DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. De, intens en doze sclespsful, ite. VERMISSING Honderd en twinsfigste Jaargang De strijd in en buiten Europa. 1918 AFKOOPPOLIS N®. Abonnementsprlis bli vooruitbetaling p. 3 maanden 11.65, fr. p. post 11.90. Beviisnnmmers 5 et. Advertentieprijs 15 et. p. regel, grootere letters naar plaatsruimte. Br. Ir. N.V. Boen- en Handelsdrnkkerll DINSDAG Herms. Coster ft Zn.. Voordam C 9. Tel. 3» 19 MAART. Firma M. J. SCHADD, Iq hare beschouwingen over de marktpo sitie van diverse fondsen, doet de Nationale Bankvereeniging eenige interessante mededee- lingen over de vredeskansen. Uit scbeepsvaartkrngen werd haar corres pondent medegedeeld, dat de Hamburg-Ame- rika-lijn bezig is, in Nederland contracten af te-sluitem met Nederlandsche zeelieden voor dienst op Duitsche schepen na den oorlog. Het merkwaardige hierbij is, .dat de gages onmiddellijk ten volle betaald worden, wat er op wijst, dat men in Hamburgsche scheep vaartkringen een spoedigea vrede met de ge allieerden en de Vereenigde Staten verwacht. De Duitsche keizer is groot aandeelhouder in de Hamburg-Amerika-lijn, zoodat de di rectie haar informatie uit de eerste hand kan hebben. Indien Duitschland niet vasthoudt aan een „Duitsche vrede", die voor de tegenpartij niet aannemelijk is, kunnen vredesonderhandelin gen niet lang meer uitblijven, aldus de mede- deeling. De Nederlandsche zeelieden zouden er evenwel wemig voor voelen zich nu reeds te verbinden. Wanneer de mededeelingen van dezen' cor respondent vertrouwbaar zijn, geeft inder daad het uitbetalen van de volle gages wél aanleiding tot optimistische beschouwingen. Het blijkt toch per slot van rekening altijd mogelijk, dat de leidende staatslieden der oorlogvoerende combinaties gaan inzien, dat geen van beide partijen bij een geweldige worsteling op het Westelijk oorlogsterrein ge baat is, daar de te brengen offers ook voor den overwinnaar zwaarder zouden wegen dan de te behalen successen. Er gaan inderdaad geruchten van bespre kingen die wellicht tot spoedige vredesonder handelingen en een verzoeningsvrede in het Westen aanleiding zouden kunnen geven. Maar per slot Yan rekening blijven dit tot dusverre maar geruchten en hebben wij ons te houden aan de feiten, en deze wijzen geens zins op binnen afzienbaren tijd te houden vredesbesprekingen. Op het Westelijk front waar de aanvallen van beide zijden in kracht en hevigheid toe nemen, bereidt men zich blijkbaar op den j komenden grooten slag voor. Het Duitsche front dat tot nu tot drie le gergroepen telde, is thans door toevoeging van een1 groep onder bevel van generaal Von Gallwiiz in vier groepen ingedeeld en waar deze generaal in het Oosten zijn sporen ver diend heeft, is zijn overplaatsing wel een be wijs dat men van Duitsche zijde op een door braak van het Fransche front aanstuurt. Ook ter zee wordt een krachtiger actie der Centralen voorspeld nu Duitschland besloten heeft maatregelen' te nemen waardoor het ge bied om de Duitsche bocht uiterst gevaarlijk wordt. Terzelfder tijd wordt bericht, dat Duitsche duiibooten in de Middellandsche zee weer 25.000 ton scheepsruimte vernietigden en zelfs enkele schepen uit convooi schoten. Dat wijst op een activiteit van Duitsche zij de, die ons geloof :n spoedige vredesonder handelingen niet erg versterkt. Hierbij komt nog, dat, naar de ochtendbla den melden, de rijkskanselier, sprekende over de vredesverdragen', o.a. gezegd heeft: „Indien, gij, mijne heeren, aan de u voor gelegd t verdragen uw goedkeuring zult hechten, en, naar wij hopen in de eerstvolr grande dagen ook de