DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. De strjjd in en buiten Europa. No. 72 Honderd en twinstigsie Jaargang 1918 DINSDAG 26 MAART. TKUiLLJKTO h. üe gouden sleutel NIET verschenen. Buitenland. Binnenland. MunsiiMtwIl! U| Tunltbatillii 3 nunilei f 1.65. Ir.j. toil f 1.60. Bgwlliiinigrs 5 et UnitgiitMi IS tL g. reggl. (ropier, lettert nu pleettrilite. Br. Ir. 1.1. Boek- si HeMelidrakkerll Barm. Mm 1 ka. Voordan C 6. Tel. I Met onverminderde kracht blijft de worste ling op het Westelijk front voortduren. Nu de geweldige Duitsche actie reeds tot eenige successen van beteekenis geleid heeft, worden de telegrammen van het Wolff-bureau over de by&>ud<u heden van het nog steeds voortduwde bloedbad talrijker. En zoo&te gewoonlijk tracht men ook hier weer den toestand zoo gunstig mogelijk voor de eigen, legermachten af te schilderen. Onze verliezen, zegt een Wolff-telegram, zijn slechte gering ondanks het behaalde sue- ets. Het ware alleszins eerlijker zoo juist het tegenovergestelde beweerd was en mede was gedeeld, dat het behaalde succes nog gering is, ondanks de groote verliezen. Want het achteruitwerpgn der Engelschen over betrekkelijk grooten afstand, het verove ren van Peronne, Ham, Chauny en Bapaume, het gevangen neinen van 45.000 tegenstan ders, moge een onbetwistbaar succes genoemd worden, dit neemt niet weg, dat oog altijd de vijandelijke linie niet doorbroken is, dat de ijzeren muur waartegen men den stormram gebruikt heeft elastisch is gebleken en slechts hier en daar van vorm ia veranderd, En hoevele duizenden jonge mannen hebben om dit te bereiken in de laatste dagen niet het leven moeten laten 1 Men telt van Duitsche zijde den rijken buit maar wij zien geen cijfers, die ons melden hoeveel lijken de gezamelijke stapels tellen, die nu in onafzienbare rijen het door kogels omwoelde gevechtsterrein bedekken. De Dood zwaait zijn zeis en als korenhal men onder den sikkel des maaiers, vallen bij duizenden de besten en sterksten van de Euro- peesche volkeren. Toen het trommelvuur begon, meldt men van Duitsche zijde, was de kruitdamp zoo sterk, dat men niet van het eene kanon naar het andere kon zien. Maar doel en vuurtempo waren zoo nauwkeurig berekend, dat de artil lerie haar taak in een dichten nevel kon vol voeren. Waar kort geleden de voorste Engel- sche stelling was, is niet meer dan een breed woest trechterveld met overblijfselen van ver- 6perringen, vervallen ingangen en ineenge- schoten blokhuizen. De Engelsche artillerie is te veel vernield om de infanterie krachtig te kunnen steunen. De Duitsche batterijen dringen steeds verder naar voren. Terwijl nog het vuur op het trechterveld ligt leggen de pionnier» reeds wegen aan door de modder-wildemis. In de lucht werden hevige gevechten tus schen vliegtuigeskaders geleverd. Terwijl de afweerkanonnen hier en daar de machines neerschieten, bestoken de vliegers elkander en de bediening der wederzijdsehe kanonnen inet mitrailleurvuur en bommen. Een telegram van Zondag deelt mede hoe de beslissing in den slag Monchy, Kamerijk, St. Quentin—La Fère door de snelle overrompe ling van de derde steluag van «te» verkregen werd. naar hal Eagelad» doccLO- MQÖERL&V. 28) „Alle vrouwen zijn hetzelfde", zeide hij herhaaldelijk tot zichzelf gedurende de wan deling naar de Hall, „ér is geen zier verschil tussuien haar. Het zijn allen jagers en ais ze huu prooi bemachtigd hebben, draaien ze zich oiu en verscheuren hem! Een man die een vrouw vertrouwt te een gek!" Maar ofschoon hij bij zichzelf deze bewe ring herhaalde met een kram een betere zaan