mwBuBmB
E M
erti
^3^
_JL
Central© Keuken.
De gouden sleutel
Damrubriek.
FEUILLETON.
m i
tp
Hi mm
Hondsrd en Twinstigste 'Jaargang.
Zaterdag 2 Maart.
SPIJSLIJST.
„Oorlogstuintjes/'
HP TÈ HP
SU M
K*. SS. ).»18.
WOENSDAG 6 Maart 1918: Aardappe
len' met Wortelen en Uien.
DONDERDAG 7 Maart: Erwtensoep.
VRIJDAG 8 Maart: Aardappelen, met Sa-
voyekool.
ZATERDAG 9 Maart: Aardappelen met
Roodekool.
MAANDAG 11 Maart: Groentensoep met
Vleesch (Rijstsoep)
DINSDAG 12 Maart: Aardappelen met
Zuurkool.
Voor bovenstaande spijzen, moeten telkens
bij het inkoopen der spijsbons, de volgende
distributiebons worden ingeleverd:
Voor Erwtensoep bon 95. Voor Groenten'
soep geen.
Voor.de vier Aardappelgerechten bon 100,
en 1 uit het nieuwe boekje: telkens één bon
vöor twee porties; desverkiezend kan hiervoor
ook bon 99 worden ingewiseld waarop 4
porties kunnen worden ingekocht.
Aan hen, wier inkomen meer dan TWEE
DUIZEND GULDE& bedraagt en dus voor
den verh<*>gden prijs -in aanmerking komen,
wordt nog medegedeeld, dat als maatstaf
wordt aangenomen, het laatst vastgestelde
kohier, van den Hoofdelijken Omslag. Men
verwarre het inkomen niet met het belastbaar
inkomen hetwelk op het belastingbiljet voor
komt, waarbij datgene wat voor noodzakelijk
levensonderhoud is afgetrokken, moet worden
bijgeteld
De Administrateur,
A. OSKAM.
Erwten. Onder de erwten treft men
twee soorten aan, n.l. groene, beter genoemd
éénkleurige, en grauwe. Van beide soorten
bestaan een groot aantal rassen of variëtei
ten. Onder de groene treft men vele rassen
aan, die niet zuiver groen zijn, maar .$vaar
van de kleur meer naar het geel overhelt.
Onder beide soorten vindt men stam- of
kruiperwten, middelhooge en hooggroeiende
rassen. Deze laatste twee moeten aan rijs
worden gekweekt.
Van sommige groene erwten eet men de
geheele vrucht in onrijpen toestand, het zijn
onze peulen, van andere eet men de nog
groene zaden, nl.. van de doperwten; van
een derde groep worden de zaden in rijpen
toestand gegeten. Deze, onze gewone groe
ne erwten, komen vooral voor de teelt op
oorlogruintjs in aanmerking en dan nog
wel de stam- of kruiperwten. Bekende rassen
zijn: de groene kortstamerwt, de kroonerwt
en de schokker. Deze laatste heeft de dikste
zaden, die in ons land voor de consumptie
meestal tot spliterwten worden verwerkt.
Van de vele rassen onder de grauwe erw
ten komen voor onze oorlogstuintjes vooral
in aanmerking de Noordho 1 landsch e kort-
stamerwten, zooals ze b.v. veel in de Waard
en Groetpolder worden verbouwd, terwijl
we voor afscheiding van de terreintjes of
voor luwte heel best kunnen gebruiken een
hooggroeiende capucijner, onder voorwaar
de, dat men over wat rijs beschikt. Dit rijs
wordt aap de noord- en westzijde van het
terrein flink stevig in den grond gezet,
waarna inen aan weerskanten van het rijs,
5 10 cM. daarvan verwijderd, een rij erw
ten zaait. De erwten kunnen bij hoopjes van
2(3 stuks op een afstand van 7 cM. in een
voortje woi'den gelegd, waarna dit voortje
dichtgemaakt wordt.
De planten moeten, als ze een 20 cM.
hoog zijn, worden geholpen, om zich aan
het rijs vast te hechten. Men. doet dit door
ze met een vóór de, planten gespannen draad
tegen het rijs te drukken. Bij hun verderen
groei hechten ze zich met hun ranken zelf
wel aan het rijs. 1 ons erwten is voldoende
yoor een rij van 10 cM. lengte.
