DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
De strijd in en bniten Europa.
No. 101
Honderd en twintigste Jaargang.
WOENSDAG 1 MEI
De gouden sleutel
Staten Generaal.
Binnenland.
Gmiieiisrd Nieuws.
tlugiinggtspill: bil Toornltbetallsg g. 3 maanden 11.6S, It. g. gast 11.90. Bewtismgmniers S cl Adwtostlerlis IS et. e. regei, graagste letters iggt glgatuilmtn. Br. Ir. B.l. Boek- eg Biidtlsdrekkerll Herigs. Cosier t Ze.. Men C 9, Tel. 3.
Wij meldden dezer dagen, dat graa! ,Von
Hurtling verklaard had, dat hij met de Prui
sische kiesrechtwet staat of valt en dat ook
de Keizer nog geheel op den grondslag van
het 'kiesrechtontwerp stond. Het algemeen
en gelijk kiesrecht zal er dus in Pruisen moe
ten komen, maar het is niet te verwonderen;
dat verschillende partijen, die met de volksr
wenschen weinig of geen rekening houden,
met kracht tegen de invoering van een derge
lijk kiesstelsel stelling nemen. Dit is ten dui
delijkste gebleken uit de debatten in het
Huis van Afgevaardigden, waar gister de
beraadslaging over het regeeringsontwerp
in tweede lezing is begonnen.
De belangstelling was overgroot, daar
men een bijzondere oppositie verwachtte en
bij het begin der zitting stelde de afgevaar
digde graaf Spee van de centrumpartij reeds
voor om de hervorming van het kiesrecht in
meer democratischen zin maar tot na het
sluiten van den vrede uit te stellen.
Blijkbaar verwachtte hij dat van dit uitstel
dan wel afstel zou komen.
De rechterzijde en eefiige centrumsleden
juichten dadelijk dit voorstel luide toe en de
voorsteller verdedigde zijn optreden door
er op te wijzen, dat zoowel in de verklaring
van Von Bethmann Hojlweg als in de be
kende Paaschproclamatie van den Keizer
vastgesteld is, dat de strijders eerst naar huis
moeten teragkeeren.
Moetén de helden van het front worden
uitgesloten? vroeg hij, blijkbaar tevreden
over de middelen waanhede -hij trachtte het
voor de rechterzijde weinig begeerlijke ont
werp van de agenda te'doen verdwijnen.
De vice-president van het Huis merkte
evenwel op, dat het uitstel van het plechtig
aangekondigde voorstel tot onafzienbaren
tijd den binnenlandschen vrede ten zeerste in
gevaar zou brengen en de regeering daarop
zóu moeten reageeren met de uiterste midde
len, welke de grondwet haar verleent
Verschillende, vrijzinnige en socialistische
afgevaardigden verweten den voorsteller, dat
zijn voorstel een hoon van de proclamatie
des Konings was en dat het aannemen van
het voorstel-Spree den overwinningswil van
de troepen verlammen zou.
De, we zouden haast zeggen beruchte,
conservatief Von Heijdebrand, deelde mede,
dat het voorstel hem'en zijn partijgenooten
verraste en stelde voor, de zitting een uur te
verdagen, wat door de onafhankelijke socia
listen een nieuwe poging genoemd werd om
de zaak óp de lange baan te schuiven.
Na een heftig debat werd met de stemmen
van de rechterzijde en het centrum vóór be
sloten, de pitting een uur af te breken.
Bij de heropening der vergadering werd
vervolgens het voorstel-Spee met 333 tegen
60 stemmen verworpen.
Minister-president Von Hertling heeft
vervolgens een interessante rede gehouden,
die er wel op wijst, dat hij de teekenen des
tijds niet onopgemerkt heeft gelaten. Hij uitte
de hoop, dat het mogelijk zal blijken een weg
te vinden waarop de ver uit elkaar loopende
meeningsverschillen zullen samenkomen. De
wet mag geen plutocratisch karakter aanne
men, want een plutocratisch kiesrecht, dat de
politieke rechten afmeet naar den graad van
het vermogen en het inkomen is bij het Duit
sche'volk niet meer mogelijk.
