DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
De strijd in en buiten Europa.
No. 146
Honderd en twinstigste Jaargang
1918
25 JUNI.
Tycho Brahe
Abonnementsprlis bil Toornithetallng d.
DINSDAG
11.65, Ir. p. post (1.90. Bewlisnnmmers 5 et. Adyertentleprlis 15 ct. p. regel, grootere letters nrar plaatsnlmte. Br. fr. R.ï. Boek- en Handelsdrskkerli Hernis. Coster Zn.. Voordam C 9. Tel. 3.
FEITILLKTO Jf.
Buitenland.
Binnenhuid.
Het gaat met staten als met particuliere
personen.
Ieder wil gaarne wereldkundig gemaakt
zien, dat hij een mooi succesje behaald heeft
en tracht het zooveel mogelijk te verzwijgen
als zijn breed opgezette onderneming ten
slotte op niets blijkt uitgeloopen te zijn.
Hoe werd in de eerste dagen van het Oos-
tenrijksche offensief in de Weensche oorlogs-
communiqué's niet het klaroengeschal van
de overwinning vernomen. Men wilde er ge
heel Europa zoo gaarne van overtuigen dat
Oostenrijk op het punt stond de beslissing
op het slagveld te bevechten en de Italianen
definitief te verslaan.
Maar het is anders geloopen dan men in
Weenen zoo vurig gehoopt had. In het ge
bergte werd de Oostenrijksche opmarsch
door Fransche en Britsche troepen reeds da
delijk gestuit en de afdeelingen, die met
groote moeite over de Piave getrokkea wSfe
ren, zijn naar de laatste communiques ons
mededeelen. in allerijl weer terug gekomen.
Dat het zoo gaan zou was te voorspellen.
Het Oostenrijksche leger is op zichzelf staan
de in deze oorlogsjaren niet tot grnote in
spanning in staat gebleken en voor een
krachtigen tegenstander moet het niet moei-
lijk zijn geweest het breed opgezette offen
sief nu tót stilstand te brengen.
De weersgesteldheid heeft niet medege
werkt, de Piave was sterk gezwollen en de
proviandeering en munitievoorziening van
de over de rivier gebrachte troepen werd,
ook door de bedreiging der verbindingslij
nen. met den dag bezwaarlijker.
Van den verderen troepenaanvoer over de
rivier was geen sprake en waar dus eener-
zijds geen opmarsch in Italiaansch gebied
kon volgen, en anderzijds 't gevaar dreigde,
dat de Italianen de in een hachelijke positie
verkeerende troepen op de rivier terug zou
den dringen, schijnt de Oostenrijksche leger
leiding niets liever gewild te hebben dan een
veilige terugtocht der vooruitgeschoven le
germachten.
Thans zijn de Oostenrijkers, zooals wij
reeds meldden, werkelijk weer in hun oude
stellingen aan de Oostzijde der rivier terug
gekeerd.
Volgens het Weensche communiqué ge
schiedde dat door eigen initiatief. De toe
stand, ontstaan door hoog water en slecht
weer, aldus dit communiqué, heeft ons ge
noodzaakt de veroverde stellingen op den
Montello en eenige vakken op den rechter
Piave-oever te ontruimen. Het bevel hiertoe,
dat reeds vier dagen geleden gegeven was.
werd. niettegenstaande de moeilijkheden aan
het overtrekken der rivier verbonden, zóó
uitgevoerd, dat onze bewegingen volkomen
voor den vijand verborgen bleven.
Van Italiaansche zijde wordt evenwel be
richt, dat de vijand door krachtige Italiaan
sche aanvallen gedwongen in wanorde over
de rivier vluchtte.
Roman uit het laatst der 16e eeuw, naar Met
Deensch van VILHELM OSTEROAARD.
20)
„Wie is u? En wat wilt u, dat u zoo gewel
dig den klopper hanteert?"
„Kalm aan wat, Moedertje. Ik heet Tycho
Brahe van Knudstrup en ik wensch te spre
ken met mijn goeden vriend doctor Praten-
sis".
