DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
HC
De strijd in en buiten Europa.
Gekocht
No. 197
Honderd en twinatigste Jaargang
1918
VRIJDAG
23 AUGUSTUS
FEUILLETON.
Buitenland.
Binnenland.
Aboooemeotsprlis bli Toornltbetallof d. 3 maanden 11.65, tr. p. post 11.90.
5 et. Advertentieprijs 1b et. p. regel, gfootere letters naar plaatsntmte. Br. tr. N.V Boek en Haadelsdrikkerlj fierms. Coster d Zn.f Voordam C 9. Tel. 3.
Niemand erkent graag zijn mislukkingen1
en zooals het in het dagelijksch letfen gaat,
zoo gaat het ook bij de strijdvoerende mo
gendheden.
Bij eiken succesvollen aanval is er natuur
lijk een partij die vooruit gaat en een andere
partij, die terrein moet prijs geven.
Maar in het vaderland waar men met span
ning naar de overwinning van de higen par
tij uitziet, verlangt men nu eenmaal geen be
richten van emstigen tegenslag, want het is
duidelijk, dat, zooals de tijding van een suc
cesvollen opmarsch de bevolking tot enthou
siasme brengt, die van een nederlaag tpt
groot? teleurstelling en verontwaardiging
aanleiding moet geven.
De militaire leiders beseffen dat heel' goed
en waar zij bij de wisselende krijgskans
meermalen genoodzaakt zijn een tegenslag
bekend te maken, hebben zij langzamerhand
geleerd, dit in zulke bewoordingen te doen,
dat het geheel eigenlijk den indruk geeft van
een succesvolle actie op het gevechtsterrein.
Zoo komt het dan ook, dat nlen tegen
woordig zoowel uit de Fransche als uit de
Duitsche communiques den indruk krijgt,
dat beide partijen over den loop van het
krijgsbedrijf zeer voldaan zijn.
Natuurlijk moet wel eens het verlies van
een belangrijk strategisch punt vermeld wor
den, maar dit geschiedt tegenwoordig ook al
in zulke bewoordingen, dat de oningewijde
den> indruk krijgt, dat de verliezende partij
toch eigenlijk haar tegenstander de loef af
gestoken heeft.
Men kent de verschillende theorieën over
aanvallen, die den aanvaller zware offers ge
kost hebben. In dat geval aarzelt de terugge
slagen partij niet op deze bijzonderheid de
aandacht te vestigen en wordt de theorie
naar voren' geschoven, dat het van groot mi
litair inzicht getuigt eenig terrein vrijwillig
prijs te geven wanneer men den aanvaller
daardoor een belangrijke aderlating kan be
zorgen, terwijl de eigen reserves door een
doeltreffenden terugtocht vrijwel gespaard
kunnen blijven.
De Duitschers krijgen dezer dagen wel ge
legenheid zinswendingen te bedenken waar
in een nederlaag zoo wordt omschreven, dat"
de teleurstellende feiten niet onvermeld blij
ven en toch het Duitsche volk den indruk
krijgt, dat de vijand bezig is zijn laatste
krachten voor een vrijwel nuttelooze actie uit
te putten.
Het Berlijnsche communiqué van gister
middag geeft eenige prachtige staaltjes van
de kunst om een nederlaag als een succesvol
le onderneming voor te stellen.
Het communiqué maakt allereerst melding
van. den grooten aanval der Engelschen ten
Z. van Atrecht.
Engelsche legercorpsen en Nieuw-Zeelan-
ders, aldus het communijué, waren tusschen
Moyenvillp en de Ancre in de richting van
Bapaume in diepe gelederen opgesteld. En
gelsche ruiterij stond achter het front gereed
om in te grijpen. Door zeer sterk geschut-
vuur en verscheidene honderde tanks ge
steund, ging de Engelsche infanterie op een
20 K.M. breed front tot den aanval over. De
eerste stormloop liep" voor onze slagstellin
gen' dood en in plaatselijke tegenstooten her
namen wij gedeelten van de den vijand vol
gens het plan gelaten terreinstrook.
