Damrubriek.
FEUILLETON
UooaBid Een eu iwlostigsts Jaargang.
Zater 10 Mei.
Beriynsche brieven.
SSijn idee.
Wenken voor Land- en
Tuinbouwers.
110. I»'Ö
(Van onzen Berli|nachen Correspondent).
Nadruk verboden
VI.
Naar de Lei peiger Messe.
Berlijn, 1 Mei.
Het is niet de eerste maal, dat ik de Leipzi
ger Meae bezocht. En toch, het ia of het be-
De Leipziger Messe is, zooals de lezer we
ten zal, een jaarbeurs, beter een half-iaarlijk-
sche beurs, waarop de fabrikanten de mon
sters voor de te leveren waar ten toon' stellen.
Mm kan dus bestellen, ofschoon men natuur
lijk met de mogelijkheden moet rekenen, dat
de leveranties een enge vertraging onder
gaan. Ten slotte is het echter de HoowUcwest'e,
dat de waar goed is. Deze Leipziger Mea-se
had eigenlijk net Dorado voor Neaarlandache
kooplieden moeten zijn. Ik geloof, dat er ©ok
tamelijk veel Hollanders buiten den officie®,
lea „Messe-trein" om naar Leipzig zijn ge
komen. want aan' alle kanten hoorde men
Neder laudsch praten. Met Markjes van IS1/?
cent in den zak vonden onze landgenooten het
leven hier niet duur. De Mease-week schijnt
onze landgenooten, voor zoover ik met hen
sprak, wei bevredigd te hebben. Vooral pa
pier, glas, porceleln, kletnë snuisterijen,
scheen voor de Hollandsche markt zeer in
trek, Bfj deze artikelen heeft men uit den
aard' dec zaak niet met „Ersatz" te doen, wat
de attractie van zeil giooter maakt. De af
schuwelijke Indruk, dat we geheel en al to
een ersatz-wereld leven, die men op alle vroe
gere tentoonstellingen zoo sterk kreeg, was
nu erg verzacht. Alles, wat nu nog als „Er-
eatz" een rol speelt, is een surrogaat, dat zóó
goed voldaan heeft, dat het niet snel weer
verdwijnen zal. De werkelijke goede-vrede»-
stoffen duiken echter reed® aan alle kanten
weer op. Ik heb b.v. eerst eens een knnstmode-
salon bewonderd, dat door een Weeosch kun
stenaar, schilder teekenaar, geleid wordt, Een
aantal mannequins, lieele aardige juffertjes,
lieten met grattense beweginkjes de verschil
lende nieuwe modes zien. Costumes uit werke
lijke cchLZwiteersche zijde en cootumea uit
ersatz-zijde. Men wist nauwelijks wat men
meer bewonderen moest, dat, wat menl -met
minderwaardige middelen weet te bereiken of
dat, waartoe het kostbaarste noodig is. Al
leraardigste eiketen weet men tegenwoordig
te bereiken door het beschilderen der stoffen.
Reeds voor eenige jaren verschenen er in
Berlijn dames met fn schilderde blouse®. Dat
itoiul fdkraafdigst. Het was echter een be
zwaar, dat dit geschilder op goed in de wasch
echter minder fraaie veranderingen onder
ging. Nu heeft men dat geheel overwonnen.
Men; beschildert een damestoilet, zoodat het
volkomen waschecht is. Het beschilderde weet
men nu nog veel beter te doen uitkomen, door
Naar het Fransch van Victor Cherbuliez.
47)
liet was dan ook mei dit idéé, dat hij alle
salons betradhij zocht er een blondine waar
hij dolverliefd op kon worden. Maanden vers
liepen, zonder dat hij daarin slagen mocht;
maar dat neemt niet weg, dat hij zich toch
genezen waande.
Op een dag, dat hij de rue de la Paix door
ging, om een. visite te maken, merkte hij, dat
•hij. zijn handschoenen vergeten had. Hij .trad
binnen bij den leverancier uit zijn goeden
tijd.
Nog slechts enkele minuten zal hij daar ge-
werst zijn, toen een coupé voor de deur stil
hield, waarvan het portier werd opengedaan
door een lakei in kastanjebruin livrei. Het
volgend oogenblik kwam een oude dame
plechtstatig den winkel binnen, gevolgd door
een jong meisje. Die oude dame was gravin
de J nines; haar kende Lionel immers niet.
Het jonge meisje had hij echter herkend, eer
hij nog haar gelaat gezien had.
