DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
De strijd in en buiten Europa.
No. 125
Honderd en twinstigste Jaargang
1918
VRIJDAG
FEUILLETON.
Tychco Brahe
Abonnementsprijs bij vooruitbetaling p. 3 maanden 11.65, jr. p. post (1.90. Bevljsnnmmers 5 ct. Advertentieprijs 15 ct. p. regel, grootere letters naar plaatsruimte. Br. fr. N.V. Beek- en Handelsdrukkerij
Herns. Coster 4 Zn., Voordam C 9. Tel. 3.
31 MEI.
Buitenland.
Staten Generaal.
Het eenige wat wij van het slagfront kun
nen melden is, dat de Duitsche opmarsch
nog steeds niet tot staan gebracht is.
De deuk in het front der Geallieerden
wordt steeds dieper en wat erger is ook
de tegenstand ter weerszijden van dien inham
begint te verslappen, wat tot bedenkelijke ge
beurtenissen geleid heeft.
Soissons ging verloren, nadat in de straten
hevig gevochten was en de Fransdien het
Westelijk deel der stad in handen gehouden
hadden.
En aan de andere zijde werden de verdedi
gers ten Noord-Westen van Reims over het
Kanaal, dat Aisne eii Mame verbindt, terug
geworpen en zijn de forten, die de oude kro-
ningsstad verdedigen,t in Duitsche handen
gevallen.
Het laat zich aanzien, dat het - niet lang
meer zal duren of ook Reims zal het lot van
Soissons deelen.
Het prijs geven van Soissons moet den
Franschen bijzonder zwaar gevallen zijn.
Het is eén oude stad, die ongeveer 15000 in
woners telt, een beroemde kathedraal bezit
en een belangrijk kruispunt van spoorwe
gen is.
De Duitschers zijn inmiddels tot Fère-en-
Tardenois naar het Zuiden doorgedrongen,
ongeveer even ver van de Vesle als deze van
de Aisne is gelegen.
Ten N. van de Aisne, zegt het officieele
Soissons
Duitsche communiqué, we~d terrefa gewon
nen en Soissons genomen.
Ten Z. van de Vesle viel het Fransche
front ineen.
De Duitschers wierpen den vijand; na
hardnekkigen tegenstand terug tot over de
linie VillenjoEtaire Fère-en-Tardenois -
Coulonges Brouillet Branscourt. De
forten op het N.-W. front van Reims zijn ge
vallen, het N. deel van La Neuvrllette en
Bétheny zijn genomen, het aantal gevange
nen is tot meer dan 35000 gestegen en de
buit is geweldig groot.
In het Fransche communiqué wordt het
verlies van Soissons erkend en medegedeeld,
dat ten Z.-O. daarvan de slag zich ontwik
kelt op de plateau waar Belleu, Septmonts,
Ambrief en Chacrise liggen.
Terwijl, zegt dit communipué, de Fransche
troepen in het centrum1 onder den druk der
Duitschers het terrein ontruimden in de
streek van Loupeigne, ten N. van Fère-en-
Tardenois, konden de Fransch-Britscbe troe
pen meer naar het Oosten hare stellingen
handhaven op de linie Brouillet Savigny
Thillois. Op den rechteroever zijn de
troepen, die Reims dekken, achter het Aisne-
kanaal ten N.-W. der stad terug getrokken..
Vergelijken wij den frontlijn met die van
Dinsdag, dan valt dus voor de Duitschers
weer een aanmerkelijke vooruitgang te con-
stateeren.
Villemontoire
Chemtn des Dames
La NeuviIIette
H rans court
Breuillet
Reims
0/& Coulonges
Wij geven hierbij een kléine schets ter ver
duidelijking, waarop de bovenste lijn het front
van Dinsdag, de onderste dat volgens het
Duitsche commüniqué van gisteren aangeeft.
Men ziet hieruit, hoe geweldig het front
ingedeukt is, terwijl de steunpunten bij
Soissons en Reims nu ook aan het wankelen
gebracht zijn.
Het meest opmerkingswaardige bij het
Duitsche offensief is wel de erkenning, dat
de Geallieerden er min of meer door ver
rast zijn.
Uit alles blijkt wel, dat zij een zoo gewel
digen stoot op deze plaats van het front niet
voorzien hadden en juist in de streek van
Amiens buitengewone maatregelen tot af
weer hadden genomen.
