Centrale Keuken. in Vroeger Dagen. FEUILLETON. Honderd en Negentiende Jaarpng. Zaterdag 22 Dec, SPIJSLIJST. Oorlogstuintjes." Jto »01. DONiDERDAO 27 December: Erwten soep. VRIJDAG 28 December: Aardappelen met zuurkool. ZATERDAG 29 December: Aardappelen met spruitkool. MAANDAG 31 December: groenfensoep met vleesch. De bons voor Erwtensoep, op Donderdag 28 December te verstrekken kunnen nog Maandag 24 December worden ingekocht, waarbij1 DJ ST RI BUT I EBON 9 moet wor den afgegeven. -De bons voor Groentensoep, op Maandag 31 December te verstrekken, moeten' Vrijdag 28 December worden inge kocht; daarvoor wordt distributiebon 10 voor de grootste helft ingevorderd d.w.z.voor 2 porties behoeft slechts 1 distributiebon; voor 3 porties 2 bons, voor 4 porties 2 bons enz. worden afgegeven. De bons voor Aardappelen met zuurkool op Vrijdag 28 Dec. moeteni Maandag 24 December worden ingekocht, die voor Zater dag als gewoon; twee dagen te voren, dus Donderdag 27 December. DINSDAG 1 JANUARI 1918 wordt niet gekookt. Men wordt er nog eens aan herinnert, dat de tijd voor het afhalen der spijzen en het in- koopen der bons is: dagelijks, behalve des Zondags, tussehen half twaalf en half één uur. De Administrateur, A. OSKAM. BURGEMEESTER en WETHOUDERS vin ALKMAAR brengan tv algemeana kennis, dat in het Gemeenteblad van Alk maar zijn opgenomen hunne besluiten van 4 Deeember 1.1., waarbij zijn vastgesteld 1o. Een reglement op de Ar beidsbeurs der gemeente Alkmaar (Gemeenteblad Ne. 570), fie. Een instructie voor den di- recteur van de Arbeidsbeurs der gemeente Alkmaar (Ge meenteblad Ne. G71), welka besluiten, htden afgekondigd, ge durende drie maanden ter gemeente-secre tarie ter lezing zijn stdergelegd en aldaar tegen betaling van respeetievelijk f 0.17 en f 0.10 in afdruk aijn verkrijgbaar gesteld. Alkmaar, lk December 1917. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Q. R1PPINQ, Voorzitter. DONATH, Secretaris. BEANTWOORDE VRAGEN. K. M. te Alkmaar, t iet komt me gewenscht voor, eerst een en ander van het diepspitten te vertellen, opdat we weten, wat men hiermee bedoelt. Onder diepspitten verstaat men het loswerken van den grond ter diepte van 2 of meer steken. In den regel wordt alleen de bo venste steek losgemaakt, wat wel jammer is, daar' het diepspitten den toestand van den grond, en daardoflr de groeivoorwaarden voor de plant, zoo belangrijk verbetert. Er wordt zeds wel beweert, da', het diepspitten de nadeelen van een slechte bemesting kan opbellen. Men kan bij dit diepspitten op 2 manieren te werk gaan: men' kan ni. de grondlagen met elkander verwisselen of, men kan ze ten opzichte van elkaar op dezelfde plaats laten. Gezien den toestand op het voor terrein, zal het laatste aanbeveling verdienen. Men moet daarbij als volgt handelen. Eerst wordt van een strook ter breedte van onge veer öO c.M. de bovenste steek weggenomen en aan den kant gelegd. Uit het nu verkregen gat haalt men ter halve breedte den tweeden steek weg en legt ook dien aan den kant. De andere helft van den tweeden steek wordt nu op de plaats van de weggenomen helft gespit. I lierop komt te liggen de volgende bovenste Naar bat EngeJMÖ van Mevr. Altrad Riöjgwtck. 