vrede met Roemenië zal worden gesloten, dan is de vrede op het ge- hcele Oostelijk front gereed; maar de we reldvrede is er nog niet. In de Staten der Entente vertoont zidi niet' de geringste nei ging om met den oorlog op te houden. Er bestaat de wil verder den vreeselijken strijd voort te zetten tot onze vernietiging. Wij zullen daarom den moed niet verliezen. Wij zijn op alles voorbereid, wij zijn bereid ver dere offers te brengen in rotsvast vertrouwen op het opperbevel van ons leger en op onze heldhaftige soldaten. De verantwoordelijk heid echter valt op den vijand." Evenwel, deze oorlog heeft al zoo veel ver rassingen gebracht, dat wij ons over niets meer behoeven te verwonderen. Uit Petrograd komt het bericht, dat het vre- destractaat in den nacht van 16 op 17 Maart na hoofdelijke stemming geratificeerd werd, hoewel de sociaal-revolutionairen weigerden de verantwoordelijkheid te aanvaarden en zich het recht voorbehielden, de vervulling der vredesvoorwaarden met alle hen ten dienste staande middelen te beletten. Naar Reuter uit Moskou meldt, keurt de motie, aangenomen door het congres der Sovjets, waarbij het vredestractaat met Duitschland en diens bondgenooten wordt ge ratificeerd, het gedrag van den Raad van Volkscommissarissen goed en eveneens hun besluit, den onteerenden vrede te teekenen, die aan Rusland door geweld werd opgelegd. De motie verklaart, dat het de plicht der werkende klasse is, een militie in te stellen voor de verdediging van het land tegen im perialistische aanvallen', voor welk doel alle personen van beide seksen militair zullen worden opgeleid en geoefend. Ondanks de wreede maatregelen^ die het gevolg zijn van de imperialistische interven tie, aldus de motie, blijft het vertrouwen, dat de overwinning van het socialistische prole tariaat zal verzekerd wezen. Dit alles wijst er wel op, dat Rusland thans noodgedwongen1 de Duitsche eischen aan vaardt maar dat het zich voorneemt om zijn weerkracht zoo groot te maken, dat het bin nen1 afzienbaren tijd in staat zal zijn revanche te nemen. Wij wezen er dezer dagen reeds op, dat de Duitsch-Russische vrede op alles behalve stevige fundamenten gebouwd is. Is er nog een overtuigender bewijs moge lijk van het feit, dat een vrede, die op het recht van den' sterkste en niet op overeen komst en waardeering van elkanders goede eigenschappen berust, noodwendig de Idem van latere oorlogen in zich moet dragen? Ook zonder Duitsche interventie weet de Finsche Witte Garde haar gezag nog wel te doen gelden. Generaal Mannerheim ging, volgens telegrammen uit Wasa, tot een alge meen offensief over waarbii Kirchdorf en Heinola werden bezet en niet minder dan 3000 soldaten van de beruchte Roode Garde gevangen werden genomen. Het Parijsdie communiqué van gister maakt melding van een levendige actie op den rech ter Maasoever. Na een hevig bombardement vielen de Duitschers in de richting van Samogneux aan. Ten N. van het Caurièresbosch en in het Bezonvauxgebied tastten Duitsche de tachementen de Fransche stellingen aan en drongen op verschillende plaatsen daarin door; hoewel zij zich door het hevige Fran sdie vuur niet konden handhaven. Volgens de laatste berichten drongen de Franschen 'n de Duitsche loopgraven in het Malancourtbosch over de breedte van 1400 M. en een diepte van 800 M. door, waarbij 160 Duitschers krijgsgevangen werden ge maakt. Terwijl de groote dagbladen nauwelijks ruimte genoeg hebben om de buitenlandsche beschouwingen over den eiseh der geassocir eerden inzake onze scheepsruimte op te ne men, terwijl men van Duitsche zijde met stel ligheid verzekerde, dat