waardig, betrapte hij zich toch weer de twee vrouwen tegen eikaar op te wegen. Hilda Kedburn aan den eenen kant, Ausuce Deriield aan den anderen; ofschoon hij moei lijk had kunnen zeggen waarom hij ze dus met eikander vergeieek. Hij vond Austice in de ontvangkamer aan de schrijttaiel gezetende bleekheid van haar gezicht, de vermoeide uitdrukking van haar oogen toen zij opstond om hem te begroe ten, whkten eenig gevoel van medejijden hij hem op. Ze leek zoo klein en zoo'broos in het rouwkleed dat zij droeg voor haar schoonzuster. Er was iets kinderlijks en smeekeods in den blik dien zij tot hem op sloeg. Hij had haar niet gezien 6edert den dag van Ladf Framley's begrafenis, toen zif naast haar broeder stond en hij zich de woorden herinnerde, die zij bij hun eerste ontmoeting tot hem gesproken had; woor den die baar angst en afkeer uitdrukten van ziekte en doodEn nu voor de tweede maal binnen dien tijd van enkele maanden was da Dood de mli' binnengetreden m ta« Versche Engelscha troepen werden ten Zuiden van Bemes door den Duitschen aanval overloopen. Steeds trokken de Engelschen te rug, daar zij uit iedere nieuwe stelling in kor- tijd werden verdreven en tevergeefs offerde de veldartillerie zich op om den terugtocht te dekken. Enkele honderden meters voor de Duitsche stonncolonnes kwamen de batterijen in stelling en verschoten in razend' snelvuur hunne ammunitie, maar de bemanning werd neergeschoten en talrijke batterijen buit ge maakt. Ook de tanks werden onschadelijk ge maakt door geschut en mijnwerpers. Wat de Franschen na de ontruiming van Péronne door de Duitschers weer hadden op gebouwd werd door Engelschen, voordat zij de stad ontruimden, in brand gestoken. Tegenover deze mededeelingen van Duit sche zijde wordt uit het Britsche hoofdkwar tier geseind, dat de Engelschen in uitsteken de orde terug trekken, op vele punten vrijwil lig om hun frontlinies onafgebroken te hand haven. Een bijzondere berichtgever van Reuter bij het Fransch-Engelsche front maakt melding van gevonden afschriften van bet' Duitsche aanvalsplan waaruit zou blijken, dat een veel verder doordringen de eerste dagen reeds in het voornemen van den1 vjjand zou hebben ge legen. Het tot dusver behaalde succes is dus ver achter de bedoeling gebleven, roept deze be richtgever triomphanielijk uit. Zoo is er natuurlijk altijd reden om vol daan te zijn. Wie een oog blauw geslagen wordt, behoeft* zich geenszins als overwonnen te beschouwen, integendeel hij kan op het ge ringe succes van zijn tegenstander wijzen, wiem Ifet toch maar niet gelukt is, hem óp bei de oogen te treffen. Het Engelsche blad de Observer wijst er op dat het gevecht over 50 mijlen frontbreedte wordt gevoerd en dat er aan beide zijden meer dan een millioen man aan deelnemen. Het moreel van ome troepen is ongeschokt, zegt het blad. De Sunday Times vervalt in het oude kla roengeschal en deelt mede, dat hoe minder troepen de Engelschen aan het bloedbad blootstellen, des te meer reserves zij in de hand kunnen houden voor den tegenaanval als Hindenburg zijn laatste troepen heeft te pletter doen ioopen tegen den onneembaren Engelschen wal. Een Reutercorrespóndent bij het Britsche leger in Frankrijk geeft blijk zoo weinig te begrijpen wat er op dit oogenbiik eigenlijk op het Westelijk front gebeurt, dat hij de Duit sche actie een wanhoopsdaad, noemt en ver telt, dat d- vijand zijn laatste krachten inzet. Ongeveer twee vijfden van de geheele vijan delijke strijdmacht aan het Westelijk front is volgens dezen coriespondeni op de slaglinie van de laatste dagen samengetrokken. Uit