DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Ds toepassing der biurapzegglRgsvet.
De gouden sleutel
i
No. 60
Honderd en twinstigste Jaargang
1918
- 12 MAART.
De stryd in en
buiten Euyopa.
FEUILLJBTÜM.
Abonnementsprlis bli voornltbetailng p. 3 maanden 11.85, Ir. p.
DINSDAG
post 11.90. Bewijsnummers 5 et Adïartentleprlls 15 et p. regel, grootere letters naar plaatsruimte. Br. (r. H.I. Boek- en Handelsdrukkerij Herms. Coster ft Zn., ?oordam C 9. Tel. 3.
Nu in het Oosten het laatste tooneel van
het groote Russische drama wordt afge
speeld, een tooneel, dat, weinig verrassingen
meer brengen kanj wenden de neutrale toe
schouwers meer en meer den blik/naar het
Westen waar de grootste worsteling, welke
Europa ooit aanschouwd heeft binnen af-
zienbaren tijd een aanvang zal nemen.
Er zijn na drie en een half jaar strijd, ook
in de oorlogvoerende rijken zelf, zeer weini
gen, die in den komenden strijd in het Wes
ten iets anders dan een noodzakelijke actie
tot zelfverdediging zien.
De frischer fröhlicher krieg heelt plaats
gemaakt voor een strijd om het bestaan.
Wanneer wellicht binnen weinig dagen de
keurtroepen van Duitschland, Frankrijk en
Engeland om de overwinning zullen strijden
dan gebeurt dit met de zekerheid, dat slechts
de overwinnaar de macht zal bezitten, zijn
wil in Europa de hoogste wet te doen zijn.
En dit bedenkende, moet het ieder onbe
vooroordeelde wel duidelijk zijn, dat deze
strijd nimmer tot een duurzamen vrede zal
kunnen leiden.
Want een duurzame vrede berust op een
onderlinge waardeering van elkanders goede
eigenschappen en een vrede die een zelfbe
wuste natie door een sterkeren buurstaat
wordt afgedwongen, kan niet anders dan de
kiem van nieuwe oorlogen in zich dragen.
Geen staat, hoe klein ook, of het volk
heeft zijn geboortegrond lief, het voelt zich
door eenzelfde geschiedenis, een zelfde vor
stenhuis en gemeenschappelijke belangen een
eenheid en het offert gaarne goed en bloed
om het vaderlandsche erf tegen een indrin
genden vijand te verdedigen.
Nog is het recht van den sterkste toet
hoogste recht, nog kan geen macht ter we
reld een staat de vernedering besparen als
een overwinnende1'vijand hem tot onderteeke-
ning van een door hem gedicteerden vrede
dwingt.
Maar in het volk, d!at die vernedering on-
dergaa, blijft de haat tegen den overwel
diger, een haat die groeit naarmate de ver
nedering dieper gevoeld wordt.
De machtige staten, d'ie nu in het Westen
den grond met het bloed van millioeenen
hunner beste zonen zuilen drenken, strijden
slechts voor een tijdelijk succes en bedenken
niet, dat de overwinnaar van heden, wanneer
de ter neer geworpen1 tegenstander zich her
steld zal hebben, de overwonnene van mor
gen kan zijn.
Een duurzame vrede kan wellicht bereikt
worden wanneer van dit oogenblik af de
oorlog tegen den oorlog gepredikt wordt
en de tot blinde haat opgezweepte volkeren
het besef wordt bijgebracht, dat alle men-
schen gelijke rechten op leven efi welvaart
hebben.
Maar zoolang het recht van den sterkste
het hoogste recht is, zoo lang het land met
de beste kanonnen zijn wil tot wet kan ver
heven zien, zoolang zal de strijd om de
macht voortduren en iedere oorlog, de oor
zaak van nog ingrijpender vernietigingsac
tie zijn.
Wij menschen, die in ons hart den drang
tot hulpverleening en naastenliefde gevoe
len, kunnen het slechts betreuren, dat na
twintig eeuwen Christendom in de vrucht
baarste en zoogenaamd beschaafdste stre
ken van Europa de Vlammen van den oor-
logslakkef de monumenten van wetenschap
en kunst vernietigen en, de moordende pro
jectielen duizenden jonge mannen neerwer
pen, wier arbeid tot verbetering van het be
staande, zulke rijpe vruchten had kunnen
dragen.
