IS
h
F F, V 11,1, ETOS.
Honderd een bi twintigste Jaargang.
Donderdag 16 October.
Stadsnieuws
Provinciaal Niouws.
IT® «4#. ,01P*
HER.tTALIN'GfiOlSriDfEE/W'I J 8 VOOR
JOlNIGEFS' FJN MEISJES.
BTTRGEiMEE STER en WETHOUDERS
van ADEMAAR brengen ter 'kennis van be
langhebbenden, dat DE DESSEN" VOOR-
HET HERHAUENOSONDERIWIJS VOOR
JONGENS EN MEISJES ZULLEN
AAL. VANGEN OP VRIJDAG 17 OCTO
BER a.s. des avonds te 0 uur, in de 2de Ge-
meentescvhool', OUDEGRAOH'P, Hoofd der
School de heer T. IJpma.
Alkmaar, 15 October 1919,
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATIE, Secretaris.
GEVONDEN VOORWERPEN.
Uitsluitend te bevragen aan het Bureau
van Politie aan de Langestraat alhier, alleen
op werkdagen tusschen 9 en 1 uur.
Esp, broche, 1 ceintuur, 1 konijn, 1 kat, 2
loteri staatsloterij, 1 band van een mantel, 1
lorgnet, 1 tegitimatiekaart, 1 parapluie, 1
mesie en een handschoen.
ALKMAAR, 16 OCTOBER 1919.
De Commissaris van Politie,
W. Th. VAN GRIETHUIJSEN.
1869 17 OCTOBER 1919.
Morgen zal het Burgerweeshuis thans
Lutik-Oudorp 3ö de vlag uitsteken; dan
zal het vijftig jaar geleden zijn, dat het eigen
thuis voor de Alkmaarsche weezen, het ge
bouw Paternosterstraat 2, plechtig werd in
gewijd.
Zijn ontstaan is dat gebouw verschuldigd
aan het warme hart en den helderen blik van
eenige burgers, die zich tot den Raad der
Gemeente wendden met het verzoek: te bre
ken met de besteding der weeskinderen bij
allerlei gezinnen, en over te gaan tot de stich
ting van een weeshuis. Het valt te betreu
ren, dat noch het Archief der Geemente, noch
dat van het Weeshuis de namen dier burgers
kan vermelden, want zij hebben aan de Stad,
aan hare weezen, een belangrijken dienst be
wezen. Zij hebben juist gezien, dat, in 't al
gemeen gesproken, de opvoeding van weezen
beter tot haar recht komt in een opzettelijk
daartoe gestichte instelling, dan in de gezin
nen van hen, voor wie de weezenverzorging
in de eerste plaats bron van inkomsten is.
Zóó als die burgers dat inzagen, hebben de
tegenwoordige regenten het ik zou haast
zeggen: aan den lijve! .ondervonden in
het tijdperk, waarin plaatsgebrek in het hulp
weeshuis aan den Kennemerstraatweg en de
afwezigheid in militairen dienst van den
weesvader hen verplichtte, tot uitbesteding
van eenige weesjongens over te gaan.
Eerste regenten over de stichting waren:
Mr. W. van der Kaaij, P. A. van der Drift,
C. J. de Lange, Dr. J. van Leeuwen, B. Preijer
en A. Siebert Coster. Het is goed, die na
men nog eens te vermelden, want wat die
burgers hebben tot stand gebracht, de in
richting van het huis in ideëelen en stoffelijk
ken zin, vormt den grondslag, waarop alle
volgende colleges van regenten hebben voort
gebouwd. Kónden voortbouwen, omdat de
grondslag zoo hecht was. En het besluit van
deze regenten d.d. 21 Juni 1869 „aan den
Gemeenteraad voor te stellen.... voorts art. 8
zoodanig te wijzigen, dat niet alleen ten oor-
zake van het Burgerlijk Armbestuur, maar in
het algemeen regenten gemachtigd worden
om, voor zoover daartegen bij hen geen be
zwaar bestaat, alle kinderen die daartoe door
particulieren of door de een of udeere admi
nistratie worden aangeboden, tegen de vast
gestelde vergoeding in het weeshuis te ver
plegen", is een bewijs van hunne vooruitstre
vendheid. Immers daaruit blijkt, dat reeds zij
de overtuiging hadden, dat een weeshuis eerst
dan volledig aan zijn doel beantwoordt,
wanneer het aan een zoo groot mogelijk aan
tal kinderen de gelegenheid biedt, tot nuttige
menschen te worden opgevoed.