de verschillende mededeelingen blijkt wel; dat de Engelschen bij de verdediging dapper hebben gevochten en slechts voor de vrouwen waren weggedragen aoor den hoofdingang naar het kleine kerkhof aan genezijae van het park. In de laatste maan den had Austice Deriield tweemaal aan een open graf gestaan! „Arm vrouwtje!" Onwillekeurig schoot deze gedachte Harding door het hoofd toen hij haar de hand gaf en ofschoon hij de ge dachte bedwong en zijn koetsten toon aan sloeg, waa de gedachte toch bij hem opge komen. „Ik heb gevraagd u vanmorgen te. komen storen," zei hij stijf, „omdat ik een brief ge kregen heb van Hilary Donaldson. Zij schrijft aan mij als haar voogd, om mij te vertellen dat zij op een heel merkwaardige manier aan een familielid gekomen is." „Een familielid 1 O, hoe interessant 1 hoe vreemd!" „Ze schreef dat ze u op t oogenbiik niet door schrijven wou lastig vallen, nu u in zorg ia, maar ik dacht dat u den brief wel graag lezen wou. De heele zaak is een merk waardige samenloop van omstandigheden." „Hoq attent en ardig van het lieve meis je om aan mijn verdriet te denken," zei Aus tice, den brief van hem aannemende. Hilary heeft een soort van karakter, dat ik meer be wonder dan eenig ander. Zij is zoo sterk en zoo zacht. Maar hoe buitengewoon is dat!" ging zij voort, terwijl zij de oogen over het oeschrevën papier liet gaan, „wat een vreem de toevalligheid dat die arme zenuwzieke dame familie van haar moet wezen. De waarheid is bepaald soms vreemder dan ver dichting. Maar Austice zweeg even, ze las den brief tweemaal over, juist zooals Harding zelf gedaan had, „maar wij hebben geen nadere inlichtingen gekregen, is t wel? Dé geschiedenis van Hilary's vader is nog ia geheimzinnigheid gehuld. Wie en wat was bij?" overweldigende hoeveelheid vijanden en de kracht van het Duitsche geschut moesten wij ken. Dat men ook in Amerika het verloop van dezen strijd met de grootste belangstelling nagaat, iaat zich begrijpen. Reuter meldt, dat men daar zoo overtuigd te van de kracht der verdedigers, dat man een ongeschokt ver trouwen in een sMmü vaa den Duitechen aanval heeft, i De Britten en Franschen van hun kant zul len dezer dagen wederkeerig hun gedachten wel eens naar Amerika laten gaan en zich de telegrammen herinneren' waarin de laatste maanden steeds weer uitvoerig werd uiteenge zet op welke reusachtige schaal Amerika zich ten oorlog uitrust. Van het tiende gedeelte van de manpee, de j kanonnen en de vliegtuigen die Amerika in reserve zegt te hebben, zouden Duitschlands vijanden op het Westfront thans heel wat steun kunnen hebben. Maar het oude spreekwoord gaat ook hier op, dat één. vogel in de hand beter is dan tien in de lucht en daar de Duitschers zoo brutaal zijn om maar vast den grooten slag te beginnen vóór de tienduizenden in reserve gehouden1 Amerikanen den' Oceaan over zijn, moeten de Britten de stonnloopen maar met eigen krachten zien te stuiten. Het Berlijnsche communiqué van Maan dag, dat wij gisteren nog gedeeltelijk konden opnemen, meldt, dat zich, hevige ge vechten ontsponnen bij Combles en de Wes telijk daarvan gelegen hoogte. De Duit schers, aldus dit communiqué, staan Noorde lijk van de Somme, midden in het slagveld van den Sommeslag. De overgang over de Somme voor Ham is geforceerd'-en de hoog- té ten W. van de Somme is bestegen, Tusschen Somme en Oise maakten de over het Crozat-kanaal voortdringende troepen vorderingen en namen in storm de taai ver dedigde stellingen op den W. kanaaloever. Engelschen, FransJien en Amerikanen wer den door het moeilijk begaanbare woudge bied over