Eu hi ui HÈ. sr Vraag en Aanbod S f. Honderd Een en Twintigste Jaargang. Zaterdag 9 Augustm Een eerste liefde FEÜILLETON. «8« Humoreske door RALPH SPRINGER. (Nadruk verboden). Ze stapte in aan een halte op den Konin ginneweg. Gerard zag haar en was ver liefd. Dat hij verliefd was, begreep hij! eigen- Hij lachte haar toe met de betrekkelijke vrijmoedigheid van een zestienjarig „half back" bij- een volontairs-elftal. En zij lachte vriendelijk terug, want haar gezichtje stond juist naar lachen. Hij stond, zat, perplex. Die glimlach was een uitdaging en dan nog twee kuiltjesin haar wangenHoewel er in den wagen nog wel plaats was voor een half dozijn jonge dames, schoof hij heel bereidwillig op zij, zoo dra ze haar wijsneusje naar binnen stak. Ze glimlachte nóg eens en bedankte hem zóó vriendelijk, dat-ie er van bloosde. Ja hij bloosde. Ze keek hem er op aan en toen bloosde hif juist. De conducteur maakte een1 eind aan zijn verlegenheid, door hem de tramnota onder den neus te duwen. Hij was daar dankbaar voor, zelfs zóó dankbaar, dat hij den man een sigarette aan bood. Ik rook die dinge niet 't is allemaal papier, zei de man, maar ik zal 'm beware voor m'n jongen. Rookt u alleen sigaren? vroeg Gerard nu. I lij begreep drommels goed dat ze hem nu in het oog hield, of hij wel een' mannelijk gesprek kon voeren. Alsjeblieft! antwoordde de conducteur eenvoudig en hield zijn hand vooruit om de sigaar in ontvangst te nemen. Ik nooit, zei Gerard nu bedremmeld, Wijl hij de geste bemerkte. Dan tastte hij inwendig zuchtend in zijn vestzak en gaf den man een vierkant Stuivertje. 't Is mooi weer vindt u niet? wierp hij een beetje later r.en1 vischje uit. Het meisje verstond hem niet goed en' dacht dat hij wat van den conducteur zei. Dat moet u niet zeggen, verdedigde ze hem dadelijk; voor dames is hij' erg beleefd. Gerard had een ingegroelden hekel aan alle misverstanden. Ik had het niet over den conducteur, zei hij snel. iets luider. Roept u mijnheer? vroeg deze. Ik neel O neemt u me dan niet kwalijk 11c dacht dat u er af moest. Juist stopte de tram aan een halte tegenover een comestibleszaak. Ik dacht juist of ik moest het mis heb ben dat u in dien winkel moest zijn. Loopt u niet met de mand? Naarmate dien dag de middag naderde verflauwde haar beeM meer en meer in zijn droomen, om plaats te maken voor zijn dikken norschcn patroon. Deze vroeg hem om de mi nuut nijdig, waarom bijl dien morgen zoo laat was en de jongste klerk, zijn eenigste on derdaan, stelde zich verschrikkelijk mal aan, zoo'n pret had hij. Overigens leverde de dag hem geen ver rassingen. Alleen trof hij' het in den namid dag, dat hij! sprong op de tram, waar de conducteur van 's morgens ook was. De man moest bepaald een vooroordeel tegen hem heb ben, want hij) bood hem een kaartje aan op een wijze, als was hij er van overtuigd dat hij een' slippertje wou maken. Van het meisje geen spoor. Vóór zijn gelukkige ontmoeting had hij haar welis waar nog nooit gezien, maar de gedachte had zich in zijn hoofd vastgezet, dat zij in de buurt meest wonen en dus wel gebruik zou maken van lijn 2. Hdji hoopte eenige dagen lang op het toe- il, dat ongetwijfeld Wel zou begaan'zijn met zijn lot, maar het bleek er koud voor. En dat, niettegenstaande hij sterk naar haar verlang de en haar in zijn jong verliefd brein bekoor- lijkheden en talenten ging toedenken, wier harmonie op onze planeet niet wordt aange- Door Charles Garvice. Vrij naar het Engelsch. 