DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. De strijd in en buiten Europa. No. 146 Honderd en twinstigste Jaargang 1918 25 JUNI. Tycho Brahe Abonnementsprlis bil Toornithetallng d. DINSDAG 11.65, Ir. p. post (1.90. Bewlisnnmmers 5 et. Adyertentleprlis 15 ct. p. regel, grootere letters nrar plaatsnlmte. Br. fr. R.ï. Boek- en Handelsdrskkerli Hernis. Coster Zn.. Voordam C 9. Tel. 3. FEITILLKTO Jf. Buitenland. Binnenhuid. Het gaat met staten als met particuliere personen. Ieder wil gaarne wereldkundig gemaakt zien, dat hij een mooi succesje behaald heeft en tracht het zooveel mogelijk te verzwijgen als zijn breed opgezette onderneming ten slotte op niets blijkt uitgeloopen te zijn. Hoe werd in de eerste dagen van het Oos- tenrijksche offensief in de Weensche oorlogs- communiqué's niet het klaroengeschal van de overwinning vernomen. Men wilde er ge heel Europa zoo gaarne van overtuigen dat Oostenrijk op het punt stond de beslissing op het slagveld te bevechten en de Italianen definitief te verslaan. Maar het is anders geloopen dan men in Weenen zoo vurig gehoopt had. In het ge bergte werd de Oostenrijksche opmarsch door Fransche en Britsche troepen reeds da delijk gestuit en de afdeelingen, die met groote moeite over de Piave getrokkea wSfe ren, zijn naar de laatste communiques ons mededeelen. in allerijl weer terug gekomen. Dat het zoo gaan zou was te voorspellen. Het Oostenrijksche leger is op zichzelf staan de in deze oorlogsjaren niet tot grnote in spanning in staat gebleken en voor een krachtigen tegenstander moet het niet moei- lijk zijn geweest het breed opgezette offen sief nu tót stilstand te brengen. De weersgesteldheid heeft niet medege werkt, de Piave was sterk gezwollen en de proviandeering en munitievoorziening van de over de rivier gebrachte troepen werd, ook door de bedreiging der verbindingslij nen. met den dag bezwaarlijker. Van den verderen troepenaanvoer over de rivier was geen sprake en waar dus eener- zijds geen opmarsch in Italiaansch gebied kon volgen, en anderzijds 't gevaar dreigde, dat de Italianen de in een hachelijke positie verkeerende troepen op de rivier terug zou den dringen, schijnt de Oostenrijksche leger leiding niets liever gewild te hebben dan een veilige terugtocht der vooruitgeschoven le germachten. Thans zijn de Oostenrijkers, zooals wij reeds meldden, werkelijk weer in hun oude stellingen aan de Oostzijde der rivier terug gekeerd. Volgens het Weensche communiqué ge schiedde dat door eigen initiatief. De toe stand, ontstaan door hoog water en slecht weer, aldus dit communiqué, heeft ons ge noodzaakt de veroverde stellingen op den Montello en eenige vakken op den rechter Piave-oever te ontruimen. Het bevel hiertoe, dat reeds vier dagen geleden gegeven was. werd. niettegenstaande de moeilijkheden aan het overtrekken der rivier verbonden, zóó uitgevoerd, dat onze bewegingen volkomen voor den vijand verborgen bleven. Van Italiaansche zijde wordt evenwel be richt, dat de vijand door krachtige Italiaan sche aanvallen gedwongen in wanorde over de rivier vluchtte. Roman uit het laatst der 16e eeuw, naar Met Deensch van VILHELM OSTEROAARD. 20) „Wie is u? En wat wilt u, dat u zoo gewel dig den klopper hanteert?" „Kalm aan wat, Moedertje. Ik heet Tycho Brahe van Knudstrup en ik wensch te spre ken met mijn goeden vriend doctor Praten- sis". „Is u Tycho Brahe?" vroeg het Moedertje, dat voorzichtig de deur op een kier hield. „Ja, verbeeld je, dat hoeft u mij niet wijs te ma ken Tycho Brahe is een beroemd man en ik weet dat hij het al tot een eerwaardigen leef tijd gebracht heeft, en u ziet er mij niet naar uit, of u veel over de dei tig is en u heeft nog geen grijs haartje of geen rimpeltje in uw ge zicht Ze wilde de 'deur weer sluiten, maar Tycho Brahe zette er den voet tusschen en driftig riep hij: „Scheer je weg, en laat mij er in! Pra- tensis zal je wel