Volgens den Washingtonschen correspon
dent van de New-York World is het nu zie
ker, dat sterke Japansehe strijdkrachten naar
Siberië en Noordelijk Mantsijoerije zullen
worden gezonden.
Zij zullen waarschijnlijk vergezeld yor-
den dooi een Russische divisie, samenge
steld uit soldaten, die de Geallieerdten vrien
delijk gezind zijn en onder leiding van Prins
Lvcf staan.
Er zijn reeds officieren aangewezen, die
de Chineesche divisies zullen commandee-
rén, welke zich bij de Japanners zullen aan
sluiten.
Daarentegen verneemt de Morning Post
weer uit Tientsin, dat de toestand in China
zoo verward en het rijk zelf zoo verdeeld is,
dat er geen uitzicht is op een effectieve sa
menwerking van China en Japan in Siberië.
Zondagnacht is Napels voor een bomaan
val aan de beurt gekomen. Volgens een tele
gram uit Rome troffen de bommen bijna al
leen woonwijken en werd geen militaire
schade aangericht
Onder de burgefbevolking zijn weer eeni-
ge slachtoffers gevallen.
Ook Parijs heeft gisteravond weer een
aanval te verduren gehad. Om negen uur
werden 60 vliegtuigen waargenomen, die tal
van bommen op Parijs en de voorsteden
wierpen. Verscheidene gebouwen werden
vernield. Een vliegtuig werd neergeschoten
en de inzittenden, gevangen genomen.
In Finland is het nog allesbehalve rustig
Naar uit Stockholm wordt gemeld, nemen de
bloedige daden der roode gardeniers dade
lijks toe en worden in de straten nog ver
scheidene burgers doodgeschoten. Vooral
geestelijken en eigenaars van landgoederen
staan thans aan een vervolging bloot. Ge
lukkig schijnt het schrikbewind der Roode
Garde thans spoedig een einde te zullen ne
men.
li
Dat men bij het afdeelingsonderzoék In de
Tweede Kamer ook voor dte rechten van ver
huurders opkwam ia begrijpelijk.
Men wees er op, dat ook de verhuurders
den druk der tijden ondervinden en dat voor
velen de huur hunner huizen de eenige bron
van inkomsten is.
Daartegenover werd de noodzakelijkheid
ingezien bij den tegenwoordigen huizennood
de huurders te beschermen' tegen de wille
keur van de eigenaren hunner woning.
Bij haar memorie van antwoord heeft de
regeering dezer dagen een gewijzigd wetsont
werp met verschillende aanvullingen inge
diend. v
Allereerst is vastgesteld, dat het ontwerp,
zoo het aangenomen mocht worden, opzeggin
gen tegen 1 Mei a.s. reeds aan de beslissing
van den kantonrechter zal onderwerpen, wel
ke toezegging voor vele in hoop en vreeze le
vende huurders een groote geruststelling zal
beteekenen.
Verder wordt in de memorie van antwoord
bepaald, dat een huurder, die vóór de indie
ning van het ontwerp vrijwillig de huur van
zijn woning opzegde omdat hijr 'm nieuwe wo
ning wilde betrekken', doch wien dit niet mo
gelijk blijkt omdat de huurders van die wo
ning eveneens de tusschenkomst van dm kan
tonrechter inriepen om hun pand te kunnen
blijven' bewonen, zijn huuropzegging nog
door den kantonrechter ongeldig kan doen
verklaren.
In verband met het verzoek van de huur
ders zijner nieuwe woning, krijgt hij een week
langer tijld tot het indienen van zijn verzoek
schrift.
Het geval kan zich voordoen, dat een ver
huurder, die zijn huurovereenkomst door deze
wet ongeldig verklaard ziet, van dien huurder
vergoeding voor geleden schade eischt.
Deze. vergoeding behoeft niet betaald te
worden, daar de wet uitdrukkelijk consta
teert, dat hier een' geval van ovennacht aan
wezig is.
Wordt de huurder dloor het eindigen der
huur in ernstiger mate in zijn belangen ge
schaad dan de verhuurder en dan zij, die
reeds te goeder trouw de huur van zijn wo
ning overgenomen hadden, dan zal de Kan
tonrechter in den regel op aanvrage van den'
huurder de huuropzegging nietig verklaren.
