i
Ambachtsschool
Bezuiniging in üe keuken.
F K U 1 L L K T 0 N.
Honderd en Negentiende Jaargang.
Zaterrin? 10 Februari
voor Alkmaar on Omstreken
23© Meeval At-.
jï». vm.
zal plaats hebben op «11e werkdagen der'
week, behalve SEiiierdjigsxildilMg», van
M FEimiAKI tot en met 7 MAAKT,
gedurende de »«'li •«►luren, in de vakken
TIMMEREN, SMEDEN, SCHILDEREN,
MEUBELMAKEN. METSELEN en KLEER-
M\KEN.
i)*- ZIE AANPLAKBILJETTEN.
De koude een historische winter
Siberische temperaturen het ijs
vermaak.
Het mee»t belangrijke, althans dat, wat de
grootste ptaais inneemt in de koiommtn dei
buitenianuscne Maden, gewijd aan ue loca.e
toesianuen, is nog sveeüs de koude, weikt
op vciscnillende plaatsen records van jaren
geleden veibeiert. Zoo in Engeland, waar,
vooral wat de Zuidenjkfe districten en landen
betreft, strenge winters zeldzaamheden zijn
en waar men nu al weken achtereen schaat-
senrijdt en zelfs wedstrijden gaat organisee-
ren, welk laatste ook al een groote uitzonde
ring is. Veel van de schaatsenrijoerij en de
wintersport in de Entente-landen kunnen we
ectiter niet vertellen, want met de verzending
van de Fransche en Engelsche couranten is
het weder allertreurigst gesteld, als natuur
lijk gevoig van het bijna geheel stopzetten
van de scheepvaart wegens de Duitsche blok
kade En zoo zijn we weer bijna geheel op
de Berlijnsche bladen aangewezen. Nu, wal
de koude betreft, zeggen die ook meer oan
genoeg. De temperaturen, die in Berlijn ai
zijn voorsteden genaaid" worden, doen on
willekeurig ritien. In het centrum van de
stad 22 graden, en in Potsdam met mindei
dan 33 onder nul! Een koude, die zootang
ais de meteorologische stations in die 8it
den bestaan, nog met geregistreerd is. De
ze temperatuur kwam Maandag 5 Febsuar.
voor, de zon, die overdag aan den klaren
vrieshemel stond, kon er bijna niets aan af
doen, een grootere „warmtedan 17 graden
beneden het vriespunt werd er dien genee-
len dag in Beriijn niet bereikt! Over
den kolennood schrijven de bladen niet
veel meer. Alleen wordt er een bepaling van
de overheid vermeld en toegejuicht, waarbij
wordt aangedrongen op het zoo spoedig
mogetijk ontladen van de kolenwagons door
de geadresseerden. Doen zij dit niet, dan
wordt tot inbeslagneming van de steenkool
overgegaan. Op deze wé hoopt men aan
de verkeersbezwaren de voornaamste
oorzaak van den nood tegemoet te komen.
Een nood, of b.ter een te veel, waar wèl
hard over geklaagd wordt, is de sneeuw
vracht, die onlangs weer op Berlijn is neer
gedaald, en ailenei moeilijkheden aan het
verkeer in den weg legt, zoodat zelfs Hagen
beek zijn olifanten beschikbaar stelde, om
zware vrachten langs de straten der hoofd.
Stad te transporteeren, daar zeds de beste
spannen paarden daarvoor in krachten te
kort schoten. De sneeuwlaag, weike aan dt
straten is vastgevroren, krijgt men zoo gauw
niet weg ook, voorat daar natuurlijk de
stadsreiniging niet aan overmaat van perso-
1 neet lijdt. De gymnasiasten en andere scho
lieren, die voor het opruimingswerk gemo
biliseerd zijn kunnen op verre na de sneeuw
massa s met wegwerken, zoodat de overheid
nu er toe is overgegaan, voor te schrijven,
1 dat ieder er voor heeft te zorgen, dat de
sneeuw voor z'n eigen huis wordt opge
ruimd, wat wel ten gevolge zal hebben, dat
Roman uit liet laatst der lbe eeuw,
naar 't Engelsen vau KAFAèi. SAÖAiCINL
70)
„Daar zal zeker geen sprake meer van
Zljti /ai ue eottiti' „De getuigentS Vm.
