Eu hi ui HÈ.
sr
Vraag en Aanbod
S
f.
Honderd Een en Twintigste Jaargang.
Zaterdag 9 Augustm
Een eerste liefde
FEÜILLETON.
«8«
Humoreske door
RALPH SPRINGER.
(Nadruk verboden).
Ze stapte in aan een halte op den Konin
ginneweg. Gerard zag haar en was ver
liefd. Dat hij verliefd was, begreep hij! eigen-
Hij lachte haar toe met de betrekkelijke
vrijmoedigheid van een zestienjarig „half
back" bij- een volontairs-elftal. En zij lachte
vriendelijk terug, want haar gezichtje stond
juist naar lachen.
Hij stond, zat, perplex. Die glimlach was
een uitdaging en dan nog twee kuiltjesin
haar wangenHoewel er in den wagen
nog wel plaats was voor een half dozijn jonge
dames, schoof hij heel bereidwillig op zij, zoo
dra ze haar wijsneusje naar binnen stak. Ze
glimlachte nóg eens en bedankte hem zóó
vriendelijk, dat-ie er van bloosde.
Ja hij bloosde. Ze keek hem er op aan
en toen bloosde hif juist. De conducteur
maakte een1 eind aan zijn verlegenheid, door
hem de tramnota onder den neus te duwen.
Hij was daar dankbaar voor, zelfs zóó
dankbaar, dat hij den man een sigarette aan
bood.
Ik rook die dinge niet 't is allemaal
papier, zei de man, maar ik zal 'm beware
voor m'n jongen.
Rookt u alleen sigaren? vroeg Gerard
nu. I lij begreep drommels goed dat ze hem
nu in het oog hield, of hij wel een' mannelijk
gesprek kon voeren.
Alsjeblieft! antwoordde de conducteur
eenvoudig en hield zijn hand vooruit om de
sigaar in ontvangst te nemen.
Ik nooit, zei Gerard nu bedremmeld, Wijl
hij de geste bemerkte. Dan tastte hij inwendig
zuchtend in zijn vestzak en gaf den man een
vierkant Stuivertje.
't Is mooi weer vindt u niet? wierp
hij een beetje later r.en1 vischje uit. Het meisje
verstond hem niet goed en' dacht dat hij wat
van den conducteur zei.
Dat moet u niet zeggen, verdedigde ze
hem dadelijk; voor dames is hij' erg beleefd.
Gerard had een ingegroelden hekel aan
alle misverstanden.
Ik had het niet over den conducteur,
zei hij snel. iets luider.
Roept u mijnheer? vroeg deze.
Ik neel
O neemt u me dan niet kwalijk 11c
dacht dat u er af moest. Juist stopte de tram
aan een halte tegenover een comestibleszaak.
Ik dacht juist of ik moest het mis heb
ben dat u in dien winkel moest zijn. Loopt
u niet met de mand?
Naarmate dien dag de middag naderde
verflauwde haar beeM meer en meer in zijn
droomen, om plaats te maken voor zijn dikken
norschcn patroon. Deze vroeg hem om de mi
nuut nijdig, waarom bijl dien morgen zoo
laat was en de jongste klerk, zijn eenigste on
derdaan, stelde zich verschrikkelijk mal aan,
zoo'n pret had hij.
Overigens leverde de dag hem geen ver
rassingen. Alleen trof hij' het in den namid
dag, dat hij! sprong op de tram, waar de
conducteur van 's morgens ook was. De man
moest bepaald een vooroordeel tegen hem heb
ben, want hij) bood hem een kaartje aan op
een wijze, als was hij er van overtuigd dat hij
een' slippertje wou maken.
Van het meisje geen spoor. Vóór zijn
gelukkige ontmoeting had hij haar welis
waar nog nooit gezien, maar de gedachte had
zich in zijn hoofd vastgezet, dat zij in de
buurt meest wonen en dus wel gebruik zou
maken van lijn 2.
Hdji hoopte eenige dagen lang op het toe-
il, dat ongetwijfeld Wel zou begaan'zijn met
zijn lot, maar het bleek er koud voor. En dat,
niettegenstaande hij sterk naar haar verlang
de en haar in zijn jong verliefd brein bekoor-
lijkheden en talenten ging toedenken, wier
harmonie op onze planeet niet wordt aange-
Door Charles Garvice.
Vrij naar het Engelsch.
5)
Het was het testament waarnaar hij ge
zocht had.
