nidi tail De AmstBrdBmsGhB weet Eoir&rl tvu a titntfciti Asrgug. Zaterdag 17 Januari. K til LL ETON. D« ilooTu in 't Break. 14 Het oude bijbelwoord uit Genesis vertel ons hoe Lot's vrouw, toen zij bij de verwoes- ting van Sodom en Oomorra omkeek, in een zoutpilaar veranderde. Dat was de s*traf voor hare nieuwsgierig- heid. Waarom de schuldige juist in een zoutpi laar veranderde en wat er verder met die pi- laar is voorgevallen, vermeldt het verhaal niet, maar wij kunnen er toch uit leeren, dat in Lot's tijd het zout reeds een rol van betee- kenis moet gespeeld hebben. En zoo is het gegaan door alle eeuwen heen, want uit tal van oude verhalen blijkt, dat men het zout gekend en de waarde er van begrepen heeft. Eigenlijk zouden wi] het zout een natuur- product kunnen noemen, want hoewel de mensch voor het verkrijgen van het zuivere zout zijn medewerking moet verleenen, geeft de natuur het als ruwe grondstof en wef in zulke hoeveelheden, dat men voor een zout- tekort nimmer bevreesd behoeft te zijn. Zoowel land als water bevat het voor ons onontbeerlijke zout. Het wordt in enor- me hoeveelheden in de zoutmijnen gevonden en ook uit het zeewater zal men een zeer goedkoope grondstof kunnen verkrijgen. In Spanje en Portugal en ook op Sicilie vangt men het zeewater in de z.g.n. z6nes, laat het door de heete zonnestralen verdam- pen en houdt het zout over. Die zoutwinning vereischt al heel weini bcdrijfskapitaal en het Portugeesche zou. dat mcermalen gevraagd wordt, is dan ook een product dat hoofdzakelijk door den vrachtprijs een zekere handclswaarde he«ft gekregen. Moeilijker is de zoutwinning in de mijnen, waar de zoutlaag moet losgehakt worden en me# dus groolere en kleinere ruwe blokken aflevert, die voor een direct gcbruik ongc- gcliikt zijn. Wie bij vergissing het zoutvat wel eens voor den suikerpot aangezien heeft, weet ondervinding, aat een schepje zout allesbe- halve gcschikt is om de smaakzenuwen te streelen. Het zout zonder bljvoeging is door niemand te gebruiken en daarom treft het ons te meer dat juist het zout benut wordt om aan onze voedingsmiddelen van dagelijksch gebruik een behoorlijke smaak te kunnen geven. In brood, in koek, in speculaas en in zoo vele lekkernijen die in de banketbakkerswin- kels ten toon gespreid liggen, heeft de bakker een hoeveelheid keukenzout verwerkt. Had hij dat niet gedaan, dan zouden de nieesten van ons na het eerste hapje van hun ilagelijkschen boterham den neus opgetrok- ken hebben. Trouwens de huisvrouw, die vergeten heeft wat nogal eens schijnt te gebeuren oin het zout bij de aardappels te voeeen, be hoeft zeker niet op lofpredicaties van haar om den disch geschaarde huisgenooten te reke- nen Maar naast de smaakverbetering heeft het zout nor een andere eigenschap en juist deze is het die en zoutfabricage van ettelijke mil- lioent- i gi nmmen per jaar noodzakelijk heeft gem< <«i Het zoi -let bederf-werend en het wordt daaijom geb 'it. tor conserveering van tal- rijkc verbruiks ilg groenfen, boter, kaas, vleesch en k> vele andere voedings- stoffen van dagelijksche behoefte. De huisvrouw, die haar Mbontjes in den grootcn steenen pot onder den pekel zet en haar half varkemtje na bewerking in houten kuipen aan het zout toevertrouwt, weet, dat zij daarvan den geheelen winter zal kunnen profiteeren omdat deze grpenten en dit vleesch niet aan bederf onoerhevig zijn. De conservenfabrieken op elk gebied ken- nen de groote waarde van het zout en weten er een dankbaar gebruik van te maken. Een roman uit Masoeren door RICHARD SKOWRONNEK. 