DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
No. 243
Eenderd en negentiende d aargang.
H317
DINSDAG
16 O C T O B E R.
a -
VARIA.
F E U I li L1T I.
Een man's werk.
fflededeeliBgen m bet Dlstritrotiebedrij!.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs bij vooruitbetaling
per 3 maanden voor Alkmaar f LSD, franco door bet ge-
heole Rijk f 1-59.
Afzonderlijke en bewijsnummers 5 Cents.
Per regel f 0.15. Bij groote eontraotem rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N.Y. Boek- ©n Handelsdmkker^
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Prijs der gewone Advertentiên
zee-vloot weten, dat het uur der beslissing
gekomen is. Rusland verwacht tot zijne red
ding een dappere daad der marine en ik als
hoogste bevelhebber eisch van de manschap
pen en de aanvoerders, dat zij zich opofferen.
Het uur nadert, dat de Oostzee-vloot de eer i
des vaderlands, hare groote overleveringen
en de vrijheid der revolutie verdedigen kan;
het Is tijd ernstig te bedenken, hoe men den
vijand zal weerstaan1. De bezetting van
Kroonstad heeft door hare houding reedis te
weeg gebracht, dat de verdedigingsmiddelen
dezer vesting niet geheel voltooid zijol La
ten allen bedenken, dat het vaderland, het
welk niet slechts één dag zal leven, misdadig
aan lichtzinnigheid of kwaadwillige ophit
sing, niet zal vergeven I De afschuwelijke mis
daad van het pantsenschip „Petropalowsk"
moet worden goed gemaakt. Moge de vloot
onder leiding harer officieren, wier vader
landsliefde aan heel Rusland bekend ia, den
vijand terugwerpen."
Hieruit blijkt, dat de heer Kerenski de ge
beurtenissen nog al tragisch neemt. Maar
daar kan ook politiek achter zitten. Een mo
gelijk nadeel van de Duitsche actie voor de
Duitschers is, dat de Russen door het nade
rend gevaar op een hoop gedreven warden.
En het ligt voor de hand, dat die heer Kerens
ki zijn best zal doen, o. a. door een somber
beeld van den toestand te geven, om die mo
gelijkheid tot werkelijkheid te maken I
Van de andere oorlogsfronten zij enkel me
degedeeld, dat de strijd in Artois, in die buurt
dus van Atrecht, is verlevendigd. Een kleine
onderneming bij Monchy le Preux bezorgde
den Engelschen een daaraan geëvenredigd
voordeeltje.
Voor het eerst sinds de oorlog heeft de
Duitsche sociaal-democratische partij een
partijdag gehouden. Het congres had plaats
te Wurzburg. Er waren 350 afgevaardigden.
Aan den vooravond hield de heer Schelde-
mann voor ongeveer 2000 menschen een rede
voering. Deze rijksdagafgevaardigde zeide,
ALKMAAR, 16 October.
Over de nieuwe onderneming der Duit
schers in het Oosten zijn eenige nadere bij
zonderheden bekend geworden.
Ter verduidelijking van deze operatie zij
allereerst medegedeeld, dat er zich voor de
golf van Riga vier eilanden bevinden. Het
grootste heet Oesel en dit is bijna zoo groot
als de provincie Noord-Holland. De as van
dit eiland' loopt van het zuid-westen naar het
noord-oosten. Ten noorden hiervan ligt het
veel kleinere eiland Dago, ten oosten van Oe-
sen het kleine eilandje Worms, ten oosten
van- Dago het eilandje Mohn. Worms en
Mohn vindt men voor de kust van Esthland,
de zuid-westelijke landtong van Oesel voor
de kust van Koerland. Tusschen de landtong
(Sworbe genaamd) en de kust is een strook
van meer dan 30 K.M. water, dat is de af
stand over zee van Hoorn naar de Lemmer.
Tusschen het eiland Mohn en de kust van
Esthland is de Mokn-sont, die ongeveer 10
K.M. breed is.