De teelt van groene en grauwe stamerw-
ten is al zeer eenvoudig. Men legt de erwten
in voortjes, die een onderlingen afstand van
50 tot 60 cM. hebben. Eerstgenoemde af
stand is voor groene erwten meestal vol
doende. Onderhoudszorgen zijn er weinig
aan deze teelt verbonden; wanneer de plan
ten nog jong zijn, wordt het onkruid tlxs-
schen da rhan zorgvuldig verwijderd an de
grond goed los gehouden dóór hakken of
schoffelen. Erwten, die tegen rijshout groei
en worden met het schoffelen dikwijls "iets
aangeaard.
Het zaaien kan vroeg beginnen, vanaf be
gin Maart tot half April. Zaait men vroeg,
dan'heeft men ook kans op eén vroegen
oogst. Loopt het weer mee en valt de oogst
in 't laatst van juli pf in 't begin van Augus
tus, dan kan de grond nog voor de teelt van
andijvie of boerekool worden gebruikt. Daar
de erwt een voorjaarsgewas is, kan een tus-
schen- of voorteelt van een ander gewas niet
plaats hebben.
Met 1 ons groene erwten kan men een re
gel van 10 M. bezaaien, grauwe erwten zijn
iets zwaarder, in 1 ons gaan van 200-250
stuks; voldoende voor een fegel van 7(8
M. lengte. En hiermede heb ik de gewassen,
waarmede ieder alvast kan beginnen, afge
handeld. De grond dus nu maar spoedig be
werkt en dan aan 't poten en zaaien. Zeer
waarschijnlijk komt het achterterrein aan
den Bergerweg deze week gereed. En nu wil
ik nog met nadruk herhalen een raad, dien
ik ook het vorige jaar heb gegeven, n.l. de
ze: gebruik bij het poten en zaaien steeds
een maatstok en plantlijü, ge voorkomt dan
vele teleurstellingen. Niet alleen komen de
planten bij 't gebruik van deze hulpmiddelen
op den juisten afstand, het tuintje krijgt ook
een veel beter voorkomen. Op het terrein
aan den Bergerweg zal het aanbeveling ver
dienen, de aardappel-, boon- uien- en erw-
tenrijen van oost naar west te laten loopen,
omdat het pad in Noord-zuidelijke richting
ligt. Wilt ge b.v. uw aardappels poten, ver
deel dan door stokjes de oost- en westzijde
van het tuintje in deelen van 45 cM. Span
midden tusschen twee stokjes de lijn over
den gronl en leg hierlangs uw aardappelen
op een onderlingen afstand van 40 45 cM.
Zijt ge van plan pootuien met bruine boo-
rien te combineeren, verdeel dan bovenge
noemde rijen op dezelfde wijze in deelen
van 50 cM., span de lijn tusschen twee te
gen elkaar overstaande stokjes en poot hier
langs de uienplantjes op afstanden van 15
20 cM. Half Mei ongeveer worden midden
tusschen de uienrijen langs de lijn de brui
ne boonen gelegd, zooals in een vorig arti
kel is aangegeven.
naar hot Engelsch
door L. G. MOBERLEY.
13)
HOOFDSTUK VI.
Het „Klooster".
„Ik hoor dat u zoo vriendelijk was giste
ren de zorg op u te nemen van een ver
dwaald kindje. Is er nog niemand komen op
dagen om het op te eischen
Mr. Redburn stond tegenover Tony Dun
bar en bestraalde den jongen man met zijn
breeden,. omvangrijken glimlach.
„Tot dusver is er nog niemand gekomen,"
antwoordde Tony; het kleine ding is zeker
weggeloopen van de kindermeid, en toch kan
men moeilijk aannemen, dat zulk een kind
ver heeft kunnen loopen. Ik heb de zaak da
delijk bij de politie in handen gegeven en
zónder twijfel zal de familie wel spoedig
voor den dag komen. In dien tusschentijd
worden mijn tante en ik bepaald dol op het
vroolijke kleine ding."
„Is uw tante vanavond ook hier?" De mil-
lionnair keek met dwalenden blik de groote
ontvangkamer rond1 vol menschen, die hem
bijna allen onbekend waren. „Het is wel een
dwaas gevoel om zoo weinig van zijn gasten
zelfs van aanzien te kennen."
