DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. JAC. DEGELING, Ee. 279 Honderd en negentiende Jaargang 1917 27 NOVEMBER. Abonnementsprijs bij vooruitbetaling p. 3 maanden (1.30, fr. p. put f 1.50. Bewijsnummers 5 ut. Advertentieprijs 15 ut. p. DINSDAG regel grooteru letters naar plaatsruimte. Br. fr, N.Y. Boek- en Handelsdrukkerij Henna» Coster <S In., Yoordam 6 9, Tel. 3. NEDERLAND. ALLEEN SIGAREN uit het magazijn van Kraanbuurt 6, Telephoon 323. ALKMAAR, 27 November. Maarschalk Haig heeft een dagorder uitge schreven, waarin hij zegt, dat de vermeeste ring van de belangrijke stelling van Bourlon de zeer geslaagde krijgsverrichtingen be kroont en den weg opent tot verdier partij! trekken van de voordeden, welke reeds be haald zijn. Aan de bevelhebbers en de ver schillende troepen-deelen, met name de ruite rij wordt hulde gebracht en het optreden van de gewapende auto's, de tanks, dankbaar her dacht, terwijl tenslotte wordt verklaard, dat de operaties naar alle waarschijnlijkheid mis lukt zouden zijn, indien de Duitschers .bijtijds gewaarschuwd waren aangaande de voorne mens van de Engelschen. In dezen legerorder wordt dus erkend van welk een beteekenis het element der verras sing, de overrompeling, is geweest. Wordt door en in dezen legerorder tevens te kennen gegeven, dat belangrijke resultaten voorloo- pig niet meer te wachten zijn? Het lijkt er veel op. Te meer daar de hevige gevechten, welke in het Westen geleverd worden, geen verandering van belang doen intreden. Of Bourlon in Engelsche of wel in Duitsche han den is, valt uit de legeibeichtem niet op te maken, doet er trouwens, zooals de ervaring inzake de dorpen, die herhaaldelijk van bezit ters wisselen, heeft geleerd, Ook weinig toe. De Engelschen hebben op de Duitschers bij Kamerrijk een belangrijk tactisch voordeel be haald en daarmee uit. Ze hebben hun tacti sche winsten vermeerderd, maar hebben zij in dit oorlógsjaar bereikt, hetgeen ze zich voor gesteld hadden? De gematigde, degelijke Manchester Guar dian heeft in haar nummer van 11 April j.l. op die vraag het antwoord gegeven: „Zooals wij ons thans tactisch vooruit werken, moeten wij tegen den- herfsit Rijssel hebben ai de Duitschers tot ontruiming van de Vlaamsche kust hebben gedwongen, ter wijl wij Bergen (Mons) zullen naderen. Min der dan dat zal een reden tot teleurstelling, meer dan dat een aanleiding tot geestdrift voor ons vormen." Trouwens Engeland staat met zijn te leurstelling niet alleen. Welk oorlogvoerend land heeft er geene gehad? Is deze oorlog iets anders dan een aaneenschakeling van te leurstellingen, van onvervuld1 gebleven ver wachtingen? En toch er wordt dóórgestreden, in de hoop, dat er na de veelvuldige fiasco's einde- .lijk eens een beslissende zegepraal zal ko men. In Rusland, waar de invloed der bolsjewiki of maximalisten zich uitbreidt, ook tot de thans aangevangen verkiezingen voor de con- stitueerende vergadering, zooals blijkt uit het in beslag nemen en vernietigen van verkie- zingsmateriaal van andere partijen, terwijl alls hoogste vrijheidsbeginsel de ergste dwang wordt uitgeoefend, is men vredelievend ge zind. Aan het front duurt de verbroedering voort en in de politiek heeft men getoond den vrede te willen. Maar men staat alleen. De Engelsche regeering heeft in het Lagerhuis bij monde van den heer Balfour laten verkil ren, dat er door haar geen antwoord is gege ven op het Russische voorstel nopens een on- middellijken wapenstilstand en voor zoover haar bekend, evenmin door een der andere ge allieerden. De Fransche pens laat zich min achtend uit over het voorstel van de „pseudo- regeering" en dringt er krachtig op aan, haar mores te leeren en liever te doortastend op te treden dan te slap. Men leert hieruit, dat er nog allerlei verwikkelingen mogelijk zijn. Als de Russische regeering eens vrede