(Jmiaviuuwe Ui/öc.mulle aneeu moei voldoen
t.iv. zijn, ais u,e zen» nog veiusuu Woiut.'
„ja i /lijn niisuaueü tegen Uod en de
mcuoenen /.-ju u gioot, om iemand Ooit ie-
ciun ie geven aan mijn goed reent ie twijie
t.r werd aan de deur geklopt en Sir John's
HjImI ecul kwam bniilen met ue booüatnap,
uai j ouai i ouwe Koadinuuue fiem uiingeuu
Wen Ye.nie te spreken.
,,/nj zaï venangend zijn naar bericht van
hem prestoot bir John, en hij sieunue.
,,/nijn Li'od! Hoe moet ik het haar zeggen r
ilaar in netzelfue oogenbnk van naar oeviij
duig met zutk nieuws te moeien verplette
ren! Was' er ooit wreeder ironie?hij
keerde ziciv om en liep naar de deur. Daai
hieid hij stél „Gij zult tot het einde bij
htm b, venp' beval hij den dokter op vra-
genaen toon.
lorna1- ooo^g. „Natuurlijk, Sir John." En
hij voegae er ibij„Het zaï met lang du
ren."
Sir John wier p nog een blik op Lionel
een blik tot afscheid. „God geve hem rust",
zei hij heesch en ging heen.
In het middenschip stond hij even stil,
wendde zich tot eenige matrozen en gelastte
hun cest»v j» over de ra te werpen en den
renegaa vier Trcsilian uit zijn gevange
nis te halen.
Toen - hij met l angzamen, zwaren stap
en ng b 'aarder heart naar het achterdek
1 >e pas -pgekomen i on scheen in een lich
ten gouden nevel over een zee, gerimpeld
door dar frisschen morgenwind,. Ver weg
ua bakboord zag men een zwakke, uevel-
:.«l9r zeil Z*a «gen dm zal hebben rL> te 1
knappen, omdat net gilde der sneeuwschep
pers door den oonog vrijwel tot nihil is ge
reduceerd.
Ook de berichten uit het overige gedeelte
van Dm, rilland geven er blijk van, hoe een
ernstige stagnatie in het, toen al zoo zwak
staanae, economiscne leven de sneeuw
oraent; het is te hopen, dat we in ons tand
voor een pak als daar viel het bereikte op
verschalende p-saisai een dikte van 40 tot
j0 c M. gespaard mogen blijven.
Intusschen vumaakt zich üe Duitsche
jeugd nog lustig met schaatsenrijden en de
loto's, die de biaden brengen, toonen aan,
dat 't er vroolijk toegaat. De Müggeisee, een
van de meeren van ae Spree, de rivier waar
aan Berlijn ligt, is de geliefkoosde uitgang
voor al wat in Berlijn schaatsen heeft en het
korte spoorreisje kan bekostigen. Op de
groote, goed onderhouden ijsvlakte, in een
schilderachtige omgeving gelegen, is 't dan
ook heerujk rijden. Als er wat wind staat,
wordt veel gedaan aan ijszcilen, niet alleen
met ijsschuitjes, doch vooral ook op schaat
sen. Met een groot zeil, het beste te vergelij
ken met een wat lang gerekt wherry-zeil,
schuin op den rug zwiert men met 'n groote
malheid over hei bevroren meer en het ver-
eisriit heel wat handigheid en manoeuvreer
kunst cm te zorgen dat men steeds goed
jvereind op de smalle ijzers blijft staan.
II.
Onze aardappel.
Een paar maanden geleden spoorde ik in
mijn botkje „Wat zullen we eten?' de huis
vrouw aan tot zuinigheid,met haar aardappe-
.en, ook al was er dan nog n et dadelijk spra
ke van „aardappelnood"thans kan ik het
punt, dat ik toen alleen terloops behandelde,
met niet genoeg nadruk onder u aller aan
dacht brengen, immers de aardappelnood
dreigt niet slechts, de aardappelnood bestaat.
In één opzicht maakt dit feit mijn taak ge
makkelijker: met deze zekerheid voor oogen
kan niemand zich meer verschuilen achter de
redeneering „dat 't misschien nog wel niet zoo
erg zal worden," of, dat er op 't oogenblik
nog voldoende te krijgen is en dat we dan la-
ier wel verder zullen zien."