La Neuville en Villeguier-au-Mont teruggeworpen. Het Parijsche middag-communiqué meldt, dat de Franschen een deel van het Engelsche front overnamen en dat in Champagne twee overvallen van de Duitschers ten O. van de Suippe mislukten. De militaire medewerker van de Daily Chronicle becijfert de Duitsche verliezen op niet minder dan 150.000 man, misschien nog wel 50.000 man meer. Deze opgave lijkt ons niet erg betrouw baar. Iemand die de mogelijkheid openlaat, dat hij zich 50.000 man vergist, is niet de meest geloofwaardige geschiedschrijver. Wat dit betreft alle hulde aan de Duit schers, die dezer dagen precies 16999 gevan genen telden. De ééne man, die hen ontbrak om het 17e duizendtal vol te maken, werd met pijnlijke nauwkeurigheid in het communiqué achter wege gelaten. „Als mijne opgave", aldus de militaire me- „Ik heb mij afgevraagd of ik er soms wat meer van te weten kon komen als ik naar dat dorp, dat Hilary noemt, naar Burnan- ford ging. Het schijnt ergens -te liggen op de grens van Somerut en Devonshire 't Is mo gelijk dat iemand daar mij wat vertellen kan van de Merrings en over de eene dochter, die met een schilder trouwde." „Misschien zou u iets ontdekken," zei Austice langzaam, „maar het is wat al te erg dat u uw tijd zou geven om dit te doen voor een meisje dat hoegenaamd geen aan spraak op u heeft." „Ik beschouw mijn belofte aan haar moe der wel als aansparak," aniwoordde Har ding koel. „Ik heb bepaald beloofd Hilary te helpen in haar rechten hersteld te worden en ik ben gebonden mijn belofte te houden, al heb ik op 't oogenbiik geen flauw idéé waarin die rechten zouden bestaan. Een be zoek aan Bumanford zou misschien helpen om die zaak op te helderen „Nu, ik vind, dat u bepaald engelachtig is voor Hilary," riep Austice uit den grond van haar hart. „Zij mag u wel heel dankbaar zijn dat u zich zooveel moeite voor haar geeft. Ik geloof dat u iemand te, die zich uitput In zorgen voor alle andere menschen." „Daar weet ik niet van." Hardings stem werd zonder dat hij het zich bewust was, wat zachter, omdat haar stem zoo vriendelijk was en .de glimlach in haar oogen zoo lief. „Ik word gewoonlijk beschouwd als een kluizenaar, een koude, hartelooze kluize naar. Evenals arme menschen „houd ik mij zelf voor mijzelf." „Hoe dwaas en hoe kil om dat te doen," zei Austice met haar zachten lach en Harding werd niet boos om dien lach; „misschien is u een brombeer met een pijnlijk hoofd," voegde zij er bij, en' de aardige, sritee- kmde blik, die met haar woorden vergezeld dewerker, „juist is, hebben de Duitschers geen overwinning behaald, maar een tegen slag geleden", waar weinig tegen te zeggen valt. De Duitschers geven als hun indruk weer, dat de Engelschen na drie dagen vechtens zooveel materiaal hebben verloren, dat Ame rikaansdie hulp dat niet binnen korten tijd tem vervangen. De Engelsche pen verheelt over het alge meen den ernst van den toestand niet, maar spreekt gelijktijdig het vertrouwen in den afloop van den slag uit. Eenige interessante mededeelingen wor den uit Parijs nog gedaan over het geschut, dat over een afstand van meer dan 100 K.M. de Fransche hoofdstad beschiet. De ontplof fingen volgen elkaar nog met dezelfde regel matigheid op. Het projectiel uit het kanon, dat Parijs bombardeert, gaat volgens deskundigen 35 K.M. de hoogte in. Dat de Duitsche legeraanvoerders weer hooge onderscheidingen gekregen hebben, is te begrijpen. Veldmaarschalk Von Hindenburg, wiens berst bijna geen plaats voor nieuwe ridder orden meer over heeft, kreeg het ijzeren kruis met gouden stralen en generaal