„Mijn tante was ongelukkig niet in de ge-
Met dank voor de ontvangen opl. van
möbleem nb. 483 (auteur P. Kleute Jr., den
daag).
Stand.
Zw. 2, 6, 8, 9, 10, 13, 19, 23, 25, 30, dam
op 35.
W. 11, 16, 28, 32, 33, 36, 37, 38, 39, 44, 49,
50.
Oplossing.
1. 36—31
2. 39—34
50—45
4. 33—29
5. 29 18
6. 4944
7. 37—31
8. 32 5
9. 5:211
Goede oplossingen ontvingen wij van 1 de
heeren
M. Beers, R. W. T. Bosman, D. de Boer,
P. Dekker, D. Gerling, J. Houtkooper, J. K.
te Alkmaar, H. E. Lantinga, Haaflem, J. K.
P. Dirkse te.Alkmaar. (Vergelijk s.v.p. met
opl. in deze rubriek).
COMBINATIES,
Van den heer Kleute ontvingen wij weer
eenige interessante slagzetten, die men niet
mag verzuimen even te zoeken of na te spe
len.
6 :J7
2. 30 39
3. 39 50
4. 50 36
13 :22
6. 35 49
7. 36 27
49 27 (de beste).
5.
8
zondere slagwending: (hetzelfde grondidée
vonden wij in één dei: slagzetten van Weiss).
43—38 1. 12 21
37—31 2. 36 27
29—24 3. 19 30
4. 34—29 4. 23:43
38:49 fr. 27:29
25: 51
(Wij laten hier even den bedoelden stand
van Weiss volgen uit fien partij tegen Ottina:
Zwart: 5, 6, 8, 10, 13, 18, 19, 21, 22, 23, 36.
Wit: 24, 25, 32, 33, 37/40, 45, 46, 47.
Wit speelde: 40—34, 37—31, 34 29, 38:49
en 25 31
De tweede combinatie uitgevoerd tegen
Sprengler is heel mooi.
Zwart: 2, 4, 6/14, 19, 24, 26.
Wit: 22, 23, 27, 28. 32/35, 37, 38, 40/43,
45.
Wit won door:
1. 23—18 1. 12:23
2. 34—29 2. 23 34
3. 40 20 3. 14 25
4. 35—30 4. 25 34
5. 33—29 5. 34 23
27—21 6. 26 17
7. 32—27 7. 23 21
8. 28—33 8. 17:28'
32 1-
Voor beginners:
Wij gaven vorige week de volgende stan
den:
XVII. Zwart: 2, 8, 15, 16, 18, 19, 23, 24,
25.
Wit: 27, 30, 35, 36, 37, 39, 40, 43,
45.
Wit behaalt voordeel door 3731, 40:20,
27—21, 31 13!
XVIII. Zwart: 16, en dammen op 2 en 36.
Wit: 14, 20, 24, 35, 46.
Wit wint door 4641, 14—10 en 20—15!
Goede oplossingen ontvangen van:
Nieuwe opgaven.
XIX. Zwart: 13, 14, 16, 19, 23, 24, 39.
Wit: 28, 32, 33, 37, 38, 41, 44, 49.
XX. Zwart: 5, 8, 10, 15, 20, 26, 28.
Wit: 30, 34, 35, 37, 42, 48.
Wit speelt en wint!
Ter oplossing voor deze, week:
PROBLEEM 484,
van J. v. GEEMEN, Alkmaar
Wm SMS Hl y
1 'ïtÊ.
Zwart: 2, 6, 10, 11, 13, 14, 16/19, 21, 23,
24 25 29.
Wit': 26, 27, 28, 32, 34/38, 40, 42, 43, 45,
47, 49.
Oplossingen vóór of op 7 Maart, bureau
van dit Blad.
Zwaart: 8, 9, 10, 12, 13, 18, 19, 23, 36.
Witt: 17, 25, 29, 32, 33, 34, 37, 39, 43.
Wit kan hier winnen door de volgende bij-
tegenheid om te komen", zei Tony, met een
gevoel van warmte voor den gastvrijen man,
die zoo weinig aanmatigend was, zoo ver
langend dat allen, die bij hem kwamen in
zijn huis, zich zouden amuseeren en royaal
onthaald worden. „U heeft van avond een
groot gezelschap bijeen."