Hoeveel troepen er op Oesel geland- rijn
wordt niet gemeld. Een ruwe schatting doet
ons veronderstellen, dat er een. 10.000 man
bij deze operatie zijn betrokken. De landing
geschiedde aan een hooge steile kust met daar
achter gelegen vlak land. Vandaar, dat het
geschut niet spoedig kon volgen en dat de in
fanterie er alleen op aftrok. Toen tot vervolr
ging van de Russen,die eerst krachtigen te
genstand boden, kon worden overgegaan,
traden de Duitsche wielrijders-afdeelingen op.
De landtong of het schiereiland Sworbe werd
van het noorden uit afgesneden. De Russische
strijdkrachten poogden langs den dam, die
Oesel met Mohn verbindt, te ontkomen.
Duitsche torpedobooten drongen het vaarwa
ter tusschen Oesel en Dago binnen en- dron-
gen de Russische zeestrijdkrachten in de
Mohm-sont terug. Volgens de Russische te-
zing dwongen Russische oorlogsschepen de
Duitschers tot den terugtocht, terwijl deze
laatsfen ook tevergeefs poogden zich meester
te maken van het eiland Mohn. De Russen' ge
ven evenwel toe, dat de hoofdstad van Oesel,
Arensburg, in Duitsche handen is gevallen en .dat de vijanden de Duitschers naar aanleiding
doen, maar ook afziet van wat anderen be- 1
hoort. De heer Scheidemamn prees de groote
verdiensten van dr. Michaëlis, doch verklaar
de dezen niet geschikt voor rijkskanselier.
Tenslotte betoogde hij, dat D-uitschland een
parlementair systeem noodig heeft en dat
een democratische koers moet worden ge
volgd. De voorzitter van het congres, de heer
Ebert, sprak in denzelfden geest en eindigde
met een optimistisch woord aangaande de
toekomst der partij, alsmede de actie ran
Stockholm. Wat er verder gezegd en gedaan
is op heft congres, heeft de telegraaf nog
niet gemeld.
MATA HARI GEFUSILLEERD.
Haras seint uit Parijs: De Fransche pers
bevat de volgende note: „Margaretha Geer-
truida Zelle, gezegd Mate Hari, is den 24sten
Juli 1917 door den derden krijgsraad te Pa
rijs ter dood veroordeeld wegens spionnage
en verstandhouding met den vijand. De clans
kunstenares, die van buitenlandsche afkomst
was en in verschillende hoofdplaatsen van
Europa, het langst te Parijs, had gewoond,
werd den 13den Februari tijdens haar tweede
verblijf in Frankrijk sedert het begin der vij
andelijkheden, gearresteerd De stukken, die
aan de Fransche justitie in handen zijn geval
len, leveren duidelijk het bewijs van de
schuld der beklaagde en van de waarde der
inlichtingen, door haar aan den vijand ver
strekt.
„Mata -Hari, die ten fjde van de oorlogsver
klaring te Berlijn in politieke, militaire en
politiekringen had verkeerd, was in dienst
van Duitschland.
Zij was onder een rangnummer ingeschre
ven bij den Duüschen spionnagedienst, stond
buiten het Fransche grondgebied in directe
mondelinge verbinding met hooggeplaatste
vijandelijke personen, bekende leiders dier
spionnage en had sedert Mei uit Duitschland
herhaaldelijk belangrijke sommen ontvangen
als loon voor de door haar verstrekte inlich-
ti
van Vincennes.
Alvorens- de gevangenis te verlaten, gaf de
veroordeelde eeni paket brieven af voor -hare
verdedigers.
NA DEN OORLOO.
De Daily Mail schiriift dat de geallieerden
met behulp en instemming van president Wil
son de boycot over Duitschland moeten af
kondigen. Zij zouden kunnen beginnen met
den Duitschen- handel en scheepvaart voor
eeni termijn van bijvoorbeeld 50 jaar te boy
cotten. De duur van den boycot kon dan wor
den beperkt naar gelang van de vredesvoor
waarden en d enoatum waarop vrede wordt
gesloten, in dien zin dat de boycot langer zou
duren, naarmate Duitschland langer tegen
stand bood. Tijdens den boycot konden de
geallieerden Duitschland afsnijden van
den toevoer van indhstrieele benoo-
dügdheden, waarvan zij feitelijk de pro
ductie in handen- hébben als: katoen, wol,
rubber, hennep, jute, huiden, mangaan, ko-
jer en vele andere belangrijke metalen, nitra-
:en, copra, plantenvetten.
