Alkmaarsche Courant Honderd Oris en Twlnllgste Jaargang. Woensdag 16 Maart. 3»Iilltl©. Feuilleton. Rechtszaken Vrijstelling van den dimst wegens dgen vrifwiltigen dienst, broederdienst of aanwe- zigheid van in hetzelfde jaar geboren broe- ders of halfbroeders. De BURGEMEESTER van ALKMAAR brengt ter kennie van belanghebbenden, dat ten aanzien van vrijstelling van den dienst bij de militie om een der hienboven vermelde re- denen <het volgende geldtt: Eigen vrijwillige dienst. Tot het verkrijgan van vrijstelling wegens eigen vrijiwillligen dienst moet worden overge- legd een bewijs van dienst of een uittreksel uit het stamboek. Voor hen, die nog diencsi od witer verbinte- nils nog loopende is, worden deze stukken ingediend door de zorg van de daarbij be- trofcken autoriteiten bij den militieraad, zoo- der eenige bemoeienis van de zijde van be- dat lera rootere it een langhebbenden. Voor zooveel betreft ragesdirevenen tioor de militie, die gediend hebben, maar niet meer in dienst zijn. moet het opgeven van de reden van vrijstellmg, indien dit niet reeds bij de insdhrijving 'heeft plaats gehald, door of vanwege hen gesdhiedten ter secretarie de zer gemeente, tiissdhen 21 en 31 Maart. bij voorkeur op MA AND AG 21 MAART a.*, dm nanriddags tusschen 2 en 5 uur. Aldaar wordt gezorgd voor het opvragen en het indienen van de vereisdite stukken. Medebrengen van zalkboekje of paapoort is zeer gewensdit. BROEDERDIENST De aandacht wordt er op gev van een even getal brooders of hal de helft, van een oneven getal de helft wordt vrijgesteld, en voorts, breeder die ter inlijving bestemd is, met be- trekking tot vrijstelling wegens broederdienst wordt gelij'kgesteld met een broeder, die dient. De wet bepaalt n.l., dat 'vrijstelling we gens broederdienst wOrdt verleend aan den ingescbrevene, wiens wettiige broeder of half- brooder (hetzij bestemd is om bij de militie te worden ingelijfd, of wdl dient of gediend heeft bij de militie of bij den landstorm, het zij bis vrijiwilliger dient of gediend heeft bij de zeemadht, bij het leger bier te lande of bij de koloniale troepenwat het eerste ge- val het bestemd zijn ter inlijving bij de militie betreft, tenzij het voor de inlijving bepaalde tijdstip reeds verstreken en hij niet to- inlijving opgekomen is. Omtrent vervulden dienst bij den land- storm geldt in het algemeen, oat de broeder of halfbroeder, die bij den landstorm ge diend heeft, een werkelijlken dienst van ten minste ZES MAANDEN moet hebben vol- bracht. Hiebbij tellen verloven. die 1 anger d'an vier aidhtereenvolgenlde alagen hebben geduurd, niet als werke"ijken dienst mede. Ten aanzien Van personen, die, behaive bij den landstorm, ook bij de militie hebben gediemd, worden de werkelijke dienst van den landstorm en die van de militie samengeteld Ook geldt voor broederdienst de dienst van hem, die wegens ziekte of gebreken, door den clenst bekomen, uit den dienst bij den land storm is onislagen, of die gedurende zijn werkelijken dienst bij den landstorm is over- leden. Hierbij Ikomt het er niet op aan, hoe lang de werkelijke dienst heeft geduurd. Ook de dienst van vrijwilligers bij den landstorm kan onder zekere voorwaarden voor broederdienst in aanmerking komen. N'tet aflle landstormdienst geldit voor broe derdienst. Er zijn verschillende uitzanderin- gen vastgesteld, waardoor bijvooibeeld bui- ten aanmerking bliift de tijd, dien landstbrm- p'ithtigen of landstormivrijwilligers hebben doorgebradht bij den aanmaak van munitie. Tot het verkrijjgen van vrijstelling wegens broederdienst moet Worden overgelegd: lo. een bewijs van bestemming ter inlij ving, een bewijs