Hij stond met gebogen hoofd, de oogen op
den grond gevestigd. Wat zou hij doen? Re
gelrecht naar sir Ralph gaan en naar Con
stance en zijn ontdekking mededeelen?
Natuurlijk, dat moest hij doen. Hij was lid
van het eerwaarde gilde der rechtsgeleerden,
een man van positie in de wereld, in het
graafschap tenminste, een eerlijk ja een
eerlijk man. Natuurlijk moest hij bekend ma
ken, dat hij het testament gevonden had. Maar
als hij dat deed, daa was alle kans, Con
stance eenmaal te bezitten, verdwenen. Ze
zou een rijke erfgename zijn, even ver boven
zijn bereik als vroeger. Een gevoel van macht
deed hem trillen. Het hing van hem af of zij
arm zou blijven en onterfd, zijn mindere in
rijkdom, of de rijke erfgename worden van sir
John Desbrook.
Die strijd duurde een paar minuten; toen
met een zucht want geen mensch stapt
dc grens over die eerlijkheid van laagheid
scheidt, zonder een plotselinge, folterende
pijn stak hij het testament in zijn zak, zonk
m den stoel neder waarin hij het had ont
dekt en bedekte zijn gelaat met de handen.
HOOFDSTUK III.
Sir Ralph kam beneden om te dinceren. Hij
jes gedekte
keek het prachtige, oude vertrek rond, de net
jes gedekte tafel met zeldzaam zilver en an
tiek Engelsch ki istal en fijn tafelgoed met een
glans van tevredenheid in zijn oogen en bij
ging naar den stoel, toen hij zich mr. Cray-
son herinnerde.
„Komt mijnheer hoe heet hij ook weer
tnfea, 1
Nu besloot hfj het noodlot te veredtaüsen.
Nadat hij eenige dagen aaneen' op de minuut I
af met dezelfde tram was naar kantoor ge-
gaan, waarin hij haar had leereu kennen,
ging hij zekeren keer met een vroegere. En
toen dit niet baatte, waagde hij het er op en
ging nu vijf minuten later van huis dan ge
woonlijk. Natuurlijk was het noodlot behoor
lijk op zijn hoede en waa zijn eenlg gesel
schap In de tram, een oude dikke dame, die
vlak over hem' ging zitten en in zijn gezicht
keek en hoestte. Tot overmaat van ramp
kwam er een malheur aan de motor. Hij
moest het laatste eind loopen, ja draven,
kwam een kwartier te laat en moest een ver
schrikkelijk eatiritieke berisping van den
„jongste" aanhooren waar alle heeren met
genoegen naar luisterden. Hij had den jon
gen graag op een rammeling getracteerd,
maar die kreeg boksles van zijn oudsten broer
en was verbazend kort van stof als het op
slaan aankwam.
Nd het toeval hem niet hielp en zich noj
minder liet in de luren leggen, ging Gexar
zich diep rampzalig gevoelen Waarom had
hij ook niet kordaat gehandeld en het direct
op een afspraakje aangelegd? Hij1 zuchtte en
wiat drommels goed, waarom niet. Het had
hem niets kunnen schelen eens op een avond
een paar kwartjes met haar stuk te smijten
maar de week was pas begonnen en hij moest
nog zooveel dagent met zijn zakgeld toe.
Nu er niéts meer aan te verhelpen was.
speet het hem geducht en verweet hij zich dat
liefde niet mag gepaard gaan met berekening.
Maar toch was het te laat.
Hij werd er droefgeestig onder, 's Avonds
maakte hij zich onzichtbaar voor zijn vrien
den en zwierf moederziel alleen door de stra
ten van zijn stille buurt. Hij herinnerde zich
waar zij1 was op de tram gestapt en ging toen
berekenen in welke straat en op welk nummer
ze ongeveer zbu kunnen wonen. Het was een
moeilijke berekening waar geen eind aan
kwam en die hem slecht seen opstopper op
leverde van een jongen1, die met een meisje in
een portiek te filosofeeren stond.
Zekeren avond dreigde zijn zwerven ern
stiger gevolgen te hebben. Hij had een wan
deling gemaakt langs verschillende melksa-
lons, dij znijs inziens nogal lekker ij^
schenen te verkoopen en had telkens zijn neus
tegen de ruiten gedrukt in de stille hoop of
vrees, van haar er te zien zitten met een
ander jongmensch. Toen hij terugkeerde her
haalde hij hier en daar zijn manoeuvre. Bij
Sm Boast® i&w «r-SiEte, dos Sla
Al» hij. haar ooit op die risico zou moeten
terugvinden, vond hij haar liever nooit weer.
