DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Do strjjd in en buiten Europa.
De gouden sleutel
N#. 99
Honderti en tarastiggto Jaargang
1918
29 A P KI L
FEÏILLETOI.
S
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs bjj vooruitbetaling
per S maanden voor Alkmaar f L65, franco door het ge-
heele Rijk f 1.90.
Afzonderlijk© «m bewlsnummer» h Cents.
MAAN A O
Prijs der gewone Advertentiën
Per regel f 0.15. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N.V. Boek- en Bandelsdrukkery
v/h. HEEMs. COSTEE ZOON, Toordam C 9.
Binnenland.
Tétefoomroimner 3.
In Februari 1916 is door Asquith een com
missie benoemd welke de opdracht had de
Engelsche commercieele en industrieele po
litiek na den oorlog te besitudeeren,
Deze commissie heeft thans een eindver
slag gegeven en het is zeker interessant eens
na te gaan tot welke conclusies zij geko
men is.
Van zeer vele zijden toch zijü in de strijd-
voerende landen gedurende den oorlog stem
men opgegaan van hen, die den vijand
na het sluiten van een vredesverdrag zijn
plaats op de wereldmarkt ten krachtigste
wilden betwisten en voornamelijk in Enge
land en Amerika 'heeft men' duidelijk doen
uitkomen, dat de economische oorlog ook na
den vrede nog niet uitgevochten zou zijn.
Er waren er zelfs, die eiken handel met den
tegenwoordigen vijand absoluut verbieden
wilden, niet bedenkende, dat eersteng het uit
sluiten van een volk van 70 millioen op den
duur onmogelijk zou zijn, en tweedena, dat
dit ook voor de Geallieerde rijken in de toe
komst een belangrijke schadepost zou be-
teekenen. v
Bij wederzij dschen handel zijn toch beide
partijen gebaat en wanneer men een partij
dien handel onmogelijk maakt, ondervindt
ook de andere daarvan aanmerkelijke schade.
Iets anders is het natuurlijk dat men de
vijanden van nu niet dadelijk als bewoners
der meest begunstigde natie behoeft te be
handelen en de bovenvermelde commissie is
- te dien opzichte in haar uitlatingen dan ook
bijzonder voorzichtig geweest.
Zij heeft de ontwikkeling van 's rijks hulp
bronnen nagegaan, de behandeling van bui
tenlanders ten^ opzichte van handelswerk
zaamheid, financieele faciliteiten voor den
handel, verhindering van het overvoeren van
de buitenlandsche markt met goederen bene
den den kostenden prijs „en bevèiling van de
belangrijke hoofdtakken van nijverheid.
De commissie merkt op, dat ofschoon het
wegens het gebrek aan scheepsruimte in de
geheele wereld wenschelijk zou kunnen zijn
voor bepaalden tijd eenige beperkingen- te
stellen voor het gebruik Van Engelsche ha
vens door den tegenwoordigen vijand, elk
scheepvaartbeleid, dat tot strekking zou heb
ben hergebruik van Engelsche havens door
vreemde schepen in het algemeen te beletten,
geen aanbeveling zou verdienen.
Wanneer de vijandelijke landen een zoo
groot mogelijke schadevergoeding wordt af
gedwongen, zal de snelle wederopbouw van
de Britsche nijverheid en koopvaardijvloot
naar de meening van de commissie zeer wel
naar het Engelse*»
dcor L. O MOBCRLBV.
41)
„Ik wil geen vergoeding!" riep Hilary
haast met- heftigheid uit. „niets anders kan
Tony vervangen en hij stoot mij van zich af
voor een ongerijmde reden! Geen hoopen
chei
geld zouden zich mogen stellen tusschen
twee menschen, die veel van elkaar houden."
„Ik* ben het volkomen met je eens, maar
tenzij je Tony kunt overtuigen van dit feit.
dat voor jou en mij zoo duidelijk is, helpt
het niet veel of wij het al duidelijk vinden."
