R00KEN
SPAREN
Niemeyer's
Ster-Tabab
Uneven nit Berlijn.
Overal verhrfjgbaar.
Kippen en Kenijnen.
Nier- en Blaassteenen.
Ingezonden Mededeelingen,
Is
Roode Ster 60 ct. p. half pond
.Ons Iliiadselhoekje.
Bnitenland
Zwart: 2, 3, 7, 10, 12, 20, 21, 27, 31, 40
en dam op 25.
Wit: 13, 19, 23, 32, 35, 38, 43, 44, 47, 48
De stand is niet mooi, maar de ontleding is
prachtig en zeer moeilijk te vinden.
Oplossingen v66r of op Woensdag 20
April (12 uur), Bureau van dit Blad.
y ik, dat IV geen- villa te GirtteewaM becff!
Daardoor ken ik nachte heel wat ruetiger
ilapen dan' onse Oroeeas in hun luiueuse
bezittingen, en heb ik eindelijk eene iet* op
hen voor
bt) het gebrnik ran
Gele
60
Groene
40
Zwarte
35
Oplossingen der raadsels uit 't
vorig nummer.
Voor grooter en.
1. Kerk, uilkerkuil.
2. Eendracht maakt macht. Nacht, thee,
cent, Drente, maan, kat, mat.
3. G Groningen.
Urk
ploeg
Maandag
Groningen
stengel
V u g h t
web
n
Mol, en, aar; molenaar.
Voor kleineren.
1. Bel, roosj belroos.
2. Verborgen plaatsen in Nederland.
Ja, ik ko/n ook gauw. (Mook).
Deze lei, denV. ik, was reeds gebarsten
(Leiden).
Gisteren zei S/ien, dat je ziek was.
(Zeisl).
3. Daan Zaan, waan.
4. D o 1 k Denemarken.
gee 1
t a nd
d rie
1 a m a
hand
/iome
A ken
hoed
1 a a n
OM OP TE LOSSEN.
Voor grooteren.
1Schrijf onder elkaar
1. een rivier in Siberie.
2. een provincie in ons land.
3. een koninlkrijk in Europa.
4. een groote handelsstad in ons land.
5. een rivier in Duitschland.
De beginletters vormen van boven
naar ben eden gelezen den naam van een
rivier in Frankrijk.
2. Mijn eerste is nooit gekleurd, mijn twee-
dfe is een dleel van een schip, doch ook
een kleedingstuk en mijn geheel is een
man, die men aan het station ziet.
Mijn geheel wordt met 12 letters geschre-
ven en noemt een dorp op een Zuid-
Hollandsdi eiland.
7, 5, 11, 10 is een jongensnaam.
12, 6, 2, 1 is het tegemovergestekfe van
tfom.
Een 9. 8, 3 is een deel van een wagen.
5, 4, 8, 1 is een stad in Noord-Holland.
4. Een klinkar, die helft van Bertua en een
beaunw van ma neoaddijk land
Enropa vonnm samec een stad in
1 Schotland.
Voor kleineren.
1Met v ben ik zacht en licht, met I ge-
bruikt de schoenmaker mij, met m ben
ik een waterplas en met p een vrucht.
2. Welk getal wordt, als men Wn letter er
achter plaatst, een visch?
3. Plaats in de 16 vakjes
2 O 2 I 3 E ID 2 K 3L 2R IS
z66, dat je van links naar rechts en van
boven naar beneden leest:
1. een scherp voorwerp.
2. een vettc vloeistof.
3. een muziekinstrument.
4. een kleine vrucht.
4. Plaats twee letters voor een hemel
lichaam en je krijgt een man.
