DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
DE OOBLÖ&.
No. 208
Honderd en negentiende jaargang.
1917.
mt m
WOBS8DAG 5S1PTEMBER
Aknnenestrt per 3 maanden f UO. ft. p. post f 1.50. AdTCrtenttepMtct p. regel, groote letters naar plaatsruimte. Brieyen fr. N. V. Boek- en Randetsdrnkkerfi ?.ti. HERlfls. COSTER ZOON, Voordam C 9. Telefnr. 3.
Vergadering tan dea Gemeenteraad f. Alkmaar.
Over den abonnementsprijs wordt bij vooruitbetaling beschikt. Bewijsnummers 5 cent.
ALKMAAR, 5 September.
Er heerscht in Duitschland groote vreugde
over het bezit van Riga. De Duitsche Keizer
telegrafeert her- en derwaarts en verblijdt ge
neraal Ludendorzi met het grootkruis van
en rooden adelaar met eikenloof en zwaai
den, Berlijn verkeert in feeststemming, de
pers juicht, de schooljeugd heeft vrijaf.
Men is in „zegesstemming." Verschillende
on. meligheden maken dit verklaarbaar, in
de eerste plaats verlangde men naar een
i. (baar .oenfeit, gelijk de bezetting van
een belaugi U vijandelijke stad is. M u heeft
zoo lang geteefd in en voor het strategisch
defensief, met het streven om zoo goed moge
lijk te houden wat men heeit, dat 't een vera
deming is, eindelijk weer eens wat in bezit re
kunnen nemen, Men begroet het' wapenfeit
ais een bewij3, dat de Duitsche wapenkracht
nog niet uitgeput is en de macht der Duitsche
st ie„> g met gebroken. Men ziet in de
bezetting var. Riga de verkrijging van een
basis, welke voor verdere ondernemingen te
land en te zee een goed uitgangspunt vormt
Men hoopt op de verdere bezetting van een
landstreek, welke een vruchtbaren oogst be
looft en zoo het levensmiddelentekort kan
aanvullen, gelijk men een dergelijke hoop on
getwijfeld ook ten opzichte van Zuid-Rusland
koestert. Men weet, dat het verlies voor Rus-
la: .1 gepaard gaat met een verlies voor de
enteni en i.'. nkt allicht aan de Schotsche
linnenhandelaars, dia nu van vlas zullen
zijn beroofd.
13'j dit alles ziet men over het hoofd, dat de
be: ifing tenslotte vooral te danken is aan
den ejlendigen toestand van Rusland
wordt er zelis niet gemeld dat de Russen en
de Letten aan dit front met elkaar slaags ge
raakt zijn? En men vergeet, dat wel is waar
de materieele buit groot (meer dan 150 stuk-
k 'c geschut en veel oorlogsmateriaal) is,
maar dat het geringe aantal gevangenen
(eenige duizenden) duidelijk wijst op een
overhaasten, algemeenen en geslaagden
vlucht. Men leest dan ook alleen maar van
partieelen tegenstand, van plaatselijke hard
nekkige gevechten, waarbij de Duitschers ge
bruik gemaakt hebben van hun vloot zoowel
als van hun cavalerie.
Aan de zijde der entente is men dan ook
wel terecht slecht over Rusland te spreken en
verheelt zich niet, dat de Russen nog wel
meer terrein zuilen verliezen. Men troost
zich echter met de overweging, dat Amerika
de entente wel schadeloos zal stellen voor de
teleurstellingen, van Rusland ondervonden.
Men zal de resultaten aan het front zien in
het a.st voorjaar, zoo wordt verzekerd.
Intusschen winnen de Duitschers verder
terrein. Ook Dunamunde, de voorhayen van.
Riga is reeds door de Russen ontruimd, ter
wijl de Russen over de zuidelijke Aa werden
geworpen. De Duitschers zeggen, dat hun
troepen overal cog in opmarsch zijn, de
Russen melden, dat ze maatregelen nemen
om de indrukking van het front te herstellen,
maar ze berichten ook, dat benden Boldaten
zonder eenig verband vluchten langs den
straatweg naar Pskof.