eens zeggen wie ik ben". Hij schoof zachtjes het oudje opzij en van uit de kamer werd er een stem vernomen, die zich blijkbaar moest inspannen, om luid ge noeg te zeggen: „Ben jij dat, Tycho Brahe? Van harte wel kom in de stad-Hoe kwam u er bij, juf frouw Liuvre, om mijn besten vriend den roe gang tot mijn vertrek te weigeren?" De oude vrouw sperde haar schitterende oogjes wijd open en, daar ze nu dus wel over tuigd moest zijn, week ze eerbiedig ter zijde voor den geleerden gast Ze neeg diep en op heel veranderden toon sprak ze: „Vergeef mij duizendmaal, heer Jonker. Ik kon toch ook niet denken, dat de welgeboren Tycho Brahe nog zoo'n krachtig man was. Gaat u maar dadelijk binnen, genadige heer, Opgedrongen, zegt het communiqué uit Rome, tegen den oever van de Piave, op een strook front, die steeds kleiner werd, onop houdelijk beschoten door het geschut en dc vliegtuigen, begon de vijand, na zich enkele uren wanhopend gehandhaafd te hebben, den terugtocht over de rivier, onder het doo- delijk vuur van onze artillerie. Het is niet te venvachten, dat het Oosten rijksche leger binnen afzienbaren tijd tot een nieuw groot offensief overgaat en het ge vaar voor Italië kan. nu vrijwel als volkomen afgevend worden beschouwd. Dat men daarover in Balie, waar rnen toch al spoedig tot enthousiasme komt bij zonder voldaan, is, laat 'zich begrijpen De minister-president Or'andn heeft ::i den Se naat medegedeeld, dat de Italianen zegevie rend den grootst™ ?Jag Van deze" oorlof tegen Italië weerstaan hebben. Verschillede geestdriftige redevoeringen zijn daarop ge volgd en de senaat keurde vervolgens het xvriso"i-iyern goed waarini b.c' Vioarer» .wordt verleend aan alle burgers, die bij ccn gemobiliseerd wapen gediend hebben Heoft Oostenrijk niet zijn militaire actie weinig succes, ook in het binnenland staat het voor zeer groote moeilijkheden. De Polenclub meent, dat de regeering de Poolsche nationale belangen verwaarloosd heeft en is er van overtuigd, dat deze èn door de verwarring in de voedselvoorzie ning èn door de miskenning van het parle ment een gevaar voor het Land is. Dus heeft zij het kabinet Seidler haar steun ontzegd, hoewel zij zich bereid ver klaarde, met de partijen, die de meerderheid in den Rijksraad vormen in onderhandeling te treden. Geleid door de erkenning, dat het behoud en de versterking der monarchie in het belang der Poolsche natie zijn, is de Po lenclub bereid den staat datgene toe te staan, wat noodig is voor de verdediging van zijn bestaan. Zij eischt evenwel onmiddellijke bijeenroeping van den Rijksraad. Minister-president Von Seidler heeft au bij den keizer zijn ontslag ingediend en de keizer heeft hem een brief gezonden waarin hij zich een beslissing voorbehoudt, daar de goede betrekkingen wenscht te handhaven met die partijen, die ook tot nu toe onvoor waardelijk voor het belang van het land ge werkt hebben. Blijft Seidler gehandhaafd, dan zal nood gedwongen weer volgens het beruchte arti kel geregeerd worden, waarbij de Rijksraad wordt uitgeschakeld, maar het is de vraag of men', nu de volksvertegenwoordiging steeds sterker op hare erkenning aandringt, daartoe over zal durven gaan. Keizer Karei is inmiddels in Weenen terug gekeerd. De jonge vorst zal langzamerhand wel be merken, dat de keizerskroon toch zwaarder te dragen is, dan hij zich vroeger wel zal voor- gesteld hebben. Nu het invoeren van dienstplicht in Ier land mislukt is, probeert men het daar nog maar eens met een oproep om vrijwilligers. Een commissie van vier bekende Ieren heeft zich daartoe bereid1 verklaard en zal een pro- pagangda-veldtocht voor vrijwillige dienstne ming in Ierland beginnen. Reeds is een pakkende oproep uitgevaar digd, waarin de vijanden der Geallieerden ais belagers van het Christendom uitgemaakt worden. Het manifest geeft uiting aan de hoop, dat allen die vrijheid, waarheid en eer liefhebben, zich