11) „Je hadt mijnheer Larch niet moeten vra gen, je zijn schetsen van Zwitsersdie land schappen te laten zien", zei zij tot Rosalinda. „waarom niet? Ik wil ze graag zien." I „Meisjelief, je bent de moeite niet waard Je weet niets van schilderen, en je bent geen kooper. Je kunt niet meer dan achteraan staan, als hij ze andere menschen laat zien." „Ik ben er zeker van, dat je moeder vroeger onder schilders gewoond moet hebben", zei Lamorna, toen Rosalinde haar dit verwijt vertelde. „Zij doet of zegt nooit de gewone dwaasheden." „Zooals met jou het geval is", zei Jasper met een knikje tegen Rosalinde. „Ik geloof ook, dat zij het deed", zei Rosa linde, en toen veranderde zij van onderwerp. „Wie is Veronica Teal?" vroeg zij. De man en vrouw keken elkander aan met een knipoogje van pleizier. „Zij werkt te Penryn", zei Jasper. „Is zij mooi?" „Ja." „Knap?" „Och!...Ze zijn allen knap „Mijnheer Merivale bewondert haar." „Zegt hij dat?" „Hij noemde haar gisteren voor den eersten keer.--Zij komt Zondag thee bij hem drin ken." „Ik dacht wel, dat zij gauw zou komen", zei Lamorna. „Waarom „Omdat zij nu en dan een platonische ven- houding met Daan Merivale heeft, zooals zij steek. Er is nu weer een nieuwe tweede steek bloot gekomen, die naast den vorigen wordt gelegd en daarop komt nu weer de volgende eerste steek. Aan het eind van den akker houdt men een gat over, dat dicht gemaakt wordt met den grond, dien men bij het begin van het werk aan den kant heeft gelegd. Het ver dient dus aanbeveling, deze grond dadelijk zoo dicht mogelijk te brengen bij de plaats, waar dit gat zal ontstaan. In den regel be gint men te spitten bij de plaats, waar het terrein het laagst is. Heeft men nu stalmest ter beschikking, dan wordt deze eerst zoo regelmatig mogelijk over den grond verdeeld en bij; 't spitten tus sehen den eersten en tweeden steek gebracht. Ook zoden en plantenresten worden daar ge legd. Mem schuimt dus den volgenden eersten steek eerst af, voor men deze op den vooraf verplaatsten tweeden steek brengt. Kali- en phosphorzuurhoudende kunstmest wordt voor het spitten over het terrein ge strooid; hij wordt bij het spitten nu van zelf goed door den grond gewerkt. Daarna komt de kalk, die licht wordt ondergeharkt, doch dit laatste eerst kort voor het zaaien of poten. Ik meen te weten, dat ge een gelukkig plaatsje op het voorterrein hebt getroffen, n.l. de plaats, waar vroeger de koeien werden gemolken. Deze zullen den grond daar dus wel extra bemest hebben. Een extra-bemesting zal voor u misschien niet noodig zijn. Toch zou ik de kalk niet weglaten. Misschien zal iemand in de meening verkeeren, dat een kalk- bemesting op dien grond niet noodig is, om dat er op sommige plaatsen nog al wat schel pen m zitten. Ik wil dan opmerken, dat deze schelpen voor dat doel geen waarde hebben ze zijn te grof. Het kan jaren, soms wel eeu wen duren, voor ze verteerd zijn. Hiervan zijn voorbeelden genoeg aan te wijzen. Is het voor u geen bezwaar, dan kan de in het vorig artikel aangegeven kali- en phos- phorzuurbemesting u geen schade, wel voor deel aanbrengen. Zooals ik reeds aangaf, kunt ge de plantenresten van het vorige jaar tevens door den grond wericen. Zij bevorde ren, bij verrotting, het bacterie-leven in den grond. Meteen kan nu een vraag worden beant woord, mij door een anderen huurder ge daan „Kan men op hetzelfde terrein, 2 jaar na elkaar, aardappels verbouwen?" Natuurlijk veraieut het- aanbeveling, dit niet. te doen, doch in het onderhavige geval zal het wel niet best anders kunnen. Op dit nieuwe land1 behoeft men de nadeelige gevol gen hiervan ook