DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
De strjjd in en buiten Europa.
No. 72
Honderd en twinstigsie Jaargang
1918
DINSDAG 26 MAART.
TKUiLLJKTO h.
üe gouden sleutel
NIET verschenen.
Buitenland.
Binnenland.
MunsiiMtwIl! U| Tunltbatillii 3 nunilei f 1.65. Ir.j. toil f 1.60. Bgwlliiinigrs 5 et UnitgiitMi IS tL g. reggl. (ropier, lettert nu pleettrilite. Br. Ir. 1.1. Boek- si HeMelidrakkerll Barm. Mm 1 ka. Voordan C 6. Tel. I
Met onverminderde kracht blijft de worste
ling op het Westelijk front voortduren.
Nu de geweldige Duitsche actie reeds tot
eenige successen van beteekenis geleid heeft,
worden de telegrammen van het Wolff-bureau
over de by&>ud<u heden van het nog steeds
voortduwde bloedbad talrijker.
En zoo&te gewoonlijk tracht men ook hier
weer den toestand zoo gunstig mogelijk voor
de eigen, legermachten af te schilderen.
Onze verliezen, zegt een Wolff-telegram,
zijn slechte gering ondanks het behaalde sue-
ets.
Het ware alleszins eerlijker zoo juist het
tegenovergestelde beweerd was en mede was
gedeeld, dat het behaalde succes nog gering
is, ondanks de groote verliezen.
Want het achteruitwerpgn der Engelschen
over betrekkelijk grooten afstand, het verove
ren van Peronne, Ham, Chauny en Bapaume,
het gevangen neinen van 45.000 tegenstan
ders, moge een onbetwistbaar succes genoemd
worden, dit neemt niet weg, dat oog altijd de
vijandelijke linie niet doorbroken is, dat de
ijzeren muur waartegen men den stormram
gebruikt heeft elastisch is gebleken en slechts
hier en daar van vorm ia veranderd,
En hoevele duizenden jonge mannen hebben
om dit te bereiken in de laatste dagen niet het
leven moeten laten 1
Men telt van Duitsche zijde den rijken buit
maar wij zien geen cijfers, die ons melden
hoeveel lijken de gezamelijke stapels tellen,
die nu in onafzienbare rijen het door kogels
omwoelde gevechtsterrein bedekken.
De Dood zwaait zijn zeis en als korenhal
men onder den sikkel des maaiers, vallen bij
duizenden de besten en sterksten van de Euro-
peesche volkeren.
Toen het trommelvuur begon, meldt men
van Duitsche zijde, was de kruitdamp zoo
sterk, dat men niet van het eene kanon naar
het andere kon zien. Maar doel en vuurtempo
waren zoo nauwkeurig berekend, dat de artil
lerie haar taak in een dichten nevel kon vol
voeren. Waar kort geleden de voorste Engel-
sche stelling was, is niet meer dan een breed
woest trechterveld met overblijfselen van ver-
6perringen, vervallen ingangen en ineenge-
schoten blokhuizen. De Engelsche artillerie
is te veel vernield om de infanterie krachtig te
kunnen steunen.
De Duitsche batterijen dringen steeds
verder naar voren. Terwijl nog het vuur op
het trechterveld ligt leggen de pionnier» reeds
wegen aan door de modder-wildemis.
In de lucht werden hevige gevechten tus
schen vliegtuigeskaders geleverd. Terwijl de
afweerkanonnen hier en daar de machines
neerschieten, bestoken de vliegers elkander en
de bediening der wederzijdsehe kanonnen inet
mitrailleurvuur en bommen.
Een telegram van Zondag deelt mede hoe de
beslissing in den slag Monchy, Kamerijk, St.
Quentin—La Fère door de snelle overrompe
ling van de derde steluag van «te»
verkregen werd.
naar hal Eagelad»
doccLO- MQÖERL&V.
28)
„Alle vrouwen zijn hetzelfde", zeide hij
herhaaldelijk tot zichzelf gedurende de wan
deling naar de Hall, „ér is geen zier verschil
tussuien haar. Het zijn allen jagers en ais
ze huu prooi bemachtigd hebben, draaien ze
zich oiu en verscheuren hem! Een man die
een vrouw vertrouwt te een gek!"