„Ja, dat doet mij genoegen, ik voel mij
verheugd en trotsch. John Redburn wreef
zich in de handen cn zag den schilder stra
lend aan. „Ik had mij voorgenomen een
groqte partij te geven zoodra net huis klaar
was en mijn vrouw was het niet mijn
plannen eens. Ja, weet u,"- hiji sprak wat
zachter en op meer vertrouwelijken toon, „ik
kan dat wel aan u zeggen, u is er een die
mij wel begrijpen zal, ik geef mij niet uit
goed op de hoogte te zijn van de manieren
in de hooge kringen. Ik ben mijn heele le
ven een werkman geweest, ik heb een zaak
in 't leven geroepen, die veel succes gehad
heeft, en nu wil ik wat menschen zien en an
deren een pleiziertje aandoen, zien dat zij
zich amuseeeren en toen dacht ik, wij moes
ten beginnen met een inwijdingsfeest hier in
huis."
„U zult veel succes hebben met uw inwij
dingsfeest," antwoordde Tony hartelijk, „en
sapperloot, dit is een huis dat de moeite
waart is in te wijden ook" voegde hij er bij,
met al de geestdrift van zijn kunstenaars
ziel; „Ik heb nooit in mijn leven volmaak
ter werk gezien dan hier is verricht. Er is
geen enkele wanklank waar dan ook. U heeft
net antieke behouden en toch op een won
derbare wijze met het moderne vereenigd.
Er is geen ander woord voor. Het is won-
STADSNIEUWS.
ARRONDISSEMENTS-RECHTBANK
Zitting van 26'Februari.
DIEFSTAL VAN ERWTENSTROO.
De loonploeger C. v. d. Oord te Groote
broek had in Augustus 1917 van den land
bouwer Jan Bakker gekocht een partij erw-
tenstroo, wat stond op het land van J. Bak
ker onder Bovenkarspel.
Toen hij echter intijds het stroo zou ha
len bleek.het reeds verdwenen en In het be
zit te zijn* van den veehouder Com. R. te Bo
venkarspel.
Ter zake in dit feit stond Com. R. thdns
terecht, die beweerde, dit stroo te hebben
gekocht door tusschenkomst van Piet Bak
ker, denb roeder van Jan. va nwiea v. d.
Oord het erwtenstroo zou hebben gekocht.
J?a Bakker, zwager van C. v. d. Oord,
verklaarde het stroo aan laatstgen. te heb
ben verkocht voor 20.
Hij heeft het niet aan bekl. R. verkocht
door tusschenkomst van zijn broeder Piét.
Beklaagde beroept zich op 't gebruik dat
getuige B. hepi gezegd heeft: „Tiet is te
koop", wat naar zijn meening inhield
de stilzwijgende overeenkomst dat hij het
stroo zou hebben gekocht.
Pf Bakker, getuige a decharge, verklaart
dat bekl. begin Juli hem had gevraagd of
het erwtenstroo al verkocht was en of hij
dat eens aan zijn broeder Jan zou vragen.
Het stroo was toen nog niet verkocht
Getuige a decharge weet overigens niets,
meer van de zaak en verklaart er geheel
buiten te staan.
Op de vraag van mr. Offers, verdediger in
dit weinig beduidende zaakje of getuige aan
bekl. zou hebben gezegd, dat hij het stroo
kon krijgen, antwoort getuige „Neen!" N
De officier noemt het feit niet al te ernstig
en wil het feit uitgeboet zien met 100 boe
te subs. 20 dagen" hechtenis.
Mr Offers meent dat dit geen zaak is, die
in het openbaar moet worden behandeld.
Het is een zaak van burg. recht.
De Rechter-Commissaris had in zijn ca
baret deze menschen bij elkander moeten
brengen. Deze man is geen- dief van erwten
stroo.
Hij staat gunstig bekend. De man meende
dat hij het stroo had gekocht en heeft het
eenvoudig weggehaald, het niet noodig ach
tend, er den eigeüaar mee in kennis te stel
len.
PL concludeerde, dat hier geen en opzet
telijke toeeigehing heeft plaats gehad .en
vraagt vrijspraak.
Bekl. reikt een bewijs van goed gedrag
aan den president over, die belooft het bij
de stukken te zullen leggen.
MISHANDELING.
