DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. overz Gekocht No. 288 Honderd en twintigste Jaargang. 1918 flhonnementsprlis bii vooruitbetaling o. S maanden f t.BS. fr. p. postf 1.90. Bewiisnuminars S et- ftdvertentleoriis IS ct. regel, grootere letters naar ilutfrnlnto. Br. fr. NX Boek- en Handelsdrukkerij Hernis. Coster Ob., Voordam C 9, Tel. MAAN 1>. A 9 DECEMBER. FEUILLETON. Binnenland. Hét wordt tijd, dat in Duitschland de Con stituante eindelijk, eens tot stand komt want zoolang dit niet het geval is^ blijft de toe komst van Duitschland onzeker, doordat ver schillende politieke groepen telkens weer trachten zich van de hoogste staatsmacht meester ,te maken. De Spartacusgroep doet steeds weer pogin gen haar macht uit te breiden en de van het front teruggekeerde troepen, die voor orde en tucht zijn wenschen niets liever dan een duurzamen toestand te scheppen, waarin voor het bolsjewisme en aanverwante theorie ën geen plaats meer is. Die onzekerheid heeft reeds tot ernstige botsingen geleid en wat er thans in Berlijn gebeurd is zal.voor dé rijksregeering een aansporing zijn om de verkiezingen voor de Nationale Vergadering niet lang meer uit te stellen. De laatste dagen werden in Berlijn geruch ten verspreid over een krachtig optreden van Liebknecht en de zijnen en de spanning werd zoo groot dat de van het front teruggekeerde soldaten besloten er een eind aan té mairen. De soldaten hadden van de oneenigheid over de staatsmacht genoeg, en zij verlangden een krachtige persoonlijkheid aan het hoofd van den staat om orde te scheppen en de rust in het binnenland te doen terugkeeren. Zoo werd Ebert de man dien zij tot hoofd van een Duitsche republiek wilden maken en om hem, dit te bewijzen, zijn zij in massa opgetrokken om hm te verzoeken, zich voor het president schap beschikbaar te stellen. In de Spartacusvergadering was een motie tegen de regeering, voor afdanking van het leger en voor het op de been brengen van een Roode Garde aangenomen. Daarna verscheen een vertegenwoordiger der deserteurs op het podium, aie mededeelde, dat de uitvoerende Raad gevangen was genomen en Ebert tot president eener Duitsche républiek uitgeroe pen was. In het tumult dat volgde wekte een der aanwezigen op den Uitvoerenden Raad te wreken en Ebert aan de eerste de beste lan taarn op te hangen. De Spariacusmannen begaven zich vervol gend naar buiten en ontdekten daar, dat reeksen soldaten met de bajonet op het geweer Üe straten afzetten. Toch slaagden Lieb- knecht'saanhangers er in, een stoei te vor men, die door roode-vlaggendragers vooraf gegaan den hoek der Invalidenstraat naderde. Hier werden de betoogers, na waarschu wing, door de soldatenmet gevelde bajonet teruggedreven, maar zij verzamelden zich weer en kwamen opnieuw, ditmaal van den zuidkant der Chausseestraat af, te voorschijn. Toen de kop van den stoet onder hoerage roep op Liebfcnecht den hoek van de Invali denstraat naderde, sommeerden'de soldaten de betoogers opnieuw, uiteen te gaan. Hier aan werd geen gevolg gegeven en de militai ren richtten daarop gedurende 'een tweetal minuten machinegeweer- en geweervuur op de oproerige menigte. In panischen schrik vluchtten de betoogers naar alle zijden, maar velen, die niet bijtijds uit den weg konden komen, werden door-de kogels getroffen. Een twintigtal menschen stortten zich in blinden angst door het groote uitstalraam van een warenhuis. Een tramrij tuig, waarvan de bestuurder was'doodgere den, geraakte in het vuur ,en de inzittenden worstelden om et uit te komen. In alle huizen, waarin de betoogers hun