„Is u Tycho Brahe?" vroeg het Moedertje,
dat voorzichtig de deur op een kier hield. „Ja,
verbeeld je, dat hoeft u mij niet wijs te ma
ken Tycho Brahe is een beroemd man en ik
weet dat hij het al tot een eerwaardigen leef
tijd gebracht heeft, en u ziet er mij niet naar
uit, of u veel over de dei tig is en u heeft nog
geen grijs haartje of geen rimpeltje in uw ge
zicht
Ze wilde de 'deur weer sluiten, maar Tycho
Brahe zette er den voet tusschen en driftig
riep hij:
„Scheer je weg, en laat mij er in! Pra-
tensis zal je wel eens zeggen wie ik ben".
Hij schoof zachtjes het oudje opzij en van
uit de kamer werd er een stem vernomen, die
zich blijkbaar moest inspannen, om luid ge
noeg te zeggen:
„Ben jij dat, Tycho Brahe? Van harte wel
kom in de stad-Hoe kwam u er bij, juf
frouw Liuvre, om mijn besten vriend den roe
gang tot mijn vertrek te weigeren?"
De oude vrouw sperde haar schitterende
oogjes wijd open en, daar ze nu dus wel over
tuigd moest zijn, week ze eerbiedig ter zijde
voor den geleerden gast Ze neeg diep en op
heel veranderden toon sprak ze:
„Vergeef mij duizendmaal, heer Jonker. Ik
kon toch ook niet denken, dat de welgeboren
Tycho Brahe nog zoo'n krachtig man was.
Gaat u maar dadelijk binnen, genadige heer,
Opgedrongen, zegt het communiqué uit
Rome, tegen den oever van de Piave, op een
strook front, die steeds kleiner werd, onop
houdelijk beschoten door het geschut en dc
vliegtuigen, begon de vijand, na zich enkele
uren wanhopend gehandhaafd te hebben,
den terugtocht over de rivier, onder het doo-
delijk vuur van onze artillerie.
Het is niet te venvachten, dat het Oosten
rijksche leger binnen afzienbaren tijd tot een
nieuw groot offensief overgaat en het ge
vaar voor Italië kan. nu vrijwel als volkomen
afgevend worden beschouwd.
Dat men daarover in Balie, waar rnen
toch al spoedig tot enthousiasme komt bij
zonder voldaan, is, laat 'zich begrijpen De
minister-president Or'andn heeft ::i den Se
naat medegedeeld, dat de Italianen zegevie
rend den grootst™ ?Jag Van deze" oorlof
tegen Italië weerstaan hebben. Verschillede
geestdriftige redevoeringen zijn daarop ge
volgd en de senaat keurde vervolgens het
xvriso"i-iyern goed waarini b.c' Vioarer»
.wordt verleend aan alle burgers, die bij ccn
gemobiliseerd wapen gediend hebben
Heoft Oostenrijk niet zijn militaire actie
weinig succes, ook in het binnenland staat
het voor zeer groote moeilijkheden.
De Polenclub meent, dat de regeering de
Poolsche nationale belangen verwaarloosd
heeft en is er van overtuigd, dat deze èn
door de verwarring in de voedselvoorzie
ning èn door de miskenning van het parle
ment een gevaar voor het Land is.
Dus heeft zij het kabinet Seidler haar
steun ontzegd, hoewel zij zich bereid ver
klaarde, met de partijen, die de meerderheid
in den Rijksraad vormen in onderhandeling
te treden. Geleid door de erkenning, dat het
behoud en de versterking der monarchie in
het belang der Poolsche natie zijn, is de Po
lenclub bereid den staat datgene toe te staan,
wat noodig is voor de verdediging van zijn
bestaan. Zij eischt evenwel onmiddellijke
bijeenroeping van den Rijksraad.