sluit met de middenmogendheden en daardoor feitelijk schendt die belofte door de Tsaristische re geering in Sept. 1914 gedaan, welke belofte vermoedelijk de Tsaristische regeering zelve reeds lang zou hebben verbroken, zoo ze nog aan was, dan kan het zijn, dat Rusland als vijand van de entente wordt beschouwd 1 Het optreden der Russische regeering en daarnaast dat der beide groepen van oorlog voerenden kan tot allerlei verrassingen lei den. De nieuwe Pruisische kiesrechtregeling of liever het betrekkelijk -wetsontwerp is bekend geworden. Het z.g.n. Heerenhuis blijft een huis der heeren, al worden andere kringen er in vertegenwoordigd als tot dusverre, het ka rakter zal er weinig minder conservatief door worden. Voor de Kamer van Afgevaardigden daaren tegen wordt voorgesteld de lang begeerde i-Or voering van gelijk, direct kiesrecht met ge heime stemming, toe te kennen aan eiken 25- jarigen inwoner, terwijl ieder 30-jarige inge zetene verkiesbaar is. In de toelichting wordt de kroon de eer gegeven, terwijl het ruimer deelnemen van het volik aan de staatszaken wordt genoemd geen belooning, maar een daad van vertrouwen in het volk, dat in de moeielijke tijden van den oorlog zich rijp getoond heeft. Of deze binnenlandsche hervorming ook 'in het buitenland invloed zal hebben? ZAAIZADEN. De Rijkscommissie van Toezicht op de Ver- eeniging „Zaad-Centrale" brengt ter kennis van belanghebbenden, dat aan binnenland scfae zaadhandelaren! gelegenheid zal worden gegeven, om zaaizaad van1 eenige soorten iuiubonwzaden tegen maüge prijzen, door russdienkomst van de Vereeniging „Zaad- Centrale te betrekken. Voor nadere inlichtin gen'' kan mem zich wenden1 tot die Vereeniging „Zaad-Centrale" Com. Speelmanstraat 9, 's-Gravienlhage. KAAS-EXPORT. Het bericht, dat geen uitvoerconsemten van kaas meer worden afgegeven ia, naar de Haagsche corresp. van de Tel. vernam voor barig en in staat 'n geheel verkeerden indruk te wekken. Wellicht zal ed uitvoer, in verband met de regeling der betaling, één of hooi enkele dagen worden stopgezethet geldt hier dan echter een tijdelijken maatregel, die van geringe beteekenis is. Van export-moeilijkhe den is echter in ieder geval geen sprake. VERLOFSREGELINO. 'Door den opperbevelhebber van land- en zeemach t is bepaald, dat aan die militairen, voor wie de dienstbelangen' zulks beslist noodzakelijk maken, het periodiek verlof in plaats van eenmaal' per zes weken mag wor den verleend in twee keeren per zes weken, over gezamenlijk denzelfden auur als in de verlofsregeling is bepaald, beide keeren met vrij1 vervoer. Biji de toepassing van- het vorenstaande mag niet uit het oog verloren, dat de grootst mogelijke beperking van het spoorwegvervoer nog altijd dripgend noodig is, zoodat met de meeste zorg ae hand moet worden gehouden aan de bepaling: „voor wie de dienstbelan gen zulks beslist noodzakelijk maken." BINNENLAND. PROV. STATEN VAN NOORD- HOLLAND. Ged1. Staten bieden aan -de Prov. Staten ter vaststelling aan de le suppletoir© begrooting van het provinciaal gesticht „Meerenberg" voor het dienstjaar 1918, tot een bedrag van 39,000. Eveneens wordt aangeboden een le suppl. begrooting voor „Duinentbosch", dienst 1918, tot een bedrag van 101,000 voor d)en bouw van 24 tijdelijke woningen. Ter benoeming van een lid der commissie van bestuur van het gesticht Meerenberg (Va cature-L Modoo) worden aanbevolen': lo. de heer Modoo, 2o. die beer Jl. H. Bregonje; ter benoeming van' een lid der commissie van be stuur van het gesticht Duinenbosch (vacatu- re-mr. J. N. J. E. Heerkens Thijssen) lo. de heer mr. J. N. J. E. Heerkens Thijssen^ 2o. de heer N. Dekker. Ingekomen is een adres van het bestuur der afdeeling Bloemendaal van den Algemeen-en Nederlandschen Ambtenaarabond, waarbij wopdt verzocht te willen bevorderen het bou wen van ambtswoningen voor het personeel van het krankzinnigengesticht Meerenberg en zoo hiertegen ernstige bezwaren bestaan, alsdan te wiHen bevorderen het bouwen van arbeiderswoningen daar ter plaatse. Gedeputeerde Staten stellen voor aan het bestuur dier af deeling te kennen te geven lo. dlat bot het bouwen van meer dienstwo ningen voor bet gehuwde uitwonende perso neel vanwege de Provincie geen aanleiding bestaat 2o. 