DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. DINSDAG 21 AUGUSTUS No. 1% Honderd en negentiende jaargang. 1917. ftbonMfltsjjrlls per taoMIJL fi. p. post f 1.50. AdYertentieprflsmfit p. regel, groote letters naar plaatsruimte. Brieven fr. N. V. Boek- en Handelsdrnkkerij Y.h. HERIfls. COSTER 4 ZOON, Voordam C 9. Telefnr. 3. FMÜIIiIiHT DB. Fanny's tweede huwelijk Inlevering uitgereikte for mulieren Schoeisel, Sajet en Melk. Over den abonnementsprijs wordt bij vooruitbetaling beschikt. Bewijsnummers 5 cent. ALKMAAR, 21 Augustus. Tegelijk met de Italianen zijn thans ook de Franschen losgekomen. Zoowel van Duitschen als van Franschen kant wordt medegedeeld, dat er een nieuwe dag bij Verdun is ontbrand. Havas verzekert zelfs, dat de strijd aan de beide Maasoevers het karakter aanneemt van een slag van on gewone afmetingen. 1ide partijen zijn gelijkelijk over het aan vankelijk verloop tevreden. Wolff bericht dat de slag gunstig voor de Duitschers staat, daar de Franschen op den westelijken Maas-oever slechts bij het bosch van Avocourt en bij den Dooden Man de ver- dedigings-zóne binnendrongen en ten oosten van de rivier vóór de gevechtsstelling werden afgeslagen of in tegenaanvallen werden te ruggeworpen, terwijl de massa-inzet van in fanterie over een front van meer dan 20 K.M. hun de zwaarste verliezen opleverde. Het Duitsche legerbericht meldt echter, dat de Franschen zonder strijd den Talonheuvel (op den Oostelijken oever) bereikten, welke de Duitschers in Maart j.l. als verdedigingslinie hadden opgegeven en die thans slechts door posten was bezet, welke Zondag ten over vloede nog volgens een vooraf gemaakt plan en zonder stoornis terug genomen waren. Het Fransche communiqué deelt mede, dat de Franschen veroverden het bosch van Avo court, den Dooden Man, de bossclien van Corbeaux en Cumières (in het zuiden aan den Dooden Man grenzende), den Talon-heuvel, Champneuville (vlak bij dien heuvel) en de heuveis 344 en 240, terwijl de Fransche rech tervleugel oprukte in de bosschen van Fosses en Chaume (tusschen Beaumont en Omes). Het wonderlijke Duitsche verhaal over den 288 M. hoogen heuvel, die maandenlang slechts door posten bezet zou zijn geweest, daargelaten, ziet men dat de beide lezingen niet zoo heel veel verschillen. Aan beide Maas-oevers hebben dus de Franschen vorderingen gemaakt, terwijl ze 4000 gevangenen berichten. Het Fransche succes is derhalve onmiskenbaar. Maar hoe lang moet de oorlog nog duren als zulke successen de eindoverwinning moeten bren gen? Ook de Italianen wisten aan de Isonzo nog niet meer dan een aanvangssucces te behalen. Het Italiaansche legerbericht zegt, dat de Italianen aan de Isonzo overal de Oostenrijk- sche linie bezetten, stroomopwaarts van Ca- nale de rivier waren overgestoken en 7500 gevangenen maakten. Volgens het Oosten- rijksche legerbericht zijn de Italianen, soms ia aanvankelijke successen, overal terugge slagen, behalve op een punt, waar de strijd nog heen en weer golft, terwijl het aantal ge vangenen als 3000 wordt opgegeven. Van beide kanten geeft men hoog op van de verwoedheid van den strijd. De Köln. Ztg. schat, dat er niet minder dan 5000 ka- 18) van ANNIE QUIDIND. Uit lull Zwmkch vedaald öoou M. A. Z. III. De villa aan zee. De familie Hein vertoefde gaarne in de villa aan zee. yoor de 10e inaal vierde de oude hoor daar zijn verjaardag. Hij had zooals hij: beweerde dat oude plaatsje „ontdekt" en eerder dan iemand anders het geschikt be- ,'ondeni tot zomerverblijf. Als hij op zijn wan- 'i in langs het strand of in het bosch de rij van villa's zag toenemen, voelde hij een ze- ren trots, dat hij de zijne daar het eerst had gebouwd. Staande voor het open raam in zijn slaap kamer, bezig de laatste hand te leggen aan zijn toilet, verheugde hij zich over den- feest dag in het midden der zijnen, alsof het zijn 9e verjaardag was in plaats van zijn 69ste. De laatste maal was het zoo vreemd geweest en zoo half. Fanny had niet kunnen komen, en Mathilde was juist den verjaardag over thuis gebleven, om den volgenden morgen naar Fanny te gaan. 