De tijd, waarin een weeshuis wordt be
schouwd als instelling van liefdadig
heid, is nu wel voorbij. Zoo goed als de
eenling plichten heeft ten opzichte van de
gemeenschap, heeft de laatste plichten jegens
den enkeling. En het zal de vraag zijn, of de
gemeenschap ooit beter haar geld zal kun
nen besteden dan aan de verzorging van kin
deren en aan hunne vorming tot goede leden
der maatschappij. Het zou zelfs de vraag
kunnen zijn, of weeshuizen, bij gebrek aan
het „noodig" aantal weezen, niet dienstbaar
gemaakt moeten worden aan de verzorging
van andere, practisch-ook-ouderlooze, kin
deren (bijv. voogdijkinderen).
Er is een tijdperk geweest, waarin het aan
tal vwpIeegSett niet giwt m* te ïieïn al
thans voor het groote, thans ontruimde, ge
bouw. Toen was de sterfte geringer en de
draagkracht grooter, dan in den aflerlaatsten
tijd: menigeen nam de kinderen van overle
dene na-verwanten tot zich. Zelfs is eens aan
het college van regenten de vraag gesteld, of,
gezien het gering aantal verpleegden, het niet
zaak zou zijn, opnieuw tot gezinsverpleging
over te gaan. Deze vraag werd in ontkennen-
den zin beantwoord. Wij mogen dat gelukkig
noemen, want reeds thans blijkt, dat de „tijds
omstandigheden" leiden tot toeneming der
bevolking van bet Weeshuis.
Wat de eigenlijke geschiedenis van het
Burgerweeshuis betreft, valt niet veel onge
woons te vermelden. Colleges van regenten
volgden elkaar op en het is wel merkwaar
dig, hoe grooten lust de beste burgers der
Gemeente hebben getoond voor de verzor-
ging der weezen. Weesouders werden be
noemd en on-eervol of eervol ontslagen, en
het blijkt, hoe de gehechtheid der kinderen
aan hunne pleegouders rijst en daalt met het
gevoel van saamhoorigheid. dat de ouders
aan hunne pleegkinderen bindt. Hoe ruimer
van inzicht de ouders zijn, des te vaster plaats
in het hart der kinderen stichten zij zich.
Dat zulks vooral voor de weesmoeders geldt,
spreekt van zelf: de vrouwelijke teederheid,
het liefderijke moederhart maken op de kin
derziel een veel dieperen en onvergankelij-
ken indruk, dan het verstandig woord en het
wijs vermaan uit mannenmond. Kinderen
werden opgenomen en opgevoed en aan de
gemeenschap terug gegeven, om deze in ne
derige of hoogere betrekking te dienen. En
reeds in vroege jaren van het bestaan van het
huls hebben de regenten zich herhaaldelijk
tot de Overheid gewend om niet in over
eenstemming met de reglementen 1het ver
blijf in het huis te verlengen van verpleegden,
wier zwakke gezondheid of lichaamsgebre
ken hen belette, ten volle in hun onderhoud
te voorzien. Ook al in de eerste jaren van het
bestaan van het huis werden kinderen ter ge
neeskundige behandeling en verpleging naar
elders gezonden, wanneer de Gemeente zelve
niet het allerbeste in dezen geven kon.
Het bestuur heeft altijd bestaan uit Regen
ten en Regentessen. Maar de bevoegdheid
der laatsten is tot vóór enkele jaren beperkt
geweest tot het huishoudelijk gedeelte van
onderhoud en verzorging. Dat gaf wel eens
aanleiding tot geprikkeldheid en zelfs tot
moeilijkheden tusschen de beide bestuurs-
groepen. Het is goed geweest dat Regentes
sen en Regenten gelijkgerechtigd zijn gewor
den de vergaderingen zijn bewijzen van een
drachtige samenwerking en gelijke gezind
heid voor alle belangen der kinderen.
Hoe in 1914 het bestuur zijn gebouw be
schikbaar stelde voor het Roode Kruis, is be
kend. Het drukte eenvoudig de voetsporen
van hen, die in 1870 op bescheidener wijze
hetzelfde deden. En de beschikbaarstelling op
25 Juli 1870 van eenige lokalen van het huis
ter vervanging van schoollokalen, die de mi
litaire autoriteit voor inkwartiering gebruik
te, is de voorlooper geweest van wat het be
stuur in 1914 deed ten behoeve van de in
kwartiering in de Huishoud- en Industrie
school.
Thans is het in 1869 gestichte gebouw
weer ontruimd geworden; nu voor vijf jaar.
Wanner dhn de Gemeente zal hebben gezorgd
voor een nieuw gebouwd weeshuis, zal ook
de eigendom van het oorspronkelijk Wees
huis aan de Gemeente over man.