HE! OPKWEEKEN DER KUIKENS
Nadat we drie weken lang de broedhen
hebben vcrzorgd, haar en de eiercn elken dag
minstens eenmaal hebben gelucht, hooren
we het zachte piepen der kuikens als schoont
belooning voor onze moeite. We maken het
broedhokje open en tillen zeer voorzichtig dc
zorgvolle moeder op en nemen ze geheel van
't nest met ttn beslisten vastcn, maar nooit
ruwen greep. Een alleraardigst tooneeltje
vertoont zich aan ons oog! Als donzen balle-
tjes zitten ze daar bijeen en kijken met dc
zwarte oogjes verbaasd wereld in. Hoe dik
wijls wij dat ook zagen, telkens was het weer
nieuw en aantrekkelijk voor ons. De kenner
herkent reeds zijn ras. fen aan de kleur fen aan
ander eigenaardigheden Kuikens van zware
kalme rassen verloochenen al dadelijk hun
aard en afkomst niet door angstig naar een
verwijderd hoekje van het broednest te krui
pen en tegen elkaar op te dringen, maar zij
kijken u kalm en rustig aan en blijven waar
ze zijn.
Zijn nu alle kuikens goed droog, dan moe-
ten ze met de mocder naar de kuikenren over-
gebracht worden, om daar minstens de eerste
week te blijven. Elk kuiken wordt afzonder-
lijk met de voile hand omvat en mag nooit
aan een der vleugeltjes of pootjes beetgeno-
men worden. We zetten eerst de kloek in het
voor haar bestemde gedcelte van de kuiken
ren Alles is van een dikke laag, droog en
niet te koud zand voorzien, ook kaf is goed,
of een mengsel van beiden. Dit overbrengen
van de kuikens wordt bij voorkeur niet in het
voile daglicht ondemomen en steeds houden
we het kuiken omvat in onze hand, die wij
onder de borst of vleugels van de kloek ste-
ken en dan pas het kuiken loslaten. Maar
niet alle kloeken zijn zoo mak. soms komt het
tot bijterijen, voor zulke onrustige dieren
die men dan ook liever van het broeden uit-
sluit is het schemcr-uur de aangewezen
tijd Zijn de kuikens alle ondergebracht_ dan
laat men het gezelschap geheel tot rust ko
men, alvorens wat voer neer te strooien. Een
kuiken moet 24 of 36 uren oud zijn, v66rdat
het eten mag. Drinken mag zoo noodig eer-
der.
Het eerste voer moet eiwit-houdend zijn
Hardgekookt ei vermengd met beschuitkrui-
mels, half om half, goea met een vork ver
mengd; men kan er wat geplet wit kanarie-
zaa«f doormen gen, mits alles droog. Dan vol-
gen de fijne bockweitgrutjes, broodkruimels.
zeer fijn geknipt vogelmuur of ander jong
gi^oen als dierlijk voedsel een, weinig mclk,
mits volkomen versch, want zure of bedorven
melk is voor de jonge dicrtjcs hoogst gevaar
lijk. Brood is ten alien tijde een uitstekend
voer van hooge voedingswaarde, maar het
mag nooit bedorven of beschimmeld zijn, dit
werkt als vergif. Als drank achten wij niets
zoo goed als frisch, lkfst gekookt water of
ook leidingwater, niet te koud en in telkens
gereinigd vaatwerk. Zooals reeds gezegd is,
kan ook melk dienen, maar we kunnen dan
niet genoeg wijzen op de noodzakelijkheid
voor rein vaatwerk te zorgen
Al opgroeiende gaat men over tot alle
graansoorten, maar voorloopig nog in gebro-
ken vorm. Pas veel later kan de heele korrel
gegeven worden, maar steeds moet er bij be
dacht worden, dat jong, opgroeiend pluimvee
voeder moet hebben van andere samenstelling
dan volwassen dieren. Goed en ruim voeren,
zoolang ze nog aan den groei zijn, geeft de
beste resultaten en wat men aan het jonge
joedje besteedt, komt later met rente terug.
Vooral de eerste levensweken zijn van belang
voor een goed resultaat
Behalve tegen onzindelijkheid moet streng
gewaakt worden de dieren vrij van luis te
liouden. Hoe vaak hoort men niet de ver-
zuchting: „die kuikens willen maar niet
groeien, wat 'ik ze ook geef, eten goed, ze
drinken, maar ze komen niet vooruit".
