DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN I De gouden sleutel No. 36 Honderd en twintigste Jaargang. 1918. DINSDAG 12 FEBRUARI. FEUILLETON. Dpze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs bij vooruitbetaling per 8 maanden vaar Alkmaar t L65, franco door het ge- koele Kijk f L9Ü. Afzonderlijk® es feeirijgMHmMers h Cents. Per regel f 0.15. Bij groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N.Y. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HEKMs. COSTEB ZOON, Yoordam C 9. NEDERLAND. Telefoonnummer S. Prijs der gewone Advertentiën Door het Wolff-bureau ia bevestigd het bericht van gisteren over het einde van den oorlogstoestand tusschen den vierbond en Rusland, zonder dat de Russen een formeel vredesverdrag teekenen. Zoo maar zonder meer is de oorlog afgeloopen en stuurt Trotz- ky zijne soldaten naar huis. Feitelijk was de demobilisatie verleden jaar bij het uitbreken der revolutie reeds begonnen, zij had reeds groote afmetingen aangenomen, maar nu zij thans door de regeering is afgekondigd, be- teekent dat tevens dat de centralen volkomen vrijheid hebben tot het verplaatsen hunner troepen, hun belet bij den in December geslo ten wapenstilstand, al zal het wel waar zijn, dat ondanks dat verbod reeds groote massa's soldaten van het Oosten naar het Westelijk front zijn gedirigeerd. Wat kon Rusland daar ook tegen doen? Het leger was ge heel „gerevolutionneerd" en, al was ook de oorlogstoestand weer ingetreden, tot geen te genweer meer in staat. Dit is nu door Trotz- ky erkend en hij heeft Rusland aan de ge nade van de centralen overgegeven. Of zij de bezette gebieden al dan niet zullen ontrui men een kwestie waarover op de conferen ties te Brest-Litowsk lang en breed is ge sproken zullen de middenmogendheden zelf moeten weten, zooals zij ook alle andere opgeworpen vragen zullen kunnen oplossen naar eigen goedvinden. Een dergelijke overgave is wel het laatste wat men van Trotzky's redevoeringen zou hebben verwacht. Hij zou een beteren vrede hebben kunnen verkrijgen als hij te Brest- Litowsk wat minder breedsprakig en wat meer inschikkelijk was geweest. De centralen doen alle moeite om ook met Roemenië tot vrede te komen. De Duitsche maarschalk Mackensen, de man die de ge- heele Wallachijsche laagvlakte en daarmede ongeveer drievierde deel van heel Roemenië bezette, heeft van de Roemeensche regeering geëischt binnen vier dagen vredesonderhan delingen te openen, als het niet wilde, dat opnieuw een offensief door de Duitschers werd ingezet. Roemenië, thans in het Oos ten geheel alleen op eigen hulp aangewezen, zal waarschijnlijk weinig anders kunnen doen dan de afgedwongen besprekingen te beginnen. Als het een vrede zal vermogen te bewerken op het bekende principe van geen schadeloosstellingen, zal het wel toehappen. Over het antwoord der Roemeensche regee ring is nog niets bekend; wel wordt beves tigd het een veertien dagen geleden reeds door het Wolff-bureau gebrachte bericht over het aftreden van het ministerie. Of dit met naar het Engelsch door L. O. MOBERLEY. het ultimatum in verband staat? Dan zou men moeten aannemen, dat Mackensen zijn eisch reeds eenige dagen vóór het indienen had aangekondigd. Nu de Oekrainers hunne zelfstandigheid hebben erkend gezien en dus voortaan een onafhankelijken staat vormen, steken hunne broeders, die thans nog wonen in de Qost.