Nederland aan dien eisch niet zal toegeven, komt nog onver wachts de tijding, dat de Nederlandsche re geering onder bepaalde voorwaarden aan het verlangen van de geassocieerde mogendhe den voldoen zal. Wij hadden gisteravond nog gelegenheid om op ons bulletin, dat den uitslag der Alk- maarsche raadsverkiezing meldde, de voor naamste punten der gisteren door minister Loudon in de Kamer afgelegde regeerings- verklaring op te nemen. Wij laten thans de regeeringsverMaring hieronder in zijn geheel volgen: Uit de Nota, aldus minister Loudon, die ik U 11 dezer deed toekomen, is aan de Ka mer bekend, dat de Regeering lm afwachting van de vertraagde totstandkoming eener de finitieve economische regeling met de Geas socieerde Regeeringen, dezen heeft verzocht om een voorschot van 100,000 ton tarwe op de 400,000 ton welke aan Nederland zouden verzekerd worden bij een definitieve rege ling op dto voet der Londensche „basis of agreement". De Geassocieerde Regeeringen stemden daarin toe, doch onder voorwaarde, dat dan ook voorloopig het gedeelte onzer scheepsruimte dal bij de definitieve regeling ter beschikking der Geassocieerde belangen zou komen, reeds aanstonds daarvoor zou worden afgestaan. Met het oog op een. bij eenkomst der Geassocieerden te Londen op 18 dezer werd ik verzocht de beslissing der Nederlandsche Regeering vóór dien dag te doen kennen. De Regeering, te rade gaande met de be langen der volksvoeding, stond gereed op de voorloopige schikking in te gaan, toenvan Geassocieerde zijde plotseling de eisch werd gesteld dat de evenbedoelde tonnage ook in de z.g. „gevaarlijke zóne" zou varen. Het varen buiten het gevaarlijke gebied was te Londen van Nederlandsche zijde als een principieele voorwaarde voor het tot stand komen van een schikking gesteld en van Geassocieerde zijde had men zich met het opnemen van de voorwaarde vereenigd. De beweegredenen welke tot het 6tellen van dien eisch geleid mogen hebben, laat ik in het midden. De rechtmatigheid van zoodanigen eisch kan de Nederlandsche Regeering niet erken nen, ook vereenigt zij zich in geenen deele met de in enkele landen thans gekweekte op vatting, als zou, wanneer de scheepsnood van een oorlogvoerende bovenmatig stijgt, deze volkenrechtelijk gevoegd zijn, neutrale schepen, nog wel in massa, te dwingen tot het verrichten van diensten uitsluitend in zijn belang; het volkenrecht toch erkent die be voegdheid slechts bij wijze van hooge uit zondering, n.L waar het gaat om bereiking van eenig onmiddellijk en noodzakelijk stra tegisch doeL De Nederlandsche Regeering gaf na rijp beraad aan de Geassocieerde Regeeringen te kennen, dat zij zoowel uit politiek als uit economisch oogpunt de ernstigste bezwaren tegen den gestelden eisch had, doch schortte haar definitief antwoord nog op. Rekening houdende met den tarwe-nood, die ons land tegen den aanstaanen zomer bereigt, en met de waarschijnlijkheid, dat een weigering het afsnijden van alle overzeesche toevoeren ten gevolge zoude hebben, achtte zij het n.l«. haar plicht, zich vooraf te vergewissen of er in dat geval broodkoren uit Centraal Euro pa te verkrijgen zou wezen. Zij wendde zich dus tot de Duitsche regee- ring met de vraag, of op de levering binnen twee maanden van minstens 100,000 ton tar we gerekend zou kum en worden.. Het ant woord was beslist ontkennend; de Duitsche regeering verklaarde, dat zij, hoe gaarne ook bereid Nederland te lielpen, toch met -het oog op de behoeften van enkele harer bondgenoo ten, niet in staat zoude zijn aan ons verlan gen te voldoen, terwijl zelfs ten aanzien van een latere verstrekking