van dienst of een uittreksel uit het stamboek van elken weitigen broeder of halfbroeder, die ter Inlijving bestemd is, dient of gediend heeft, zoomede ten aanzien van elken wettigen broeder of halfbroeder, voor wien een plaatsvervanger is gesteld, een bewijs van dienst of een uittreksel uit her stamboek van den plaatsvervanger 2o. een getuigschrift betreffende de wet- tige broedera en halfbroeder* van den inge- schrevene. De stukken, onder lo. bedoeld, worden, voor zoover de reden van vrijlstdlmg reeds bij. de inschrijviiig ils of bdnnen den hierna te noemen tijd ter secretarie dezer gemeente alsnog wordt opgegeven, zonder verdere be moeienis van de zijde van den ingesdhrevene opgevraagd en kigediend. Tot het opmaken van het gettu-igsdhrift, on der 2o. bedoeld, moet door of vanwege den ingeschrevene aanvraag worden gedaan ter secretarie dezer gemeente, tusschen 21 en 31 MAART, bij voorkeur op WOENSDAG en DON'DERDAG 23 en 24 MAART a.s., des niamiddags tusschen 2 en 5 uur. Daarbij moet door of vanwege den ingeschrevene worden gezorgd voor de tegenwoordigheid van twee getuigen, die meerderjarige man- nelijke persionen moeten zijn, van wie kan Worden aangenomen, dat zij met het gezin, waartoe de ingeschrevene behoort, voldoen de bekend zijn Medebrengen van zakboekjes of paspoor- ten is zeer gewensdht. Het getuigsdirift wordt in den regel opge- maaW door den Burgemeester der gemeente, waar de belanghebbende voor de militie is ingeschreven, dodh kan ook door een anderen burgemeester worden opgemaakt. Zijn er twee of meer broedera of halfbroe ders in hetzelfde jaar geboren en moet aan een of meer van hen vrifatelling wegens broe derdienst worden verleend, dan Wordt in de zitting van den mflitieraad door loting uitge- maakt, aan wien of aan wie hunner de vrij- stePing zal worden toegekend. Onder zekere voorwaarden feunnen zij echter met afwijking hiervan, bij onderlinge overeenkomst aanwijzec wie hunner om bedoelde reden zal of zullen worden vrij gesteld. Minderjarigen moeten voor zulk een overeenkomst de toestemmdng hebben van hem of haar, die de ouderiijke macht of voogdij over hen uitoefent. Het aangaan van de overeenkomst en het verleenen van de toestemming kan gesdiie- den hetzij schriftelijk ten overstaan van den burgemeester of van een door dezen daartoe aangewezen gemeenteambtenaar, bij voor keur op den hiervoren bediodden dag, hetzij mondeling in de zitting van den militieraad AANWEZIGHEID VAN IN HETZELF DE JAAR GEBOREN BROEDERS OF HALFBROEDERS. Deze aanwezigheid kan ook op zidhzelf reden tot vrijlstelTing geven zonder dat er re den tot vrijstelling wegens broederdienst be- staat. Det wet bepaalt namelijk onder zekere voorwaarden: Indien twee of meer broedera, die geen recht op vrijstelling wegens broe derdienst kunnen doen gelden, in hetzelfde jaar zijn geboren, wordt de helft van hun getal of, zoo dit oneven is, de grootere helft vrijgestel'd Om voor vrijsteWing om die hierbedoelde reden in aanmerking te toomen, moet door of vanwege den ingeschrevene tusschen 10 en 18 Juli a.s. ter secretarie dezer gemeente aanvraag worden gedaan tot het opmaken van een daartoe vereischt getuigsdhrift. Wie van de broedera of 'halfbroeders zal of zullen worden vrijgesteld, wordt uitge- maakt dloor een loting of bij overeenkomst, op dezelfde wijze als hiervoren omschreven is onder „Broederdienst", doch voor dit geval moet het opmaken van een sohriftelijke over eenkomst en. het geven van een sdiriftelijke toestenttning gescliieden in de maand Juli, bij voorkeur tegelijk met het opmaken van bee voor vrijstelling vereischt getuigschrift. Om vrijgesteld te wofden