Minister-president Von Seidler heeft au
bij den keizer zijn ontslag ingediend en de
keizer heeft hem een brief gezonden waarin
hij zich een beslissing voorbehoudt, daar
de goede betrekkingen wenscht te handhaven
met die partijen, die ook tot nu toe onvoor
waardelijk voor het belang van het land ge
werkt hebben.
Blijft Seidler gehandhaafd, dan zal nood
gedwongen weer volgens het beruchte arti
kel geregeerd worden, waarbij de Rijksraad
wordt uitgeschakeld, maar het is de vraag
of men', nu de volksvertegenwoordiging
steeds sterker op hare erkenning aandringt,
daartoe over zal durven gaan.
Keizer Karei is inmiddels in Weenen terug
gekeerd.
De jonge vorst zal langzamerhand wel be
merken, dat de keizerskroon toch zwaarder te
dragen is, dan hij zich vroeger wel zal voor-
gesteld hebben.
Nu het invoeren van dienstplicht in Ier
land mislukt is, probeert men het daar nog
maar eens met een oproep om vrijwilligers.
Een commissie van vier bekende Ieren heeft
zich daartoe bereid1 verklaard en zal een pro-
pagangda-veldtocht voor vrijwillige dienstne
ming in Ierland beginnen.
Reeds is een pakkende oproep uitgevaar
digd, waarin de vijanden der Geallieerden ais
belagers van het Christendom uitgemaakt
worden. Het manifest geeft uiting aan de
hoop, dat allen die vrijheid, waarheid en
eer liefhebben, zich aan de zijde van de
reeds strijdende Ieren zullen scharen.
Men ziet het, aan dikke woorden ontbreekt
het in dit, blijkbaar in Londen ontworpen,
manifest niet, maar of het eeaig succes zal
hebben, is sterk te betwijfelen. De liefde der
Ieren voor den door Engeland gevoerden
strijd is tot nu toe bijster klein gebleken.
Men voelt meer voor een krachtdadig verzet
tegen de Britsche regeeringsvoorschriften en
aar men daarbii niet tegen een doortastend
oprreden opziet, blij Kt wel uit de medeaee-
iing, dat de politie te Dublin 40.000 roiicn
munitie voor machinegeweren in beslag
nam, die als koren aangegeven in korenzak-
ken waren aangekomen.
Met onwillige honden is het slecht hazen
vangen en dat vele Ieren over het manifest
van de propaganda-commissie in geestdrift
zullen geraken, mag ernstig betwijfeld wor
den.
Minister Von Kfihlmann heeft bij de be
sprekingen in den Rijksdag over de begroo
ting van buitenlandsche zaken een rede ge
houden, waarin hij uitvoerig de verhouding
tusschen Duitschland en het buitenland na
ging. Hij hoopte voor den zomer en den
herfst op nieuwe militaire successen.
Met betrekking tot België zeide hij' zich
niet te kunnen bindep, omdat de tegenstan
ders dit ook niet doen, doch hij hoopte, dat
dezen zullen inzien, dat het van hen een illu
sie is om met succes te strijden tegen de mid
delen, die Duitschland ten dienste staan en
dat zij met een vredesaanbod zullen komen,
dat met den toestand en de levensnoodzake
lijkheid van Duitschland in overeenstem
ming is.
KORTE BERICHTEN.
Een telegram uit Karbin meldt dat er
op Semenof's terugtocht, den 15en Juni, drie
dagen van strijd zijn gevolgd, waarin Seme-
nor de bolsjewiki terugwierp. Bij de krijgs
verrichtingen bleek de aanwezigheid van tal
van Oostenrijkers en Duitse hers en van nog
meer roode garde-soldaten, terwijl drie Duit-
sche vliegtuigen aan den strijd hebben deel
genomen.
Het Hamburger Fremdenblatt ver-
dan treft u daar meester Pratensis. Ik zal zelf
uw paard in den achtertuin brengen en er
voor zorgen, dat het een' goed maal haver
krijgt."
Tycho Brahe trad de kamer binnen, waar
van de vensters uitzagen op een moestuin.