Toch is dit eenigszins zonderling voor
een legerleiding, die de laatste dagen meer
malen verkondigde, dat men volkomen ge-
Roman uit het laatst der 16e eeuw, «aar het
Deensch van VILHELM 06T ERG AARD.
14)
Er heerschte groote drukte en levendigheid
In het oude kloostergebouw. Tycho Brahe was
in het observatorium bezig, waar zijn zuster
hem behulpzaam was bij het aanteekenen van
de waarnemingen, die hij deed betreffende
groote, kleur eri andere eigenschappen van de
ster. De heer Steen Bille keek af en toe eens
naar binnen en wreef zich vergenoegd in de
handen, want hij vond, dat zijn geleerde jon
ge neef nu weer langzamerhand zichzelf be
gon te worden, net zoo vurig en enthousiast
voor zijn astronomische kunst, als hij was ge
weest, eer hij de kennismaking met Meester
Leovitius had voortgezet.
En buiten in den met sneeuw overdekten
tuin stonden mannelijke en vrouwelijke he
el'enden en staarden op naar de nieuwe ster,
die Tycho Brahe ontdekt had. Wat zou dit nu
te beduiden hebben? Waren de sterren niet
talloos als haren op het menschelijk hoofd?...
Was het een hemelteeken, waarmee Onze Lie
ve Heer wilde waarschuwen voor oorlog of een
andere ramp, die het volk zou treffen, net als
dien keer, toen de Zweden zoo geweldig huis
gehouden hadden met plunderen en brand
schatten en de kleine kinderen in de wieg zelfs
doorstoken hadden met hun spies? Of was het
een Bethlehem-ster, als de heilige Driekonin
gen hadden gezien, en die nu de terugkomst
van Christus aankondigde
Er reed een rijtuig het voorplein op, een
reed was en zich er zelfs over verwonderde,
waarom het vijandelijk offensief zoo lang
uitbleef.
Was het dan de vliegers der Geallieer
den niet mogelijk het overbrengen van blijk
baar zeer groote troepenmachten naar de
streek van Reims te constateeren vraagt men
zich onwillekeurig af.
De Entente maakt op het oogenblik min of
meer den indruk van een bokser die een slag
op zijn neus verwacht en gereed staat dien
te pareeren als hij onverwachts bemerkt, dat
zijn tegenstander hem een geweldige stomp
op den buik heeft gegeven.
Slechts1 aarzelend komen de militaire me
dewerkers van Fransche en Engelsche bla
den van de gedachte terug, dat het hier
slechts een afleidings-offensief geldt en de
groote stoot toch nog in de richting van
Amiens zal toegebracht worden.
tuig steeg Meester Leovitius
echeidelijk rooden,
oude, zware karos, met een paar bedienden
in bonte livrei op den bok; en uit dat rij-
in zijn onaf
met bont omzoomden
mantel. De geleerde goudmaker '-ek ver
wonderd rona, of hij wel vermoeaae, dat er
Iets bijzonders geschied was.
Daarop vroeg hij naar Tycho Brahe en,
toen de bedienden zelden, dat de
heer zich in zijn „sterrenkamer" bevond, in
den linkervleugel van het gebouw, spoedde
Meester Leovitius zich daarheen.
Tycho Brahe was zoozeer in beslag geno
men door zijn werk, dat hij er niet eens acht
op sloeg, hoe er iemand het observatorium
binnentrad; en, eerst toen Meester Leovitius
vlak achter hem stond, en hem de hand op
den schouder legde, keek hij verrast op:
„U komt te laat, Meester!" riep hij
„Terwijl u weg was, heb ik bericht gehad,
van den sterrenhemel zelf! Eer dat ik mij
vannacht ter ruste begeef, sla ik de smelt
kroezen en kolven stuk, want vooreerst wil
ik daar niets mee te doen hebben. En mor
gen gaat mijn verloving er door en zullen
slechts mijn aanstaande en de sterren mij
voorlichten op mijn weg!"
„Maar uw reis naar vreemde landen en
steden dan, welgeboren heer Tycho? Die
reis, die wij gezamenlijk zouden onderne
men, om ons onderzoek naar den Steen der
Wijzen voort te zetten?"