heil zochten, werd het licht gedoofd/ en verschansten de bewoners zich in de achterkamers. Toen het vuren ophield, lagen een 25-tal Naar btfjt Engelach van Cliar las 07) HOOFDSTUK XLIV. Jordan volgde Neville naar buiten. Hij was zich bewust dat hij zich zeer goed ge houden had "bij de ontmoeting, maar bij dit bewustzijn kwam niet weinig vrees. Neville had zijn broederlijke toenadering zeer koel opgenomen, om het met een zachten naam te noemen, zoodat Jordan begreep dat hij voorzichtig met hem moest omgaan. Hij keek op naar de groote flinke gestalte voor hem uit en huiverde, terwijl hij fluisterend een vloek uitte. Hij kende Neville van ouds; als hij plotseling woedend werd, dan kön hij Jordan maken en breken als een noot. „Vervloekte jongen!" fluisterde hij, „ik dacht dat hij doodwas. Was hij maar doodP' Toen' voegde hij er luide bij„Wat een kolos sale vent ben jij geworden, Neville 1. Het doet mij ontzettend veel genoegen je zoo gezond en flink weer te zien. ja, jullie zwervers hebt veel voor op ons die thuis moeten blijven. Geef mij je arm, beste kerel I" Maar Nev;lle liep voort zonder op het vriendelijk verzoek te letten en Jordan moest hard loopen' om hem bij te houden. „Je bent gezonder en sterker geworden, ter wijl wij gedurende onze zittingen fot na mid dernacht in de Kamer onze gezondheid beder ven. Wat moet het oude huis je bekend toe schijnen", ging hij vriendelijk voort zonder op Neville's stilzwijgen te letten. „Wij hebben dikwijls aan je gedacht, beste Neville ik moet'zeggen dat je haast nooit uit onze ge dachte geweest bent, en als ik zeg „onze" aan dp-.-iV i# vooral aan de lieve Andrey. Zij zal betoogers door kogels getroffen op straat. De lichtgewonden werden in particuliere huizen gedragen, de dooden en ernstiger gewonden werden naar apotheken en ziekenhuizen over gebracht. Evejf pa vijf uur werd Ebert door een tien tal matrozen en soldaten verzocht, naar bui ten te komen, waar eèn onafzienbare drom soldaten van alle wapens hem opwachtte. Toen Ebert buiten gekomen was, sprong een soldaat op een automobiel en beioogde, dat een groep de regeering verhindert de vruch ten der revolutie te bergen. En waar slechts een vrije regeering het land uit de ellende kan opbeuren, hadden de soldaten beslaten zich achter de regeering te scharen. De soldaat ontblootte het hoofd en zeide: om eindelijk een geregelden toestand in het leven te roe pen, roep ik op dit heilige oogenblik de jonge Duitsche republiek uit en tot haar eersten pre sident kameraadi Ebert. Na geestdriftige hoera's beklom Ebert de auto, maande tot rust aan en deelde mede dat de dag voor het beleggen van de Constituan te bepaald i$. Hij wees er op, dat men de van het front teruggekeerde soldaten ook in de elegenheidi moest stellen hun stem uit te engen. Een burger, die vertelde, dat hij het was, die de. revolutie te Kiel aan het rollen ge bracht'had, vroeg .vervolgens aan Ebert kort weg ja of neen te antwoorden op de vraag of hij het eerste presidentschap der, Duitsche re publiek wilde aannemen. Ebert zeide deze vraag niet onmiddellijk te kunnen beantwoorden, daar hij de regeering in zijn antwoordi kénnen moest. Daarna trokken de soldaten in geregelden marsch weg. Verscheidene telegrammen maken melding van straatbetoogingen en ernstige incidenten in Berlijn. Het is niét duidelijk of bij het febeurde in de Chausseestraat de betoogers an wel de soldaten het eerst hebben gescho ten, De Voss. Zig. deelt nog eenige bijzonder heden mede betreffende, het gevangen nemen van den Uitvoerenden Raad. Terwijl de gebeurtenissen zich voor