Hier wordt dus den kantonrechter een
groote mate van vrijheid gelaten. Hij kan
elk geval op zich zelf beschouwen en reke
ning houden met personen en plaatselijke toe
standen. Voornamelijk de woningnood ter
plaatse zal op de beslissing van den kanton
rechter grooten invloed kunnen uitoefenen.
In hare memorie van antwoord zet de re
geering nog duidelijker dan in het oorspron
kelijke ontweip uiteen hoe naar haar oordeel
de kantonrechter zal moeten handelen wan
neer een huiseigenaar een huurovereenkomst
opzegt omdat hij zelf zijn huis wil bewonen,
Zijn er ter plaatse voldoende woningen be
schikbaar dan is er geen enkele reden waar
om de huurder het pand' zou blijven bewonen
en dus den huiseigenaar het wonen in zijn
eigen pand onmogelijk zou maken.Voor 't ove
rige mag voor zelf-bewoning van zijn tot dus
ver verhuurd huis den eigenaar slechts het
recht gegeven worden de huur op te zeggen
wanneer hij of een' zijner bloedverwanten ver-
naar h«i Eogelacfa
duw L O. MOÖEWUEY.
21)
„O, hoe droevig-" riep Hilary. „Is dat
huis in de Duinen bepaald voor zenuwzie
ken?"
„Ik weet niet, waar bet voor is, ik haat
die inrichting antwoordde juffrouw Dunbar
bepaald boosaardig. „Ik moet je zeggen, het
deed mij huiveren toen ik er naar toe ging.
Ik moest gaan, omdat Miss Driver mij een
bezoek kwam brengen toen Tony en ik pas
hier waren, de atmosfeer van het huis zelfs
stemde mij onaangenaam en somber. Ik be-
kleegd de zenuwpatiënten-"
„En moet de kleine Babs daar naar toe
om haar moeder op te zoeken?"
„Ja. Haar vader heeft haar expres in de
nabijheid ondergebracht omdat ze dicht bij
Haar moeder zou zijn en haar nu en dan zou
kunnen zien. Hij heeft ons verzocht haar nu
en dan naar de inrichting te laten gaan en ik
heb dien ongelukkigen dag aldoor uiltkestëld.
Ik heb een hekel aan dat buis."
„Dat is dus iets waar ik voor dienen*
kan," antwoordde Hilary opgewekt. „U moet
van mij gebruik maken. Zoodra ik bij u
kwam heb ik u gezegd dat ik u zoo graag
ergens mee van dienst wou zijn en nu iB de
gelegenheid gekomen."
„Alsof je je niet steeds nuttig maakt-"
Alice Dunbar zag het jonge meisje bepaald
vol genegenheid aan, dat haar oogen, die
zoo weinig van dat alles bezaten schenen
over te vloeien van levenskracht en liefheb
bende riendelijkheid. .Je doet steeds iets
oor andere menschen."
„Laat mij dan nog Iets meer doen," zei
Hilary. „Laat mij het kind naar haar moeder
brengen. Ik weet zeker dat dat huis mij niets
schelen kan. Ik- geloof niet dat ik heel gevoe
lig ben voor de een ol andere atmosfeer."
„Omdat je zulk een heerlijke atmosfeer met
en om je heen verspreidt," antwoordde juf
frouw Dunbar met ongewoon vuur. „Ik heb
eens een lezing gehoord, de spreker zei dat
ieder zijn of haar atmosfeer met zich mee
voerde en rondom zich verspreidde. En dat
sommige menschen vreugde brachten en an
deren net tegenovergestelde. Ik beschouw
jou als een van die vreugdeverspreidens!"
Een blos kleurde Hilary's wangen.
„01 hoe aardig dat tegen mij te zeggen",
riep zij uit, „ik wou dat het waar was. Wat
zou ik graag overal vreugde verspreiden 1"
„Het is waar," was het nadrukkelijke ant
woord, „je bent een zonnige persoonlijkheid,
je haar is net zonneschijn.
„U zult mijn hoofd op hol brengen als u
zooveel lieve dingen tegen mij, zegt," riep
Hilary lachend. Maar toe, laat mij Babs naar
de ziekeninrichting brengen. Dat is een prac-
tisch werkje, dat ik heel goed doen kan.'