Tycho Brahe had den sextant laten vallen,
dien hij op het punt was voor een meting
op te stellen, en, terwijl hij zijn geleerden
vriend met kalmen,. opgewekten blik in de
oogen zag, sprak hij:
„Meester Leovitius, ik hecht niet meer aan
den Steen der Wijzen, of aan het groote
elixer, en evenmin aan de kracht van eenig
beroep op de mystieke kunst. Ik erken den
band tusschen heft hemelsche en het aardsche
Een enkele houdt aan dit denkbeeld nog
vast, doch het verloop van het krijgsbedrijf
brengt meerderen tot de erkenning van den
ernst van het offensief tusschen Soissons en
Reims.
De Duitschers schijnen althans volgens
een Wolff-telegram heel wat oorlogsbuit
te hebben behaald, wat begrijpelijk wordt
als men bedenkt hoe plotseling de Geallieer
den hier tot wijken zijn gedwongen.
Talrijke kanonnen, groote munitievoorra-
den, opslagplaatsen van allerlei oorlogstuig
en proviand benevens spoorwegmateriaal
viel in Duitsche handen. Juist in het Aisne-
dal en bij Fismes, zegt dit telegram, lagen
de welgevulde centrale dépots, die de ver-
eenigde Fransch-Britsche legers verzorgden.
ReuteFs bijzondere correspondent bij het
Fransche leger beschrijft de dapperheid der
Geallieerde troepen, maar deelt gelijktijdig
mede, dat hier en daar reeds Franschen en
Engelschen zoodanig vermengd zijn, dat het
onmogelijk is hen te onderscheiden, wat nu
juist niet een bewijs van een ordelijke terug1-
tocht is.
Toch blijft men van Entente-zijde den
moed bewaren. Franschen en Britten strij
den ongetwijfeld dapper en gaan slechts 6tap
voor stap terug waar de overmacht te
groot is.
Nu meer en meer blijkt, dat dit geen aflei
dings-offensief is, mag verwacht worden, dat
generaal Foch met geruster hart een belang
rijk deel zijner reserves naar dit frontgedeel
te zal overbrengen, waardoor de tegenstand
der Geallieerden tegen den Duitschen op
marsch grooter zal kunnen worden.
Het is immers nog steeds zoo bij derge
lijke aanvallen gegaan. De eerste dagen wor
den belangrijke resultaten bereikt, maar
naarmate de verdediger zich van den eersten
schrik herstelt en zijn teruggeslagen troepen
opnieuw groepeert en met reserves versterkt,
verzwakt de offensieve kracht van dien aan
valler.
De Fransch-Britsche linie moge terugge
drongen zijn, verbroken is zij nog niet en
zoolang dit niet het geval is, mag het Duit
sche succes niet overschat worden.
Wat natuurlijk niet uitsluit, dat ieder
oogenblik de toestand zich zoo kan wijzi
gen, dat een doorbraak tusschen Soissons en
Reims tot een beslissend succes aan Duit
sche zijde kan leiden.
De laatste telegrammen geven geen veran
deringen van groote beteekenis aan.
De Franschen houden de W. toegangen
van Soissons nog in handen. In de Btreek
van den weg van Soissons naar jdartennes
en op het front Fère-en-T ardenois Vezilly
wordt verwoed gevochten en trachten de
Franschen den Duitschen opmarsch te stui
ten.
De Duitschers hebben Tère-en-Tardenois
en Vezilly vermeesterd en verdubbelen hun
inspanning in de richtoing van Ville-en-Tar-
denois.
Op het front BrouilletThillois alsmede
ten N.-W. van Reims, hebben de Fransch-
Britsche troepen hun stellingen behouden.
en als ik hemel en aarde beschouw, vind Ik
daarin een weerspiegeling van dezelfde god
delijke gedachte. Maar ik geloof, dat enkel
ervaring en werktuigelijke waarneming mij
nader kunnen voeren tot een begrijpen van
de wonderen der Natuur en de wijsheid van
het Goddelijk Wezen. Van deze boodschap,
die de sterren mij vanavond brachten, is mijn
ziel zoodanig vervuld, dat Ik nergens andere
aan denken kan."
„Is dat uw laatste woord, Tycho Brahe?"
vroeg Meester Leovitius. Er klonk geen be-
leediglng uit zijn toon van spreken, maar
wel pijnlijke teleurstelling.