2) En nu op eenmaal vrij en op weg naar zijn geboortegrondMet doorgeloopen voeten en ledematen lam van het ongewone werk dat het verre loopen voor hem was, in zijn hart echter een koortsachtig en rustelooa voortdrijvend verlangen. Voor zes dagen had hij een brief ontvan- gen en toen was weer in hem opgestaan wat al die jaren lang onder het grijze dekkleed der gewoonte had begraven geiegen. Zooals een overstrooming bij't stormen der voor- iaarswinden dijken en dammen vernielt, zoo had zich in zijn hart het bloed der vaderen verheven en het wierp de beletselen omver, die dwang en vreemde wil tusschen hem en de plaats hadden opgericht, waar hij krachtens zijn afkomst thuis behoorde Je moeder wil de hoeve verkoopen. Aan de Bogdans. Zij is dit jaar oud en ziek geworden en wil er voor haar eind voor zorgen, dat jij niet den weg van je vader en broers opgaat. Maar ik heb het gehoord en ik laat dezen brief schrijven door Willameiski, den klerk, die aan de griffie in Lyck de acten schrijft. Hij heeft een reerug van mij gekregen als hij de ze in orde afzendt en Onder belofte dat hij er met niemand verder over spreekt. Want van hem weet ik het en het is ernst, want hij heeft zelf het koopcontract tusschen je moeder en de Bogdans opgesteld. Achttien duizend tha ler en ze willen ze contant uittellen. Ze heb ben veel verdiend deze jaren in de spiritus en in de thee, want de commandant van de raschniks in Prawdawola is een goed vriend van hen en daar waar hun goed aan de grens komt is nooit een Straschniks te zien. En ze doen wat ze willen, al moeten ze natuurlijk mat dan commandant deelea. WW de h^irt Het zout dart nog aan acdjtm ootferhe- vig is blijft goedkoop, omdat net in groote hoeveelheden gewonnen en gemakkelijic ge- zuiverd kan worden. Hoe komen fabrieken en handelaren nu aan het zuivere zout? Zij betrekken dat van de z.g.n. zoutziede- rijen, ondernemingen, die reeds van heel ou- den datum kunnen genoemd worden en die in vroeger jaren voor menige stad een bron van welvaart zijn geweest. Ook Alkmaar had zijn zoutziederijen en langs de Oudegracht moeten er zelfs een elf- tal bij elkaar gestaan hebben. Thans telt onze gemeente er nog slechts &n, de Zuotzlederij ,fie Eendragt" aan den Schelphoek, waarvan de firma D. Bosnian Zoon de eigenares^e kan genoemd worden. Naar de tegenwoordige leider, de heer C. Bosnian, ons mededeelde, werkte deze onder neming reeds in 1782 en werd zij in 1852 door de familie Bosman van een zekere firma Kooin overgenomen. Sedert 1895 werkt zij onder den firmanaam D. Bosman en Zoon en na het overlijden van zijn compagnon kwam de onderneming gehee^in handen van den heer C. Bosman Het spreekt van zelf, dat ook een zoutzie- derij een seizoenbedrijf is in zooverre, dat op bepaalde tijden van het jaar het meeste zout voor bederfwering moet geleverd worden. Hoe maakt men nu zout? Zout wordt eigenlijk niet gemaakt, maar gezuiverd. Met een zoutwinning uit zeewater houdt men zich hier te lande niet op en men bepaalt zich uitsluitend tot het fabriceeren van het zuivere product uit de ruw aangevoerde grondstof. VrOeger kwam die grondstof te Alkmaar van de Engelsche kust, maar de oorlog heeft ook hierin verandering gebracht en thans wordt het ruwe zout uitsluitend uit de mij nen van Heilbronn betrokken. Daar zit het in enorme hoeveelheden in den grond en het is er naar alle waarschijn- lijkheid reeds duizenden jaren aanwezig ge weest. Niet alleen in Duitschland, ook in Neder- land wordt zout in den grond gevonden, al is het dan ook niet in zulke groote hoeveelhe den. Maar wanneer we vertellcn, dat te Boeke- lo in Overijsel de grond zout bevat in een hoeveelheid die voor 9000 jaren