Juffrouw Dunbar sprak nu weer op haar
ouden, koelen toon, maar haar oogen waren
nog vol genegenheid en toen Hilary haar
aanzag met een uitdrukking van doffe smart,
kwam zij snel naar haar toe en legde vrien
delijk de hand op haar schouder.
„Lieve, dit alles spijt mij meer dan ik on
der woorden kan brengen," zei ze, „maar op
dit oogenblik is er niets aan te doen. Ga er
eens over praten met mevrouw Derfield of
met je voogd. Maar dr. Harding is misschien
je, voogd niet meer?"
„Neen, ik heb geen voogd op 't oogen
blik," antwoordde Hilary gewichtig. „Ik ben
mijn eigen baas en baas over mijn eigen
geld. Niemand kan er iets aan doen."
Maar ofschoon zij deze woorden den vol
geenden dag op haar reis naar Londen vele
malen bij zich zelf herhaalde, zij vond het
een heel zware taak mr. Brent te overtuigen
van haar onafhankelijkheid. Zij had afge-
proken den nacht d or te brengen op me-
mogelijk zfjn.
De commissie wil het Britsche rijk ten op
zichte van de grondstoffen niet onafhanke
lijk van andere landen maken, maar wijst er
op, dat men toch rekening moet houden met
de waarschijnlijkheid, dat de aanvoer van
verschillende grondstoffen in oorlogstijd
verstoord zal kunnen worden.
De commissie zou het onverstandig achten
buitenlandsch kapitaal uit te sluiten van
deelneming in de ontwikkeling van de stoffe
lijke hulpbronnen des rijks en wil zich in elk
bijzonder geval van de buitenlandsche belan
gen vergewissen.
Zij acht het in het algemeen ongewenscht
om eenige bijzondere beperking op te leggen
voor de deelneming van buitenlandera in het
algemeen aan commercieele en industrieele
ondernemingen. Het zou een averechtsche
politiek zijn om buitenlandsche banken te
verhinderen zich te vestigen, maar men zou
dit van vergunningen afhankelijk kunnen
maken.
De commissie wil vijandelijke onderdanen
na den oorlog niet weren, maar acht het wel
noodig, dat een tijd lang bijzondere beper
kingen worden ingevoerd voor vijandelijke
onderdanen door middel van strenge permis
sies en politie-verordeningen.
Behoudens zulke waarborgen, acht zij het
niet noodig of uitvoerbaar, behalve misschien
voor korten tijd en in bijzondere gevallen,
den tegenwoordigen vijanden te beletten
agentschappen te vestigen of belang te heb
ben bij commercieele of industrieele onder
nemingen. 1
De commissie dringt er op aan, dat de re-
geering de ontwikkeling van takken van nij
verheid die van bijzonder belang zijn, zal
bevorderen en beveelt tevens herziening en
ontwikkeling van de economische betrekkin
gen met de overzeesche gewesten, koloniën
en Indië aan, evenals bevordering van dm
handel tusschen het Britsche rijk en Enge-
land's bondgenooten.
De tegenwoordige vijandelijke landen
moeten althans voorloopig niet in de gele
genheid gebeld worden den handel te drij
ven mei het Britsche rijk in denzelfdeh onbe-
perkten omvang als vóór den oorlog ofc „on
der voorwanden, gelijk aan die welke aan
de bondgenooten of onzijdigen wordt toege
staan.
De commissie, die nog verscheidene prac-
tische wenken heeft gegeven, beveelt ten slotte
aan om den invoer van artikelen van vijande
lijken oorsprong afhankelijk te maken van ver
gunningen en hem in buitengewone gevallen
vrouw DerfLeld's bovenwoning, waar de
zeer bevoegde huisbewaarster alles voor
haar in gereedheid kon brengen eri zij bied
dan een uur bij mr. Brent op het kantoor en
trachtte hem fe overtuigen hoe verstandig
haar plan was, om de zusters Driver te hel
pen.