Al zijn bloed vloeide opeens naar zijn hart
terug; hij had wel duizend mijlen ver willen
zijn. Maar, daar dit voor het oogenblik im
mers een onmogelijkheid was, trok hij zich
wat moer in het magazijn terug, in die hoop,
klaar zou zijn,
dal men wel gauw
Tocli vergiste hij zich daarin Madame de
Juines had era lastige hand en was boven
dien niet gemakkelijk in haar keuze. Made
moiselle de Saligneux, die dit wel wist, nam
plaats en ging een krant zitten lezen, die
haar lakei voor haar gekocht had aan een ki
osk-
Lionel had zijn handschoenen nu aan en
betaald had hij ook, zoodat hij niet veel an
ders meer kon doen dan heengaan. Ongeluk
kigerwijze zat Mademoiselle de Saligneux
er randen om te borduren. Zoo zcefct die kunst
vlijt nieuwe succesvolle wegen om wat moois,
karakteristieks en toch niet al te kostbaars te
produceeren. Op het gebied van aardige,
smaakvolle lampekappen. ten deele uit dure
zijde, ten deele uit goedkoope ersatz stoffen,
kan men evenals op dat van ersatz-gordijnen
met leuke motieven, te kust en te keur gaan.
„Ersatz" is niet altijd zoo verschrikkelijk,
wanneer ze slechte dóór een meesterhand
smakelijk gemaakt wordt. Daarentegen zijn
er andere dingen, die een mensch wel eens
treurig stemmen, die bewijzen, dat de goede
smaak nog geen eigenschap is, die de groote
massa bezit. Ik kwam b.v. bij eeni bekenden
Berlijnschen uitgever, die zijn boekje op de
Leipziger Messe heeft. Zijn firma werkt
voornamelijk in het reproduceer» van schil
derijen en heeft daarin ook het hoogste gege
ven, dat mogelijk is. Ze gaf echter ook prent
briefkaarten uit. Onder deze was er één, een
slappe nabootsing van een bekende Engelsche
plaat, waarop een sportjongeling een dito
vrouwelijke schoonheid in de armen houdt en
in de oogen staart. Op de Duitsche briefkaart
is de attractie, die de Engelsche plaat had,
verdwenen. Er is alleen een erotische trek in
gebracht. Toch heeft deze briefkaart zooveel
winst afgeworpen, dat de gelukkige uitgever,
zooals hij mij vertelde daarvan een prachti
ge villa aan de „Wannsee" gekocht heeft. En
nog steeds verkoopt hiji zijn briefkaart bij tien
duizenden op zijn minst, Niet omdat deze
man geen smaak heeft, doch om der wille van
het Jtciete gelc.l, levert hij deze prad'iirlm Zoo
is de wereld sedert vele jaren ook «et mém
goedkoope Duitsche artikelen overstroomd
en liet buitenland meent dat de „articles Ba
ches" het karakteristieke van dén slechten
Duitschen smaak der produceerenden te. Men
dejukt, dut de Amemaausehe geldiunkerij,
die in Duitschland ook waai' te nemen was
op ieder gebied, een normaal Duiteeh ver
schijnsel is. 'Dat is geenszins het geval. Mem
zai zien, dat het Duitsche ,,mussa-wtikel"
niet meer de schrik der met smaak behepte
wereld behoeft te zijn. Men zal xton, dat
Duitschland nu meer en meer zal gaan stre
ven naast kwantiteitsartikelen in de allereer
ste plaats kwaliteitsartikelen aan de markt te
brengen.
Zelfs de uiterlijke verandering, die de
Leipziger Messe ondergaan' heeft, werkt
daarin mede. Men is begonnen de verschillen
de takken van industrie zooveel mogelijk bij
elkander te leggen. Het was ook wel noodig.
Leipzig bezit een kleine veertig z.g. Mess-
laste, waarin een Btikkene-annospheer
eerscht en waarin dichte drommen measdiea
langs elkander schuiven m wringen, trap m
trap af, zaal in zaal uil, straat m straat uit.