En ofschoon juffrouw Dunbar aarzeldte
dit voorstel aan te nemen, Hilary wou niet
tegengesproken worden; en den volgenden
plicht is ter plaatse te komen wonen en geen
andere woning beschikbaar is.
Hierdoor wordt dus voorkomen, dat een
huiseigenaar, die geen huuropdrijiving be
oogt, het slachtoffer der omstandigheden zou
worden wanneer hij noodgedwongen de huur
overeenkomst wenseht te doen eindigen.
In de men\orie van antwoord is vastgesteld,
dat de kantonrechter voor het vaststellen van
dm huurprijs van woningen, welke onder de
Huurcommissiewet vallen, rekening moet hou
den met de door die wet vastgestelde prijzen.
De beslissing van den kantonrechter zal gel
den' als ware zij gegeven op een beroep van
een uitspraak der huurcommissie.
De kantonrechter heeft bij de regeling der.be
langen van huurders en verhuurders zooveel
mogelijk naar behoud van hetgeen tusschen
partijen overeengekomen' is te streven.
Alle na 31 December 1917 tusschen huur
ders en verhuurders gemaakte overeenkom
sten, die tegen de wet ingaan, worden ongel
dig verklaard.
De Commissie van Rapporteurs schijnt
eenige wijzigingen- voorgesteld te hebben1 ten
aanzien van de Huurcommissiewet, zoodat
deze eveneens op alle woningen van toepas
sing zou zijn. Naar het gevoelen' der commis
sie iou dit er zeker toe kunnen bijdragen, den
misstand, dien de Huuropzeggingswet wil
bestrijden, tegen te gaan.
Voorts deed zich de vraag voor, of bij de
verruiming en de toepassing der Huurcom
missiewet de datum van 1 Januari 1916 ook
zal kunnen gehandhaafd worden voor de wo
ningen, ten aanzien waarvan de Huurcom
missiewet eerst door het in werking treden der
Huuropzeggingswet van toepassing wordt.
De commissie van rapporteurs is van gevoe
len, dat het aanbeveling verdient daarvoor
den datum van 1 Januari 1918 te stellen.
Verder strékken eenige amendementen er
toe om, wanneer dé Huurcommissiewet wordt
uitgebreid, in eersten aanleg ook aan de
huurcommissies de werkzaamheden der
Huuropzeggingswet op te dragen. Het wordt
wenschelijk geacht, dat zoowel de beslissingen
omtrent de huurprijzen als omtrent de huur-
opzeggingen en huurbeëindigingen aan de
zelfde colleges, d.i. aan de huurcommissies
worden opgedragen.
Van de uitspraken der huurcommissies
staat ingevolge de Huurcommissiewet beroep
open op de kantonrechters. Dit zal daarom
ook behooren te gelden voor huuropzeggings-
zaket' ;.n eerstea aanleg bij de huurcommis
sies aangebracht. Aan de spoedige werking
der bepalingen van de Huuropzeggingswet
zal het geven van recht van beroep niet scha
den, omdat volgens het amendement de op
zegging krachteloos zal zijn en de overeen
komst zal worden bestendigd totdat omtrent
des huurders verzoek bij einduitspraak is be
slist.
Vrijdagavond heeft de Haagsche huurders-
bond de regeering telegrafisch hulde gebracht
voor haar ingrijpen in den woningnood. De
bond vroeg echter nog krasser maatregelen
en verzocht den burgemeester verbouwings
verbod' voor speculatieve verandering aan
huizen, daar het meermalen vooitomt, dat
huiseigenaren met uitzetting dreigen onder
voorgeven noodzakelijke reparaties aan de
woningen te moeten verrichten.
Dat dit wetsontwerp, dat evenals vele cri-
siswetten van den laatsten tijld zoo diep in
grijpt in de persoonlijke vrijheid van tailooze
staatsburgers, dat oude gebruiken en tot dus
verre algemeen erkende rechten eenvoudig ter
zijde schuift, tot een levendige gedachtenwis-
seling in de Kamer aanleiding zal geven, is
te verwachten.
Heden is het ontwerp in behandeling geko
men en in ons kameroverzicht van morgen
zal men de besprekingen uitvoerig weerge
geven vinden.
Aan de hand van bovenstaande uiteenzet
ting van doel en werking der Huuropzeg
gingswet zullen de Kamerdebatten voor onze
lezers thans zeer gemakkelijk te volgen zijn.
BUITENLAND.