5) Het was het testament waarnaar hij ge zocht had. Hij stond met gebogen hoofd, de oogen op den grond gevestigd. Wat zou hij doen? Re gelrecht naar sir Ralph gaan en naar Con stance en zijn ontdekking mededeelen? Natuurlijk, dat moest hij doen. Hij was lid van het eerwaarde gilde der rechtsgeleerden, een man van positie in de wereld, in het graafschap tenminste, een eerlijk ja een eerlijk man. Natuurlijk moest hij bekend ma ken, dat hij het testament gevonden had. Maar als hij dat deed, daa was alle kans, Con stance eenmaal te bezitten, verdwenen. Ze zou een rijke erfgename zijn, even ver boven zijn bereik als vroeger. Een gevoel van macht deed hem trillen. Het hing van hem af of zij arm zou blijven en onterfd, zijn mindere in rijkdom, of de rijke erfgename worden van sir John Desbrook. Die strijd duurde een paar minuten; toen met een zucht want geen mensch stapt dc grens over die eerlijkheid van laagheid scheidt, zonder een plotselinge, folterende pijn stak hij het testament in zijn zak, zonk m den stoel neder waarin hij het had ont dekt en bedekte zijn gelaat met de handen. HOOFDSTUK III. Sir Ralph kam beneden om te dinceren. Hij jes gedekte keek het prachtige, oude vertrek rond, de net jes gedekte tafel met zeldzaam zilver en an tiek Engelsch ki istal en fijn tafelgoed met een glans van tevredenheid in zijn oogen en bij ging naar den stoel, toen hij zich mr. Cray- son herinnerde. „Komt mijnheer hoe heet hij ook weer tnfea, 1 Nu besloot hfj het noodlot te veredtaüsen. Nadat hij eenige dagen aaneen' op de minuut I af met dezelfde tram was naar kantoor ge- gaan, waarin hij haar had leereu kennen, ging hij zekeren keer met een vroegere. En toen dit niet baatte, waagde hij het er op en ging nu vijf minuten later van huis dan ge woonlijk. Natuurlijk was het noodlot behoor lijk op zijn hoede en waa zijn eenlg gesel schap In de tram, een oude dikke dame, die vlak over hem' ging zitten en in zijn gezicht keek en hoestte. Tot overmaat van ramp kwam er een malheur aan de motor. Hij moest het laatste eind loopen, ja draven, kwam een kwartier te laat en moest een ver schrikkelijk eatiritieke berisping van den „jongste" aanhooren waar alle heeren met genoegen naar luisterden. Hij had den jon gen graag op een rammeling getracteerd, maar die kreeg boksles van zijn oudsten broer en was verbazend kort van stof als het op slaan aankwam. Nd het toeval hem niet hielp en zich noj minder liet in de luren leggen, ging Gexar zich diep rampzalig gevoelen Waarom had hij ook niet kordaat gehandeld en het direct op een afspraakje aangelegd? Hij1 zuchtte en wiat drommels goed, waarom niet. Het had hem niets kunnen schelen eens op een avond een paar kwartjes met haar stuk te smijten maar de week was pas begonnen en hij moest nog zooveel dagent met zijn zakgeld toe. Nu er niéts meer aan te verhelpen was. speet het hem geducht en verweet hij zich dat liefde niet mag gepaard gaan met berekening. Maar toch was het te laat. Hij werd er droefgeestig onder, 's Avonds maakte hij zich onzichtbaar voor zijn vrien den en zwierf moederziel alleen door de stra ten van zijn stille buurt. Hij herinnerde zich waar zij1 was op de tram gestapt en ging toen berekenen in welke straat en op welk nummer ze ongeveer zbu kunnen wonen. Het was een moeilijke berekening waar geen eind aan kwam en die hem slecht seen opstopper op leverde van een jongen1, die met een meisje in een portiek te filosofeeren stond. Zekeren avond dreigde zijn zwerven ern stiger gevolgen te hebben. Hij had een wan deling gemaakt langs verschillende