De kaasmakersknecht L. Groenink is mis
handeld geworden door den los werkman
Piet H., die hem in den nacht van 9 op 10
Dec. een slag heeft gegeven met een' lantaarn
op het hoofd.
Het feit is gebeurd in de herberg van den
vader van beklaagde aan'den Keinsmerbrug
te Zijpe.
Beklaagde erkent het feit, maar zegt, dat
hij door getuige is lastig gevallen
Eisch 20 boete subs. 19 dagen hechtenis
BELEEDIGING VAN EEN
POLITIE-AGENT.
Zonder eefrige aanleiding voegde, in den
nacht van 26 Dec. de timmerman Picter D
den agent v. politie Stoorvogel iü de Lan-
gestraat te Alkmaar eenige belecdigei
woorden* toe.
Voor welk feit het O. M. thans 20 boete
subs. 10 dagen hechtenis vorderde.
HOOGER BEROEP TEGEN VRIJSPRE
KEND VONNIS IN' ZAKE OVERTRE
DING DER GEMEENTELIJKE VEROR
DENING OP DEN BAKKERS-
ACl ITARBÏ ;r-
Onze stadgenoot, de bakker Bote R.,
stond heden terecht in hooger beroep we
gens overtreding van de bekende plaatselijke
verordening op den bakkersnachtarbeid.
Door den Kantonrechter te Alkmaar was
hij van het feit vrijgesproken, doch de ambte
naar van het O. M. was tegen deze beslis
sing in appel gekomen Beklaagde erkende
het feit, dat hij ais hoofd van het bedrij:
arbeid vóór het gestelde uur heeft doen ver
richten.
Doch beklaagde 'wijst tevens op het hin
derliike van deze verordening waardoor b.v
een k>i er die onder de genu - n te Heiloo
woon* aan den rijksstraatweg deze arbeid is
toe;.: staan, terwijl hij bij den bakker die on
der" de gemeente Alkmaar woont, dit wordt
verboden.
Beklaagde meent, dat een dergelijke wet
niet een plaatselijke, maar een rijkswet moest
zijn.
De officier,van justitie is van meening, dat
't vrijsprekend vonnis vernietigd moet wor
den. Z.Ed. acht iedere gemeenteverordening
bindend, zoolang ze niet in hoogste instantie
vernietigd is geworden en eischt, opnieuw
rechtdoende bekl. te veroordeelen tot
boete subs. 2 dagen hechtenis.
M ELKVERV ALSCHINO.
De melksilijtster Tetje de R., hoisvr. de H
staat terecht dat zij te Helder op 8 Novem
ber heeft afgeleverd een hoeveelheid melk,
die, zooals later na gehouden onderzoek, in
ruime mate met water was vervalscht, heeft
fgui-ii iii'ivn
derbaar."
Een behagelijke uitdrukking verheiderde
het eerlijke gezicht van den millionnair.
„Wel, wel, ik ben edit blij u dat te hoogen
zeggen, riep hij uit, „u is schilder en wat
U zegt is dus des te prettiger te hooren Ik
het Klooster kocht, dat wij oppassen «noes
ten er iets aan te bederven. Ik heb zelf geen
vtrsiand van die dingen; dat beweer ik ook
niet. Ik heb geen tijd gehad mij met zulke
zaken te bemoeien of er studie van te ma
ken. Ik heb veel te lang eenvoudig, practiscli
werk Verricht/om in slaat tc wezen mijn
geest tc bepalen bij hetgeen' u moogt noe
men de tot versiering dienende zijde van het
léven."
„U heeft wonderbaar succes gehad met de
verbouwing van deze plaats,"" zei Tony met
den glimlach, die zulk een bekoorlijkheid
gaf aan zijn gezicht.
„Ik heb mij de moeite gegeven den aller-
besten man te vinden om het werk op zich
te nemen en gaf hem vrijheid om op de bes
te manier uit te voeren," antwoordde mijn
heer Redburn kalm. „Ik zeg u hoe het staat".
Zijn stem werd weer vertrouwelijk. „Ik wil
niet beweren, niet heel goed te weten dat ik
zelf een nieuweling ben een self-made
man, en ik schaam mij niet dat te wezen en
het te erkennen en ik had de gril noem
het een dwaze gril als u wilt, fnaar ik had
lust in een oud huis te gaan wonen, een
huis dat geslachten van menschen van edele
geboorte had zien leven en konten en gaan.