„Maar mijn lieve freule," herhaalde de no
taris nu en dan met een volharding aan die
van een papegaai gelijk, waarmee hij zijn toe
hoorster zeer verveelde, „maar mijn lieve
freule, uw plan is volstrekt niet practlsch, al
mag het dan liefderijk wezen. Een huis koo-
pen in de duinen een huis dat u niet noo
dig hebtHet is werkelijk u moet mi ver
geven, dat ik het zeg het is belachelijk
„ik wil wel geloovai, dat het u belachelijk
lijkt." Hilary vroeg zich later af hoe dikwijls
zij denzelfden volzin met kleine variaties her
haalde, „maar ik geloof niet dat het half zoo
ongerijmd1 is als het lijkt. Ik heb, veel meer
[eld dan ik noodig heb of dan ik zou weten
oe te gebruiken. Als ik mijn plan ten uitvoer
bracht met dat huis in de duinen;, zou ik een
goed gebruik maken van een gedeelte van
mijn geld en menschen helpen die hulp noo
dig hebben."
„Maar het geld is weg eenvoudig weg,
ing de notaris voort, die niets op had met
iet denkbeeld geld uit te zetten, dat men on
mogelijk terug kan krijgen, jyu koopt het huis
voor laat eens zeggen voor drie duizend of
vier duizend pond of zoo. U moet het huis in
richten, er iemand in laten wonen om er voor
te zorgen, het onderhoud betalen en dat alles,
waarvoor? Om een paar arme schepsels te
kwellen door ze een afwisseling te bezorgen
naar buiten te gaan, een afwisseling, die lren
meer dan ooit ontevreden zal maken met hun
lot."
„Ik zal ze nieuwe moed nieuwe hoop ge
ven," zei Hilary opgewonden, daar ze haar
gedurende twaalf maanden na den oorlog te
verbieden.
Zij heeft dus het bekrompen standpunt
van een economischen oorlog na de teeke-
ning van het vredestradaat niet ingenomen
en den breeden weg ingeslagen, die ook
voor Engeland's toekomst de beste resultaten
belooft.
Dat niet aanstonds na den oorlog de vij
anden van thans gelijke rechten als de bond
genooten zullen krijgen, is begrijpelijk en an
dere voorstellen konden in de tegenwoordi
ge omstandigheden dan ook moeilijk ver
wacht worden.
In, scherpe tegenstelling hiermede is een
Havas-telegram, meldende, dat de Fransche
regeering het besluit genomen heeft de han
delsverdragen op te zeggen, wat volgens
Fransche bladen beteekent, dat dit beslüit
het begin iis.van een economisch offensief.
Volgens het Journal wordt hierdoor de
Duitsche industrie het feit medegedeeld, dat
de grondstoffen, waarover de Entente be
schikt, niet meer tot haar beschikking zullen
staan.
Volgens dit blad vormt de maatregel van
de Fransche regeering als het ware een eco
nomisch offensief, waarvan Frankrijk's vij
anden de uitwerking weldra zullen bespeu
ren.
Volgens een Reuter-bericht uit Christiania
zouden ook een groot aantal Ehiitsche en
Oostenrijksch-Hongaarache maatschappijen
toekomstplannen gemaakt hebben. Een groo
te combinatie zou te Bremen gevormd zijn.
Officieel zou de maatschappij een jaar na het
teekenen van den vrede gelikwideerd wor
den, maar on-officieel zou zij blijven voort
bestaan.
Zij zou een omvangrijk plan de campagne
gevormd hebben, dat o. a. ook beoogt den
handel tusschen de neutralen en de Geallieer
den te belemmeren.
Men wil dan volgens het Reuter-
bericht een boycot organiseeren en den fi-
nancieelen en commercieelen toestand van
Entente-gezinde neutralen ondermijnen.
Met inbegrip van vriendschappelijk ge
zinde neutralen zal een centraal handelsbloc
gevormd worden.
Worden dez>e berichten bevestigd, dan Is
dus ook van deze zijde een weinig aanlokke
lijke economische strijd te verwachten.
In Amerika zijn weer schitterende toespra
ken gehouden.
r De minister van marine heeft aan een
feestmaal medegedeeld, dat de oorlog zal
worden voortgezet tot de bedreiging der
autocratie het geluk en den voorspoed van
eigen verdriet een oogenblik vergat In haar
ijver haar plan anderen goed te doen. aan den
de menschheid niet langer in gevaar brengt.