'dat zij in beginsel genegen zijn finan- cieelen steun te verTeemen tot het bouwen van woningen in de nabijheid van het gesticht Meerenberg, welke steun verleend zou kunnen worden- aan eene door de leden van het perso neel van het gesticht op te richten vereeniging in het belang der volkshuisvesting, zooals is opgericht door het personeel van het gesticht Duinenbosch. Ged. Staten «tellen voor aan de vereeni ging „Maatschappelijk Werk bij Zenuwlij den en Krankzinnigheid'' voor het jaar 1918 een subsidie tfce verleenen van ten hoogste ƒ3500, ondier voorwaarde dat dit subsidie zooveel mogelijk aan patiënten uit de provin cie Noord-Hiolland ten goede komt. HOLLANDS NOORDERKWARTIER. Hollands Noorderkwartier hield Maandag haar najaarsveragdering in 't café „Céres" te Schagen. De vergadering was zeer druk be zocht. De heer Avis opende de vergadering met de mededeeling, dat van velen bericht was in gekomen van verhindering. Spreker verheug de zich daarom te meer over de groote op- Grootste Softeering. Speciale Merken. komst en heette speciaal welkom de heeren Zijp en Comegoor als vertegenwoordigers van Gedeputeerde Staten. Spr. meende, dat het groote bewondering moest verwekken, dat Nederland nog niet in den oorlog betrokken was en meende, dat dit de verdienste van de regeering was, waar voor hij deze huldigde. (Applaus). Spr. deed een beroep op de welwillendheid van de vergadering inzake de bevordering van de teelt van voedingsgewassen en hoop te, dat de vergadering in het belang van den landbouw en Hollands Noorderwartier mocht zijn. De vergadering werd ook bijgewoond door den heer jhr. mr. P. van Foresst, lid van de Tweede Kamer, en de leden der Prov. Staten, de heeren Trapman, Corthals Allies en Bree- baart. De voorzitter zeide, dat de heer Beekman gaarne bereid was in een vergadering de droogmaking van de Zuiderzee te besprekeu, doch die heer Marsholt was met het oog op zijn leeftijd niet bereid in een buitengewo ne vergadering het contra te behandelen en verwees naar zijn brochure. Het bestuur steldé daarom voor de ?aak te behandelen in dé voorjaarsvergadering. De heer Visser betoogde de wenschelijk- heid van een buitengewone vergadering voor dit punt. De heer van Foreest verklaarde, dat de voorzitter van de Tweede Kamer van plan is het wetsontwerp tot afsluiting en gedeeltelijke droogmaking van de Zuiderzee in Januari, althans in het begin van 1918, in behandeling te stellen. Spr. had de overtuiging, dat er een grooje meerderheid u? 4--Kamer voor gevon den zou worden en oordeelde een buitenge wone vergadering daarover mosterd na den maaitijd. De lieer K. Breebaart verzocht de hoop uit te spreken, dat het wetsvoorstel tot wet wordt verheven. (Applaus). De voorzitter geloofde wel, dat dit kon geschieden, doch meende, dat het voorstel van den heer Visser, om een buitengewone vergadering, met het oog op het wetsontwerp voor de grondbelasting en de droogmaking te houden, in stemming moest komen. De heer Breebaart betoogde de weusche- iijkheid om beide zaken gescheiden te houden. Z. t. diende men als vergadering de wensche- iijkheid uit te spreken, dat men de droogma king zoo spoedig mogelijk wenschte. (Ap plaus). De heer Visser (Berkhout) was het hierme de eens, daar er z.i.van uit Noord-Hollandsch standpunt geen contra te leveren was. De droogmaking diende men zoo veel mogelijk te bespoedigen. Besloten wend dezen weosch kenbaar te ma ken. Zonder hoofdelijke stemming