's Avonds had er een afscheidsstemmmg geheerscht, niets gezellig. Dit jaar waren ze allen hier. Fanny ook met man en Koert en de kleine meid. Het was een teleurstelling, die hij echter diep in zijn liefhebbend vaderhart verborgen hield, dat Fanny van haar schoonheid veel bad verloren. Als hij er aan terugdacht, hoe onbegrijpelijk jong zij er had1 uitgezien, d'en zomer toen ze hertrouwde, vond hij in nonnen in actie zijn, het zware Engelsche en Fransche geschut niet meegerekend. En van Italiaansche zijde wordt verklaard, dat er 208 Italiaansche vliegmachines onvermoeid aan den slag meewerkten! Het officieele Oostenrijksche legerbericht brengt verder de mededeeling, dat de Italia nen ten noorden van Asiago, op de hoogvlak te der Zeven Gemeenten, op Italiaanschen bodem, over een breedte van 15 K.M. uit hun stellingen zijn geweken en dat zij ook het Sugana-dal verlieten. Van Italiaansche zijde is hieromtrent nog niets gemeld. Bijster gelukkig zijn de Italianen met het inzetten van hun Isonzo-offensief weer niet geweest, immers de Oostenrijkers kunnen thans troepen van het Oostelijk oorlogstoo- neel halen, wanneer de nood eens aan den pian mocht komen, sterke krachten aan de Isonzo samentrekken om een krachtigen Itali aanschen stoot te pateer en. Op het Oostelijk front hebben ze op het oogenblik niets te vreezen. En daarom waarschijnlijk ook op hun Italiaansche front niet. Evenals de Engelschen en de Franschen zullen vermoedelijk ook de Italianen thans opnieuw ervaren, dat de middenmogendheden sterk staan in het strategisch defensief. Uit Rome wordt geseind, dat de Engelsche gezant aan het Vaticaan heeft medegedeeld, dat de Engelsche regeering de pauselijke no ta welwillend en ernstig zal bestudeeren. We weten nu al zooveel, dat de voornaam ste entente-rijken gezamenlijk him houding zullen vaststellen en dat Amerika in dezen zelfstandig zal optreden. Vandaag valt de beslissing der Engelsche arbeiders inzake deelneming aan de conferen tie te Stockholm. Nu het mijnwerkersverbend is omgevallen, verwacht men een interessante stemming. Maar er wordt nj ook al weer aangedrongen op een referendum over deze aangelegenheid onder de vakvereenigingsle- aenl ENGELAND. KONING GEORGE AAN FENG KOEO SJANG. De Engelsche koning seinde aan den pre sident der Chineesche republiek het volgende telegram: Ik vernami met groote voldoening de tus- schenkomst van China in den oorlog aan de zijde der geallieerden en ik verlang u mijn hartelijke gelukweusehen aan te bieden met het besluit der groote republiek, waarvan gij Eesident zijt, om zicb te vereenigen met de aden welke verbonden zijn tegen de aan- vals-politiek der Middenstaten. EEN VRAAG OVER DE PAUSELIJKE NOTA. De afgevaardigde King vroeg in het En- elsche Lagerhuis of er een nota van den aus is ontvangen, waarin er op wordt aan gedrongen, dat de oorlogvoerenden vredes voorwaarden in overweging zullen nemen en of de regeeringen der geallieerde staten over deze zaak zullen confereeren voordat een ant- uiterlijk meer verschil dan twee jaren anders teweeg brachten. Haar mooie figuur had zij weliswaar behouden, elegant en gedistingeerd was zCj maar de echte frischheid ontbrak. Anne rannyZe leed er zelf onder, dat kon hij wel zien. Hij was vreesèlijk bang dat ze ontdekken zou, dat hij het opmerkte; tegen Mathilda had hij er wel over gesproken, maar tegen niemand andere. Dat zij berouw nad of ook maar redien had spijt te hebben over haar ontegenzeggelijk gewaagd huwelijk met een zooveel jongeren man, daarvan had hij niet het minste gemerkt. Arnold was zich