Indien het noodig is, zullen de jongens on
der de 21 worden opgeroepen en alle „jon
gens" onder de 70.
De minister van oorlog voegde daaraan
nog toe, dat de geest van het Amerikaansche
leger in Frankrijk onoverwinnelijk is.
Een Reuter-telegram meldt, dat zich op
één dag weer 886 vrijwillige recraten boven
het aantal dienstplichtigen van militairen
leeftijd opgegeven hebben1, waardoor het to
taal aantal vrijwilligers sedert 1 April 1917
tot 412.785 man gestegen is.
Het is voor de Geallieerden om van te wa
tertanden.
Is het wonder, dat velen zich in Engeland
en frankrijk afvragen wanneer die groote
legermachten nu eens over den Oceaan zuilen
komen?
De Duitschers meiden, dat de vijand in
Vlaanderen naar achterwaartsche linies te
rug week, ten Z. van. Langemarck over de
Steenbeek, ten O. van Yperen naar de stellin
gen van den herfst van 1914 bij Zillebeke en
nog verder terug.
Bij Givenchy werden sterke-aanvallen der
Engelschen afgeslagen.
Volgens Duitsche bladen1 zouden bij
Amiens en Noordelijk daarvan nieuwe Fran
sche reserves aangekomen zijn.
De communiqué's uit Londen en Parijs
maken slechts melding van plaatselijke ge
vechten bij Yperen, Lens en Rijssel.
notaris op te dringen. „0 weet zeker niet wat
het is den, heelen avond opgesloten te zitten
in een1 zit- en tegelijk slaapkamaer, na den
heden dag te zi .n opgesloten ia een donker,
somber kantoor".
Mr. Brent moest bekennen, dat hij van
zulke dingen nooit ondervinding gehad had
en Hilary ging voort en sprak vol warmte en
vuur: (,Er zijn massa's vrouwen, die aldus
wonen in kleine kamertjes en die den heden
dag op een benauwd kantoor zitten. Omdai
ik zelf arm geweest hen begrijp ik wat het b< -
teekfcuen zou voor zulke vrouwen in dit huis
op de duinen te mogen logeeren, al was het
maar telkens voor één week. Ik hoef toch niet
aan mijn geld te denken alleen als een middel
om er weer meer geld mee te verdienen. Ik
hoef van iederen oent geen interest te hebben.
Het moet gebruikt worden om andere men
schen beter en gelukkiger te maken."
Mr. Brent keek met verbazing deze onge
wone cliënt aan, het meisje met haar heldere
oogen en glanzend haar, het meisje, dat,
zooals hij opeens opmerkte, zulk een beslisten
trek had om den mond, een kin, die een kracht
van karakter uitdrukte, waaraan het mis
schien moeilijk was weerstand te bieden.
„Welnu, freule Framley," zei hij, langzaam
figuren teekenend op zijn vloeipapier en zijn
cliënt niet regelrecht aanziende, „wij moeten
dr. Harding en mevrouw Derfield eens over
uw plan raadplegen."
„Neen, wij hoeven niemand te raadplegen,"
antwoordde Hilary met ontstellende zeker
heid. „Dit plan is van mij, en het gaat'üie-
mand aan dan mij. Dr. Harding is mijn
voogd niet en tante Austice ook met. Zij kun
nen mijn zaken niet voor mij regelen. Ik
zij zweeg even en haar-oogen "c-siigden zich
met onbuigzame vastheid ap„mijnheer Brent's
MINISTERRAAD.
Vrijdagmiddag onmiddellijk na afloop van
het comité-generaal der Tweede Kamer, heeft
de ministerraad vergaderd.
Zaterdagmiddag werd opnieuw een kabi
netsraad gehouden.
HET REOHT VAN ENQUETTE AAN DE
EERSTE KAMER.
