DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
De strijd in en buiten Europa.
1918
24 JUNI.
FEUILLETON.
Tycho Brahe
N®. 14©
Honderd en twinstigste
Jaargang
Abonnementsprijs bij vooruitbetaling p. 3 maanden 11.65, ir. p. pest 11.90.
MAANDAG
5 ct. Advertentieprijs 15 et. p. regel, grootere letters naar plaatsnimte. Br. fr. li.?. Boek- en Bandelsdrnkkerll Berms. Coster 4 Ze„ ïoordam C 9, Tel.i
Buitenland.
Binnenland.
Er komt van alk zijden hulp voor het
hongerlijdende Oostenrijk opdagen.
Het Duitsche legerbestuur heeft uit zijn
militaire voorraden 5000 ton broodkoren
gezonden en het legerbestuur stelde er prijs
op te verklaren, dat deze verzending op de
verzorging van het Duitsche lger of van de
Duitsche burgerlijke bevolking geen ihvloed
heeft.
Mits Duitschland dezelfde hoeveelheid
vóór 15 Juli terug krijgt, is het genegen
1000 wagons koren te sturen, waarvan er
reeds 500 onderweg zijn. Tevens doet
Duitschland afstand van de nieuwe aardap
pelen, die het uit Hongarije zou krijgen en
schenkt deze ook aan Oostenrijk, terwijl me
de besloten is, dat alle koreninvoer uit Roe
menië, Bassarabië en de Oekraine, benevens
vele voor het Westelijk front bestemde zen
dingen naar Oostenrijk zullen gaan.
Duitschland laat dus per slot van reke
ning ziin bondgenoot niet in den steek, maar
geeft rif krachtigste hulp die het bieden kan
Hier treft ons weer 't groote verschil in or
ganisatie en zorg voor de toekomst tusschen
Duitschland en Oostenrijk. In beide siafen is
groot gebrek aan voedsel geweest, maar toen
men door de ergste moeilijkheden heen was,
heeft Duitschland door doeltreffende inzame
ling en distributie zoo spoedig mogelijk
voor de noodige reservevoorraden gezorgd,
terwijl men er in Oostenrijk maar op los
leefde tot men daar plotseling tot de ontdek
king kwam, dat de provisiekast van den staat
?oo goed als leeg was. Zoo plotseling kwam
men tot die ontdekking, dat op denzelfden
dag onverwachts een rantsoeneering inge
steld werd, die de bevolking in de grootste
moeilijkheden bracht.
Maar zooals wij reeds meldden, laat men
Oostenrijk ten slotte niet in den steek en
ook in Hongarije, waar nog wel eenige voor
raden' schijnen te zijn, is men besloten zoo
spoedig mogelijk de bevolking van Oosten
rijk het noodige toe te zenden. y
In het Hongaarsche Huis van afgevaar
digden heeft de minister-president er op ge
wezen, dat het gebiedend noodzakelijk is,
dat Hongarije zoo mogelijk dadelijk, maar
in elk geval' na den nieuwen oogst, die in
Hongarije vroeger dan in Oostenrijk is, te
hulp komt ter leniging van de moeilijkheden
in Oostenrijk.
Onmiddellijk blijkt de terugslag, zoowel
van de moeilijkheden met de voedselvoorzie
ning als van het mislukken van het offensief
tegen Italië. Zooals wij reeds mededeelden,
heeft de Weensche arbeidersraad sterk
aangedrongen op betere levenmiddelen-ver-
zorging, verhooging der loonen, verkorting
van den werktijd en onderhandelingen over
den algemeenen vrede zonder inlijvingen of
oorlogsschattingen, alsmede over de oprich
ting van een volkerenbond. Ter uitvoering
van de besluiten van dezen raad hebben zich
reeds een drietal afgevaardigden tot den mi
nister van buitenlandsche zaken gewend.
Graaf Burian antwoordde zich van de voe
dingskwestie bewust te zijn en er zijn volle
aandacht aan te wijden. Hij noemde den oor
log een verdedigingsoorlog en indien de te-
Roman uit het laatst der 16e eeuw, *aar het
Deensch van VILHELM Ü8TERGAAR».