aan de zijde van de reeds strijdende Ieren zullen scharen. Men ziet het, aan dikke woorden ontbreekt het in dit, blijkbaar in Londen ontworpen, manifest niet, maar of het eeaig succes zal hebben, is sterk te betwijfelen. De liefde der Ieren voor den door Engeland gevoerden strijd is tot nu toe bijster klein gebleken. Men voelt meer voor een krachtdadig verzet tegen de Britsche regeeringsvoorschriften en aar men daarbii niet tegen een doortastend oprreden opziet, blij Kt wel uit de medeaee- iing, dat de politie te Dublin 40.000 roiicn munitie voor machinegeweren in beslag nam, die als koren aangegeven in korenzak- ken waren aangekomen. Met onwillige honden is het slecht hazen vangen en dat vele Ieren over het manifest van de propaganda-commissie in geestdrift zullen geraken, mag ernstig betwijfeld wor den. Minister Von Kfihlmann heeft bij de be sprekingen in den Rijksdag over de begroo ting van buitenlandsche zaken een rede ge houden, waarin hij uitvoerig de verhouding tusschen Duitschland en het buitenland na ging. Hij hoopte voor den zomer en den herfst op nieuwe militaire successen. Met betrekking tot België zeide hij' zich niet te kunnen bindep, omdat de tegenstan ders dit ook niet doen, doch hij hoopte, dat dezen zullen inzien, dat het van hen een illu sie is om met succes te strijden tegen de mid delen, die Duitschland ten dienste staan en dat zij met een vredesaanbod zullen komen, dat met den toestand en de levensnoodzake lijkheid van Duitschland in overeenstem ming is. KORTE BERICHTEN. Een telegram uit Karbin meldt dat er op Semenof's terugtocht, den 15en Juni, drie dagen van strijd zijn gevolgd, waarin Seme- nor de bolsjewiki terugwierp. Bij de krijgs verrichtingen bleek de aanwezigheid van tal van Oostenrijkers en Duitse hers en van nog meer roode garde-soldaten, terwijl drie Duit- sche vliegtuigen aan den strijd hebben deel genomen. Het Hamburger Fremdenblatt ver- dan treft u daar meester Pratensis. Ik zal zelf uw paard in den achtertuin brengen en er voor zorgen, dat het een' goed maal haver krijgt." Tycho Brahe trad de kamer binnen, waar van de vensters uitzagen op een moestuin. Voor 1 raam stond een tafel met vele boeken en handschriften, een zandlooper en enkele kruiken met gedroogde kruiden, die een ster ken geur door het vertrek verspreidden. Voor de tafel zat Johannes Pratensis. „Ie wordt dan wel uitstekend bewaakt, sinds we elkaar voor het laatst zagen I" riep Tycho Brahe, terwijl hij lachende binnentrad. „Wie is dat grappige Moedertje?" „Dat is mijn verzorgster, juffrouw Liuva Lauridsdochter. Ze heeft haar eigenaardig heden, maar ze is veel beter, dan ze er wel uitziet. Ook is ze niet onbedreven in de medi cijnen en chirurgie; ja, doet zelfs ook wat aan de astrologie en1 is mij meer dan eens van dienst bij mijn studie." Pratensis had zich nu omgewend en zijn vriend de beide handen toegestoken. En nu eerst viel het Tycho Brahe op, hoe zeer Johan nes van uiterlijk veranderd was. Hij zat half ineengedoken in den stoel. De borst was inge vallen en zijn gelaat had een bleek-gele tint, die nog duidelijker uitkwam in tegenstelling met de roode, koortsachtige plekken, die op de wangen brandden. De oogen schitterden nog meer, dan in vroeger tijd, en het haar was vergrijsd en dun als van een ouden man. De glimlacht om Tycho Brahe's mond trok weg en een oogenblik stond hij verrast, zonder woorden te kunnen vinden. Toen vatte hij Pratensis' hand en drukte die lang en innig in de zijne. Pratensis keek op en er gleed een zwaar moedige glimlach over zijn fijne gelaatstrek ken. „Ik schijn er dan al heel ziek en vervallen uit te zien. Nu, met de gezondheid gaat het ook niet heel best Ik ben erg benauwd op de borst en word geplaagd door een leelijken laten. Een der volkscommissarissen der Bols jewiki werd te Petrograd op straat doodge schoten. De nieuwe Bulgaarsche premier Mali- nof heeft in een interview verklaard, dat de jongste kabinetswisseling ontstaan is door de moeilijkheden in de levensmiddelenvoorzie ning. Bij gelegenheid van een receptie voor journalisten, heeft generaal March, de chef van den Amerikaanschen generalen staf mee gedeeld, dat tot op heden 800,000 man Ame- rikaansche troepen over zee waren gezonden. De Ver. Staten zijn daarmee 5 maanden vooruit op him program. 