De Italianen hebben opnieuw een aanval
op de Monte San Oabriele gedaan. Het
Oortenrijksche legerbericht zei er alleen van,
dat de Oostenrljksche troepen op de noorde
lijke helling opnieuw in hevige gevechten
werden gewikkeld. Een Central-news-tele-
f meldt venwel uit betrouwbare bron,
dat deze geweldige bergstelling door de Ita
lianen is genomen, die grooten buit en veel
gevangenen maakten. Officieele bevestiging
dient afgewacht. Is de verovering inderdaad
gelukt, dan zullen de Italianen in hun elfde
offensief een aanmerkelijke vordering in de
üchting van Triest hebben gemaakt. De stad
Ifi dan natuurlijk nog wel niet hun, maar de
bezetting zal er door zijn vergemakkelijkt.
Ln in elk geval zou het succes als een buiten
gewoon wapenfeit mogen worden aange
merkt.
In het Westen deden de Franschcn een
drietal uitvallen, die geen terreinwinst, wel
echier eenigen buit opleverden.
Met laatste Duitsche legerbericht meldt
toenemende gevechtsactie.
Blackpool heeft Stockholm voorloopig van
de baan geschoven. De in de Eugelsche stad
gehouden conferentie van vakvereenigingen
besliste met 2.849.000 tegen 91.000 stemmen,
dat op het oogenblik de conferentie te Stock
holm niet met succes zouj kunnen worden be
kroond. Noodig wordt Het geacht, dat de
uienic-socialisten hei onder elkaar eens Ejjn
over Je vredesvoorwaarden. Dan eerst zal
het oogenblik zijn aangebroken om met de
socialisten uit de middenmogendheden samen
te komen.
Over de vredesactie van den Paus wordt
de laatste dagen niets bijzonders meer ver
nomen.
VARIA.
'KRUPFS JACHT GERMANIA.
Het bekende jacht Oermania behoorende
aan de familie Krupp, dat door die Engelschen
in het begin van den oorlog te Cowes was
buitgemaakt, is door Hans Hannevig die het
voor 12000 hadi gekocht voor 240.000
verkocht met den1 naam Exen onder Noorsdie
vlag gebracht. Het had' indertijd 540.000
gekost.
KORTE BERICHTEN,
De Britsche mijnwerkersbond verlangt
een lonosverhooging van 25 pet. Er schijnen
reeds mijnwerkersgroepen te zijn, die tot sta
king willen overgaan.
Er is in Engeland gebrek aan lucifers,
niettegenstaande de fabrikanten beweren, dat
er voldoende geproduceerd wordt. Een dozijn
doosjes, antlers 2 stuivers kostend, kost nu al
80 ets. De regeering heeft besloten ook de
lucifers onder 'haar „controle" te nemen.
In Ierland is de redacteur Keane, ge
arresteerd. Zijn blad was al eenige weken ge
leden verboden. Aanmelding tot dë arrestatie
zouden zijn uitlatingen in een door Keane ge
houden rede.
De eigenaar van het Argentijnsdie schip
Oriana, dat werd getorpilleerd verzocht den
minister van BuitenilandSche Zaken1 van
DuitschLandl een schadevergoeding van een
millioen gulden te verlangen.
Duitsche vliegtuigen vlbgen ten Z. van
de Theemsmonding tot Chatham en wierpen
bommen. Er werden' 107 personen, tot de ma
rine behoorenide, gedood en 86 gewond.
De Deensche regeering heeft een verbod
tot verkoop en vervoer o.a. van wijn, sigaren
en sigaretten uitgevaardigd, welke artikelen
bestemd zijn er een belasting van te heffen,
die minstens 50 pet. zal bedragen.
De bekende Engelsche pacifist Morel
is veroordeeld tot 6 maanden gevangenis
straf, omdai hij getracht heeit een zeker pam
flet naar Zwitserland te zenden.
Naar aan de Corriere della Sera uit
St Petersburg wordt geseind, hebben te
Helsingfors meer dan 500 politieke in-hech-
tems-nemingen op bevel van den minister
president plaats gehad. Onder dë gearres
teerden is om. de tweede presidëmt van den
ontboden Finschen Landdag.
In Denemarken worden thans ijzeren
munten geslagen, die over eenige maann-lep
in gebruik zullen worden genomen.
Te Bazel staan' 200 Fransche spoor war
gens met postpakketten voor de rransche
krijgsgevangenen in Duitschland, in afwach
ting van dë Duitsche wagens waarin zij moe
ten worden overgeladen worden.
Te Athene is een missie van' zes Engel
sche marine-officieren aangekomen, die de
Grieksche marine zullen reorganiseer en.