Wat lag er dan meer vw de hand, dan dat
men iedere industrie dicht bij elkander legde,
zoodat de buitenlander en vreemde niet aan
het oplossen van puzzles hoeft te gaan. om
een paar tentoonstel (nigra van één artikel' te
bezoeken. In het laatste jaar is deze concen
tratie ten uitvoer gebracht. Men heeft dus nu
een Papier-messe, een schoen eni leer-benrs,
een technisch paleis, een tentoonstelling voor
bureauartikelen, voor sportartikelen, een ten
toonstelling voor bouwstoffen, een reclame-
eu een modelij en ontweiptenioonstel 1 ing. Het
heeft laag geduurd voordat het tot deze con
centratie komen kon. De tentoonstel Iers zelf
waren ertegen. Ze beweerden, dat het voor
hen even vervelend was naast hun concurrent
te zitten, sla voor de Manten om van een
ouden leverancier naar zijn concurrent te loo-
pen Daarentegen waren" een deel van de
nieuwe industrieën zelf van oordeel, dat een
tezamen brengen op één plaat» wenkchcilik
was voor kooper en verkooper. Vooral de tech
nische industrie is steeds sterk voor de aan
eensluiting geweest, die nu dan ook geheel
bcfeikt is, Het te of men door machinehallen
en werkplaatsen wandelt. Daar is een soldeer-
machine, Iets verder een electrische boor,
Ïinds een metaalsnijmachine aan het werk,
irijfriemeu snorrene vonken spatten, de
lucht van olie en stof verplaatst den bezoeker
in eens in het rijk der machines. Alle nieuw
tjes worden met belangstelling gadegeslagen.
Natuurlijk wordt men in de tecEnisdie afdee-
ling heel sterk in het rijk der surrogaten ver
plaatst, Kijk eens niet wat meer aandacht,
dan krijg je werkelijk al heel gauw het gevoel
met surrogaat te doen te hebben, dat lang
zal Mijyen,, tenzij het te vervangen meraal in
de toekomst even goedkoop gaat worden. Men
heeft op dit gebied onder den druk der oor-
logsnoodzakeiijkheid natuurlijk werkelijk be
langwekkende uitvindingen gedaan. Het
slecht geleidende ijzer, dat tevens zoo moei
lijk te bewerken en zoo licht roeatbaar was,
vlak bh de deur en hij moest dus wel langs
haar. Dit deed hij dan ook met opgeriditen
hoofde en met de oogen afgewend, ofschoon
hij toch, toen de winkeldeur achter hem dicht
ging, wist, dat zij hem had aangekeken en
dat het blad, waarin zc zoo ijverig zat te stu-
deeren, juist datgene was waar hijaan mee
werkte en waar een artikel van hem in stond,
waar hij zelf zeer tevreden over was.... Ook
wist hij, dat men zich dikwijls genezen
waant, als men dit in waarheid.toch niet is...
Den volgenden dag ontving Lionel een
brief van den heer Pointal, bij wien hij nu
geregeld eenmaal 's weeks dineerde. De nota
ris schreef, dat hij op hem rekende voor den
volgenden Maandag en hij voegde er bij
Bij uitzondering en ik hoop, dat je
dit niet onaangenaam is, zullen wij eens on
der vier oogen zijn; nu moet je mij niet in
den steek laten, want ik dineer niet graag al
leen".
Lionel was precies op tijd. Aan tafel be
sprak men de vragen van den dag en was het
daar niet altijd over eens. Na het dinér ver
zocht de heer Pointal zijn gast. om hem te
de rue Pontnieu, waar een
vergezellen naar de rue
dringende zaak hem riep.
„Op de Champs Elysce
ip de Champa Elysees zullen we ons si
gaartje rooken", sprak hij, „en het bezoek zal
zoo lang niet duren, dus dan kunnen wij den
avond besluiten in net een of ander theater,
ik gevoel mij bijzonder jong en opgewekt en
heb lust 't er eens van te nemen."
Zoodra ze beneden aan de trap stonden,
vatte de notaris ons jongmcnsch bij den arm,
zoodat hij niet meer ontsna
mappen kon, en zei:
fë hebt haar nog niet vergeten?"
„Wie bedoelt u?" vroeg Lionel op stroe
ven toon, en terwijl hij met geweld zijn arm
trachtte los te maken. „We hadden immers
afgesproken, dat u daar niet meer op terug
zoudt komen?"