niet zoo te vreezen. Toch zal een goede grondbewerking ook hierin van veel nut -zijn. Die het maar eenigszins kan doen, raad ik dan ook aan, op de bóven aan gegeven wijze zijn grond 2 steek diep te spit ten. Voor dengene, die er belang in stelt, ben ik wel genegen, wanneer de omstandighe den zich daafvoor leenen, op het terrein aan- wijzigingen voor dit werk ée d'oen. Hij, die zijn terrein den vorigen zomer voor de helft met aardappels en voor de andere helft met b.v. boonen heeft beplant, kan nu den zoogenaamden wisselbouw toepassen. Hij zet nu op het eerste stuk boonen en op het andere aardappels Tot dusver kwamen er bij de commissie nog niet veel aanvragen voor kunstmest in. Als de commissie trachten zal, de beschikking over deze mestsoorten te krijgen, dient zij zoo spoedig mogelijk te weten, hoeveel zij moet aanvragen. Men wachte met de opgave dus niet te lang. Bij mogelijke teleurstelling wegens geringe voorraad in het land, kan elk dan nog eens anders omzien naar bemes ting. Breek nog vooral geen spruiten van poot- aardappels. STADSNIEUWS. ALGEMEEN RAPPORT vaa het verhandelde op de sectievergaderin gen van den Raad der gemeente Alkmaar over de gemeentebegrooting voor het dienst jaar 1918 met MEMORIE VAN ANTWOORD van Burgemeester mi Wethouders. UITGAVEN. Volgnummer 76. De geheele 4e Sectie, een lid der le en en lid der 3e Sectie zijn van meening dat de pre sentiegelden van de Raadsleden slechts ten deele het groote tijdsverlies dekken. Verhoo ging wordt gewenscht geacht om ook den ar beider en den kleinen' middenstander in staat te stellen lid van den Raad te kunnen zijn. De 4e sectie en een lid der le sectie zijn het noemt. Die komt zeker, als zij hoort, dat er een ander meisje in de buurt is" „Ze schijnt nog al dwaas", zei Rosalinde. „Maar heeft er slag van, haar wil door te zetten", zei Jasper. HOOFDSTUK IX. Dien middag gingen Daan en Rosalinde voor het eerst alleen wandelen. Hun hoek van de Gelukkige Vallei heette Liendra en van Hendra naar Menwinionbaai kon je langs den weg komen. Maar boven 1 lendra was een woeste, gebaande weg, die naar een groep boerderijen leidde en daar voorbij naar een piek, waar Daan wist, dat wilde narcissen f roeiden. Rosalinde had den weg niet alleen unnen vinden, want er was zelfs geen door- loopend voetpad. Hier en daar was de grond na de winterregens een moeras en om verder te komen moet men zich maar zoo goed' mo gelijk doorwringen door brem en bramen langs iets, dat bij, droog weder een pad was, maar Rosalinde was gewaarschuwd, dat de tocht moeilijk zou zijn en zij had stevige laar zen en een korten rok aan. Het was een prachtige dag in Maart, warm in de zon, koud in den wind. De brem en sleedoorn spreidden over de helling en het dal een schemering van wit en goud. De oude va rens waren nog bruin, primula's begonnen schuchter voor den dag te komen en het korte gras had zijn zomertint nog niet gekregen. De lucht was heider en diep met kleine, witte wolkjes er in, leeuweriken zongen, en in de verte bereikte het geluid van menschen, die op de akkers aan het werk waren, Daan en Rosa linde, terwijl zij verder liepen. De lucht werd gekruid door kruiden en koelte van de zee, maar getemperd door de ligging der lage heuvels en oude, lang verwaarloosde boo- men. Op sommige plaatsen waren de hoo rnen zeer hoog en van grooten omvang en wierpen een schaduw over de reusachtige, van meaning