EEN „VOORTVAREND" MATROOS.
De Matin vertelt van een Frauschen ma
troos, die vijf maal werd getorpilleerd en vijf
maal werd gered. Allereerst maakte hij deel
uit van de bemanning dér Sainte Marie, die
op 7 April 1915 tot zinken werd gebracht. De
matroos werd op 8 April door Engelsche zee
lieden gered en nam toen dienst op de Berna-
dat het belangrijkste deel van het eiland,
welks verdedigingswerken onder Engelsch
bevel moeten hebben gestaan, bezet is.
De Russische ministen-presldent, de heer i
Kerenski, heeft aan den opperbevelhebber van
het noordelijk front geseind „Laat dé Oost-
van de vredesmotie ontzettend hadden be
schimpt en dat ook de sociaal-democraten in
het vijandelijke buitenland de ware bedoelin
gen niet hébben begrepen. De eischen der en
ten-te werden steeds dwazer en daarom verze
kerde de spreker nog eens, dat men niet van
een duimbreeds Duitschen grond afstand wil
PnniM van SEüAS EL HDGWEMQL
Uit bet Engelsch
19)
•Zij had openhartig toegestemd, dat rij hem
zeer hoogachtte en dat was een voornaam
punt in zijn voordeel. Al mocht achting ook
nog ver verwijderd van liefde wezen, zoo was
rij! toch een uitmuntende grond voor liefde
om cr ln op te groeien.
Hij stond eindelijk van rijn zitplaats op en
wandeldie naar Piccadilly. Hij, wilde geen tijd
verliezen en stoutmoedig haar hart belegeren.
Wanneer Mj weer naar Stonehurst ging en
zij kwam niet voor den dag, dan zou hij stout
weg naar haar vragen. Hij was tot dusver te
beschroomd geweest. Nu wiisit hij wat hij
wilde.
Winifred kwam eenigszins vermoeid en be
stoven te Stonehurst terug. Zij keek om dé
deur van het salon vóórdat zij naar boven
ging en vond daar Jane zitten, die er koel en
frisch uitzag en zich met haar handwerkje
onledig hield. I
„Ben je weer terug?" vroeg Jane met een
raadselachtigen glimlach. „En wie heb je in
de stad'ontmoet?"
„O, een- massa menschen, maar niemand in
't bijzonder dat wil zeggen ze aarzelde j
„tenzij je lord Impey als een bijzonder
iemand mocht beschouwen."
„Heb je hem gezien?" en een zachte blos
steeg in Jane's wangen, op. „Je was zeker ver
baasd hem te zien? En, Jane keek haar iet
wat wantrouwend uit een hoek van haar
oogen aan.
„Ik weet niet of ik wel -heel verbaasd was.
Men is nooit verbaasd als men iemand in
Londen ziet."
„Misschien verwachtte je hem te zien'?"
Jane's stem was fluiweelig zacht.-
„Absoluut niet", antwooiüuc Winifred on
verschillig.
„Hij was zéker even voorkomend als ge
woonlijk."
„Heel voorkomend. Er was geen reden,
voor zoover ik weet, waarom hf} anders zou
wezen."
„Jij behandelde hem wel wat uit de hoogte
toen hij hiér onlangs was."
„Zoo?, Ik was mij daarvan niet bewust."
„Maar dat was toch het geval. Hij heeft
natuurlijk naar ons gevraagd, hè?"
„Dat weet ik eigenlijk niet Ik denk het
wel."
tegenover dé materieele bewijzen moest
zij alle feiten erkennen en daarop werd de
doodstraf met algemeene stemmen over haar
uitgesproken."
De Panische berichtgever van het Hbld.
seint, dat Mata -Hari gisteren gefusilleerd is.
E-en V. D. telegram uit Parijs deelt hier
omtrent nader mee:
Tegen- 5 uur in den ochtend' kwam een auto
mobiel' Mata Hari, dé Nederlandsche danse
res, halen uit de gevangenis St./zLazard.