We moe.en nu verder zien, we hebben ons
van dit oogenblik af stipt te houden aan de
maatregelen, die kunnen meewerken om de
bestaande voorraden zoo lang mogelijk en
zoo goed mogelijk te doen strekken.
Ik wil beginnen met een beroep te doen op
'de gevoelens van naastenliefde en van solida
riteit, die in onze eeuw feitelijk beschouwd
moeten worden als de toets voor onze zedelij
ke ontwikkeling, en die zich uiten, even goed,
in onze houding ten opzichte van de schijn
baar banale aardappelvoeding als in een aan
melding voor Roode-Kruiswerk of een ruime
inschrijving op een ondersteuningslijstmet
des te meer resultaat misschien, omdat het
eenvoudige offer, dat hier van u gevraagd
wordt, in ieders bereik ligt en zonder financi-
eele of lichamelijke inspanning door ieder in
eigen kring kan worden gebracht.
Het geldt slechts een kleine atwijking hier
en daar van onze oude gewoonten, een beet
je goede wil, wat doorzettingsvermogen en
tegenover onze huisgenooten misschien wat
overredingskracht.
Want wat is het geval?
De aardappel die bij ons Hollanders lang
zamerhand een vaste plaats is gaan bezetten
in het middagmaal, heeft die plaats te dan
ken aan enkele bizondere eigenschappen, die
men meent tevergeefs te zullen zoeken bij an
dere voedingsmiddelen.
De aardappel is neutraal van smaak en
laat zich daarom uitstekend samenvoegen met
allerlei andere spijzen (vleesch, visch, groen
te, enz)de aardappel is droog en geeft dus
aan den Hollander die bizonder op zijn jus
gesteld ts, ruimschoots gelegenheid om van
dit geliefkoosde vetmengsel te gebruiken; de
aardappel „voedt," dw z. geeft een gevoel van
verzadiging, dat we anders niet zoo gemak
kelijk zouden bereiken en dat vooral in het ar
beidersgezin van niet geringe waarde is; de
aardappel helpt flink mre om ons de ver-
eischte hoeveelheid koolhydraten dagelijks te
leveren, en d'at wel in een vorm, die niet zoo
gauw verveelt a's b.v. de zoetere kool'hydra-
jchtige grenslijn, de kust van Spanje.
Sir Jouii s iaug, mager geiaat siuiid bui
tengewoon eruoug, torn bij1 ae hut binnen-
aau, waar KoaUiuuiiue hun wachtte, hij
uoog met eruotige notfelijKneid, nam zijn
uoeu ai tn Wieip uien op ten stoel. De laat-
oie vijt jat ui iiduuai wiJie strepen in zijn
aiK, iwiiu waar geuracm, en aan de slap ui
ooiai was net /.ter gnjs, waaiüoor hij ten
aejaaid uuerujk nact, uat u„g vernoogu
.vexu uuof ue uitpe rintpeis tn zijn voot-
noold. Hij traü op haar toe, toen zij op-
aionu, om uem te ontvangut. „Kosaiuunue,
.ittjti neve", zei Hij zacm, en hij nam haar
otiue handen. Hij zag met leed en zorg
.iddi naar oieek, opgewonucn gezicht. „Zijl
^e voiuoeiide ungeiust, kinü?"
„Ungetusi hei naaide zij op een toon
/au veiouzmg, dat hij zoo leis kou veronuu-
ateilen.
„Ann schaap, arm schaap 1" mompelde
nij, zooals een moeder zou gedaan heooen,
ui nij trok haar naar zich toe en streeiae
.laar gianzend goudkleurig haar. „We zul-
.en met voile zeilen naar Engeland terug
gaan. Houd maar moed, en...."
Maar zij viel hem ongeduldig in de rede,
en trok zich terug onder het spreken en
zijn tiart zonk bij de gedachte aan hetgeen zij
vragen zou
„Ik hoorde zoo juist een matroos tot een
ander zeggen, dat het uw bedoeling was Sir
Javier '1 ressilian nu onmiddellijk, vanmor
gen, te laten ophangen."
Hij begreep naar geheel verkeerd. „Wees
gerust", zei hij. „Mijn recht zal snel zijn,
„lijn wraak zeker. De ra is reeds voorzien
van het touw, waaraan hij tot zijn eeuwige
straf bengelen zal."