Verpleegd werden in het geheel ongeveer
105 meisjes en 120 jongens.
Bij de opening waren 45 weezen in het
Huis.
Zoover nog kon worden nagegaan werden
opgeleid of werkzaam gescld van de meisjes:
Als dienstbode 68, als naaister 3, als win
keljuffrouw 2, als kinderjuffrouw 2, als boe
renmeid 1, als modiste 2, als onderwijzeres 7,
totaal 80.
Van de overigen is gedeeltelijk niets be
kend. Gedeeltelijk zijn zij nog in het Huis
aanwezig en dus zonder beroep.
Van de jongens werden opgeleid tot of
werkzaam gesteld als: machinist 3, bankwer
ker 1, smid 7, modelmaker 1, vuurwerker 1,
gasfitter 2, loodgieter 2. metselaar i, tram
conducteur 1, schippersknecht 1, steenhou-
2, schilder 5, teekenaar 1, kleermaker 6,
timmerman 19, waarvan 1 later scheepstim
merman en 2 politieagent, meubelmaker 5,
boerenknecht of landbouwer 2, kuiper 3,
schoenmaker 6, pruikenmaker 1, bouwkun
dig opzichter 1, zadelmaker 2, waarvan 1 in
4 jaar tijds was zadelmaker, fmandenmaker,
bakkersknecht en koloniaal wagenmaker 3,
tabakskerver 1, letterzetter a, bloemist 2, tuin
man 3, banketbakker 2, kaaskoopersknecht 1,
opperman 1, was eerst kuiper, toen wagen
maker. toen huzaaiy later opperman en bede
laar, horlogemaker 1, kellner 1, kantoorbe
diende 1, kruideniersbediende 1, stuurman
groote vaart 1, thans gezagvoerder Rott.
Lloyd, commies H. IJ. S. M. 1, onderwijzer
2, matroos Kon. Marine 1, was opgeleid tot
schoenmaker koopvaardij, volontair Instruc
tie-Bataljon 1, totaal 103.
51)
Doot Char les ftarvtce.
Vrij naar hat Eugelsch.
Juist, voordat zij aan land gingen, keer
de Ralph terug naar den achtersteven, waar
Agnes ineengedoken zat.
„Lieve man, wat zie je doodsbleek 1' fluis
terde zij met schrik. „Je hebt je toch niet on
gerust yver mij gemaakt?"
„O neen", zei hij„je mannen verstaan hun
vak; ze hebben heel goed gezeild"
Hij hielp haar de boot uit, wachtte een
oogenblik, om te luisteren naar den kapitein,
die betreurde, dat er zulk een hevige bui
was opgekomen en hoopte, dat madame la
conutesse er geen kwade gevolgen van zou
ondervinden; toen wandelde hij met Agnes
naar de villa.
„Je moet dadelijk naar het hotel gaan en
andere kleeren aandoen, Ralph," zei ze.
„Ja, dadelijk."
Toen wankelde hü tr«J» "cV vast aan
den hoeksteen van de teMp- Zdfa teen »*g
streed hij tegen zijn zwakheid, maar toen
hij de Hall inging, wankelde hij weer en
viel op een stoel neer.
Lady Castlebridge viel naast hem op de
knieën en riep om hulp. Haar kamenier en
lady Shannon kwamen haastig aangeloopen.
Ralph was al eenigszins bijgekomen, maar
voelde zich zich nog suf en half bewusteloos
en de major domus en de huisknecht hielpen
en droegen den zwaren man haast de trap
op. Al maakte hij tegenwerpingen, toch liet
hij zich te bed leggen en begon toen dadelijk
te ijlen.
Agnes liet den Engelschen dokter komen;
hij kwam dadelijk.
„Hij heeft een slag op hef hoofd gehad", zei
hij tot Agnes, die doodsbleek van angst aan
den anderen kant van het bed stönd. „Maar
dat is het niet alleen. Het is een sterke man
en hij had dat kunnen doorstaan; hij ia zoo
sterk als een leeuw, zou ik zeggen, maar hij
heeft zijn gestel ondermijnd. Hij is afgemat
en mager, veel magerder dan hij wezen
moest. Het komt mij voor, lady Castlèbridge
dat hij niet alleen zwaar geleefd heeft, maar
ook veel verdriet heeft gehad. Ik heb alles ge
daan wat ik kon. Vindt u het goed, dat ik u
een pleegzuster zend?"