Maar ofschoon hij bij zichzelf deze bewe
ring herhaalde met een kram een betere
zaan waardig, betrapte hij zich toch weer de
twee vrouwen tegen eikaar op te wegen.
Hilda Kedburn aan den eenen kant, Ausuce
Deriield aan den anderen; ofschoon hij moei
lijk had kunnen zeggen waarom hij ze dus
met eikander vergeieek.
Hij vond Austice in de ontvangkamer aan
de schrijttaiel gezetende bleekheid van haar
gezicht, de vermoeide uitdrukking van haar
oogen toen zij opstond om hem te begroe
ten, whkten eenig gevoel van medejijden hij
hem op. Ze leek zoo klein en zoo'broos in
het rouwkleed dat zij droeg voor haar
schoonzuster. Er was iets kinderlijks en
smeekeods in den blik dien zij tot hem op
sloeg. Hij had haar niet gezien 6edert den
dag van Ladf Framley's begrafenis, toen zif
naast haar broeder stond en hij zich de
woorden herinnerde, die zij bij hun eerste
ontmoeting tot hem gesproken had; woor
den die baar angst en afkeer uitdrukten van
ziekte en doodEn nu voor de tweede maal
binnen dien tijd van enkele maanden was
da Dood de mli' binnengetreden m ta«
Versche Engelscha troepen werden ten
Zuiden van Bemes door den Duitschen aanval
overloopen. Steeds trokken de Engelschen te
rug, daar zij uit iedere nieuwe stelling in kor-
tijd werden verdreven en tevergeefs offerde de
veldartillerie zich op om den terugtocht te
dekken. Enkele honderden meters voor de
Duitsche stonncolonnes kwamen de batterijen
in stelling en verschoten in razend' snelvuur
hunne ammunitie, maar de bemanning werd
neergeschoten en talrijke batterijen buit ge
maakt. Ook de tanks werden onschadelijk ge
maakt door geschut en mijnwerpers.
Wat de Franschen na de ontruiming van
Péronne door de Duitschers weer hadden op
gebouwd werd door Engelschen, voordat zij
de stad ontruimden, in brand gestoken.
Tegenover deze mededeelingen van Duit
sche zijde wordt uit het Britsche hoofdkwar
tier geseind, dat de Engelschen in uitsteken
de orde terug trekken, op vele punten vrijwil
lig om hun frontlinies onafgebroken te hand
haven.
Een bijzondere berichtgever van Reuter bij
het Fransch-Engelsche front maakt melding
van gevonden afschriften van bet' Duitsche
aanvalsplan waaruit zou blijken, dat een veel
verder doordringen de eerste dagen reeds in
het voornemen van den1 vjjand zou hebben ge
legen.
Het tot dusver behaalde succes is dus ver
achter de bedoeling gebleven, roept deze be
richtgever triomphanielijk uit.
Zoo is er natuurlijk altijd reden om vol
daan te zijn. Wie een oog blauw geslagen
wordt, behoeft* zich geenszins als overwonnen
te beschouwen, integendeel hij kan op het ge
ringe succes van zijn tegenstander wijzen,
wiem Ifet toch maar niet gelukt is, hem óp bei
de oogen te treffen.
Het Engelsche blad de Observer wijst er
op dat het gevecht over 50 mijlen frontbreedte
wordt gevoerd en dat er aan beide zijden
meer dan een millioen man aan deelnemen.
Het moreel van ome troepen is ongeschokt,
zegt het blad.
De Sunday Times vervalt in het oude kla
roengeschal en deelt mede, dat hoe minder
troepen de Engelschen aan het bloedbad
blootstellen, des te meer reserves zij in de
hand kunnen houden voor den tegenaanval
als Hindenburg zijn laatste troepen heeft te
pletter doen ioopen tegen den onneembaren
Engelschen wal.
Een Reutercorrespóndent bij het Britsche
leger in Frankrijk geeft blijk zoo weinig te
begrijpen wat er op dit oogenbiik eigenlijk op
het Westelijk front gebeurt, dat hij de Duit
sche actie een wanhoopsdaad, noemt en ver
telt, dat d- vijand zijn laatste krachten inzet.
Ongeveer twee vijfden van de geheele vijan
delijke strijdmacht aan het Westelijk front is
volgens dezen coriespondeni op de slaglinie
van de laatste dagen samengetrokken.