voldoende is om aan de jaarlijksche Nederlandsche be hoefte te voldoen, is het duidelijk, dat men nog niet bedenkelijk behoeft te kijken, als thuis per ongeluk het voile zoutvaatje eens van de tafel komt te vallen. Door het concessie verleenen voor het ex- ploite'eren van deze zoutgronden, heeft men er voor gezorgd, wat het zout betreft, niet ;er van het buitenland afhankeliik te zijn. Feitelijk kost in Boekelo de pekel niets. Men perst er het water in den grond en het komt er door een buis als zuivere pekel weer uit. De Koninklljke Nederlandsche Zoutindusr trie, die k*1 v Ige jaar haar arbeid is be- gonnen, is aan ook een gevaarlijke collega- concurrent voor de zoutzieders, zoo gevaar- lijk zelfs, dat de laatsten de verplichting op zich genoinen hebben een deel van haar fa- brikaat te betrekken en voor een vastgestel- den prijs in den handel te brengen. De zoutzieders, die zelf zout maken en in een Zoutconventie zijn verbonden, zijn dus uitsluitend de klanten van de „Koninklijke". Maar over het algemeen zijn zij over het gehalte van het hun opgedrongen fabrikaat niet bijster tevreden en fabriceeren zij daar- naast zout dat van deugdelijker kwaliteit kan genoemd worden. Een zoutziederij, zooals „De Eendragt" op den Schelphoek, is een heel interessant be drijf. Men treft er groote houten bergruimten aan - zelfs de planken zijn, om het roesten van iizer te voorkomen, met houten pennen aan elkaar verbonden welke de zoutzieder kort maar krachtig „Den" noemt. Elke ,,Den" herbergt een bepaald soort voor het gebruik gereed zout en zoo zien wij het zout van Boekelo, kaaszout, boterzout, keukenzout of grof zout, dat voor Leidsche en Zuid-Hollandsche kaas gebruikt wordt. De ruwe ongezuiverde grondstof vinden wii in een ander gewelf. Het is het vuilgroenkleurige zout uit de mijnen van Heilbronn, dat vroeger in stuk- cen van 100 KG. of zwaarder, maar tegen- maar er blijft genoeg voor ze over en ze heb- >en al hun zakken vol papieren roebels en thalers. En de jongens loopen nu te pronken en stellen zich aan alsof hun voorouders nooit daglooners bij jouw voorvaders waren geweest en als een ervan er over begin,t dat ij misschien, als God genadig is, naar huis zoudt kunnen komen, dan lachen ze en zeg- gen dat ze een huis bij de school voor je zul- en bouwen en je drie morgen land zullen ge ven. Daar moet je dan maar aardappelen po- ten en een koe houden en de kinderen uit het a b c-boek leeren. Toen ben ik toch zoo toor- nig geworden en ik besloot, je (lit te laten we ten. Maar tegen de Bogdans heb ik gezegd, dat er nog een Baginsky in leven is en dat die hun zelf een pak ransel zal geven in plaats van hun jongens. Nu weet je genoeg om je be- sluit te nemen of je een schoolmeester wilt worden of als heer en meester op je vaders hoeve wonen. Vanaf voile maan zal ik acht nachten lang op je wachten, tusschen't Broek en't bosch, waar de twee groote berken staan. Ik groet je en .wil je dienen, zooals ik je vader heb gediend. Samuel Guzek, vroeger knecht bij Baginsky. P.S. Hooggeachte Heer Baginky! Wil zoo goed zijn den slechten stijl van de zen brief te verontschuldigen. Maar Guzek jovengenoemd heeft de opstelling niet aan mij overgelaten, maar hij heeft er op gestaan, mij den brief met zijn eigen woorden te dicteeren, nog wel in de Poolsche taal, waarbij ik even- wel. moet opmerken, dat ik bij het vertalen in het Duitsch mij veroorloofd heb verscheiden al te ruwe uitdrukkingen te verzachten. Tegen en voorgestelden verkoop van uw vadenijk goed zult u alleen bij proces iets kunnen uit- richten, want de bovengenoemde Bogdan van c e kuil van Baginsky is