1 Prins Arthur van Connaught overhan digde den keizer van Japan den Brilschen veldmaarschalksslaf met een woord, waarin de nadruk gelegd werd op het Britsc-hja- pansck bondgenootschap. De hoofdcommissie uit den Rijksdag heeft het vredesverdrag met Roemenië goed gekeurd. De Poolsche staatsraad is met een troonrede, door vorst Lubomirski namens den regentschapsraad uitgesproken, geopend. In ae eerste buitengewone zitting van den Poolschen staatsraad waarschuwde Pn- larski tegen de uit het Oosten dreigende anar chie. VET.UITVOER NAAR DUITSCHLAND. Ter uitvoering van het met Duitschland in 1916 gesloten provisorium is tot dusver steeds harde zeep uitgevoerd. Nu het surplus van ons industrieel vet door bepaalde om standigheden niet in denv orm van zeep kan worden geëxporteerd, zal dit in den vorm van beendervet naar Duitschland' gaan. Een partij van 1000 ton, die ter verzending fereed staat heeft nu aanleiding gegeven tot et gerucht, dat een groote hoeveelheid eet baar vet naar Duitschland zou worden gele- neemt uit Kiëf: in de zitting der (Russische en Oekrainsche) vredeson derhandelaars is men heden tot een principieele overeenstem ming gekomen om in de gebieden, welker be zit wordt bestreden, een volksstemming toe te hoest. Maar ik kan altijd nog werken en ben nu juist bezig mijn gedachten neer te schrij ven over een nieuwe geneeswijze, voorname lijk betreffende de sympathische en onbeken de middelen Een hoestbui maakte hem het voortgaan onmogelijk en, toen die weer bedaarde, was hij zóó afgemat, dat hij nauwelijks de kracht had, om door te gaan. „je moet namelijk weten, dat ik meer en meer tot de overtuiging kom, dat de alchemie zich feitelijk niet tón doel moet stellen, om edele metalen te maken, maar om krachtige, onbekende middelen te vinden, Ik wil uit de planten allerlei bestanddeelen trekken, die met goed gevolg in de geneeskunde kunnen aangewend worden. Maar hierbij ondervond ik veel tegenstand, daar ik In geschreven en gesproken woord dit als hrt voornaamste ge noemd heb en al heel weinig waarde hechtte aan de oude toovermiddelen, die nog meestal gebruikt worden tegen vallende ziekte, kram pen en tering." Hij sprak met groote levendigheid, maar dezelfde benauwde hoest drong hem ander maal zijn gesprek te staken, en afgemat leun de hij toen achterover in zijn stoel. „Ja, fa", ging hij een oogenblik later door, „je ziet, goede vriend, dat het niet zoo heel breed met mij staat - en toch had ik nog zoo graag een tijdje geleefd, enkel maar om te weten, of de waarheid nu eindelijk niet eens zegevieren zou over allerlei blind vooroor- i deel. Maar genoeg daarvan. Ik zou nu veel liever jou eens hooren vertellen, Tycho Bra he. Het is een eenzame tijd voor mij geweest, sinds je weer buitenslands trok, en ik heb menigmaal naar je verlangdwant altijd, als je mijn kamer binnentradt, was het, of je een frisschen windstoot met je bracht". „Wat mijzelven betreft, heb ik slechts goe de tijdingen te melden," antwoordde Tycho Brahe. „Den brief, dien ik je uit Regensburg zond, heb je toch wel gekregen en daaruit heb ]e dan vernomen, den dood van Mieester verd. Dat is evenwel onjuist, gelijk uit het bovenstaande blijken kan. (Hbld.) BETALING VOOR GEVORDERDE SCHEPEN. De geassocieerde regeeringen hebben thans een aanvang gemaakt met de bepaling van de door hen aan de Nederlandsche reederijen verschuldigde huur ten opzichte van de ge vorderde scheeprsruimte. Deze bepaling ge schiedt echter niet steeds overeenkomstig