Twee nonnen en een pastoor nemen met
haar in het voertuig plaats benevens twee in
specteurs van politie. De terechtstelling had
E laats in dé Polygon van Vingt. Mata Hari
leef moedig en weigerde zich te laten blind
doeken.
De begrafenis had plaats op het kerkhof
„O natuurlijk. Je hadt zieker andere en be
langrijker onderwerpen om over te praten."
„Ik weet niet of het belangrijk was. Wi]
hebben nog al lang
den- waarom lk zoo
Adela mij niet heeft gemist."
dat is do re-
t ben. Ik hoop dat
gemist."
„Dat weet ik waarlijk niet", antwoordde
Jane koeL
Winifred ging naar boven, naar haar ka
mer en Jane liet haar werk in haar schoot
vallen en staarde naar het vloerkleed. Haar
gezicht had op dat oogenblik geen aangena
me uitdrukking. Haar voorhoofd was in
rimpels getrokken en haar lippen waren vast
opeen geklemd, terwijl haar oogen toornig
fonkelden.
„Er moet een eind aan komen", mompelde
zij in zichzelf, „en wel hoe eer hoe beter.
God' zij dank, ik weet hoe ik haar kanonnen
kan vernagelen en ik zal het doen ook."
En baar werk nu weer opnemend ging rij
met naaien voort.
HOOFDSTUK DC.
Jane kond tusschenbeide.
Adela wandelde van haar bed naar een
rustbank bij het open raam. Zij was nog
wel een schaduw van haar voormalige ik,
maar toch keerden langzaam de krachten te
rug en wat het beste was, rij begon belang
stelling ui het ieven te toonen. Het stemde
haar prettig, weer naar buiten te kijken op
het groene grasveld en naar de groene hoo
rnen, de musschen en meerien die over het
gras huppelden gade te slaan, den koelen
adem van den zacbten zomerwind op haar
gezicht te voelen en te luisteren naar zijn
zacht gefluister, als hij de bladeren in bewe
ging bracht. Ook deed het haar goed den
geur der bedauwde bloemen te ruiken als die
van uit dien tuin beneden omhoog steeg
goed, den zonneschijn haar bleeke wangen te
voeten kussen en de witte wolken aan den
diep blauwen hemel te zien dr
Het was alsof rij een nieuw boekdeel be
gon van 's levens korte geschiedenis. Het eer
ste deel was gesloten; zij had daarmede afge
daan en verlangde niet het weer te
Zij begon opnieuw niet kennis en ondervin
ding om haar te leiden en was ietwat be
nieuwd te weten, hoe de weg zou zijn, waar
langs zij zou moeten reizen. Zij was niet lan-
ker verstijfd en onverschillig, haar starheid
was geweken; dat alles kwam haar nu ais
een benauwde droom voor rij dacht daar
aan met eenige verwondering als aan iets onr
begrijpelijks een verstijvende nachtmerrie
die haar hart dichtkneep, haar ledematen ver
lamde en het bloed in haar aderen deed stol
len.
Zij, sprak niet veel. Haar poging om haar
aandoeningen en herinneringen te rangschik
ken hield haar te zeer bezig. Zij wenschte
ze in zekere volgorde te brengen. Het even
wicht in haar leven was verbroken geweest.
Sinds den droeven dag, waarop zij het be
richt van Hector Drysaale's dood had gele
zen, had zij als in een droom verkeerd, was
ajs iemand geweest, die in den slaap wandel
de. Zij had gezien maar. niet gevoeld, ge
hoord maar niet begrepen, geleefd maar niet
beseft. Bijna acht maanden waren volgens
den kalender verstreken. Had men haar ver
teld, dat acht jaren waren voorbijgevlogen,
dan zou zij niet verwonderd zijn geweest Zi;
keek terug op een volkomen vlak landschap
dotte, die den ls-ten Mei werd getorpilleerd.
Pas na 7 dagen zwalken op de open zee werd
dé matroos opgepikt.
Niet ontmoedigd liet hij zich aanwerven op
de Rratemi, welke den 3dlen October in den
grond werd geboord. Twee dagen later kwam
de matroos pas op het droge en nam daarop
dienst op de Alexandre, die eveneens een- U-
boot ten offer viel. Ook ditmaal werd hij ge
red.