uw voogd en natuur- ljk v66r den verkoop. Terwijl ik u, zeer geachte heer Baginsky, nogmaais de verzekering geef van mijn volko- men discretie en mij wel zeer houdt aanbevo- len voor het opatellen van eventueele bezwaar- woonTig in vwl kietnere atoefing wwdt ge leverd. De groote stukken worden in hoofdzaak nog aan veehouders verstrekt, die ze ergens neerleggen waar de koeien ze gemakkelijk bereiken kunnen. Een koe heeft zoo nu en dan behoefte aan zout en kent in die oogenblikken geen groo- ter tractatie dan met de ruwe tong cen groot blok Heilbronn-zout te mogen lik- ken. Smaken verschillen. Maar om op de zoutziederij terug te ko men, willen wij even vertellen hoe uit het ru we zout de zuivere pekel gemaakt wordt. De ruwe stukken zout worden in reusach- tige houten bakken gebracht. waarna er zee- water over uitgegoten wordt Een motorboot der onderneming voert dit zeewater uit Den Helder aan en door breede buizen wordt het opgepompt en over he zout uitgegoten. Dat water verzadigt zich met zout, het wordt daarna gefiltreerd door stroo en zeilr doek en verzamelt zich dan in den z.g.n. pe- kclput. Het spreekt vanzelf, dat zoolang zeewater over het zout wordt gegoten, totdat de „pe- kelweger" een te gering gehalte aanwijst. Dan wordt met duinjvater nagespoeld en de zoutstukken, waaruit het vuil allengs be- zonken is, worden alle jaren verwijderd, zoodat steeds voor versche en bruikbare grondstof kan gezorgd worden. De pekel die acht uur staan moet komt van pekelput No. 1 na filtratie in pekel- Rut No. 2 en na laatste filtratie in'/ pekelput (o. 3 Deze breede en diepe put bevat dan het zuivere pekelwater, dat vroeger met behulp van trekkende paarden, maar in onzen mo- dernen tijd door middel van een motor op gepompt en in reusachtige metalen kuipen ge- voerd wordt. HI Onder deze kuipen heeft de stoker groote vuren aangelegd, die met behulp van z.g.n. onderblaas-inrichtingen die door een mo tor gedreven hetzelme werk doen als de blaasbalg bij het smidsvuur korte rechte vlammen uit de gestookte bruinkool geven. De pekel in de kuipen wordt dus zoo krachtig verhit, dat de vloeistof indampt, waardoor de zoutkristallen zich alscheiden. Vlug indampen dus sterk verhitten - geeft kleine zoutkristallen, langraam indam pen 1 evert de grovere soortcn, waarbij men zeer mooie groote zoutkristallen kan verkrij gen. Ieder heeft wel eens een gemeentewerkman ezien, die aan den leant van een vaart staan- :e, een lange hark uitwierp, om daaraan drijvend vuil naar zich toe te halen en langs den wallekant neer te sdiudden. Precies eender staat maar dan in een witte dampwolk bijna onzichtbaar de zoutziedersknecht met een dwarsplank aan een langen houten stok een z.g.n. „schoon- haler" of ,?bijhaler" aan den rand van de enorme kuip en haalt langzaam maar zeker het gekristalliseerde zout uit den pekelvijver naar zich toe, \yaarna hij het langs den kant tot sneeuwwitte bergen sitapelt. Deze komen in de z.g.n. „Stoep", een hou ten reservoir met dubbelen bodem, waarvan de bovenste van kleine openingen voorzien is, zoodat het overtollige pekelw genheid krijgt om weg te loopen. De reeds eenmaal gebruikte pekel wordt weer opgevangen en kan wederom dienst dpen ter bereiding van grovere zoutsoorten Een kuip met een pekelmassa voor langza- me kristallisatie geeft in de van daglicht ver- stoken ruimte den indruk van een. reusachti- gen put, met hoogopstaanden rand en de pe kelmassa ligt er roerloos en blank als zuiver water, waarin men zich spiegelen kan. Buiten het „fabrieks"terrein treft men een reservoir met duinwater aan, waarin de „schoonhalers" of „bijhalers" van