gelijk bleven in zijn manier van doen tegenover haar; hartstochtelijk was hij eigenlijk nooit. Maar dat hij dol was op 't kleine kind, dat was heel duidelijk. Nu was de oude heer klaar; hij had! zich vandaag met zijn toilet niet gehaast. Hij wist immers dat hij zich op zijn verjaardag in den kring der familie niet al te vroeg moest vertoonen. Hij keek over de zonnige Nu was de oude heer klaar; hij had zich vandaag met zijn toilet niet gehaast. Hij wist immers dat hij zich op zijn verjaardag in den kring der familie niet al te vroeg moest ver toonen. Hij keek over de zonnige blauwe zee, werd ernstig en dacht met een zucht aan zijn zoon Emiel. Dat deed hij altijd op zijn verjaardag Toen keek hij op zijn groot gouden horloge en ging naar beneden. De trap kraakte onder zijn welbekenden tred, en Mathilda haastte zich de laaitste rozen te schikken rondom zijn koffiekop. Ze waren allen buiten op de waranda, waar het ontbijt gereed stond, en de jarige werd gekust en omhelsd door zijn vrouw, zijn dochters en rijn kleinzoon, waarna zijn schoonzoons hem de hand drukten. Hij genoot van dat al les, bekeek de geschenken, was verrast en ver baasd en bedankte, gaf zijn goedkeuring te kennen over de smaakvol gedekte ontbijttafel, woord wordt verzonden. Minister Cedl antwoordde op beide vragen bevestigend. HET ENGELSCHE DEPARTEMENT VAN MUNITIE. Reuter seint dat de arbeid aan het depar tement van munitie steeds in omvang toe neemt. Een jaar geleden bestond de straf van het hoofdkwartier te Londen uit 5000 men- schen, nu uit 13,500. Het departement laat ongeveer 2 millioen menschen werken en is verantwoordelijk voor jaarlijksche uitgaven van tusschen 6 en 700 millioen pond. De Britsche legers zijn de best toegeruste, hun bewapening wordt nog steeds beter. AUSTRALISCHE WERKKRACHTEN IN ENGELAND. In het Lagerhuis heeft een der afgevaar digden de aandacht gevestigd op dc aan komst van Australische arbeiders in Enge land. De regeering antwoordde dat er in de laatste vier weken 907 geschoolde arbeiders u<t Australië waren aangekomen. „Moedigt de regeering koloniale arbeiders aan hierheen te komen en de plaatsen in te nemen van onze werklieden?" vroeg de afgevaardigde. „Neen" zeide de heer Kellaway namens de regeering, „maar ze waardeert zeer de hulp die zij op deze wijze van de Australiërs ontvangt." INDIë EN HET MOEDERLAND. In het Lagerhuis deelde de heer Montagu, minister voor Indië, mede dat besloten is om over te gaan tot maatregelen tot opneming van Indiërs in alle takken van het bestuur van Indië met het oog op een geleidelijke ontwik keling van zelfbesturende instellingen en de progressieve instelling van een verantwoorde lijke regeering in Indië als een integreerend deel van het rijk. 'De minister deelde tevens mede, dat de beletsels, tot dusverre bestaande voor de opneming van Indiërs in het Britsche leger, weggenomen zullen worden. NEUTRALE SCHEPEN EN DE CENTRALEN. In het Lagerhuis stefde een afgevaardigde de vraag, of het de regeering bekend was, dat een groot aantal neutrale schepen nog steeds goederen van groot militair belang naar Duitsche havens vervoerden, en of de regee ring in overweging wilde nemen na den oor log onderscheid te maken tusschen de reeders van deze schepen en andere. Lord Robert Ce cil antwoordde, dat de Britsche regeering in beginsel van meening is, dat neutrale schepen, die den vijand voortdurend helpen, na den oorlog op denzelfden voet behandeld moeten worden als de vijandelijke schepen. De afge vaardigde vroeg daarop, of de onder-minister wist, dat neutrale schepen, die ten gevolge van bedreigingen der Duitsche regeering in de haven liggen, de Duitsche belangen» even zeer dienen als andere schepen. Lord Robert Cecil antwoordde, dat zulke schepen zeker beschouwd moesten worden als bijdragende tot het oorlogsdoel der