Zij hieid haar adem in en legde de hand
op haar boezem, als om haar ontroering te
bedwingen.
„En op welken grond?" vroeg zij uitda
gend, hem recht in de oogen ziende, „zijt ge
voornemens dit te doen?"
„Op welken grond?" stojterdfe hij. Hij
keek en fronste het voorhoofd, in de war ge
bracht door haar vraag en den toon, waarop
Wn-vcedsdls zouden doen; de aerdappei Iaat
zich ten slotte op gemakkelijke wijze tot sma
kelijke gerechten bereiden, hij smaakt ons uit
stekend, onverschillig of we hem gekookt, ge
bakken dan wel als purée gebruiken, hij stelt
ons in staat tot het klaarmaken van onzen
echt Hollandschen stamppot, die zonder den
aardappel de gewenschte „smeuigheid" zou
missen.
't Zal daarom niet zoo héél gemakkelijk val
len om den aardappel te vervangen, vooral
niet als dit een dagelijkschen maatregel zou
moeten zijn.
Daarom zou ik als bemiddelingsvoorstel
een dergelijk plan in overweging willen
geven als feitelijk bij de gasbesparing wordt
uitgevoerd: men beperke in ieder gezin het
aardappelverbruik tot een zekeren grens, la
ten we aannemen tot b.v. 50 pet. van de ge
woonlijk gebruikte hoeveelheid, en men houde
zich a?- dien maatregel, ook al wordt ze niet
van overheidswege dus met dwang in
gevoerd.
Als de huisvrouw uit den gegoeden stand
aan dit plan wil meewerken, de huisvrouw,
die met haar ontwikkeling en haar kennis
zonder veel moeite andere middelen zal vin
den om den aardappel te vervangen dan
maakt ze, zonder zware offers voor zichzelf,
de taak voor de huisvrouw in het arbeidersge
zin gemakkelijker, omdat wat zij uitspaart en
uitsparen kan ter beschikking blijft voor de
minder bedeelde, die véél lastiger uit deze
voor haar werkelijk zeer groote moeilijkheid
een uitweg zal vinden.
Wat we er óók door zouden kunnen berei
ken is, dat tot aan den nieuwen aardappel
oogst (Juli dus ongeveer), de aardappel op
onze tafel zou blijven, terwijl we voortgaande
zooals we thans gewend zijn, einde April
voor een paar maanden geheel van dit voed
sel zullen moeten afstand doen. Als met de
uitvoering van het plan dus vlug wordt be
gonnen, is de verwezenlijking nog juist moge
lijk; immers de voorraad, die nu nog 2M
maand (half Febr—eind April) zou strekken,
wordt dan uitgerekt tot 2M maand verder,
dat is tot half Juli.
Op welke wijze nu kunnen we ons plan ver
wezenlijken?
Ten eerste door voor den aardappel andere
levensmiddelen in de plaats te stellen, die er,
wat de verschillende bovengenoemde eigen
schappen betreft niet al te veel van verschil
len, dus: rijst, erwten en boonen, die alle drie
naar men ons van zeer bevoegde zijde verze
kert, in voldoende hoeveelheid voorradig zijn
verder ook macaroni voor zoover die niet al
te duur verkrijgbaar is.
Uit een oogpunt van voedingswaarde komt
'n gekookte portie rijst met een even groote
hoeveelheid gekookte aardappelen vrij wel
overeenmen kan zonder eenig bezwaar 1 Li
ter (750 G aardappelen vervangen door
200 G. (2 ons of 2 theekopjes) rauwe rijst en
men kan niet alleen zonder bezwaar maar
zelfs met groot voordeel voor de voeding
de aardappelen vervangen door erwten of
boonen als men in plaats van 1 Liter (750
G.) aardappelen neemt 4 d.L. of 300 G. (3
ons) erwten of boonen.
Over de voedingswaarde behoeven we ons
dus niet angstig te maken.
Maar er is een tweede factor, die wel de
gelijk moet meetellen, en dat is: de smakelijk
heid. Kunnen we evenveel succes verwachten
van onze gerechten met rijst en met peul
vruchten als van onze maaltijden met aard
appelen
Laat ik beginnen met de gemakkelijkste en
reeds overbekende voorbeelden aan te halen
van gevallen waarin we den aardappel best
kunnen missen.