Ook aan 't gelijke kiesrecht, aldus Von Hert
ling, moet grondwettelijk worden vastgehou
den, want in alle staten is het politieke en
sociale leven op dit doel gericht en op den
duur is het onmogelijk, dat Pruisen zich aan
deze ingrijpende beweging zal Onttrekken
Verschillende waarborgen om al te vér
strekkende radicale gevolgen te vermijden
zullen noodig zijn en de regeering zal dan
ook de gevreesde schadelijke uitwerking
zoo veel mogelijk trachten te voorkomen.
Onder toejuichingen van links en protest
ten van de rechterzijde verklaarde de minis
ter vervolgens, dat het open' are leven thans
in het volle bewustzijn draait om het gelijke
kiesrechte v
Hetgeen wij, aldus Von Hertling, thans
kunnen geven, moeten wij ons wellicht, wan
neer het heden wordt afgewezen, binnenkort
onder zware beroering van ons, volk laten af
dwingen. Want het gelijke kiesrecht komt, in
dien niet heden, dan toch in afzienbaren tijd,
het komt öf zonder ernstige beroering, óf
na zwaren binnenlandschen strijd. Daarom 'is
het nu de vraag of men er toe mede wil wer
ken om ernstige schokken te vermijden of de
verantwoordelijkheid op zich nemen tot
deze schokken aanleiding te geven dóór een
weigering, die toch het gewensehte doel niet
kan hebben.
Teekenend voor zijn opvatting was daarna
de uitlating van Von Heijdebrandv die er op
wees, dat bij de invoering van het gelijke
kiesrecht in Pruisen het karakter van het
Huis, niet alleen wat de getalsterkte betreft,
doch ook inwendig zou veranderen en het
dan niet meer mogelijk zou zijn den Pruisi-
scheu staat in stand te houden, zooals dit
thans geschiedt
Men ziet het, de oppositie in het van de
mocratische maatregelen schuwe Pruisische
Hui$ van Afgevaardigden weert zich zoo
dapper mogelijk.
Maar of het haar gelukken zal het voor
stel tot het invoeren van het gelijke kiesrecht
tot mislukking te brengen, mag sterk betwij
feld women. Daarvoor is men toch te be
angst voor oeroering van het volksleven,
daarvoor wordt de minister-president in ,zijn
krachtige vc mogen te sterk door de vrijzin
nige partijen gesteund.
En bovendien, heeft de Keizer- zelf zijn
zwaard niet in de weegschaal geworpen?
Zijn belofte, dat het gelijke kiesrecht het
volk een belooning voor zijn opofferingen
zal brengen, is te duidelijk dan dat men zich
sterk tegen dezen wen6ch allerhöchster Stei-
En ITT I I fc TO iV I d®1 weerklonken ip zijn ooren, alsof iemand
J!i U I L Ij E l vlG Ze had uitgesproken. Hij legde de pen neer,
waarmee hij tevergeefs trachtte zijp meening
op te schrijven! over ruggegraathersenmenin-
gitis; hij zat te staren naar zijn eigen inkt
koker, terwijl de gedachte meer vasten vorm
begon aan te nemen en voortdurend terug
keerde: „Waarom zou je niet probeeren je op
haar' standpunt te plaatsen Wat was haar
•ta
eigen
naar het Eugekch
door L O. MOBCRLEY.