Hieruit valt niet anders te lezen dan dat
de Engelsche aanval mislukt is, al erkent
men ook, dat men „volgens een vaststaand
plan" den vijand wel eens een terreinstrook
present geeft.
Den geheelen dag, verduidelijkt het tele
gram verder, zette de vijand zijn hevige aan
vallen voort Het zwaartepunt daarvan lag
op de vleugels van het aanvalsterrein en de
aanvallen zijn ten eenenmale mislukt onder
zware verliezen voor den vijand. Pogingen
van de Engelschen om bij Hamel de Ancre
over te trekken zijn verijdeld en een groot
aantal onklaar geschoten tanks liggen voor
het Duitsche front.
Tusschen Somme en Oise ging de dag rus
tig voorbij.
Ten Z. W. van Noyon, aldus het commu
niqué, hebben wij in den nacht van 20 op 21
dezer ons zonder strijd iewat van den vijand
losgemaakt. Den geheelen dag beschoot de
vijand nog onze oude linies en tegen den
avond trokken zijn verkenningsafdeelingen
voorzichtig tastend naar het dal van de
Divette.
Het Duitsdhe volk, waarvoor deze verkla
ring bestemd is, kan hieruit lezen hoe de le
gerleiding den vijand een poets gespeeld
heeft
In werkelijkheid echter houdt de Duitsche
medededing de erkenning in, dat de Fran-
schen op dit deel van het gevechtsfront zulke
vorderingen maakten, dat de Duitschers tot
wijken gedwongen werden en daar de Divette
Oostelijk van Lassigny ligt, wil de Duitsche
mededeseling tevens zeggen, dat die plaats in
Fransche handen is gevallen.
Maar wie het niet weet, zal het er heusch
niet uit opmaken.
Op dezelfde tegenslagen' bemantelende wij
ze gaat het communiqué vervolgens1 door.
Zoo vernemen wij bij voorbeeld, dat de in
het bosch van Carlepont strijdende troepen
achter de Oise teruggetrokken zijn zonder
dat de vijand zulks bemerkte, zoodat de aanr
vallen die de vijand hier met buitengewoon
sterk vuur voorbereidde, niet tot hun recht
kwamen.
De Duitschers mogen zich daarover ver
heugen, den Franschen zal deze erkenning
van een terugtocht over de Oise niet minder
genoegen doen.
Het communiqué meldt vervolgen» het
veldwinneu der Franschen bij Bléianoourt en
het mislukken van vijandelijke aanvallen aan
weerszijden van de Idoof van Morsain.
De Engelschen en Franschen kunnen te
genwoordig in hun oorlogscommiuniqué's eer
lijk zijn zonder de bevolking in het vader
land te verontrusten
De Engelschen noemen' hun aanval tus-
Naar het Engeisch van Ghatles Garvioe.
25)
„O, dat weet ik niet meer", zei Andrey
glimlachende, alsSf zij zich iets herinnerde
wat Sir Jordan gezegd had. „Hij was heel
amusant. Hij deed mi] een klein beetje denken
aanZij zweqg.
„Aan wien?" vroeg Lilian Lawson.
„Aan zijn halfbroeder Neville." Andrey
sprak langzaam en met eenige aarzeling in
haar stem. „En toch heeft hij hoegenaamd
niets, van hem."
Toen de heeren binnenkwamen ontwaakte
Ldian Lawson tot al haar gewone pracht en
liet een stoel naast zich open voor den be
roemden man, maar nadat Sir Jordan even
met Lady Marlow gepraat had, kwam hij
wber op Andrey af. Iemand vroeg haar of ze
wou zingen.
