gen-
Hij verheugt zich over deze voordracht,
doch zou de loongrens willen zien gesteld op
1500 in plaats van op 1200.
Voorts wijst hij op het «billijke van het
adres van den heer Veer.
De voorzitter is het wat dit laatste
betreft eens.
De heer Verkerk voortgaande, wijst
er op, dat nu door den minister geen cokes
wordt gedistribueerd, de gemeente verplicht
is, krachtens de distributiewet, wat de ge
meente er op toelegt geheel voor rekening
der gemeente komt.
Waar turf wordt verstookt betaalt het rijk
"l10 van hetgeen de gemeente er op toelegt,
spreker acht het billijk dat ook van de gel
den voor cokes het rijk zou toepassen.
Door eenige gemeenten wordtin dien
geest aan den minister geadresseerd en spre
ker zou. er voor zijn dat ook te doen.
De heer Leesberg meende dat dat al
gevraagd is aan den minister en ook cokes
op te nemen onder de te verstrekken levens
middelen.
De heer Verkerk ontkent dit.
Ook de voorz i tter zegt dat er iets an
ders is gevraagd.
De heer Stoel wijst er op, dat men
thans de cokes verkrijgbaar wil stellen voor
0.60.
Hij zegt dat op deze wijze de brandstof
handelaren een winst van 3000 wordt ge
geven, dat acht hij te hoog.
De voorzitter zegt, dat de wijze
waarop verleden jaar de .cokes door de gas
fabriek werd geleverd, het geheele bedrijf
eigenlijk werd ófifwrfcSt D?>r* tam «ri
trachten te voorkomen en daarom moest men.
bij de brandstofhandelaara komen.
De héér Stoel blijft de wiest te hoog
achtenhet is 20 pCfc
De voorzitter wijst e op, dat de
menschen meer administratie zullen hebben
en geen cones van buiten mogen leveren.
De heer Stoel blijft 20 pet winst te
hoog achten en slelt voor die op de helft te
brengen.
De voorzitter wijst er bij artikel 1
uitdrukkelijk op, dat het in de bedoeiing ligt
alleen de bestaande handelaars er in te be
trekken en niet die handelaars die anders niet
in brandstoffen doen.
De heer Lubbe is tegen verhooging
van de grens, omdat hij bevreesd is, dat er
dan geen cokes genoeg kan geleverd worden.
Do heer Verkerk blijft zijn voorstel
verdedigen, vooral ook omdat sinds de
grens voor de broodkaarten verhoogd is, de
levensmiddelen nog duurder zijn geworden.
Kan het niet, dan kan men later altijd de
grens weer verlagen'.
De heer Cloeck is huiverig om voor
het amendement Verkerk te stemmen. Het
gaat toch moeilijk, als het koud ia de men
schen de cokes te onthouden.
Ook de heer Udo acht het niet raad
zaam het voorstel Verkerk aan te nemen,
hoezeer hij er van overtuigd is, dat de men
schen met een inkomen van 1500 het moei
lijk hebben.
Het amendement Verkerk wordt niet
voldoende gesteund en komt dus niet in be
handeling.
Bij artikel 6 zegt de heer C1 o e c k dat hij
het niet geraden acht, de winst voor de han
delaars op 5 ct. per H.L. te brengen. De
winst is wel 10 ct., doch geenszins te hoog.
Hij wijst op andere gemeenten die allen een
hoogen winst geven, zelfs Zaandam geeft 11
ct.
De heer Stoel wijst op Amsterdam,
waar 10 ct winst mag worden genomen.
De voorzitter: dat is bezórgloon in
Amsterdam.
De heer Stoel zegt zich in dezen mis
schien te vergissen, maar waarom moet men
altijd naar andere gemeenten zien. Spreker
wijst er op, dat tal van zaken juist doordat
ze voor de regeering werken, vaak hooge
winsten maken. Als men daar paal en perk
aan kan stéllen is dat z.i. gewenscht.
De heer de Wit (weth.) acht de winst
van 10 ct. niet te hoog; de man moet de co
kes toch ook van de fabriek halen.
De heer Bak wil den heer Stoel er even
op wijzen, dat ook het gebruik der zakken
in aanmerking moet worden genomen.