„Neen," zei ze. Ik wij kunne» alias
wat «vndjg Maar hem ia. Ik wil
Morgan al Bel Butwrweohuii viag
uitsteken; dan zullen dé kinderen een vrijen
middag hebben en feestvieren; dan zal het
bestuur te drie uur buitengewoon vergade
ren. En in die vergadering zullen zij het
ook niet met name allen herdacht worden,
aan wier toewijding en zorgen het is te dan
ken, dat ons Burgerweeshuis is geworden,
wat het behoort te zijn: een „tehuis" voor
ouderlooze en onverzorgde kinderen.
Xmr., 16 October 1919. SR.
NED. BOND VOOR VROUWEN
KIESRECHT.
Openbare vergadering 15 October 1919.
Neen, ik'wou maar geen officieel verslag
maken van deze vergadering. Want, ziet ge,
bij de woorden: „officiéél en „vergadering'
denkt men zoo aan 'n heele groote zaal (die
er inmiddels was) maar in die groote zaal
vele rijen vaix stoelen, rijen van stoelen in 't
oneindige tot vlak aan den muur, tot vlak aan
't podium en dan menschen op al die zit
plaatsen, vele menschen, allen even belang
stellend, even hunkerend naar des sprekers
woord. Maar er was nu eigenlijk géén ver
gadering, want er waren zoo maar enkele
getrouwen, die koude en regen hadden ge
trotseerd, geen menschendrommen die een
vergadering maken. Laten we dus 'n causerie
houden geen officiëel verslag van deze
onofficiëele knusse bijeenkomst. Ja, het was
wel koud. Het was heel erg koud. En kou
de dooft wel iets van hex enthousiasme voor
een goede zaak, hoe brandend dat enthousias
me ook zijn mag, niet waar? Toovert ons,
óver het hooge trillige gevoel van strijden-
voor-het-goede-doel, wel door haar ijzigen
adem in een liefelijk visioen voor oogen hoe
goed het thuis was in de warme studeerka
mer en deed ona in 't onderhavige geval af
vragen, waarom geen der aanwezigen voor
stelde: „Komt mee naar huiis, 'bij mij zuilen
we praten en luisteren naar wat ons te ver
tellen is,"
Het was dua wel koud, maar toch begon,
na het openingswoord van de secretaresse,
(de Presidente en Vice-Presidente waren ver
hinderd) waarin deze nog een hartelijken ge-
lukwensch vlocht voor mevrouw Aukes—
Timmers uit hoofde barer benoemingen in
Prov. Staten en den Raad, toch begon dus
de spreekster mejuffrouw C. Staas vol moed
aan haar onderwerp „Moederschapzorg".
Spreekster had hiervan een grondig^ studie
gemaakt en leek ons wel gedocumenteerd op
't ijs te komen. (Men vergeve der verslag
geefster deze stoute beeldspraak, die haar on
getwijfeld door de bekende atmospheer ge
ïnspireerd werd). Zij deed uitkomen, steeds
weer opnieuw, noe in de eerste plaats sociale
maatregelen moeten worden getroffen om de
vrouwen te onderrichten voor de haar wach
tende taak als moeder, hoe door betere toe
passing van hygiëne en gezondheidsleer de
zuigelingensterfte moet verminderen. Jam
mer dat nog zoo dikwijls de genomen sociale
maatregelen mislukken, dooruat de 'betrokke
nen het nut er niet van inzien en eer tegen,
dan meewerken.
Spreekster verhaalde verder hoe het verlies
aan menschanlevens'tijdens den oorlog in 't
algemeen geschat op ruim 8 miliioen is ko
men te staan, terwijl natuurlijk ook een groot
aantal verminkten en zieken te boeken valt.
Waar zoovele jonge mannen in den kracht
van hun leven waren weggerukt, was in alle
landen de wensch ontstaan de productie zoo
hoog mogelijk op te voeren en net eerste be
gin moet dan natuurlijk zijn om de jonggebo
renen te trachten in 't leven te houden. Be
kend is geworden wij spreken nu over ons
eigen land hoe de zuigelingensterfte nog
30 pCt. bedraagt van de totale sterfte, hoe
wel die der jonge kinderen beneden het
jaar in de verschillende provincies zeer ver
schillend is, zelfs voor het eene rayon veel
slechter is dan van het andere in dezelfde
provincies. Opmerkelijk is het feit dat vroe
ger in de groote steden de sterfte ten platten-
lande overtrof, terwijl nu, ongetwijfeld dank
zij de reeds getroffen maatregelen, de groote
steden, d.w.z. plaatsen met 20.000 inwoners
of meer, gunstiger figuur slaan dan het plat
teland. Voorts ging spreekster na wat in de
verschillend, landen vóór als tijdens den oor
log gedaan is voor moeder en kind. Wel was,
noodgedrongen vaak, daar de vrouw ook als
asbeiderskracM niet in de oorlogsindustrieën
kon worden gemist, voor moederschapzorg
meer gedaan in de laatste jaren door enkele
wettelijke bepalingen, maar door het eenzij
dige en slecht geregelde in deze wetten, weten
zij toch de vrouw en a.s. moeder nog verre
van voldoende te beschermen.