Onmiddellijk stond Andrey op om naar de
piano te gaan» Gewoonlijk ging Lord Lorri-
more met haar mee, maar vanavond was het
Sir Jordan die de pianokruk goed zette en de
piano voor haar open deed. Maar Lord1 Lorri-
more stond naast haar en beide mannen
vroegen uit één adem wat zij zingen zou.
Zij keek van den een naar den ander, van
het donkere, luiappe gezicht van Lord Lom
more links en het verstandige gelaat van Sir
Jordan rechts.
„Och, 'k weet het niet."
„Zing dat air uit Martha," zei Lord Lom-
more bijna kortaf.
Sir Jordan bukte, nam een lied op uit de
muziekportefeuille naast zich en zette dat op
die piano.
„Wilt u dat zingen:?" zei hij met zachte
schen Ancre en Moyenville geslaagd en
melden dat zij diep in de vijandelijke linies
doordringen. De dorpen Beaucourt-sur-An
cre, Puisaumont, Buequoy, Ablain sur Ville
en Moyenville werden genomen en de op
marsch voortgezet tot nabij den spoorweg
Albert-Atredht, waarbij ook de dorpen Achiet-
le-Retit en Courcelles genomen werden.
Tusschen Boisleux en St. Marcatel werden
de Engelsche linies vooruitgëbracht, evenals
aan'het front aan de Leie.
In het N. hebben de Engelschen den
spoordijk van Atrecht naar Albert over
schreden en ten O. daarvan gelegen plaatsen
bezet. Meer Zuidelijk namen zij Courcelles-
le-Comte. De Duitschers houden Achiet-le-
Grand nog stevig vast en de Engelschen
konden hier tot dusver slechts sterke Duit
sche aanvallen tusschen Achiet-le-Grand en
Miraumont en bij het Noordelijker gelegen
Irles afslaan Ten Z. en Z.-G. van Beau-
court trokken Engelsche patrouilles reeds
over de Ancre.
Het Parijsche middagberieht meldt, dat de
'ranschen in aanraking bleven met den vij
and bij zijn terugtocht tusschen Matz en de
Oise. De Franschen bezetten de dorpen
Plémont, Thiescourt, Cannectancburt en Ville
en1 bereikten de Divette. Zij hebben den oever
van de Oise ten O. van Noyon van Sampig-
ny af tot aan Bretigny bezet, vermeesterden
verder Oostwaarts Bourguignon en Saint-
Paul-au-Bois, stieten tot benoorden dit dorp
vooruit en bereikten bij la Guincy-basse de
Ailette.
Het avondcommuniqué vermeldt een voor
waarts gaan op het geheele slagfront. De
-ranschen staan nu tusschen' Matz en de
Oise langs de Divette van de uitmonding af
tot aan Evericourt, Ichoven ten O. van de
Oise hun linies tot vlak bij Qierzy, bemach
tigden tusschen de Ailette en de Aisne dé
dorpen St. Aubin, Selens, Bagneux, Epagny,
Rieuxy, Vaurezis en Pommiera.
Volgens een Reutertekgram zou Albert nu
volkomen in Engelsche Manden zij.n
Het Duitsche avondberidht meldt gedeelte-
ijke gevechten bij Bailleul en bezuiden de
Leie. Aan Ancre en Somme is een geweldi
ge worsteling aan den gang. Op het slagveld
ten N. W. van Bapaume en aan het front tus
schen) Albert en de Somme brachten de Duit
schers, volgens dit communiqué, breed opge
zette aanvallen der Engelschen' tot misluk
king en eveneens Fransdie aanvallen tus
schen Oise en Aisne voor de nieuwe Duitsche
stellingen.
Over de plaats van die nieuwe stellingen
word't maar niet veider uitgewijd. Dat zij
voor en niet achter de oude liggen rullen, on
danks alle voorzichtige uitlatingen, de be
langstellenden in het Duitsche vaderland) wel
niet meer gelooven.
Daar moet de tegenslag 'der Duitsche
troepen een groote teleurstelling brengen al
bereiken ons opmerkelijk weinig berichten die
de stemming in Duitschland in bijzonderhe
den weergeven.