28)
Het leek wel of Tycho Brahe hier enkele
woorden in het midden wilde brengen, maar
de Koning wenkte afwerend met de hand
„Wacht even, we hebben dadelijk uitgespro
ken, al wat we op 't hart hadden Om
deze reden hebben we dan ook een boodschap
naar u gezonden, om u met Koninklijke ge
nade te kennen te geven, hoe het onze bedoe
ling is, om zoo goed zorg voor u te dragen,
dat u zich niet langer gedrongen zult gevoe
len ons en Denemarken te verlaten".
Tycho Brahe boog ditmaal zwijgende het
hoofd, daar hij toch met geen enkele tegen
werping te voorschijn kon komen eer de Ko
ning uitgesproken had.
„We hebben besloten u een jaarwedde van
vijf honderd dalers te geven, waartegen u
zich verplicht mij de diensten te bewijzen, die
wij van u verlangen. Wij willen u dan ook op
andere wijze zulk een steun verleenen, dat gij
vrij en ongehinderd uw kunst kunt beoe
fenen."
De Koning zweeg, ten teeken, dat hij nu
Tycho Brahe's'antwoord wachtte.
,Uwe Majesteit," en Tycho's stem, die
het grootste deel van den tijd eenigszins
barsch had geklonken, scheen nu zelfs wat
bewogen „ik moest al een zeer slecht
dienaar wezen, ja erger nog ik zou me al
heel weinig Deen moeten voelen, als ik me
niet van harte verheugde over de bijzondere
genstanders de neiging tot onderhandelingen
mochten toonen, zouden zij de Monarchie
steeds bereid vinden in besprekingen te tre
den om een voor beide partijen aanncme-
lijken vrede te sluiten en tot een volkeren
bond te komen.
Nu de tegenstanders nog geen genegenheid
toonen om tot ernstige besprekingen te ko
men, moet Oostenrijk evenwel alles vermij
den, wat zijn vijanden als teekenen van
zwakheid zouden kunnen uitleggen.
Als in de toekomst de offervaardigheid
der bevolking aan de dapperheid van het le
ger gelijk bleef, had de minister wel hoop,
dat binnen niet te verren tijd het gemeen
schappelijk doel, een eervolle en duurzame
vrede, bereikt zou worden.
Veel nieuws heeft de minister dus niet
medegedeeld, wat trouwens wel niemand
verwonderd zal hebben.
Uit de rede van Von Kühlman. in den
Duitschen Rijksdag blijkt waarom Rados-
lawpf voor Malinof air minister-president in
Bulgarije heeft moeien plaats maken.
Zooals bekend, is de Dobroedsja bij het
verdrag van Boeharest niet rechtstreeks aan
Bulgarije, maar voorloopig aan Duitschland
en Oostenrijk afgestaan. Dat blijkt nu ge
schied te zijn, omdat tusschen Bulgarije en
Turkije destijds een overeenkomt werd geslo
ten, waarbij Bulgarije een strook land aan
de Maritza en den spoorweg van Dedeagatsj
verkreeg.
Nu aan Bulgarije de Dobroedsja belioofd
is, moet ook Turkije te vriend gehouden
worden en gevoelen de groote centrale mo
gendheden er wel iets voor om Turkije te
steunen in zijn eisch tot teruggave van het
grondgebied langs de Maritza.
Daar men heel goed begrepen -heeft, dat
Bulgarije uit zichzelf het billijke van het
verzoek niet zal inzien, wordt dus de Do
broedsja, zeer tot ontevredenheid van het
Bulgaarsche volk, nog een oogenblik door
de groote bondgenooten vastgehouden en be
looft men Bulgarije eerst de volle beschik
king daarover, zoodra dat land met Turkije
tot een gunstige overeenkomst is gekomen.
Het Is wel een goedbedachte manier om
beide partijen' te vriend te houden, wat niet
wegneemt, dat de verbitterde stemming te
gen Duitschland zich in Bulgarije onom
wonden uiten zal, zoodra dit rijk de Do
broedsja zal hebben overgenomen.