het zich daaraan vastgezet hebbende zout gereinigd worden. Een zoutziederij, zoodls „De Eendragt", is als't ware een verzameling van groote hou ten fabrieksruimten eh telkens ontdekt men bij het openen van een deur weer een pekel- vijvertje, dat door vlugge of langzame in- damping tot afscheiding van fijnere of groo- tere zoutkristallen kan gebracht worden. „De Eendragt", die uitsluitend voor bin- nenlandsch gebruik levert, drijft naast het door haar gefabriceerde ook handel in land- bouw- en Portugeesch zout, waarvan het laat- schriften mitsgaders het verschaffen van juri- disch advies, teeken ik mij met de meeste hogachting Uw dw. dienaar, August Willameiski, rechtskundig adviseur te Lyck. (Met aanwijsbaar succes opgetreden in ge- vallen die door de eerste rechtSgeleerden op- gegeven respectievelijk verloren waren). N.B. Mijn kantoor bevindt zich bij de Duitsche poort in het huis van den koopman Kraskasch, alwaar op verlangen honderden dankbetuigingen ter mzage liggen. Van den heelen langen brief waren hem slechts de eerste woorden bijgebleven: „je moeder wil de hoeve verkoopen!" Zijn hoeve waar niemand buiten hem eenig recht op had, niemand op de heele wereld. Ook zijn moeder niet! Haar plicht was het ge weest zijn erfdeel voor hem te behoeden en te bewaren tot hij tot man gerijpt was, en on- aangetast had zij het hem op te leveren, als hij op den dag van zijn mondigheid voor haar trad 1 Een oogenblik aa'rzelde hij of hij met den brief naar den directeur van het seminarie zou gaan en om verlof zou vragen, slechts voor een paar dagen of weken, tot het hem mocht gelukt zijn zijn moeder tot andere ge- dadhteu te brengen. Zij wilde immers de hoe ve verkoopen, dit stond in den brief, zijn hoe ve, en als de anderen verlof kregen voor hu- welijks- en doopfeesten, dan mocht het hem in zulk geval toch niet geweigerd worden! Halverwege keerde hij echter om, want het antwoord dat de directeur hem geven zou, kon hij zich van te voren al wel indenken: „lieve jongen, je moeder zal voor deze handelwiize stellig haar gegronde redenen hebben en het past u, dit gehoorzaam te aanvaarden, maar niet u koppig te verzettenEn hij drukte zijn tanden vast op elkaar en schoof het dichtge- vouwen papier weer in zijn borstzak. 'sNacnts echter, toen in de slaapzaal alles rustig was geworden, stond hij van zijn legerstede op, trok zijfa beste kleeren aan en klom behoed- zaam uit het raam Toen hij schrijlings op den hoogen muur zat, die hem zoolang van ste in zi^n naam reeds het land van heTkomst verraadt en o. a. voor de visscherlj en he conserveeren van bloemkool gebruikt wordt. Wie na het lezen van het bovenstaande nog niet van het interessante van het zoutzieders- bedrijf overtuigd is, vrage den heer Bosman eens een kijkje in deze onderneming te mo gen nemen. Hij zal dan op zijn rondwandeling tot de overtuiging komen, dat er heel wat vakken- nis en routine noodig geweest is om uit de vuil-groene brokken mijnzout de sneeuw witte, fijne kristalletjes te fabriceeren, die in het geslepen zoutvaatje op den middagdisch den aanzittenden een sinakelijken maaltijc verzekert. hi. Rokin-verminking en cent be- lanerijke wijziging in de binnen- stad. De stakingsoacil. Nog eens de tooneelistenstaking. Twee con- gressen: de Mizrachie Wereld- con\erentie en bet congres voor Iniellectueelen. De lokale Amsterdamsche bladen bevatten een jammerklacht van het bestuur der buurt- vereeniging „Het Rokin," en deze klacht vindt bij mij een gewillig oor. Sinds jaren al is deze eigenaardige, boomlooze gracht in het hart der stad zoo goed als onoruikbaar gemaakt als vaarwater. Ter