„Ja, mijn laatste!" antwoordde Tycho Bra
he. „Maar dit verandert niets ten opzichte
van mijn gevoelens jegens u. Blijft u nog een
tijd op Heerenwade, Meester Leovitius, en
wees tegenwoordig bij mijn huwelijk; van
adellijke bloedverwanten zal er zeker geen
enkele verschijnenEn neem deel aan
mijn kunst. De sterren, die u 'daarginds aan
het luchtruim ziet, zullen mij langen tijd ge
noeg te doen' geven."
Maar de oude goudmaker schudde het eer
waardige, grijze hoofd:
„Mijn rijtuig wacht, welgeboren heer Ty
cho Brahe. Ik verlaat u met hartelijken dank
voor de ondervonden gastvrijheid."
„Vaarwel dan," sprak Tycho Brahe en
drukte zijn vriend en leermeester de hand.
„Terwijl u zich blind staart op de mystieke
wetenschappen, zal ik trachten het schrift der
sterren te verklaren'1"
HOOFDSTUK VIII.
In Tycho Brake's Huis.
„En wat heeft mijn Moeder je geschreven?"
vroeg Tycho Brahe. Dit zeggende stond hij
stil voor zjjn vrouw en streek met driftig ge-
De Duitschers melden, dat zij bezuiden
Fère-en Tardenois strijdend de Mame nade
ren.
Dat Keizer Wilhelm bijzonder in zijn
schik is over de vorderingen der Duitsche
legers, laat zich begrijpenv
Hij zond den Kroonprins voor zijn mees
terlijke leiding de sterren van den comman
deur der Koninklijke Huisorde van Hohen-
zollem met de zwaarden.
Wij mogen veilig aannemen, dat de Kroon
prins daar erg blij mee zal pin.
Hoewel, wanneer het een belooning voor
de legerleiding betreft, de onderscheiding
wellicht aan het verkeerde adres is gekomen.
Van groote veldheeretalenten van den
Kroonprins is nimmer veel gebleken en de
voorbereiding en uitvoering van het offen
sief tusschen Soissons en Reims mag dan
ook zonder twijfel aan grootere strategen
dan aan den pretendent voor den Duitschen
Keizerskroon toegeschreven worden.
KORTE BERICHTEN.
Tegenover Duitsche tegenspraak preci
seert Havas nu de beschuldiging, dat het hos
pitaal Carrel bij Gompiaghe door 'de Duit
schers is gebombardeerd. Dit bombardement
had plaats door vliegtuigen' in den nacht van
22 op 23 Maart te haiftien 's avonds. Het ge
bouw werd zwaar geteisterd, twee verplegers
en een geneesheer werden' getroffen, van wie
een verpleger 'doodelijk. De zieken en de ove
rige verplegers die in de keldere in veiligheid
waren gébracht bleven1 ongedeerd.
De Petrogradsche corespondent van de
„Petit Parisien" meldt dat Krylenko veriangt
de oprichting van een buitengewone rechtbank
voor welke volkscommissarissen enl hoogere
ambtenaren moeten terechtstaan. De raad van
volkscommissarissen heeft het plan goedge
keurd.
ster Lansing deelt mede d
S. gunstig gestemd zijn ten opzichte van de
nationalistische aspiraties der Tsjecho, Slo-
Minister Lansing deelt mede dat de V.
zijn
_r„spiratL
wakken en' Joego-Slaven.
Naar aanleiding van de geheimzinnige
ziekte die in Spanje moet heerschen, schrijft
het „Hamburger FremdenbLatt"De ver
schijnselen. spreken niet voor het vermoeden1,
dat men1 hier met een soort pest te doen heeft.
De ziekte openbaart zich in een soort koorts,
gelijk influenza en is niet doodelijk.
Uit Bakoe wordt bericht, dat Engelsche
troepen drie weken geleden met vrachtauto's
uit Mesoptamiè naar dij Kaukasus zijn geko
men. Een1 sterke voorhoede poogt verbinding
te krijgen' met de afdeeling van Kornilof. Het
schiereiland Apsjeron en Bakoe zijn door En
gelschen bezet. De actie heeft plaats in de
richting Tiflis, Aleacandropol, Sarykamysj,
Kara, Erzeroem.