De heer denvBoesterd acht de
prijs ook wel wat hoog. Er komt voor de
menschen dan nog 7% ct, bezorgloon bij.
Met het thuisbrengen mankt men dus een
winst van 17Va ct.
Het voorstel van den heer Stoel wordt ge
steund door den heer Verkerk en den Boes-
terd, doch per slot van rekening trekt de heer
Stoel het in.
Op een vraag van den heer Verkerk
of de cokes geklopt is, antwoordt de voor
zitter bevestigend
Daarna wordt het geheele voorstel van B.
«n W. aangenomen.
HERBENOEMING VAN EEN PRESIDENT-
WAAGMEESTER.
Volgens de instfuctie voor de waagmeea-
ters, opgenomen in het Gemeenteblad No.
407, worden deze ambtenaren telkens voor
den tijd van zes jaren benoemd.
In verband daarmede stellen B. en W voor
den heer H. de Rover opnieuw te benoemen
tot president-waagmeester, op eene jaarwed
de van 550 en deze benoeming te doen in
gaan 14 September 1.1., onder gehoudenheid
zich in die betrekking te gedragen naar de
bestaande- of nader vast te stellen verorde
ningen en instructiën.
Benoemd de heer de Rover met op een na
algemeene stemmen.
EEN LEVENSMIDDELENBEDRIJF.
B en W. stellen den Raad voor een leveasr
middetenbedrijf in te stellen, waarvan de da-
gelijksche leiding wordt opgedragen aan een
directeur tegen een wedde van 150 per
maand, bijgestaan door het benoodigde per
soneel. Burgemeester en Wethouders bepa
len, welke levensmiddelen het bedrijf zal ver
strekken en zij v stellen, voor zooveel aoodig,
voorschriften vast ten aanzien van de ver
strekking. Onder levensmiddelen worden
ook verstaan grondstoffen van levensmidde
len, brandstoffen en huishoudelijke artikelen.
Er zal een commissie van bijstand voor
het levensmiddelen-bedrijf worden ingesteld,
waarvoor B. en W. een ontwerp-verordenng
aanbieden.
Hiérbij komen aan de orde de desbetreffen
de ingekomen adressen.
De heer Verkerk vestigt er de aan
dacht op, dat als een petitionnement als door
de S. D. Vrouwenclub in zoo korten tijd
slaagt, de nood toch wel hoog moet zijn.
Naast een woord van verheugenis, moet
spreker op de voorstellen van B. en W. ook
critie klaten hooren, en wel hiervoor, dat
men eerst nu met dit voorstel komt.
Over het hoofd var B. en W. heen
wenscht spreker allereerst een woord van
afkeuring te spreken over het beleid van den
minister, die nog maar niets doet dan circu
laires zenden.
Dat B. en W. echter eerst nu deze zaak in
den raad brengen, is een aanmerking die hij,
meent te moeten maken aan het adres van het
college. Het gaat niet aan Zaterdags de bij
lage te zenden over een zaak als deze en
Woensdag de raad voor de behandeling te
zetten.
Ook gaat heit niet om alleen met die han
delaren de zaak te bespreken en te regelen^
maar ook met de burgerij. Evenals in Haar-
Jem cwertegge men met alle belanghebbenden
en ook met arbeidersverenigingen, als verte
genwoordigende de verbruikers. Zelfe heeft
men in FJaarlem vertegenwoordigers van ver
schillende richtingen in de vakorganisatie.
Dat acht hij de beste wijze, om de zaken naar
behooren uit te voeren.
Aan een directeur alleen heeft men, naar
spr. meent, niet veel. Zoo'n man zit er niet
direct in. Eerst moet men zoo'n man eens
ergens anders zijn inlichtingen laten nemen
om daarvan wat te leeren. Zooals de zaak
thans voorgesteld wordt, verwacht spreker er
De heer Leesberg is het met den heer
Verkerk niet een», dat men in Alkmaar met
dfix zaak zoo laat is. Rotterdam heeft ook
ee i3t de vorige week de voorstellen gepubli
ceerd. In verband met de laatste circulaire
van den minister is men eigenlijk nog wat te
vroeg geweest.