het rijkskanselierspaleis afspeelden, vergaderde -de Uitvoerende Raad in hjet Huis van Afge vaardigden. Soldatcngroepen stelden zich voor het Huis op. Toen een lid van den Raad naar buiten kwam om opheldering te vragen, werd hem medegedeeld, dat de Uitvoerende Raad tegen de regeering Ebert-Scheidemann is en dus moest weggejaagd worden. Een groep soldaten drong onder leiding van een feldwebel het Huis binnen, waar de feldwebel de aanwezige leden van den Raad c® bevel der Rijksregeering, gevangen ver klaarde. De feldwebel kon évenwei geen schriftelijk bevel toonen en toen een deputatie uit de sol daten naar Ebert toog en om dit bevel vroeg, verklaarde deze, dat een bpvel om de leden van den Uitvoerenden Raad in hechtenis te nemen, nooit was uitgevaardigd. De regeering heeft thans een proclamatie uitgevaardigd, waarin zij zegt, dat de Raad van Volksgevolmachtigden tot op dit oogen blik heeft kunnen vaststellen dat de opdracht tot het gevangen nemen van den Uitvoeren den Raad aan den feldwebel Fischer verstrekt is geworden door een zekeren Marien en door twee beambten aan het departement van buitenlandsche zaken. Marten is evenals Fi scher in 'hechtenis genomen, de beide ande ren zijn voortvluchtig. Tot hun arrestatie is last gegten. De troepen, die in de Chaus- seestTaai tegen den betoogersstoet het fni- trailleursvuur geopend hebben, waren door een lid van den soldatenraad bij het generaal een zuster voor je zijn, Neville, binnen korte, tijd. Ik weet zeker dat dit een aangename tij ding voor je wezen zal. Maar nu moet i - mij één ding vertellen ik moet een verslag heb ben van je heele leven sedert wij van eikaar sriieidden als wii r rustig voor /.if in maar vertel mij één ding: is de Fortuin je gunstig geweest, Neville? Kom je terug met je zakken vol goud? Ik hoop het voor je ik hoop het vurig." Neville diwong zich zelf kalm te antwoor den. „Neen; mijn zakken zijn leeg". „Wel, wel, dat spijt mij," zei Jordan vol sympathie, terwijl een glimlach van voldoe ning voor een oogenblik om zijjn dunne lippen speelde. Ik had gehoopt, dat je niet alleen gezond, maar ook rijk was teruggekomen; maai" ik ben blij ie te zien rijk of arm, beste Neville, en je geldelijke tegenspoed spijt' mij eigenlijk niet zoo zeer als wel hoorde, want nu ben ik in de gelegenheid je mijn genegenheid te toonen." „Wat?" zei Neville weinig vriendelijk. „Ja", ging Jordan minzaam voort. „Ik ben hang, uit je manier van doen op te maken, beste Neville, dat je gedachten zich nog bezig houden terugkeeren tot ons afscheid. Ach doe dat niet. Indien er eenige kwade gezind heid bestaan heeft tusschen ons beiden, tijd en afwezigheid hebben die verzacht en ver dreven en ik hoop vervangen van mijn kan£ ik dat zeker door de beste en op rechtere welw'llendheid." Neville keek strak voor zich uit. „En de Fortuin is je dus ongustig ge weest?" ging Jordan voort. „Zeer", klonk het korte antwoord. „Wei, welik begrijp je teleurstelling, beste jongen; maar succes is niet voor ons allen weggelegd; en hun d:e door Fortuin begun stigd zijn is het voorrecht geschonken, onze naastb» taanden die oom dierbaar zijn te bei- commando, Krebs ger aamd, opgeroepen. Ook tegen Krebs zijn maatregelen genomen. De Raad van Volksgevolmachtigden, die on middellijk alles gedaan heeft om de leden van den Uitvoerenden Raad te bevrijden en het ontzettende bloedvergieten in de Chaussee straat te bestraffen is vastbesloten tegen elk dreigement en tegen elk gebruik maken van geweld op te treden, van welke zijde dit ook komen moge. Over het algemeen wordt der regeering een te zwakke