„Ja, beste jongen, maar één ding moet ik
]c nog beusch eens vragen. Is dat nu wel ver
standig; Je ontmoet haar in oen winkel en
kon natuurlijk niet het koper en messing ver
vangen Zink wordt bij bepaalde temperatu
ren te bros en dus moest men zoeken tot men
vond. En men beeft gevonden. De bekende
„Allgemeine Electxicitatsgeselischaft" steekt
zijn werk met surrogaat-materiaal niet onder
stoelen en banken, integendeel zij geeft- "°1"-
genheid de vredesfabricatie naast de oor
prestatie te zien. Men hoeft geen kat in
zak te koopm. De hecle tentoonstelling van
surrogaatmetaleu in machine» verwerkt, ver
langt bijna een boekdeel wanneer men dat
ecus in finesses zou willen beschrijven. Voor
mij persoonlijk hadden de andere afdeelin-
gen, o. a. van bekende porceLeui-fixma'e, meer
attractie. De leveranciemogelijkheden waar
aan de bekende firtna Rosenthal in den oor
log leed, heeft niet belet, dat ze met een reeks
schitterende modellen van bekende kunste
naars den kooplust, ook van den niet-koop-
man prikkelt. Overal is er iets interessants,
overal krijgt men oograblikken. waarin men
zegt. zoo moet liet buitenland Duitschland en
Duitsche prestation leeren kennen, onj te be
grijpen, dat men hier behalve oorlogvoeren
en revolutie maken nog betere specialiteiten
heeft. De Duitsche industriëlen, de kooplui,
de leiders van de groote jaarbeurs zijn groot-
scheepsch. De groote schuldenlast die
Duitschland drukt, zal er hen niet toe bren
gen ten krenterige politiek te drijven. Ten
toonstelier en kooper krijgen/ de meeste faci
liteiten, die men zich denken kan. Men re
gelt niet alleen de werkelijke zaken goed, men
regelt alles. M«m «laaf er den vreemdeling
ai. Er wordt voor hem opgedischt, alsof niet
.eel Duitschland hongerde. Terwijl'een poli
tieke strijd achter de schermen zich afspeelt,
is Leipzig zoo rustig, dat men niet aan de
mogelijkheid van een revolutie denkt. Terwijl
Dudscliland vijf jaren in wereldgebeurtenis
sen leefde, die alle» deden sidderen, kan da
vreemdeling er nieuwe gebouwen bewonde
ren^ die sedert oorlogstijd uit den grond ver
rezen zijn. bijv het cultuur-museum en de
Duitsche bibliotheek. En wil men 's avonds
ergens naar een vermakelijkheid, dan heeft
men b.v. gelegenheid een opera te zien, waar
van de opvoering een evenement ia. Werkelijk
de „Fliegende Hollander" kan in een Bai-
miith-opvoering niet overtroffen worden.
Vijftien tot twintig keer werden de hoofd
figuren Plaschke, Barbara Kemps en Paul
Knüpfer onder donderend applaus op het
tooneel teruggeroepen.
De bezoekers van de jaarbeurs te Leipzig
zullen met bewondering den' goeden wil en
het groote moeten waanieeren, dat Duitsch-
land nog aan alle zijden aanbiedt. Zoo amu
sant als in vredestijd, was. de Leipziger messe
nu nog niet. Wel was een beetje van het dwa
ze reclame bedrijf in de straten teruggekeerd,
dcch dat was met zooveel en eigenlijk ook
minder hinderlijk dan vmegef. Niettemin
geloof ik dat de negentigduizend kooplieden
uit alle oorden toch wel ieder wat van hun
gading gevonden «tillen hebben en dat ze de
gastvrijheid van het revoluitionnaire Duitsch
land evenzeer als de vroegere hebben leeren
schatten. J. A. v. H.
En daar heb ik me nu zoo waar door het
laatste gedeelte van het artikel in het num
mer van de vorige week het ongenoegen op
den hals gehaald van den heer v. Hteugten
Dat spijt me..... voor hem. Hij vertelt, dat ik
den Alkmaarschen bloemisten een briefje van
anbekwaamheid geef, maar ik kan die verkla-
belangrijknwer zal worden gevraagd dan in
ïr van Hei
eugten te
bloemist
a" het dan ook eenigszins van den theoreti-
en kant, toen heb ik me wel eens afge
vraagd, wat ik den menschen, die gedurende
hun geheele leven in het vak waren geweest,
nog zou kunnen leeren. Ik had altijd te mid
den van land- en tuinbouwers gewoond, ik
was om zoo te zeggen, tusschcn boerekool
en spinazie opgegroeid; ik had jaar in jaar
uit gezien, hoe de menschen van het vak die
dingen uit den grond tooverden; wat zou ik
ze nog wijs kunnen maken. Later bleek me
evenwel, dat er ook voor vaklui op dat terrein
nog heel wat te leeim valt. De metste erken,
uen dat dan ook wel, eu in heel veel plaateen
zien we de tuinlieden dan oök gretig gebruik
maken van cursussen, waar hun de gelegen
heid wordt gegeven, Imu vak ook eens van
den theoretisclien kant te bekijken. Als voor
beelden zou ik kunnen noemen Amsterdam,
Naarden-Bussum en Hilversum, waar op het
gebied van bloemisterij en tuinaanleg zeker
doet net, of je haar niet herkent?"