De opperbevelhebber in de Marken
heeft iet re van het bezit nemen van Riga
bevolen schoolfeesten moeten plaats heb
ben in Bei lijn en de provincie Brandenburg.
Een deputatie uit Wilna en Kowno over-
handigdë de Polenclub een' memorandum der
Poten in Lithausen, waarin de Centralen
-.er verzoende ona,uuutedfL'ieiu van
Lithauen te proclameeren en Lithauen met
Polen te vereemgm.
Op den dag voor de opening van de
conferentie te Moskou moet het gepeupel een
depót van methyl-alcohol geplunderd en zich
ontzettend bedronken Ten gevolge hiervan
zijn meer dan 100 personen in Moskou aan
alcohol vergiftiging gestorven; ook in de otn-
gevmg van» Moskou moeten1 vele dooden rijn.
Op enkele punten vuu deze vergadering,
waarvan wij gister verslag gaven, komen wij
heden uitvoeriger terug en wel op de mede
deeling van den burgemeester om het iu te
stellen onderzoek omtrent het electrisch be
drijf en op de discussie over de wethoudersbe-
noemiug.
MEDEDEELINGEN.
Op verzoek van de Comm. v. Bijstand v. d.
Lichtbedrijven hebben B. en W. den heer Dr.
P. M. Verhoeckx, adviseerend electrotech-
nisch ingenieur (tevens werktuigkundig inge
nieur) te 's Gravenhage. uitgenoodigd, een
onderzoek in te stellen omtrent het Electrisch
bedrijf en zulks in den ruimsten zin, Hij
zal dus hebben te hooren de heeren Smit
Kleine, den Directeur en den Ingenieur, om
daarna in een rapport aap ons college zijn
bevinding neer te leggen.
Dit rapport zal dan in druk aan de leden
van den Raad als bijlage worden toegezon
den en met alle betrekkelijke stukken een punt
van behandeling in de vergadering van den
Raad uitmaken.
Ik vertrouw dat deze wijze om het volle
licht te laten schijnen over alles, wat het
electr. bedrijf aangaat, de instemming van
uwe vergadering zal hebben. Dr. Verhoeckx
is een man van onverdachte onpartijdigheid.
Het bestuur der vereeniging van kleine stede
lijke en plattelandsgemeenten sloot indertijd
een overeenkomst met hem, krachtens welke
hij voor de aangesloten gemeenten onder den
titel van Directeur van het Electrificatiebu-
reau der Vereeniging werkzaam was. Boven
dien is Dr. Vethoeckx adviseur voor Binnen-
landsche Zaken.
Sedert Aug. van dit jaar is bedoelde over
eenkomst door de Vereeniging van Ned. ge
meenten voortgezet. Ik stel u voor deze mede-
deeling voor kennisgeving aan te nemen.
Deze mededeeling werd voor kennisgeving
aangenomen.
DE WETHOUDERSBENOEMINO.
De heer C1 o e c k: M. de V. Ik wensch de
verklaring af te leggen, dat voor mij dezelfde
motieven bestaan als het vorig jaar en wan
neer rechts komt met een canaidaat, dan zal
ik, omdat ik meen, dat rechts in het coll. van
B. en W. vertegenwoordigd moet rijn, op
dien candidaat mijn stem uitbrengen.
De heer Meienbrink: Mij aansluiten
de aan het gesprokene van den heer Cloeck,
wensch ook ik mijn stem zoodanig uit te
brengen, dat de mogelijkheid bestaat, een
rechtsclien wethouder gekozen te krijgen.
De heer Elf ring: M. de V. Ik geloof,
dat een wethoudersbenoeming feitelijk een
tweeledige kwestie is, in de eerste plaats
komt ter sprake de kwestie van vertegenwoor
diging evenredig aan de groepeering in den
Raad. En ik als wilde meen het recht te heb
ben daarover het een en ander te mogen zeg
gen.
In de tweede plaat9 is de wethoudersbenoe-
ming een persoonlijke kwestie. Wat de verte
genwoordiging naar de groepeering betreft,
is de tegenwoordige verdeeling absoluut on
juist. Het is heel jammer, dat er een schei
ding gemaakt wordt tusschen links en rechts.