Het is niet bekend of deze varende zeeman
al weer uitgevaren is.
NEDERLAND EN ENGELAND.
De „Daily Chronicle" zegt in een hoofdar
tikel: Ons geschil met Nederland is nog niet
opgelost en dat zal wel zoo blijven tot ae Ne
derlanders toegeven. Het is noodzakelijk ln 't
oog te houden, dat de quaestie er uitsluitend
één is van loven en bieden en absoluut geen
van interha-tiónaal recht. Nederland bewijfst
Duitschland een grooten dienst, doos tCS te
staan, dat groote hoeveelheden zand en kie
zel, die voor concrete versterkingen gebruikt
worden, via de Nederlandsche waterwegen
naar het Duitsche gevechtsfront gevoerd wor
den. Dat Nederland dit toestaat is niet on-
neutraal, maar het is evenmin onneutraal
wanneer het dit verlof intrekt, zooals wij
wenschen dat gebeuren zal. Toen we niet
konden verkrijgen wat wij verlangden, héb
ben wij onze toevlucht genomen tot pressie,
in den vorm van een weigering tot het oven
brengen van Nederlandsche handelstelegramr
men over de kabels, die wij controlecren.
-Door de Toewijzingscommissie voor kaar
sen, schemerlichten enz. te 's Gravenhage is
op mijne aanvrage een bescheiden hoeveelheid
kaarsen toegewezen voor
a. Openbare gebouwen;
b. Ziekenhuizen;
c. Openbare diensten;
d. Industrieën voor gebruik bij ketelbikken;
Industrieën voor verlichtingsdoeleinden;
Bedrijven met uitzondering van winkel
bedrijven;
e. Rijwielen;
f. Voertuigen.
Zij die voor deze distributie in aanmerking
komen, gelieven bij hunnen winkelier de aan
vrage in te dienen waarbij de grootst mogelij
ke zuinigheid in acht genomen moet worden
H.H. Winkeliers worden verzocht deze aan
vragen bij -hunne grossiers in te leveren ten
einde voor 20 October in het bezit te zijn van
de opgaven.
Door zoo te doen, handelen wij juist als (Ne
derland binnen onze rechtsgrenzen. Er rust
een internationale verplichting op ons, om
en Nederlandschen handel van onze kabels
te laten profiteeren. Het is ontegenzeggelijk
voor de Nederlandsche kooplieden onaange
naam, om van telegrafische gemeenschap met
de buitenwereld, vooral met de Nederland
sche koloniën, afgesneden te zijn, maar het is
voor ons even onaangenaam, dat de Duit
schers hun versterkingen aan het front uit
breiden met behulp van door Nederland ver
voerd zand en kiezel. Beide partijen staan te
genover een handelsprobleem. De Nederlan
ders moeten zelf beslissen of de voordeden,
die zij van Duitschland krijgen voor hun in
schikkelijkheid, opwegen tegen die, welke zi|
tengevolge daarvan met meer van ons krijgen.
VERSCHERPTE BLOKKADE.
Naar Havas uit Parijs meldt zal de blok
kade door nauwere samenwerking tusschen
de geallieerden verscherpt worden. De in
September te Londen gehouden conferenties
vestigden de gelijkheia van inzichten welke
tot nu toe wel eens ontbroken had. Nu zullen
alle maartgelen gemeenschappelijk genomen
worden. De blokkade zal meer uitsluitend de
voedselvoorziening van Duitschland betref
fen die van de grondstoffen en fabrikaten zal
het meeste kans van slagen hebben. Duitsch-
iand heeft de in de bezette gebieden gevonden
bronnen uitgeput. Overigens is het van de
overige wereld afgesneden. Wanneer men van
Zweden gedaan zou kunnen krijgen dat het
geen delfstoffen meer aan Dcitsch land zou le
veren, zou dit land een geducht gebrek aan
metalen krijgen. De neutralen hebben het
langen tijd als hun absoluut recht beschouwd
Ivan de geallieerden dezelfde hoeveelheden te
ontvangen welke zij in vredestijd verbruik
ten. Aan de neutralen het recht -toe te kennen
t zonder beperkingen te ontvangen wat de ge
allieerden zelf slechts met beperkingen deel-
een landschap zonder boom of pad of
stroompje. Een landschap waarin geen gras
groeide of bloem bloeide. Alle dagen waren
gelijk geweest. De menschen kwamen en gin
gen als schaduwen en onder die schaduwen
was Jasper Fenlove. Hij had tegen haar ge
sproken, haar gekust in zekeren zin oezit
van haar genomen. Het had haar koud gela
ten; zij had om niets gegeven, zich om niets
bekommerd
Zij was volgzaam en onverschillig geweest.