werd be sloten in December een buitengewone verga dering te houden over het ontwerp voor de grondbelasting. Aan het bestuur werd opgedragen de com missie daarvoor samen te stellen. De heer G. Nobel deed hierop mededeelin- gen over de aankoop van stieren tot verbete ring van den veestapel. Eenige moeilijkheden hadden zich daarbij voorgedaan. Assendelft verkocht eigenmachtig de stier „Pieter", om dat ze meende, dat hij niet meer kon worden aangehouden. Een commissie had een onder zoek ingesteld en inderdaad bevonden, dat de stier had moeten worden afgemaakt. Het slachten op eigen gezag veroordeelde ze even wel, waarom Assendellt 50 boete werd op gelegd Nog deed spr. mededeclingen over den stier „De O raaf", van den heer Donker, die bij sommige boereu wat het drachtig worden der koeien in een slechten reuk stond. Ande ren hadden evenwel bevredigende resultaten. De commissie had geconcludeerd, dat de uitspraken, dat de stier minder vruchtbare resultaten leverde, ongegrond was. Een be slissing was nog niet genomen. De heer Visser (Berkhout) meende, dat dé vruchtbare resultaten van den stier „De Graaf" gering zijn. Een schadeloosstelling aan den heer Donker was z. i. wel op zijn plaats. Van de 20 gedekte koeien werden er maar 4 drachtig. Strengere eischen bij den aankoop van oudere stieren oordeelde spr. mede noodig. Spr. steldé voor een schadever goeding aan den heer Donker aan te bieden- van 250. Dilt voorstel zal aan de commissie ter afwikkeling in handen gesteld worden. De heer Nobel meende, dat het bedrag, als men schadevergoeding ging geven, te gering was. De commissie haa déze taak evenwel niet gehad, dóch was er niet tegen. De voorzitter verwachtte dienaangaande eén voorstel /an de commissie. Van den Coöperatieven Bond was het ver zoek ingekomen mede ie werken in de samen stelling van een commissie van advies tot be vordering van de coöperatieve levering. Het bestuur had een lid daarvoor aangenomen en de toezegging gedaan te willen medewerken. De heer Visser lichtte de wenschelijkheid daarvan toe. Van den minister, was een schrijven inge komen, waarin hij te kennen geeft gaarne van klachten op de hoogte te blijven. Een com missie was daarvoor benoemd- en deze had reeds een onderhoud met den minister gehad. Het verzoek om de voerbieten per tram te mogen vervoeren, was door crisiszaken afge wezen. Het voorstel om de volgende vergadering te Heerhugowaard te houden, werd aangeno men. Op voordracht van het bestuur werden de heeren J. P. Wilken te Nieuwe Niedorp, T. Wonder Gz. te Wier Lagerwaard en S. Mol te Berkhout belast met het nazien van de be grooting en de rekening. Onder applaus werd besloten de volgende motie aan de regeering kenbaar te maken: „De algemeene vergadering van de Veree niging tot Ontwikkeling van den Landbouw in Hollands Noorderkwartier, gehouden te Schagen op Maandag 26 November 1917; spreekt de hoop uit, dat het ontwerp van wet tot afsluiting en gedeeltelijke droogma king van de Zuiderzee spoedig tot wet moge worden verheven en noodigt het bestuur uit, deze motie ter kennis van de regeer ing en de Staten-Generaal te brengen." De heer P.,Eriks Jz. bracht rapport uit over het Landbouwhuishoudonderwijs en stelde voor om voor 1917 een subsidie te geven van' 100. Over het bevorderen van goed melken rap porteerde de heer Eriks eveneens. Tot voort zetting van deze zaken werd besloten. De heer K. Zijp bracht rapport uit over den aankoop van fokstieren en deed mededeelin- gen over verschillende dekkingen. Dr. Bakker deelde nog mede, dat de com missie was uitgenoodigd, uit te spreken of het mogelijk was inzake den opfok van kalve ren voorstellen te doen. Een vergadering daarover was mislukt. Spr. stelde voor op de vergadering van een andere commissie te wachten. In een van de volgende bestuursver gaderingen zal de commissie wel met voor stellen