Voor 1 raam stond een tafel met vele boeken
en handschriften, een zandlooper en enkele
kruiken met gedroogde kruiden, die een ster
ken geur door het vertrek verspreidden. Voor
de tafel zat Johannes Pratensis.
„Ie wordt dan wel uitstekend bewaakt,
sinds we elkaar voor het laatst zagen I" riep
Tycho Brahe, terwijl hij lachende binnentrad.
„Wie is dat grappige Moedertje?"
„Dat is mijn verzorgster, juffrouw Liuva
Lauridsdochter. Ze heeft haar eigenaardig
heden, maar ze is veel beter, dan ze er wel
uitziet. Ook is ze niet onbedreven in de medi
cijnen en chirurgie; ja, doet zelfs ook wat aan
de astrologie en1 is mij meer dan eens van
dienst bij mijn studie."
Pratensis had zich nu omgewend en zijn
vriend de beide handen toegestoken. En nu
eerst viel het Tycho Brahe op, hoe zeer Johan
nes van uiterlijk veranderd was. Hij zat half
ineengedoken in den stoel. De borst was inge
vallen en zijn gelaat had een bleek-gele tint,
die nog duidelijker uitkwam in tegenstelling
met de roode, koortsachtige plekken, die op
de wangen brandden. De oogen schitterden
nog meer, dan in vroeger tijd, en het haar
was vergrijsd en dun als van een ouden man.
De glimlacht om Tycho Brahe's mond trok
weg en een oogenblik stond hij verrast, zonder
woorden te kunnen vinden. Toen vatte hij
Pratensis' hand en drukte die lang en innig
in de zijne.
Pratensis keek op en er gleed een zwaar
moedige glimlach over zijn fijne gelaatstrek
ken.
„Ik schijn er dan al heel ziek en vervallen
uit te zien. Nu, met de gezondheid gaat het
ook niet heel best Ik ben erg benauwd op de
borst en word geplaagd door een leelijken
laten.
Een der volkscommissarissen der Bols
jewiki werd te Petrograd op straat doodge
schoten.
De nieuwe Bulgaarsche premier Mali-
nof heeft in een interview verklaard, dat de
jongste kabinetswisseling ontstaan is door de
moeilijkheden in de levensmiddelenvoorzie
ning.
Bij gelegenheid van een receptie voor
journalisten, heeft generaal March, de chef
van den Amerikaanschen generalen staf mee
gedeeld, dat tot op heden 800,000 man Ame-
rikaansche troepen over zee waren gezonden.
De Ver. Staten zijn daarmee 5 maanden
vooruit op him program. 1
Prins Arthur van Connaught overhan
digde den keizer van Japan den Brilschen
veldmaarschalksslaf met een woord, waarin
de nadruk gelegd werd op het Britsc-hja-
pansck bondgenootschap.
De hoofdcommissie uit den Rijksdag
heeft het vredesverdrag met Roemenië goed
gekeurd.
De Poolsche staatsraad is met een
troonrede, door vorst Lubomirski namens den
regentschapsraad uitgesproken, geopend.
In ae eerste buitengewone zitting van
den Poolschen staatsraad waarschuwde Pn-
larski tegen de uit het Oosten dreigende anar
chie.
VET.UITVOER NAAR DUITSCHLAND.
Ter uitvoering van het met Duitschland
in 1916 gesloten provisorium is tot dusver
steeds harde zeep uitgevoerd. Nu het surplus
van ons industrieel vet door bepaalde om
standigheden niet in denv orm van zeep kan
worden geëxporteerd, zal dit in den vorm
van beendervet naar Duitschland' gaan.
Een partij van 1000 ton, die ter verzending
fereed staat heeft nu aanleiding gegeven tot
et gerucht, dat een groote hoeveelheid eet
baar vet naar Duitschland zou worden gele-
neemt uit Kiëf: in de zitting der (Russische
en Oekrainsche) vredeson derhandelaars is
men heden tot een principieele overeenstem
ming gekomen om in de gebieden, welker be
zit wordt bestreden, een volksstemming toe te
hoest. Maar ik kan altijd nog werken en ben
nu juist bezig mijn gedachten neer te schrij
ven over een nieuwe geneeswijze, voorname
lijk betreffende de sympathische en onbeken
de middelen
Een hoestbui maakte hem het voortgaan
onmogelijk en, toen die weer bedaarde, was
hij zóó afgemat, dat hij nauwelijks de kracht
had, om door te gaan.