In de eerste plaats: erwtensoep, een stevige
erwtensoep, niet maar zoo'n bordje dunne
soep vooraf. Wanneer we hiervan per per
soon een paar flinke borden rekenen en we
geven als nagerecht b.v. rij3t met bessensap,
appelmoes of iets dergelijks, dan zal niemand
zich verongelijkt gevoelen, omdat er geen
aardappe'en op tafel zijn geweest. Hetzelfde
kan gelden voor een dikke bruine boonensoep
dik door de fijngekookte boonen, wel te
verstaan, niet door het binden met wat meel
men kan er, zooals dat trouwens bij de
erwtensoep natuurlijk óók mogelijk is, zelfs
wat vleesch in koken (balletjes gehakt, stuk
jes poulet), maar ook zonder deze toevoeging
zal men zich zeer voldaan voelen, wanneer
zij die deed. „Op welken grond?" herhaal
de hij bijna dwaas in zijn ontzettende verba
zing. Toen keek hij haar aandachtiger aan,
en de wo,estheid van haar blik gaf hem ein
delijk een' verklaring van haar woorden, die
hij eerst onbegrijpelijk had gevonden.
„Ik zie hetzei hij op een toon van onein
dig medelijden; want hij was tot het besluit
gekomen, dat haar hersens geheel in de war
waren na al de gruwelen, die zij doorge
maakt had. „Ge moet rust nemen", zei hij
zacht, „en niet over deze dingen denken.
Laat die aan mij over en ge kunt heel zeker
zijn, dat ik u naar behooren zal wreken."
„Sir John, ge begrijpt me verkeerd geloof
ik. Ik verlang niet, dat ge me wreekt, ik
iteb u gevraagd, op weiken grond gij dit
doen wilt en gij hebt mij niet geantwoord."
in toenenv nde verbazing bieef hij haar
aanstaren. Hij had het dus mis. /.ij was
volkomen goed bij haar verstand. En toen
in plaats van teedere vragen naar Lionel, die
nij gevreesd had, kwam dit verbijsterend
vragen naar zijn redenen, om zijn gevangene
op te hangen
„Moet if u van alle menschen de
misdaden jpnoemen, welke die schurk be
derven heeft?" vroeg hij, daarmede de vraag
opwerpend, die hij zich zelf deed.
„Gij moet mij zeggen", antwoorddte zij,
„met welk recht gij u zelf als zijn rechter
en beul opwerpt; met welk recht gij1 hem op
deze willekeurige wijze in den dood zendt
zonder rechtsgeding." Haar optreden was
zoo streng alsof zij met al het gezag vaneen
rechter bekleed was.
„Maar gij", stamelde hij in steedh klim
mende verbazing, „gij, Rosamunde, tegen
wie liij zoo zeer misdaan heeft, gij moest
wel de laatste zijn om mij zulk een vraag te
stellenHet is mijn plan met hem te hande
len zooals het de gewoonte op zee is, te
doen met alle schurken, die gevangen geno
men zijn zooals Olivier Tressilian. Zoo gij
genadig jegens hem gestemd zijt wat ik,
bij God, niet begrijpen kan bedenk dan
dat dit de grootste genade is, die hij ver
wachten kan."
als nagereeïrt -weer de een of andere voedzame
meelspijs wordt gekozen, zooals: trommel
koek, pannekoeken, wentelteefjes, rijstkoekjes,
gort met pruimen, enz. enz.
Een dikke „huiselijke" groentesoep met stuk
jes runderpoulet (ook door blokjes schapen-
vieesch te vervangen) en balletjes gehakt,
zóó, dat per persoon b.v. gerekend wordt op
150 G. (1 Vi ons) vleesch, kan in eenigszins
duurderen vorm als derde voorbeeld dienen
ook bier kan men na de paar borden soep ge
rust „vleesch, groente, aardappelen," uitscha
kelen en dadelijk overgaan tot een nagerecht
met flink wat koolhydratenrijst met boter en
suiker, rijstschoteltje, drie in de pan, gebak
ken boekweite grutjes of ook een van de hier
boven reeds genoemde meelspijzen
't Kan, dunkt me, niet ais straf beschouwd
worden, als men een paar keeren per week tot
zulk een maaltijd wordt veroordeeld!