Uit de verschillende mededeelingen blijkt
wel; dat de Engelschen bij de verdediging
dapper hebben gevochten en slechts voor de
vrouwen waren weggedragen aoor den
hoofdingang naar het kleine kerkhof aan
genezijae van het park. In de laatste maan
den had Austice Deriield tweemaal aan een
open graf gestaan!
„Arm vrouwtje!" Onwillekeurig schoot
deze gedachte Harding door het hoofd toen
hij haar de hand gaf en ofschoon hij de ge
dachte bedwong en zijn koetsten toon aan
sloeg, waa de gedachte toch bij hem opge
komen.
„Ik heb gevraagd u vanmorgen te. komen
storen," zei hij stijf, „omdat ik een brief ge
kregen heb van Hilary Donaldson. Zij
schrijft aan mij als haar voogd, om mij te
vertellen dat zij op een heel merkwaardige
manier aan een familielid gekomen is."
„Een familielid 1 O, hoe interessant 1 hoe
vreemd!"
„Ze schreef dat ze u op t oogenbiik niet
door schrijven wou lastig vallen, nu u in
zorg ia, maar ik dacht dat u den brief wel
graag lezen wou. De heele zaak is een merk
waardige samenloop van omstandigheden."
„Hoq attent en ardig van het lieve meis
je om aan mijn verdriet te denken," zei Aus
tice, den brief van hem aannemende. Hilary
heeft een soort van karakter, dat ik meer be
wonder dan eenig ander. Zij is zoo sterk en
zoo zacht. Maar hoe buitengewoon is dat!"
ging zij voort, terwijl zij de oogen over het
oeschrevën papier liet gaan, „wat een vreem
de toevalligheid dat die arme zenuwzieke
dame familie van haar moet wezen. De
waarheid is bepaald soms vreemder dan ver
dichting. Maar Austice zweeg even, ze
las den brief tweemaal over, juist zooals
Harding zelf gedaan had, „maar wij hebben
geen nadere inlichtingen gekregen, is t wel?
Dé geschiedenis van Hilary's vader is nog
ia geheimzinnigheid gehuld. Wie en wat
was bij?"
overweldigende hoeveelheid vijanden en de
kracht van het Duitsche geschut moesten wij
ken.
Dat men ook in Amerika het verloop van
dezen strijd met de grootste belangstelling
nagaat, iaat zich begrijpen. Reuter meldt,
dat men daar zoo overtuigd te van de kracht
der verdedigers, dat man een ongeschokt ver
trouwen in een sMmü vaa den Duitechen
aanval heeft, i
De Britten en Franschen van hun kant zul
len dezer dagen wederkeerig hun gedachten
wel eens naar Amerika laten gaan en zich de
telegrammen herinneren' waarin de laatste
maanden steeds weer uitvoerig werd uiteenge
zet op welke reusachtige schaal Amerika zich
ten oorlog uitrust.
Van het tiende gedeelte van de manpee, de j
kanonnen en de vliegtuigen die Amerika in
reserve zegt te hebben, zouden Duitschlands
vijanden op het Westfront thans heel wat
steun kunnen hebben.
Maar het oude spreekwoord gaat ook
hier op, dat één. vogel in de hand beter is
dan tien in de lucht en daar de Duitschers
zoo brutaal zijn om maar vast den grooten
slag te beginnen vóór de tienduizenden in
reserve gehouden1 Amerikanen den' Oceaan
over zijn, moeten de Britten de stonnloopen
maar met eigen krachten zien te stuiten.
Het Berlijnsche communiqué van Maan
dag, dat wij gisteren nog gedeeltelijk konden
opnemen, meldt, dat zich, hevige ge
vechten ontsponnen bij Combles en de Wes
telijk daarvan gelegen hoogte. De Duit
schers, aldus dit communiqué, staan Noorde
lijk van de Somme, midden in het slagveld
van den Sommeslag. De overgang over de
Somme voor Ham is geforceerd'-en de hoog-
té ten W. van de Somme is bestegen,
Tusschen Somme en Oise maakten de over
het Crozat-kanaal voortdringende troepen
vorderingen en namen in storm de taai ver
dedigde stellingen op den W. kanaaloever.
Engelschen, FransJien en Amerikanen wer
den door het moeilijk begaanbare woudge
bied over La Neuville en Villeguier-au-Mont
teruggeworpen.