„je moet namelijk weten, dat ik meer en
meer tot de overtuiging kom, dat de alchemie
zich feitelijk niet tón doel moet stellen, om
edele metalen te maken, maar om krachtige,
onbekende middelen te vinden, Ik wil uit de
planten allerlei bestanddeelen trekken, die
met goed gevolg in de geneeskunde kunnen
aangewend worden. Maar hierbij ondervond
ik veel tegenstand, daar ik In geschreven en
gesproken woord dit als hrt voornaamste ge
noemd heb en al heel weinig waarde hechtte
aan de oude toovermiddelen, die nog meestal
gebruikt worden tegen vallende ziekte, kram
pen en tering."
Hij sprak met groote levendigheid, maar
dezelfde benauwde hoest drong hem ander
maal zijn gesprek te staken, en afgemat leun
de hij toen achterover in zijn stoel.
„Ja, fa", ging hij een oogenblik later door,
„je ziet, goede vriend, dat het niet zoo heel
breed met mij staat - en toch had ik nog zoo
graag een tijdje geleefd, enkel maar om te
weten, of de waarheid nu eindelijk niet eens
zegevieren zou over allerlei blind vooroor- i
deel. Maar genoeg daarvan. Ik zou nu veel
liever jou eens hooren vertellen, Tycho Bra
he. Het is een eenzame tijd voor mij geweest,
sinds je weer buitenslands trok, en ik heb
menigmaal naar je verlangdwant altijd,
als je mijn kamer binnentradt, was het, of je
een frisschen windstoot met je bracht".
„Wat mijzelven betreft, heb ik slechts goe
de tijdingen te melden," antwoordde Tycho
Brahe. „Den brief, dien ik je uit Regensburg
zond, heb je toch wel gekregen en daaruit
heb ]e dan vernomen, den dood van Mieester
verd. Dat is evenwel onjuist, gelijk uit het
bovenstaande blijken kan. (Hbld.)
BETALING VOOR GEVORDERDE
SCHEPEN.
De geassocieerde regeeringen hebben thans
een aanvang gemaakt met de bepaling van
de door hen aan de Nederlandsche reederijen
verschuldigde huur ten opzichte van de ge
vorderde scheeprsruimte. Deze bepaling ge
schiedt echter niet steeds overeenkomstig de
voorwaarden welke namens de betrokken re-
feeringeii door den Amerikaanschen en den
ngelschen gezant op resp. 18 en 23 April
aan onze regeering zijn medegeedeeld.
In één geval is door de Engelsche regee
ring de verschuldigde vracht over een ter
mijn van drte manden (20 Maart 1.1—20 Ju
ni) bepaald per bruto registerton, inplaats
van per ton draagvermogen, in strijd met de
desbetreffende toezegging, welke woordelijk
luidt.
Hire will be paid at 35 shilling monthly
per ton deadweight or gross wich ever is the
greater.
Ondersteld mag worden, dat waar derge
lijke vergissingen zijng cmaakt, deze thans
zonder verder uitstel zullen worden hersteld.
Ten opzichte va in Amerika opgevorderde
schepen is in sommige gevallen de huur
slechts betaald voor twee maanden inplaats
van voor drie maanden.
Ofschoon aan de desbetreffende mededee-
ling namens de Amerikaansche regeering
feen bepaalden betalingstermijn was vastge-
noopt, mag als redelijk wordenv erwacht,
dat aan het einde van eiken termijn ten min-
Leovitus en het eigenaardig toeval, dat ons
daar voor het laatst nog eens samenbracht.