melksa- lons, dij znijs inziens nogal lekker ij^ schenen te verkoopen en had telkens zijn neus tegen de ruiten gedrukt in de stille hoop of vrees, van haar er te zien zitten met een ander jongmensch. Toen hij terugkeerde her haalde hij hier en daar zijn manoeuvre. Bij Sm Boast® i&w «r-SiEte, dos Sla Al» hij. haar ooit op die risico zou moeten terugvinden, vond hij haar liever nooit weer. Bang was hij niet en tegen een behoorlijk par tijtje op „de mat" zag hij niet op, maar om op een zomerschen avond zijn leven te wagen op een «tuk land aan het eind van de wereld, daar griezelde hij1 wel voor terug. Dus zag hij van nachtelijke tochten voort aan af en probeerde hij haar uit zijn hart te bannen. Dat ging echter niet zoo gemakke lijk. Als zij nu maar niet zulke lieve lachende oogen bad gehad, of als zij niet zoo duidelijk had laten merken, dat ze hem wel mocht lij den, of..., Alles, alles wat hij aich van zijn ontmoeting met haar herinnerde, overtuigde hem, dat zij voor hem en hij voor haar was bestemd en dat hij haar nooit zou vergeten. Onverwacht ontmoette hij haar weer, toen hij er het minst op hoopte en zich er heel niet op had voorbereid. Het gebeurde in het Von delpark, tijdens een Vrijdagavondconcert. Zijn I C31R882 T£ btj FERNHOUT. P 12 OMVAL (Niet op Zondag). Voor Ouderwetsche MEUBEÜS. STOE LEN, TAFELS, OMSLAGDOEKEN, SCHIL DERIJEN, enz., geef ik hoogen prijs. Brieven onder Tetter G 545, Bureau van dit Blad. HEEREN COIFFEURS. 1000 HAARSNÏJMACHINE S TE KOOP tegen 2,75 per stuk, bij dozijn minder. Te bevragen Stationsweg 190, Alkmaar. VERLOREN: Een ZWART ZIJDEN GEHAAKT TASCH- JE, met inhoud. Tegen belooning terug te bezorgen Verdronkenoord 22. KOOPT UW SCHOENEN in den GOED- KOOPEN SCHOENWINKEL en Schoenma kerij St. ANNASTRAAT 27. Uitsluitend NOÖRD-BRABANTSOH Schoenwerk. GvlUOU^U isiüutvd» een kwam er juist een paartje uit, terwijl hij naar binnen1 gluurde. De jongen keek hem verbaasd aan en wendde zich toen opgewon den tot zijn gezellin. 'Sien wat mof die jongen van je? Die het straks al naar je uitgekeken. Naar mijn? vroeg het mei; doch ze voelde direct het voordeeltje dat er in stak. Merk je dat nou meisje verbaasd, eltj Ze kijken pas? Ze kijken altijd naar mij. Dénk je dat jij de eenigste bent die letting op me hét? Je moest eens weten. Hij ook? vroeg haar galant wantrouwig. Hij en anderen, zei het meisje gemaakt onverschillig. Ga nu maar mee. De jongen, groot en1 robuust van vormen was zooals meer sterke mensdien, niet zoo vlug van begrip, hoewel hij zich toch graag in zekere vraagstukken verdiepte. Wacht es even Sien. zei hij, misschien waéht-ie wel op mijn. Hijl het hier ai een keer of zes naar binnen gegluurd. Vier maal, verzachtte zij, en hij keek heelemaal niet naar jou. Dan mot-ie me nou maar es flink aan kijken. Most je mijn hebben, jong? Gerard schrok op en ontstelde van die on heilspellende vertrouwelijkheid van den jon gen. Daar was de „jongste" zelfs geen por tuur voor. Nee nee weerde hij haastig af, ik ik Hij ging den anderen kant uit. maar de jongman hield, niettegenstaande de pro testen van zijn meisje, gelijken' 'tred met hem Wat moet u van me ik ken u niet, zei hij angstig. 