De Eerste Kamer nam in haai vergade
ring van 10 April 1918 een motie aan, bij
welke on onverwijlde toekenning ,van hei;
recht van enquette wordt aangedrongen.
Naar de ministers van binnenlandsche za
ken i van justitie aan de Kamer jnededee-
len staat voor de regeering te minder re
den om zich tegen yerwezenlijking van dit
verlangen te verzetten, omdat sedert 1887
de Grondwet dit recht ook aan de Eerate
Kamer verzekert, ai zoodra deze op het be
zit prijs toont te stellen, de uitvoering van
hej grondwettelijk voorschrift urgent mag
heetcn.
Tot dit doel ia thans een wetsontwerp in-
ediend tot wijziging van de wet van 5
ugustus 1850.
TOEZICHT OP VREEMDELINGEN.
Een wetsontwerp is ingediend, houdende
„ik ben geheel mijn eigen baas. Ik
an mijn geld precies gebruiken zooa
ezicht
zooals ik zelf
wil."
De notaris keek iemand niet graag recht
streek» aan, maar er was iets zonderling on
weerstaanbaars in den glans van Hilary's
oogen ai ofschoon hij dien' blik niet gaarne
ontmoette, was hij wel genoodzaakt het te
doen.
„Dat is waar, is 't niet?" zei ze. toen hij
gene antwoord gaf. „Ik ben mijn eigen baas,
Ik kan doen met mijn geld wat ik wil?"
„Ik wensch u niets te verhinderen als u
iets verstandigs doet," begon mr. Brent we
der, haar vraag ontwijkende. „Ik zal bereid
zijn toe te stemmen
„Ik geloof niet dat er sprake is van uw toe
stemming," viel Hilary hem in de rede, den
nadruk leggende op het laatste woord, „en ik
heb gelijk, niet waar, wanneer ik zeg, dat ik
mijn eigen baas ben en kan doen met mijn
geld wat ik wil?"
De rustige beslistheid van haar toon bracht
den notaris in verwarring. Het was iets
nieuws voor hem te worden toegesproken met
die kalme flinkheid, die rustige waardigheid
door iemand, die hij als een heel jong meisje
beschouwd had, volgzaam en gemakkelijk
naar zijn hand te zetten. En nu zit ze daar,
met de oogen ernstig op zijn gezicht geves
tigd, volstrekt niet verlegen en ook niet vei-
stoord, maar met kalme overtuiging de
woorden herhalend: „Ik ben mijn eigen
baas. Ik kan doen met mijn geld wat ik
wiL"
„Zeker, zeker." Het was de notaris en niet
de cliënt, die teekenen van zekere verwarring
gaf. „U heeft volkomen gelijk, freule Fram
ley. Het was niet mijn bedoeling te beweren,
dat u onder iemands voogdij staat. U is vrij
om l_ doen wat u wilt, maar het spreekt van
zelf, dat u eerst den raad zult willen inwin-
nadere voorzieningen betreffende het toe
zicht op hier te lande vertoevende vreemde
lingen.
Het le artikel bepaalt, dat bij algemeenen
maatregel van bestuur nadere voorschriften
worden gegeven betreffende 't toezicht op
hier te lande vertoevende vreemdelingen.
Op de overtreding van bepalingen, vastge
steld bij of krachtens bedoelden algemeenen
maatregel van bestuur kunnen bij kon. be
sluit straffen worden gesteld, hetzij; hechte
nis, hetzij geldboete, mits de maxima der ge
stelde straften niet meer bedragen dan onder
scheidenlijk twee maanden of duizend gul
den.
De strafbaar gestelde feiten worden als
overtredingen aangemerkt.
De Kroon en de bij kon. besluit aangewe
zen autoriteiten zijn bevoegd aan hier te
lande vertoevende vreemdelingen, die ge
vaarlijk worden geacht voor de openbare
orde, veiligheid, gezondheid of zedelijkheid,
of die zich niet gedragen naar de bepalin
gen, vastgesteld bij of krachtens bedoelden
algemeenen maatregel van* bestuur, een be
paalde verblijfplaats binnen het rijk in
Europa aan te wijzen en hen daarheen te
doen overbrengen, of wel hun het verblijf
op bepaalde plaatsen van het rijk in Euro
pa te ontzeggen en hoi daaruit fe doen ver
wijderen.