In tal van beschaafde landen is de rege
ling nog zoo, dat wel de wet verplicht de
vrouw rust te geven na de geboorte van het
kind, soms ook eenige weken ervóór, maar
met inhouding van loon. Het spreekt van
zelf, dat daar juist in deze tijden in een gezin
zoo enorm veel geld noodig is, dit loon niet
gemist kan worden en de vrouw op andere
wijze nog poogt iets te verdienen.
In ons land is wel iets gedaan bij de rege
ling der arbeiderswetten, in Juni 1.1. waar
ook voor de gehuwde arbeidsters eenige be
palingen werden gemaakt, doch alleszins on
voldoende.
pleegzuster hebben."
Zij ging naast het bed zitten met opeen
geklemde 'lippen en een vastberaden, bleek
gezicht.
„Zooals u verkiest, maar ik vrees, dat hij
eenigen tijd zal blijven ijlen en buiten ken
nis blijven."
„Dat zal geen beletsel voor mij zijn. Ik
wij zuilen hem zelf oppassen. Het is een
oude vriend van mij".
De dokter bleef nog eenigen tijd; toen ver
trok hij om medicijnen te halen en Agnes was
alleen met den zieke. Hij draaide rusteloos
op zijn bed heen en weer, met wijd open
oogen, waarin de roode streek duidelijk
zichtbaar was. Eenigen tijd waren zijn
woorden onsamenhangend en -onhoorbaar,
maar weldra werden zij dluidelijk en zij kon
enkele woorden en zinnen opvangen.
„Constance!" riep hij met dikke tong.
„Constance, je weet, dat ik je liefheb! Jou
alleen heb ik lief. Er bestaat geen andere
vrouw op de wereld voor mij. Ja, ja; ik
weet het wel Je hebt gehoord wat heb
je gehoord? Ja, ja, maar dat is alles voor
bij. Ik heb haar niet langer lief. Arme Ag
nes! Arme Agnes! Ik kan het niet helpen.
Waarom verwijt je mij het verleden? Het is
Voorbij, verdwenen. Jij bent het alleen, jij,
jij Je zandt mij naar haar, je drijft
Sjrefister naaadB&i se? tssfxssmg rw
dit alles, dat zij een bij uitstek geschikt ar
beidsveld achtte voor vrouwen, speciaal nu
nieuwe perspectieven door de uitreiking van
het stembiljet waren geopend, ze wilde door
het gansche land om Je beginnen moedercur
sussen organiseeren, z.g. zoogstationa op
richten, waar vrouwen gelegenheid werd
gegeven op bepaalde tijden hun kinderen te
komen aoogen en waar zoodoende een goede
coritrole werd uitgeoefend op het kind, e.d.
Omdat 't zoo koud was, bekortte spreek
ster haar rede eenigszins, wat wel jammer
was, omdat zij zich veel moeite had ge
troost. We konden ten minste aan haar haast
niet merken, dat de kille atmospheer iets van
haar enthousiasme had weten te dooven.
Ten slotte werd 't 'n gezellig onderonsje,
nadat de eigenlijke lezing was gehouden;
verschillende dames vroegen nog eenige na
dere inlichtingen, welke door spreekster wer
den beantwoord.
Toen werd de koude ons te machtig. Na
volbrachten plicht 'lokte wel de warme ka
mer met dringender stemme en met ons hoofd
vol van Moederschapszorg en Zuigelingen
verzorging en crèches gingen we huiswaarts.
Spreekster kan, ondanks dat weer en wind
niet dienende was, toch wd met genoegen
op dezen avond terugzien. -
JAARVERSLAO VAN DE VEREENI-
GING VAN VRIJZINNIGE JONGEREN
TE ALKMAAR.