dat presentiegelden eveneens be lt ooren te worden toegekend1 voor de talrijke commissie-vergaderingen die bijgewoond moeten1 worden. Burg. en Weth. kunnen er zich wel mede vereenigen, dat aan Gedeputeerde Staten worde in overweging gegeven om het presen tiegeld te bepalen op 4 per lid en per bijge woonde vergadering. Zij stellen daarom voor dit volgnummer met 380 te verhoogen. Met het voorstel om ook presentiegelden toe te kennen voor de bijwoning van commis sievergaderingen, diie meerendeels 's avonds eni dus na afloop van de gewone dagwerk zaamheden worden gehouden, kunnen zij zich evenwel niet ingenomen verklaren. Volgnummer 78. De le sectie vereenigt z;ch met een voorstel tot salarisverhooging van den ambtenaar belast met het voltrekken van het huwelijk (de Braai). Met het oog op de verdienstlijke wijze waar op deze ambtenaar zijne taak vervult, zal hel Burg. enl Weth. aangenaam zijn, als het ge voelen door den Raad wordt gedeeld, zoodat aan Ged. Staten kan worden gevraagd de jaarwedde nader te willen- vaststellen op 400. Volgnummer 92. De 4e sectie zou gaarne eeni lijst ontvangen Van die vak- eni dagbladen en tijdschriften waarop de gemeente is geabonneerd. Van de bedoelde bladen is een lijst bij de begrootingsstukken ter inzage gelegd. Volgnummer 104. Een lid der 4e sectie vraagt een duidelijke omschrijving van den post 2002 voor ar- beidlslooneni van twee man, respectievelijk a 19.50 en 19.per week. Het uitgetrokken loon is bestemd voor de bezoldiging van twee werklieden die hunne taak meerendeels vinden in arbeid, verricht in het belang van het marktwezen. Voor den tijd die buiten het marktwezen beschikbaar is worden deze lieden in ander werk gebruikt. Nochtans vinden Burg. en' Weth. het volko men verantwoord op dezen post het volle loon te doen drukken, omdat het bij drukke markten voorkomt, dat meerder personeel in dienst moet worden gesteld. Zijn dit gemeen tewerklieden, dan wordt hunne belooning op dit volgnummer niet aangewezen. Deze be dragen zullen- ongeveer tegen elkaar opwe gen. Volgnummer 111. De le sectie zou gaarne zien, dat het sala ris van den klokkenist met 100 werd ver hoogd. Burg. en Weth. zijn van oordeel, dat met een verhooging van 50 kan worden vol staan. Volgnummer 116. In de le sectie wordt de aandacht geves tigd op herstrating van de Overdiestraat. Verder- wordt de opmerking gehoord dat de die Baansingel nog niet is ge- daartoe is beslo- bestrating van schied, hoewel in den Raai ten. Een lid der 4e sectie verzoekt een betere loonregeling voor de stratenmakers te tref fen), b.v. door de invoering van stukwerk, waardoor èn de gemeente èn de werklieden gebaat zijn. Op eene herstrating van die Overdiestraat zal de aandacht gevestigd blijven. Zoo moge lijk zullen de kosten uit gewoon onderhoud worden bestreden. Met de bestrating van den Baansingel is bereids een aanvang gemaakt. De vertraging is ontstaan door het niet tijdig ontvangen van basal tinetegels, met het bestraten van welke die vrijkomende klinkers voor den Baansingel worden gebruikt. Omtrent de invoering van eene loonregeling op den grondslag van stukwerk zal het ge voelen worden ingewonnen van de Commissie van bijstand voor de Publieke Werken. Volgnummer 117. Eeni liid der le sectie maakt de opmerkin. dat het noodzakelijk is den Heilooerdijk a; doend te verbeteren. Sedert de overname van dezen weg in on derhoud bij de gemeente, wordt