houding tegenover de regen-revo lutionaire elementen vermeden. Het veldleger schaart zich achter de regee ring van Ebert en Haase, maar wil de moge lijkheid hebben aan een spoedig bijeen te roe pen constituante mede te werken. De Spartacusgroep, die door de jongste ge beurtenissen vele martelaren telt, heeft een oproep tot algemeene staking gedaan. Vol gens het Berl. Tageblatt is men er in vakver- eenigingskringen van overtuigd, dat deze op roep geen succes zal hebben. Inmiddels hebben de regeering en de Uit voerend^ Raad een gemeenschappelijke verga dering gehouden, welke zich met de ernstige conflicten bezig hield en waar, naar het Berl. Tageblatt meldt, gewichtige opheldie- ringen verschaft zijn. Uit Berlijn wordt gemeld, dat Scheide- mand aan Amerikaansche journalisten heeft medegedeeld, dat de Duitsche afgevaardigden der vredesonderhandelingen nog niet be noemd zijn. De afgevaardigden zullen ver trouwensmannen van het kabinet zijn en men zal personen' kiezen die ook. in het buitenland vertrouwen genieten. Dr. Solf wordt daarom ook als minister van buitenlandsche zaken gehandhaafd. KORTE BERICHTEN. Dinsdag 17 December zullen de Belgi sche regeering en het parlement de heer en Villalobar, gezant van Spanje. Brand Whit- lock, gezant der Vereenigdè Staten en van Vollenhoven, gezdnt van Nederland, ontvan gen, om uiting te gevèn dan hun dankbaar heid voor de diensten, welke deze diplomaten tijdens den oorlog aan de burgerlijke bevol king hebben bewezen. De bijenkomst zal in het parlement plaats hebben. De geallieerden eischen uitlevering van alle door de Duiiachew buitgemaakte han delsschepen der Entente vóór 17 Dec. Verder stellen zij' nog verschillende andere eischen. De Daily Mail heeft vernomen, dat Lloyd George bekend zal maken, dat het be drag van de schadevergoeding in geld die Engeland en zijn overzeesche gewesten van Duitschland zullen verlangen 96 milliard gulden zal zijn. Het blad teekent hierbij aan, dat deze ver goeding den Britschen werk- en handelsman ontheffen zou van de belasting ten bedrage van 400 millioen jaarlijks. Officieel wordt bekend gemaakt, dat het verzóek om ontslag van Paolo Bernaba, gezant van Spanje te Berlijn, aanvaard is. De gezantschapsraad1 is met de regeling der aangelegenheden te Berlijn belast, daar de Spaansche regeering geen opvolger voor Beraba kan benoemen, zoolang de politieke toestand <n Duitschland niet normaal is. Oostenrijk stelt scheidsrechtelijke be slechting over de conflicten mét T.-S. en J.- Slaven voor. De Belgische gedelegeerden voor de vre desconferentie zijn: Emile Vandervelde, mi nister van justitie; Paul Hijman3, minister van buitenlandsche zaken en Van den Heu vel, Belgisch gezant bij het Vatikaan. Gelukkig zonder resultaat heeft een in- peti." Neville bleef eensklaps staan en keek hem aan in de halve duisternis. „Bied je aan mij te helpen?" zei hij. „Zeker? Wat is natuurlijker? Denk je dan dat ik alle gevoel van bloedverwantschap ver loren heb dat ik vergeet dat wij broeders zijn „Halfbroeders als je blieft", zei Neville norsch. „Juist. Ik kan niet vergeten dat mijn vader 'ja Neville ik moet het openlijk zeggen dat mijn vader je onrecht heeft aangedaan Je weet dat hij je naam niet in zijn testament genoemd heeft." Neville kreeg een kleur. O, waarom had hij aan Trale beloofd zich kalm te houden en hei uitwerken van het plan aan dien slimmen in specteur over te laten? Waarom kon hij dien minzamen, suikerzoeten mijnheer niet bij de schouders pakken en door elkaar schudden „Ja", ging Jordan treurig voort, „ik heb mijn best gedaan verzoening