De Duitsche oensuur zal wel strenger dan
ooit te werk gaan'en het is bovendien wel van
stem.
Andrey toon moeilijk weigeren.' met de mu
ziek voor zich en' na een oogenhlik aarzelen
zong ze wat Sir Jordan had gekozen.
De twee mannen stonden naar haar te kij
ken, terwij! het zachte kaarslicht op haar lief
geziditje scheen Lord Lorrimore met een
Hartstochtelijke aandacht, die hij nauwelijks
trachtte te verbergen, Sir Jordan met een
aangenamen, eerbiedigen glimlach
Lord Lorrimore nam ieder woord, iederen
klank in zich op van de frissche jonge stem,
die hij veel schooner vond dan die van Patti
zelfs en hij was <zoo verdiept in het gezang,
dat hij' zijn medeminnaar een tweede lied' liet
vragen en u'tkiezen.
Hij bleef een naar minuten bij de piano
staan
die
het andere go
toch zoo dat hij de vrouw, die hij lief had, en
den' man, dien hij haatte, zien kon.
Lady Marlow zag duidelijk wat er voorviel
maar zij kon niet tusschen beide komen, en al
had zij gekund, zij zou het misschien niet
daan hebben, Het waren twee mannen!, vol
geerte haar pupil te bezitten' de eene, Lord
Lorrimore, met een ouden naam en rijke
grondbezittingen; de andere, Sir Jordan
Lynne, de man die zich nagm begon te maken
en rijk was bovendien. 'Het minste wat zij er
aan dioen kon was hun vrij spel te laten.
Toen Andrey ophield met zingen, brach'
Sir Jordan haar terug nar haar plaats en
bleef eenige minuten achter haar stoel staan
met haar praten, toen ging hij er vandoor,
zooals de mijnwerkers in het kamp op hun
minder beschaafden toon gezegd zouden
hebben en begaf zich naar het overige gezel
schap en maakte zijn hof aan Lilian Lawson
hij luisterde met eerbiedig gebogen hoofd
naar Lord Cchesteiton; sprak over jagen en
algemeene bekendheid dat het Duitsche volk
ook in de uren des gevaars eensgezin blijft
en zijn teleurstelling onder 't masker van on
verschilligheid, zooveel mogelijk voor juiten-
staanders tracht te veihergen.
schieten met Lord Marlow, over de laatste
schandaaltjes met zijn vrouw, in één woord,
hij maakte zich zelf zoo aangenaam, als een
man van de wereld dat alleen kan. En al
dien tijd zat Lord Lorrimore in zijn hoekje
op de punt van zijn snor te bijten en zijn me
deminnaar aan te zien met sombere blikken
uit zijn donkere oogen.
at gaat u morgen doen, Sir Jordan?"
i Sir
KORTE BERICHTEN.
Trotzky is, naar uit Moskou wordt ge
meld, van "zijn inspectiereis teruggekomen.
Hij was zeer optimistisch gestemd ten op
zichte van de actie der Tsjecho Slowaken
en achtte het gevaar voor Petersburg bezwo
ren.
De oogst in het Russische gouverne
ment Simibirek is in vollen gang, zoodat de
graanprijzen dalen.
In net Oostelijk gedeelte van de Middel-
Iandsche Zee hebben Duitsche en Oostenrijk-
sche duikbooten 15,000 ton br. aan scheeps-
ruimie vernield.
In Siberië heeft zich een troepenmacht
van 7500 Roemeniërs en Transsylvaniërs ge
vormd, die zich naar het Westfront wenschen
te begeven om daar tegen de Duitschers te
strijden.
In Kaluga heeft zich een „Groot-Russi
sche" regeering gevormd, die pogingen wil
doen tot redding van Rusland uit den chaos
van thans.
De vliegers der geallieerden bombar
deerden Keulen.