wegens eigen vrijwilligen dienst of wegens broederdienst, moet de reden van vrijstelling besfaan op 21 MAART van het jaar, waarin omtrent hem, voor wien vrijstelling wordt gevraagd, door den militieraad uitspraak moet worden gedaan. Om vrijgesteld te worden wegens aanwe- zlgheid van In hetzelfde Jaar geboren bree ders of halfbroeders. moet de reden van vrti- stelling bestaan op net oogenblik, waarop de militieraad uitspraak doe*. Alkmaar, 15 Maart 19i21. De Burgemeester voomoemd, W. C. WENDELAAR ARRONDISSEMENTS-RECHTBANK TE ALKMAAR. Zitting van Dinsdag 15 Maari (Vervolg). OPUQETTING. MISH ANDELINO Na de pauze werd eerst behandeld een zaak tegen Pieter H. te Alkmaar, Pieter S te H. en B. hebben hem toen aangegrepen en op het hoofd geslagen. H sloeg met een escb, waardoor gduige Woedend verwonti werd Ook de andere beklaagden hebben hem slagen toegebracht. Getuige is zoolang ;eslagen tot hij op den grond viel en toen eeft bcklaagde H. hem in de keel geknepen. Het nieuwe pak van beklaagde is tenge- volge van een en ander geheel bedorven. Het pak heeft 70 gekost. Ook heeft getuige zich onder geneeskundig* behandcling moeten stellen. Dat kostte /5.75. Voorts heeft getuige 4 dagen niet kunnen werken. Hierdoor kreeg hij schade aan loon, totaal 90,50, tot welk bedrag getuige de hem toegebrachte schade bepcrkt. Beklaagden ontkennen Beets te hebben ge slagen. De twee laatste beklaagden verklaren dronken te zijn geweest. Getuige A. Kolk, arbeider te Schermerhorn, heeft bcklaagde S. tot doodslag op Beets hooren ophitsen. Hij heeft beklaagde H met het fleschje zien slaan en voorts alle be klaagden op Beets zien losslaan. De arbeider M. Krijgsnian uit Epe heeft eveneens de mishandeling zien plegen en S. hooren roepen: „Slaat hem dood! Ook de getuige v. d. Stad heeft de mishan- ii anderen. de beklaagden met deling gczien door H. en de anderen. T Is leugen", door Henri ArdeH. Niaar het Fransch. 22) En daarop zijn wij: weer in het rijtiriig ge- srapt om de rij boodschappen af te dioen die famte en Charlotte, door net naderend huwe- lijk, tegenwooidlg gehcel in' beslag nemen. Ze zdjln er zoo van vervuld' dat personen zooals ik dtie er niets meer te maken hebben er beu van wordten en doodknoe. Gelukkig schijoen- zij zelf er in' 'f nrimst niet vennoeid van of- schoon tante soms nu en dan op erastigen toon herhaalfIk kan niet meer! Maar Guy verzekert dat dit niet meer dan een edite Parissiene-uitroep is en dalt er geen woordl van waar is. Als ze boodschappen doet is een Parissienne im haar element, schijnt het. Om het programma van dlien dag te vol- gen, zdjln' wij naar een zeer beroemid modiste gegaan, die hoeden verkocht waar de dames uit Douarnenez en zelfs uiit Quimper geen id^e van hebben; hoeden die mdj eensklaps verklaand hebben waarom Charlotte, de han- dagheild zelive, voordat ilk uitging aan't werk van mevrouw Miorgane's modiste, een1 onver- waohte gedaanteverwissding heeft doen on- dergaan, waaraan het een heel ndeuw voorko- men ite dainketi had. Voor de hooge en talrijlke spiegels zaten de dames bijna even elegant .als d'e noofdmodiste en haar ondergesch ifcten.. En dan bekefken de dames zich zelf. recbts eti limiks en op zij met uiterate oplettendheid. Tott nu toe had ik nog niet vermoed, dat het kiezen van een hoed zoo gewichtiig kon wezen! 