De vereeniging van Vrijzinnige Jongeren,
opgericht in April 1918 met 239 leden, ge
leid door 25 comité leden en een dagelijksch
bestuur van 4 ouderen en 4 jongeren, heeft
een goed jaar gehad en kan hierop met grooj
te dankbaarheid terugzien. Elke maand werd
een bijeenkomst gehouden, waarvoor velen be
langloos hunne medewerking gaven. De eer
ste bijeenkomst werd geleid door Ds. Wegerif.
den voorzitter; Dr. Wicherink gaf dien avond
een inleidingde tweede bijeenkomst in Sep
tember werd opgeluisterd door een voordracht
van mej. O. Bakker, zang van mf|. Teunis-
sen en was verder bestemd voor allerlei prac-
tische mededeelingen. Op 3ü Oct. leidde Ds.
Makkiuk een Luther-herdenking met licht
beelden, in Nov. hield Dr. Bakker een lezing
over een botanisch onderwerp. Op den 2den
Kerstdag werd een kerstavond georganiseerd
waarbij o.rn. Ds. Wegerif het kerstverhaal
van Dickens :»„Miarley's geest" vertelde met
lichtbeelden, en een ingestudeerde kerstcanta
te ten gehoore werd gebracljt. In Januarie
hield Ds. Westra in de Luthersche krk een in
leiding over Abraham Lincoln, in Februari
Ds. Wegerif over de Veluwe met lichtbeelden,
en in April had een feestavond plaats met de
Unie met prestaties van de jonge leden
zelf.
Tot tweemaal werd een tocht naaf buiten
georganiseerd, één naar Schoorl, waar Ds.
Boeke de vereeniging in zijn-kerkgebouw ont
ving en éénmaal naar Bergen, waar Ds. v.
d. Kieboom hen toesprak.
Uit de jonge leden hebben zich 14 lees
kringen gevormd, onder leiding van mevrouw
de Lange, mevrouw Wegerif, mevr. Makkink,
mevr. Reiziger, mevr. Kooij, mevr. Brinkge
ve, mej. Buys, mej. Tr. Bakker, mei. Niemeyer,
mej. de Vos, mej. Tigler Wijbrandi, mej. Teu-
nissen en mej. van den Berg; een practische
naaiavond werd geleid door mejufïr. Broer
tjes. Tijdens het voorlezen is in een der krin<
gen een verplecgsters-costuum voor een pop
gemaakt. De verloting hiervan bracht een be
drag van ruim 50 in de kas der vereent
ging.
In den zomer van 1918 hadden 3 natuur-
excursies plaats onder leiding van mej. Ass-
man en den heer Maschhaupt.
Uit dankbaarheid voor het steeds zoo wel
willend beschikbaar stellen der kerkgebouwen
waren deze voor Kerstmorgen met hulst en
roode klokken versierd; ter opluistering van
den kerkdienst werden gedeelten uit de kerst'
kantate van Catharine va a Rennea door klei
ne koortjes ten gehoore gebracht. De leden
zelf kregen wat hulst, dennengroen en rood
vloeipapier mee naar huis om wat kerstpoëzk
in den familie-kring te brengen.
Aan de leden die tot lidmaten van een dei
kerkgenootschappen werden, bevstigd, werd
een nerinneringsplaat aangeboden.
Dit korte verslag moge eindigen met een
woord vand ank aan allen, die door huu fi-
nancieele steun het mogelijk hebben gemaakt
dat de vereeniging, die van de leden slechts
een contributie van 0.25 per jaar vraagt,
haar werk heeft kunnen doen.
UIT HEER-HUGOWAARD.
Ir. een buitengewone ledenvergadering der
tuinbouwvereeniging „Nieuw Leven" werd
een bespreking gehouden over een regeling
met betrekking lot den afzet der winterpro-
ducten uit de omgeving, met name van de
bewaarkool. Door den voorzitter werd in het
kort weergegeven, wat hieromtrent is verhan
deld in de bestuursvergadering van den
Noordermarktbond en in een daaraan vooraf
gaande vergadering der marktbesturen van
Broek op Langendijk, Noord-Scharwoude,
Warmenhuizen en Obdam, Hoofddoel dezer
naar haar! Verduiveld! dat is niet.mooi van
je! Je vernietigt mijn leven! Je weet, dat ik
je liefheb en jou alleen! Red mij,, Constance,
red mijLaat het verleden rusten. Ik zeg, dat
ik je liefhebJou alleen. Agnes is niets meer
voor mij. J bent alles. Ik leef voor jou, ik
adem voor jou alleen. Kom terug, kom b mij
terug 1"
De vrouw aan zijn zijde luisterde en haar
gezicht werd doodsbleek tot har lippen toe,
maar zij zuchtte niet, ze uitte geen enkelen
kreet. Zij legde het ijsverband op zijn hoofd,
diende hem de medicijnen toe, schudde zijn
kussen op. Haar hart brak; maar zij gaf
geen enkel teeken daarvan, zij weifelde niet.