50)
„En goddank, ik heb nog eenig gevoel van
trots," mompelde hij, terwijl hij weder 'n ete-
vil nwoedenden aanval deed op het'stuk
sumkool, dat* uiteen barstte In vlammen-
pr/i' ht, „mij buigen voor een rijke vrouw heeft
nooit in mijn lijn gelegen en zal dat ook nooit
doen." Maar ofschoon hij trachtte zichzelf te
verzekeren, dat dit het slot van de hecle ge
schil den.s Was, misten zijn verzekeringen alle
overtuiging, en noch het stuk, dat hij trachtte
te schi ijyen voor een medisch tijdschrift, noch
de gevallen die hij opschreef in zijn eigen
boek, hielpen hem om zijn gedachten af te
leiden of het geluid-van de stem van Austice
het zwijgen op te leggen. En zij scheen be
paald boos op hem te zijn, ja dat scheen wel
zoo, toen hij verklaard had er evenzoo over te
denken als Dunbar. Zij" had hem letterlijk
weggezonden en hein daarbij aangezien met
verachting in haar oogen. Hij dacht niet
graag aan dien verachtelijken blik. Hij dacht
liever aan haar oogen, zooals altijd zacht en
lief en verstandig, oogen die schenen mede te
gevoelen, met een man, zelfs wanneer die man
boos en scherp en uit zijn humeur was! Er
was trouwens geen enkele reden waarom zij
boos zou wezen, omdat hij erkende een gevoel
van trots te bezitten, dien men aan den eer
bied voor zich zelf verschuldigd is, niets dan
het rechtmatig voorrecht van ieder fatsoenlijk
man. Zij, een verstandige vrouw, zooals zij
altijd getoond had te wezen, had dit stand
punt dadelijk móeten begrijpen. „En waarom
is het' buiten kwestie, dat ge zoudt probeeren
je op haar standpunt te plaatsen?" Die woor-
jt.mdpiyjt? De verrassende sprong, dien zijn
iigen hart deed toen hij die vraag onder de
oogen zag, verbaasde hem. Reeds zoo langen
tijd had hij zichzelf wijs gemaakt, dat geen
vrouw ter wereld ooit de macht had in zijn
hart te roeren, zoodat hij zich haast ergerde
over dien verbazenden sprong. En toch toen
hij achterover leunde in zijn stoel en vaag
naar den inktkoker zat te kijken, kwamen een
heele hoop droomen, bijna even verbazend als
de sprong van zijn hart, plotséling zijn leven
beroeren. Droomen van iemand, die in den
grooten armstoel bij het vuur zat iemand
waar hij nu en dan mee kon praten, iemand
wier bevallige persoonlijkheid een nieuw ele
ment zou brengen in zijn sombere kamer.
Droomen van blauwe oogen, die de zijne ont
moetten met een uitdrukking, die hij er nooit
in gezien had, een uitdrukking die hij zich al
leen kon voorstellenDroomen van een tegen
woordigheid die zijn leven zou vervullen met
een nieuwen gloed, een nieuwe kracht
Maar, het waren slechts droomen„Dan zou
u even wreed zijn als hijDe stem van Austi
ce, de woorden van Austice keerden in zijn
herinnering terug en was het zijn ver
warde verbeelding? Of waren er tranen ge
weest in haar stem? Zou het 'mogelijk zijn dat
zij dat hij Zijn gedachten geraakten in
verwarring, die, welke chaos zij ook vormden,
licht bevatten. Kon het wezen, dat hij een
dwaas was, niettegenstaande al zijn verdriet?
Pe verwarring v^n zijn gedachten eindigde
met gezond nadenken en er was een zonder
ling lachje om Miles Harding's gezicht toen
le.zou durven verzetten.
Langzamerhand begint men zelfs in Prui
sen te begrijpen, dat de tegenwoordige tijd
in het teeken der democratie geraakt is.
Te Berlijn heeft men thans de Duitsch-
Zwitsersche overeenkomst betreffende het
vrijgeleide voor Zwitsersche graanschepen
onderteekend.
De neutrale en vijandelijke schepen met le
vensmiddelen voor Zwitserland krijgen nu
een vrijgeleide voor zoover zij naar Cette of
naar een neutrale haven varen ep het ver
sperde gebied vermijden.