De beweging is uitsluitend tegen de Tur
ken gericht.
De Tsarevitch en de dochters van den
ex-tsaar kwamen te Jekaterinenburg aan.
In het vorstendom Lippe is tot de vrou
welijke bevolking, het verzoek gericht van het
dragen van rouwkleeding af te zien en zich
tevreden te stellen met een rouwband, zulks
om geen kleedingstoffcn te verkwisten.
De beschieting van het gebied van Pa
rijs met vèrdragend geschut is gisterochtend
hervat.
Kowenko, gezant der sowietregeering in
Moskou( te Helsingfors, is uitgezet. In zijn
bureau is huizoeking gedaan.
baar met de handen door zijn baard.
Vrouw Kiratine zat bij het erkervenster te
spinnen; het zwaar-blonde haar was gedekt
met een fluweelen mutsje, gelijk gehuwde
vrouwen dit plachten te dragen. Zij hield even
op met trappen en keek haar echtgenoot aan,
„Waarom zou je je nu weer zoo driftig ma
ken, liefste? Zijn wij niet zoo gelukkig, dat
we ruimschoots reden hebben, daar God voor
te danken uit den-grond van ons hart? Waar
om zouden we ons dan laten overheerschen
ijk iets dat je familie niet goedschiks
zien kan, hoe je tot vrouw koos een boeren
dochter uit de pastorie van Knudstrup? Maar
als jü en ik elkaar trouw blijven, wat gaat het
ons dan aan, wat de anderen praten en waar
ze ons mee bedreigen? Onze liefde kunnen ze
ons toch niet ontnemen!"
„Maar wel mijn rust en vrede!" riep Tycho
Brahe en begon andermaal driftig het ver
trek op en' neer te stappen. „Ieder uur van
den dag vergallen ze mij mijn vreugde en het
is zonde, dat ik het zeggen moet, maar mijn
eigen' moeder spaart mij ai niet meer dan
mijn pronkerige broers, die in hun opgebla
zenheid1 zoozeer op hun adel en waardigheid
gesteld zijn, dat ze daardoor geen tijd hebben
om aan iets anders te denken. Foei, wat een
domheid en een: vooroordeel
Vrouw Kirstine stond op van haar plaats
aan het spinnewiel, trad op hem toe, nam
hem mantel en muts en zwaard af en tegelijk
streek ze eens liefkoozemd over de rimpels op
zijn voorhoofd.
„Kijk eens daar!" zei ze en wees op een
klein, twee-jarig meisje, dat op den grond1 lag
in den erkeruitbouw. Ze was zoo rond en
frisch als een appeltje en met haar groote,
blauwe oogen' keek ze verwonderd naar haar
Vader op, die, geheel tegen zijn gewoonte in,
EERSTE KAMER.
Ingekomen was een voorstel tot wijziging
van het Reglement van Orde en regeling van
het vragenrecht. Het zal naar de afdeelingea
verzonden worden, Bij de behandeling daarna
van de Indische begrooting verklaarde de
heer K r e m e r dat hij en' de zijnen niet
voornemens zijn hierover te discusieeren
Een volgende maal zullen de discussies kun
nen' heropend worden.
De heer Van den Berg wees op de ver
houding tusschen de verschillende Indische
rassen welke te wenschen begint te laten.
De heer D e G ij s e 1 a a-r achtte het aantal
geneeskundigen, voorbereid voor den dienst
der volksgezondheid in Indië, niet voldoende.
Spr. verzocht alsnog uitvoering der motie
Van Kol en vestigde de aandacht op de ach
terstelling in bezoldiging van de ingenieur*
van den Waterstaat. Hij bepleitte hooger be
zoldiging van de zoutmakers op Madoera en
zou gaarne een wet zien welke, evenals ia
Nederland, bescherming verleent tegen af
persingen der huiseigenaren. Spr. kwam ver
der op tegen barbaarsdie straffen. Hij
wenschte den Volksraad binnen niet al te lan
gen tijd van een adviseerend een wetgevend
lichaam te zien worden. Voorts betoogde hij
dat niet genoeg wordt gedaan voor de volks-
gezonlheid.