wille van het verkeer aan de zoogenaamde drukke zijde is de oppervlakte van deze oude verbinding tus schen Amstel en IJ hi smaller gemaakt. Bo- vendien liet men (lees:Jiet ons Gemeentebe- stuur) haar stelselmatig vervuilen, en sedert jaren is nu al het plan nangende om het Ro kin eerste gedeelte te dempen. De ver- eeniging .,Het Rokin" heeft hieraan zelve meegewerkt. Zij begreep niet dat deze strook water, in het midden der oude stad, aan dat kwartier een eigenaardig, echt-Amster- damsch karakter verleent. Zij zong mee in het koor van degenen die nog altijd in een boulevard het toppunt hunner wenschen zien. En nu krijgt zij de bout op den kop. B. en W. hebben aan de Rotterdamsche Bank- vereeniging, die, zooals men weet, een groot gebouw heeft aan de stille zijde van het Ro kin (vlak bij den Dam) vergunning verleend een houten hulpgebouw boven het water voor haar deur te plaatsen, ter voorziening in de voor haar steeds groeiend bedrijf ze*:; uviod- zakelijke kantoorruimte. Die vergunning is geheel buiten den Raad om gegaan, en zoo ziet men dan ook reeds, sinds korten tijd, de koppen van tientallen hei-palen boven het Rokinwater uitsteken. Op deze palen zal het ,,tijdelijk" gebouw komen te rusten. Ik haal net wootd: tijdelijk aan. Want men kan er staat op maken dat dit „tijdelijk" van langen duur zal zijn. De de- finitieve uitbreiding van de Rotterdamsche Bankvereeniging schijnt namelijk mettertijd in een ander gedeelte van de stad te zullen geschieden. Daarvoor heeft men het oog op de Spuistraat eerste gedeelte. Het ligt na melijk in de bedoeling dit gedeelte van de Spuistraat waar nu de trams naar Haar lem en Zandvoort vertrekken te onttrekken aan den publieken dienst. d. w. z. vergunning te verleenen om het begin van de Spuistraat voor bouwterrein te bestemmen. Hier, en op het terrein dat vrijkomt, na afbraak van het geheele aan den Smgel grenzende bouwblok, zou eventueel het nieuwe bankgebouw verrij- zen. Het lijkt mij wel eene verbetering van den lokalen toestand daar ter plaatse: de Spuistraat (oudtijds Nieuwe Zijds Aditer- lurgwal) is een vervelende, doode- straat. Vlaar er kunnen natuurlijk nog iaren over men gaan, v66r alles voor elkanaer is, v66r de onteigening is verkregen. En hi dien tijd zullen de Rokm-bewoners met de Rotterdam sche Bankloods opgescheept zitten; zal onze city ontsierd zijn. met een reusachtig houten lulpgebouw, dat er in den loop der jaren na tuurlijk ook niet mooier op zal worden. Te- recht herinnert de vereeniging „Het Rokin" eraan hoe lang tijdelijke gebouwen soma te Amsterdam blijven staan. Men denke aan het hulppostkantoor en de hulpkorenbeurs aan het Damrak. Overigens is het wel aardig hierbij even te memoreeren dat het eerste gedeelte van het Rokin al eens overbouwd was. Hier heeft in- dertijd de Beurs van Hendrick de Keyser ge- de vrijheid gescheiden had gehouden, wierp lij een vastberaden koppigen blik het venster aan den overkant, waarachter zijn di recteur nog bij het schijnsel van de lamp de Duitsche opstellen der laatste week corrigeer- de: Dezen keer zouden ze hem niet weer van- gen! Aan den zoom van het stadsboschje sneed lij zich een stok, stevig genoeg om er een wolf mee te verslaan en toen hij dien als om lem te probeeren in zijn rechtervuist zwaaide. spanden zijn spieren zich en een nooit gekend jevoel stroomde hem door de aderen: Wee lem, die hem in den weg zou treden! En toen was hij verier getrokken over den straatweg die naar zijn' geboorteplaats leid- de, overdag onder de bedekking van didite dennen en's nachts op marsch zoolang zijn voeten hem dragen konden. Een handvol >oschbessen als ontbijt en een paar koolrapen als avondmaal. en wanneer zijn afgematte le- den den dienst wilden weigeren, als een zweepslag de woorden: „Je moeder wil de hoeve verkoopen!" Tusschen twee krachtige berkestammen, die dicht naas|t elkander aan den weg stonden aan de zijde van het Broek, ontwaarde hij langzamerhand een donkere gestalte. Eerst een onderzoekende blik van onder den ver- weerden hoed, dan als een juichkreet: ,,Wel- kom, ionge heer. oo ie geboortegrond!" hij wilde den ouden man in zijn armen slui- ten, maar deze trad een schrede terug en hief waarschuwend zijn hand op. Uit het vooruit- springende deel van het woud, wat lager, een paar honderd schreden verder op den weg, was de scherpe schreeuw van een nachtuil opgestegen. „Later, jonge heer, later! Nu is't niet goed om op den straatweg in het maanlicht te staan, want er is iets vreemds gaande in het woud. De uil, die daar beneden riep, heeft van schril^ een schreeuw geuit en niet als an- ders, wanneer hij op de muizzenjacht is!" Wel een uur lang waren zij op den weeken moerasgrond voorigegaan. Voorbij de groen staan, onder- sfc fc-et met buskruit geleden scfaip zou hebben esle- gen, dat Jacob van Lsnnep e-aspirmcc m zijn historisch tooneelspel: „Een Am*tedaa> sche jongea of het'Buakruit-verraad" Het snood bedrijf zou toen ontdekt zqn door *n Amsterdamschen straatjongea, m uit erkea- telijkheid'zou de Vroedscbap aan de Amster damsche jeugd permissie hebben gegeven o.u eenmaal per jaar te komen troraraelen op de beurs. Dit oude gebruik is, nu al weer ver- scheidene jaren geleden, afgeschaft Maar ik lerinner mij nog heel goal het oorverdoo- vend lawaai dat wij, Amsterdamsche jon- gens, op zoo'n trommeldag op de beur« plachten te maken. De stakingBbadi waan o? het oogacriis te Amsterdam rond en dreigt tal van slacht- offers te maken. De vorige week schreven wij reeds over de tooneelisten-st,iking. Het is niet onmogelijk en zelfs zeer waarschijnlijk dat daar binnenkort nog twee stakingen komen, namelijk eene staking in het haven- bedrijf en een strike van de gemeeaUwerklie- den, altbans van een deel van hen Eene door 3000 bootwerkers bczcchte vergaderina heeft de tegenvooratellen van de werkgever? verworpen, zulks in aansluiting met hetgeea te Rotterdam geschiad is. En de gecombineer- de besturen van de Amsterdamsche Federa- tie van Personeel in Openbaren Dienst heb ben verklaard dat h. i. de finaudeele toestand der Gemeente Amsterdam geen beletsel mag zijn voor de inwilliging van hunne volledige looneischen, reden waarom zij die eischea dan ook onverzwakt handhaven, en bereid ziin daarvoor eene staking te aanvaarden. Wij kunnen er binnenkort dus van lustenl 'at de staking der acteurs en actrices be treft, die duurt, op het oogenblik dat wij dii schrijven, nog onverminderd voort, tot groo te vreugde vooral van alle bloscoop-houder die er wfel bij varen Zelfs is de afstand run-' schen de beide striidende partijen nog ver- groot. Niet alleen de tooneslspelem, airecteurec hebben qu hue stakingscr-aiitA waarin de twee felle concurrenten: Rayaardi en Verkade, broederlijk samenwer't-m comite's verspreiden zeer ijverig commui,* qu6*8 in de pers, met de verzekerhig dat hun zaak er allergunstigst voorstaar gunsti- ger dan die van hunne tegenpartii bMoelf) zij natuurlijk. De Ned. To-oaselkunstenaars- vereeniging maakt bekend dat zij ait a'le kricgen der maatschappij (o.a. van het Ver- van Nederlandsche Kiinstesaersver- iyclonette, hem in -1910 als natiopaal hiilde" ilijk bij zijn gouden tooneeljubilcum aange- boden, ten bate van de ondcrsteuningakas 1.1. m bet