„Heeft ze zich bij u beklaagd?"
„Neen, maar zij neefl haar verwondering
te kennen gegeven En zou dat nu zoo erg
zijn geweest, als je haar gegroet hadt?"
„Spreekt u haar dan en heeft u de eer haar
vertrouwen te genieten?"
„Sedert cenigen tijd. Ik zal je vertellen
Je moet even naar mij luisteren. Ik wou je nu
zeggen, dat drie maanden geleden haar
oudoom, markies de Virevieille, aan een be
roerte is gestorven. Zij is toen naar Parijs
moeten gaan, eerst om tegenwoordig te zijn
bij de begrafenis, en toen om de nalatenschap
te aanvaarden, die ik onder mijn berusting
had en waardoor je dan wel begrijpen kunt,
dat ik nogal eens in de gelegenheid was haar
te spreken. Het waa een vreemde man, 'die
markies de Virevieille; evenals je vader had
hij óók zoo zijn idee! Zijn achternichtje had
hij inrtig lief en door haar vader werd zij ten
gronde gericht, beweerde hij altijd. Hij
nad haar tot universeel erfgename benoemd,
en, opdat de erfenis des te meer de moeite
waard zou zijn, leefde hij maar heel zuinig,
om niet te zeggen armoedig, waardoor hij
meteen geen last had van menschen die hem
geld te leen kwamen vragen."
„Stel je nu voor de verbazing van den ba
ron en van ieder ander, toen, na aftrek van
de kosten, mademoiselle de Saligneux zich in
het bezit van ruim een millioen verheugde:
of duidelper gezegd: van vijfduizend pond
rente."
„Goede Hemelriep Lionel.
„Maar ook haar brengt de fortuin geen ge
luk. Integendeel: ze is nog nooit zoo onge
lukkig geweest als hu."
„Wat hindert haar dan?"
„Zoo, zoo, mijnheer wordt nieuwsgierig!"
„Mijnheer Pointal, spreek dan liever van de
koersnoteering of waarvan dan ook, en ik
zweer u, dat dit alles mij veel meer interes
seert"
„Hoor toch een» wat een grootspraak I
Alkmaar. En uu kefmt de heer
Alkmaar verklaren, „dat wij
misschien een enkele uitgezonderd, heel g<
weten, hoe wij een bloemheester moeten be
handelen, om er het mooiste effect van te heb
ben." Voor hen, missch ien, eèn enkele
uitgezonderd, valt er dan in dit opzicht niets
meer te leeren. 't te waar ook, van Alkmaar
begint immers de victorie. Wie lacht daar?
En nu hoop ik, dat de lezers van dit artikel
de moeite eens willen doen, een kleine wande
ling te meken. Vooraan in de Wilhelmina-
laan, rechts vatf*den weg, zal u dadelijk een
heester in 't oog vallen, aie overdekt is met
gele bloempjes; 't is een lust voor de oogen
Era als ge nu een kijkt in de tuintjes vooraan
langs den Kenn^merstraatweg, dan ziet ge
daar waarlijk ook een paar staan; maar ge
moet goed zoeken, anders vindt ge ze niet,
en moois is er ook volstrekt niet aan't zijn
verminkte exemplaren. Als ge aan 't vergelij
ken gaat, zult ge dadelijk moeten erkennen,
dat die heesters volstrekt niet in zoo'n tuintje
behooren, als men ze tenminste tot het ge
noegen wil hebben, dat men er van hebben
kan. En nu wil ik toch wel een kwartje tegen
een cent verweddep, dat de Forsythia, zoo
heet het heestertje met zijn gele bloemjea, in
dat tuintje is gekomen op initiatief van den
tuinman die dat tuintje neeft aangelegd; de
eigenaar van den tuin zal als gewoonlijk wel
den lijdelijken rol daarbij hebben gespeeld.
Ik zou dat voorbeeld met verscheidene andere
kunnen vermeerderen.
Doch ik wil de schuldvraag geheel op zijde
zetten; ik beschuldig niemand; mijn bedoe
ling is gewest, verbetering te brengen in be
staande toestanden, en ik geloof, dat we, ook
door het schrijven van den heer van Heugten,
op den goeden weg zijn gekomen. De aan
dacht is daardoor op de zaak gevestigd en als
iedereen, die er belang bij heeft, zijn oogen
open doet en van goeden wille is, dan kan er,
zeer tot genoegen van kweekers en bezitters
van tuintjes, heel wat verbeterd worden. En
ook den menschen, die dagelijks deri.
tuintjes moeten pnseeeren, kan heel wa
uoegen worden gedaan.