te weeg te bren gen tusschen vader en jou je tenminste zoo veel na te laten dat je welgesteld kon leven; maar hij was er niet toe te bewegen; hij ver oorloofde mij bijna niet je naam uir te spre ken. Maar daar zullen wij niet meer over spreken'; het kan niet anders dan ons beiden bedroeven. Deel mij je plannen mee, Neville." „Mijn plannen?" bromde Neville „Ja, ben je van plan in Engeland te blij ven? Ach, ik ben bang van niet. Ik heb altijd opgemerkt dat, als iemand aan een zwervend leven gewend is, hij zich niet meer vèfctigen kan; eens reizen altijd reizen; je bent zeker al weer van plan waar nu weer naar toe te gaan?" Neville zweeg. „Wie zwijgt, stemt toe. Ik vreesde wel dat dit het geval zou zijn. Wel, wel, ja een zwervend leven heeft zijn be koorlijkheden en als je gaan moet. Maar je moet mij toestaan je te helpen, beste Ne ville.. Ik geloof, zonder pedant te zijn, dat ik dividu een pistoolschot gelost op den presi dent van de Portugeesche republiek. Het in dividu is aangehouden. De „B. Z. am Mittag" verneemt, dat het hertogelijk pdar van Bronswijk op de vlucht is. Het slot Blankenberg is bezet. De hertog en de hertogin hebben in Karlsruhe vertoefd, en misschien ook eenige dagen hij bekenden in Augsburg. Thans bevinden zij zich te Gmunden. Clemencedu, de overige ministers, de af gevaardigden en senatoren en de geallieerde diplomaten zijn om 9 uur te Metz aangeko men, waar zij ontvangen werden door de maarschalken Foch, Joffre en Pétain en de burgerlijke en militaire autoriteiten. EEN INTERVIEW MET DEN BELGISCHEN GEZANT. Naar aanleiding van de buitenlandsche perscampagne tegen Nederland heeft „De Te legraaf" zich tot den Belgischen gezant, ba ron Fallon, gewend, om zijn mening over de verhouding Tusschen Nederland en België te mogen vernemen. De gezant verklaarde: „Ik kan u verzekeren, dat de betrekkingen tusschen onze beide lan den evengoed zijn ids voorheen. De Belgi sche regeering is met de beste v; •.-ucsaehs bezield om de goede verstandhouding en de banden van vriendschap, die tusschen ons en Nederland bestaan, te handhaven en nauwer aan te halen." De gezant bevestigde echter, dat de hou ding der Nederlandsche regeering in zake den doortocht over Limburg op Belgiè en zijn geallieerden een slechten indruk had ge maalct. Baron Faflon sprak zijn vertrouwen uit, dat de economische betrekkingen tus schen Nederland en België na het sluiten van den vrede zich krachtig zouden ontwikkelen. Berteffende de motie van de „Cercle Mari tieme" te Brussel, waarin anextiomstische wenschen werden geformuleerd- «verklaarde de gezant, hiervan geen andere kennis te dra gen, dan uit de dagbladen. Deze „Cercle", die niet het minste officieel karakter draagt, was den gezant onbekend. DE TEMPS TEGEN NEDERLAND IN ZAKE DE SCHELDE-KWESTIE EN LIMBURG. Naar de Telegraaf uit Parijs verneemt be vat Dé Temps van 6 December een artikel over de waarborgen, die de toekomstige vre de aan België moet geven. De Temps bepaalt zich niet tot de Schdde- kwestie. Bij het bespreken van het Limburg- sche vraagstuk, zegt het blad, dat men het onrecht moet herstellen, dat in 1830 aan Bel gië is aangedaan. Het blad herinnert aan de politiek van Louis Philippe, die protesteerde tegen het afstaan - van Limburg aan Neder land, zeggende, dat het niet voldoende was, de citadel van Antwerpen door de Nederlan ders te doen ontruimen, wanneer deze ont ruiming vergezeld ging van het behoud door den Koning van Maastricht, Stevenc weert en Venlo, d. w. z. van de linie der Beneden-Maas die België tegen Duitsche aanvallen be- sdiermt en welker