KORTE BERICHTEN.
Een niet bevestigd gerucht meldt dat
de Koerlandsche Landraad besloot den Duit-
schen Keizer de hertoghoed van Koerland
aan te bieden.
Baker, de Amerlkaansche minister van
Oorlog, is in Frankrijk aangekomen.
De hulpkruiser Wolf is Lubeck binnen-
.-loopen om een deel van zijn lading te los
sen. riet kaperschip werd door de overheid
en de bevolking begroet; de klokken luidden.
De Leipziger Messe werd dit jaar be
zocht door 75.000 vreemdelingen', tegen
40.000 in 1917. Het aantal verkoopeis was
3600 tegen 2591 in het vorige jaar.
De Duitsche schrijver Frank Wedekind
is op 54-jarigen leeftijd overleden.
In de Oostenrijksche Polenclub is een
crisis uitgebroken. De sociaal-democratische
leden zijn uit de club getreden en ook de al-
Polen hebben het plan, de club te verlaten.
Een' vergadering van doctoren te Lem-
berg gehouden, hield zich bezig met te ne
men maatregelen1 ter voorkoming van de pesl,
die uit Rusland Qalicii dreigt binnen te
dringen.
Te Nieuw Vork is een Japansehe missie
aangekomen, die brieven van den Mikado
aan president Wilson moet overbrengen.
De moordenaar van den Franschtn
socialist Jaurès zal, nadat reeds bijna 4
j'aar over den moord zijn heengegaan thans
in Parijs terechtstaan.
Volgens de Tel. zullen alle bronzen klok
ken, zwaarder dan 10 K.G. en alle tinnen
orgelpijpen: in België door dc Duitschers
worden opgeëischt.
STATEN-GENERAAL.
ziekeninrichting
ver. De naam van het huis was geschilderd
op de groene deur in den muur rondom het
huis. „Duinzijde" heette het, en het was in
derdaad gebouwd tegen het duin aan, aan
welks voet het dorp Torpsley gelegen was.
Hilary was verrukt over het pad waar het
rijtuig stapvoets tegen op reed; zij was
meer gewoon aan grauwe steenen en grauwe
huizen dan aan deze hooge hagen, waar bra
men en kamperfoelie, heiroosjes en eglantier
woekerden tusschen de bazelstruiken in een
verrukkelijke verwarring eigen aan de hagen
in de duinstreken. In het gras onder de ha
gen groeide gele klaver en lila scabiost on
der aan hooge dolle kervel'struiken; convol
vulus, wit en licht rose klommen op langs
de randen tot aan het mulle wageftspooi van
den wejg, leeuweriken zongen hun zomerlied
boven in de struiken.
„Als moeder dat alles ook eens had kun
nen zien!" dacht het jonge meisje en zij
sloot haar handen vast in elkaar op haaf
schoot met een plotseling gebaar van smart.
Hoe vaak hadden zij en haar moeder plan
nen gemaakt voor tochtjes naar buiten, plan
nen die nooit tot uitvoering gekomen waren.
Zij hadden nooit geld genoeg gehad om uit
te geven voor tochtjes en behalve nu en dan
een dagje naar het Eppingbosch of ergens
anders binnen het bereik van Londen, kende
Hilary het buitenleven in 't geheel niet.
Deze diepe wegen met hun dichte hagen,
de groote uitgestrektheden duin, die zij nu
en dan zag door openingen in ae heg; het
zingen der leeuweriken en het uitgestrekte
luchtgewelf, dat alles wag nieuw en wonder
schoon voor het jonge meisje, geboren en
opgevoed in een donker hoekje van de we
reldstad zij ademde met lange teugen de
frissche, zuivere lucht in en fluisterde
zachtjes: „God heeft een sclioone wereld
zij. „en niet bij deze uitgestrekte open heu
vels. Waarom zouden ze zulke hooge mu
ien rondom hun inrichting hebben gezet?
Terwijl deze gedachten bij haar opkwamen
tilde zij Babs uit het rijtuig en trok aan de
zware bél, die naast de poort hing. „Het
moet drukkend zjjn voor de arme patiën
ten,"
De vrouw, die een oogenblik daarna de
poort opendeed, viel de bezoekster eveneens
op als iemand die drukkend op iemands ge
moedstoestand moest werken; zij v/as leelijk
van nature en daarbij kwam dat zij gesclioii
den was van de pokken, hetgeen zeer leelijk
stond. Zij waagde het een afwijzenden blik
De hooge muur, waarin zich de groene
deur bevond, scheen Hilary toe in 't geheel
niet te passen en een wanklank te vormen
op deze vreedzame duinhelling.