'Een van de dames voor- al, in de verste verte niet mooi, Meresseeide mij bijzondter. zoo ennstig was zij als zij de vereohiflende noeden, die de modiste op haar soepele haren zetite, heschouwde. Het gekste was, dat haar man er bij was een lange jonge mam als Guy hij was even, verdiept als zajl in helt bekijfeen der Tneesteratukkem van madiame Caroline. !c vond dien man door en dloor bedachelijk in dat modemagazijn, te mid- ■fm1 van* al die' tiamies, met zdjn ornatig gazichi «v«n gewiehtig e4 tun was opgedMgw h« barsten van een bom te veriiinderen. Maar te- vens amuseerde hij mij zoo, ik was zoo ver diept in het kijken maar dien' mam, dat ik tan te rniet hoorde, die, nadat zaj: lang met roada- me Caroline had .gepraait, riep: „Ariette! Ar- lette!" Charlotte heeft mij naar het werkelijke 1e- ven teruggeroepen, door mijn wang te stree- len met de viooltjes in; haar manteiltje gesto- kefl, enO waarom heeft mevrouw Morga ns dat tooneel niet bijgewoond! tante zei, dat ik ook op een stoel voor een spiegel moest gaan zitten en toen; beijverde madame Caroli ne zich om achtcreenvoligens een1 heele serie van: haar mooiste stukken' op mijn hoofd te doen1 verechijnen. Zij zette ze mij heel voor- zichtig op, verechribte hier en daar de losse haren en kruiletjcs, gitng dan een weini-g achteruit, wierp haar Weirn- diik vrouwtjesfi- guur naar achter en ook haar hoofd met de fcoperkleurige haren, deed haar oogen half dicht en uiitte heel builtengewone volzinnen: „Ja, het dessin is harmonieus en. fijnEen edit Greuze-kopje, of iiever een Recamice. Een1 gedicht, mevrouw, vindt u niet, dat hoed- je op d'at gezichtje? De Jeugd den Winter ui'tdagendeHet is een genot oen hoofdje te mogen tooieni, een hoofdje van zulk een ori- ■gineete en' pikante grade. Wij zullen een meesterstufcje maken. Ik zie het reedlsDe fcnop ontstaat, de bloem gaat ontluilkenZe zal in uw smaak valilen, stellig en zeker me vrouw." Eh' tusschen die uitroepen door, ladite zij een tevreden lach, die mij deed denken aan het fcakelen dler kippen wamneer men hurt zaad toewerpt. Uit haar meesteretukken; heeft zij er toen een gemomen van zulk een grilliigen vonm en zoo opgetuigd, dat ik opsprong van schrifc, niettegenstaande mijn geloor in Madame Ca roline. „Ochl, zet mij zulk een hoed niet op! Ik zou tijkeni op de geleerde honden die men soms op den dag van het Pardion ziet loopen." Mladame Caroline deed opmieuw een1 geka- fcel hooren'. Maar haar gezicht was een wei- nig mindler stralend en ik begreep dat mijn uitroep in zeer slechte aarde was gevallen. Met waandigheid aniwoordd* zij: ,.U kuntt gmi*t rijn, JuMmuw, Oterleck, oud 19 jaar, Dirk de J., 21 jaar, grondwerker te Broek op Langedijk, Albert K., 21 jaar, transportrijder te Broek op Lan gedijk en Willem B. Jz., 22 jaar, schipper te Broek op Langedijk. De twee eerste beklaag den zijn niet verschenen. Beklaagden stonden terecht ter zake mis handeling van den 22-jarigen arbeider D. C. Beets te Schermerhorn, in den uacht van 21 op 22 November te Schermerhorn. Getuige Beets stelde een civiele vordering in ten bedrage van 100 als schadevergoe- ding. Getuige bevond zich dien nacht in het cafe van Reuses te Schermerhorn en is ten 2 ure naar buiten gegaan. Beklaagde Si is naar hem toegekomen en heeft geroepen„jongens, slaat hern maar dood" roerende eensgezinaheii Ook de getuige C. Bobbeldijk legde een verzwarenae verklaring af en de getuige P. Wit eveneens. Hij heeft dc mishandeling door B. en de J. zien plegen. Van de anderen heeft hij niets gezien. Het O M. achtte het bewijs geleverd. Het slaan met bierfleschjes is ontzettend gevaar- lijk. Eisch tegen H. 2 maanden en tegen de ove- rigen icder 14 dagen gevangenisstraf. ,,We worden onschuldig gestraft", zeiden beklaagden. Daarna werd de zaak tegen den kantoor- houder Jacob de G. voortgezet met het ver- hoor van getuige Joh. Barbara v. d. Broek. huisvr. van J. J. v. d. Bos, oud 62 jaar. Zij woont naast beklaagde en zit