aan zijne be- harding regelmatig gewerkt. Volgnummer 120. Een lid der le sectie acht het hoogst nood zakelijk tot vergrooting van de sluis aan de Zes Wielen over te gaan. De vraag of de sluis aan de Zes Wielen dient te worden vergroot, houd't ten nauwste verband met de plannen tot verbetering van de kanalisatie in Noordholland, welke door de Westfriesche Kanaalvereeniging, geves tigd te Sohagen, krachtig ter hand zijn ge- met mos begroeide granietblokken, die over den grond en langs den kleinen stroom ver strooid lagen. Eens staken zij de rivier over door middel van een kolossaal blok, dat er middenin stond en spoedig daarna kwamen zij aan een ruwen, granieten muur, die heel lang was en verderop vlak langs het water liep. Toen gingen zij door een klein moeras vol van kruizemunt, dat de lucht met haar reuk vervulde en zoo verder naar een open, eenzame en mooie vlakte. „Ik heb bijna mijn geheele leven buiten ge woond en toch voel ik me alsof ik nooit tevo ren buiten geweest was", zei Rosalinde. Zii stonden een oogeublik stil en keken gelukkig om zich heen. Daan kon nog niet trouwen en was besloten niet verliefd te wor den of zich te engageeren. Nog geen drie maanden geleden had Rosalinde zich als ver loofd beschouwd met haar neef Tony Tuft. Hij had haar in zijin eigen huis schandelijk in den steek gelaten, en al was haar hart niet gebroken, haar trots en waardigheid waren diep gekwetst. Daan noch Rosalinde waren dus van plan hun prettige vriendschap in liefde te veran deren. Zij waren beiden een beetje op hun hoede, juist omdat zij wederzijdsch aange trokken werden, en zij te eerlijk waren om zichzelf met onzin over platonische liefde te bedriegen. Maar iederen dag vonden zij het moeilijker hun gedachten over elküander voor zich te houden. Het was bijna onmogelijk, zulk een wandeling samen te doen en te be weren, dat een wandeling met ieder ander het zelfde zou geweest zijn. Aan het eind van het dal kwamen zij aan den grooten weg en het kleine granieten huis je, waar de Orchards gewoond hadden, voor dat zij er een voor zichzelf lieten bouwen. Daan stak den weg over en kwam aan een an der stuk woest land, waar vee graasde, maar dat ternauwernood weiland was. Zij zagen groote, gele vlakten, bedekt met brem en bra- nomen. Het ligt in de bedoeling van deze ver eeniging van het- Provinciaal Bestuur ge daan te krijgen, dat het peil voor Raaks- maatboezem en Schennerboezem worde ge lijk gemaakt, waartoe zij zich reeds 1 De cember 1915 in een adres tot gemelde Ver gadering heeft gericht. Mocht het verzoek worden ingewilligd, dan zal de sluis aan de Zes Wielen geen reden van bestaan meer hebben, zoo min als de waterkeering bij Rus- stenburg en zal tot opruiming dezer werken kunnen worden overgegaan. Onder deze om standigheden mag het zeker niet wenschelijk heeten, thans aan genoemde sluis belangrijke vernieuwingen te ondernemen, waarmede groote kosten gepaard zullen gaan. Een lid der 4e sectie merkt op dat door het te lang uitstellen van de vernieuwing van den walmuur aan de Oudegraoht de kosten daar van noodeloos verhoogd zijn en dat dit uit stel niet in overeenstemming rs met de belofte gedaan in de Memorie van Antwoord op het Algemeen Sectierapport op de vorige begroo ting volgnummer 228. Ten1 aanzien van den w;almuur aan het be gin dier Oudegracht kan worden opgemerkt, dat het aanvankelijk in de bedoeling lag, de vernieuwing