Het was de straf voor haar zonde. Zij dacht
aan haar overleden echtgenoot, aan haar le
ven van bedrog, aan haar vernietigde hoop,
haar troostelooze toekomst, ja, het was een
billijke straf voor haar zónde, Zij verpleegde
hem, den man, dien z liefhad, met een toe
wijding, die geen pleegzuster van beroep kon
hebben getoond; haar gelaatskleur werd
steeds witter, haar oogen hol, haar lippen
flets. Op den derden dag kwam Ralph tot
bewustzijntoen sloop zij weg naar haar ei
gen kamer en gaf zich over aan haar groot
verdriet. Hij vroeg naar haar. Ze Zeiden,
dat de gravin rustte. De dokter feliciteerde
hem met zijn lumtal.
regzhög' 2a wmtooa, da aa» xnsmpo
ducten van de hand zouden moeten worden
gedaan beneden productieprijs. Hiervoor zal
noodig zijn do aanvoer te regelen, zoodat
aan de regeling vooraf zal moeten gaan een
zoo zuiver mogelijke inventarisatie en wel te
gen midden December, aangezien wordt
voorgesteld de regeling op 1 Jan. te doen in
gaan. Nadat bezwaren zijn weerlegd en een
aantal vragen zijn beantwoord, gaat de ver
gadering met het voorgestelde mee en mach
tigt het marktbestuur in dezen verder hande
lend op te treden.
Hierna komt aan de orde het houden van
een tuinbouwcursus. Volgens informatie zal
voor een jongelieden-curaus voor di tjaar niet
meer op rijkssubsidie gerekend mogen wor
den, wat vermoedelijk nog wel zal gaan voor
een cursus voor volwassenen. Na bespreking
melden zich voor een dusdanlgen cursus 13
personen aan, zoodat door het bestuur verde
re maatregelen zullen worden genomen voor
het doen doorgaan van dezen cursus.
Na nog eenige huishoudelijke bespreking
werd de vergadering door den voorzitter ge
sloten.
UIT WIERINOERWAARD.
De uitslag van de najaarskeuring, gehou
den vanwege de Fokvereeniging, op Dinsdag
14 October, is als volgt:
A. Stierkalveren van ingeschreven
Koeien, geb. vóór of op 15 Maart 1919.
Ie prijs Jonge Frans 33, eig. Jb. Kaa»
Kz. Sr.; Ie pr. Jonge Frans 24, eig. dezelfde;
2e pr. Maxzoon 3, eig. H. J. van Hoorn;
3e pr. Maximillaan 6, eig. N. Kaan Kz; 3e
pr. Nico 4, eig. A. Kaan Kz.; eerv. vermel
ding Frans 32, eig. J. Schenk Kz.; eerv. ver
melding Jonge Max 8, eig. Jb. Kaan Kz. Jr.
B. Stierkalveren van ingeschreven
Koeien, geb. na 15 Maart tot en met
1 Mei 1919.
Ie pr. Jonge Max 12, eig. Jb. KaanKz.Jr.;
Ie pr. Nero 2, eig. K. zijp; 2e pr. Franco 18,
eig. A. D. Groneman; 3e pr. Hans 8, eig.
C. R. Blaauboer; eerv. verm. Petrus, eig.
J. Breed Ce, eerv. verm. Maxzoon 4, eig. H.
J. E. van ffoom.
D. Stiet kalveren van in onderzodi
zijnde niet ingeschreven koeien.
Ie pr. Frans Adolf 15. eig. F. A. F. Grone
man; 2e pr. Frans Adolf 16, eig. dezelfde;
2e pr. Jonge Max 13, eig. Jb. Kaan Kz. Jr.;
3e pr. Frans Adolf 17, eig. F. A. F. Grone
man; eerv. verat. Jonge Max 11, eig. Jb
Kaan Kz. Jr.; eerv. verat. Alb. Frans 21, eig.
Sleutel Dz.: eerv. verm. Maxzoon 6, eig.
J. E. van Hoorn.
E Kuikalveren Van in onderzoek
zijnde niet ingeschreven Koeien.
Ie pr. Nelly 9, eig. N. D. Kaan; 2e pr.
Antje 8, eig. Jb. Kaan Kz. Jr.; 3e pr. Mosk
11, eig. K. Zijp; eerv verm. Maart je 35,
eig. N. Kaan Kz.; eerv. verm Maartje 6, eig.
J. Schenk Kz.eerv. verm. Nelly 8, eig. H. j.
E. van Hoorn.
F. Kuikalveren,.
Ie pf. Maartje 33, eig. N. Kaan Kz.; 2e pr.