- Hongaarsche landen, de hoofden bijeen om ook volledige nationale en politieke vrijheid te verkrijgen. De tijd zal moeten leeren of hun dit mogelijk zal zijn. Wel aan te nemen is dat dr. Seidler die door de weigering van keizer Karei om het ontslag aan te ne men aan de regeering blijft en nu met de par tijleiders de mogelijkheid van het aannemen der begrooting bespreekt een grondslag zal vinden om hen tevreden te stellen. In een aantal meer dan honderd Amerikaansche steden zijn groote meetings gehouden, waarbij getuigd werd van de geestdrift der arbeiders voor den oorlog. Het torpilleeren der „Toscania" verleden week heeft de oorlogsstemming aanmerkelijk op gevoerd. De president der arbeidersfederatie, Gomperts, heeft een beroep gedaan op de arbeiders voor een „overwinning der demo cratie op de autocratie". Van evenveel, of liever even weinig ge neigdheid tot vrede getuigt een vergadering te Londen, waar de voorzitter van den Zee mansbond, het arbeiders-parlementslid Have- lock Wilson, sprak van de vele bijeenkom sten, die hij den laatsten tijd had bijgewoond en waar telkens bleek van den wil om den oorlog vol te houden tot de absolute neder laag van Duitschland. Een motie werd aan genomen, om alle Duitsche waren nog twee jaar na den oorlog te boycotten. Nog is te Parijs een vergadering vóór den oorlog gehouden. In tegenwoordigheid van Poincaré en verschillende andere vooraan staande personen is door den minister van marine op een patriottische bijeenkomst ge tuigd van Frankrijk's onverzettelijken will om te overwinnen. En keizer Wilhelm heeft na een huldiging, hem gebracht naar aanleiding van de vrede- sluitinig met de Oekraine, een toespraak ge houden, waarin hij o. a. zeide: God wil vre de, doch een zoodanige, dat de wereld zich inspant voor het rechtvaardige en goede. Wij zullen de wereld den vred^ brengen en zullen het doen op elke wijze. De vijand ziet in verder strijden geen nut en die ons de hand der verzoening reikt, dien reiken ook wij de hand der verzoening. Doch wie geen 1) „Ze werd hier binnengebracht omdat deze kamer het dichtst bij was," fluisterde me vrouw Crotch. „Wij durfden haar niet boven te brengen. Ik dacht dat zij stervende was toen de mannen haar binnendroegen en ik zei daarom dat ze haar hier moesten neerleg gen." Misschien maakte de fluisterende stem de vrouw uit haar bewusteloosheid wakker; mis schien was er ook iets anders dat haar wekte uit haar diepe bewusteloosheid wat het dan ook zij dat haar deed ontwaken, zij sloeg de oogen op en vestigde ze voluit op Har- dings gezicht. „Ik kwam", hijgde zij, „om een - onrecht goed te maken Toen sloten haar oogen zich weer, haar ademhaling werd zwakker en moeilijker, en Harding schudde het hoofd twijfelachtig toen zijn blik dien van de huishoudster ontmoette. Hij paste de middelen toe, die hij bij de hand had en boog zich nog eens over de vrouw heen en sprak heel langzaam en duidelijk: „Wilt u mij zeggen wat u verlangt? of er soms iets is dat ik voor u doen kan De weinige oogenblikken, die hij bij haar ner hij kon doen om het leven'te redden, dat met sponde had doorgebracht, zeiden hem reeds dat het einde zeer nabij was en dat hij niets snelheid heenvlood; maar het gespannen ver langen in haar oogen, de zielesmart op haar gelaax zeiden hem dat zij leed door een ver langen dat misschien bevredigd kon worden voordat zij van dit aardsche leven overging naar het leven daarginds, aan gene zijde van het graf. „Kunt u mij niet zeggen wat u verlangt?" herhaalde hij. Weder sloeg zij de oogen op diepe zach te oogen, die niet groen waren en ook niet bruin, maar een merkwaardige mengeling van beide kleuren, oogen, die een wereld van droefheid bevatten. Nu sprak er verbijstering uit toen zij den dokter aanzagen. „Wie is het?" hijgde ze; waar ben ik „Ik ben