In de tweede plaats, om nog even bij de
eulvruchten te blijven, zouden we af en toe
ruine boonen of grauwe erwten kunnen ge
ven, die dan bij het gebraden vleesch de rol
hebben te vervullen van groente en aardappe
len tegelijk. Of wel, we kunnen hun alleen de
rol van aardappelen opdragen en bij wijze
van groente er nog appelmoes of gedroogde
pruimen bij presenteere'n, een aanvulling die
vooral bij gebraden varkensvleesch zeer in
den smaak zal vallen. Het nagerecht kan ge
kozen worden uit de reeds genoemde voor
beelden het zou echter ook uit een melkspijs
kunnen bestaan, zooals rijstenbrij, havermout,
karnemelk met gort, griesmeelpap.
Groene erwten leenen zich tot een dergelijk
gebruik minder goed. Toch gelukte het ons
wel, zonder aardappelen een smakelijk ge
recht te bereiden, dat in de verte doet denken
aan den Franschen „pot au feu" en dat be
staat uit vleesch (rund-, varkens- of scha
pen-), groene erwten, winterwortelen en uien.
Dit alles wordt met elkaar in dezelfde pan ge
kookt, wortelen en uien natuurlijk wat korter
dan hét vleesch en de erwten; het vleesch
wordt dan op een schotel gelegd, de groenten
worden uit het vocht geschept en er omheen
geschikt, en de overblijvende bouillon wordt
gebonden en er in een sauskom bij gepresen
teerd. Wat gehakte peterselie over de groenten
gestrooid, voltooit den schotel.
Men zou ook de groene erwten door witte
boonen kunnen vervangen als die niet juist
dit jaar zoo bizonder schaarsch waren; ook
kan men in plaats van wortelen met uien ook
als groenten kiezen knolselderij met prei of
koolraap met prei, met dit verschil dat èn de
selderij èn de prei op 't oogenblik heel duur
zijn.
In de derde plaats hebben we dan nog over
rijst te beschikken.
Deze leent zich eigenlijk veel beter tot ver
vangingsmiddel van aardappelen, omdat
haar weinig uitkomende smaak zich aan biju
na alle andere voedingsmiddelen goed aan
past.
Dat b.v. rijst bij gebraden vleesch door ve
len geprefereerd wordt boven aardappelen, is
bekend genoeg; trouwens de jus van het
vleesch (gehakt, bietstuk, lapjes, enz.) vormt
ook voor de rijst een even smakelijk toevoegsel
als voor den aardappel, en bijna elke groente
laat zich even goed bij de op deze wijze op
gediende rijst gebruiken als bij de aardappe
len.
Echter kunnen we ook de jus vervangen
door de een of andere saus en de rijst b.v. dan
geven met haché, met kerrysaus, met tomaten
saus, met kaassaus; de meeste groenten, die
zelf zonder saus worden bereid, passen daar
bij uitstekend (spruitjes, slaboonen, snijboo-
nen, raapstelen, savoye kool enz), terwijl men
er koud vleesch bij zou kunnen presenteeren
of ook wel het in Holland minder bekende
.gekookte vleescB," dat - dan met dezelfde
saus bij de rijst wordt gebruikt (poulet, lams-
vleesch, mager varkensvleesch).
Ik zou hier te veel vervallen in het geven
van louter recepten, als ik wilc(e wijzen op de
zéér vele smakelijke, meestal in Holland nog
weinig bekende rijstgerechten, die op soortge
lijke wijze de., aardappel kunnen vervangen
't lijkt mij voor het duidelijke overzicht beter,
wanneer ik in een volgend artikel enkele van
die proefjes bespreek, en m'j nu bepaal tot
het voltooien van onze maatregelen tot aard-
appdbesparing.
We zijn daan
zijn daarmee reeds zóó ver, dat we 3 h
„Gij spreekt van genade en wra.ik in één
adem, Sir John." Zij werd kalm, haar ont
roering was bedaard en een strakke ernst
trad er voor in de plaats.
Hij maakte een ongeduldig gebaar. Waar
toe zou het dienen, hem mee naar Engeland
te nemen?" vroeg hij. „Hij moet daar te
recht staan en de uitslag is dezelfde. Het is
niet noodig hem langer te pijnigen."
„De uitslag kon wel eens anders zijn ■jan
ge denkt", antwoordde zij. „En dat Ats-
geding is zijn recht."