inwoners door hun zeden, gewoonten en meeningen aan België gehecht zijn, vhoewel zij inderdaad vroeger deel uit maakten van Nederland. De Temps besluit met de opmerking, dat Poincaré in zijn toast, toen hij aan Btigië de „voldoening beloofde, waarop het recht heeft door zijn langdurig lijden" eenvoudig de na tionale traditie ontwikkelde. Bij dezen feilen onverhoedschen aanvul van 't groote Fransche blad* is 't van belang in herinnering te brengen zoo schrijft de eenigen invloed heb. Je weet, of je weet mis schien niet, dat ik in het Ministerie zit" Het was hem niet mogelijk niet een toon van trotsche en nederbuigende meerderheid in zijn stem te laten weerklinken. „O ja," zei Neville, „dat weet ik. Ik heb je eens op een avond uit Andrey's huis zien ko men of neen uit het huis van de Marlows naar je rijtuig en ik hoorde de menigte juichen over den grooten Sir Jordan Lynne." „O ja? Werkelijk? En waarom kwam je toen niet*naar voren en maakte je jezelf niet bekend? Ik ben bang dat je trotsch bent mijn beate Neville. Pas op voor trotschheid Neville bleef plotseling staan, maar weder hield hij zich in bedwang en liep voort. „Nu Ja, ik heb eenigen invloed," herhaalde Jordan, weinig Vermoedende hoe mij ternau wernood ontkomen was aan het gevaar door elkaar geschud te worden, „en ik moet er ge bruik van maken. Ik moet je een betrekking bezorgen buitenslands een consulaat ;f iets van dien aard. En in dien tusschentijd moet je bij mij op de Court komen logeeren.' Neville bromde iets. „Niet? Ben je al rusteloos en verlangend weer heen te gaan?" zei Jordan vroolijk. „Wel, wel, het spijt mij zeer. Maar je moet een toelage van mij aannemen. Niet weigeren ik sta er op Hij bleef eensklaps staan en schrikte; zijn scherpe ooren hadden een voetstap achter hen vernomen. Hij keek om en zag een man steelsgewijze onder de heg doorkruipen, zijn hart bonsde toen hij Banks herkende. Nu waren zij in de laande lichten van het dorp glinsterden in de verte. Hij keek stille tjes over zijn schouder en zweeg een oogen blik, toen ging hij voort: „Ja, je moet niet toelaten dat je trots zich tusschen ons bei den plaatst; ie moet niet vergeten dat wi, broeders zijn." 1 „Halfbroeders," zei Neville nog norsehcr N. R. Ct. wat ons 3 maanden geleden dus vóórdat de overwinning der geallieerden een\ feit geworden was hier te lande van Fransche zijde verklaard werd. Op 10 September namen wij de verklarin gen op van „een bevoegde persoonlijkheid van ransche zijde, die in A istus in Parijs vertoefde en er zich met de leidende mannea onderhield." Deze bevoegde Fransche persoon iijkheid leg de met nadruk'uit, dat de overwinning der Geallieerden ook net belang der onzijdigea zou zijn. i Het stuk in de N. R. Ct. vervolgd® dan: „Onze zegsman zeide. dit met een aandrang waaxpit wij bemerkten, dat hij niet begreep hoe de onzijdige? hier nog aan konden twij felen en hoe ook bijzonderlijk Nederland hier uog aan kon twijfelen. Daarom zeiden wij hem, dat men er zich vanwege zekere plannen der Geallieerden en vanwege zeker van Ge allieerde zijde wel geuit eischen of denkbeel den, toch niet over ion verwonderen, dat in de onzijdige landen, bijzonderlijk ook in Ne derland verscheidene personen er niet zoo heel gerust op waren, dat een beslissende over winning door de wapenen ook de Entente niet zou kunnen brengen tot daden in strijd met de rechtvaardigheid,1 tot rechts-aantasting ook tegenover de ons Higen. Met beslistheid kwam onze zegsman hier #tegen op. Hij' besloot aldus: „Hoe zou de En tente, clie werkelijk een vrede van recht en rechtvaardigheid wil, dien