In het Oostenrijksche offensief is geen wijr
ziging van beteekenis gekomen, al wordt van
beide zijden nog met de uiterste verwoedheid
gestreden. Aan den rechteroever van de Piave
verdedigen de Oostenrijkers zich tegen de
vijandelijke reserves, die pogen hen over de
rivier terug te werpen.
Een telegram uit Rome meldt, dat van de
Montello tot de zee de vijand verslagen en
op de hielen nagezeten door de Italianen, in
wanorde over de Piave terugtrekt.
Het Weensché communiqué meldt daaren
tegen, dat de gevechten aan de Piave min
der hevig waren en slechts aan den Zuidelij
ken vleugel de vijand zijn tegenaanvallen
genade, die uw Majesteit mij bewijst. Ik ben
niet welsprekend aangelegd en mijn innigste
gedachten houd ik liefst voor mijzelven,
maar uwe Majesteit wil ik het wel toever
trouwen, dat 't mij niet licht valt. Denemar
ken te verlatenwant, al geniet men ook nog
zooveel eer en onderscheiding in den vreem
de, men heeft maar één vaderland, waar men
zich thuis gevoelt 1 Daarom was ik hier
graag gebleven, als dit had kunnen zijn.
Maar uwe Koninklijke Majesteit is er wel
niet geheel onkundig van, hoe weinig rust
en vrede mijn familie mij gunt. Mijn werk
minachten zij en mijn huiselijk geluk trach
ten ze me zooveel mogelijk te verbitteren,
't KaKn zijn, dat ik wat heftig van karakter
ben; maar ik moet ruimte hebben voor mij
zelven en voor de mijnenvrijheid om mij
te bewegen en mijn eigen weg te gaan, zon
der dat ik er iemand om hoef te vragen
„Maar als we het nu eens tot een vergelijk
trachten te brengen tusschen u en uw ver
wanten, zoodat niemand zich meer mengde
in uw huiselijke zaken; en als we u daarbij
een plek aanwezen, waar u rustig en onge
stoord uw astronomie en mahematica kon
beoefenen
„In trouwe, uw Majesteit belooft veel
„Niet meer, dan wij kunnen nakomen. We
zijn laatst eens een kijkje gaan nemen op
Orokrog, waar we ons nieuwe slot laten
bouwen, dat we Kronborg zullen noemen en
ons oog viel daar op een plekje in de Sond
nabij de kust van Seeland. Het is slechts een
klein eilandje, met zand en duinen, en we
hebben het nooit eerder aan eenig edelman
in leen gegeven. Maar 't viel ons in, dat het
eilandje uitstekend geschikt moest zijn voor
een astronoom en astroloog. We spraken er
hervatte.
Dat telegram doet tevens uitkomen in wel
ken uiterst moeilijken toestand de over de
rivier, getrokken Oostenrijksche afdeelingen
verkeeren. De Piave is sterk gezwollen en
het verkeer tusschen de beide rivieroevers
daardoor menigmaal onderbroken. Het gaat
bijzonder bezwaarlijk de troepen van de
noodige munitie en proviand te voorzien.
Dit communijué geeft wel den indruk,
dat er van een verderen opmarsch op het
door de Italianen verdedigde gebied niet
veel zal komen en dat die Oostenrijksche le
gerbevelhebber de stille hoop heeft, dat het
gelukken zal de over de rivier gezette afdee
lingen terug te brengen, voor ze door de Ita
lianen tot overgave gedwongen worden.
Van het Westelijk front nog steeds geen
nieuws van beteekenis.
KORTE BERICHTEN.
Lloyd Qeorge h<eld een rede in de
Rijksconferentie ten glorificatie van de Rijks
eenheid.
Bij Hammond (Indiana), V. S„, had een
ernstig spoorwegongeluk plaats.
Aan alle- Britsche mannen boven de 45
en aan jongere mannen die voor den militai
ren dienst minder geschikt zijn, wordt gele
genheid geboden zich voor lambouwarbeid
aan te geven. Zij behoeven dan niet bij het le
ger te dienen.