Ik zal altijd één van de eersten rijn, om dat
weg te werken. Waar deze scheiding bestaat
vind ik dit te betreuren. Op het oogenblik ia
de toestand evenwel zóó, dat nooit ten on
rechte beweerd kan worden, dat de belangen
van rechts niet worden behartigd en ik denk
daarbij speciaal aan de katholieken. Het is
allerminst mijn bedoeling, om speciaal een
pleidooi voor rechte te houden, want ik vind,
dat met de tegenwoordige inrichting van het
wethouderschap en met de drie menschen, die
we op het oogenblik hebben gekregen, ook de
belangen van de linksche menschen niet wor
den behartigd. Naar mijn meening worden de
belangen van een bepaalde groep menschen
van links gediend en niet die van het alge
meen Ik houd voor oogen, dat ik mij van alle
mogelijke persoonlijke dingen moet onthou
den. Maar ik wil b woord noemen, dat een
indruk zal hebben als een steen op een dob
ber „Het loge-element in het dagelijksch be
stuur is naar mijn meening te sterk vertegen
woordigd." Ik weet, dat ik hiermee aansnij
een heel penible onderwerp, maar ik zal het
niet laten. Wij hebben in den Raad vier loge-
menschen en in het dagelijksch bestuur twee
loge-menschen. Wanneer ik naga de verschil
lende benoemingen aan scholen en andere po-
sitie's bij de verschillende bedrijven, en naga
de manier, waarop die menschen in verschil
lende tijdelijke en blijvende functies geplaatst
worden, dan moet ik zeggen, dat dit niet mijn
sympathie heeft. Wie ziet het bederf, een ge
volg van die materieele belangen, ziet ook,
dat we door den invloed van die menschen
den laatsten tijd den verkeerden kant uit
gaan.
ik zal allerminst persoonlijke ervaringen,
die ik heb, lanceeren, "want dan zou de tegen
spraak mijner woorden veel te gemakkelijk
worden. Maar de zaak komt hierop n a, dai
wanneer ik zie, dat 'iet tegenwoordige S. D.
A. P. raadslid Verkerk lia van de loge is en
ik zie dat het nieuwe S. D. A. P. lid Wester
hof geen bezwaren heeft om daarvan lid te
zijn en daarbij kennis neem van hetgeen er te
genwoordig over magonniek socialisme in
„de Teekenplank" geschreven wordt, 't be
grijpelijk is, dat een bepaald element zoo op
den voorgrond treedt, ook bij benoemingen.
Wanneer een der bi eren zich aangevallen
mocht achten, en mij mocht vragen ter gele-
genertijd voorbeelden te noemen, dan zal ik
dat gaarne doen en zooveel mogelijk mijne
bewering motiveeren. Ik'zal dit ep hel oogen
blik niet doen, omdat er onder die benoem
den menschen rijn, die zich voor dat lidmaat
schap schamen.
Dan wil Ik zeggen en hiermede kom ik
aan de persoonlijke kwestie dat ik voor mij
de tegenwoordige verdeeling niet goed vind,
want er heerscht in het college van B. en W
een geest cu regime, die ik niet kan toejui
chen. Het is wel eigenaardig, zooals er de
laatste jaren alle mogelijke conflicten hebben
plaats gehad. Zooevcn heeft de voorzitter
weer een oplossing gevonden voor het conflict
met den heer Smit Kleine. Maar het zal daar
niet bij blijven Wanneer ik den laatsten tijd
naga, dan zie ik, dat er verschillende conflic-»
ten, waaronder met hoogstaande mannen
zijn geweest en dan is het wel verbazend, dat
die menschen altijd ongelijk zouden hebben.
De politieagenten hebben een kwestie gekre
gen door een conflict over het bezoldigings
plan. Wij hebben indertijd een kwestie gehad,
waarbij ae heer Van der Vecht als ambtenaar
ter secretarie er bij gehaald moest worden.