dokter," zei hij vriendelijk; zij die alleen zijn gewone, kortaffe manier van spre ken kenden, zouden verbaasd geweest zijn over de vriendelijkheid waarmee hij tot zieken en lijdenden sprak. „U heeft een ongeluk ge had; u werd op Grandley Hall binnenge bracht, het huis van Sir Luke Framley." Over het onrustige gezicht vloog een uit drukking die Harding zich niet kon verklaren. Was het toom, of schrik, of verbazing? Hij kon de beteekenis in 't minst niet doorgron den. Maar haar handen gingen naar hem uit met een erbarmelijk smeekend gebaar zij poogde zich op te richten op haar kussen, maar zelfs de geringe beweging waartoe zij alleen in, staat was, was te veel voor haar en toen haar dunne vingers zich sloten om Hardings hand, werden haar pogingen tot ademhaling en spreken ieder oogenblik moei- lijker. „Een groot onrecht", kermde zij. „Mijn meisje. Draag zorg voor haar. Zorg dat zij hersteld wordt in haar recht loof vrede wil en het bloed van zijn eigen en1 ons volk. vergietend den strijd wil voortzetten, moet worden gedwongen. Een en ander klinkt nog niet, alsof er spoedig algemeens vrede zal zijn. Zou het vredesverdrag tusschen de centra len en de Oekraine gisteren reeds in Was hington bekend zijn geweest? Dit zou van be lang zijn te weten bij de beoordeeling van de gisteren door president Wilson gesproken woorden. Men kon dan spreken van een ant woord op den in bedoeld verdrag uitgespro ken- wensch naar 'n algeheelen vrede, waar de betrokken regeeringen zeiden door dit vredes verdrag „een eersten stap te doen naar een duurzamen vrede, die niet alleen een eiind zal maken aan de verschrikkingen van den oorlog, maar ook zal leiden tot het herstel van de vriendschappelijke betrekkingen tus schen de volken op politiek, rechtelijk, eco nomisch en geestelijk gebied". Voor het Congres zei de heer Wilson dan o. a. „De beginselen, die men voor den vrede moet erkennen, zijn: ten 1ste: Elk onderdeel van de definitieve oplossing moet op de rechtvaardiging van het afzonderlijk geval en op de waarschijnlijke kansen voor een duurzamen vrede gebaseerd zijn. Ten 2de: De volkeren en provinciën moeten niet wor den overgedaan van den eenen vorst aan den anderen. Ten 3de: Elke territoriale regeling moet worden getroffen in het belang der be trokken volkeren. Ten 4de: Aan alle goed omschreven nationale aspiratiën moet ten volle worden voldaan. Over een algemeenen vrede, die op dezen grondslag berust, kan onderhandeld worden". We zijn benieuwd of ook de regeeringen te Parijs, Londen en Rome zullen antwoor den en hoé ze zullen antwoorden. Bovenstaande woorden van den Ameri- kaanschen president getuigen nog niet van een herziening zijner oorlogsdoeleinden. a VARIA. PERSSTEMMEN. De Duitsche pers bespreekt de vrede van Trotszky met eenige gereserveerdheid. Theo- dor Wolff schrijft in het „Berl. Tagebl.", dat het einde van den oorlogstoestand, hoe blijde die tijding ook klmlrt, geen- nieuwe feiten en geen nieuwe toestanden brengt. De „Berl. Lok. Anz." vindt dat van de geheele verklaring van Trotzky alleer de de mobilisatie als tastbaar feit overblijft „Deze heeft zich, voor zoover wij weten, uit zichzelf reeds voltrokken en zal nu officieel gelast en bevorderd worden. Wij kunnen -daar vrede mede hebben, het mag echter op geen enkele wijze van invloed zijn op onze beslissingen." Ook de „Voss. Ztg." uit zich in dien geest, maar meent dat Duitschland ook een groot be- zij hersteld wordt loof het." Er ontstond een langdurige pauze, toen herhaalde ze hijgend„beloof het." Haar oogen vestigden zich op die van Harding, de vingers hielden zijn hand