Van Regensburg trok ik huiswaarts over
Saalfeld en Wittenberg en Meester Gemper-
lin was daarbij heel goed en aangenaam ge
zelschap. Eind December kwam ik op Knud
strup, waar ik, God zij dank, vrouw en kin
deren gezond en wel vond en toen was het
juist mijn bedoeling mijn zaken zoodanig te
regelen, dat ik toch het voorjaar naar Bezel
zou kunnen gaan, waar ik besloten had, mij
te vestigen. Maar het lot schijnt 't anders
voor mij beisist te hebben. Gisterochtend
kwam er een boodschap voor mij van Zijn
Koninklijke Majesteit, dat ik mij onverwijld
op weg zou begeven naar Ibstrup en dienzelf
den avond nog sprak ik met den Koning"
„Nu, èn?" vroeg Pratensis met de leven
digste belangstelling.
„Zijn Koninklijke Majesteit biedt mij, een
jaarwedde van vijfhonderd dalers; het
eilandje Hveen in leen, geheel vrij van eeni
ge opbrengst of belasting, en verder de mid
delen om er een geschikt gebouw te laten
neerzetten."
„En wat heb je geantwoord op zoo'n
mooi aanbod?"
„Ik geloof, dat ik het maar moet aanne
men. Ik had niet verwacht, dat het mij' zóó
zou meeloopen."
„Nu, dat zou ik meenen; óf je moest toe
slaan!" riep Pratensis en zijn oogen schit
terden nu weer van blijdschap. „Dus ben je
dan wel voorgoed aan Denemarken verbon
den, beste vriend, en kan je verder onbe
zorgd je schoone kunst beoefenen, wat jezel-
ven en het land tot eere zal strekken. Opwek-
kender tijding kon ik wel niet verlangen
Pratensis scheen zijn kwaal te vergeten,
althans hij vloog op en van harte wenschte
hij zijn vriend geluk.
„Als alles nu goed gaat," zei Tycho
Brahe, „dan denk ik, dat de eerste steen van
mijn nieuwe huis gelegd wordt in den aan
staanden zomer, of in het vroege najaar en
ste het volle verschuldigde bedrag zal wor
den voldaan.
Deze opvatting wordt, zooals uit het bo-
venstande blijkt ook door de Engelsche re
geering gehuldigd. Overigens mag, aange
zien zulks gebruikelijk is, worden verwacht,
dat in hetv ervolk de huurtermijnen maande
lijks zij het niet bij vooruitbetaling, zal wor
den voldaan. („N.R.Ct
HET OONVOOI NAAR INDIë
De schepelingen van de Hertog Hendrik
zijn, naar het Vad verneemt, met onbepaald
verlof van boord gegaan, hetgeen natuur
lijk beteekent, dat van uitvaren vooreerst geen
sprake zal zijn. In verband hiermede bereik
ten genoemd blad ook geruchten, dat minis
ter Rambonnet wil aftreden.
Het blad knoopt hieraan een beschouwing
vast en betoogt, dat, indien onze regeering
niets van zins was, het konvooi door te zet
ten, wanneer een der oorlogvoerenden be
zwaar maakte, het besluit tt uitzending niet
had mogen worden genomen, en dat het be
sluit op dat verzet niet kan worden ingetrok
ken dan met vemedeimg van onze marine en
van ons land. Als minister Rambonnet dus
wil heengaan, of wou heengaan, zou het blad
zich dat besluit van dezen flinken bewinds
man best kunnen voorstellen.
Naar een Wolff-bcricht uit Berlijn meldt
d.d. 24 dezer, zou het niet uitvaren van het
convooi in verband staan met het opmerken
van een achttal Engelsche kruisers op 3 mijl
afstand van de grens der territoriale wate
ren ter hoogte van Katwijk.
DE K.W. 44 IN BESLAG GENOMEN.