„Die muur ziet er uit of hij bij een stad
behoort of bij een afgesloten plaats," dacht
op Hilary te werpen en keek hei kind boos
aan.
„Ja Miss Driver is thuis,'t zei ze brom
merig als antwoord op Hilary's vraag, en
met een soort van knorrig verzet liet zij het
meisje en het kind een» met steenen ge
plaveide plaats over en een wit huis bin
nen. Het huis was een laag eenvoudig ge
bouw, het hofstede-type, maar nog al lang
en onharmonisch; toen Hilary de hall bin
nentrad, herinnerde zij zich de woorden van
juffrouw Dunbar over den, somberen indruk
van het geheel.
„Het berbaasde mij niet dat zij hier een
gedrukt gevoel kreeg," dacht Hilary van de
naakte wanden neerziende op den steenen
vloer, bedekt met harde matten, „Het geeft
je den indruk van een stichting, zooals je er
in boeken van leest."
„Dezen kant uit, als 't u blieft," zei de
pokdalige juffrouw kortaf, en Hilary volgde
haar een trap op naar het portaal, waar zij
links een deur opendeed en het meisje een
ontvangkamer binnenliet, gemeubileerd vol
gens den zwairen Victoria-stijl. Er was nie
mand in de kamer, Hilary met Babs aan de
TWEEDE KAMER.
Na de opening van de vergadering der
Tweede Kamer deed de griffier gistermiddag
voorlezing van een schrijven van het Ka
merlid jhr. van Beresteyn, waarin deze aan
de Kamer mededeelde een bezoek te hebben
ontvangen van den heer Col lot d;h.scury,
burgemeester van Kloosterzande '(Zeeland),
ter verdediging van zijn optreden, dat door
den heer van Beresteyn in de Tweede Ka
mer was gecritiseerd.
De heer v. Beresteyn deed in zijn brief me-
dedeeling van het door den heer Collot
d'Escury aangevoerde, en besloot zijn schrij
ven met de verklaring, dat hij in de mede
deel ingen van den heer Collot d'Escury geen
aanleiding vond om ook maar iets van zijn
hand liep naai het raam, zij wenBchte, zoo-
als ze onveranderlijk altijd deed. naar bui
ten te kijxen, en toen ze dit deed slaakte zij
zachtjes een zucht van verrukking. Van uit
deze bovenkamer was de muur. rondom hei
huis geen belemmering voor het uitzicht en
Hilarp Liet de oogen dwalen over een uitge
strektheid duinenv zachte golven van groen
tegen het nevelachtig blauw van de lucht.
Groote kraaien wandelden deftig over hel
korte gras, dat versierd was met kleine duin-
bloempjes klaver en inelkkruid en lieve-
vrouwen-bedatroode leeuweriken vliegen
de hoven liet hoofd zongen onophoudelijk
hun „Gloria in Excelsis" en van ergens heel
in de verte kwam de zachte trilling van kerk
klokken. Maar het was de wijde uitgestrekt
heid duinen en lucht, die den meesten, indruk
maakten op het jonge meisje; zij stond er
maar steeds naar te kijken en toen zij de
deur hoorde open gaan en zich van het ven
ster afwendde, riep zij vol vuur tot de vrouw
die binnenkwam:
„O, wat is het alles mooi!"
„Ik ben blij dat het in uw smaak valt,"
luidde het antwoord, gegeven met een wei
nig opgewekte stem, die Hilary plotseling
een gedrukt gevoel gaf. „Wij zijn verplicht
hier te wonen en moeten er ons dus maar
zoo goed mogelijk in schikken Maar ik zou
het noemen: „een afschuwelijke eenzaaffi-
zaamlieid."
De vrouw, die deze akelige woorden uit
sprak was lang en mager en „even weinig
opgewekt als haar stem," dacht Hilary. Haar
oogen waren dof en droevig; de mondhoe
ken naar^beneden getrokken; en er waren
rimpels in haar gezicht, rimpels die spra
ken van kwelling en verdriet en van een
rustelooze ziel.
Wordt vervolgd.