van*dit gedeelte te doen samen gaan met eene van aen walmuur aan den Voormeer. Met het oog op de daaraan ver bonden hooge kosten .moet dit denkbeeld echter worden opgeheven. Vandaar dat de kosten van vernieuwing van het gedeelte walmuur aan de Oudegracht, die niet langer kan wor den) uitgesteld, thans op deze begrooting in uitgaaf is gebracht. Volgnummer 121. De wenschelijkhe'd1 wordt uitgesproken het baggeren van de Singels en de grachten beter t doen plaats hebben. Het baggerwerk in de Singels en in de grachten geschiedt geregeld en stehnatig. Volgnummer 131. De le sectie kan zich vereenigen met een verhooging van de jaarwedde van den schrij ver met 150.waardoor diens salaris op 1000 komt. Burg. en Weth. kunnen zich vereenigen met het voorstel van dien Burgemeester, om de jaarwedde van dezen ambtenaar met 150 te vrhoogen. Volgnummer 136. In de 3e en 4e sectie wordt op vereenvoudi ging van de brandweerorganisatie aange-, drongen- en met genoegen wordt kennis ge nomen van de voorstellen die te dezen op zichte eerdaags te verwachten zijn. Bij! de jeorganifeatie zal zooveel mogelijk naar vereenvoudiging worden gestreefd Vojgnummer 137. De le sectie kan er zich mee vereenigen dat de kosten van verlichting op een zooda nig bedrag worden gebracht, dat het de volle kosten) van gas en onderhoud vertegenwoor- dir' ij het grengen van de werkelijke kosten der straatver Editing ten laste der gemeente, zal eene verhooging tot 21500 van dit volg nummer daarvan het gevolg zijn. Volgnummer 149. De le sectie verzoekt B. en W. te willen meedeelen, hoever de plannen- van den keu ringsdienst zijn gevorderd. In de 2e sectie vraagt een lid' welke' maatregelen reeds ge nomen kunnen worden. Een lid- der 3e sectie verzoekt mededeeliog van de oorzaak der slagnaiie terwijl de geheele 4é sectie even eens de vraag stelt, als hierboven in de le sectie gedaan. Burg. en Weth. kunnen, onder referte aan hunne toelichting bij dit volgnummer gege ven, niet anders dan een afwachtende hou ding aannemen. Hoofdstuk VI. De le sectie vestigt de aandacht op de over bevolking van de Burgerschool. Een lid der 3e sectie vraagt naar de groot te der klassen op de verschillende scholen op dit oogenblik en deelt mee, dat hij, gaarne een zuiver overzicht daarvan zou willen heb ben. Eert overzicht van de bevolking der klassen op de O. L. Scholen zal ter inzage worden gelegd. Volgnummer 162. De sectie wijst er op, dat dit bedrag met het oog op de omstandigheden wel verhoogd zal moeten worden. Voor school voeding is bij raadsbesluit van 6 December 1.1. No. 15 voor 1918 een sub sidie verleend van 3600. Dit volgnummer zal dus met 3100 moeten worden verhoogd. Volgnummers 166, 169 en 170. De le sectie stelt de vraag of het gymna sium en handelsschool nog voldoen aan rede lijke eischen van lokaliteit. Afdoening van de in overweging genomen plannen tot verbetering van deze inrichtingen van onderwijs wachten op de demobilisatie. Volgnummer 173. De geheele le, 2e en 3e sectie kunnen zich vereenigen met een voorstel het salaris der vroedvrouwen elk met 100 té verhoogen. Met eene verhooging van 100 voor elk dier beide vroedvrouwen wordt accoord ge gaan, zoodat het volgnummer is te verhoogen met 200. Volgnummer 174. De le sectie is unaniem van meening, dat het aanvangssalaris van de assistente be langrijk te laag is. Aan het bestuur van het Stadsziekenhuis, tevens beheerder van dte