Bang was hij niet en tegen een behoorlijk par
tijtje op „de mat" zag hij niet op, maar om
op een zomerschen avond zijn leven te wagen
op een «tuk land aan het eind van de wereld,
daar griezelde hij1 wel voor terug.
Dus zag hij van nachtelijke tochten voort
aan af en probeerde hij haar uit zijn hart
te bannen. Dat ging echter niet zoo gemakke
lijk. Als zij nu maar niet zulke lieve lachende
oogen bad gehad, of als zij niet zoo duidelijk
had laten merken, dat ze hem wel mocht lij
den, of..., Alles, alles wat hij aich van zijn
ontmoeting met haar herinnerde, overtuigde
hem, dat zij voor hem en hij voor haar was
bestemd en dat hij haar nooit zou vergeten.
Onverwacht ontmoette hij haar weer, toen
hij er het minst op hoopte en zich er heel niet
op had voorbereid. Het gebeurde in het Von
delpark, tijdens een Vrijdagavondconcert. Zijn
I C31R882 T£
btj FERNHOUT. P 12 OMVAL
(Niet op Zondag).
Voor Ouderwetsche MEUBEÜS. STOE
LEN, TAFELS, OMSLAGDOEKEN, SCHIL
DERIJEN, enz., geef ik hoogen prijs.
Brieven onder Tetter G 545, Bureau van dit
Blad.
HEEREN COIFFEURS.
1000 HAARSNÏJMACHINE S TE KOOP
tegen 2,75 per stuk, bij dozijn minder. Te
bevragen Stationsweg 190, Alkmaar.
VERLOREN:
Een ZWART ZIJDEN GEHAAKT TASCH-
JE, met inhoud. Tegen belooning terug te
bezorgen Verdronkenoord 22.
KOOPT UW SCHOENEN in den GOED-
KOOPEN SCHOENWINKEL en Schoenma
kerij St. ANNASTRAAT 27. Uitsluitend
NOÖRD-BRABANTSOH Schoenwerk.
GvlUOU^U isiüutvd»
een kwam er juist een paartje uit, terwijl hij
naar binnen1 gluurde. De jongen keek hem
verbaasd aan en wendde zich toen opgewon
den tot zijn gezellin.
'Sien wat mof die jongen van je? Die
het straks al naar je uitgekeken.
Naar mijn? vroeg het mei;
doch ze voelde direct het voordeeltje dat er in
stak. Merk je dat nou
meisje verbaasd,
eltj
Ze kijken
pas? Ze kijken altijd
naar mij. Dénk je dat jij de eenigste bent die
letting op me hét? Je moest eens weten.
Hij ook? vroeg haar galant wantrouwig.
Hij en anderen, zei het meisje gemaakt
onverschillig. Ga nu maar mee.
De jongen, groot en1 robuust van vormen
was zooals meer sterke mensdien, niet zoo
vlug van begrip, hoewel hij zich toch graag
in zekere vraagstukken verdiepte.
Wacht es even Sien. zei hij, misschien
waéht-ie wel op mijn. Hijl het hier ai een
keer of zes naar binnen gegluurd.
Vier maal, verzachtte zij, en hij keek
heelemaal niet naar jou.
Dan mot-ie me nou maar es flink aan
kijken. Most je mijn hebben, jong?
Gerard schrok op en ontstelde van die on
heilspellende vertrouwelijkheid van den jon
gen. Daar was de „jongste" zelfs geen por
tuur voor.
Nee nee weerde hij haastig af, ik
ik Hij ging den anderen kant uit. maar
de jongman hield, niettegenstaande de pro
testen van zijn meisje, gelijken' 'tred met hem
Wat moet u van me ik ken u niet, zei hij
angstig.
't Is hier dicht bij, fluisterde de wraak
zuchtige jongen aanmoedigend, een stuk land
waar we even terecht kunnen. Niemand om
ons tegen te houden - en ze wacht wel even
op den hoek,
Nu werd het hém te benauwd. HSJ keerde
zich rap om en vluchtte de salon in, waar hij
voor zijn laatsten stuiver een portie ijs ai
'k Heb alle tijd hoor ik wacht we! op
je, schreeuwde zijn teleurgestelde aanvaller
naar binnen en zette zich rustig op den raam,
post. Na drie kwartier van angstig afwach-
Cravson niet dineerejn? Ga het hem even vra
gen", zei hij tot Hobson.