vijanden. DE „MORNING POST". In het Lagerhuis vroeg dezer dagen de heer Outhwaite aan lord Robert Cecil of diens aandacht was gevestigd op de aanval len van de Morning Post" op den Russi- schen Raad van arbeiders en soldaten en op de vertegenwoordigers van dien raad die En geland bezochten en of met het oog op deze aanvallen en den indruk, dien ze in Rusland moesten wekken, de verspreiding van de „Morning Post" in het buitenland niet zou worden belet, gelijk dat met de „Nation" hef nam plaats en presiueerde achter een waren wal van bloemen. Hij was in zijn schik met alles en met allen; dat Bengt Adlericldds.ge- lukwensch meer stijf was dan hartelijk, daar aan was hij gewoon en hij vond bijna dat het zoo zijn moest; in stilte echter meende hij, dat de verrekijker, dien Arnold hem had ge geven, nog al duur was voor diens middelen. Het was een present, dat Arnold beter van hem had kunnen krijgen. Hij droeg zijn hoofd drommels hoog, die jonge uian. „Daar, grootvader, daar is er nog een die komt feliciteeren." Arnold kwam met zijn dochtertje op zijn arm en nu kon hij zijn hoofd wei buigen. Hij reikte haar aan zijn schoonvader over met een gezicht, waarop duidelijk stond, dat hij hem een groote gunst bewees, en de bankdirecteur nam zijn klein dochter in ontvangst en maakte al de grapjes met haar, die een grootvader voor zijn klein kinderen klaar dient te hebben. Het kind lachte eerst, maar begon toen te huilen. Boy, de patrijshond, die jaloerech was, was er bij gekomen en had zijn poot op de andere knie van zijn baas gelegd. Arnold nam gauw zijn schat terug. „Dot", zei hij en ging zitten met het kind op zijn arm. Hij lokte Boy naderbij ^„Neen, we zijn niet zoo klein, kijk maar, we zijn niet bang voor ouden Boy. Kijk eens, wat een brave hond. Trek maar gerust aan zijn ooren, kijk zóó! Niet? 't Is ook veel prettiger Pap aan zijn snor te trekken." t Vader en kind en hond vormden een aar dige groep, en allen keken met plezier er naar, Fanny kon niet laten beiden te kussen, en. Eva zuchtte in stilte. In den loop van den morgen kwamen er al meer bloemen, telegrammen en felicitaties. Het weer was zoo mooi als men maar wen- schen kon; een zachte bries woei van den zeekant, zoodat de nieuwe vlag op het dak geval was. Lord Robert Cecil zeide, dat het antwoord op de eerste vraag bevestigend, op de tweede ontkennend luidde. „Zal, vroeg de heer Outhwaite toen, de edele lord althans aan de Voorloopige Regee ring mededeelen, dat de hoofdartikelenschrij ver van dit blad is een man van militairen leeftijd en dat het tblad behoort aan een oude dame?" „Acht de regeering het niet gewenseht de verspreiding van de „Nation" in het buiten land weer toe te staan, opdat dit een tegen gif zal vormen voor de schadelijke artikelen van de „Morning Post"?" vroeg de heer Pringle. Op deze en nog enkele andere vragen van dien aard antwoordde lord» Cecil dat slechts één artikel onder zijn aandacht kwam en dat dit z. i. geen aanval op de Russische regeer ring bevatte. De Unionist Lowther wilde de reputatie van de „Morning Post" redden en vroeg: „Is 't niet een feit dat de loyauteit van dit blad een goed voorbeeld is voor an dere bladen?" „Ik zou liever geen meening uitspreken", zeide lord Robert Cecil daarop. WILDE KASTANJES. Het munitie-departement en de voedsel- controleur in Engeland hebben zich tot de onderwijs-autoriteiten gewend met een circu laire, waarin zij aandringen op het inzame len van wilde kastanjes door de schoolkinde ren, onder leiding van de onderwijzers. Voor bepaalde procedé's bij de munifie-producttie is graan noodig, dat echter kan worden ver vangen door bestanddeelen van de kastanjes. Voor iederen ton kastanjes kan Yt ton graan voor de voeding worden gespaard. Men verwacht op deze manier meer dan 200,000 ton wilde kastanjes te kunnen bijeen zamelen. Dus