De vrijheid van hier te lande vertoevende
vreemdelingen, om zich naar het buiten
land te begeven, wordt door toepassing hier
van niet verkort.
Genoemde autoriteiten zijn bevoegd ten
aanzien van vreemdelingen, wien een be
paalde verblijfplaats ia aangewezen, zoo
danige maatregelen te nemen, als voor de
handhaving yan orde en tucht noodzakelijk
zijn.
Die maatreg- len kunnen alleen bestaan to
plaatsing onder strenger toezicht of in meer
dere heperking van vrijheid van verkeer.
Deze wet treedt ta werking met ingang
van den dag na dien harer afkondiging. Zoo
dra de tegenwoordige buitengewone om
standigheden hebben opgehouden te bestaan,
zal aan de Staten-Generaal een voorstel van
wet worden gedaan, waarbij de Intrekking
van deze wet wordt geregeld.
NEDfT '-AND EN DUITSCHLAND.
Dt tw respondent van de N. R. Ct.
lijn seinde saterdag:
In toonaangevende kringen alhier
heden zeer vertrouwend gestemd ten opzich
te van de onderhandelingen met Nederland.
Bijzonderheden zijn nog niet bekend, maar
men beschouwt de zaak alt geregeld.
INVOER UIT FRANKRIJK.
Te 's-Gravenhage is bericht ontvangen, dat
de Fransche régeering het embargo op de
uitvoeren naar Nederland heeft opgeheven
ten aanzien van de volgende artikelenschil-
derabehoeftèn, behalve'oliën en terpentijn, ba-
lanzen en weegschalen, die geen koper of
messing hm'at ten, moersleutel» voor rijwie
len, gebruikte kasregisters, losbladige kan
toorboeken ai dergelijke kantoorbehoeften,
uurwerken en klokken, machines voor de sui-
nen van personen, die meer menschenkomis
hebben en meer verstand van geld en handels-
zakoi dan u kunt hebben."
„Daarom ben ik ook bij u gekomen," ant-
te Ber»
ie men
landgoed en mij
als ik het huls in de
duinen kocht zou dat geen groot verschil mar
ken in mijn Inkomer
E ndlt zeggende :<>onde zij, tot mr. Brent's
groote verbazing, dat zij inderdaad de docu
mented die hij haar gegeven had, met een be
paalt i doel had bestudeerd en dat zij een zeer
goed overzicht gekregen had van haar kapi
taal. ham- Inkomen en de belegging van haar
geld. De notaris, die haar tot nu toe be
schouwd had als een kind, dat niets van geld
zaken afwist en alle algemeene kennis miste,
beschouwde haar nu met een zekeren pas ont
waakten eerbied.
„U heeft u verwonderlij kgoed van alle bij
zonderheden op de hoogte gesteld," zei hij
en de gedachte flitste hem even door het hoofd
of zijn eigen aardig onbetrouwbaar dochtertje
of zijn knappe vrouw met veel ondervinding
voor zaken als deze wel zooveel aanleg aan
den dag gelegd zou hebben als dit meisje
toonde te bezitten.
„Het leek mij het eenige wat ik doen kon,"
Hilary keek hem een weinig verbaasd aan.
Ik moest toch alles afweten van het geld dat
ik te verterai heb, als ik'er verantwoordelijk
voor ben. „Ik heb altijd gevonden, dat als men
iets doet men trachten moet het door en door
goed te doen. En nu zie ik geen een redoi
waarom ik het huis in de duinen niet koopen
zou om het te gebruiken op de manier die ik
u noemde."
Voor geen geld van de wereld had mr.
Brent willen bekennen, dat hij er niets meer
tegen wist in te brengen; hét was zijn ge
woonte niet om verklaringen te doen, anders
zou hij genoodzaakt geweest zijn "te verklaren,
ALKMAARSCHE
"F -D - I
INU.