in kleinere hoeveel heid geenerlei zekerheid kon worden ver schaft. In die omstandigheden achtte de Regee ring zich gedwongen den eisch te aanvaar den welke door de Geassocieerde Regeerin gen verbonden wordt aan de levering op 15 April aa. "van 100,000 ton tarwe voor de Nederlandsche bevolking. Zij heeft echter hare toestemming afhankelijk gesteld van de navolgende voorwaardenIn de eerste plaats moet vaststaan dat Nederland rekenen kan op de verdeeling der Nederlandsche scheeps ruimte en op de voorziening des lands naar den maatstaf aangegeven in de Londensche „basis", waaromtrent de Regeering thans ook hare definitieve voorstellen in hoofdlij nen aan de Geassocieerden heeft medege deeld; oók moet wèl begrepen zijn dat de bunkerkolen, noodig voor het vervoer der voor Nederland volgens de bovenbedoelde voorziening of „rationeering" bestemde goe deren, aan de daarvoor aan te wijzen Neder landsche schepen zal worden verstrekt. Voorts zal ten aanzien van de vaart van Ne derlandsche schepen in het gevaarlijke ge bied door de Geassocieerde Regeeringen ge waarborgd moeten wordenten eerste: dat die schepen geen troepen of oorlog^be- noodigdheden vervoerenten tweede: dat zij niet bewapend zullen zijn; ten der- d e dat de bemanuingen geheel vrij blijven al dan niet aan die vaart- deel te nemen, en eindelijk ten vierde dat de eventueel ver nietigde schepen terstond na den oorlog door andere vervangen zullen worden. Tot zoover meent de Regeering te moe ien gaan. Zij heeft zich daartoe genoopt gevoeld met het oog op den nood, niet al leen hier te lande, doch ook in de koloniën, terwijl zij bovendien zich daardoor althans verzekerde van een belangrijk deel van onze vloot, hetgeen voor het heden en de toe komst van ons volk van overwegend belang ia Verder kan noch mag de Regeering gaan. De Minister voegde hieraan nog toe de mededeeling, dat zoodra het antwoord der Geassocieerde Regeeringen hem heeft bereikt', hij ook dit aan de Kamer zal mededeefen. In korte woorden dus: Nederland is onder bepaalde voorwaarden en tegen een prijs van 100.000 ton tarwe bereid, een millioen ton scheepsruimte aan een der strijdende combinaties af te staan. Geen wonder, dat de Kamer slechts tot uitstel der discussies tot heden besloot, dat de heer Lohman er op wees, dat wanneer het Nederlandsche volk er anders over denkt dan de Regeering, de Geassocieerden dit spoedig moeten vernemen en de heer Nolens reeds met een enkel woord tegen de hande lingen dei zoogenaamde beschermers van kleine naties protesteerde. Het besluit van de regeering zal zeer ve len in den lande Verrast en teleurgesteld hebben. Wij zijn ten hoogste benieuwd hoe dit be sluit in de Duitsche pers ontvangen zal worden en welke houding de Centralen thans tegenover onze regeering zullen inne men. Zal Duitschland in dat besluit een erken ning van onze zwakheid zien en het billij ken, dat wij van den nood een deugd ge maakt hebben door dezen schepenroof voor een toezegging van 100,000 ton tarwe goed te keuren? Onze regeering zoo schreven wij dezer dagen bij het bespreken van den eisch der geassocieerden die den vaderlandschen grond zoo gaarne ongeschonden wil hou den, komt weer voor een zeer moeilijk en zeer verantwoordelijk vraagstuk te staan. De regeering heeft thans een beslissing genomen en het past ons, die niet over haar gegevens beschikken, niet daarop scherpe critiek uit te oefenen. Wij hebben de zekerheid, dat zij vóór alles de welvaart van ons land' beoogt en wij moe ten, met terzijde stelling van onze eigen op vattingen, in haar beleid vertrouwen stellen. In dezen tijd behoort iedere