Von Payer heeft in een persgesprek een
antwoord gegeven op Tisza's uitlating over
de positie van Hongarije bij een nieuw bond
genootschap der Middenstaten.
Het grondwet-comité in Finland heeft
met 9 tegen 8 stemmen zich uitgesproken ten
gunste eener monarchie.
E>e contra-revolutionnaire regeering in
West-Siberië wint meer en meer veld. Gene
raal Dutow heeft zich met de Tsjecho-Slowa-
kische troepen vereenigd. In het gebied van
Samara heeft het Bolsjewiki-bewind een einde
genomen en zijn de Soviets ontbonden. De
oude Russische, nationale vlag wappert we
der in de stad. De regeering te Moskou neemt
maatregelen ten einde de beweging zooveel
mogelijk te keeren. Hare troepen hebben een
gedeelte van den spoorweg Jekaterinaburg
Tsjeljakinsk bezet.
Het Oostenrijksche kabinet Seidler is
afgetreden. Hét besluit daartoe is in den mi
nisterraad genomen.
Het Pruisische Huis van Afgevaardigd
den heeft in derde lezing de begrooting aan
genomen. De onafhankelijke sociaal-demo
craten en de Polen stemden tegen.
In een interview verklaarde de Chinee-
sche premier, dat Chineesche troepen aan de
grens gereedstonden om met de Japanners
samen te werken. Na de onderdrukking van
den opstand te Canton, zouden bovendien
meer troepen beschikbaar zijn. Verder zette
hij nogmaals de redenen uiteen, waarom Chi
na tegen Duitschland partij gekozen had.
Een officieel Duitsch bericht meldt, dat
sedert den aanvang van den oorlog door oor
logsmaatregelen van Duitschland 17.730.000
ton scheepsruimie is vernietigd; 10,823.000
ton er van behoorde tot de Engelsche han
delsvloot.
De Italiaansche Senaat heeft een wets
ontwerp aangenomen, waarin aan alle bur-
ers, die tijdens de mobilisatie in militairen
ienst zijn geweest, stemrecht verleend wordt.
Uit Charbni wordt gemeld dat generaal
Semenof gedwongen werd om uit Mandsjoe-
rije terug te trekken, tengevolge van het feit
dat 3000 kozakken zich aan de zijde van den
vijand hebben geschaard na hun officieren te
hebben vermoord, terwijl de roode garde-sol-
eens over met uw goeden vriend en bloed
verwant: Steen Bille, en hij deelde ons mee,
dat u zich al eens vol waardeering over dit
plekje hadt uitgelaten."
„Dat is waar, uwe Majesteit: géén plek
ter wereld zou mij beter passen!"
„Nu, wij dachten er nèt zoo over." De
Koning glimlachte tevreden en terwijl hi
een beschreven blad perkament nam, dht tus
schen de documenten en de teekeningen op
tafel lag, ging hij voort: „Dienaangaande
hebben we vast een concept opgesteld, dat,
naar wij meenden, moest luiden als volgt:
„Wij, Frederik II etc., doen allen weten, dat
wij bij dezen open brief uit bijzondere gunst
en genade onzen beminden Tycho Brahe, Ot
to's zoon, van Knudstrup, beleenen met het
eilandje Hveen met alle boeren en dienaren
der Kroon, die dat bewonen; en met al de
rente, die dat afwerpt, voor zijn leven, zoo
lang hij lust gevoelt, zijn studia mathema-
ticis voort te zetten.Nu, hoe luidt
uw antwoord hierop?"
Tycho Brahe stond een oogenblik verbluft.
Toen kwam er een warme uitdrukking in zijn
oogen, en zonder zich te bekommeren om hof
gebruik of hofetiquette, reikte hij den Koning
zijn hand.
„Ik kan alleen antwoorden, uw Majesteit,
dat u een eenig talent heeft, om zelfs de weer-
barstigste rimpels glad-gestreken te krijgen
en ik geloof, dat het een gelukkige tijd kan
zijn voor ieder landgenoot, zoolang u hier
den scepter voert."