Tien tegen een, dat zulke diertjes een on-
doelmatige behuizing, een ongeschikte stand-
plaats hebben, dat ze op een vochtigen, vun-
zigen bodem loopen, weinig door de zon be-
schenen, en ook dat ze door luis worden uit-
gezogen en bloedarm gemaakt Zulk een
klein lichaam kan niet veel missen van zijn
opbouwende stof en als nn een zwerm van
mijten het diertje daarvan berooven, moet de
groei stilstaan. Bovendien komt daar nog een
geheel verkeerde voedingswijze bij, zoodat
sterfgevallen dikwijls voorkomen. Een goed
liefhebber stelt zich zelf de wet, alles wat uit-
gekomen is, moet groot worden, er moeten
geen kuikens sterven, er moeten geen stum-
perds of piepers bij zijn. En dat is te berei-
cen ook.
Dat is ook iets. waaraan men dadelijk we
ten kan of alles goed loopt, n 1. dat men de
kuikens niet moet hooren. Een kuiken, dat
voortdurend piept en klaagt, vermagert gaan-
deweg, evenals een jonge kat, die als ze *en
paar uren mauwt, reeds aanzienlijk in ge-
wicht is afgenomen. Piepende kuikens heb
ben gebrek aan iets, daarom is het zoo goed
de diertjes steeds te voorzien van een bakje
of potje met droge, zuivere tarwezcmelen
Nooit kunnen kuikens, met of zonder kloek,
in dezelfde verblijfplaatsen, gelijk met groote
dieren, worden opgevoed.
De kloek en later de kuikens zonder haar,
moeten apart gehouden worden De voede-
ring toch is geheel ander*, zoowel wat kwa-
teit als hoeveelheid betwft. Jong gosd wordt
volop gevoerd, wat met volwassen dieren
niet mag
OOSTENR1JK EN DE HABSBURGERS.
Volgens de Petit Parisien" heeft de grond-
wets-commissie van de Oostenrij'ksche Nati-
>nale Vergadering met 14 tegen 10 stemmen
•en wet, genaamd „de Habsburgers-wet",
aangenomen, waarin den leden van de ex-
keizerlijke f ami lie verboden wordt, op Oos-
tenrijksch grondgebied terug te keeren.
Overschrijdiing van deze wet wordt gesfraft
met een gevangenisstraf van 1 tot 5 jaar.
ZILVERGELD IN RUSLAND.
Van de Russische grens wordt gemeldH«t
financieele commissariaat der Sovjet-regee-
ring heeft, naar de „Poslednya Nowosti"
meldt, eertc bekendmaking uitgevaardigd, vol
gens welke binnenkort weder met het munten
van zilvergeld zal worden begonnen
VOLKSCOMMISSARISSEN AAN-
GEHOUDEN.
Een uit Odessa terugkeerend transport-
achip is in Wama aangekomen. Aan boord
bevonden zich o. a. 4 bolsjewistische som-
missarissen, die meer dan 20 millioen fr. aan
waardepapieren en bankbiljetten in hunne
oagage met zich voerden. Het geld was voor
de bolsjewistische propaganda in Bulganje
?n Roemeni6 bestemd De vier comniissaris-
sen werden bij aankomst in afwachting van
mstructies uit Sofia onder bewaking der po-
.itie gesteld.
BOEKEN ALS TOEGANGSBEWIJZEN.
Sommige Amerikaansche bibliotheken gc-
bruiken, ter aanvulling van hun boekenvoor-
raad, in den laatsten tijd een boek als toe-
gangsbewijs voor een voor het publiek toegan-
kelijke lezing of iets van dien aard. Voor de
Salmon Ami library, in Britsch Columbia,
werd voor dit doel een concert gegeven, en
een boek was het toegangsbewiis. De .re
cede" der bibliotheek bedroeg 200 boeken De
Civic Club te New-York organiscerde een
letterkundige bijeenkomst voor hetzelfde doel
miss Mary Frank van de New York Public
library had van deze bijeenkomst de leiding
en verschillende dichters van naam lazen
daarop hun werken voor. Toegang werd ver-
leend voor een boek en de opbrengst leverde
een aanmerkelijke aanwinst voor de bibli
otheek dier club.
Ook voor den boekverkooper verdient dit
middcl, om het vormen van bibliotheken aan
te moedigen, aanbeveling, zegt The Publis
hers' weekly. De wijze waarop hij dit zou
kunnen doen geeft het blad niet nader aan.