stevig vast „Wees een voogd voor haar beloof het mij „Beloof het 1hijgde zij weder. „Zorg dat mijn Hilary recht geschiede F' „Ik beloof het," antwoordde hij rustig, want hij voelde dat hij haar opwekken moest en troosten, het kostte wat het wilde, hij moest die foltering in haar oogen verlichten en tot zijn groote voldoening zag hij dat er bij zijn woorden rust kwam op haar ge zicht. „Ik geloof in u", hijgde zij. „Ik vertrouw haar u toe. Neem het cachet zelf, bewaar het totdat Hilary's rechten zijn totdat Hilary's vader E>e stem, die bij deze afgebroken woorden steeds zwakker geworden was. stier geheel weg; nog eenmaal, tweemaal noorde men de hijgende ademhaling toen lieten de vin gers zijn hand los en Harding boog zich over naar heen en sloot haar eerbiedig de oogen. HOOFDSTUK II. Wie was zij? De kamer, d:e twee uur te voren slechts een keurig gemeubileerd boudoir was geweest, dat Sir Luke tot speciaal gebruik aan zijn zuster afstond wanneer zij op de Hall logeer de, scheen een merkwaardige majesteit ver kregen te hebben, een merkwaardige waardig heid, nu de dood. den drempel had overschre den. De teere cretonne gordijnen, de snuiste rijen op den schoorsteenmantel en tafeltjes, de overvloed van boeken en bloemen alles wat van weelde en beschaving getuigde, leek op zichtig en misplaatst rondom de stille ge daante op de rustbank. Het schrille contrast viel Harding sterk op en het was bijna een verlichting voor hem, toen het onweer, dat reeds -den geheelen namiddag tusschen de heuvels gerommeld had, eindelijk losbrak. De donderslagen deden de Hall schudden, he vige bliksemschichten verlichtten de kamer, waar Harding en mevrouw Crotch naast de voordeel heeft. Het kan voorloopig alles laten zooals het is en de veroverde gebieden als be zette gebieden blijv-en beschouwen. Daardoor heeft 't het voordeel van kalme overweging en de mogelijkheid van een voorbereidingstijd. De „Tagliche Rundschau" vraagt zich ai: „Wat zullen we antwoorden?" Dat Trotzky zich genoodzaakt zag zoo plotseling van kou- ding te veranderen is een succes voor ons, dat de wijze, waarop hij dit doet, ons niet tot na deel strekt,.moeten zij verhoeden, aan wie daartoe macht is verleend. Reventlow schrijft in de „Deutsche Tages- Ztg.": Deze tot op zekere hoogte onverwacht en plotseling ingetreden wending toont in de eerste plaats, dat de positie van de regeering van Trotszky en Lenin zwak is. Ook hij spoort verder tot kalm afwachten aan. De tijding van den vrede met de Oekraine werd in Oostenrijk geestdriftig ontvangen. Vooral wezen de bladen op de economische ontlasting die de Centralen daardoor zullen ondervinden. Tevens werd de verwachting uitgesproken, dat ook de andere vijanden in het Oosten nu vrede zouden sluiten. De Egelsche pers stelde het vredesverdrag als weinig beteekenend voor. Zoo zegt de „Pall Mali Gaz.", dat de Middenstaten iets meer bereikt hadden dan een „vodje papier." De „Manchester Guardin" beschouwt de overeenkomst van weinig waarde en noemt He regeering der Oekraine een ^droombeeld", een regeering van schimmen. Ook de Fransche pers noemde het sluiten van de vrede van ae Oekraine van weinig waarde. Er blijkt uit, dat de Centralen ten doel hebben- zich te steunen op alle groepen, welke vijandig zijn aan de maximalisten, voor een algemeenen vrede tot stand te bren gen en Roemenië eveneens tot vredesluiten te noodzaken. KORTE BERICHTEN. Abdrul-Hamid, ex-sultan van Turkije is op 75-jarigen leeftijd overleden. In 1909 werd hij door de Jong Turken afgezet en ging de kroon aan zijn broeder, den tegenwoordi- gen sultan over. Het