Wel moeten de schepen bepaalde kenteeke-
nen hebben, o. a. op de zijwanden de Zwit-
sersphe vlag en op zwarte borden den naam
„Zwitserland". Daarnaast moet de vlag wor
den gevoerd van het land waaraan de sche
pen behobren.
Evenwel, de Duitsche regeering kan er
niet voor instaan, dat binnen drie maanden
alle Duitsche zeestrijdkrachten van deze
overeenkomst op de hoogte gebracht zullen
zijn. Met andere woorden dus: „vergissingen"
van duifcbootkapiteins zijn niet uitgesloten.
Naar uit Dresden wordt gemeld, heeft de
Tweede Kamer zich met de toekomst van
Elzas-Lotharingen bezig gehouden, waarbij
de vertegenwoordiger der regeering geant
woord heeft, dat over de toekomst van Lo
tharingen wel van gedachten is gewisseld,
maar de rijksregeering nog geen bepaalde
voorstellen aan den bondsraad gedaan had.
Hij deelde mede, dat de wijze waarop het
land tot nu toe aan Duitschland was gehecht
niet proefhoudend is gebleken.
Het is echter niet bekend hoe de kwestie
in haar geheel zal worden opgelost}
Dat dit antwoord het Huis niet voldaan
heeft, laat zich begrijpen.
En evenzeer, dat men in Frankrijk nog al
tijd in de verwachting leeft dat het met Elzas
Lotharingen heel anders zal loopen dan vol
gens de regelingen, welke men nu van Duit
sche zijde ten aanzien van het Rijkaland
denkt te treffen.
Van het gevechtsterrein worden geen bij
zondere gebeurtenissen' medegedeeld.
Het Duitsche legerbericht meldt dat de
Franschen Loker heroverden. De Duitschers
namen de eerste loopgraven ten N. van
Voormezeede en Groote Vierstraat.
De Franschen melden verwoeden geschut-
strijd op verschillende deelen van het front en
bet mislukken van Duitsche aanvallen in den
boven' Elzasi en in het vak van. 'Noyon.
De Britten dèelen geen gevechtsactie van
beteekenis mede.
TWEEDE KAMER,
Gisteren werd het wetsontwerp tot, hef
fing van opcenten op de Verdedigingsbelas
tingen aangenomen met 59 tegen 2 stemmen.
Daame werd de behandeling van het
wetsontwerp tot instelling- van een handels
register voortgezet.
De heer VanRaalte wenschte het hou
den van een register te zien opgedragen aan
de griffiers bij de kantongerechten in plaats
van aan de, secretarissen der Kamers van
Koophandel.
De heer Van Sasse van Ysselt
deelde niet in de bezwaren van den heer
Van Raalte, waarmede de heer Van S h a i k
het evenwel eens was, evenals de heer Men-
dels.
De heer Engels veroordeelde de reorga
nisatie der Kamers van Koophandel, die met
instelling van een handelsregister gepaard
gaat. Hij achtte de belangen van den land
bouw daarbij niét voldoende gewaarborgd.
De heer Gerretson wenschte de reor
ganisatie van de Kamers van Koophandel
niet te verbinden aan het Handelsregister.
De heer Boissevain was het eens met
den heer'Van Sasse van. Ysselt.
De heer Limburg wilde in de wef be
paald zien, dat de Kamers van Arbeid zoo
spoedig mogelijk worden georganiseerd.
De minister van justitie, de heer O r t, be
toogde dat de reorganisatie der Kamers van
Koophandel niet het hoofddoel van het ont
werp was.
De minister van landbouw hield vol, dat
het houden van registers aan de Kamera van
Koophandel moet worden opgedragen.
De heer Van Raalte verdedigde het amen
dement om het houden der registers op te
dragen aan de griffiers biji de kantongerech
ten.
Te half 5 werden de beraadslagingen ver
daagd tot morgen half een.