De heer Lubbe vindt, dat men niet
zooveel tijd noodig heeft, om deze verorde
ning onder de knie te krijgen. Spreker
meent, dat het zonder de verordening eigen
lijk niet zoo kwaad ging. Spreker was als
hoofd van het bedrijf steeds te spreken en 't
ging goed:
Indien men de vorige week een verordening
had gehad de heer Leesberg heeft er op
gewezen dan had men ze nu weer moeten
wijzigen.
Als de zaak niet goed aangepakt wordt
zal het moeilijk gaan, Men moet een goed
administrateur hebben en daarom verheugt
het spr. dat de heer Thomsen, die middelbaar
boekhouden heeft, de benoeming tot wethou
der heeft aangenomen.
Spreker geeft aan, met welke moeilijkheden
men dikwijls te kampen heeft. Wat de con
trole in de stad hier aangaat, gelooft spreker
dat de concurrentie wel zoo sterk is, dat
men heel spoedig aan de weet komt, dat er
bij deze of gene iets aan hapert. Alkmaar isi
zoo groot niet; mm kent elkaar hier wel.
De heer Verkerk vindt dat de heer
Lubbe het wel heel knusjes behandelt
Hij zegt: men kent elkaar hier, de concur
renten vericlappen elkaar wel, maar men weet
toch niet, dat ook hier de maximumprijzen
niet gehandhaafd zijn.
Dat de boel er met was, dat neemt hij het
bureau niet kwalijk, maar wat hij kwalijk
neemt, dat nu eerst een begin wordt gemaakt
met de organisatie van het bedrijf. Dat had
al voor elkaar moeten zijn. Hierin verschilt
hij met dén wethouder. Het is niet eenvoudig
te doen om een administratief persoon, om,
een boekhouder, maar iemand die zoo'n be
drijf kan organiseeren. De zaak is niet zoo
gemakkelijk, die kan men in 5 dagen niet be
studeer®, daar zit veel meer aan vast.
De voorzitter zegt dat B. en W. ook
in andere plaatsen verordeningen hebben ge
vraagd, maar de meesten hadden ze nog niet
De heer Lubbe stemt de heer Verkerk
toe, dat de controle veel scherper moest zijn.
Toch zal hij wel weten, dat enkele hande
laars zijn geschorst. Dikwijls is het echter
ook de schuld van het publiek, dat de over
tredingen niet ter kennis brengt.
De voorzitter meent, dat men nu
nog lang en breed kan praten over het te
laat verschijnen van^le bijlage, doch daar
valtdhans niets aan te veranderen. Men ver-
gete niet, dat B. en W. het druk hebben. Laat
men nu de verordening behandelen.
De algemeene beschouwingen word® hier
op gesloten.
Bij de artikelsgewijze behandeling komt
bij art. 1 ter sprake het amendement L e e s-
b e r g om het bedrijf te noem® lev®smid-
delen-distributiebedrijf.
De heer Udo zou er liever voor Lezen
„distributiebedrijf."
Alzoo wordt besloten.
De heer Leesberg herinnert er aan
bij artikel 2 dat gevraagd is in de commissie
verschillende personen te benoem® buit®
d® raad om. Daar verzet zich echter de ge-
me®tewet tegen.Maar gaat het nu niet, te
bepaten, dat de commissie van bijstand, die
andere m®schen, midd®standers arbei
ders bijv. moet hoor®.
De voorzitter wilde voorstel!®
dat op te nemm in de verordraing voor de
commissie.
De heer Verkerk acht het niet ge
wenscht, dat de directeur b®oemd wordt
door B. W. De zaak is veel te belangrijk
dan dat de b®oeining aan B. W, wofdt
overgeiat®.
De voorzitter neemt het am®de-
meut gaarne over.
De neer Sluis memt dat dan de zaak
zeker niet in goede hand® was, daar B. eu
W. het zoo voetstoots ovemem®.Het is
hier e® tijdelijke betrekking wat hem be
treft had hij g®oeg vertrouw® in B. W.
Nu B. W. het voorstel Verkerk ovemem®,
zal hij zich ,er bij neerlegg®.