Hobson ging en kwam gauw terug.
„Mr. Crayson verzoekt of u hem wilt ver
ontschuldigen, mijnheer. Hij heeft het zeer
druk en zal in de bibliotheek iets gebruiken".
„O best!" zei sir Ralph, en hij: zette zich
aan den maaltijd. Het was een goed diner en
best klaargemaakt; sir John had zijn kok uit
de beste Londensche club laten komen. De
wijn was even goed als het eten; Chatrau la
Grange van een zeldzamen oogst, Bourgonje
als fluweel zoo zacht, Pomtroy van 93. Alsof
hij nooit van zooiets als jicht gehoord had,
ebuikte sir Ralph van alle drie, soms leunde
ij achterover in zijn grooten stoel en hield
het wijnglas tegen het licht der waskaarsen
in de massieve zilveren candelabres. Hij had
een uitstekende digestie en zijn diner bracht
hem in het best mogelijke humeur.
Een flauw glimlachje krulde zijn nog al
ernstigen mond. Wat een geluk voor hem!
Hij bezat juist niets meer, was gevlucht naar
Noord-Amerika, niet alleen om op de wolven
jacht te gaan, maar ook om, zijn echuld-
cischera te ontloopen, want hij zat.tot over de
ooren in de schulden, speelschulden en and -
re. En nu, precies twinii
het verwacht had, was hiji éigenaar van he
jaar voordat hi
tuwowu mm, eigenaar van he
groote landgoed Desbrook, én wat nog vee
meer waard was voor een man van zijn posi
tie eigenaar van het geheele groote fortuin
van sir John.
Hij dacht aan zijn nichtje en maakte dezelf
de vergissing waartoe wij allen vervallen, als
wij denken aan den leeftijd van andere men
seden. Toen hij zijn nichtje Cottie voor het
laatste gezien had, was zij nog heelemaal een
kind; en hoewel hij had moeten weten, dat zij,
evenals andere menachen, groot geworden
was, dacht hij nog aan haar als aan een heel
kindje! Natuurlijk zou hij haar edel
moedig behandelen. Hij zou haar naar een
kostschool zenden, ja, naar een heel voorna
me school, ze zou een heele boel zakgeld krij
gen voor baar kleerea en voor chocolade en
noodlot wilde dat hij juist met behulp van
twee vrienden een balf dozijn jonge dames
stond het hof te maken. Wel trok hij spoedig
een ernstig gezicht en stootte zijn vrienden
aan, dat ze moesten groeten, maar het ware
effect was verloren. Ze groette met een stijf
knikje en haar vriendin keek hem zoo min
achtend in het gezicht, dat hij er van kleurde.
Toen hoorde hij een tergend gegichel
Hij hoorde geen melodie meer in de muziek
en de plagerij der meisjes verveelde hem. Dus
wandelde hij maar naar huis in diepe droef
geestigheid verzonken. Dat het nu juist zoo
loopen moest. Natuurlijk had zij altijd op hem
gepocht en hem opgehemeld voor haar vrien
din en nu ze hem trof moest hij juist zoo'n
klein figuur slaan. Hij verdiepte zich in ge
schiedenissen van zelfmoorden uit onbeant
woorde liefde, doch vond geen troost in ze.
Twee dagen later kwam hij haar weer le
gen, doch nu met een heer op leeftijd. Hij
hield haar goed in het oog, om op het juist
moment verabazend correct te groeten met
hoed. lichte buiging en beleefd lachje. Maar
op nat verbeid oogenblik keek ze juist een
anderen kant uit en was het resultaat van
zijn correcten groet, dat de heer hem verdachi
van ongepaste joligheid of nog erger, en hem
een heel eind verontwaardigd naoogde.
Het noodlot scheen plotseling interesse vooi
hem te hebben opgevat, want er verliep geen
week of hij zag haar den derden keer. Dit
gebeurde in de tram en louter het zien van
haar lief gezichtje deed even zijn bloed stil
staan. Daarna joeg het weer zoo stiel door
zijn aderen, dat hij dacht koorts te hebben.
Met een snellen blik overtuigde hij zich eerst
dat de, door hem zoo gevreesde conducteur
niet op het balkon stond. Goddank.