Spaansche stoomschip Sebastian op weg van Spanje naar Nieuw-York is getor- pilleerd. Het geval verwekte groote veront waardiging in de Spaansche pers eni onder de bevolking. De Tribune verneemt uit Londen, dat de conferentie te Versailles zou hebben be sloten cm aan het Balkanfront de vijandelijk- hedt hervatten. ""ing van Beieren is Vrijdagavond terug keerd van een bezoek aan net from. T" groote hoofdkwartier bezocht hij den ken er. Daar waren o.m. de groothertog van Hessen, prins Hendrik van Pruisen en gene- raal-veldmaarschalk v, Hindenburg aanwe zig. In bijkans alle Brazüiaansche stalen hebben de handelsinstellingen besloten om dagelijks vroeg te sluiten, ten einde haar per soneel de gelegenheid te verschafien om de scholen voor militaire opleiding te bezoeken. Tengevolge van de om zich heengrij- pende besmettelijke ziekten is het sterftecijfer te St. Petersburg schrikbarend gestegen. Er sterven dagelijks 600 menschen. De pest en de cholera breiden zich snel uit. De Britscke torpedojager Boxer Is in den nacht van 8 Februari wegens een botsing in het Kanaal gezonken. De bewoordingen van Wilson's rede too-nen- aan, dat de V.-S. vastbesloten zijn om voet bij stuk te houden tegenover een voozen vrede. Wilson verklaarde, dat de Duitsche mi litaristen het eenige element zijn, dat nu den wereldvrede tegenhoudt. Uit een officieele statistiek blijkt, dat de opbrengst der belastingen in Pruisen sedert den oorlog aanzienlijk is gestegen. De inkom stenbelasting is sedert 1913 van 348,1 tot 585,7 millioen d.i. met 237,6 millioen toege nomen. Koning Albertvergezeld van het hoofd van den generalen staf van het Belgische le xer, heeft zijn reis aan het Italiaansche ront geëindigd. - De Deensche regeering heeft goedge keurd dat er, met het oog op den in Finland heerschenden levensmiddeletuwod een lading levensmiddelen naar Finland is gezonden. De Maandagsluitingen, die in .verband met de kolenschaarschte in de Ver. Staten waren voorgeschreven, zijn in de Zuidelijke staten opgeheven. Ook voor de andere staten zal deze maatregel waarschijnlijk opgeheven worden. DE ZANIEL EN GRINT KWESTIE. In een brief door den minister van buiten- landsche zaken aan den voorzitter der Twee de Kamer gezonden, betreffende het telegra fisch handelsverkeer en de zand- en grint- kwestie deelde de minister o.m. mede dat de Britsche regeering niet van meening is, dat de aangelegenheid behoort te worden geregeld door een arbitrage, zooals de minister bij de begrootingsdebatten in uitzicht stelde. Hare bedenkingen toch richten zich practisch niet tegen den door de Nederlandsche regeering gehuldigden rechtsregel, doch tegen de daar aan gegeven toepassing. De te voeren bespre- kinen zullen derhalve over die toepassing loopen. ECONOMISCHE BESPREKINGEN. De minister van buitenlandsche zaken heeft een commissie ingesteld, welke tot taak heeft voorstellen uit te werken op de basis der besprekingen, die te Londen met de ge associeerde regeeringen zijn gehouden no pens een eventueele economische schikking. In deze commissie hebben zitting, behalve de heereu Snouck Hurgronje, Valstar en Broekema, die te Londen de onderhandelin gen over deze aangelegenheid hebben ge voerd, de heeren Van Aalst, Kröller en La Gro. De commissie heeft zich tot dusverre in het bijzonder onledig gehouden met het on derzoek van de eventueele scheepvaartrege ling: ten einde zich de noodige technische voorlichting te verzekeren heeft de minister enkele reeders, die geacht kunnen worden de bestaande organisatie en commissies op scheepvaartgebied te vertegenwoordigen, uitgenoodigd hem