een zeer nuttig, en voor de schoolkinderen al heel prettig werk. Tot dus ver werden in Engeland deze kastanjes wel gebruikt als voedsel voor geiten en herten; maar het grootste deel bleef ongebruikt. FRANKRIJK. HET BEZOEK VAN POINCARé AAN ITALIë. Bij het verlaten van het Italiaansch grond gebied zond president Poincaré aan den Ko ning van Italië het volgend telegram: Nu ik het Italiaansch grondgebied verlaat, wil ik nogmaals mijn aank uitspreken voor de zoo hartelijke ontvangst, welke Uwe Majesteit mij heeft bereid en waarvoor ik haar steeds dankbaar zal blijven. Ik neem een gelukkige herinnering mede aan deze al te spoedig vervlogen dagen, die ik te midden der dappere troepen van een be vriend en met ons verbonden land mocht doorbrengen. Ik bewaar de gedachte aan den harden strijd, waar zooveel dapperen hun bloed gaven voor de verlossing van hun broeders en stamgenooten. Het was mij bij zonder aangenaam met Uwe Majesteit een bezoek te mogen brengen aan Gradisca en Görz en er de Italiaansche vlag te zien wap peren. Ik koester den vurigen wensch, dat nieuwe successen het loon zullen zijn van den moed van uw prachtig leger en dat ze aan uw edel land de vervulling zullen brengen zijner nati onale eischen, hetgeen zal bijdragen tot de gemeenschappelijke overwinning. Italië en Frankrijk, thans als bondgenoo- ten in den oorlog, zullen voor altijd vereenigd blijvenwanneer de vrede zal zijn terugge keerd zullen ze trouw aan hun zelfde tradi ties, hunzelfde kuituur en hun zelfde ideaal met een zelfde liefde arbeiden aan den voor uitgang der men8chheid. Koning Victor Emmanuel antwoordde bij- wapperde en klapte. Tegen het middagmaal kwamen met den trein veLe familieleden en ook eenige vrienden van de rondom liggende villa's. Het diner was prachtig, zooals altijd in het huis van den bankdirecteur, of 't in de stad was of buiten, en hier, waar men over 't algemeen tevreden zijn moest met wat er te krijgen was en z'n pretenties moest matigen, was zulk een feestmaaltijd dubbel welkom. De wijn was van de beste soort, de tafelver siering keurig, de stemming opgewekt; er werd gelachen, gepraat, gespeecht. Arnold las de telegrammen voor. Door de hooge open ramen stroomde de frissche zeelucht binnen en hoorde men het bruisen van de zee. De namiddag werd voor 't grootste deel aan het strand doorgebracht, daar lag men op reisdekens op het zand, en versnaperin gen werden rondgediend door dienstmeisjes in lichte katoenen japonnetjes met witte schorten. Ze liepen af en aan met presen teerbladen, onderwijl met elkaar kibbelend; de kinderen trokken schoenen en kousen uit en de jongelui speelden croquet op de strandweide. In de familie van den bankdirecteur was het vrouwelijk element overwegend; dus wa ren er onder f gezelschap veel jonge meis jes en geen andere ongetrouwde heeren dan enkel een nieuw aangekomen student en een paar zesde klassers van het gymnasium. Na tuurlijk was Arnold bij de jonge dames in trek, hij deed mee aan croquet en andere spe len en maakte met animo gekheid, vooral met een zestienjarig meisje, dat nog een lange blonde vlecht op haar rug droeg, de dochter van een nicht van Fanny, zelf ook Fanny ge noemd. Arnold wilde dat ze oom tegen hem zou zeggen, maar zij deed het niet/Telkens als Arnold, haar plagend: „Fanny, Fanny" riep, kwam zijn vrouw aanloopen en zette De DIRECTEUR van het DISTRIBUTIE BEDRIJF van ALKMAAR deelt aan belang hebbenden mede, dat de AANVRAAGKAAR- TEN tot verkrijging van SCHOEISEL en SA JET tegen verminderden prijs en ter verkrij ging van MELK VOOR ZIEKEN, ZWAK KEN en KINDEREN beneden den leeftijd van 6 jaar, tegen een prijs van 0.11 per Li ter, ingeleverd moeten worden WOENSDAG 22 AUGUSTUS a.s., des namiddags tusschen 2 en 5 uur, aan de navolgende scholen en wel: 11000 aan de Keetkolk, hoofd der school de heer G. Hellinga. 