De heer Verkerk zegt, dat uit zijn
betoog voldo®de volgt, dat hy niet heeft be
doeld e® wantrouw® in het beleid van
B. W. ilit te spreken.
Bij de vaststelling van het salaris van den
directeur vraagt de heer Ringers of de som
van 150 niet wat hoog is,; Leid® geeft
125.
De voorzitter betwijfelt of Leid®
e® goed® directeur zal krijg® voor dat
geld. Men moet wat ruime keuze hebb®.
De heer den Boes terd zou het sa
laris liever verhoog®, daar het e® tijdelijke
betrekking is.
De voorzitter wil d® heer Ringers,
die het te hoog vindt d® heer d® Boes-
terd die het te laag vindt, beschouw® als
de uiterst®, dan zijn B. m W. dus „le juste
mill®."
De bezoldiging wordt op 150 vastge
steld.
Behouden» enkele redactiewijziging®,
voorgesteld door den heer I eesberg, wordt
de verord®ing op het bedrijf goedgek®rd
Bij de behandeling' der verordening op de
commissie van Bijstand voor dit bedrijf zegt
de voorzitter dat B. en W. aan artikel 1 wil-
1® toevoeg®, dat de commissie verplicht is
in den ruimsten zin des woords inlichtingen
in te winn® bij belanghebbend®
De heer S1 u i s is tegen deze toevoeging,
de commissie zal het uit zich zelf wel doen.
Als m® het zoo gebiedend voorschrijft, en
dc commissie doet het niet, dan kan er dus
hier over gesprok® word®.
De heer Verkerk: Dat is d<? bedoeling
ook
De heer Sluis: Als dat de bedoeling is,
is spreker er nog meer tegen.
De heer Lubbe wijst er op, dat toch
wel degelijk ook de consument® zijn ge
hoord. Toeil 3pr. bijv. de hoeveelheid rijst
voor de geme®te moest weten, heeft hij
zich ten slotte tot de huismoeders gewrad.
Spreker is het met d® heer Sluis in deze
eras. Als de maximumprijz® vastgesteld
zijn door den minister, hebben de coiisum®-
ten niets meer te zeggen.
i> ueti rkerk 1> ï'V— «ffisodc-
m®t handhav®.
De voorzitter meent, dat partij®
tot elkcar cjn te brengsa, door in plaats van
„verplicht" te lezen „bevoegd."
De heer Verkerk begrijpt dat de raad
wat ongeduldig wordt, omdat men ge® ge
legenheid heeft gehad, om de zak® ernstig
na te gaan. Hij handhaaft echter de ver
plichting. Neemt m® ze niet op, dan stemt
hij teg®.
De lieer Sluis betoogt nog uitvoerig
waarom hij teg® de verplichting is. Ais hat
den wethouder gold, was het wat anders,
doch hier heeft m® verschiitende letten met
verschillrade inzicht®, die hoeft mm de
verplichting om de belanghebbenden ta hoo
ren niet voor te schrijven
De heer Cloeck is het met dm hzzx
Verkerk een», Is de verplichting era-
maal ia de verordening neergelegd, dan zul
len de verschillrade organisaties van belang1-
hebbradra haar vertegenwoordigers aria*
aanwijzen.
De ^voorzitter meent, dat daarosn
de verplichting niet behoeft te worden op-
g en omen. De mensch® kunn® toch hunne;
vertegrawoordigers aanwijzen, tot wie de
commissie zich w®d® wil.
De tyeer Thomsen is van meening,
dat als er iets moet word® opgrawn®, het
dan alle® de verplichting kan zijn.
De heer Udo is het met dan heer Tbom-
sm eras, dat toen alle® de verplichting kan
opnemen, doch hij acht de toepassing van het
artikel in vete gevall® wel mogelijk. Spr.
vraagt ook wie de belanghebbend® zijn, dat
zijn, niet alle® de vakorganisaties. Spreker
is er dus niet voor deze verplichting op te
nem®.
De heer Verkerk stelt thans voor te
lezra: dat de commissie verplicht is belang-
hebbmden te hoor®, indi® dat gevraagd
wordt.
Ter toelichting zegt spreker, dat die burge
rij, cv® a Is ia Haarlem moet begrijp®, dat
ze in deze als organisatie moet optred®.
De heer Sluis acht het amrademraj
zeer onschuldig.