Ze was nu vergezeld van een rijzig jong
mensch met lichten deukhoed op en de eerste
sporen van een knevel op de bovenlip. Het
kon net haar oudere broer zijn, berekende
hij.
Nu was hij beter op zijn hoede en er op
verdacht nu eens niet alleen geen gek fi
guur te slaan, maar integendeel een uiterst
gunstigen indruk te maken. Hij wachtte tot
beiden rustig zaten en fixeerde hen toen tot
ze hem aankeken. Toen stond hij op, in den
deinenden wagen, nam zijn hoed ai, maakte
een buiging en viel daarna in een ongraci-
euse houding op zijn plaats terug, wijl de
tram juist een bocht omreed.
Het meisje proestte het uit en de jongen
trok bedenkelijk aan zijn knevel-beginsels.
Aanbevelend
D. A. DEKKER.
Inge
KOOP met Kooitje, 3,—, 3,50 en 4,-
Te bevragen Vogelenzang 16.
Voor liefhebbers van KAMERPLANTEN
Aangeboden een BLOEMENBAK met 10
KAMERPLANTEN, 6,— (Lang 175 c.M
ÏN, 6,—. (Lang 175 c.f
HOFDIJKSTRAAT 1.
2 COMMENSAALS OEVRAAOD.
DE RUIJTERSTRAAT 15, Zeglts.
FEESTARTIKELEN-MAGAZIJN
HEKELSTRAAT 8.
Brullofts- en Feestartikelen, Versiering,
lampions, enz. enz. Oroote sorteering Vlie-
gers. Beleefd aanbevelend, J. KOENOT.
TE KOOP: Een goed onderhouden GON
DELJACHTJE. Tevens aan het zelfde adres
een KINDERLEDÏKANTJE te koop. Te zien
en te bevragen bij P. TON, Landstraat 65.
PHOTOTOESTEL 9 X 12 met Statief,
Len3 en een Cassette TE KOOP voor 15.
Te bevragen Fnidsen 29.
TE KOOP: Een nieuw ZEIL- en ROEI-
SCHEEPJE. Te bevragen bij C. P. ASJES,
Snaarmanslaan 165.
TE KOOP: Een OASMOTOR 1% P.K.,
Engelsch fabrikaat, merk National, gebruikt,
doch in zeer goeden staat. Adres Dijk C 8,
Alkmaar.
TE KOOP: Een goed onderhouden KIN
DERWAGEN, nieuw model en GEVRAAGD
een solied VOUWWAGENTJE. Adies; Me-
tiusstraat 10.
TE KOOP GEVRAAGD een gebruikt
doch best 1 PERS. LEDIKANT met staal
draad- of 8pringveeren-matras en 3 deelig
matras, tevens een Tuinbank gevraagd.
Adres te bevragen bureau van dit blad.
TE HUUR aangeboden een SLAAPKA
MERTJE. Brieven franco onder letter D669,
Bureau van dit Blad.
Toen zij eenigszins was" bijgekomen, hoor-
'ïii haar toefluisterde
die jongen van je? Ken je
de Gerard, hoe hij haar to;
Wat moet
hem?
Ik? Ze proestte het nogmaals en nog
langer uit. 't Is een loopjongen van „Eigen
Hulp" zoover als ik weet. Hij loojït me over
al na, waar hij me ziet, dat malle joch. Om
je dood te lachen
Toen voelde hij zich als in vanille-ijs ver
zinken en snelde hij de tram uit.
Jb. MARYLAND, Koningsweg B 69.
Handel In 2e hands Kinderwagens,
Sportkarren, Ledikanten, Bedden, enz.
Ook aan huis te ontbieden.
STRAATBLZEMS, b«ta J tegen heet wa
ter. Beste Emmerboenders. WaachlxvadwB
en alle andere soorten Borstelwerk, vindt aieu
aan het bekende adres: Haloistraai C 10.
Aanbevelend, P. W. N. NAP,
Borstelmaker
A. STADEGAARD,
Aanspreker, Clarissenbuurt 7,
beveelt zich beleefd aan voor het REPARFE-
REN VAN ALLE SOORTEN SCHOEN-
WERK, spoedig, pet en billijk.
DAMESRIJWIEL,
voor billijken prijs TE KOOP, zoo goed als
nieuw.
LUTTIK-OlTDORP 33 (bovenhuis).
Een NETTE VROUW VRAAGT DIENST
BODE NWASSCHEN of andere NETTE
W ASCII.