De andereu hadden alles voor haar beredderd
haar vader, Jane eu Fenlove en rij had
a zich bij neergelegd. Zij was niet ongeluk
kig geweest, zij was niets geweest Zij had
slechts bestaan. Leed en geluk bestaan met
zonder gevoel en zij had niets gevoeld.
Dat alles kwam haar nu heel vreemd voor.
zoo vreemd, dat zij zich somtijds afvroeg, of
zij niet alles had gedroomd. Maar met het te-
rugkeereu harer krachten werd haar herinne
ring levendiger. Het vlakke landschap nam
scherpere omtrekken aan. Feiten scheidden
zich \an inbeeldingen af. De werkelijkheid
kwam helder naar voren, de droomen ver
dwenen. Eiken dag werd zij meer klaar wak
ker, zich meer bewust, dat - zij leefde. Zij
kon haar weg stap voor stap nagaan van af
het oogenblik, dat zij het bericht van Hec
tor's dood had vernomen tot aan het tijdstip,
dat zij bij de kerkdeur uit de auto stapte.
Zij had nog aan niemand verteld wat haar
had doen crtstellen. Iets binnen in haar was
plotseling gebroken. Het was alstf zij toen
was gestorven.
Later had rij gemerkt, dat zij nog leefde,
maar toen was zij te zwak geweest om te
denken. En toch was zij ztth bewust dat het
leven anders was geworden. Het ijs was ge
smolten, het bloed vloeide warm door haar
aderen. Golven van aandoening kwamen over
haar. Zij voelde zoowel als dat zijn zag. On
danks haar lichamelijke zwakte was zij weer
ten volle in leven. Nu keek zij weer naar bui
ten in den- ouden-, geliefden tuin, naar de
grasperken daarachter, naar de miniatuur da
len en heuvelen en naar een kunstmatige rots
partij, waarvan water afdruppelde, naar de
slanke beukeboomen, wilde vijgeboomen, ac-
caaia's, larixen en een paar ceaers met uitge
spreide takken. Achter een breeden gordel
van hoornen was een open veld, dat rij niet
zien kon.
Haar oogen werden vochtig en haar lip
pen begonnen te beven. Winifred zat naast
liuar aandachtig in een boek te lezen die
verstandige, sympathieke Winifred zij
sprak nooit als zwijgen beter was. Zij zou
Winifred spoedig eens vertellen, wat de oor
zaak was, dat er iets in haar was gebroken.
De zachte zomerwind bracht de gordijnen
in beweging streek als een koele liefkozing
over haar wangen. En nu klonken voetstap
pen op het kiezelzand rij hief het hoofd een
weinig op. Een man naderde het huis een
vreemdeling.
.Winifred," zei ze zacht.
„Ja, lieve?"
„Weet je wie die heer is?"
„Welke lieer?" j
„Die daar in de oprijlaan aankomt.
Winifred legde haar boek neer en- kwam
dichterbij. Als Adela haar had aangekeken,
dan zou zij gezien hebben, dat een bloe
haar wangen kleurde.
„Dat is Lord Impey."
Adela richtte zich nog wat meer op en
sloeg zijn nadering met groote belangstel
ling gade.
„Hij heeft wel een knap gezicht," zei ze-
eindèlijk.
„Ja.*
„Ik zou hem bepaald mooi noemen.
„Dat is een kwestie van meening, dunkt
me."
Impey verdween in de schaduw van het
huis en zij hoorden de voordeurbel over
gaan.
„Waarom komt hij hier, Winifred'?"
Wordt vervolgd.