Nederlander achter zijn regeering te staan en haar beslui ten te eerbiedigen. Wat niet wegneemt, dat het Nederland sche volk de persbeoordeelingen bewijzen het en de Kamerdebatten zullen het nog ster ker doen uitkomen van minister Loudon zeker een fiere afwijzing van een dergelijk vernederend voorstel verwacht had. BUITENLAND. KORTE' BERICHTEN Belgische troepen hebben hun oude vak aan de Vlaamsche kust weer bezet. Cletnenceau, Orlando en andere Fran sche en ltaliaansche ministers zijn uit Lon den teruggekeerd, waai' belangrijke conferen ties zijn gehouden. D bladen' te Stockholm publiceeren een ver zo schrift van groote Zweedsche Indus trieelen aan den Koning om niet meer sch psruimte aan de geallieerden af te staan. In een haven van Texas is het grootste houten schip te water gelaten, het is 330 voet lang en heeft een laadvermogen van 4700 ton, Het Bntsche stoomschip „Amuiet" van Rotterdam naar Leith is bij een aanvaring gezonken. De Witte Qarde in Fintand is een of fensief begonnen. Tot dusver zijn 3000 man schappen der Roode Garde gevangen ge nomen. De Duitsche bondsraad heeft de voor stellen aangenomen betreffende het vredes verdrag van de Centralen met Rusland, dat betreffende het Duitsch-Russische aanvul lingsverdrag alsmede het vredesverdrag tus- schen Duitschland en Finland. Een gemengd Japansch, Britsch, Ame- rikaansch eskader, bestaande uit kanonneer- booten, is de rivier de Jangtac Kiang opge varen, om deze voor de vaart vrij te maken, in verband met de onlusten in China. Diefstal- andere transportschaden worden gedekt door onze Premie-opgave op aanvrage. AMSTERDAM. Tel. Noord 9031-2420-2427. Telegram-adres' ALLRISKS. STATEN-GENER AAL. TWEEDE KAMER. In de zitting van gisteren kreeg de heer Van Doom verlof tot het houden van zijn in terpellatie over het tijdstip der verkiezin gen- Vervolgens kwam in behandeling het wetsontwerp zomertijd. De heer Gerretson achtte blijvende invoering van den zomertijd gewenscht. De heet Koster vroeg in verband met dit ontwerp, de petroleumverstrekking op het platteland eerst op 1 Mei te doen eindi gen. De heer T e e n s t r a wees op de bezwa ren van het platteland tegen den zomertijd. Minister Cort van der Linden kon niet voldoen aan het verlangen van den heer Gerretson tot invoering van den mid- zomertijd. Het amendement-Van Doorn, om den zomertijd definitief in te voeren, werd aangenomen met 32 tegen 23 stemmen, waarna het ontwerp zonder hoofdelijke stemming werd aangenomen. Hierna legde de minister van buitenland sche zaken de regeeringsverkllaring inzake de regeling der Nederlandsche schepen af, (Men zie het hoofdartikel). De behandeling der levensmiddelen-voor ziening werd hierop voortgezet. Minister Treub erkende, dat de toestand in ons land, wat de levensmiddelenvoorzie ning betreft, zorgwekkend is. Hij becijferde, dat de crisisuitgaven in 1914 16.7 millioen per maand bedroegen. Het laatste kwartaal van 1917: 34.3 millioen per maand en het totaal der crisisuitgaven 970 millioen, waar van 418 millioen in 1917. Hiervan kwamen voor oorlog en marine 297 millioen voor de levensmiddelenvoorziening, 108 millioen aan vluchtelingen-steuncomiité's an diversen 13 millioen. Ete minister raamde voor oorlog en marine 340 millioen, vluchtelingen enz. 30 millioen, volkwoningen 15 millioen, duurtetoeslag gepensionneerden 3 millioen. Dat was buiten de levensmiddelen dus 388 millioen. Als die op den tegenwoorligen voet wer den verstrekt: dan 388 millioen 260 mil lioen of 648 millioen. Daarvan waren onge dekt 400 millioen. Werd tegen October daar van geleend, tegen 5 pet. op 50 jaar, dan