de voorwaarden welke namens de betrokken re- feeringeii door den Amerikaanschen en den ngelschen gezant op resp. 18 en 23 April aan onze regeering zijn medegeedeeld. In één geval is door de Engelsche regee ring de verschuldigde vracht over een ter mijn van drte manden (20 Maart 1.1—20 Ju ni) bepaald per bruto registerton, inplaats van per ton draagvermogen, in strijd met de desbetreffende toezegging, welke woordelijk luidt. Hire will be paid at 35 shilling monthly per ton deadweight or gross wich ever is the greater. Ondersteld mag worden, dat waar derge lijke vergissingen zijng cmaakt, deze thans zonder verder uitstel zullen worden hersteld. Ten opzichte va in Amerika opgevorderde schepen is in sommige gevallen de huur slechts betaald voor twee maanden inplaats van voor drie maanden. Ofschoon aan de desbetreffende mededee- ling namens de Amerikaansche regeering feen bepaalden betalingstermijn was vastge- noopt, mag als redelijk wordenv erwacht, dat aan het einde van eiken termijn ten min- Leovitus en het eigenaardig toeval, dat ons daar voor het laatst nog eens samenbracht. Van Regensburg trok ik huiswaarts over Saalfeld en Wittenberg en Meester Gemper- lin was daarbij heel goed en aangenaam ge zelschap. Eind December kwam ik op Knud strup, waar ik, God zij dank, vrouw en kin deren gezond en wel vond en toen was het juist mijn bedoeling mijn zaken zoodanig te regelen, dat ik toch het voorjaar naar Bezel zou kunnen gaan, waar ik besloten had, mij te vestigen. Maar het lot schijnt 't anders voor mij beisist te hebben. Gisterochtend kwam er een boodschap voor mij van Zijn Koninklijke Majesteit, dat ik mij onverwijld op weg zou begeven naar Ibstrup en dienzelf den avond nog sprak ik met den Koning" „Nu, èn?" vroeg Pratensis met de leven digste belangstelling. „Zijn Koninklijke Majesteit biedt mij, een jaarwedde van vijfhonderd dalers; het eilandje Hveen in leen, geheel vrij van eeni ge opbrengst of belasting, en verder de mid delen om er een geschikt gebouw te laten neerzetten." „En wat heb je geantwoord op zoo'n mooi aanbod?" „Ik geloof, dat ik het maar moet aanne men. Ik had niet verwacht, dat het mij' zóó zou meeloopen." „Nu, dat zou ik meenen; óf je moest toe slaan!" riep Pratensis en zijn oogen schit terden nu weer van blijdschap. „Dus ben je dan wel voorgoed aan Denemarken verbon den, beste vriend, en kan je verder onbe zorgd je schoone kunst beoefenen, wat jezel- ven en het land tot eere zal strekken. Opwek- kender tijding kon ik wel niet verlangen Pratensis scheen zijn kwaal te vergeten, althans hij vloog op en van harte wenschte hij zijn vriend geluk. „Als alles nu goed gaat," zei Tycho Brahe, „dan denk ik, dat de eerste steen van mijn nieuwe huis gelegd wordt in den aan staanden zomer, of in het vroege najaar en ste het volle verschuldigde bedrag zal wor den voldaan. Deze opvatting wordt, zooals uit het bo- venstande blijkt ook door de Engelsche re geering gehuldigd. Overigens mag, aange zien zulks gebruikelijk is, worden verwacht, dat in hetv ervolk de huurtermijnen maande lijks zij het niet bij vooruitbetaling, zal wor den voldaan. („N.R.Ct HET OONVOOI NAAR INDIë De schepelingen van de Hertog Hendrik zijn, naar het Vad verneemt, met onbepaald verlof van boord gegaan, hetgeen natuur lijk beteekent, dat van uitvaren vooreerst geen sprake zal zijn. In verband hiermede bereik ten genoemd blad ook geruchten, dat minis ter Rambonnet wil aftreden. Het blad knoopt hieraan een beschouwing vast en betoogt, dat, indien onze regeering niets van zins was, het konvooi door te zet ten, wanneer een der oorlogvoerenden be zwaar maakte, het besluit tt uitzending niet had mogen worden genomen, en dat het be sluit op dat verzet niet kan worden ingetrok ken dan met vemedeimg van onze marine en van ons land. Als minister Rambonnet dus wil heengaan, of wou heengaan, zou het blad zich dat besluit van