in overleg met bovenge noemde heeren over dit onderwerp van ad vies te dienen. doode vrouw stonden, en het was juist toen een hevige bliksemstraal de kamer verlichtte, dat de heer des huizes met een zeer ontsteld gezicht binnenkwam." „God u wilt toch niet zeggen dat zij ge storven is", riep hij uit, toen Harding voor uittrad om hem fe groeten „Ik dacht, ik hoop te dat wij u bijtijds hadden gehaald om haar te redden." „Alle mogelijke genootschappen van dokto ren en operateurs hadden haar niet kunnen redden", antwoordde Harding norsch, „er was niets aan te doen. Het was zeer verstan- .dig haar in deze kamer te leggen en niet te probeeren haar naar boven te brengen. Ex tra beweging zou haar maar weer pijn ver oorzaakt hebben. Maar het einde was onver mijdelijk. Het was onmogelijk baar te redden. De wond was onherstelbaar." De twee mannen hadden dicht bij de deur fluisterend met elkaar gesproken; nu zei Harding op kalmen toon „Kunt u mij ook eenige inlichting geven omtrent haar identiteit? Ik denk dat zij vreemd is in deze streek, maar zij schijnt op weg geweest te zijn naar dit huis en mis schien heeft u haar vroeger meer gezien." „Ik weet niets van haar af, en heb eigenlijk haar gezicht niet gezien toen zij haar opna men", antwoordde Framley. „Ik was vreeselijk ontdaan door het ongeluk en dacht nergens anders over dan het arme schepesel zoo gauw mogelijk hier in huis te krijgen. Het ongeval had plaats vlak buiten mijn landgoed Maar het is niet mogelijk dat zij op weg was naar de Hall. Daar moet u zich in vergissen. Wij verwachtten geen bezoek. De koetsier van het riituig viel van den bok en was een tijdje be wusteloos, zoodat hij ons niets kon vertegen, en men zegt dat de dame geen bagage bij zich had niet anders dan een klein tasch je." „Wilt u eens zien of u haar misschien kent? Wij moesten haar familie laten ko men, haar man vermoedelijk heeft zij een man zij heeft een trouwring aan. Wij moesten zoo gauw mogelijk bericht zenden aan haar familie, als wij kunnen uitvinden wie en waar ze zijn." Sir Luke volgde den dokter en liep de ka mer dooi naar uc sofa, waarop de doode vrouw lag uitgestrekt, bedekt door een kleedt je van dofroode zijde, het eerste wat Harding iii handen gekomen was in het weelderige boudoir. Weder werd de gebtele kanier ver licht door een feilen bliksemstraal en een oogenblik wax liet haast of er beweging kwam in de stille gelaatstrekken van de doode en of een glimlach zich vertoonde om haar mooie lippen. De dood had de rimpels van haar ge laat weggevaagd, zij zag er wel twintig jaar jonger uit dan toen Harding voor 't eerst bij haar stond; de vreedzame uitdrukking en de glimlach om haar lippen toonden hem hoe schoon zij was. Haar donker haar viel zacht langs haar voorhoofd, waarvan de rimpels van angst en verdriet verdwenen waren; lan ge, donkere wimpers vielen neer op de blanke wangen. Zacht als de wangen van een1 jong meisje: de wensch kwam even bij den dokter op, dat haar oogen nu nog eenmaal mochten opengaan, dat hij mocht zien of de droefheid er uit verdwenen was, en of er vreugde in was gekomen in plaats van smart. Haar handen lagen gevouwen op haat borst en weder kwam een bliksemstraal en deed haar gouden trouwring schitteren. Hardings oogen waren zoo vast op haar gevestigd, dat hij sir Luke een oogenblik niet aanzag maar toen hij een oogenblik daarna de oogen opsloeg tot den heer des huizes, was hij verbaasd het geschokte en ontstelde gezicht van Framley op te merken. Wordt vervolgd. ALKMAAR COURANT II II M

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1918 | | pagina 1