MISBRUIK BIJ BOTERBESTELLINGEN
Het Bureau voor Mededeelingen inzake de
Voedselvoorziening meldt
Verscheidene winkeleiers hebben niet alleen
bij hun gemeentebestuur, maar ook bij' ver
schillende grossiers boter besteld tot een ge-
zamelijke hoeveelheid die vefre hun gewone
omzet overschrijdt. Deze winkeliers moeten
ten spoedigste hun buitengewone bestellingen
terugnemen, zij mogen alleen bij één grossier
of bij him gemeentebestuur ééne bestelling
handhaven, en wel tot een- hoeveelheid, die
hun normalen omzet niet te boven gaat. Van
wege de Botervereeniging zal hierop een
strenge controle worden geoefend en winke
liers die met ten spoedigste hun orders heb
ben- teruggenomen, overeenkomstig boven
staand advies, zullen voortaan in 't geheel
geen boter meer ontvangen.
De Minister van Landbouw heeft boven
dien in het hier besproken misbruik aanlei
ding gevonden de bestell'ngen vair boter
voortaan uitsluitend te doen loopen over de
gemeentebesturen, die voor de plaatselijke
distributie desnoods gebruik kunnen maken
van de plaatselijke grossiers. Inschakeling
van de z.g. landelijke grossiers is dus voor
taan bij :e baterdistributie buitengesloten.
>E NIEUWE BROODKAART-
REGELING.
Bureau voor Mededeelingen inzake de
Voedselvoorziening meldt:
Een tweetal bezwaren waren geopperd ten
aanzien der nieuwe regeling voor de brood
kaarten. Wat de bruinbroodkaarten betreft, is
het mogelijk dat, nu de bons voor 2800 gram
waard zijn 1400 grain brooa en de kaart
slechts zeven dagen geldig is, men 20O gram
van de bruinbroodkaart overhoudt. Overwo-
en is of het niet mogelijk zou zijn bruin
rood van 200 gram te doen bakken, maar bij
zulke kleine broodjes zou men te veel kant
krijgen. Er is dus sleclfts ééne oplossing, n.l.
dat de bakker het brood doorsnijdt en aldus
hij zich nogmaals over zijn werk heenboog en
een uitvoerde beschrijving opmaakte van
hersen-ruggegraat-memngitis, terwijl zijn
hart klopte van een ongekende buitengewone
.vreugde.
HOOFDSTUK XXIV.
Vertrokken.
„Vertrokken Is mevrouw Derfield naar de
stad gegaan?"
„Ja mijnheer. Mevrouw Derfield is on
verwachts gisterenavond naar de stad ge
gaan."
„En freule Frathley? Ia die thuis? Ze zou
vandaag terug komen."
„Freule Framley komt de eerste dagen niet
terug." De butler van de Hall keek Miles
Harding aan met den passieven, niets zeg
genden blik van den volmaakt opgevoeaen
bediende; en het was bepaald prachtig hoe
hij; niets scheen op te merken van de verba
zing en het verdriet die de dokter niet geheel
kon verbergen.
„Is freule Framley met mevrouw Derfield
naar St. Marks Plein?" Hij, vond 't zeer on
aangenaam den passieven en onverschilligen
butler uit te hooren, toch kon Harding het
niet nalaten deze vraag te doen, hopende
op deze ronde manier tot de wetenschap te
komen van wat hij inderdaad zocht name
lijk de tegenwoordige verblijfplaats van Aus
tice.
„Ja mijnheer, mevrouw Derfield en freule
Framley zijn naar Mountmore Mansions,"
luidde het antwoord. „Alle brieven moeten
daar voorloopig geadresseerd worden."