't Is hier dicht bij, fluisterde de wraak zuchtige jongen aanmoedigend, een stuk land waar we even terecht kunnen. Niemand om ons tegen te houden - en ze wacht wel even op den hoek, Nu werd het hém te benauwd. HSJ keerde zich rap om en vluchtte de salon in, waar hij voor zijn laatsten stuiver een portie ijs ai 'k Heb alle tijd hoor ik wacht we! op je, schreeuwde zijn teleurgestelde aanvaller naar binnen en zette zich rustig op den raam, post. Na drie kwartier van angstig afwach- Cravson niet dineerejn? Ga het hem even vra gen", zei hij tot Hobson. Hobson ging en kwam gauw terug. „Mr. Crayson verzoekt of u hem wilt ver ontschuldigen, mijnheer. Hij heeft het zeer druk en zal in de bibliotheek iets gebruiken". „O best!" zei sir Ralph, en hij: zette zich aan den maaltijd. Het was een goed diner en best klaargemaakt; sir John had zijn kok uit de beste Londensche club laten komen. De wijn was even goed als het eten; Chatrau la Grange van een zeldzamen oogst, Bourgonje als fluweel zoo zacht, Pomtroy van 93. Alsof hij nooit van zooiets als jicht gehoord had, ebuikte sir Ralph van alle drie, soms leunde ij achterover in zijn grooten stoel en hield het wijnglas tegen het licht der waskaarsen in de massieve zilveren candelabres. Hij had een uitstekende digestie en zijn diner bracht hem in het best mogelijke humeur. Een flauw glimlachje krulde zijn nog al ernstigen mond. Wat een geluk voor hem! Hij bezat juist niets meer, was gevlucht naar Noord-Amerika, niet alleen om op de wolven jacht te gaan, maar ook om, zijn echuld- cischera te ontloopen, want hij zat.tot over de ooren in de schulden, speelschulden en and - re. En nu, precies twinii het verwacht had, was hiji éigenaar van he jaar voordat hi tuwowu mm, eigenaar van he groote landgoed Desbrook, én wat nog vee meer waard was voor een man van zijn posi tie eigenaar van het geheele groote fortuin van sir John. Hij dacht aan zijn nichtje en maakte dezelf de vergissing waartoe wij allen vervallen, als wij denken aan den leeftijd van andere men seden. Toen hij zijn nichtje Cottie voor het laatste gezien had, was zij nog heelemaal een kind; en hoewel hij had moeten weten, dat zij, evenals andere menachen, groot geworden was, dacht hij nog aan haar als aan een heel kindje! Natuurlijk zou hij haar edel moedig behandelen. Hij zou haar naar een kostschool zenden, ja, naar een heel voorna me school, ze zou een heele boel zakgeld krij gen voor baar kleerea en voor chocolade en noodlot wilde dat hij juist met behulp van twee vrienden een balf dozijn jonge dames stond het hof te maken. Wel trok hij spoedig een ernstig gezicht en stootte zijn vrienden aan, dat ze moesten groeten, maar het ware effect was verloren. Ze groette met een stijf knikje en haar vriendin keek hem zoo min achtend in het gezicht, dat hij er van kleurde. Toen hoorde hij een tergend gegichel Hij hoorde geen melodie meer in de muziek en de plagerij der meisjes verveelde hem. Dus wandelde hij maar naar huis in diepe droef geestigheid verzonken. Dat het nu juist zoo loopen moest. Natuurlijk had zij altijd op hem gepocht en hem opgehemeld voor haar vrien din en nu ze hem trof moest hij juist zoo'n klein figuur slaan. Hij verdiepte zich in ge schiedenissen van zelfmoorden uit onbeant woorde liefde, doch vond geen troost in ze. Twee dagen later kwam hij haar weer le gen, doch nu met een heer op leeftijd. Hij hield haar goed in het oog, om op het juist moment verabazend correct te groeten met hoed. lichte buiging en beleefd lachje. Maar op nat verbeid oogenblik keek ze juist een anderen kant uit en was het resultaat van zijn correcten groet, dat de heer hem verdachi van ongepaste joligheid of nog erger, en hem een heel eind verontwaardigd naoogde. Het noodlot scheen plotseling interesse vooi hem te hebben opgevat, want er verliep geen week of hij zag haar den derden