Het Parijsche middag-communiqué meldt,
dat de Franschen een deel van het Engelsche
front overnamen en dat in Champagne twee
overvallen van de Duitschers ten O. van de
Suippe mislukten.
De militaire medewerker van de Daily
Chronicle becijfert de Duitsche verliezen op
niet minder dan 150.000 man, misschien nog
wel 50.000 man meer.
Deze opgave lijkt ons niet erg betrouw
baar. Iemand die de mogelijkheid openlaat,
dat hij zich 50.000 man vergist, is niet de
meest geloofwaardige geschiedschrijver.
Wat dit betreft alle hulde aan de Duit
schers, die dezer dagen precies 16999 gevan
genen telden.
De ééne man, die hen ontbrak om het 17e
duizendtal vol te maken, werd met pijnlijke
nauwkeurigheid in het communiqué achter
wege gelaten.
„Als mijne opgave", aldus de militaire me-
„Ik heb mij afgevraagd of ik er soms wat
meer van te weten kon komen als ik naar
dat dorp, dat Hilary noemt, naar Burnan-
ford ging. Het schijnt ergens -te liggen op de
grens van Somerut en Devonshire 't Is mo
gelijk dat iemand daar mij wat vertellen kan
van de Merrings en over de eene dochter,
die met een schilder trouwde."
„Misschien zou u iets ontdekken," zei
Austice langzaam, „maar het is wat al te
erg dat u uw tijd zou geven om dit te doen
voor een meisje dat hoegenaamd geen aan
spraak op u heeft."
„Ik beschouw mijn belofte aan haar moe
der wel als aansparak," aniwoordde Har
ding koel. „Ik heb bepaald beloofd Hilary
te helpen in haar rechten hersteld te worden
en ik ben gebonden mijn belofte te houden,
al heb ik op 't oogenbiik geen flauw idéé
waarin die rechten zouden bestaan. Een be
zoek aan Bumanford zou misschien helpen
om die zaak op te helderen
„Nu, ik vind, dat u bepaald engelachtig
is voor Hilary," riep Austice uit den grond
van haar hart. „Zij mag u wel heel dankbaar
zijn dat u zich zooveel moeite voor haar geeft.
Ik geloof dat u iemand te, die zich uitput In
zorgen voor alle andere menschen."
„Daar weet ik niet van." Hardings stem
werd zonder dat hij het zich bewust was,
wat zachter, omdat haar stem zoo vriendelijk
was en .de glimlach in haar oogen zoo lief.
„Ik word gewoonlijk beschouwd als een
kluizenaar, een koude, hartelooze kluize
naar. Evenals arme menschen „houd ik mij
zelf voor mijzelf."
„Hoe dwaas en hoe kil om dat te doen,"
zei Austice met haar zachten lach en
Harding werd niet boos om dien lach;
„misschien is u een brombeer met een pijnlijk
hoofd," voegde zij er bij, en' de aardige, sritee-
kmde blik, die met haar woorden vergezeld
dewerker, „juist is, hebben de Duitschers
geen overwinning behaald, maar een tegen
slag geleden", waar weinig tegen te zeggen
valt.
De Duitschers geven als hun indruk weer,
dat de Engelschen na drie dagen vechtens
zooveel materiaal hebben verloren, dat Ame
rikaansdie hulp dat niet binnen korten tijd
tem vervangen.
De Engelsche pen verheelt over het alge
meen den ernst van den toestand niet, maar
spreekt gelijktijdig het vertrouwen in den
afloop van den slag uit.
Eenige interessante mededeelingen wor
den uit Parijs nog gedaan over het geschut,
dat over een afstand van meer dan 100 K.M.
de Fransche hoofdstad beschiet. De ontplof
fingen volgen elkaar nog met dezelfde regel
matigheid op.
Het projectiel uit het kanon, dat Parijs
bombardeert, gaat volgens deskundigen 35
K.M. de hoogte in.
Dat de Duitsche legeraanvoerders weer
hooge onderscheidingen gekregen hebben, is
te begrijpen.
Veldmaarschalk Von Hindenburg, wiens
berst bijna geen plaats voor nieuwe ridder
orden meer over heeft, kreeg het ijzeren kruis
met gouden stralen en generaal Ludendorff
het ijzeren grootkruis.