Stads-apotheek, is dezerzijds voorgesteld, of het er'zich mede kan vereenigen om die jaarwedde van den Stads-apotheker te bepalen op 1350 met drie 3-jaarl. period, verhoogingen van ƒ150, maximum 1800 en van de assistente op 800 met drie gelijke verhoogingen elk van 100, maximum 1100. Het antwoord zal bij de begrootingsstukken ter visie worden gelegd. Volgnummers 178 en 179. De le sectie stelt de vraag of de reglemen ten en instructies van het Burgerlijk armbe stuur en het Stadsziekenhuis nog voldoen aan de eischen van den tegenwoordigen tijd. Een1 lid der 3e sectie zou gaarne weten hoe het staat met de plannen voor een nieuw z:ekenhuis, beantwoord aan de eischen des tijds. HSj' acht het bestaande ziekenhuis ab soluut verouderd. Gaarne zouden Burg. en Weth. vernomen hebben, welke bezwaren» eventueel tegen' de vigeerende reglementen1 en instructies be staan. De plannen, die bij het bestuur van het Stadsziekenhuis in overweging zijn, hebben nog geen' vasten vorm aangenomen. Dat het bestaande Ziekenhuis geheel verouderd zou zijn en niet langer aan redelijke eischen vol doet, wordt door Burg. en' Weth. ontkend. Volgnummer 198. Een' lid der 3e sectie stelt de vraag of in verband met het bedrag van 400 verpleeg- geld vermeld in post 176, de uitkeering voor Rijk en Provincie niet moet bedragen1 4/40e en 5/40e in plaats van 4/35e en 5/35e. De gemaakte opmerking zal vermoedelijk juist zijn. O phet uitgetrokken bedrag zal zij evenwel' van weinig invloed zijn. B en W. meenen, dat het geraamde bedrag daarom kan worden behouden, maar dat bij de uitkee ring, waarvan opgaaf wordt ontvangen van Ged. Staten, te zijner tijd met de opmerking rekening zal worden gehouden. Volgnummers 201 en 205. De le sectie stelt de vraag of de beloonin- ;en> van directie en personeel geen herziening ehoeven. De 3e sectie constateert dat de commissie van toezicht op het muziekkorps 500 meer subsidie vraagt. De sectie in haar geheel is voor verhooging van de belooning der muzi kanten. Drie leden der 4e sectie meenen dat de voorgestelde verhooging van die jaarwedde van den directeur van het Stedelijk Muziek corps en van de Stedelijke Muziekschool, niet voldoende is. Hoewel zij de voorgestelde sa larisverhooging toejuichen beantwoordtt deze naar hun meening niet voldoende aan het geen de titularis behoort te verdienen. Zij zouden gaarne zien, dat deze verhooging zou ingaan met 1 Jan. 1917. Surg. en Weth. kunnen' er zich wel mede vereenigen, d'at volgnummer 201 wordt ver hoogd met 600, t.w. 100 voor den kapel meester en 500 voor de leden van het mu ziekkorps. De bij volgn. 205 voorgedragen verhooging wordt voldoende geacht. Art. 2 der Verorde ning (Gem. blad No. 179) zal hiermede in overeenstemming dienen' te worden gebracht. Volgnummers 206, 207 en 208. De le sectie vraagt of B. en W. het niet noodzakelijk achten de Ambachtschool in •eigen bheeer te nemen. Een lid der 3e sectie vraagt of van den kamt van B. en W. plannen zijn te verwachten om hiervan gemeentelijke instellingen te maken. Zoo niet of dan van B. em W. mag worden verwacht, dat zij zullen voorstellen aan het blijtvend ver leenen van subsidies de voorwaarde te verbinden dat de geheel on voldoende loonen en salaiissen worden her zien. Een ander lid maakt de opmerking, dat tuen, en de jonge blaadjes van wilde hyacin- tben. Toen kwam heuveiacimg wenana, nog weer een paar muren om over te kmwneu, ecu