keer. Dit gebeurde in de tram en louter het zien van haar lief gezichtje deed even zijn bloed stil staan. Daarna joeg het weer zoo stiel door zijn aderen, dat hij dacht koorts te hebben. Met een snellen blik overtuigde hij zich eerst dat de, door hem zoo gevreesde conducteur niet op het balkon stond. Goddank. Ze was nu vergezeld van een rijzig jong mensch met lichten deukhoed op en de eerste sporen van een knevel op de bovenlip. Het kon net haar oudere broer zijn, berekende hij. Nu was hij beter op zijn hoede en er op verdacht nu eens niet alleen geen gek fi guur te slaan, maar integendeel een uiterst gunstigen indruk te maken. Hij wachtte tot beiden rustig zaten en fixeerde hen toen tot ze hem aankeken. Toen stond hij op, in den deinenden wagen, nam zijn hoed ai, maakte een buiging en viel daarna in een ongraci- euse houding op zijn plaats terug, wijl de tram juist een bocht omreed. Het meisje proestte het uit en de jongen trok bedenkelijk aan zijn knevel-beginsels. Aanbevelend D. A. DEKKER. Inge KOOP met Kooitje, 3,—, 3,50 en 4,- Te bevragen Vogelenzang 16. Voor liefhebbers van KAMERPLANTEN Aangeboden een BLOEMENBAK met 10 KAMERPLANTEN, 6,— (Lang 175 c.M ÏN, 6,—. (Lang 175 c.f HOFDIJKSTRAAT 1. 2 COMMENSAALS OEVRAAOD. DE RUIJTERSTRAAT 15, Zeglts. FEESTARTIKELEN-MAGAZIJN HEKELSTRAAT 8. Brullofts- en Feestartikelen, Versiering, lampions, enz. enz. Oroote sorteering Vlie- gers. Beleefd aanbevelend, J. KOENOT. TE KOOP: Een goed onderhouden GON DELJACHTJE. Tevens aan het zelfde adres een KINDERLEDÏKANTJE te koop. Te zien en te bevragen bij P. TON, Landstraat 65. PHOTOTOESTEL 9 X 12 met Statief, Len3 en een Cassette TE KOOP voor 15. Te bevragen Fnidsen 29. TE KOOP: Een nieuw ZEIL- en ROEI- SCHEEPJE. Te bevragen bij C. P. ASJES, Snaarmanslaan 165. TE KOOP: Een OASMOTOR 1% P.K., Engelsch fabrikaat, merk National, gebruikt, doch in zeer goeden staat. Adres Dijk C 8, Alkmaar. TE KOOP: Een goed onderhouden KIN DERWAGEN, nieuw model en GEVRAAGD een solied VOUWWAGENTJE. Adies; Me- tiusstraat 10. TE KOOP GEVRAAGD een gebruikt doch best 1 PERS. LEDIKANT met staal draad- of 8pringveeren-matras en 3 deelig matras, tevens een Tuinbank gevraagd. Adres te bevragen bureau van dit blad. TE HUUR aangeboden een SLAAPKA MERTJE. Brieven franco onder letter D669, Bureau van dit Blad. Toen zij eenigszins was" bijgekomen, hoor- 'ïii haar toefluisterde die jongen van je? Ken je de Gerard, hoe hij haar to; Wat moet hem? Ik? Ze proestte het nogmaals en nog langer uit. 't Is een loopjongen van „Eigen Hulp" zoover als ik weet. Hij loojït me over al na, waar hij me ziet, dat malle joch. Om je dood te lachen Toen voelde hij zich als in vanille-ijs ver zinken en snelde hij de tram uit. Jb. MARYLAND, Koningsweg B 69. Handel In 2e hands Kinderwagens, Sportkarren, Ledikanten, Bedden, enz. Ook aan huis te ontbieden. STRAATBLZEMS, b«ta J tegen heet wa ter. Beste Emmerboenders. WaachlxvadwB en alle andere soorten Borstelwerk, vindt aieu aan het bekende adres: Haloistraai C 10. Aanbevelend, P. W. N. NAP, Borstelmaker A. STADEGAARD, Aanspreker, Clarissenbuurt 7, beveelt zich beleefd aan voor het REPARFE- REN VAN ALLE SOORTEN SCHOEN- WERK, spoedig, pet en billijk. DAMESRIJWIEL, voor billijken prijs TE KOOP, zoo goed als nieuw. LUTTIK-OlTDORP 33 (bovenhuis). Een NETTE VROUW VRAAGT DIENST BODE NWASSCHEN of andere NETTE W ASCII. Adres Bur. dezer Gsurant onder lett. E 670. TE KOOP: Inlegvaten 1,25; Kalkkuipen 1,50; Kisten 0,40, Bloemenkinnen 0,60. J. BROUWER, Fnidsen No. 6. Uw