Ludendorff het ijzeren grootkruis. De laatste communiqué's van het gevechts terrein melden, van Duitsche zijde, dat men den vijand tusschen Bapaume en Péronne in zijn oude stellingen terugwierp, van Engel schen kant, dat in het gevecht om Bapaume slechts op één punt de Duitsche infanterie er een oogenbiik in slaagde, de Engelsche loop graven te bereiken en dat de vijand tusschen Licourt en Bris weer over de Somme terug geworpen werd. De Franschen melden, dat de strijd in de streek van Noyon verbitterd voortwoedt en de Franschen, overeenkomstig de bevelen, het veld stap voor stap ontruimen. Ook de Engelsche Koning is aan het sei nen gegaan en heeft in zijn telegram aan den bevelhebber Haig de hoop uitgesproken, dat God de Britsche troepen kracht zal schenken in deze ure van beproeving. En tegelijkertijd telegrafeerde de Duitsche Keizer weer aan zijne gemalin den stand van het krijgsbedrijf en besloot zijn telegram met de woorden „God zij met ons". Beide partijen meenea dus in dezen strijd een Gode welgevallig werk te verrichten. Duitedie telegrammen maken er melding van, dat de Duitsche infanterie op enkele punten tot over 40 K.M. vooruit gedrongen is en dat ook de Duitsche tanks voortreffelijk werk verricht hebben. Zoo woedt de strijd voort, op het oogen biik nog met onbetwistbaar succes voor de Duitsdiers, ai zullen de offers aan hunne zijde gebradit ook buitengewoon groot zijn. Zal het nog ongebroken maar wijkende front der Geallieerden spoedig tot stilstand komen? De geheele wereld ziet met spanning deze geweldige worsteling aan, die door den Kei- ging^ maakte ze totaal niet beleedigend. „ten brombeer, ia dat zal iedereen* u zeker wel vertellen." zei hij met een koel lachje. „Een pijnlijk hoofd? Zeer wel moge lijk. De wereld slaat ons net zoo 'lang te gen ons hoofd tot het er pijn van zou doen." „En toch, al doet om hoofd' ons pijn, het helpt in 't geheel niet of wij in ons eigen hol blijven zitten en denken hoe pijnlijk we zijn,''' antwoordde Austice ondeugend. „Soms doet het den heer meer goed uit zijn hol te komen en zich te bemoeien met zijn rasgenooten ,3ommige baen kunnen niet goed over weg met hun rasgenooten," zei hij overgaan de met haar humor zij dacht heimelijk dat hij dit deed tegen zijn zin; „sommige beren zijn niet heel gezellig van aard en waar deeren hun rasgenooten niet," voegde hij-er grimmig bij. „Dat begrijp ik," zei Austice ondeugend; toen veranderde haar toon eensklaps geheel en al, zij zag niet langer mot lachende oogen op tot zijn ernstig gezich, haar eigen gelaat werd ernstig. „Dr. Harding," zei ze met grooten een voud, „u vindt mij zeker brutaal), bemoei ziek, vermetel. Maar ik moet u iets vragen. Is u bepaald afkeerig van menschen, dat u de vriendschap van geen enkel mensch wilt aannemen?" Was er iets in de vriendelijkheid van haar stem, in den sympathieken gloed van haar oogen? Wie kan het zeggen? Maar een zachtere uitdrukking vertoonde zich op Mi- les Hardings gezicht, zijn stem verloor iets van tiaar hardheid. „Ik ben bang een treurig iemand te zijü voor vriendschap," zei hij. „Lang geleden reeds heb ik mijn geloof verloren in de menschheid over het algemeen en niets van wat mijn ondervinding mij later geleerd VRIJDAG Goede Vrijdag, xal ana blad DE DIRECTIE. Zij, die zieN met 1 April voor minstens 9 maanden op dit blad abenneeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers franco en gratis. DE DIRECTIE. zer in zijn gelukwenscheu aan Von Hinden burg niet ten onrechte de grootste slag der wereldgeschiedenis is genoemd. Alsof de Centralen in het Westen de hen- den