Wij hebben de kwestie van den Directeur van
de lichtbedrijven over het kennen van den in
genieur van het electrisch bedrijf, deï» heer
Couturier, waarin de boekhouder er weer
bijgehaald moest worden. Ik vind dezen geest
absoluut verkeerd. Wanneer iemand, die aan
het hoofd van een bedrijf staat, iets wil con
troleeren, dan moet hij dat doen, zonder den
minsten dwang uit te oefenen. Maar in de
tweede plaats te het een methode waardoor
het publiek kau denken, dat de boel op een
achterbaksche manier tot stand gebracht
wordt. Dan wil ik mijn stem laten hooren
over de verdeeling van de functies. De laatste
wethouder is gekozen onder de leuze: Verbe
tering van de administratie. Maar tot nog
toe is er van die belofte niets ingelost. Nu kan
hij dit niet helpen, er rijn tegenwoordig bi-
zondere toestanden, maar dat komt verder
hierop neer, dat feitelijk alleen de voorzitter
de voorstellen verdedigt, 't Is me opgevallen,
dat er nu speciaal een wethouder van de be
drijven naar voren is gekomen, 't Is ook
vroeger ai gebeurd, dat de heer Zaadnoordijk
een onderwerp zou verdedigen, maar dat fei
telijk de voorzitter dit deea.
Het komt hierop neer, M. de V., dat men
die wethouders als wethouders van bedrijven
ten tooneele voert, om tegen de wethouders
verkiezing de functie-verdeeling van de baan
te helpen
Nu wil ik dit niet aannemen, het is ook mo
gelijk, dat u de voorstellen liever zelf verde
digt, omdat u zich beter geschikt acht.
Ten derde kan dit gebeuren, omdat de
voorzitter de anderen ongeschikt acht.
Wanneer van deze drie gevallen het laatste
juist is en de wethouders niet geschikt zijn
om afzonderlijk hun functie te verrichten, dan
moeten we daarvoor andere menschen hebben.
Van den heer de Wit kan ik mij dat niet voor
stellen; hij is al jaren lang ingeburgerd en
zal zeker op de hoogte zijn. Maar ik kan mij
ook niet voorstellen, waarom Alkmaar zoo
achterlijk moet zijn, dat er in het coll. van B.
en W. geen verdeeling van arbeid is, zooals
dit in elk regeeringsinstituut voorkomt. Ik zou
daarom dit voorstel willen doen, dat wij onze
stem zóó uitbrengen, dat dit meer mogelijk
wordt. Laat de heer Zaadnoordijk of de heer
Thomsen zijn zeteltje beschikbaar stellen. De
heer Thomsen verklaarde verleden jaar al.
dat het hem niet kon schelen, of hij gewipt
werd. Wij hebben dan een mooie gelegenheid,
om dien zetel aan den heer Van den Bosch te
geven.
De heer S t o e 1Of aan den heer Elfring.
De heer Elfring: Ik dank u. Waaneer
de functies verdeeld worden, dan zal dit aan
het gemeentebelang ten goede komen. De
kwestie moet zóó zijn, dat wij afzonderlijke
wethouders hebben voor de bepaalde bedrij
ven, opdat wij dadelijk kunnen gaan naar den
wethouder van een bedrijf en weten, aan wel
ke deur wij moeten kloppen.
De heer V e r k e r kM. de V. De motivee
ring van de stem van den heer Elfring maakt
op mij een eigenaardigen indruk. Hij begint
met te werken op het meerderheidsgevoel voor
evenredige vertegenwoordiging. Hij zegt, dat
het vooral ten opzichte van de katholieken bil
lijk zal zijn, wanneer zij een wethouderszetel
krijgen. Dit is wel eigenaardig. Op het oogen
blik hebben wij drie katholieken in den Raad.
Daarvoor wordt de wethoudersatoel opge-
eischt, terwijl over de andere rechtsche partij
en wordt gezwegen. Ik kan niet inzien, dat
men op grond van evenredige vertegenwoor
diging voor de katholieken, maar voor de an
deren geen lans breekt. Overigens doet de ge-
heele redeneering eigenaardig aan. Ik wil
wel verklaren, dat mijn partijgenoot Wester-
liof en ik zullen stemmen op de drie aftreden
de wethouders; niet, dat ft ij geen oog hebben
voor evenredige vertegenwoordigingonze
partij heeft daarvoor het eerst gevochten. En
ik wil Tan ook aan mijn verklaring vastknoo
pen, dat, zoodra de Raad in 1919 krachtens
evenredige vertegenwoordiging zal worden
samengesteld, wij daarvan ook de consequen
tie zullen tre ,en tegenover B. en W. Dan
zullen wij ook voor dat coll. inzake evenr.