eenzaam huisje en daar voorbij het kleine dal der narcissen. Zij groeiden aan weers zijden van een rivier, waarvan de legende zei, üat zij drie dagen rood was geweest van het bloed der Denen, toen Athelstau hen terug dreef naar de zee. De narcissen waren nog maar nauwelijks uit, maar de knoppen waren geel eu sonmuge waren half open. Daan eu Rosalinde begonnen ze beiden te plukken. „Wij hebben den gelieelen middag niemand ontmoet", zei Rosalinde. „Ik heb hier nog nooit iemand gezien", zei Daan. Maar terwijl hij sprak kraakte een stap door de takken en bladeren aan de overzijde. „Het is Veronica Teal", riep Daan, opkij kende. Rosalinde kon uit zijn houding niet opma ken, of hij het prettig vond of teleurgesteld was, maar een tikje boosheid maakte een eind aan het genoegen van haar eigen middag. Zij zag ook snel op en zag voor het eerst Vero nica Teal. „Hoe ben je hier gekomen?" vroeg Daan. „Ik beu geloopen", zei Veronica. 1 laar stem was lief en zacht en haar oogeu glimlachten. Zij had haar handen vol nar cissen, maar dit belette haar niet naar bene den aan den stroom te klauteren en daarover heen naar Daan en Rosalinde te komen, „Geef me nu een hand, Daan", zei zij, en hij hielp haar op den oever aan hun eigen kant. „Ik weet dat u juffrouw Cloudesby is", zei zij, glimlachend tegen Rosalinde „Daan ver telde me, dat hij u vandaag hier brengen zou om onze narcissen te zien." „Ik wist niet, dat ik er iets van gezegd had", viel Daan uit. „Wij komen hier altijd in dezen tijd, terwijl zij in knop zijn. Als zij geheel uit zijn, mag iedereen komenmaar nu niet. Ik ga met je terug, Daan, voor de thee. Ik weet wel, dat ik morgen kom, maar ik smacht nu naar thee fMijnheer Merivale komt bij ons theedrin ken", zei Rosalinde. „Ik hoop dat u ook komt." „Hoe liief en vriendelijk van u, om mij te vragen", zei Veronica. „Natuurlijk zal ik ko men. En, Daan, dan breng jij me naar huis en blijft soupeeren. niet waar?' „Heel graag", zei Daan. Rosalinde keek naar Veronica Teal met rooie belangstelling, want zij had allerlei eschrijvingen en verhalen van haar gehoord /ij wist, dat Veronica op gemeubileerde ka mers in Penryn woonde, en dat zij niet meer aan de academie studeerde, maar zelf een atelier had. Men zei van haar, dat zij knap maar lui ,en eerzuchtig was, maar met in staat tot geregelde inspanning. Eén van haar leermeesters had van haar gezegd, dat zij meer verlangend was, indruk op hem te maken met wat zij wist dan te leeren, wat hij haar koh onderwijzen. Maar hij was een be jaard, ongevoelig, getrouwd man, een manne lijk wezen, dat niet voor haar bekoorlijkheden bezweken was. In den regel bezweken man nen en vrouwen, maar herstelden zich na een poos weer. Zij had altijd een kleinen stoet van nieuwe aanbidders en daarachter een me nigte van teleurgestelden. Zij vond zich zelf ernstig en geloofde, dat ze goed leefde, met haai" geest vervuld van hooge dingen en haar hersenen ijverig bezig. Zij had groote, ge voelige, donkere oogen, een lichaam, dat zon der beenderen scheen, zóó kon het zich kron kelen en een bleeke huid, die een van haar be wonderaars in een sonnet vergeleken had met de kelk van een magnolia. Zij sprak met een gelijkmatige, fluitachtige stem, zij danste goed en zij was nooit gelukkig, dan wanneer zij onderhield of onderhouden werd. (Wordt vervolgd) IN? II

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1917 | | pagina 5