Adres Bur. dezer Gsurant onder lett. E 670.
TE KOOP: Inlegvaten 1,25; Kalkkuipen
1,50; Kisten 0,40, Bloemenkinnen 0,60.
J. BROUWER, Fnidsen No. 6.
Uw adres voor BRUILOFTS «n FEEST
ARTIKELEN: Lamj>locs, Guirlandes, iteti
gaalacli Vuur, enz., is Magazijn de Feest
vreugde, St. ANNASTRAAT 3.
JOH. v d. STOK.
TE KOOP GEVRAAGD
een VERREKIJKER of BINOCLE.
Brieven aan F. SCHERMER, Schoorl.
NOG EENJOE WEGFIETSEN TE
KOOP in de tprysut f 15, !8, 32,
35, 45 mm,
Het heerlijkste en smak< iijksie glas Bier ia
„het beroemde TRAPPISTENBIER. Verkrijg
baar biji I. H, ALBERS, in den Bierkelder,
Verdronkenoord, ingang Kapelplein.
allerlei dingen waar meisje» van haair leef
tijd op gesteld zijn. En als volwassen was,;
zou hij een gezelschapsdame in huis nemen
om op haar te letten en haar in te wijden in
da huwelijkapLichten. Ea al® dj em snaa had
gevonden naar haar kern sou hij een «roete
som op haar vastzetten. Ér bleef ratekjk ge
noeg voor hem zelf over en daaremboven, Ml
zou niet meer zijn dan een staaltje vaas zijn
plicht; want het was natuurlijk alleen door
een gelukje voor hem, ol liever door eea toe
val, dat zij onterfd was.
„Is dat groene Chartreuse?" vroeg hij. „Is
er geen andere? Laat dan wat anders ko
men", zei hij tot Hobson, terwijl hij een siga
rette nam uit eea gouden kokertje, haar op
stak, zijn handen in zijn zakken stak en zijn
stoel bij' het vuur schoof.
„Je behoeft niet te wachten", zei hij. „Breng j
mij over een half uur cognac met sedawater".'
Toen hij alleen was, strekte hij zijn bee&cu
uit voor de groote houtblokken en gaapte. Hij
was weken lang op reis geweest; de langt"
spoorreis, de opgewondenheid maakten hem
slaperig; het hoofd, dat iets van een honde-
haa, ofschoon zijn haar zorgvuldig kort
E ouden werd, zakte neer op zij® oreede!
st en bij sluimerde in. Maar Mj sliep even
als Bruno, met één oog en twee ooen open, en
bij een licht geraas biji de deur keek hij dade
lijk op, Hij keek rond era zag een lange vrou
wengestalte ia zware®, rouw. Zij stond
uiat binnen de kamer, bij de deur, en zag
emi aan met kalme, ernstige oogen, die schit
terden als sterren in het heldere ivoren gelaat,
Sir Ralph staarde haar enkele oogenblik-
ken aan of hij nog meende te slapen of te
droomen: toen wierp hij de sigarette, die Mj,
hoewel slapende, nog in de hand had, ia het
vuur en stond op in zijn volle lengte.
„Goede hemel 1" mompelde hij. „Het ia
ja, het is Constance!"
Hij was verbaasd over de openbaring van
zijn vergissing, door haar schoonheid, haar
bevalligheid en de zelfbeheersching waarmee
zij daar stond, met haar handen losjes ge
vouwen voor zich uit, dat zijn savote faire
hem totaal Jn den steek liet. Hij had ver
wacht een heel jong meisje te zien, een school
kind van het gewone type, mager e nmalgra-
cieus? vol sproeten, met oogen gezwollen van
't hullen, en daar stond nu deze prachtige ver
schijning, hij was er bepaald een oogenblik
sprakeloos van.
Eindelijk vond hij zijn spraak terug hij
ging langzaam naar haar toe en zei nog
steeds met verbazing in zijn stem:
„Constance! Ben jij het waarlijk? Ik had
verwacht nu, ik had verwacht een klein
meisje te zien. Lieve hemd, wat ben je ge
groeid, wat ben je veranderd! Als ik je
ergens anders ontmoet had, geloof ik niet
dat ik je zou hebben herkend Wil je niet
gaan zitten?"