Tesselaar 18, eig. D. Kaan Kz.; 2e pr. Aaltje
6, eig. C R. Blaauboer; 3e pr. Oeertje 24,
eig. K. Zijp; 3e pr. Dieuwertje 28, eig. Jb.
Kaan Kz. jr.eerv. verm. Reintje Piet 2, eig.
N. Kaan Kz.eerv. verm. Greta 6, eig. N. D.
Kaan; eerv1. verm. Trijntje 20, eig.. J. Schenk
Kz.
G. Hokkelingen.
Ie pr. Klazina's Pel, eig. F. A. F. Grone
man; le pr. Matje 7, eig. dezelfde; 2e pr.
Sikkema 16, eig. dezelfde; 2e pr. Maartje 14,
eig. Jb. Kaan Kz. Sr.; 3e pr. Maartje 13, eig.
Jb. Kaan Kz. Jr.; 3e pr. Dora 3, eig. H. J.
van Hoorn eerv. verm. Maartje 31, eig. N.
Kaan Kz.; eerv. verm. Antje 7, eig, dezelfde;
eerv. verm. Metta 4, eig. N. D. Kaan.
H. 'Vaarzen,
le pr. Pietje 7, eig. F. A. F. Groneman;
le pr. Gusta 6, eig. dezelfde; 2e pr, Johanna
4, eig. dezelfde; 2e pr. Bet je 8, eig. dezelfde;
3e pr. Dora 75, eig. dezelfde; 3e pr. Maartje
28, eig. N. Kaan Kz.; eerv. verm. Maartje 13,
eig. dezelfde; eerv. verm. Stippeltje 10, ei
D. Kaan Kz.eerv. verm. Kroontje 5, eig.
j D. Groneman.
I. Ingeschreven Twinters,
2e nr. Mosk 8 eig. K. Zijp; eerv. verm.
Christina 84, eig. F. A. F. Groneman.
J. Oudere Koeien,
le pr. Tesselaar 9, eig. D. Kaan Kz.; le pr.
Kroontje 4 eig. A D. Groneman; 2e pr.
Maartje 9, eig. N. Kaan Kz.2e pr. Charlotte,
eig. Jb. Kaan Kz. Sr.3e pr. Sarah 4, eig. F.
A. F. Groneman3e pr. Cato 2, eig. Jb. Kaan
Kz. Sr.; eerv. verm. Maartje, eig. N. D.
Kaan; eerv. verm. Maartje 15, eig. N. Kaan
Kz.; eerv. verm. Trijntje 3, eig. H. J. E. van
Hoorneerv. verm. rries 2, eig. R. D. Kaan
eerv. veren. Vrouwtje, eig. dezelfde; eerv.
verm. Sientje, eig. dezelfde.
UIT OOST- EN WESTGRAFTDIJK.
Ds. A. Reuter, alhier heeft hét beroep naar
Twisk aangenomen.
UIT HOOGWOUD.
De Raad dezer gemeente heeft het wdrag
van den hoofdelijken omslag hetwelk over
1920 zal worden geïnd op 22.000 bepaald.
UIT STOMPETOEEN.
Op uitnoodiging der anti-militairisten van
de atfdeeling O ter leekRustenburg werd
„Ik verzeker u, waarde sir Ralph, dat de
meeste mannen er onder bezweken zouden
zijn", zei hij. „Uw herculische kracht alleen
en uw bewonderenswaardig gestel hebben er
u doorheen kunnen helpen. Het was niet al
leen die slag op het hoofd, maar uw uw
verleden. U moet werkelijk zoorzichtig zijn
in de toekomst."
Ralph legde hem' het zwijgen op.
Een paar dagen bleef hij stil liggen, toen
vroeg hij aan de kamenier om zijn kleeren en
ging met onvaste schreden naar beneden. La
dy Castlebridge was in die zitkamer, hij ging
langzaam naar haar toe. Ze was ln 't zwart
fluwieel, haar bleek gelaat kwam daar te meer
bij uit, met ws precies ivoor, haar oogen
schitterden met een martelaarsvuur.
„Ben je benedien gekomen", zei ze, „voel je
je beter?"
„Ik ben nu weer geheel beter. Geheel en «1.
Ik kan je niet genoeg d'amkem, Agnes, voor al
je zorgen. Nu keer ik weer naar mijn hotel
terug. Ik ben lang genoeg een groote last
voor je geweest".
Hij wilde h'aar hand vatten, maar zij hield
die op haar rug.
„Neen", zei ze. „Ralph, ik wou je wat ver
tellen Ga zitten."
Insult Couit
0