„Het verheugt ons, dat u ons aanbod zoo
gul aanvaardt en verder zullen wij orders ge
ven, dat er een zeker bedrag afgezonderd
wordt voor de benoodigde gebouwen en in-
strumtentea; want, als we u hei eiland in
daten de uiterste flank van Semenofs striid-
macht bedreigen.
Op plechtige wijze zal de nieuwe Pool-
sche staatsraad te Warscnau worden ge
opend. Het antwoord van de centraie mo
gendheden op het aanbod van Polen om een
verbond te sluiten, zal thans spoedig bekend
worden gemaakt.
Te Tokio is een bijzondere Britsche mis
sie aangekomen om den Mikado den Brit-
schen veldmaarschalksstaf aan te bieden.
Het nieuwp Bulgaarsche kabinet is sa-
mengesteld.
LANDBOUW-SECRETARISSEN.
De minister van landbouw heeft aan de re-
geerings-commissarissen, belast met de rijks-
graan verzamel ing-, opgedragen, in elke groo
te gemeente en in groepen van kleine gemeen
ten een secretaris van de gemeentelijke land-
bouw-commissiën aan te stellen. Deze amb
tenaren moeten landbouwkundig en admi
nistratief onderlegd zijn en over veel vrijen
tijd beschikken. Ze moeten o.a. behulpzaam
zijn bij de uitvoering der voorschriften, door
den minister van landbouw, cultuurcommis
sie of den regeerings-commissaris in het be
lang der productie gegeven. Als er nu maar
een voldoend aantal van dergelijke personen
te vindien is.
GRAAN UIT AMERIKA.
De „Kennemerland," met maïs en stukgoe
deren geiaden. heeft vergunning bekomen de
rets van Halifax naar Nederland voort te
zetten.
HET ONDERZOEK NAAR DE
„KONINOIN-REOENTES."
Wegens het aanhoudende slechte weder
heeft de zeesleepboot „Zeeland" Zaterdag
ochtend van het lichtschip „Haaks" de ras
naar het wrak van de „Koningin-Regentes"
niet voortgezet, doch is voorloopig terugge
keerd naar IJmuiden om betere weersgesteld
heid af te wachten.
DE OPGEVORDERDE SCHEPEN.
Dé directie der N.V. Van der Eb Dres-
selhuys' Scheepvaart-Mij. te Rotterdam heeft
bericht ontvangen, dat op haar rekening te
Londen gestort was een bedrag groot 8650
pd.st., zijnde de verschuldigde huursom over
eenige maanden voor haar twee op 25
Maart in Engeland opgevorderde schepen.
De huursom bedraagt ongeveer 3400 pd.st.
per maand.
RIJWIELBANDEN.
De minister van L., N. en H. heeft aan fa
brikanten verboden rijwielbanden af te leve
ren. Dit verbod is niet van toepassing voor
legerdoeleinden, onder voorwaarde dat de
fabrikant wekelijks aan het rijkskantoor voor
Rijwielbanden opgave doet van de afleve
ring.
Ontheffing van het verbod kan worden
verleend, door dit rijkskantoor, in den vorm
van een machtiging tot aflevering, en ge
schiedt steeds onder de voorwaarde, dat de
fabrikant binnen één week na de aflevering
die machtiging aan het rijkskantoor terug
zendt, onder aanteekening dat en wanneer
de aflevering plaats had.
Het verzoek om een machtiging tot afle
vering moet door den fabrikant tot het rijks-
kantoor worden gericht onder opgaaf van
het aantal der gewenschte merken met kwa
liteitsaanduiding. Het rijkskantoor is be
voegd den verzoeker nadere inlichtingen te
vragen, en voorts de machtiging niet of ge
deeltelijk te verleenen, aan de machtiging
voorwaarden te verbinden of andere merken
te doen afleveren dan zijn gevraagd.
BRANDSTOFFEN VOOR SCHIPPERS.