Hij had zijn hand uitgestoken en zij had
de hare er in gelegd en hij trok baar mee naar
een stoel; maar zij mnakta haar hand vrij,
liep hem voorbij en nam een stoel aan de
punt van de tafel. Hij keerde niet terug naar
den stoel waar hij gezeten had. maar leun
de met zijn eenen iorschen schouder tégen
Jen schoorsteenmantel en keek op haar heer
onder de zware wenkbrauwen alsof hij no
niet over de verrassng heen was en nu ze!
nog niet wist of hij h&arz o «aanspreken als
kind of als vrouw. Constace keek strak in het
vuur. Een vrouw ziet meer in één oogopslag
dan eenm an in vijf minuten van streng on
derzode. Zij had bij den. ingang der kamer
gestaan en naar hem gekeken terwijl hij süep,
ën zij had gevoeld, dat hij evenzeer veran
derd was als zij zóó veranderd dat de jon
gen, met wien zij een of tweemaal gespeeld
had, geheel uit haar herinnering werd uit-
gewlscht. Er heerschk wd eea ffifauut lang
stilzwijgen toen zd hij:
„Ik ben bang dat dé kamer vol tabaksrook
is. Ik wist niet ik dacht Ach, ik wist
volstrekt niet, dat ik een vol war en jonge da
me zou ontmoeten. Ik ben er nog steeds over
uit. bullen we naar de salon gaan naar
je eigen kamer?"
Constance schudde het hoofd.
„Het doet er niet» toe," zei ze, „Ik geef oM
HET WERK DER RELIEF COMMISSIE.
Men schrijft ons uit Amsterdam:
De vrede is eindelijk geteekend en daarme
de is de hoop op meer geregelde toestanden
geboren. Al gaat het ook langzaam, de han
delsbetrekkingen tussehea de verschillend#
landen worden weer aangeknoopt, De voor
ziening van de lauden van hetgeen zij behoe
ven, geschiedt meer en meer door die .groe
pen van personen, die daartoe bij de tegen
woordige maatschappelijke verhoudingen zijn
aangewezen, Hoe langer hoe meer verdwijnt
het ingrijpen van den staat.
Bij dezen terugkeer naar meer normale tij
den, zien we ook een organisatie verdwijnen,
die gedurende den geheelen duur van den
oorlog een goed en nobel werk heeft gedaan.
We meeneu de Relief Commissie. Dezer da
gen werd aangekondigd, dat zij haar arbekt
iieeft gestaakt tn dat zij binnenkort zal wor
den opgeheven,
ln November 1914 werd de Conunis«!oo
for Relief in Belgium opgericht en onafge
broken heeft zij (fin geheelen duur van den
oorlog haar werk gedaan, verlichting bren
gend in den nood van de ongelukkige bewo
ners, van de Belgische bezette landen.
Nu bij het einde van haar taak hebben wij
eens geïnformeerd naar de omvangrijkheid
van hetgeen door het Rotterdamsche kantoor
in den oorlogstijd is verricht; Welwillend zijn
ons toen de volgende djfera verstrekt. Van
haar oprichting in November 1914 tot den
31 en October 1915 werd door baar naar Bel
gië verzonden 817,832 ton levensmiddelen en
2019 ton kleeren. Het volgend jaar waren
deze cijfers resp. 918 813 ea 1067, het daar
op volgend jaar 593,790 en 116; en bet vier
de jaar 752.790 en 2600, terwijl van 1 Nov
1918 tot 52 April werden verzonden 486.211
ton levensmiddelen en 3325 ton kleeren. In
totaal 3559.436 ton levensmiddelen en 9787
ton kleeren.
Ook tot het noordelijk deel van Frankrijk,
waarmede de bevolking onder de vreemde be
zetting had te lijden, heeit de Relief Commis
sie haar menechUevend werk uitgebreid.
Naar deze streken werden in dezelfde
jaren resp. verzonden 119.197 ton levensmid
delen, 95 ton kleeren; 960.573 ton en 1113
ton; 194.138 ton en 1053 ton; 288.505 ton
en 742 ton en 28.439 ton en 1132 ton, totaal
990.85 ton levensmiddelen en 4137 ton klee
ren. In januari 1919 verzond de commissie
haar grootst aantal tonnen, n 1. 177.581. Van
1 Nov. 9114 tot 1 Juni 1919 kwamen voor
de commissie in de Rotterdamsche haven aan
896 Transatlantische stoomers. Voor het ver
voer van Rotterdam naar België en Noord-
Frankrijk werd 10.700 lichters en ongeveer
21.950 wagons gebruikt. Bij het afkondigen
van den wapenstilstand is men ook begonnen
aan de levensmiddelenvoorziening van
Dtósehland, Finland, Polen, Oostenrijk en
Tsjecho-Slowakije, Hiervoor werd een afzon
derlijke organisatie gesriclit, n.l. de Food Ad
ministration. Van 1 Januari 1919 tot 1 Ag
j.l. zijn voor deze rood Administration
Rotterdam aangekomen 259.430 ton levens
middelen en 937 ton kleeren. Deze levens
middelen zijn verdeeld over de hierboven
noemde lauden, terwijl ook een deel aan
derland is overgedaan, n.l. 25027 ton.