was jaarlijks noodig 22 millioen. Daarbij gerekend de noodzakelijke uitgaven, kwam men voor 1919 in het gunstige geval tot een ongedekt tekort van 40 millioen, voor 1920 46% millioen, 1921 35% millioen, waarbty dan zouden komen de kosten van nog nader te treffen maatregelen ad 15 millioen. Verhooging van de oorlogswins (belasting was onmogelijk. In 1917—18 was het pro ductief vermogen verminderd met een mil liard. Zelfs zouden regeering en kamer in het najaar hebben te overwegen of de mobili satie met het oog op de financiën op den zelfden voet kon worden voortgezet. De toekomst is donker, er bestaai gevaar voor economische uitputting. Daarom was liet de dure plicht van den minister van fi nanciën, te waarschuwen tegen het voort gaan op den ingeslagen weg. Dit had hij reeds op 28 Sept. 1917 medegedeeld aan de ambtgeuooten, met het gevolg, dat bijna een crisis ontstond, welke werd bezworen, door de afspraak: de uitspraak der Kamer over het bestaande stelsel af te wachten. Als de Kamer dit stelsel wilde bestendigen, zou de minister daaruit de conclusies trekken, die den munster van financiën daaruit moet trekken. Wilde de Kamer een ander stelsel, dan bleef de regeering de keuze voor dat andere stelsel. Spr. ging nu over tot de uiteenzetting van het z.i. beste stelsel. Wat productie betrof, moesten raakliggende gronden onteigend. De gemeentebesturen moesten belast worden met de teeltregeling in hun gebied en de levering der producten van den bodem. Verdei- wilde spr. de gemeenten belasten met concentratie van den invoer, maatregelen tegen kettinghandel en prijsopdrijving, inbe slagname van manufacturen tegen prijzen van vóór den kettinghandel, en hij wenschte rantsoeneering van alle artikelen, die geen weeldeartikelen zijn. De minister wenschte te breken met de dis tributie beneden den kbstenden prijs, doch daarbij echter 2 welatandsgrenzeu; te weten een absolutea, bijv. 5000, waarboven nie mand bijslag kreeg en een relatieve, waarbij rekening werd gehouden met de stijging van het inkomen in verband met stijging der be hoeften en waarnaar al of niet gegeven zou worden een heele, halve of in het geheel geen toeslag. Hen die boven den absoluten wei- standsgrens vallen wilde spr. kleiner rantsoen geven met bevoegdheid tot bijkoopen boven maximumprijzen. Te 4 uur 30 weid de beraadslaging ver daagd tot heden 11 uur. k. •«.«.'«MM** HET TOEGEVEN VAN DE REGEERING. De meeste bladen wijden reeds artikelen aan de regeeringsverklaring van gisteren in de Tweede Kamer. Het Hbld. wijst er op, dat het verhuren van onze schepen een volkomen geoorloofde daad is ent dat wij ons in dit heele geval niet tegen over Duitschland, maar tegenover onszelven hebben te verantwoorden. Het blad meent, dat het overgroote deel der natie een andere beslissing verwacht had en had ook liever een „neen" vernomen. „Maar we zijn er van overtuigd, dat de houding der regeering, hoe zeer ze ook de meesten' heeft verrast, toch in den grond over eenstemt met de heerschende stiooming in ons land. Wij achten het althans tamelijk waarschijnlijk dat menigeen van hen, die nu nog zoo fier een afwijzing verwachtten, als de nood eens kwam aangrijnzen, zoude zeggen: waren we maar niet zoo branie ge weest dan hadden we nu ten' minste te eten. En mocht de nu gevolgde weg inderdaad lei den tot eenigen graantoevoer, och, dan zul len de meesten zeggen Hebben is hebben en krijgen is de kunst. Beter bloó Jan dan doé Minister Treub stelt de portefeuiliekwestie. De Kamer moet kissen tuasehen Treub en Posthuma.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1918 | | pagina 1