gewoonlijk met haar man 'savonds thuis. Als de post komt, neemt zij het bezorgde aan. Er is op 25 Sept bij haar geen postwisseltje bezorgd. Op 26 Sept. heeft zij tegen haar buurvrouw v. d Capelle gezegd, dat zij den vorigen dag een postwissel moest ontvangen en deze niet had gekregen. De president verbaasde zich er over, dat zij daarover niet met haar buurman heeft ge- sproken. Dat heeft zij eerst gedaan op 11 October. Toen heeft beklaagde gezegd: „Zoo, dan moet je er over schrijven. Later is beklaagde bij haar in huis geko men en heeft gezegd: „Die postwissel heb je gehad, buurvrouw." Maar, bij God", zeide getuige, „wij hebben niets gehad." Later is beklaagde weer gekomen om te zeggen, dat het politiezaken konden worden en gevraagd om een dubbeltje, omdat hij over die postwissel naar Den Haag wilde te- lefoneeren. Getuige heeft toen een dubbeltje egeven en nooit meer iets van de zaak ge- oord. Ze is met haar echtgenoot naar Am. sserdam geweest naar de Maatschappij ,Ne- derland". Zij heeft gesproken met den boek- houder Huijse en deze heeft haar het recutje getoond. Het geld was door hem op 24 Sept ten zien er nooit uit als geleerde honden. Als dat niet het gev-ali was zoudfen wij niet zulk eeni excep+kmeel talrijlke en geddstingeeride clientele hebben." Een' goed steeg mij naar't gezicht. Maar Madame Garoline scheen het niet te bemer- ken en terwijl zij den hoed dien ik oneeibie- dig behandelid had ter zijidte leglde, verving zij hem op mijin haren door een andere die de algermeene goedkeuring heeft weggedragen, de rnijne er bij gerekend, Maar ik heb maj wel ge. wacht daaraan uiting te geven uit vrees weer de een; of andere zomeid te zeggen. Waarlijk als ik miij op dat oogenblik in een Spiegel' be- .keek, maabte ik op mij zel'f den imdlruk een an der persoon te zijn met dien „ideaaT' van em hoecf op om met Madame Caroline mee te spre- ken m; een' japon aan die tante al te voren voor mij had laten maken volgens uw ver- langen, lieve vader, en die ik hier bij nrijni aankomst gevonden heb. Ik zaig er uit als een echte jonge dameik teek veel grooter dan ge woonlijk en' mijn figuur was ook heel andere. veel beterIn ^6ni woord1 ik wil' het u wel zachtjes bekennen ik vond zelf dat ik er veel aardiger uitzag! Ik weet zeker dat als mevrouw 'Morgane en Blanche mij zoo van gtidaamite verwissdldl zagem, zij mij niet meer durfden vol'houden datMeine vrouwtjes nieis andere zijn dan ileelijke mislukte schepsels. Trouwens, als zij dlat hadden voligehouden zou ik ze itoch niet geloofd hebben! En ik zou in ieder geval niet tgeschreid hebben zooals ik vnoeger deed1. Netjes als ik was, bij de ge- dachte dat ik een- misbaksel was Verrufct ben. ik bij. Madame Caroline het buds udtgekomen en ik bleef dat in het rijtuig toen eensklaps een' schaduw is gevallen over mijn vreugde. Nadat tante begdeuf door Char lotte, de tadenten van Madame Caroline had geprezen, edndiigde zdi gekschcrende: „Het is jammer dat het talenten zijn die zich diiur laten betalenNeen, het is geen kleiinigheid zijn dochiter te laten trouwen Plotsdling is het mij in de gediachte geko men1 vader, dat u mij aanibevolen hebt, zeer, zeer zuinig te zijn en zoo min mogeldjk uit te en de vrees laat mij niet los dat men Mil geld moet utijgevan om geklead te seous ik Mijin' mlhij hm huwdijk verzonden Zij heeft nooit voor haar man een postwissel geteekend en ook het geld niet voor hem ontvangen. Beklaagde zeide, dat op 25 Sept. bij de be- zorging van de postwissel het nog dag was. Zij is dan niet altijd thuis, maar soms bij de buren. Getuige beweerde, dat er geen postwilssel is gebracht Beklaagde zeide, toen