HISTORISCHE ANECDOTEN.
Aan Sarah Bernhardt word, op een harer
„triomphtochteo" door Ita'lie, dlie te Napels
begon en te Milaan eindigde, in laatstgeooem-
de «tad door de Academie dei Filodramima-
tica een banket aangeboden. Onder de aanwe-
xi.gen was ook de heer Mianzoni, eigenaar van
een bekend adverten't'iebureau te Milaan. E'en
lid van het beetuur stelde aan de divine
Sarrah dbn hear Manzoni voor; nauwelijkg
had zij den niaam gehoordl, of xij ijlde met
verrukk ing op den bescheiden man toe, greep
zijn beidte handeni en rdepO groote dichter I
leer ik u einldelijk kennen 1
Albert Durer werd door Keizer Maximi-
iaan bizonder gewaardcerd. Eens was de
kunstenaar bezig met een muurschildering,
toen hij merkte, dat Diirer zich geweldig
moest u'itrekken, om zoo hoog als noodig was,
te reiken. Dadelijk gaf Maximiliaan aan een
van' zijn officieren uit zijn gevolg, bevel, te
bukken en nu Help hij aen schilder zelf op
den rug om op die manier voort te werken.
George Darner, een zoon van Lord Milton
stond eens op-den hoek van een straat te Lon
don met den beroemden kanselredenaar Par
tington te praten.
Lady Melbourne, die in haar rijtuig voor-
>ij reed herkende Darner en groette hem. Da
rner, die in het koude weer, niet graag zijn
toofd wilde ontblooten, nam Partington den
hoed af, en beantwoordde daarmede den
ginoet dar date*. Praddseh inderdud!
Van d« Tele kwade gavolgtn Ten orrrtcllig
nxiaeeuur en nienwakte ie •teenTominj Is
de aieren of blsaa wel hat metis ta duchtaa
Maar Foater's Rngpijn Nianen Pillen hebbpr.
in zulke gevallen menijir eucces bereikt en tal
▼an gevaarlij'ke ©peratien voorkcmen.
Spoedige behandeling ie het beet, en de
eerst© varechijneelen moot mas kennen, Sen
pijnlijk geroel in den rug, waarbij men be
hoefte aan ateun heeft tor boogte ran de nie-
ren, en rooral het voorkoroen ran eon op
ateenetof gelijkend bezinkftii en gruie in de
urine, terwijl de looxing met een brandend
gevoel en pijn gepaard gaat, doet denken aan
de mogelijkheid van rteenvorming.
Bteenen vormen zioh rank, ala het nrine
■uur aan afvoer door de nieren ontanapt, zicb
laag na laag rond een of andere kern afzet
an langxamerhand een harde, oementaohtige
tnaasa vormt, die roortdarend grooter wordt
Slaat derhalre nooit waarachuwiagen ran
nienwakte ale rugpijn, urinekwalen, hoofd
pijn. duiaeligheid, pijn in de gewriehten en
lendenen in den wind, maar bekamp het
kwaad omiddellijk door een geregelde en ma-
tige leefwijze, en met behulp ran Foster's
Rugpijn Nieren Pillen. Dit geneeemidde!
eteen loekwam, verkruimda en in fijne, aand-
aehtige deeltjea werd afgeroerd.
Fes ter'a Eugpijn Nieren Pillen aijn te A.lk-
maar Terkrijgbaai bij Nierop en fllothoubai
I 1.75 per dooe.
XXIV.
Berlijn, begin April.
Wij zijn er nog maar net levend afgekomen.
De communistische golf ie voorbij, en wij her-
ademen weer. Maar zoo heel eenvoudig was de
eaak toch niet. Het ie allerminet een kleinig
heid te noemen, dat tienduizenden menschen
in Duitschland zioh vastbealoten vereenigden,
om met moord, brand1 en verechxiktking de ge-
heele maatschappij met geweld op haar kop te
eetten, en dat deze dollemans-ondememing
Borgvuldig en langdurig voorbereid en geor-
ganiseerd was.