Ik had de gril in zulk een huis te willen
wonen en daarom heb ik het Klooster ge
kocht."
heeft afgeleverd aan een 7-jartg meisje.
Door den melkcontroleur jongeman» is
deze melk in beslag genomen als mede een
door hem ten huize van beklaagde genomen
staünonster.
Bekl. erkent water in de melk te hebben
gedaan, doch zij zegt die melk te hebben
verkocht voor papmelk. Ze bedoelt can
broodpap z.g. sop te bereiden.
Zé heeft echter verzuimd om het kind te
zeggen, dat ze melk afleverde waar water bij
gevoegd was en op grond van dit verzuim,
wordt ze door den officier - schuldig be
schouwd en tegen haar 1 week gev. straf ge
vorderd, onder aanneming van verzachtende
omstandigheden.
ERNSTIG VERZET TEGEN JACHT-
OPZIENER.
In den avond van 7 November werden een
tweetal wildstroopers de landbouwer Bart
D. en de dijkwerker Willem V., in het jacht
veld xonderSt.-Maartensvlotbrug, terwijl zit
met een paar andere personen stroopten met
behulp van de z.g. lichtbak, overvallen
door den jachtopzieners Thomas en Pols.
De stroopers hadden te voren reeds afge
sproken om, indien zij gesnapt zouden wor
den, niet te vluchten, maar stand te houden.
Ze hielden zich aan deze afspraak en
trachtten den jachtopziener van zich af te
ouden door hun geweren op hen gericht te
houden.
Ook de jachtopzieners richtten hun gewe
ren op de stroopers en door jachtopziener
Thomas werd een schot in de lucht gelost.
De geweren van de jachtopzieners ge
raakten echter onklaar en daarom moesten
ze zich terugtrekken.
De twee voormelde stroopers stonden nu
wegens dit verzet terecht, alleen bekl. D.
was verschenen.
Mr. Prins stond hen bij als raadsman en
verdediger. v
Bekl. D. beweerde, dat van hun kant niet
is geschoten, wel heeft hij het geweer op
ten gericht, (naar niet in aanleg, doch met
ruststand.
Getuige jachtopziener Pols beweerde ech
ter dat het geweer wel degelijk in aanslag
was aangelegd. Hij zelf had ook zijn geweer
aldus aangelegd en werkelijk afgetrokken,
maar zijn geweer zat vast en weigerde ge
lukkig, zegt getuige.
Getuige viel eerst en toen zag hij, dat de
eene. strooper het licht van de lantaarn op
hem liet vallen en de andere het geweer op
tem aanlag.
Getuige noemt hetgeen is gebeurd een
ernstig optreden.
Getuige heeft bekl. D. niet herkend. Het
sterke schijnsel der lantaarn verblindde hem.
Getuige Arie v. d. Vlies, die ook behoorde
tot het stroopersgezelschap, scheen nu an
ders te verklaren dan bij den rechter-com-
missaris en kwam daardoor in conflict met
den president, maar bet had gelukkig voor
v. d V. geen verdere gevolgen.
Deze getuige als wel beklaagde verklaar
de dat Pols neeft geschoten en niet Tho
mas.
Pols zegt ik heb n'et geschoten.
De officier v. justitie acht de ten laste leg
ging, ook bedreiging met geweld, volkomen
bewezen en eischt voor dit ernstige feit een
strenge straf en well veroordeeling van ieder
der beklagden tpt 8 mander. gevangenisstraf.
Mr. Prins valt de dagvaarding aan, die
maar al te zeer den indruk maakt, dat de
helle: b cltuldigdc gaarne op een of an
dere wijze veroordeeld zou zien.
Verdediger wijst er op, dat de jachtop
zieners verzuimd hebben zich kenbaar te
maken Daardoor vervalt het ten laste ge
legde verzet tegen ambtenaren. Bekl. wisten
uiet dat het ambtenaren waren.
Pleiter ontkent voorts dat zij'waren ambte
naren in de rechtmatige uitoefening hunner
bediening.
Het staat vast uit hun eigen getuigenis,
dat ze nog niets hadden verricht, waaruit
de rechtmatige uitoefening bleek.
Ook acht pleiter niet volkomen bewezen,
dat zij het geweer in de onmiddellijke nabij
heid van den jachtopzieners op dezen heb
ben gericht.