vert. de billijkheid betrachten, hoewel niet
vaststaat, dat dit loyale standpunt ingenomen
zal worden door de menschen van rechte in
het Zuiden van ons land. Desondanks ver-
s klaar ik mede namens mijn partijgenoot Wes-
I terhof, dat wij dan volgens het begrip van
evenr. vert. zullen handelen. Wij hebben bij
de verkiezingen gezien, dat vooral rechte en
Alkmaars Belang getracht hebben, ons uit
den Raad te houden. Wij hebben een voorstel
gehad van de gezamenlijke rechtsche kiesver
enigingen, om hen te steunen en wij hadden
dan de kans on één zetel, terwijl links ons aan
twee zetels wilde helpen. Wat de kwestie van
evenr. vert. betreft, moet ik zeggen, dat links
zich loyaler dan rechte betoonde. Ten vervol
ge een enkel woord over de Loge
M. de V. Mijnheer Elfring deelt mede, dat
hi dezen Raad vier leden van de Loge zijn.
Die mededeeling zal hij hebben te bewijzen,
met praatjes komen wij er niet Hij moet be
wijzen aanvoeren voor zijn redeneering.
er leden van den
n, dan is daarmee
ement nooit over-
Maar neem aan, dat vl
Raad lid van de Loge zi
uitgedrukt, dat het loge-e
heerschend kan zijn.
Ik wil doorgaan over de benoemingen
van de laatste jaren en de bewering, dat die
sterk hebben gestaan in het teeken van de
ma?onnerie Daarop zou ik willen zeggen:
„bewijs dit." Wij zullen meer debatten met
elkander hebben, maar we moeten bewijzen
aanvoeren voor onze bewering en de bewe
ring: „Dat is werk van de Loge," kan niet
door den beugel.
De bekendmaking van den heer Elfring,
dat mijn geachte partijgenoot de heer Wester
hof ook geen bezwaar heeft, lid van de Loge
te worden, is voor mij nieuw. De heer Eifring
wil op een andere plaats daarover met mij
een debat voeren, maar dat is: de zaak op
z'n kop zetten. Wij hebben vergaderingen ge
had met debat, maar de afgevaardigden van
Alkmaars Belang schitterden daar door af
wezigheid, waren althans weg vóór dat de
gelegenheid voor debat er was. Naar mijn
gedachten doen wij, wanneer wij elkander
wat te vertellen hebben, het gaat bij mij dan
alleen ter voorlichting van de publieke opi
nie, dit in den verkiezingsstrijd, wanneer on
zerzijds de gelegenheid geboden wordt, ons
op onze kosten te bestrijden. Ik vind het daar
de plaats, om dit te doen. M. de V. Ten slotte
een woord over de benoeming van den heer
Thomsen. Hei is speciaal de heer Thomsen,
dien de heer Elfring naar voren haalt. En ik
denk, dat de heer Cloeck dit ook straks wel
zal doen. Maar ik voor mij zal juist bij voor
keur stemmen op den heer Thomsen, omdat
ik hem juist het jaar, dat achter ons ligt, heb
leeren kennen als wethouder van onze distri
butie, waar ik het een en ander van weet. En
ik wil dan ook openlijk verklaren, dat ik juist
speciaal in deze tijdsomstandigheden dien
wethouder het minst zou willen missen.
De heer WeBterhof: De verklaring van
den heer Elfring, dat hij plaats neemt als
wilde is een zeer belangrijke verklaring, om
dat tot nog toe men zich in Alkmaar verbeeld
heeft, dat er een vierde organisatie was opge
staan, die zich tooide met den naam Alk
maars Belang en geen enge partij-politiek
zou voeren, welke organisatie het democra
tisch element en den kleinen middenstand zou
steunen en die belangen zou vertegenwoordi
gen. Wij hebben daar tegen aangevoerd, dat
A. B. geen recht en reden van bestaan had
en men heeft dat vooral in mijn verkiezings
krant kunnen lezen.
En nu verklaart de heer Elfring, dat A. B.
is nul komma nul in het politieke leven van
Alkmaar. Hij stelt zich zelf voor als wilde en
niet als afgevaardigde van welke organisatie
dan ook. Hij is door een groep middenstan
ders in den Raad gebracht en daarom een
wilde, omdat A. B. geen organisatie is, doch
alleen min of meer de allures aannam van
een organisatie en zich zoo aan de buitenwe
reld vertoonde.