Oolk na de ontwpanning ran het oogenblik
blijft de toestand onpleizierig. Het lijkt wel,
alsof wij nu, weliswaar niet in een soort sov-
jet-Duitsebland, maar dan toch in een tijd-
perk van nihilistiache moorden en misd'aden
naar Russisch voofbteld terecht gekomen zijn.
De Duiteche arbeiderawereld wil'.in haar groo-
te meerderheid stellig niet* van dezen waan-
zin weten, maar het blijft een vreeselij.'ke ge-
dachte, dat er in Duitschland een wijdrvertak-
te gcheimo organ is atie beataat, die het ale
een soort heilige task beachouwt de burger-
lijke gemeenschap op bevel van Moeikou door
terroristisch optred'en en gewetenlooze mis-
drijven onveilig te maken en verwarring ite
atichtea.
Het misd'adige plan, waarmee de geheele
•amenzwering werd ingezet, en dat geluklkig
misluikte, was wel zeer gewetenloos. De „Sie-
gessaiile" in de Berlijnsche diergaarde is wel is
waar igeen monumenteel kunetwerk van al-
lerhoogste waarde en heeft dikwijls aan
scherpe Ikritiek blootgestaan, maar daarom
behoeft men haar nog niet in die lucht te la-
ten vliegen. De Berlijner, die voor de meeste
van zijn gedenikteekenen voonal vroeger,
toen Berlijn er nog niet v^le bezat teeder-
ironische epotnamen heeft bedacht, noemt
haar de „Aispenge", omdat zij in een ietwat
plornpe dikte zonder geledingen uit de zande-
rige Konigsplatz in de hoogte schiet. Zij
staat d;aar al« een bewijs vna de smakeloos-
heid van den keizer-tijd, met kanonnenmon-
den uit de overwinningsdagen van 1804, 1866
e 1870 in de zuil aangebracht; en zij past
eigenilijik waardiig bij de verse hrikkelijke gale-
rij van marmeren standbeedden, die WilheLm
II aan haar voeten in de „Siegesallee" „aan-
plantte". Maar ik geloof dat wij er wel zeker
van mogen zijn, dat het geen aesthetisehe ont-
stemimng was, waardoor de communistenben-
de tot haar aanslag op de zuil werd bewogen.
Neen, de reden daartoe, welke nauwelijks te
gelooven is, was deze: dee Zondagsmiddags
pleegt een groote menigte Berlijners en
vreemdelingen de Siegessaule te bestijgen,
omdat men vanuit het platform bij de spits
een mooi vergezicht heeft over een deel der
atad wanneer deze onschuidjge wandelaars
in de lucht gevlogen waxen, zou dit zeker aan
Berliju's bevollking een sehrilk bezorgd heb
ben I Het is niet gemaikkelijlk om zioh te ver-
plaatsen in d'e misd'adige dlwaasheid van zuik
een gedachtengang.
In de Paaschdagen vertoefde ik in Midden-
Duitschland en geraalkte daar onverwacht
verzeiid in de verwarring der gebeurtenissen.
Ron'dk>m en overal niet alleen stalkingen,
stopzetting der wat^leiding, verlichting en
verlkeeramididelen, maar oak ©ntploffingen,
gegooi met handgranaten, opbreken van
epoorwegrails, vernieling van bruggen, be-
rooving der openbare kassen, gevechten, etc.