Verdediger vond het vreemd, dat de getui
gen wel hebben gezien op 5 meter afstand
de stand van het geweer maar niet het ge
laat van den -chutter, waaruit men mag
concludeeren, dat deze verklaringen aange
vochten kunnen worden.
Pleiter memoreert nog verschillende z.i.
zwakke posten in het gedrag en een en ander
resumeerende, komt hij tot de conclusie, dat
beide ten laste gelegde feiten niet zijn bewe
zen.
Ten slofte zegt pleiter zich ook met de
strafmaat niet te kunnen vereenigen en ver
zocht, indien tóch mocht worden veroordeeld
in voorw. straf. -
Tony kreeg een wargi gevoel voor den
grooten man met het vriendelijke, eerlijke
gezicht en den ruwen vorm en hij keek zijn
gastheer aan met een blik, die een sympathiek
begrijpen uitdrukte.
?,lk geloof dat ik ook zooiets voelen zou,"
zei liij. „Als ik bij madile was'een antiek
huis te koopen, zou ik ti een kazen waarin
géslacliten beschaafde mannen en vrouwen
hadden geleefd en waren gestorven en een
beschaafde atmosfeer hadden achtergela
ten."
„Jo, waarom begraaf je je zelf in dat
hoekje van de kamer, terwijl er douarières
wachten op een cavalier om mee te soupee-
ren Met die -woorden stoorde Hilde Red
burn hun gesprek en Hilda zelve, een prach
tig vizioen van glanzend wit en schitterende
diamanten, stond tusschen de twee mannen
in en zag haar echtgenoot aan met een on-
geduldigen, om niet te zeggen bitsen blik.
En Tony, de uitdrukking van vereering en
bewondering ziende in de oogen van haar
man, waarmee hij haar aanzag, voelde zijn
hart een weinig samenkrimpen.
„Zij1 is zoo schoon als de dag en zoo koud
als een ijskegel'', dacht hij, „en die goede,
oude vent, aanbidt den grond dien zij be
treedt en zij is een zijn aanbidding geen zier
waard. Maar wat een prachtig schilderstuk
zou er van haar te maken zijn 1"
Het is mogelijk dat het slot van deze over
denking zich door telepathie aan den milli
onnair meedeelde, want deze wendde zich
tot hem met een eensklaps stralend gezicht.
„Goede hemel!" riep hij uit, „daar valt
mij wat in. Ja lieve, ja, ik zal de douairières
niet vergeten. Hij glimlachte Hilda loe, die
gemelijk de wenkbrauwen fropste. „Maar er
is mij juist Iets Ingevallen. Mr. Dunbar is
schilder, weet je, wij moesten samen eens
een bezoek bij hem gaan brengen op zijn ate
lier en hem vragen ons zijn laatste portret
ten te laten kijken, Ik wou een portret van
mijn vrouw hebben om hier in huis op te
hangen, mijnheer Dunbar, en wanneer het
voor mijn -Vrouw is, komt het keld er niet op
aan. Als ze het dus goed vindt dat u een
portret van haar schildert, dan hoeven we
niet anders te doen dan de afspraak te ma
ken en den prijs te bepalen.
Hilda's ontevreden uitdrukking nam toe.
Zij had nog niet geleerd en zou waarschijn
lijk nooit leeren, den eenvoud waarmee haar
man de zaken opnam te begrijpen; en even
min had zij in het minst het feit begrepen
dat hij genoot van zijn ontzettenden rijkdom,
van alles waartoe die rijkdom hem in staat
stelde, evenals een kind geniet van een nieuw
boeiend stuk speelgoed. Zij was met hem ge
trouwd ter wille van dien rijkdom, zij was
zeer bereidwillig alles van hem aan te ne
men waartoe zijn rijkdom hem Lu staat stel
de haar mee te overladen, maar zij deed geen
enkele poging de goedheid en oprechtheid
te begrijpen, die onder de oppervlakte lag
welke de fijne beschaving miste. Zoo ver
achtte haar hart, of wat zij haar hart noem
de, den man die haar liefhad; zij ergerde
zich over wat zij noemde zijn platheid; da
echtheid en eenvoud, die daar achter ver
borgen was> zag ze niet of wilde ze niet
of wilde ze niet zien.
Wordt vervolgd
nl
mA
'J7T/7SA 'WfJviA 'wm/a