adres voor BRUILOFTS «n FEEST ARTIKELEN: Lamj>locs, Guirlandes, iteti gaalacli Vuur, enz., is Magazijn de Feest vreugde, St. ANNASTRAAT 3. JOH. v d. STOK. TE KOOP GEVRAAGD een VERREKIJKER of BINOCLE. Brieven aan F. SCHERMER, Schoorl. NOG EENJOE WEGFIETSEN TE KOOP in de tprysut f 15, !8, 32, 35, 45 mm, Het heerlijkste en smak< iijksie glas Bier ia „het beroemde TRAPPISTENBIER. Verkrijg baar biji I. H, ALBERS, in den Bierkelder, Verdronkenoord, ingang Kapelplein. allerlei dingen waar meisje» van haair leef tijd op gesteld zijn. En als volwassen was,; zou hij een gezelschapsdame in huis nemen om op haar te letten en haar in te wijden in da huwelijkapLichten. Ea al® dj em snaa had gevonden naar haar kern sou hij een «roete som op haar vastzetten. Ér bleef ratekjk ge noeg voor hem zelf over en daaremboven, Ml zou niet meer zijn dan een staaltje vaas zijn plicht; want het was natuurlijk alleen door een gelukje voor hem, ol liever door eea toe val, dat zij onterfd was. „Is dat groene Chartreuse?" vroeg hij. „Is er geen andere? Laat dan wat anders ko men", zei hij tot Hobson, terwijl hij een siga rette nam uit eea gouden kokertje, haar op stak, zijn handen in zijn zakken stak en zijn stoel bij' het vuur schoof. „Je behoeft niet te wachten", zei hij. „Breng j mij over een half uur cognac met sedawater".' Toen hij alleen was, strekte hij zijn bee&cu uit voor de groote houtblokken en gaapte. Hij was weken lang op reis geweest; de langt" spoorreis, de opgewondenheid maakten hem slaperig; het hoofd, dat iets van een honde- haa, ofschoon zijn haar zorgvuldig kort E ouden werd, zakte neer op zij® oreede! st en bij sluimerde in. Maar Mj sliep even als Bruno, met één oog en twee ooen open, en bij een licht geraas biji de deur keek hij dade lijk op, Hij keek rond era zag een lange vrou wengestalte ia zware®, rouw. Zij stond uiat binnen de kamer, bij de deur, en zag emi aan met kalme, ernstige oogen, die schit terden als sterren in het heldere ivoren gelaat, Sir Ralph staarde haar enkele oogenblik- ken aan of hij nog meende te slapen of te droomen: toen wierp hij de sigarette, die Mj, hoewel slapende, nog in de hand had, ia het vuur en stond op in zijn volle lengte. „Goede hemel 1" mompelde hij. „Het ia ja, het is Constance!" Hij was verbaasd over de openbaring van zijn vergissing, door haar schoonheid, haar bevalligheid en de zelfbeheersching waarmee zij daar stond, met haar handen losjes ge vouwen voor zich uit, dat zijn savote faire hem totaal Jn den steek liet. Hij had ver wacht een heel jong meisje te zien, een school kind van het gewone type, mager e nmalgra- cieus? vol sproeten, met oogen gezwollen van 't hullen, en daar stond nu deze prachtige ver schijning, hij was er bepaald een oogenblik sprakeloos van. Eindelijk vond hij zijn spraak terug hij ging langzaam naar haar toe en zei nog steeds met verbazing in zijn stem: „Constance! Ben jij het waarlijk? Ik had verwacht nu, ik had verwacht een klein meisje te zien. Lieve hemd, wat ben je ge groeid, wat ben je veranderd! Als ik je ergens anders ontmoet had, geloof ik niet dat ik je zou hebben herkend Wil je niet gaan zitten?" Hij had zijn hand uitgestoken en zij had de hare er in gelegd en hij trok baar mee naar een stoel; maar zij mnakta haar hand vrij, liep hem voorbij en nam een stoel aan de punt van de tafel. Hij keerde niet terug naar den stoel waar hij gezeten had. maar leun de met zijn eenen iorschen schouder tégen Jen schoorsteenmantel en keek op haar heer onder de zware wenkbrauwen