De laatste communiqué's van het gevechts
terrein melden, van Duitsche zijde, dat men
den vijand tusschen Bapaume en Péronne in
zijn oude stellingen terugwierp, van Engel
schen kant, dat in het gevecht om Bapaume
slechts op één punt de Duitsche infanterie er
een oogenbiik in slaagde, de Engelsche loop
graven te bereiken en dat de vijand tusschen
Licourt en Bris weer over de Somme terug
geworpen werd.
De Franschen melden, dat de strijd in de
streek van Noyon verbitterd voortwoedt en
de Franschen, overeenkomstig de bevelen,
het veld stap voor stap ontruimen.
Ook de Engelsche Koning is aan het sei
nen gegaan en heeft in zijn telegram aan den
bevelhebber Haig de hoop uitgesproken, dat
God de Britsche troepen kracht zal schenken
in deze ure van beproeving. En tegelijkertijd
telegrafeerde de Duitsche Keizer weer aan
zijne gemalin den stand van het krijgsbedrijf
en besloot zijn telegram met de woorden
„God zij met ons".
Beide partijen meenea dus in dezen strijd
een Gode welgevallig werk te verrichten.
Duitedie telegrammen maken er melding
van, dat de Duitsche infanterie op enkele
punten tot over 40 K.M. vooruit gedrongen
is en dat ook de Duitsche tanks voortreffelijk
werk verricht hebben.
Zoo woedt de strijd voort, op het oogen
biik nog met onbetwistbaar succes voor de
Duitsdiers, ai zullen de offers aan hunne
zijde gebradit ook buitengewoon groot zijn.
Zal het nog ongebroken maar wijkende
front der Geallieerden spoedig tot stilstand
komen?
De geheele wereld ziet met spanning deze
geweldige worsteling aan, die door den Kei-
ging^ maakte ze totaal niet beleedigend.
„ten brombeer, ia dat zal iedereen* u
zeker wel vertellen." zei hij met een koel
lachje. „Een pijnlijk hoofd? Zeer wel moge
lijk. De wereld slaat ons net zoo 'lang te
gen ons hoofd tot het er pijn van zou doen."
„En toch, al doet om hoofd' ons pijn, het
helpt in 't geheel niet of wij in ons eigen hol
blijven zitten en denken hoe pijnlijk we
zijn,''' antwoordde Austice ondeugend.
„Soms doet het den heer meer goed uit zijn
hol te komen en zich te bemoeien met zijn
rasgenooten
,3ommige baen kunnen niet goed over
weg met hun rasgenooten," zei hij overgaan
de met haar humor zij dacht heimelijk dat
hij dit deed tegen zijn zin; „sommige beren
zijn niet heel gezellig van aard en waar
deeren hun rasgenooten niet," voegde hij-er
grimmig bij.
„Dat begrijp ik," zei Austice ondeugend;
toen veranderde haar toon eensklaps geheel
en al, zij zag niet langer mot lachende oogen
op tot zijn ernstig gezich, haar eigen gelaat
werd ernstig.
„Dr. Harding," zei ze met grooten een
voud, „u vindt mij zeker brutaal), bemoei
ziek, vermetel. Maar ik moet u iets vragen.
Is u bepaald afkeerig van menschen, dat u
de vriendschap van geen enkel mensch wilt
aannemen?"
Was er iets in de vriendelijkheid van haar
stem, in den sympathieken gloed van haar
oogen? Wie kan het zeggen? Maar een
zachtere uitdrukking vertoonde zich op Mi-
les Hardings gezicht, zijn stem verloor iets
van tiaar hardheid.
„Ik ben bang een treurig iemand te zijü
voor vriendschap," zei hij. „Lang geleden
reeds heb ik mijn geloof verloren in de
menschheid over het algemeen en niets van
wat mijn ondervinding mij later geleerd
VRIJDAG
Goede Vrijdag, xal
ana blad
DE DIRECTIE.
Zij, die zieN met 1 April
voor minstens 9 maanden
op dit blad abenneeren, ontvangen
de tot dien datum verschijnende
nummers franco en gratis.
DE DIRECTIE.
zer in zijn gelukwenscheu aan Von Hinden
burg niet ten onrechte de grootste slag der
wereldgeschiedenis is genoemd.