Harding verwijderde zich, bijna be
schaamd over de bittere teleurstelling die
zijn hart en hoofd vervulde; hij liep haastig
de laan uit en streed tegen een wanhopig
verlangen zich naar het station te spoeden
en regelrecht naar Londen te gaan. Den hal-
ven nacht bleef hij voor het haardvuur ztti
in zijn patiëntenkamer en trachtte tot een
vredigende slotsom te komen, die niet alleen
zijn trots zou bevredigen, maar ook die an
dere maclft, die zich binnen in hem deed gel
den de macht die zoo luide ".klopte aan
de pootten van de citadel van zijn trots!
landelijk ging hij naar bed zonder tot een
bepaald besluit gekomen te zijn; hij wist al
teen dat hij in twe< richtingen werd geslin
gerd en dat het boven zijn macht was te be
slissen welken weg hij' uit zou gaan. Zijd
slaap toen eindelijk de slaap kwam -
was ongeregeld en afgebroken; droomen
over Austice vermfcngden zich verward met
droomen over Hilda, de twee vrouwen sche
nen tegenover hem te staan, de eene met
vertoornde, de andere met smeekende oogen,
terwijl dopr den heelen droom heen het ge
luid klpnk van de stem van. Austice: „Dan
zou u wen wreed-zijn als hij Het was bij
het geluid van deze woorden, dat hij wakker
werd en ze bleven hem bij, den geheelen
morgen bij zijn £iekeubezoeken„. terwijl
steeds die macht sterker dan trots aan de
poorten rameide van de citadel van zijn
trots, totdat hij 's middags bijna tegen zijin
wirplotseling stond voor de voordeur van
de Hall en vroeg of mevrouw Derfield thuis
was om slechts de verrassende tijding te
ontvangen dat zij in Londen was. Dan moest
hij ook naar Londen gaan! Dat was het eer
ste besluit waartoe hij kwam met jongens
achtige vasthoudendheid, waarin de kalme
bijgedachte nauwelijks verandering bracht,
dat hij nog patiënten moest bezoeken en dat
hij niet 'zoo maar ineens kon wegloopen,
omdat zijn gemoed in oproer was en hij
maar één manier kon bedenken om dat op
roer tot bedaren te brengen.
„Tl. moet haar spreken ik moet haar
spreken ik moet haar spreken!" Voortdu
rend, om er krankzinnig van te worden, her
haalden zich die woorden in zijn geedt, ter-
toch 200 gram aflevert. Daartegen kan ook
bij de bakkers geen bezwaar bestaan.
Een tweede moeilijkheid, de meel- en bloem-
bons betreffend', is opgelost bij Ministeriëele
beschikking van 25 Aprill 1.1. Daarbij is be
paald, dat op de Jïloembons der wittebrood-,
kaarten in plaats van 125 gram 75 gram en
op de meelbons der bruinbroodkaarten in
plaats van 250 gram 150 gram meel zal kun
nen worden gekocht en verkocht,
DE BANKETBAKKERIJEN
NIET GESLOTEN.
Het Bureau voor Mededeelingen inzake de
Voedselvoorziening meldt:
Gelijk de minister van landbouw in de
vergadering gier Eerste Kamer toezegde, ia
andermaal overwogen of sluiting der banket
bakkerijen in het belang der voedselvoorzie
ning gewenscht zou zijn. De vraag is ampel
besproken in eene vergadering met de vertex
genwoordigers van de besturen der groote
gemeenten en het bestuur der Vereeniging
van Nederlandsche gemeenten. Daarbij ia.
ook het denkbeeld van een eenheidskoek on
derzocht. Door het doen bakken van zulk
een koek, waarvan het boyendien nog zeer de
vraag was of zij in den smaak van het pu
bliek zou vallen, zou in ieder geval het be
zwaar van groote werkloosheid, die in het
bedrijf zou ontstaan, niet worden ondervan
gen. Wat nu het bakken van koek, taartjes,
e. d. betreft, werd andermaal gezegd, dat de
geringe hoeveelheden meel, die daaraan
worden besteed, dusdanig worden verwerkt
met andere grondstoffen, dat een product
zeer gewild is en een bijvoedsel oplevert,
waarvan de voedingswaarde grooter is dan
de hoeveelheid meel die er voor wordt ge
bruikt. Het werd daarom ongewenscht ge
oordeeld tot sluiting der banketbakkerijen
over te gaan.