De heer Leesberg merat dat m® het
dikwijls te laat zal verwerk®, wij wet® niet
wanneer er iets te besprek® valt.
De heer Sluis vraagt of het de bedoe
ling is, dat als een belanghebbende het.
vraagt, alle ander® dan moet® word® op-
geroep®
Het gewijzigde amrademrat Verkerk
wordt daarop met algemeene stemm® aan
genomen,
Daarna wordt de geheele verordening goed
gekeurd.
De voorzitter stelt thans punt 5 aan
de orde, n.l. de goedkeuring van supptetoire
begrooting®.
De heer Ringers vraagt ol de agenda
niet gewijzigd kan word® erf eerst niet
de arbeidsbeurs kan word® behandeld.
De voorzitter meent dat dit niet
noodig is, daar indien die zaak thans niet
afgehandeld kan word®, weldra e® nteuwe
vergadering noodig zal zijn.
AANKOOP SLOOT LANGS DE
POPELMANSLAAN.
B. en W. steil® d® raad voor te besluiten
era gedeelte van de sloot lang» de Popelmaas
laan voor den aangegev® koopprijs van 1
bij de gemeente in eigradom over te nemen,
onder voorwaarden dat:
a. de koopsom wordt voïdaaa bij het over
lijd® der akte van overdracht:
b. de kost® van overdracht kom® voor re-
kraing der gemeente;
c. het polderbestuur niet aansprakelijk ge
steld kan word® voor eventueele, zoowel lij
dende al# heerschrade erfdienstbaarheden,
bekmd als onbekend.
Zonder hoofdelijke stemming aangraom®
ONGEVALLENVERZEKERING
BRANDWEERPERSONEEL.
B. m W. steil® d® raad voor te beslui
ten: i
aan d® heer C. Rempt, te Oudkarspel, ver
tegenwoordiger van „The Ocean" te Amster
dam, als beschikking op zijn adres d.d. 28 Jïu-
li 11. te bericht®, dat op zijn aanbieding tot
verzekering tegen ongevallen van het brand
weerkorps alhier, niet wordt.ingegaan, aange-
zi® op alleszins afdorade wijze in die verze
kering is voorzi®
Alavorea.
INTERCOMMUNALE
ARBEIDSBEMIDDELING.
B. W. steil® d® raad voor te beslui
ten:
aan hecren Burgemeester Wethouders van
Amsterdam, in antwoord op hunne circulaire
d.d. IQ Augustus 1.1. no. 17007/1608 G. A.
B. te berichten, dat hunne vergadering zich
met de daarin aangegev® regeling betrek
king tot de intercommunale arbeidsbemidde
ling kan vereenigen en zich mitsdien bereid
verklaart het aandeel dezer gemerate in de
kosten, ad ƒ91.te betalen.
Alsvor®. i
RAPPORT BETREFFENDE HET ONDER
ZOEK DER GEMEENTEREKENING 1915.
Het onderzoek der rekening gaf gerae aan
leiding tot bedenkingen, waarom de Com
missie de eer heeft U voor te stelten de reke
ning voorloopig vast te stelten als volgt:
Ingekomen gewone 677275.10, buitrage-
wone 943941.89, totaal 1621216,99.
Uitgaven gewone 804741.20, buitrage-
won e 759067.28 'Aj totaal 1563808.58
Nadeelig slot ge\bone 127466.20.
Batig slot buitengewone 184874.60y2,
totaal 574Ó8.40H.
Goedgekrard.
SUPPLETOIRE BEGROOTING VOOR
HET GEMEENTELIJK ELECTRISCH
BEDRIJF, DIENST 1915.
De commissie tot belastingzaken stelt d®
raad voor te besluiten:
de supptetoire begrooting goed te keuren in
ontvang en uitgaaf op 10034.57.
Goedgekeurd.
SUPPELTOIRE BEGROOTING VOOR
DE STADS-APOTHEEK, DIENST 1915.
De commissie tot belastingzak® stelt dea
raad voor te besluiten
de supptetoire begrooting van de Stads
apotheek voor het diraetjaar 1915 goed te
keuren in ontvang en uitgaaf op 1285.46.
Goedgekrard.
Innkt'W,
üu'cu-v r#«?Öi l&tiu