Alsof de Centralen in het Westen de hen-
den nog niet vol genoeg hebben, wordt vol
gens de Times uit het Italiaansche hoofd
kwartier gemeld, dat men binnen enkele we
ken een groot vijandelijk offensief in Tren»
tino verwacht
Het zwaarste deel daarvan zal dan wel op
Oostenrijksche schouders komen te rusten.
KORTE BERICHTEN.
Britsche vliegtuigen hebben 14 bommen
op de havenwerken van Zeebrugge geworpen.
In Palestina gingen de Engelschen big
Amuri tot den aanval over maar werden in
hun oude stellingen
Op het N. oorlogstooneel hebben Duit
sche duikbooten weer 18000 ton scheepsruim»'
te vernietigd.
De vredesonderhandelingen met Rpeme-
ni'è nemen een bevredigenden loop.
De Daily Mail verneemt uit Tokio, diat
de Japansche regeering geen interventie ia
Siberië overweegt.
Het Belgisch dorpje Middelburg, drie
kwartier gaans van Aardenburg, en dat on
middellijk aan de grens ligt, is op bevel va»
de Duitschers voor ongeveer de helft ont
ruimd voor den duur van 14 dagen. De inwo
ners huizen nu bij elkaar of in stallen aa
schuren.
Een Duitsche duikboot heeft zwaar be
schadigd toevlucht in de Spaansdie haven
Fénol gezocht.
In Spanje
beambten het werk hervat.
hebben de post- er. telegraaf-
HET VERLOREN GAAN VAN ONZE
SCHEPEN IN OF BUITEN DE
GEVAARLIJKE ZÓNE
Bij de bespreking van de nota der geasso
cieerde regeeringen vestigt „Het Vaderland?
nog de aandacht op het volgende
„De geassocieerde regeeringen beloven
schepen, die verloden gaan in de gevaarlijke
zóne, gelijk zij nu is, met schepen te zullen
vergoeden, zoo spoedig mogelijk, en vrij
weten wat dat zeggen wil. Breidt Duitscb-
land de z/se uit, dan geldt de belofte niet
voor 't nieuwe gevaarlijke gebied. Indien er
in heel de handelwijze der geassocieerden
eenige billijkheid, laat staan rechtmatigheid
had gelegen, zouden wij betoogen, dat dit
onderscheid onbillijk is. De aanspraak op
vergoeding in natura, die ook de geassoci
eerden blijkbaar erkennen, komt hieruit
voort, dat zij onze schepen dwingen in de
gevaarlijke zóne te varen, en dus doet 't er
natuurlijk niet toe of die zóne vóór of nh
heeft, heeft mij dat verloren vertrouwen te
ruggegeven."
„Generaliseert u niet wat al te veel, om
naar één persoon iedereen te veroordeelen,"
vroeg Austice, „en omdat één meascheüjk
wezen ons tegenvalt moet iedereen om zoo
te spreken dan met dezelfde maat goad»»
worden? Ik houd niet van zulk een Teer."
„Of u er van houdt ja óf neen, het is vaker
wel dan niet waar," zei Harding kortaf,
jn stc
ging niet
maar hij stond niét op van rijn stoel, wat
Austice half verwacht-had en ging niet weg;
„het is veel veiliger zich op een afstand Te
houden van zijn medemenschen en niemand
te vertrouwen <9p die manier stelt men zich
niet bloot aan teleurstellingen."
Ik noem het een afschuwelijke, koelbloe
dige manier," riep Austice met vuur. „Ik zou
liever voortgaan de menschen lief te hebben
en in hen te gelooven en steeds weder in hen
teleurgesteld worden dan te denken zooals
u doet, dat niemand liefde of vertrouwen
waard is. Zulk een gevoel als het uwe ver
giftigt het beste van alles, het vergiftigt het
neele leven."
Harding haalde de schouders een weinig
op.
„Het gaat er mij best mee," zei hij.
„Dat doet 't een oester ook," antwoordde
Austice bits, ;,maar u smaakt geen ware
vreugde, u mist de dingen, die er het meest
op nan komen."
„Heb ik vreugde noodig, begeer ik die,
dat is de vraag.
Zijn oogen hadden iets uitdagends toen
hij haar aanzag.
En nog eens, wat is datde dingen, die
er het meest op aan komen? de meeningen
daarover kunnen verschillen."
ALKMAARSCOE COURANT.