De heer Van Kol wees o.a. op het groot
verschil in belasting. Hij besprak de volks
bewegingen in Indië en de opstootjes en vroeg
onderzoek naar verschillende courantenbe*
richten over het optreden in verband daar
mede.
Nadat nog de heer D e W a a 1 M a l e f ij t
het woord had gevoerd, werd de vergadering
verdaagd tot heden 11 uur, wanneer verschil
lende kleine urgente wetsontwerpen aan da
orde zouden komen.
TWEEDE KAMER.
Een motie van wantrouwen.
Het vooretel-Hugenholtz om deze week uit
een te gaan en na de verkiezingen weder bij
een te komen werd verworpen met 42 tegei
25 stemmen.
Het vooretel-Visser van I Jzendoom, om ein
de der volgende week uiteen te gaan, werd
aangenomen met 43 tegen 20 stemmen. Het
voorstel-Lobman om de salarlsverbooging der
burgerlijke rijksambtenaren eerst na de ver
en te behandelen, ia daarmede verval-
kiezi
len.
De heer Ter Laan kreeg verlof tot een
interpellatie over het niet uitvoeren der motie
inzake de landweeroefeningen. Deze inteipelr
latie zal heden bij den aanvang der zitting
gehouden worden.
Daarna werd voortgegaan met de behande
ling der suppletoire-Segrooüng van Binneo-
landsche Zaken.
De heer Feenstra betreurde dat de mi
nister ook niet de conversie der H. B. 8. te
Dokkum heeft voorgesteld-
Minister Cortvander Linden zeide
dat Dokkum de eerste plaats zal zijn die voor
een Rijks H. B. S. in aanmerking komt. Wat
Helmond betreft, hier gaat het om het be
houd van een bestaande Rijks H. B. S., die
zonder omzetting in een school met 5-jarigen
cursus, door de bijzondere school zou worden
doodgedrukt.
De heer Rutgers diende een amende
ment in om den onderhavigen post te vermin
deren met 100, teneinde te doen beslissen
dat conversie der H. B. S. te Helmond niet
zal geschieden.
De heer D e V i s s e r zou tegen het amen-
dement-Rutgera stemmen. Hij Juichte de stich
ting eener katholieke H. B. 5. toe, doch de
conversie in een Rijks H. B. S. wordt door
menschen uit alle richtingen gewenscht.
geen acht op haar had
„Kijk eens!" herhaalde vrouw Kirstine.
„Zou je ie oogappel nu vergeten? Ga een*
naast mij zitten, hier in den erker en kleine
Kirstine neem je dan op je schoot. En dan
moet je mij eens. net als andere vertellen, wat
je vandaag op de hoogeschool voor de jonge
lui gedoceerd hebt?"
„Tk heb gesproken van het nut, dat de
astronomie heeft, ook voor het dagelljksch le
ven", antwoordde Tycho Brahe en de rim
pels in zijn voorhoofd trokken langzamerhand
weg. „Ik heb gesproken van den invloed der
hemellichamen op water en op land; hoe de
zee- en de landman gemerkt hadden, dat de
op- en ondergang van bepaalde sterren,
storm en onweer beduidde. Het samentreffen
van Mars en Venus veroorzaakt regen en' don
der; van de zon en Saturn us nevel en bedekte
luchten: van Jupiter en Mercurius wind en
onweer. De zon is de bron van warmte en
van het leven; de maan heeft invloed op de
dierlijke hersenen, op het merg en de beende
ren, op het sap in ae boonen. De maan ver
oorzaakt ebbe en1 vloed en het grootst wordt
nog de uitwerking als de invloed van de zon
zich vereenigt met dien van de maan. Zulke
groote krachten kan men den hemellichamen
niet ontzeggen, zonder zoowel God's wijsheid
als eigen menschelijke ervaring te loochenen';
maar dat is nog niet alles. De astronomische
kunst is zóó verheven, dat iedere vooruitstre
vende geest er eenigsizins van op de hoogte
moet zijn. Ze vervult het gemoed met vreugde
en scherpt het verstand; ze voert ons van net
kleingeestige aardsche tot het hemelsche en
onvergankelijke; ja, ze schenkt den mensch
een vreugde, gelijk aan die der hemelbewo
ners, daar ze ons verheft boven de beperkte
begrippen van ruimte en tijd van het aardsche
bestaan!"
(Word! vervolgd).