DE VISCHUITVOER STOPGEZET.
Men meldt uit IJmuiden, dat alle uitvoer
van visch andermaal is stopgezet. De prijzen
der 'voor export bestemde visch daalden be
langrijk na het bekend^, worden van het uit
voerverbod.
KAAS.
Het bestuur der Kaasvereenlging bericht,
dat ingevolge beschikking van den minister
,oü Landbouw, het bhmeulaudsck percentage
voor kaas met ingang van 28 April op 100
gesteld is.
De exporteurs moeten dus 100 pCt. van
hun inkoopen en productie van 28 April al
aan de Centrale Pakhuizen afleveren.
De bepalingen betreffende keuring enz.
blijven voorloopig hetzelfde De door voren-
>.-do b lukking noodzakelijke -wijzigin
gen .i; spoedig worden bekend gemaakt.
Thai: kan dus ook de winstverrekenin,
vervallen, indien de Centrale Pakhuizen
reet aaii den exporteur het volle bedrag van
productieprijs -f winstmarge ad 4 per 100
K G, uitbetalen. De debet- en credletbedragen
voor d< periode van 16 Maart tot 28 April
worden nog nader vastgesteld.
DE MOORD TE HAARLEM.
Oistemamiddag heeft de Duitsche deser
teur A. bekend, dat hij zijn hospes 11 in diens
woning m de Schennerstraat te Haarlem
heeft vermoord. De moord is geschied in den
nacht van Zaterdag op Zondag 21 April. A.
én H. fiadden den avond tevoren samen nog
den grond en de bel poetst; daarna hadden
zij een sigaar gerookt, waarna H. naar bed
was gegaan. A. is torn de straat opgegaan
wijl bij geduldig luisterde naar de velerlei
kwalen, waaraan de omio*Goody Smith lij
dende was; en hij gaf raad aan vrouw Mas
tera voor de verzorging van haar jongens en
mgisjes die allen ae mazelen haddéit, en
schreef k'alnieerende medicijnen voor Daniël
Crump's bronchitis.
„Ik moet haar spreken 1" Die gebiedende
stem deed zich steeds hooren, zelfs toen hit
zich uit mi ander hoekje van zijn geest mei
dankbaarheid herinnerde dat de vervallen,
ongezonde hutjes, die de ergernis van zijd
leven geweest waren, en een eeuwigdurende
bedreiging vooi de inwoners, omver ge
haald zouden worden en onder zijn toe
zicht opgebouwd ua.ir 't nieuwe plan. Hilar
ry had aan haar vroegeren voogd en aan
haar nótaris verklaard, dat de arbeiders-wo
ningen op het landgoed zoo spoedig moge
lijk hersteld moesten worden en Harding's
hart zong een loflied bij de gedachte dat aan
deze slechte toestanden, waapvan hij tever
geefs getracht had sir Luke te overtuigen en
ze te verbeteren, eindelijk een einde zou ko
men. Maar de luide stem klonk boven alles
uit: „ik moet haar spreken! ik moet haar
spreken!" en zijn trouwe knecht keek hem
laat in den namiddag sprakeloos van verba
zing aan, toen zijn heer hem bevel gaf, te
maken, dat de auto een half uur later gereed
was om naar de stad te rijden.
„Je hoeft niet te kijker of ik naar de
Noordpool ga." voegde Harding er met een
welgemoed lachje bij, toen Andries' oogen
nog een verbazing 'uitdrukten, die hij niet
onder woorden durfte brengen. „Londen is
hier maar dertig mijlen van daan! En dat ik
er niet dikwijls naar roe ga is nog geen re
den waarom ik het in de toekomst ook niet
zou doen. Ik denk juist dat ik dit wel zal
doen."
(Wordt vervolgd).