Verder ben ik zelfs bij de kwestie van de
ma?onnerie genoemd. Men zegt wel eens, dat
iemand er met zijn haren wordt bijgescheurd;
dat kan met mij misschien moeilijk gebeuren,
omdat ik al wat dun van haar ben, maar ik
mag mij toch wel verwonderen, hoe of de
heer Elfring er bij komt om te zeggen, dat
esterhof geen bezwaren zou hebben, om
lid van de Loge te worden. Laat ik zeggen,
dat, wanneer het mil nuttig voorkomt, lid van
de Loge te worden, m dat nooit verborgen zal
houden en mijn keuze eu sympathie tegelijker
tijd zal zeggen.
Maar ik wil zegge- dat ik er op dit oogen
blik niet aan deuk of gedacht heb. Ik wil
niet zeggen, dat ik r uooit aan zal denken,
men weet niet, wat worden zal en de heer
Elfring jcomt hier misschien ook nog wel eens
voor een werkelijk politieke organisatie. De
heer Elfring zal echter goed doen, rijn woor
den wel te overwegen, want het komt mij
vooi;, dat hij do porté van zijne woorden niet
ten volle begrijpt. De kwestie is, dat hij mij
niet iets aangenaams heeft willen zeggen,
maar iets onaangenaams. De heeren hebben
't wel gevoeld, aat hij een zoodanigen stem
pel heeft willen drukken op mijn persoonlijk
heid en als er één ding is, waartegen moet
worden gewaakt, dan Is het wel dit dat de
politieke strijd niet nog meer vertroebeld
wordt dau reeds 't gevat is. Als het lid-zijn
van de Loge iemand tot minderwaardige
stempelt (dit is schijnbaar de bedoeling van
den heer Elfring) dan dient de heer Elfring
dit nader te omschrijven. De leden van de
Loge zullen het daarvoor dan wel opnemen,
maar het komt mij voor, dat men het meest
vrij staat, wanneer men, zelf geen lid van de
Loge zijnde, toch ln dien zin een lans breekt,
dat het feitelijk in dezen Raad ontoelaatbaar
is, om iemand wegens het lidmaatschap van
een organisatie een brevet van minderwaar
digheid te willen aanwrijven.
In het algemeen wil ik dit zeggen, dat, als
men zulke krasse beschuldigingen uit, zooals
de heer Elfring deed, dat het geen wijze van
Uaadslidmaatschapuitoefening is, om de fei-
i en zelf niet ter tafel te brengen. En hij komt
er niet af door te zeggen „Ik zal dat later
wel eens doen."
De heer Elfring moet dit nu doen krachtens
de morcelo wet, dio ook heerscht; vandaag
reeds. Hij moet dat dadelijk doen, opdat wij
weten, wat wii aan elkander hebben en opdat
ik weet, bij het uitbrengen van mijn stem, wat
daarvan aan te.
De ma?onneric zou een groote macht zijn
In den Alkmaarschio Raad, maar het getal
I is genoemd en op die 4 menschen wcnscht
de lieer Elfring het brevet van minderwaar
digheid te drukken. Vier menschen beheer-
senen den Raad en het coll. van B en W.
Maar is dat geen tegenspraak op zich zelf?
Daardoor zouden zij de meerderen zijn en dat
is de bedoeling van den heer Elfring toch ze
ker niet geweest. Voor het overige zal ik kort
zijn, ook al in verband met de bescheidenheid
die mij past, als jong raadslid. Maar ik
meende verplicht te rijn, dit even te zeggen.
Ten opzichte van de motiveering voor het
uitbrengen onzer stemmen komt het mij voor,
dat de verklaring van den heer Verkerk aan
gevuld kan worden. Wij zijn juist de strijders
voor evenr. vert. Dat behoeft niet gezegd te
worden, dat kan iedereen bekend zijn. Maar
er rijn omstandigheden, waarin wij geen re
den aanwezig achten, om de bestaande situa
tie afbreuk te doen. Ik heb, wat mijn persoon
lijke kennis van zaken betreft, geen overwe
gende grieven tegen één van de wethouders,
m verband met het behoudende standpunt
waarop deze heeren staan. Als sociaal-demo
craat heb ik mijn grieven wel, maar die zou
ik ook tegen een lid van rechts hebben. Ik be
doel, dat ik, in verband met het feit, dat het
vrijzinnige wethouders zijn, tegen hun werk
geen bepaalde bezwaren heb. En dit vooral:
ik zie geen menschen om mij heen, die het
beter zouden doen. De heer Elfring zegt, dat
de wethoudersbenoeming een persoonlijke
RANT.