Woensdagnacht is de stad Tyler in de
Vereenigde Staten door een orkapn geteisterd.
Tot dusver zijn 50 h 100 dooden gemeld.
De Lokal Anzeiger deelt mee: de kei
zerin is op kasteel WiThelmshöhe ziek gewor
den, daar ze zich in den liefdedienst harer
onuitputtelijke zorgen in vexband' met den
oorlog heeft oververmoeid.
von Payer en Von Hitftze hebben den
partijleiders mededeelingen gedaan over den
vrede van Brest en over de besprekingen in
het hoofdkwartier.
Het P. T. A. meldt: de Siberische regee
ring werkt een plan uit Voor het toekennen
van landbezit aan Tsjecho-Slowaken, die
aan de gevechten tegen de heerschappij der
soviët hebben deelgenomen.
Den 2en September zal de verkiezing
van den Poolschen koning plaats hébben.
Uit Karlsruhe in Baden wordt gemeld
dat Prins Max van Baden ter gelegenheid
van het eeuwfeest een toespraak richtte tot den
Groothertog, waarin hij aandrong op eensge
zindheid, vooral nu in de vijandelijke landen
de wil tot vernietiging weer toeneemt. Dit op
zich zelf is voor de Centralen reeds een aan
sporing tot die eensgezindheid. Prins Max
besloot: de storm die ons nationaal leger be
dreigt is zwaar en duurt lang; dat wij hem
zegenrijk mogen doorstaan.
Het Amerikaansohe stoomschip Mon-
tanan (6650 ton) is 16 dezer buiten de Ame-
rikaansche wateren getorpedeerd en gezon
ken. Drie leden der bemanning kwamen om,
80 overlevenden zijn ontscheept.
Aartshertog Jozef van Oostenrijk, wien
de hoogeschool van Boedapest het eeredocto
raat heeft verleend, heeft den rector verzocht
de plechtigheid uit te stellen, aangezien men
wellicht Mchter bi) den vrede is dan men
denkt.
Er is bericht ingekomen dat in Twer
een opstandige beweging is ontstaan, de
Tsjecnen hebben zich van de stad meester ge
maakt en zelf het bestuur ingesteld. Zij wen
schen geen samenwerking met de Tsjecho Slo
waken, doch met de Donkozakken.
- De Duitsche fractie-leiders hebben in
een conferentie met den vertegenwoordiger
van den kanselier de aanvuüingsverdragen
van Brest-Litowsk besproken. Er werd beslo
ten den Rijksdag niet bijeen te roepen. Von
vroeg Lord Marlow, toen Sir Jordan af
scheid nam om heen te gaan, na 'n aangena
men indruk op ledereen gemaakt te hebben
„Ik weet het waarlijk nog niet", antwoord
de hij.
„Ga dan maar met ons mee", zei Lord
Marlow vroolijk. „Wij gaan allen naar de
Stoneleigh-Holen. Wij, heeren, nemen ons
geweer mee en trachten een paar konijnen te
schieten en de dames gaan mee om fe nu
ik denk om te lunchen."
„Met heel veel genoegen", zei Sir Jordan.
„Goed; wij vertrekken om elf uur. Wacht
ons op als wij uw poort passeeren."
Jordan nam het voorstel aan en ging La
dy Marlow goeden dag zeggen. Lady Mar
low was vriendelijk heel vriendelijk.
„U komt bij ons aanloopen, als u er lust
in hebt, Sir Jordan", zei ze. „Als goede bu
ren met elkaar omgaan, weet u."
„U is zeer vriendelijk, Lady Marlow", zei
hij, terwijl hij zijn stem liet dalen tot een
toon van dankbaarheid, ..zeer vriendelijk om
medelijden te hebben met een eenzaam man."
Toen ging hij naar Andery, die als mid
delpunt van een groep bezig was het laatste
nieuwe spel uit te leggen, dat bestond uit
het schieten van een zeicer aantal ivoren
schijfjes in een klein houten bakje.