juffrouw v. d. B. hem over den postwissel sprak, hij direct is gaan zien in het register en toen zag hij dat hij op 25 Sept een postwissel had ontvan gen. die bij op 27 Sept. heeft uitbetaald. Op een vraag van den officier antwoordde getuige v. d. B., dat haar man nooit v66r 11 uur uitgaat. Mr. de Groot vroeg of de getuige 'smor- gens zelf wel eens vroeg de deur uitgaat Getuige antwoordde ontkennend. Zij gaat ook Zaterdagsavonds geen boodschappen doen. De antwoorden van deze getuige, een leuk en welbespraakt oud vrouwtje, verwektm heel wat hilariteit op de welgevulde trireme. De brievenbesteller A. Laan heeft op Zater- dagavond 25 Sept. besteld. Niet bij getuige v. d. Bos, die niet tot zijn wijk behoort Hij heeft geen postwissel bezorgd op dien dag bij v. d. Bos. m Het is niet zijn werk om het uuratempel te verzetten. Hij weet niet of er's morgens soma mee wordt doorgestempeld. Beklaagde zeide, dat Ihij zwveel mogelijk het uuratempel om het uur verzet en zeker doet hij dat's morgens. De directeur zeide, dat het voorachrift is, dat de stem pel om het uur moet worden om- gezet; maar het gebeurt ook wel dat dit eens wordt nagelaten. De 48-jarige Anna Hoek, huisvr van v. d. Capelle, verklaarde, dat haar buurvrouw, juf frouw v. d. Bos, haar's ZondagB, 26 Septem ber, heeft gesproken over de niet ontvangen postwissel. Ze maakte zich ongerust over net pensiocn, dat zij den vorigen dag had moeten ontvangen en niet had gekregen. De getuige antwoorde op een vraag van den vcrdediger, dat juffrouw v. d. Bos dik- werf bij haar burenpraatjes komt maken, maar met's morgens vroeg. De getuige, de 54-jarige onderwijzeres, mej. Alida van Nienes, is de huisgenoote van be klaagde. Het gezin bestaat uit een zoontje van 12 jaar en er is een dienstbode van 16 jaar. Zij herinnerde zich dat de vrouw des tiuizes op Maandag 27 Sept. '3avonds om half 7 is thuis gekomen. Zij heeft de postwis sel niet geteekend met den naam v. a. Bos. De getuige F. J W. Huijser, boekhoudcr bij de Maatschappij „Nederland" te Amster dam, verklaarde, dat v. d. B. tweemaal per maand pensioen geniet. De toezending ge- schiedt Vrijdags, den tweeden en den laat- sten Vrijdag der maand. V. d. Bos is op 11 October komen klagen, dat hij den vorigen termijn niet heeft ontvangen. Getuige heeft toen gezegd. dat hij direct een onderzoek zou ins tellen De vrouw van v. d. Bo* heeft in hoofdzaak het woord gedaan. De rijksveldwachter Geurts Kok heeft op 14 October naar aanleiding van het loopend ge- rucht beklaagde gehoord. Van v. d. B had getuige gehoord, dat hij een dronkaard was. maar dat is absoluut on waar. Ze staat goed bekend. Beklaagde kon getuige niet veel zeggen. Hij heeft nimxner iets met hem te doen gehad en omtrent zijn financieelen toestand kan get. geen inlichtingen geven. Hij heeft daarom- trent geen informatics gedaan. Getuige heeft verschillende schrifturen in beslag genomen. De getuige-deskundige P. H. v. Gestel, leeraar aan de openbare handelsschool te Am sterdam, heeft met de volgende getuige J. Ott een schriftuuronderzoek ingesteld naar de handteekening, voorkomende op de postwis sel. Getuige heeft met de microscoop de hand- teekeningen bekeken. De van valschheid ver- dachte handteekening bestond uit 16 frag- menten. Ook de handteekening van v. d. Bos heeft hij bestudeerd. Hij is tot de conclusic gekomen, dat de handteekening op de post wissel het karakter draagt te zijn nagetee- kend door iemand die telkens is blijven ste- ken. De handteekening van v. d. Bos is ech ter loopend en de vereohillende letters zijn aan elkaar veibonden. Oetuige demonstreerde een en ander zeer uitvoerig aan de