nog niet vol genoeg hebben, wordt vol gens de Times uit het Italiaansche hoofd kwartier gemeld, dat men binnen enkele we ken een groot vijandelijk offensief in Tren» tino verwacht Het zwaarste deel daarvan zal dan wel op Oostenrijksche schouders komen te rusten. KORTE BERICHTEN. Britsche vliegtuigen hebben 14 bommen op de havenwerken van Zeebrugge geworpen. In Palestina gingen de Engelschen big Amuri tot den aanval over maar werden in hun oude stellingen Op het N. oorlogstooneel hebben Duit sche duikbooten weer 18000 ton scheepsruim»' te vernietigd. De vredesonderhandelingen met Rpeme- ni'è nemen een bevredigenden loop. De Daily Mail verneemt uit Tokio, diat de Japansche regeering geen interventie ia Siberië overweegt. Het Belgisch dorpje Middelburg, drie kwartier gaans van Aardenburg, en dat on middellijk aan de grens ligt, is op bevel va» de Duitschers voor ongeveer de helft ont ruimd voor den duur van 14 dagen. De inwo ners huizen nu bij elkaar of in stallen aa schuren. Een Duitsche duikboot heeft zwaar be schadigd toevlucht in de Spaansdie haven Fénol gezocht. In Spanje beambten het werk hervat. hebben de post- er. telegraaf- HET VERLOREN GAAN VAN ONZE SCHEPEN IN OF BUITEN DE GEVAARLIJKE ZÓNE Bij de bespreking van de nota der geasso cieerde regeeringen vestigt „Het Vaderland? nog de aandacht op het volgende „De geassocieerde regeeringen beloven schepen, die verloden gaan in de gevaarlijke zóne, gelijk zij nu is, met schepen te zullen vergoeden, zoo spoedig mogelijk, en vrij weten wat dat zeggen wil. Breidt Duitscb- land de z/se uit, dan geldt de belofte niet voor 't nieuwe gevaarlijke gebied. Indien er in heel de handelwijze der geassocieerden eenige billijkheid, laat staan rechtmatigheid had gelegen, zouden wij betoogen, dat dit onderscheid onbillijk is. De aanspraak op vergoeding in natura, die ook de geassoci eerden blijkbaar erkennen, komt hieruit voort, dat zij onze schepen dwingen in de gevaarlijke zóne te varen, en dus doet 't er natuurlijk niet toe of die zóne vóór of nh heeft, heeft mij dat verloren vertrouwen te ruggegeven." „Generaliseert u niet wat al te veel, om naar één persoon iedereen te veroordeelen," vroeg Austice, „en omdat één meascheüjk wezen ons tegenvalt moet iedereen om zoo te spreken dan met dezelfde maat goad»» worden? Ik houd niet van zulk een Teer." „Of u er van houdt ja óf neen, het is vaker wel dan niet waar," zei Harding kortaf, jn stc ging niet maar hij stond niét op van rijn stoel, wat Austice half verwacht-had en ging niet weg; „het is veel veiliger zich op een afstand Te houden van zijn medemenschen en niemand te vertrouwen <9p die manier stelt men zich niet bloot aan teleurstellingen." Ik noem het een afschuwelijke, koelbloe dige manier," riep Austice met vuur. „Ik zou liever voortgaan de menschen lief te hebben en in hen te gelooven en steeds weder in hen teleurgesteld worden dan te denken zooals u doet, dat niemand liefde of vertrouwen waard is. Zulk een gevoel als het uwe ver giftigt het beste van alles, het vergiftigt het neele leven." Harding haalde de schouders een weinig op. „Het gaat er mij best mee," zei hij. „Dat doet 't een oester ook," antwoordde Austice bits, ;,maar u smaakt geen ware vreugde, u mist de dingen, die er het meest op nan komen." „Heb ik vreugde noodig, begeer ik die, dat is de vraag. Zijn oogen hadden iets uitdagends toen hij haar aanzag. En nog eens, wat is datde dingen, die er het meest op aan komen? de meeningen daarover kunnen verschillen." ALKMAARSCOE COURANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1918 | | pagina 1