Een ander deel van het aangekomen voed
sel was bestemd voor de ondervoede kinderen
in de vijandelijke landen. Ook hiervoor is een
aparte organisatie, die den naam draagt van
Child's Welfare. In tegenstelling met de
Food Administration en de Reliel Commissie,
die beide opgeheven zijn, blijft Cliild's Wel
fare bestaan. De tegenwoordige directeur der
Relief Commissie, mr. Brown, vertrekt dezer
dagen naar Londen, waar hij zal optreden als
directeur van Child's Welfare, welke orgaui-
satie zich blijft bd «den met het veizeaden
vim voedsel naa r - uiervoede kinderen in
Europa. De verzendingen voor Child's Wel
fare bestaan uit cacao, suiker, erwten, melk,
en levertraan. Het grootste deel van betgeen
voor de Food Administration aankwam, is
verzonden naar Duitecblaud, t.w, IU5.388
ton, daarop volgen Polen met 70.168 ton en
Finland met 23,243 hm
Dé enorme mUllm war jrichxeli
Zii geua het duidetykm bewijs hoe onontbeer
lijk het werk der Relief Commissie is geweest.
Met dit al kunnen wij dankbaar zijn, dat zij
nu kan worden opgeheven. Moge Child's Wel
fare ook spoedig kunnen volgen.
om roak Heb je een goed diner gehad? Ik
zou wei beueden gekomen zijn, maar ik had
geen zin iet ste eten, Ik hoop dat je het my
vergeven wilt."
„liet was alerbest," zei hij en de rimpels
verdwenen uit zijn voorhoofd! „Ze hebben
best voor mij gezorgd Ik herinner mij den
oêuden Hobson: een beste vent, en oom heeft
altijd een kok gehad van de bovenste plank.
O, ik vraag excuus, Constance! Het was mijn
plan niet, zoo nonchalant over hem te spre
ken. Wij hadden elkaar in jaren niét gezien,
weet je. Maar daar weet je alles van. Het
was niet ge heel alleen mijn schuld. Maar
komlaten we daar niet over sprekenIk wou
maar zeggen, dat ik verduiveld erg met je te
doen heb, ik wou dat hij negentig geworden
was. Ik zou wel voortgestrompeld zijn in het
leven. Maar wat dat geld betreft
Zij deinsde niet terug, maar sloeg haar
oogen op en ontmoette d»n vasten blik van
hem kalm ea ernstig
lr Ralph pookte de houtblokken op, de
vlogen in den schoorsteen. F"
het moeilijk zich uit te drukken, zijn plannen
vonken vlogen in den schoorsteen. Hij vend
■■M i plu
onder woorden te brengen, met dte droevige,
mooie oogen op zich gevestigd.
„Luister eens," zei 5ij, „geen veistandi
man zou willen geloover., dat oom gemeem
heeft den heelca boel ana mij na te laten. Hij
was natuurlijk van plau dit testament in Let
vuur te gooien en een ander te maken, ©en
fatsoenlijk testament, waarbij hij zijn geld
aan jou naliet. Maar de weg naar een on
noembare plaats is geplaveid met goede voor-
nemenes, ea mijn oom, evenals de rst van
mijn familie, bij Sint Joris 1 deed nooit van
daag wat hij ook morgen kon doen. Zoo zijn
ze nu eenmaal 1 Nu natuii
ge manier om de zaak
zullen veronderstellen,
testament gemaakt heeft. Ik héb den Titel
krgen en het landgoed; ik heb gee nidee dat
het erg bezwaard is, misschie nin 't geheel
niet. En jij krijgt het geld. Nu, wat zeg je
(Wordt vervolgd.]
daarvan?"
wit*
rato tont
»ejj pj-nr»Ti rrn /\i*Aa irorlrnV Am/U
<1veilig w»f
C. i>iiv-'«!!sb .nit 30.