De minister van landbouw heeft bepaald,
dat schippers, die meer brandstoffen aan
boord hebben dan bepaald in zijn beschik-
king van 19 Juni 1918, pf die zich schuldig
leen geven, moeten we er ook voor zorgen, dat
u behoorlijk een dak boven uw hoofd krijgt.
Overleg nu maar eens, hoe alles het beste in
orde kan komen. De slotsom van die over
denkingen kunt u ons dan brengen op ons
slot in Frederiksberg, waar we ons mogen
heenbegeven... En nu; God zegene ui"
De Koning stond op, om daarmee te ken
nen te geven, dat de audiëntie afgeloopen
was. Het was al laat en de talkkaarsen in de
kandelaars waren al lang opgebrand.
Tycho Brahe bracht den nacht door als ko
ninklijk logé op Ibstrup; maar, hoe laat het
ook was, toen hij zich ter ruste begaf, toch
kon hij den slaap niet vatten. Hij stond op
een gewichtig keerpunt in zijn leven. De toe
komst leek hem nu op eenmaal veel rooskleu
riger dan hiji zich d'e in zijn stoutste ver
wachtingen had durven denken. Het was of
de koning zijn geheimsten wensch geraden
had. Geen plek zou beter geschikt zijn voor
zijn doel, dan het vredigq eilandje, dat hij irr
gedachten al den naam - Insula Venusia had
i gegeven, omdat het zoo schoon was; de een
zaamheid en het wijde uitzicht, dat men er
genoot, had hem juist zoo aangetrokken.
In den voormiddag ging Tycho Brahe
weg, nadat hij eerst afscheid genomen had
van den Koning en daarna van den Rijkskan
selier, Niels Kaas, en den heer Jörgên Ro-
senkrands, die hii nog wel bedankte voor
hun goede hulp. Ook van zijn broeder, Steen
Brahe, scheidde de Jonker zoo vriendschap
pelijk mogelijk. De onverwachte voorspoed
had hem verzoenend gestemd en het hdftige
tooneel bij hun laatste ontmoeting scheen hij
in het vergeetboek te willen schrijven. De
heer Steen, van zijn kant, betuigde zijn over-
groote vreugde over het koninklijk bewijs
maken aan frauduleuzen verkoop van brand
stoffen, gestraft zullen worden met uitslui
ting van bevrachting ter beurze, voor een
tijdvak van ten minste 6 maanden.
OPSLAG VAN AARDAPPELEN.
In een circulaire aan de gemeentebesturen
heeft de minister van L., N. en H. opgesomd
hetgeen voor en tegen den particulieren op
slag van winteraardappelen is aan te voeren.
E>e gemeentebesturen worden uitgenoodigd
vóór 15 Juli den minister te berichten welken
weg naar hun oordeel dient te worden ge
volgd.
EIKENBAST.
Het Bureau voor Mededeelingen inzake de
Voedselvoorziening meldt:
Het gebrek aan looistoffen, die van het
buitenland plegen tc worden aangevoerd,
noopt er toe in het binnenland dit voor de
ledervoorziening onmisbare materiaal te ver
zamelen. Daarom is het noodig, dat zooveel
mogelijk eikenbast ter beschikking komt van
het Rijkskantoor voor Huiden en Leder, en'
dat de bast wordt geschild in den tijd, dat
die het sterkste looistofgehale bevat, d. i. in
het tijdvak tuschen Maart' en Juli. Te dien
einde is indertijd uitgevaardigd het verbod
van ongeschild eikenhout te vervoeren, van
welk verbód alleen dan ontheffing wordt
verleend, wanneer het betreft hout, dat voor
bepaalde doeleiudcn (bijv. het maken van
meubelen) beter ongeschild wordt vervoerd'.
Ook wanneer de fabriek, waarheen hout
wordt vervoerd, zich, ten genoege van het
Rijkskantoor verbindt, den bast in te leveren,
kan verlof worden gegeven aan de fabriek te
schillen.