rechtbank, den officier en den verdediger. Oetuige aarzelde niet om te verklaren dat de handteekening voorkomende op de post wissel niet is die van den rechthebbenden. Mr. Mulder vroeg of het fragmentorische in de van valschheid verdachte handteekening niet kan worden toegeschreven aan een slech te pen, die voortdurend weigert inkt te ge ven. Getuige ontkende zulks. Mr. Mulder merkte nog op, dat v. d. Bos zeer slecht van gezicht is Bcklaagde zeide, dat het hem vreemd voor- komt, dat het schriftuur moest uitwijzen dat hij deze handteekening kan hebben gezet De president zeide, dat de deskundige al- leen concludeert, dat v. d. Bos de handteeke ning niet heeft gezet. Hij zcgt niet dat beklaagde het heeft daan. CharlotteIk wist niet hoe ik aan tante zou vragen mij gerust te stellen en in mijn verle- genheid was ik heel stil geworden, geheel en al itegen mijn gewoonte, zoodat .tante het ge- merkt heeft en mij glimflachend vroeg „Wat is er Ariette? Ben je nog aftijld bang dat madame Caroline je er zal doen rata en als een geleerde hood?" „0 neen. Maarmaar, ik ben bang dat ik geen geldl genoeg heb om mijn mooie toi- letjes te brtalen." Dat was nu niet heelemaal wiat ik dach-t, maar werkelijk die bekentenis was te moeilijk om onder woorden te hrengenen tante keek mdj aan met oogen, die ilk niet goed begreep. Zij waren heel' vriendelijk, maar erastig en ik vroeg dadelijk„Och, tante, u is toch niet boos op mdj? Vader heeft mdj op het hart gedrukt heel zuinig te zijn., weet u en ik vraag md; zelf af hoe ik dalt wezen kan." „Welsvu, dat zullen wij je wel leeren wees maar gerust lieve kind, ik hoop dat je vader tevredten' over jou en over ons zal zijn op dat punt. Heb maar vertrouwen in mdj," Ik deed niets liever en ik uitte een zucbt van veriich'tdnig, toen ik zag, dat tante zoo zeker was van de zaak. Daar wij in het rijtuig za ten, beschermd tegen nieuwsgierige oogen, heb ik haar uit al nidjn macht omhelsd om1 haar te bedanken en toen kon ik weer vrooldjk zijn, 'behaive als ik aan u diacht, vader. Ja zeker, het deed mij plezier voor mij zelf te weien dat ik bdj het huwelijk van1 Charlotte geheel en al Asschepoester zou wezen, van gedaante verwisseld1 door haar peet, maar het deed mij nog meer plezier voor Guy, met wien ik zal collecteeren. Ik wist zeker, dat ik aldus geen voorwerp van schaamte voor hem zou wezen, zooals mevrouw Morgane mij voor- speld' had. Em Blanche vooral, die geen gele- enheid Met voorbdj gaan om- mij te herhalen ge- at Guy er voor zou bedan'ken met mij te col lecteeren ads hij rndjl zoo weinig naar de mode vond van Parijs enz. 'Het ongelukkigste was, dat ik het was begonnen te gelooven zonder het mdji zelf te bekennen sedert ik mij1 bij mijn nichtjes kon vergelij'ken. En eindelijk scheen het mij toe, dlat Guy mij stellig ook zoo zou Tsam ik mij mM giwirigmtald vmM« h*b ik dan ook dadelijk gewenscht, dat hij het ook zou zijn. En toen hij een oogenbldkje thuis veracheefl, op den avond van dien gedenk- waaixtigen middag, heb ik hem aangekon- digd, dlat hij bdj net huwelijk van Charlorte een hervormde Ariette zien zou en dat hij niet zou hoeven te blozen over mijn buitenmelsjes- voorkomen, zooals Blanche zeide. „Dus je zult heel mooi wezen?" Zedig antwoordde ik: „Ik zal er aardig uitzien, hoop ik „En ben je vernilct over dat vooruitzicht?" JO ja!" Diezelfda glimJacfc, waarvan ik nog altijd de beteekenils niet begrijp, is ondei zijn kne- vel verschenen. „Dat is nog eens een edit gemeend „o ja Hm, hm, juffrouw Ariette, zou Parijs reed* beginnen zijn on'gunstigen invloed op je uit te oefenen? Begin, je al coquet te worden??" „0 neen, dat was ik m