dezen flinken bewinds man best kunnen voorstellen. Naar een Wolff-bcricht uit Berlijn meldt d.d. 24 dezer, zou het niet uitvaren van het convooi in verband staan met het opmerken van een achttal Engelsche kruisers op 3 mijl afstand van de grens der territoriale wate ren ter hoogte van Katwijk. DE K.W. 44 IN BESLAG GENOMEN. Bij het dapartement van Buitenlandsche Zaken is bericht ontvangen dat het visschers- vaartuig Dirk, K.W. 44, dat begin Maart in de Fransche wateren werd aangehouden, thans definitief in beslag genomen. De be manning wordt op kosten van de Fransche regeering nadr Nederland teruggezonden, met uitzondering van den kapitein, die uit gewezen is, en voor wiens terugkeer door den Nederlandschen consul te Havre wordt zorg gedragen. Kapitein en bemanning bevinden zich te Havre op vrije voeten. PROVINCIALE STATEN. Gedep. Staten van Noord-Holland hebben een aantal voordrachten voor de zomerzitting der Staten ingediend. Zij stellen o.a. voor de volgende subsidies toe te kennen: een extra-subsidie van 3500 voor 1918 aan de N.V. Texel's Eigen Stoombootondei- neming 300 per jaar met ingang van 1918 aan de afd. Haarlem en omstreken van de Hob landsche Maatschappij van landbouw voor haar cursus in practisch en theoretisch hoef beslag. Vérder wordt voorgesteld om het aantal plaatsen van armlastige verpleegden in hel gesticht te Noordwijkerhout van 165 te vei- hoogen tot 250. Plannen worden ontworpen voor uitbrei ding van het gesticht „Duin-en-bosch". Voor de verbetering van wegen op Wierin- gen stellen Gedep. Staten voor aan de ge meente Wieringen een subsidie te verleenen tot een bedrag van één-derde der kosten, doch niet meer dan 25.000. Ten slotte stellen Gedep. Staten voor een crediet te verleenen van hoogstens 1500 (renteloos voorschot) voor het maken van een definitief plan met raming voor een drink watervoorziening op Texel met het verrichten van proefboringen voor de bepaling der wa- terwinplaats. die handeling wil ik vieren met een plech tigheid waarbij jij ook niet ontbreken mag, Pratensis. Ik heb gedacht, het huis Urania- borg" te noemen, want Urania, de Muze der astronomie, zal het gewijd zijn." „Vergunt God mij het leven nog zoo lang, dan zal ik niet wegblijven," antwoordde Pra tensis. „Maar ben ik heengegaan, dian zal lit in den geest toch bij jc zijn en zeker scheid ik makkelijker van het leven hier beneden, als het mij verleend werd, ook maar een straaltje te zien van het licht, dat eens jt naam omgeven zal." Tycho Brahe bleef het grootste deel van den dag bij zijn zieken vriend en eerst tegen den avond dacht hij aan de terugreis. Pra tensis was blijkbaar opgeleefd door het be zoek en hij had langen tijd gepraat van de vele plannen, die Tycho Brahe tot uitvoerin; wilde brengen. Eerst tegen dat het afscheii naderde, zat hij weer stil en ineengedoken in zijn stoel. Niet meer dan een klein streep je van de ondergaande zon viel langs zijn slapen en verwonderlijk scherp afgeteekend was zijn schedel, of de groote verandering van leven tot dood alreeds begonnen was. Tycho Brahe stond vóór hem en hield de handen van den zieke in de zijne. „Mijn laatste woord tot je zal wezen: tol weerziens! De hoop moet men niet opgeven, zoolang men nog het kleinste vonkje leven overheeft. Wij waren vrienden van onza jeugd af en we zijn het gebleven, de vele ja ren door, die sinefsdien al verliepen. Daarom hoop ik van harte weldra weer eens te hoo ren. dat het vooruit gaat met je, opdat ik mij volkomen kan verheugen in den voorspoed, dien ik ondervond. Tot weerziens dus, Pra tensis! Met deze enkele woorden wensch ilc je vaarwel!" „Tot weerziens, hier of daarboven, Tycho Brahe! Leef wel, tot we elkaar weer onlfr- moeten." Tycho Brahe stond alreeds bij de deur, toen Pratensis hem terugriep: a-cu pax uj van iwv iuu. uic ici vcizeuaiug

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1918 | | pagina 1