Bij het dapartement van Buitenlandsche
Zaken is bericht ontvangen dat het visschers-
vaartuig Dirk, K.W. 44, dat begin Maart
in de Fransche wateren werd aangehouden,
thans definitief in beslag genomen. De be
manning wordt op kosten van de Fransche
regeering nadr Nederland teruggezonden,
met uitzondering van den kapitein, die uit
gewezen is, en voor wiens terugkeer door den
Nederlandschen consul te Havre wordt zorg
gedragen. Kapitein en bemanning bevinden
zich te Havre op vrije voeten.
PROVINCIALE STATEN.
Gedep. Staten van Noord-Holland hebben
een aantal voordrachten voor de zomerzitting
der Staten ingediend.
Zij stellen o.a. voor de volgende subsidies
toe te kennen:
een extra-subsidie van 3500 voor 1918
aan de N.V. Texel's Eigen Stoombootondei-
neming
300 per jaar met ingang van 1918 aan
de afd. Haarlem en omstreken van de Hob
landsche Maatschappij van landbouw voor
haar cursus in practisch en theoretisch hoef
beslag.
Vérder wordt voorgesteld om het aantal
plaatsen van armlastige verpleegden in hel
gesticht te Noordwijkerhout van 165 te vei-
hoogen tot 250.
Plannen worden ontworpen voor uitbrei
ding van het gesticht „Duin-en-bosch".
Voor de verbetering van wegen op Wierin-
gen stellen Gedep. Staten voor aan de ge
meente Wieringen een subsidie te verleenen
tot een bedrag van één-derde der kosten,
doch niet meer dan 25.000.
Ten slotte stellen Gedep. Staten voor een
crediet te verleenen van hoogstens 1500
(renteloos voorschot) voor het maken van een
definitief plan met raming voor een drink
watervoorziening op Texel met het verrichten
van proefboringen voor de bepaling der wa-
terwinplaats.
die handeling wil ik vieren met een plech
tigheid waarbij jij ook niet ontbreken mag,
Pratensis. Ik heb gedacht, het huis Urania-
borg" te noemen, want Urania, de Muze der
astronomie, zal het gewijd zijn."
„Vergunt God mij het leven nog zoo lang,
dan zal ik niet wegblijven," antwoordde Pra
tensis. „Maar ben ik heengegaan, dian zal lit
in den geest toch bij jc zijn en zeker scheid
ik makkelijker van het leven hier beneden,
als het mij verleend werd, ook maar een
straaltje te zien van het licht, dat eens jt
naam omgeven zal."
Tycho Brahe bleef het grootste deel van
den dag bij zijn zieken vriend en eerst tegen
den avond dacht hij aan de terugreis. Pra
tensis was blijkbaar opgeleefd door het be
zoek en hij had langen tijd gepraat van de
vele plannen, die Tycho Brahe tot uitvoerin;
wilde brengen. Eerst tegen dat het afscheii
naderde, zat hij weer stil en ineengedoken
in zijn stoel. Niet meer dan een klein streep
je van de ondergaande zon viel langs zijn
slapen en verwonderlijk scherp afgeteekend
was zijn schedel, of de groote verandering
van leven tot dood alreeds begonnen was.
Tycho Brahe stond vóór hem en hield de
handen van den zieke in de zijne.
„Mijn laatste woord tot je zal wezen: tol
weerziens! De hoop moet men niet opgeven,
zoolang men nog het kleinste vonkje leven
overheeft. Wij waren vrienden van onza
jeugd af en we zijn het gebleven, de vele ja
ren door, die sinefsdien al verliepen. Daarom
hoop ik van harte weldra weer eens te hoo
ren. dat het vooruit gaat met je, opdat ik mij
volkomen kan verheugen in den voorspoed,
dien ik ondervond. Tot weerziens dus, Pra
tensis! Met deze enkele woorden wensch ilc
je vaarwel!"
„Tot weerziens, hier of daarboven, Tycho
Brahe! Leef wel, tot we elkaar weer onlfr-
moeten."
Tycho Brahe stond alreeds bij de deur,
toen Pratensis hem terugriep:
a-cu pax uj van iwv iuu. uic ici vcizeuaiug