Douarnez al „Was je dat al? Waarlijk? Hoe weet je dat?" „Omdait kapitedn Malouzec het mij gezegd heeftjuist op den dag toen ik hem zei hoe Wij ik was dat ik geen miserabel misbaksel Wots". En met warmte 'heb ik er bijgevoegd „En dat hebt u mij gezegd. Ik ben er u dan ook eeuwig dankbaar voor." „Je bent veel en veel te goed, ndcbtje Zoo- ved verdden' ik niet. Ik heb alleen uit recht- vaardigheidisgevoeli eenige, een weinig ver- keerde begrippen van mevrouw Morgane op dat punt willen recti ficeeren. Spreek mij ndet van dankbaarheid en' vertel mij liever je eer ste indTukken over Parijs." Ik deed niets liever. Het is zoo amusant te kunnen babbelenIk heb hem alles verield, mijm inririikken, over de ieraseuses, over de be- diende in het Louvre, over madame Caroline en haar voortgrangselen, over de heeren die hoeddn koopen voor hun' vrouwIk vroeg aan Guy of hij: ze ook niet belachelijk vond in1 die rod. Hij antwoodde heel beslist: ,Zeker." Wat begrdjpen Guy en- ik elkaar toch goed! Ik wou dat hij mijn broer was. mijn1 groote broer; maar ik zou Corentin en Yves ook wil len houdlen, daar houdl ik echt van til voor goad! II*. 61. 1ML De niet-verechenen beklaftgde Petr. Hendir. It., koopman, gedomicilieard te Rotterdam, moest zich verantwoorden ter zake oplichting gepleeg-d te Wieriugen op 4 Deo. 1920. Befklaaigdie is koopman in brillen en deed zich valechelijk voor al® den solieden en gun- ®tig bekenden opticus uit Alkmaar, den heer Jo-h. Lauwers. Deze heer verklaarde ale getuige dat hij wel eens advertenties plaats te voor zijn zaak in d'e Wieringer Oourant. Hij had bekl. geen op- dracht gegeven op zijn firma-naam brillen te verkoopen. Bekl. gekomen bij den 49-j arigen eeher S. Wtgemakerr te "Wlieringen, op 4 De cember. Getuige had later gehoord dat hij R. heette. Bij hem hadi bekL gezegd dat hij Lau- were was of neiziger voor die heer. Zijn vpouw weet dat precies. Getuige wist heuech niet wat bekl. gzegd heeft, wel had hij gevraagd of getuige de advertentie niet heeft gelezen in de Wieringer Oourant. De advertentie wee daarop voorgeleaen. Bekl. had ook ale in- formatie-adreeeen genoemd dir. r. Dam en de deleter op Wieringen. Voor 17.60 heeft ge tuige toen 2 brillen gekocht. Getuige nieende dat bekl. in relatie atoad met de firma Lauwers. De 46-jarige Grietj® de Vries, vrouw van Wagemaker, zeide det op een Zaterdag, begin December 1920 een persoon was gekomen, die brillen te koop aanbood. Hij vroeg of zij de advertentie van de oourant hadden gelezen. Daarop was de courant van Vrijdag gehaald en d*aar stand een advertentie van den heer Lauwers. Bekl. had' daarop de advertentie voorgelezen en zeide: Wij komen al zooveel jar en op Wieringm. Zij had toen 2 brillen gekocht, 1 voor 12.50 en 1 voor 7.00. Ze heeft toen een oude bril ingeruild voot 2. De brillen voldoen wel, maar het bleek dat zij later een even goeden bril kon koopen voor 1.B0. Zij kon niet per tinent zeggen, dat de naam van Lauwers haar bepaald heeft geanimeerd om vain den man een bril te koopen. De heer M. Kater, ©ptdcien te Alkmaar, werd .gehoord als gebuige-deskundige, had de brillen bekeken, een was met nikkel en de andere met koper gemontert. 't Zijn ordinaire brillen, een daarvan had 40 ot. en die ander 1 waard'e, ruim getaieerd. De vrouw zeide als ze zulks vooraf had ge- weten had ze geen brillen bij den man ge kocht. Het O. M. had gedagvaard t. z. oplichting subsidiair unfair® concurrentie. Spreker kwa-lificeerde het ten la«te gelegde I als oplichting, primair ten laste gelegde en vorderde te dier zake 3 rr.aanden gev.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1921 | | pagina 5