Overigens zullen de belanghebbenden er
echter wel aan doen noch te rekenen op la
tere ontheffing van het vervoerverbod noch
op vergunning voor vervoer van ongeschild
eikenhout. Met name zal aan brandstoffen-
handelaren zoodanig verlof niet worden ge
geven. Wie dus nu wacht met het kappen
van eikenhout, zal, zonder daarvan zelf
eenig nut te hebben, alleen teweeg brengen
dat minder looistof wordt verkregen, waar
door de ledervoorziening, die toch reeds met
zoo groote bezwaren kampt, nog ernstiger
wordt bedreigd.
Er moet dus met klem op worden aange
drongen, dat men niet noodeloos met het
kappen en schillen van eikenhout wacht.
ERWTEN EN BOONEN.
Het Bureau voor Mededeelingen inzake da
Voedselvoorziening meldt:
Volgens een dagbladbericht zouden de
jongste bestellingen op groene erwten niet
meer kunnen worden uitgevoerd, omdat de
voorraad totaal uitgeput zou zijn. terwijl
men, in plaats daarvan, zoo goea en zoo
kwaad als net gaat, in de behoefte aan bruine
boonen zou trachten te voorzien.
Deze voorstelling van zaken is njet juist.
In dezen tijd van het jaar geeft men aan
bruine boonen de vborkeur boven erwten, die
bovendien beter bewaard1 kunnen worden.
Daarom worden naar verschillende gemeen
ten bruine boonen geleverd. Het rantsoen
daarvan voor deze laatste peulvruchtenperio
de, te weten y3 K.G. per hoofd, is echter ten
volle verzekerd.
KAASHANDELAREN.
In een adres aan den Minister van Land
bouw brengt het bestuur van de Nederland-
sche Vereeniging van Kaashandelaren het
volgende onder de aandacht van Z.Exc.
Aan alle bij de Kaasvereeniging als expor
teurs ingeschreven kaashandlaren is bij cir
culaire van 30 Mei 1918 door het Rijkskan
toor voor Melk en Kaas bekend gemaakt, dat
voor hen gelegenheid bestaat zich tegenover
den Staat der Nederlanden ten deze verte
genwoordigd door gjentjemd Rijkskan|oor,
door het teekenen eener verklaring te verbin
den als commissiehandelaar, o.a. om uitslui
tend kaas te koopen voor en te verkoopen aan
het Rijkskantoor voornoemd."
van genade, dat zijn geleerden broeder ten
deel gevallen was.
Tycho Brahe reed in gestrekten draf recht
streeks naar Kopenhagen en nam zijn weg
door de Noorderpoort. Hij was namelijk be
sloten, dat zijn vriend Praten9is de eerste
zou zijn, die deelgenoot werd gemaakt van
zijn geluk.
Toen hij op de hoogte van het kerkhof
kwam, even buiten de vestingwerken, viel
zijn oog op meester Steffen's huis, dat daar
lag tusschen de ontbladerde boomen op een
hoek van den doodenakker; en hij bedacht;
hoeveel er nu al gebeurd was, sinds hij, en
Pratensis in hun onervaren jeugd den zon
derlingen doodgraver bezocht hadden. Hij
zou graag eens geweten hebben, of Steffen
nog in leven was en of hij (ie geheime
kunsten nog beoefende.
Het 1 was tegen den middag, toen zijn
•aard stil hield voor het kleine huis in de
(anunnikstraat, waar Johannes Pratensis
zijn woning had als lector aan de universi
teit. Hij liet een vroolijk: hallo! hooren, dat
magisters en stud'enten in de nabijzijnde ge
bouwen verrast uit de vensters deed kijken,
maar in Pratensis' huis bleef alles stil.
TVcho Brahe sprong van zijn paard en
trad den stoep op, om flink den klopper te
gebruiken. Het duurde echter lang eer zich
iemand vertoonde. Eindelijk werd de deur
opengedaan door een1 oud-lijkend vrouwtje,
heeiemaal in het zwart gekleed en met een
wit mutsje, dat stijf onder de kin vastgestrikt
was. Ze beschouwde den heer Tycho met
scherpen, wantrouwenden blik, of hij een dief
of een inbreker was, en toen sprak ze op boe
zen toon:
(Won® vervolgd)
P<
K;