En nu waag ik het er op, eenige wenken te
geven, die men in acht heem te nemen bij den
aanleg en het onderhoud van kleine stads
tuintjes, indien men daarin heesters wenaeht
te planten Deze wenken zijn dan voorname
lijk bestemd voor de eigenaars van die tuin
tjes. De bloemisten te Alkmaar hebben ze niet
noodig, want die weten alles wel, misschien
een enkele uitgezonderd. Het personeel van
die bloemisten kan er ook iets aan hebben,
want die weten alles nog niet, wat ik desge
vraagd gaarne met tal van voorbeelden wil
aantoonen.
1. Let in de eerste plaats op het gebruik,
dat ge van uw heesters wilt maken. Moeten
ze dienen voor afscheiding of beschutting van
uw terrein, kies dan daarvoor de soorten, die
er speciaal voor gebruikt moeten worden. Er
is keuze genoeg, ik noem slechts Liguster,
meidoom, haagpeuk, els. Thuya. Voor den
snoei van deze mag de heggeschaar worden
gebruikt.
2. Schaft ge sierheesters aan. dan moet bij
het snoeien daarvan het gebruik van dit in
strument beslist worden verboden.
3. Plant in uw tuintje zoo weinig moge
lijk exemplaren, in den regel staan er veel te
veel; dat is alleen maar goed voor den kwee-
ker en voor den bloemist,
4. Houd bij de keuze van de heesters reke
ning met de grootte van uw terrein. Tal van
heesters moeten, als zij zullen geven, wat zij
kunnen geven, een ruimte hebben van IV2 h
ge-
2 M. in. het vierkant, zij deugen dus volstrekt
niet voor een klein tuintje. Zij moeten dus
erg ingekort worden en daarmede snijdt ge
juist het mooie van den heester weg. Laat ge
zc groeien, dan belemmert ge uw uitzicht of
dat van de buren, en dat laatste schijnt vooral
in Alkmaar gevaarlijk te zijn. De Alkmaardera
schijnen nog al gauw naar de politie te Loo-
pen, Mijn buurman stuurde mij den Vorigen
zomer de politie op den pa! ft, omdat mijn
vrouw wegens het karige gasranteoeu een
kacheltje als een stoof zoo groot, in den tuin
stookte, om onze veenaardappela zoo'n beetje
gaar te krijgra. De man hact er volstrekt geen
last van; van het stoken bedoel ik, maar
hij wilde dat nu eenmaal niet hebben
Nu kunnen sommige van deze heesters
door een doelmatige snoei wel zoodanig in
bédwang wprden gehouden, dat ze niet zoo'n
grooten omvang verkrijgen, doch beter is het,
exemplaren aan te schalk
ruimte cischen; er zijn er genoeg.
ifen, die niet zooveel
Waarom je nu onverschilliger te houden, dan
je bent? Als mademoiselle de Saligneux in
waarheid niets voor je was, dan zou je haar
wel herkend hebben in den handschoenen
winkel."
„Maar waarom blijft u toch maar steeds
van haar praten?" riep Lionel driftig.
„Omdat ik geen onrechtvaardigheid dulden
kan en ik zeker ben, dat je die allerliefste
jongedame vergeven zult als je hoort, dat zij
evenzeer te beklagen is als jij. Men wil haar
absoluut uithuwelijken aan een man, waar zij
niets mee op heeft: aan graaf de Préval.
Haar vader heeft kennis gemaakt met dien
kwast in St. Petersburg, waar hij gezant
schapssecretaris was, maar zich intusschen
gruwelijk verveelde. Bij gelegenheid, dat hij
met verlof naar Parijs ging, ontmoette hij
daar weer den baron, die hem van de erfenis
vertelde. Als voorzichtig nian kwam de graaf
toen allereerst eens naar mij toe, en, nadat hij
zich voldoende op de hoogte had gesteld, liet
hij zich aan de erfgename voorstellen, werd
verliefd op haar en vroeg haar hand. Een
mooie naam, een goede positie, fortuin, een
aangenaam uiterlijk, een jjroote mate van zelf
bewustheid, wat wil Tc meer Die man is
Ie de Saligneux
lereerete voor
immers een schitterende parti
Ongelukkig wil Mademoise
niets van hem weten» Als al
waarde heeft ze gesteld, dat men haar drie
maanden met rust liet na den dood van haar
oudoom, aan wien zij wel zeer gehecht was
Die rouwtijd is nu voorbij Oraaf de Préval
heeft zijn aanzoek herhaald, en, daar hij het
er zeker voor hield, dat ik wel eenigen in
vloed had op mijn cliënte, heeft hij getracht
mij voor zich te winnen. Je begrijpt, dat Ik
daar niet voor te vinden was; maar den baron
heeft hij op zijn hand Het arme kind wordt
dus voortdurend gekweld, achtervolgd, be
rispt en vermaand; voor die laatste wijze van
onderhouden zorgt voornamelijk haar tante.