komen. De heer J. Wonder Gz. bracht hierna rap port uit over den cursus tot het opladen van bedrijfsleiders. Door de slechte reisgelegen heid wordt de deelname aan de cursussen zeer beiemmerd. Om een rijkssubsidie te kun nen krijgen werd het leerplan eenigszina wijzigd. Spr. deelde het leerplan mede. cursussen duren 1 jaar. Dr. Scheij bekwam hierop het woord, om het bevorderen van het bezoek aan de Zuivelr school te Bolsward van uit Noord-Holland te bepleiten. Noord-Holland zal in de toekomst behoefte hebben aan de daar gediplomeerden. Reeds zijn er 8 in deze provincie werkzaam. Het is gewenscht, dat Noord-Holiandsche krachten zich beschikbaar stellen. Jongelieden moeten daarvoor aangemoedigd en zoo noodig ge steund worden. In de voorjaarsvergadering zullen daartoe voorstellen worden gedaan. Hierna werd' van 1 tof 2 uur gepauzeerd. De voorzitter deelde mede, dat voor het on derzoek naar het wetsontwerp inzake de grondbelasting een commissie 'was benoemd, bestaande uit de heeren C. Nobel, J. Wonder, K. Visser, J. Best en K. Zijp. Medegedeeld werd, dat tot voorzitter was gekozen de heer W. Joagejans, die van de o9 stemmen er 51 op zich vereenigde. hierna bracht de heer C. Nobel rapport uit over het «landpunt door de Vereeniging in te nemén inzake de regeling van het dijks- beheer. Het nog al uitvoerige rapport kwam tot de conclusie, dat:' 1. het beheer van de geheele fceewering van de provincie Noord-Holland zooveel moge lijk in handen behoort te komen van een Hoogheemraadschap, bestaande uit een dijk graaf en hoogheemraden .door de Koningin benoemd, op aanbeveling van Gedeputeerde Staten, die op hun beurt een aanbeveling ontvangen van het Hoogheemraadschap, en hoofdingelanden, door de belanghebbenden gekozen; 2. voor de bestrijding der kosten van het beheer, ook de gebouwde eigendommen naar billijkheid moeten worden belast; 3.' door de provincie als medebelangheb bende bij een deugdelijk beheer in de kosten behoort te worden bijgedragen 4. het toezicht op de binnendijken of tweede waterkeeringen, die bij doorbraak van een buitendijk groote oppervlakten tegen over- stroomingen kunnen beveiligen, bij hetzelfde Hoogheemraadschap behoort te berusten 5. dé vergaderingen van dit college in het openbaar moeten worden gehouden D- voorzitter bracht met den heer Nobël hulde aan den heer Visser uit Amsterdam en dankte den heer Nobel voor het uitbrengen van het rapport. De heer Kaaij, van Houwert, bepleitte op uitvoerige gronaen handhaving van den be- staanden toestand. Het zooveel mogelijk af schuiven op groote lichamen was wel een kenmerk van den tijdgeest, maar verkeerd. Spr. meent, dat men dan wel heemraden moent benoemen, die mets anders hadden te doen. Als West-fries en grondeigenaar oor deelde spr. het droogblijven het beste in han den van de belanghebbenden. Men moest met onder den plak raken van ingenieurs en in de steden wonende lieden. L»e heer Kruseman had bedenkingen tegen het rapport. De commissie had moeten aan dringen om den last, door de overstrooming veroorzaakt, door net rijk en de provincie te laten dragen. Dan was er meer nnna Van «la gen. apr. wees op hetgeen in Zeeland ge beurde en op de historische gebruiken onder de graven van Holland. Men moest niet af wijken van het oude beginsel, dat degene die last heeft van het water, zich moet verdedigen tegen het water en pas geholpen moet worden ais hij onmachtig is. Spr. meende zeker te we ien, oat het denkbeeld van de commissie den steun van den minister van waterstaat niet heelt. Spr. was ook voor het beheer onder een hand, doch meende, dat de voordeeten daarvan meer uit konden komen dan in het rapport geschiedde. Hetgeen geschiedde op het eiland Flakkee bracht spreker naar voren. Spr. wees nog op de consequenties die aan 't denkbeeld van de heeren verbonden zijn. Het is' redelijk, dat ieder