Sir John liep de hut op en neer; h j was
geheel in de war. Het was ongerijmd, dat
nij juist met Rosamunde over zoo iets praten
moest, en toch dwong zij hem er toe tegen
zijn wil en zelfs tegen het gezond verstand.
„Als hij et op aandringi, zullen wij het
hem niet weigeren", zei hij eindelijk, om
haar tevreden te stellen. „Wij zullen hem
mee terug nemen naar Engeland, als hij dit
vraagt, en hem daar terecht laten staan
Maar Olivier Tressilian weet te goed, wat
hem daar wacht, om zulk' een vraag te
doen." Hij hield stil voor haar, en stak
smeekend de handen uit. „Kom, Rosamun
de, lieve! Je bent ontsteld, je
„Ik ben inderdaad ontsteld, Sir John",
antwoordde zij, en nam de handen, die hij
uitstak. „O, heb medelijden I" riep zij met
hartstochtelijke voorspraak. „Ik smeek u,
medelijden te hebben!"
„Welk medelijden kan ik je betoonen,
kind? Spreek slechts...."
„Het is geen medelijden met mij, maar met
hem. dat ik u afsmeek."
„Met hem?" riep hij, het voorhoofd weer
fronsend.
„Met Olivier Tressilian."
Hij liet haar handen los en trad terug.
„God bewaar me!" riep hij. „Je vraagt om
medelijden met Olivier Tressilian, met dien
renegaat, dien1 vreeselijken duivel? O, je
bent gek!" raasde hija ,„Gek!" en hij ging
von haai weg, zijn armen zwaaiend.
„Ik neb hem lief", zei zij eenvoudig.
Dii antwoord maakte hem onmiddellijk
stil. Onder den schok ervan staarde hij haar
4 dagen pet r week den aardappel schrappen,
n.l.:
één dag, orndat we er een voedzame soep
voor in de j ïlctats stellen
één dag, i midat we ons met bruine boonen,
capucijners o J groene erwten „behelpen";
één a tweu; dagen, omdat we tot een rijst
gerecht onze toeviuent nemen.
We kunnen i het nóg verder brengeH
Uit onzen .„stamppot" den aardappel ge
héél weglatei t, lijkt mij niet gewensdit: het
eigenaardige samenhangende van het gerecht
zou daardoor t<e veel verloren gaanwèl ech
ter kunnen we de portie aardappelen tol op
de helft vermix Kieren, 'n hoeveelheid, die nog
voldoende het „smeuige" aan den stamppot
geeft. De andt ue helft wordt dan vervangen
door een daan "nee gelijkstaande hoeveelheid
groene erwten, bruine (of witte) boonen of
rijst; m.a.w. we stellen voor eiken Liter (750
G.) aardappelt m in de plaats 300 (3 ons)
erwten (of boon en) of 200 G. (2 ons rijst, al
les rauw gewog en.
Op deze wijze bereiden we savoye kool met
rijst of met boon- ert, koolrapen met rijst of met
boonen, hutspot niet rijst of met groene erw
ten, boerenkool i net groene erwten, uien met
rijst, met boonen cï ,met groene erwten, inge
maakt snij- en ft) aboonen met boonen, zuur
kool met boonen,
't Is misschien niet overbodig, hier nog even
te herhalen, dat i 'ijst volkomen gelijk staat in
voedingswaarde .niet de anders gebruikte
aardappelen, dat p .ehter de boonen en de erw
ten belangrijk hon ger staan en dat men door
die te gebruiken n net succes ook op het anders
meestal bij den s tamppot gebruikte vleesch
kan bezuinigen.
't Mes snijdt hie'-" dus aan twee kanten.
Onze aardappe lbeisparing in stamppot
gesteld, dat we dit gerecht tweemaal per week
gebruiken zou (lus neerkomen op 2 halve
dagen of 1 heelen dag, waardoor ons over
zicht nu wordt
4 a 5 dagen geen; aardappelen, 2 S 3 dar
gen de gewone hoe' veelheid.
Ten slotte dan nc»g iets over die „aardap-
peldagen," iets wat' trouwens ook voor ae
„halve aardappeldag tn" mag gelden.