Ken je Gravin de Juines?"
„Neen; en ik kan ook niet zeggen, dat ik
5 Men kan de aierheeatem indeden in ver
schillende groepen, er zijn er a. die gebruikt
worden voor de bedekking van muren of
schuttingen of voor onderbeplanting tusschen
hoog opgaande booraen, men noemt ze dek-
heesters, b., die fraaie bloemén voortbrengen;
c. die men houdt om hun fraai gekleurde
vruchten; d. heester# met gekleurde of bonte
bladerene. die meer geschikt zijn als alleen
staande planten, enz
De onder b. genoemde cischen nog even
onze bijzondere aandacht. Deze heestens
bloeien niet op denzelfden tijd en juist daar
door kunnen ze ons het geheele jaar door ge
not schenken. Er zijn er onder, die in net
voorjaar bloeien, zelfs vóór de bladeren, an
dere bloeien in den zomer, weer andere in
den herfst. De voorjaarsbloeiers geven hum
bloemen meest op het éénjarige hout, dat zijn
de takken, die den vorigen zomer zijn ge
groeid. Het komt er dan maar op aan, zoo
veel mogelijk van die takken te zien te krij
gen. Dat is niet moeilijk. Ate men een bloeien
de tak bekijkt, ziet men aan het onderste ge
deelte nieuwe scheuten ontstaan. Na den
bloei moet de twijg tot op zoo'n paar scheu
ten teruggesneden worden; dit moet onge
veer midden. Juni plaats hébben. Die jonge
scheuten ontwikkelen zich dan tot twijgen,
die het volgende voorjaar weer bloemen
wejjpe
gedeelte in zijn geheel
en omen.
ecstcra, die op het oude hout bloeien of
die men houdt om de schoon gekleurde blade
ren, moeten in den winter uitgedund worden
door het bij den grond wegnemen van de
oudste takken. Onder de late bloeiers zijn er
enkelen, die in het voorjaar bijna met den
grond gelijk kunnen worden gemaakt. Bij
sommige moet men er om denken, dat slechts
uit bepaalde oogen of knoppen scheuten voor-
ge'
Het spreekt van zelf, dat een zoo belang
rijk onderwerp niet in zoo'n kort bestek a
komen, die bloemen geven,
:t v
m *p
dit afgehandeld kan worden; de leek heeft bc-
Eaald voorlichting noodig van den vakman
)at is in Alkmaar geen bezwaar, want, de
bloemisten enz. misschien een enkele utt-
;ezoaderd." Hoe wordt ge nu gewaar, wie
ie enkele ia, want ge wilt niet graag juist
bij hem terecht komen. Dat zal wel gaan. Ik
stel me voor, dat de eerstvolgende vergade
ring van dc vereeniging van bloemisten in
Alkmaar zich zal verheugen in een voltallige
opkomst van de leden, en dat de heer van
eugten op die vergadering gesommeerd zal
worden, nu maar eens precies te zeggen, wte
hij met die enkele bedoeld beeft, want ik vind,
dat de goede naam van alle leden wel eenigs
zins in gevaar ia gebracht door die uitdruk
king.
Ik laat aan' den onpartijdigen beoordeelbar
over, in hoeverre bij den aanleg en het onder
houd van tuinen in Alkmaar en omgeving
voldaan is aan de eischen, die Uc boven in *1
kort heb opgenoemd.
Ten slotte geef ik voor den belanghebben
den lezer titel enz. aan van een werkje waarin
het onderwerp meer uitvoerig is behandeld,
K. Post. Over het gebruik en de behandeling
onzer bloem- en bladheesters, voor liefheb
bers en vaklieden. Uitg. H. J. de Boer, Baarn
Natuurlijk zijn er meerdere
AAN DE DAMMERS!
Met dank voor de ontvangen oplosmngeo
van probleem 545 (auteur JL Bergier)
S f a n di.
Zw. 15, 19, 28, 36, 38 en dam op 10.
W. 11,21,25, 27, 34, 45, 46, 48..
Oplossing.
1. 46-41 1, 36:47.
2. 48—43 2 38 49.
3. 25—20 3. 15 24
4. 27—221 4. 49:40 (3 ach.)