deel van Nederland zijn eigen lasten moet dragen, maar het gaat niet aan te zeggen: wij betalen wel het onder houd van den Zuiderzeedijk, maar niet van de Noordzee. Spr. meende, dat het rapport niet breed ge noeg opgezet was en zag gaarne, dat er wat meer onder de aandacht van de autoriteiten werd gebracht. De neer Raat, van Alkmaar, was een tegen stander van de instelling van één dijksbe- stuur. Met het oog op de groote ingewikkeld^ heid van de waterschappen in Noord-Holland meende spreker, dat er geen definitieve oplossing was te vinden. Spr wees er op, dat ook jhr. Schorer het onmogelijk oordeelde al les onder één bestuur te brengen. De heer Corthals Altea bracht der commis sie hulde voor het rapport, doch meende i-enige aanmerkingen te moeten maken. In de conclusie vindt men niet wat het Heemxaadr schap moet omvatten. De conclusie was dan oqk te vaag, terwijl men verscheidenè punten wel nan een toelichting onderwierp. Spr. ge loofde, dat punt 4 naast de eerste conclusie had moeten staan. De kwestie van belanghebbende is geheel gewijzigd. Men moet voor den oorsprong tot de middeleeuwen terug en daarom gaan in zien, dat ons land een geheel vormt. Spr. meende daarom, dlat he verkeerd is zich nog aan een Hoogreemraadschap vast te houden. Men moet de toekomstlijn stellen. Spr bepleit te een urgentiemotie, waarin gezegd wordt, dat de regeling niet meer past indetegen- woord i j samen leving en1 in de tegenwoordige Verder wilde spr. zich houden' aan de ving. it bij de Ko- grondlwet, die het opp ningin en ten 2de bij ae provincie légt. Spr. wilde zich dus'tot deze colleges wenden en ze zoakAi met urgentie de toekomstige rege ling onder de oogen te zien. De heer Visser, van Berkhout, wilde alles wel brengen onder één hand, maar was toch niet voor de instelling van een nieuw Hoog heemraadschap. Spr. bepleitte de instelling van een commissie van toezicht op de dijken, wegen, vaarten en kanalen onder toezicht van den hoofdingenieur ai een paar leden van de Prov. Staten. Spr. bepleitte den weg langs lij nen' van geleidelijkheid Blijkt dan, dat een Waterschap in één jaar te weinig nan het on derhoud had gedaan, dan kan men dat opleg gen voor de anderen in M'. grondstoffen bij te dragen. De openbaarheid van de vergade ringen van de Waterschapsbesturen bepleitte spr. eveneens. De billijkheid zou men mede niet betrachten wannéér men het aandeel der onderhoudskosten bepaalde op grond van het bebou\vde eigendom. Spr. was voor een hef fing aan de hand van de inkomstenbelasting. Men kan dan met een lager percentage toe. Spr. wilde deze heffing voor de schade van 191o en tot 1915 de lasten op de gewone wij ze heffen. De heer Nobel had gehoopt, dat de heer Visser in de plaats van den geleidelijken weg juist een Napoleon, gewenscht had. Waar men nu in een tijd van groot gebeuren leeft, daar hoojpte spr., dat men het onderhoud' van den Zuiderzeedijk ook eens in één hand zal brengen. Is men het daarover eens, rian is de weg om het te verkrijgen wel te vinden. In weike hand dat zal komen kan later wel uit gemaakt worden. De heer Visser, van Amsterdam, hield hier- ija nog een historische beschouwing en was er voor, dat men krijgt een onderhoud in één hand, zonder een te uitgebreid toezicht, op dat alles van het begin af uit één hand ge schied. E>e heer Corthals Altes stelde de volgende urgentiemotie: De vergadering van Hollands Noorder kwartier neemt de volgende conclusie: 1 o. dat het beheer van dé geheele zeewe ring en het toezicht op de binnendijken en tweede waterkeeringen dringend en ten spoe digste reorganisatie eischt; 2o. dat voor de bestrijding der kosten in het beheer ook de gebouwde eigendommen naar billijkheid moeten worden belast; 3o. dat door de provincie in de kosten be- ALKMUeSCII COURANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1917 | | pagina 1