„Lord Marlow is zoo vriendelijk geweest
mij te vragen morgen mee te gaan naar Sto-
neleigh Holen", zei hij.
„O ja, dat moet u doenl" zei ze, terwijl ze
Hintze deed mededeel" ngen over de besprekin
gen in het hoofdkwartier.
De Nation protesteert er tegen, dat de
propaganda-minister Lord Beaverbrooto met
regeeringsgeld propaganda maakt voor den
ecortomischen oorlog.
Het conflict aan trams en omnibussen
te Londen is feitelijk bijgelegd. Men hoopt
dat het verkeer Vrijdag weer normaal zal zijn.
Maarschalk rock heeft in een voor het
Parlement bestemd) schrijven gezegd (zoo
werd via Genève bericht) dat in 1919 de be
slissing zal vallen.
Uit Fransche berichten blijkt dat op de
laatste Intergeallieerde conferentie is beslo
ten voor Frankr k, Engeland, Amerika en
Italië een uniformsoort wittebrood in te voe
ren.
Het Harnb. Fremdenblatt verneemt uit
Helsingfors: de Finsche regeering heeft een
deputatie naar Duitschland! gezonden met de
opdracht, de verkiezing van een koning over
eenkomstig de besluiten van den Landdag
voor te bereiden.
De Russische volkscommissaris voor
Buitenlandsche Zaken gaf een antwoord op
het door de Entente, door bemiddeling van
den vertegenwoordiger van Nederland, geda-
ne voorstel in zake het vrijlaten van offuieele
personen.
Uit Boekarest wordt gemeld dat in de
vergadering van Gedeputeerden een interpel
latie zal worden ingediend1 betreffende de
vernieling van Petroïeumbronnen door de Ge
allieerden gepleegd tijdens den terugtocht in
het laatst van 1916. Ln politieke kringen
heerecht groote belangstelling.
AARDAPPELEN.
Het Bureau voor Medtedeelingen inzake de
Voedselvoorz'ening meldt:
In óns commun'qué over aardappelen, op
genomen in de bladen van 21 dezer, wordt
vermeld hoevfeel er volgens de in 1910 door
het Departement van Landbouw uitgegeven
„Beschrijving van dé Aardappelcultuur in
Nederland'' van den oogst consumptieaard
appelen moet worden afgétröjcken voor poot-
goed, kriel, afval en bederf. Door een ondui
delijkheid1 is het getal 13 komen te staan in
plaats van 7«> waardoor de becijfering niet
klopte. Volger - bovengenoemde „Beschrij
ving" moet voor pootgoed $nz. één derde wor
den afgetrokken, waartdoor van 35 millioen
H.L. ongeveer 22 h 23 millioen voor de con
sumptie beschikbaar komt.
SCHENDINO VAN NEDERLANDSCH
GEBIED.
Het ministerie van buitenlandsche. zaken
deelt het volgende rode: Op Augustus j.l. te
9 uur 50 minuten v.m. werd boven Groede en
boven' Nieuwcsluis (gemeente Breskens) een
geen
beschoten.
Raf
Aan Hr. Ms gezant te Londen is opdracht
gegeven bij de Engelsche regeering te protes
teeren tegen deze schending van Neder-
landsch gebied.
GRAAN UIT AMERIKA.
EEN GEREGELDE DIENST?
In verband net het bericht, dat de „Nieuw
Amsterdam" 10.000 ton broodgraan uit
Amerika zal ueebrengen, vernam de drie
hoek-correspondent van de Tel. te den
Haag:
Zooals men weet, hebben de geassocieer
den indertijd 100 rÓ0 ton grondstoffen voor
de broodberësling als voorloopige schikking
toegezegd. Daarvaii is thans reeds een flink
gedeelte binnen of onderweg. Spoedig wor
den weer één of two graanschepen hier te
met haar opgewekten glimlach tot hem op
zag „Het Hol behoort u toe en u zult onze
gast zijn, nietwaar?"