alsof hij no niet over de verrassng heen was en nu ze! nog niet wist of hij h&arz o «aanspreken als kind of als vrouw. Constace keek strak in het vuur. Een vrouw ziet meer in één oogopslag dan eenm an in vijf minuten van streng on derzode. Zij had bij den. ingang der kamer gestaan en naar hem gekeken terwijl hij süep, ën zij had gevoeld, dat hij evenzeer veran derd was als zij zóó veranderd dat de jon gen, met wien zij een of tweemaal gespeeld had, geheel uit haar herinnering werd uit- gewlscht. Er heerschk wd eea ffifauut lang stilzwijgen toen zd hij: „Ik ben bang dat dé kamer vol tabaksrook is. Ik wist niet ik dacht Ach, ik wist volstrekt niet, dat ik een vol war en jonge da me zou ontmoeten. Ik ben er nog steeds over uit. bullen we naar de salon gaan naar je eigen kamer?" Constance schudde het hoofd. „Het doet er niet» toe," zei ze, „Ik geef oM HET WERK DER RELIEF COMMISSIE. Men schrijft ons uit Amsterdam: De vrede is eindelijk geteekend en daarme de is de hoop op meer geregelde toestanden geboren. Al gaat het ook langzaam, de han delsbetrekkingen tussehea de verschillend# landen worden weer aangeknoopt, De voor ziening van de lauden van hetgeen zij behoe ven, geschiedt meer en meer door die .groe pen van personen, die daartoe bij de tegen woordige maatschappelijke verhoudingen zijn aangewezen, Hoe langer hoe meer verdwijnt het ingrijpen van den staat. Bij dezen terugkeer naar meer normale tij den, zien we ook een organisatie verdwijnen, die gedurende den geheelen duur van den oorlog een goed en nobel werk heeft gedaan. We meeneu de Relief Commissie. Dezer da gen werd aangekondigd, dat zij haar arbekt iieeft gestaakt tn dat zij binnenkort zal wor den opgeheven, ln November 1914 werd de Conunis«!oo for Relief in Belgium opgericht en onafge broken heeft zij (fin geheelen duur van den oorlog haar werk gedaan, verlichting bren gend in den nood van de ongelukkige bewo ners, van de Belgische bezette landen. Nu bij het einde van haar taak hebben wij eens geïnformeerd naar de omvangrijkheid van hetgeen door het Rotterdamsche kantoor in den oorlogstijd is verricht; Welwillend zijn ons toen de volgende djfera verstrekt. Van haar oprichting in November 1914 tot den 31 en October 1915 werd door baar naar Bel gië verzonden 817,832 ton levensmiddelen en 2019 ton kleeren. Het volgend jaar waren deze cijfers resp. 918 813 ea 1067, het daar op volgend jaar 593,790 en 116; en bet vier de jaar 752.790 en 2600, terwijl van 1 Nov 1918 tot 52 April werden verzonden 486.211 ton levensmiddelen en 3325 ton kleeren. In totaal 3559.436 ton levensmiddelen en 9787 ton kleeren. Ook tot het noordelijk deel van Frankrijk, waarmede de bevolking onder de vreemde be zetting had te lijden, heeit de Relief Commis sie haar menechUevend werk uitgebreid. Naar deze streken werden in dezelfde jaren resp. verzonden 119.197 ton levensmid delen, 95 ton kleeren; 960.573 ton en 1113 ton; 194.138 ton en 1053 ton; 288.505 ton en 742 ton en 28.439 ton en 1132 ton, totaal 990.85 ton levensmiddelen en 4137 ton klee ren. In januari 1919 verzond de commissie haar grootst aantal tonnen, n 1. 