10012000 aan de Brillenstteeg, hoofd der school de heer F. J. Aukes. 20013000 aan de Nieuwesloot, hoofd der school de heer J. A. Zwarteveen. 30014000 aan de Nieuwesloot, hoofd der school de heer A. Wijn. 40015000 aan de Snaarsmanslaan, hoofd der school de heer J. Eits. 5001 en daarboven aan den Koningsweg, hoofd de heer P. Schipper. FORMULIEREN NIET OP DIEN DA TUM INGELEVERD, KUNNEN NIET MEER IN ONTVANGST GENOMEN WORDEN. Alkmaar, 20 Augustus 1917. De Directeur voornoemd, D. SCHENK. Burgemeester en Wethouders van ALKMAAR brengen ter ter algemeene kennis, dat het verkeer over de Boom- poortsbrug op 21, 22 en 23 Augustus a s. zal zijn gestremd. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. HINDERWET. BURGEMEESTER em WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene ken den op de Gemeente-Secr legd net aan hen inga ijlagen van de N. V. Ve nisfahriek te Krommenie, om vergunning tot nis, dat heden op de Gemeente-Secretarie ter het zoek met bijlagen van de N V. Verwer's Ver iek te Kro visie is gelegd het aan hen ingediende ver- het oprichten van een vemisfabriek met verf- maalderij c.a., op het perceel Heldersche weg, Sectie C, No. 1230. Bezwaren tegen deze oprichting kunnen worden ingediend ten raadhuize dezer ge meente, mondeling op Dinsdag 4 September ek., 's voormiddags te elf uur en schriftelijk vóór of op dien tijd. Gedurende drie dagen vóór gemelden dag kunnen de verzoeker en hij, <Jie bezwaren heeft ingebracht, op de Secretarie dezer ge meente van de terzake ingekomen schrifturen kennis nemen. Alkmaar, 21 Augustus 1917. Burgemeester en Weihouders .voornoemd, G. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. zonder hartelijk, achtte zich gelukkig den president te hebben mogen ontvangen te mid den zijner troepen, welke een schitterend beeld vormen van net roemrijk leger, en met hem een deel van het front te hebben kunnen bezoeken, waar gevochten wordt voor de ge meenschappelijke overwinning. een wel wat strak gezicht, als ze dan merkte dat de jonge Fanny was bedoeld. Later, toen ze allen voor de terugreis aan de theetafel in de villa bijeen waren, werd kleine Etty beneden gebracht, om goeden nacht te zeggen, en toen vergat Arnold ieder een voor het kind. Zijn verrukking over Etty was frisch en ongekunsteld, zooals zijn blijd schap altijd was en hij wilde dat een ieder die deelde. En weer keken onwillekeurig al len naar hem met genot; hij was mooi en mannelijk, zooals hij daar stond, zoo recht en slank, met het kind op z'n arm. Hij speel'- de met haar met denzelfden ijver als hij eerst croquet en krijgertje had gespeeld, maar als ze een gezicht trok of ze wou gaan huilen, deed hij niet sentimenteel met haar. Hij frons te dan zijn wenkbrauwen en wist opvalL lend genoeg haar dadelijk zoet te krijgen met het bevel„niet zoo dom doen 1" Hij was de eenige wien ze gehoorzaamde, beweerde hij trotsch. De jonge Fanny stond ook naar hem te kijken in haar rozenrood zomerpakje. In haar hoofdje begonnen juist in dezen1 tijd rozen- roode phantasietjes te werken; nu kregen haar wangen dezelfde kleur, want plotseling wist ze, dat „hij" op Arnold moest lijken. Ze ging naar Arnold toe, noemde hem „Oom" en vroeg Etty te mogen vasthouden. En dat mocht ze. En toen ze daar een beetje verlegen met het kind op den arm stond, werd ze zich bewust, dat ze er heel lief uitzag. En toen Etty min of meer bang scheen te worden, kreeg Fanny's stem opeens zulk een moeder lijk toongeluid, als zij van zichzelf vroe ger nooit gehoord had. Maar toen kwam Et- ty's mama en nam haar over. De jonge Fanny verbeeldde zich, dat oude re Fanny niet heel vriendelijk keek, toen ze voor haar boog en vaarwel zeide. En een nieuwe gedachte kwam bij haar op, ofschoon ALKMAABSCHE COURANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1917 | | pagina 1