„Dat is een' onwc stros1 var wzoek", zei
hij, zich over haar hand hem buigende. „Ja.
ik ga graag meel"
Lilian lawson zag hem na, toen hij de ka
mer uitging.
„Hij Ts heel aardig voor een groot man",
zei ze kwijnend. „De- meeste groote mannen
die ik ontmoet héb, schenen véél te veel ver
vuld met hun eigen grootheid, om aan iets
of iemand anders te denken. Ik geloof wel
dat Sir Jordan zdb ontzettend rijk is als men
zegt en hij zal nog wel eens pair worden."
Lord Lorrimore liep' naar de rookkamer,
stak een groote havana aan en zat in somber
stilzwijgen te luisteren naar de andere hee
ren die de kans van Sir Jordan' bespraken of
hij bij de volgende zitting al of niet minister
zou worden.
In dien tusschentiid wandelde Sir Jordan
naar huis, in nadenken verdiept,'maar niet
ontevreden. Inderdaad, een glimlachje krul
de zijn dunne lippen toen hij de gebeurtenis
sen van den avond naging. Het was hem ge
lukt zijn machtigen medeminnaar den loef af
te steken, dien avond tenminste, en daar
mocht hij tevreden mee zijn. Maar toen hij
het groote, sombere huis binnentrad, dat
hem meester noemde, stierf het glimlachje
weg en een uitdrukking van angstige vrees
en onzekerheid trad er voor in ae plaats; en
toen hij de smalle gang op de boven-corri-
dor passeerde, die naar de verlaten vertrek
ken voerde, toen aarzelde hij alsof hij er
naar toe getrokken werd alsóf hij werd
aangedreven door een geheime macht om de
zware eikenhouten deur open te sluiten en
opnieuw het onderzoek te beginnen, dat hij
dien avond van zijn komst had ingesteld.
Maar hij schudde het hoofd en mompelde;
„Neen, neen", en liep door naar zijp gen
kamer, waar zijn knecb' ,i hem w&chtt.
ÖOFDóT UK XIII.
Den völgenden uioripv: koos. Sir Jordan
het bcsb, paard uit den tal en ma zijn ge
weer onder den ar m reen li; naar de oostelJjr
ke poort en wachtte tot het gezelschap van
de Grange zóu komen.
Hij iiad dien nacht goed geslapen (de on-
rechtvaardigen slapen dikwijls goed en de
rechtvaardigen liggen wakker). Het geweten
maakt bloodaards van ons allen. Sir Jordan
wist dit en had zijn geweten sedert jaren op
zij gezet. Hij had dien nacht goed geslapen
en op den rug van zijn goed verzorgd echt
raspaard zag hij er tien jaar jonger uit dan
hij was.
Hij behoefde niet lang* te wachten. Daar
kwam het gezelschap al aangereden en ver
brak de stilte van den iandel ijken weg door
vroolijke stemmen en gelach. Sir Jordan
voegde zich bij hen met een glimlach op het
gezicht, zoo stralend alsof geen enkel com
plot of boos opzet ooit in zijn listig brein
was opgekomen.
Andrey bereed haar geliefkoosde paard en
Lord Lorrimore reed vlak naast haar op een
van Lord Marlow's paarden een groot
sterk jachtpaard. Jordan kwam dadelijk nqar
Andrey toe en begroette het koele knikje van
Lord Lorrimore met een vriendelijke buiging
en glimlach.
,Wat staat er op het programma vroeg
hij»
„Is er een programma opgemaakt?" dit
zeggende, sloeg ze haar vroolijk mooi ge
ziditje tot hem op. „Dat weet ik niet. De
heeren gaan schieten op konijnen en wij da
mes ach ik denk dait wij alleen gaan lun
chen en toekijken. U heeft uw geweer meege
bracht zie ik.
(Wordt vervolgd)
COÜRA