177.581. Van 1 Nov. 9114 tot 1 Juni 1919 kwamen voor de commissie in de Rotterdamsche haven aan 896 Transatlantische stoomers. Voor het ver voer van Rotterdam naar België en Noord- Frankrijk werd 10.700 lichters en ongeveer 21.950 wagons gebruikt. Bij het afkondigen van den wapenstilstand is men ook begonnen aan de levensmiddelenvoorziening van Dtósehland, Finland, Polen, Oostenrijk en Tsjecho-Slowakije, Hiervoor werd een afzon derlijke organisatie gesriclit, n.l. de Food Ad ministration. Van 1 Januari 1919 tot 1 Ag j.l. zijn voor deze rood Administration Rotterdam aangekomen 259.430 ton levens middelen en 937 ton kleeren. Deze levens middelen zijn verdeeld over de hierboven noemde lauden, terwijl ook een deel aan derland is overgedaan, n.l. 25027 ton. Een ander deel van het aangekomen voed sel was bestemd voor de ondervoede kinderen in de vijandelijke landen. Ook hiervoor is een aparte organisatie, die den naam draagt van Child's Welfare. In tegenstelling met de Food Administration en de Reliel Commissie, die beide opgeheven zijn, blijft Cliild's Wel fare bestaan. De tegenwoordige directeur der Relief Commissie, mr. Brown, vertrekt dezer dagen naar Londen, waar hij zal optreden als directeur van Child's Welfare, welke orgaui- satie zich blijft bd «den met het veizeaden vim voedsel naa r - uiervoede kinderen in Europa. De verzendingen voor Child's Wel fare bestaan uit cacao, suiker, erwten, melk, en levertraan. Het grootste deel van betgeen voor de Food Administration aankwam, is verzonden naar Duitecblaud, t.w, IU5.388 ton, daarop volgen Polen met 70.168 ton en Finland met 23,243 hm Dé enorme mUllm war jrichxeli Zii geua het duidetykm bewijs hoe onontbeer lijk het werk der Relief Commissie is geweest. Met dit al kunnen wij dankbaar zijn, dat zij nu kan worden opgeheven. Moge Child's Wel fare ook spoedig kunnen volgen. om roak Heb je een goed diner gehad? Ik zou wei beueden gekomen zijn, maar ik had geen zin iet ste eten, Ik hoop dat je het my vergeven wilt." „liet was alerbest," zei hij en de rimpels verdwenen uit zijn voorhoofd! „Ze hebben best voor mij gezorgd Ik herinner mij den oêuden Hobson: een beste vent, en oom heeft altijd een kok gehad van de bovenste plank. O, ik vraag excuus, Constance! Het was mijn plan niet, zoo nonchalant over hem te spre ken. Wij hadden elkaar in jaren niét gezien, weet je. Maar daar weet je alles van. Het was niet ge heel alleen mijn schuld. Maar komlaten we daar niet over sprekenIk wou maar zeggen, dat ik verduiveld erg met je te doen heb, ik wou dat hij negentig geworden was. Ik zou wel voortgestrompeld zijn in het leven. Maar wat dat geld betreft Zij deinsde niet terug, maar sloeg haar oogen op en ontmoette d»n vasten blik van hem kalm ea ernstig lr Ralph pookte de houtblokken op, de vlogen in den schoorsteen. F" het moeilijk zich uit te drukken, zijn plannen vonken vlogen in den schoorsteen. Hij vend ■■M i plu onder woorden te brengen, met dte droevige, mooie oogen op zich gevestigd. „Luister eens," zei 5ij, „geen veistandi man zou willen geloover., dat oom gemeem heeft den heelca boel ana mij na te laten. Hij was natuurlijk van plau dit testament in Let vuur te gooien en een ander te maken, ©en fatsoenlijk testament, waarbij hij zijn geld aan jou naliet. Maar de weg naar een on noembare plaats is geplaveid met goede voor- nemenes, ea mijn oom, evenals de rst van mijn familie, bij Sint Joris 1 deed nooit van daag wat hij ook morgen kon doen. Zoo zijn ze nu eenmaal 1 Nu natuii ge manier om de zaak zullen veronderstellen, testament gemaakt heeft. Ik héb den Titel krgen en het landgoed; ik heb gee nidee dat het erg bezwaard is, misschie nin 't geheel niet. En jij krijgt het geld. Nu, wat zeg je (Wordt vervolgd.] daarvan?" wit* rato tont »ejj pj-nr»Ti rrn /\i*Aa irorlrnV Am/U <1veilig w»f C. i>iiv-'«!!sb .nit 30.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1919 | | pagina 11