We geven er ons ii gewone tijden geen re
kenschap van, hoevetïl we verliezen door de
aardapoelen te schil'len; 'tis in dezen tijd
wel eens goed dit te weten: we verliezen in de
geschilde aardappelen een zevende meer dan
in de met schil gekvekte en daarna gepelde
aardappelen. Met tiridere woorden, als we
van de hoeveelheid, idie we laten schillen da-
ijks 1/7 afnemen, dan is aan 't einde der
week juist een portie voor één dag bijeenge-
aard en men ziet dail bij elkaar wat anders
ij gedeelten in schilletunand of vuilnisemmer
zou verdwijnen.
Als men 't zóó bekij'jct, is het dan niet nog
wel de moeite waard om er „het pellen op h
bord" voor over te hebben?
Trouwens, al komt tie bereidingswijze van
ongeschilde aardappelen niet zoo heel veel in
de Hollandsche keuken voor, toch zijn er in
ons land wel streken te vinden, waar de me
thode bekend genoeg js. Ik herinner aan een
deel van Friesland, waar men spreekt van het
„koppen en plassen" dar aardappelen. d.w.z.
het wegnemen van een klein stukje schil aan
de beide uiteinden, zoodat het zout uit het war
ter in de aardappelen kan trekken.
Een ander gebruik ,'s, de aardappelen in
ongezouten water te koken door ae onge
schonden schil n.l. trekt tóch niets naar bin
nen) en er dan later op het bord wat tafel
zout bij te nemen.
Als bezwaar zal tegen, -deze bereidingswij
zen waarschijnlijk wel wo rden aangevoerd het
„lastige" en „tijdroovenclé" van het zelf-pel-
len. Mag ik hier even opimerken, dat dit toch
maar voor een groot deal neerkomt op onge-
Witte boonen zouden, wat kleur betreft,
in vele van deze gerechten meer op hun plaats
zijn, als ze maar niet zoo duur waren.
Toch valt de kleur van de bruine boonen in
deze stamppotten erg me.e en ziet het gerecht
er veel minder vreemd uit dan men opper
vlakkig zou denken.
Een aardig, praktisch middel om de bruine
boonen tot witte te maken- bestaat in het pel
len der geweekte boonen, die zfch op de wijze
van am indelen gemakkelijk uit hun schilletje
laten doppen.
opnieuw met open mond aan.
„Je hebt hem lief!" zei hij eindelijk zacht.
„Je hebt hem lief. Je hebt1 een man lief, die
een zeeroover, een afvallige;, de ontvoerder
van je zelf en van Lionel ia, den man, die je
broeder vermoordde?"
„Dat deed hij niet." Zij loochende het
heftig. „Ik heb de waarheid omtrent die
zaak gehoord."
„Van zijn lippen, veronderstel ik?" zei
Sir John, en hij kon een spotlach niet onder
drukken. „En je hebt hem geloofd?"
„Ja in Algiers, op den avond dat wij
daar landden. Als ik hem niet gelooid had,
zou ik niet met hem getrouwd zijn."
„Met hem getrouwd?" Zijn verbijstering
veranderde nu in- afschuw. Kwam er dan
geen eind aan die merkwaardige onthullin
gen? Hadden zij nu hun toppunt berart,
vroeg hij zich af, of moest er nog meer ko
men?
„Heb je dien gemeeneu schim ge
trouwd?" vroeg hij, met toc-nlooze stem.
Hij stond haar aan te gapen ale iemand,
die geen tien kan tellen. Plotseling barstte
hij los
„Hetiis genoeg!" brulde hij m schudde
zijn gebalde vuist tegen de lage zoldering
van de kajuit. „Het is genoeg, zoo waar
God mijn getuige is. Als er geen andere re
den was, om hem op te hangen, dan is dit
reden te over. Ge kunt er op' rekenen, dat ik
binnen een uur een einde aab dit schandelij
ke huwelijk maken zal."
„Ach. als ge maar naar mij' wildet luiste
ren!" pleitte zij.
„Naar je luisteren?" Hij hield stil bij de
deur, waarheen hij in zijn woede geloopen
was, van plan er onmiddellijk een eind aan
te maken, Olivier Tressilian V oor zich te la
ten komen, hem zijn vonnis aam te kondigen
en het oogenblikkelijk te lat-en uitvoeren.
„Naar je luisteren?" herhaalde hij met toorn
en woede in zijn stem. „Ik heb al meer dan
genoeg gehoord!"
(Wordt vervolgd).
I
ieil Uili IK kol iC lUellcU Ulct ltelU geinuain
lied