verkoopen. Bovendiea is Maandag 1.1. in het Grand-theatre de eerste der matin&s gehou den, waarvan de opbrengst aan de weer- standskas ten goede komt. Ook de directeuren hebben natuurlijk hun weerstandskas, en hierin zou in enkele da gen reeds 60.000 aan contanten zijn ge- stort. En zij zijn niet minder actief clan de acteurs. Een paar dagen geleden noodigde de heer Verkade de redaches der bladen uit tot eene bijeenkomst, waarin de heer Randle Ayrton, vice-president yan de Engelsche Ac tors Association, en acteur van de Rosa Lynd Company, het Londensch tooneelgezelschap dat in ons land eene tournte maakt, mode- deelingen zou doen omtrent die Association. De bedoeling van die bijeenkomst was blijkbaar de Engelsche tooneelspelers-vak- vere^oiging als gunstige tegenstelling tegen- over de Nederlandsche te plaatsen. En op een anderen dag werd de pers weer gelnviteerd tot biiwoning van eene vergade- ring, waarin de heer Croesen, directeur der Centrale Werkgevers-Risico Bank, eene uit- eenzetting gaf van de eischen waaraan een r,oed pensioenfonds moet voldoen. Dit blijk baar om te doen gevoelen dat de verlangens van de acteurff op dit punt verkeerd zijn. Zoowel de acteurs als de directeuren zitten nu ze6r hoog te paard. Als om strijd hebben zij de bemiddeling van bet Ned. Tooneelver- bond afgewezen. Er moet blijkbaar ,j>loed vloeientot schade natuurlijk van beiae par tijen. Want het beste deel van het seizoea, waarvan beide partijen het moeten hebben, gaat aldus ongebruikt, dat is renteloos, voor- glanzende waterpoel, op een voetpad :usschen veriaten turfstekerijen door, ovu greppels spingend en langzaam 'met voor- zichtig tasteuden voet over meedeinend vlecht- werk van mos en graswortels heen, waaron- der't verraderlijke moeraswater borrelde. Al- lerlei nachtgedierten kruisten hun pad, en overal uit net en biezen sfegen geheimzinni- ge geluiden op, wier beteekenis den oninge- wijde ontgdng. Zwaar zette zich de nevel vast in kleederen en haar, en boomen en struiken namen in't bedriegelijk maanlicht allerlei spookachtige gestalten aan. Stilzwijgend schreed de ouae vooruit, slechts van tijd to* ijd hief hij als waarschuwing om voorzichtig Aan den rand van een met biezen begroei- de watervlakte bleef hij eindelijk staan eu stiet op zijn gekromden vinger een schel ge- luit uit Ver weg achter den nevel sloeg een lond aan, een kort opblaffen slechts, dat on- middellijk weer verstomde. ,,'t Is in orde, jongeheer, en dadelijk zal je eten en drinken hebben." Hij ging 'n paar schreden den oever langs, en zijn oogen boorden zich in de langs hem leentrekkende nevels, als zochten ze aan den tegeuover geiegen oever een wegaanduiding Toen bood hij zijn metgezel de hand en ging hem voor in het moerassige water. „Let op, jonge heer, en ontboud het voor 't vervolg: als de groote wilgegroep hier aan den oever midden tegenover de witte berk staat, dan heb je vasten grond onder je voe ten tot ginds naar het eiland toe. En daar aan den overkant is een soort van zomerkwar- tier, fijn hoor je, waarvan geen boschwachter of grenswachter wat weet, want de blinde mol- en verbeelden zich dat het water rondom het eiland zoo diep is als een kerktoren, en daar- onder weeke moerasgrond, waarin alles ver- zinkt wat er in terecht komt. Maar ik zeg je, wees niet bang, al komt't ook onder de ar men, je vader is dezen weg heel wat keeren voor jou gegaan 1" fWordi Vervolgd) wielen, mctorrijwielfn, zelfs. auto® udeu worden ter beschikking van het stakuigsco- mite gesteld. en Lbuis Bouwmeester zal de qa a r w—

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1920 | | pagina 7