vrede kunnen in leiden door een daad van onxecfctvaardighdd, door een rechtsaantasting ten opzichte van eenig onzijdig land! Ik kan u verzekeren, dat dit niet het geval zal zijn. En ik weet ia dezen in den geest van de leiders der Entente te spreken. De onzijdigen kunnen vertrouwen hebben in dien vrede, dien de overwinning der Entente brengen zal." Wil de Tempa reeds zoo spoedig, in den roes der overwinning, de edele gedachten en opvattingen verloochenen, die Frankrijk in de bange uren, die het doormaakte, met zooveel nadruk verkondigde? AARDAPPELPOEDER. Het Bureau voor Mededeelingen inzake de Voedselvoorziening meldt: Ten einde het huidige broodrantsoen te kunnen handhaven, is het dringend nocdig, dat in het regeer ingsmeel ook gedroogde aardajjpelen worden verwerkt. Bekend ie trouwens, dat dit, blijkens de in Duitschland opgedane ervaring, zeer wel kan en dat het aardappelpoeder voedzamer is dan aardap pelmeel, omdat het de eiwitstoffen behoudt, die bij de fabricage van aardappelmeel ver loren gaan. Intuaschen is het voorgekomen, dat onder de aan de meelfabrieken afgeleverde gedroog de aardappelen ziüh partijen bevinden, aie minder zorgvuldig waren bewerkt. Daarte gen worden de noodige maatregelen getrof fen, terwijl tevens besloten is, in het regee- ringsmeel in plaats van 30 percent slechts 10 percent aardappeljweder te verwerken, waar voor dan 20 percent buitenlandsche tarwe wordt toegevoegd. Voorts worden de noodige stappen gedaan om, indien dit mogelijk blijkt, ook in de re- geeringsbloem 10 percent aaraappelpoeder op t nemen. In verband met de aanwezige voor raden bloem zal het echter nog wel eenige we ken duren, voordat dit kan gebeuren. EEN VERGISSING VAN MINISTER DE VRIES. Het is gebleken, dat in de Leeningwet f918 (f350 millioen) een „vergissing" is ingeslo pen, daar volgens art. 17 der welinkomens van f 75.000 of meer" belastbaar zijn, en de dan tevoren. Jordan lachte, zachtjes. „Zoons van den zelfden vader, beste Neville, zei hij, „dat kan ik niet vergeten al wilde ik. Ik zal het als een gunst beschouwen als je wilt aanne men —'"hij zweeg even en voegde er bij laten we zeggen tweehonderd pond 's jaars Neville bleef weer staan en keek hem aan. Deze man, die hem vijf of zes duizend 's jaars bestolen had, bood hem twee honderd pond aan! Hij lachte hij lachte bepaald, een lach die Jordan deed terugdeinzen. „Niet genoeg, beste Neville? Ik was bang je meer aan te bieden je trots, weet jeLaat ods dan zeggen vier en als je besloten bent Engeland te verlaten, dan moeten we zeggen vijf. Men kan op reis niet met het zelfde toe als thiite. Ja vijf. Kom, beste Ne ville, ik zal je een betrekking bezorgen op een prettige plaats in de kolonies en je vijf honderd pond per jaar geven. Ik hoop harte lijk dat je mij niet kwetsen zult door te wei geren." Zij waren bij de laan gekomen die naar de Court voert en staken over naar de portiers woning. Neville bleef eensklaps staan. ,Je gaat toch mee je komt logeeree, op de Court?" zei Jordan met geveinsd verlan gen. „Neen." zei Neville. „Je zegt dat mijn vader mij niets heeft nagelaten?" Jordan schudde het hoofd. „Het spijt mij wel, het spijt mij heel, heel erg dat Ik zeggen moet van >?ep," ant woordde hij. Al sprekende keek hij om zich heen, de flauw opgemerkte gedaante was naderbij gekomen. „En ik hoop ik hoop oprecht dat je het zulHaannemen," zei Jordan. Neville haalde diep adem. „Ik zal het je morgen zeggen," zei hij „Goeden avond," en bij liep door. (woedt vervolgd). COUR «ia 1 1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1918 | | pagina 1