5. 22:331 5. 47:29.
6 45
Jammer dat de dam op 10 als zoodanig
geen dienst doet.
Goede opl. ontvingen wij van dé heeren:
W. Blokdijk, R. W. T. Bosman, P Dekker,
D. Gexling te Alkmaar, P de Groot, War-
manhuizen, H. E. Lantinga, Haarlem.
UIT DE PARTIJ.
Zondag jjl. werd' de eerste ontmoeting ge
speeld' tusschen „V. A. D. en Constant" om
het clubkampioenschap van Nederland. V. A
D. won met 119. 't Heeft er anders gespan
nen. Zelfs de Haas had het ditmaal heel
bijzonder op kennismaking gesteld benl"
„Daar heb je gelijk in. t Is een vrouw,
die het leven als een boetedoening beschouwt
en zich kastijdt op den rug van anderen. Ze
kan haar nichtje niet goed uitstaan en maakt
die nu op alle mogelijke manieren het leven
onaangenaam. Zij heeft zich vast en zeker
voorgenomen, dat ze haar zal uithuwelijken
aan aen heer de Préval, waar ze erg veel mee
op heeft, zonder dat zij hem ooit nog zag,
want ze was niet op Saligneux, toen Hij zich
daar kwam voorstellen. Zij verwijt den ba-
ron. dat hij niet doortastend genoeg is in die
zaak; dat hij zich niet weet te laten gehoorza
men. Ik kan die kat niet uitstaan en met ge
noegen zou ik haar eens een flinke poets spe
len. Wat verbeeldt zij zich wel! Zij is mij
laatst komen vragen den graaf een dezer da
gen mee te brengen, in de hoop, dat haar
nichtje, aldus in 't nauw gedreven, niet
„neen" zou durven zeggen, waardoor zij die
dan haar toestemming als 't ware zou afper
sen. Höudt zij mij soms voor een huwelijksr
makelaar? Bovendien heb ik mijn heele loop
baan door altijd partij getrokken voor
jeugd en de onschuld; dus ben ik ook zoo
gauw mogelijk Mademoiselle de Saligneux
;aan waarschuwen voor den strik, dien men
aar spande."
„Daar hebt u toch niet goed aan gedaan,
mijnheer Pointal. U moet niet zoo licht aan
de onschuld en de jeugd geloovcn. Ik voor
mij ben overtuigd, dat graaf de Préval juist
de geschikte partij is voor Mademoiselle de
Saligneux. Helpt u nog maar een handje,
dat ait huwelijk gauw tot stand komt; ze zal
er u zeker hpel dankbaar voor zijn."
„Kalm aan wat! Hoewel ze mij volstrekt
niet in haar vertrouwen genomen heeft, kwam
het mij toch zoo voor, aat iemand in baar
hart een teedere herinnering en geheime voor
keur heeft achtergelatenHeb je zelf ml)
vroeger al niet eens van een zekeren Théodon»
gesproken, die zoo goed bij haar moest aan
geschreven staan?"
(Wosdi wwofgdL)
n M
lilt het eigenlijk juister
hier in het Duitsche handel»- en induatrieele
leven zoo duidelijk tot uitdrukking komt,
overtuigt meer dan ooit, dat Duitschland een
nieuwi'n relatieven bloei tegemoet kan gaan.
Wat een goede wil, een energie, een streven
en pogen, wat een roeien met; de slechte rie
men, die men heeft om tegen den stroom der
eindelooze moeilijkheden op te komen. De
Leipziger Messe is voor mij een openbaring
geweest. O, ik weet, straks-zullen er vijfhon
derd Ncderlaiulsche handelslieden, die in een
bij zonderen trein naar de Leipziger Messe
gereden zijn. naar hun steden en dorpen te
rugkeren, Ze zullen alle mogelijke gunstige
en ongunstige dingen over koopwaar, over
het teven in Duitschland1, de levensmiddelen
etc. fcrfellen Ze zullen ook vertellen, hoe
arm men in Duitschland geworden is, hoe de
kinderen uit de bezittende klasse, een stuk
chocolade, een sinaasappel als een echat be
schouwen. Ze zullen weten te verhalen van
een zekere gedrukte stemming, die b(j velen
waar ite nemen is, en wél om zeer begrijpelijke
redenen. De ééne fabrikant heeft getob mei
werklui, 'n ander zit niet de kolen®westie in
het nauw; een derde sukkelt met beide en een
vierde mat de grondstoffen, die hij; direct
noodig heeft.
uucii m:ici 1» nt;i,