Het i« een geluk en een wonder te noemen,
dat dit gevaarlijk bedrijf zoo snel kon onder-
dLruikt worden. En steeds wordt het duidelij-
ker, dat een ware tooverhoofdman, de com
munist Hoilz, die reedia vroeger in het indus-
txiegebiedl van Vogtland (Slaksen) waniarde
stichtte, odk ditmaaL de aanstichter en leider
van de geheele beweging geweest ie. Deze
ikerel, die tot't geslacht van RinaldP Hinaddi-
ni zaliger moet behooren, (kon tot dlusver nog
niot gevangen gezet worden. HerhaaldeLijk
Jrreag men hem te patoken, maar steeds weer
gelukte het hem te ontsnappen. Overal spodkt
hij rond. In een der laatete nachten heeft hiJ
zelfe het villalkwartier in het Berlijnsche
Qtriinewald bezocht. Daar werd met handgra
naten een aanslag gepteegd op het landhuia
van een fabrikant. Dat gaf een verechri'kke-
lijke ontploffing, die het geheele Oriinewald
in opechudding bracht. Oelukkig ie er niet
veel [gebeirrd, de granaten schijnen te vroeg
ontploft te zijn. Slechts een glasverand'a werd,
ix^aar dan oo'k grondig, vernield. En den
daarop volgenden morgen vondl men in de
straten van deze eigemaardige villastad1, waar
onze rijkste stadgenooten wonen, aan de helk-
ken der tuinen an parks® overal groena brief-
jas gaheekt, badrukt mat hat betaekaaiwolOe
epsakrift: „~HWai is arf SGaa galnihktig baa
Vermakelijk ie het om bij al dfeze traigisohe
gebeurtenissen, de gezichten der jonige letter
kundigen, kunstenaare, mtusici en studenten
te zien, die zich eedert jaren zoo gaarne met
rollende oogen uitgeven voor communisten
en in elk gezelschap, vooral graag na een
goed diner en een good glas wijn de zegen van
de beginselen der Radenrepubliek met luidler
stem verkondigden.
Deze jongelui, die grootendeela voortfcomen
uit zeer soliede burgerkringen en die genie-
ten van een leven onder goede omstandighe-
ien, zijn nu tochVenigermate uit het veld1 ge-
jlagen. Zoo hadden zij het niet bedoeld, toen
zij na de revolutie hun radicale gevoek-ns ont-
iekten. Nu ziet men ze op de straten, in
caffi's en in theaters met bezorgde en verka-
terde gezichten rondloopen. Zij zijn a rigs tig
geworden voor hun eigen phrasen, nu hun
communistische geestgenooten beginnen aan-
vallen te doeni op de huizen van hun ouders
en verwanten. Het zou mooi zijn als het nu
werkelijlk ernst werd' met het communisme, en
deze hen zelf de schoone financieele basis ont-
riam, van waaruit zijn hun woedlende phrasen
tgen de ..Bourgeoisie" deolameerden
Ondsrtusschen is het voorjaar geworden,
een mooier voorjaar dan we sedert jaren ge-
had' hebben, en men begint de balans van den
winter op te maken. De schouwburgen, die
meer dan ooit tot een middelpunt van het pu
blieke 'leven van Berlijn zijn gewordlen, omdat
ieder hartstochtelijk zoekt naar gelegenheid
om uit de dagelijksche miaere txoost te vinden
in een fantaaiewereld, de schouwburgen
bereiden zich reeds voor op hun zomerslaap,
en, ala zij daarbij op den arbeid van/ het laat-
ste jaar terugbliocken, dan kunnen zij tot de
intereasante conclusie komen, dat een nieuwe
tijdperk voor hun kunet ie ingeluid1. Wat
reeds sedert langen tijd in een stadium van
voorbereiding vezikeerde, is nu rijp geworden;
'n nieuwe stijl heeft zich in de tooneellkunst
gevormd, een stijl, die zich duidielij'k en karak-
tervol onderscheidt van die tot dusver gelden-
de richtingen. Wij; hiadden eerst het, naar vol-
komen levenswaarheid etrevende naturalisme
dat was de periode van Otto Brahm. Wij
hadden daarna de glanzende en weeldierige
fantasie dat was de periode van Max
R'heinhardt. Nu is er iets nieuws begonnen.
Een tooneelkunst, die de meeste waar Je
hecht aan, en alien nadruk legt up het woon
van den Jichter, en die de scenarische omge-
ving in absoluut strengen eenvoud houdt,
Joch waarbij gestreefd wordt naar een sterke
inwenking op d'e verbeeldingskracht van den
toeschouwer Evenals't geval is met de jonge
expressionistische kunst over de geheele linie.
de jonge dramatici in 't bijzondler, versmaadt
deze kunst elke realistische opvatting. Zij wil
echter de fantasie niet maar te werk stellen
door bruisende middelen, die de oogen en de
geest afleid'en, zij wil het publiek langxamer
hand opmerk'baar, zonder groote effecten, in
'n poetische sfeer verheffen. Daartoe zijn vol-
doende de eenvoud'igste decoratieve middelen,
die vooral door den toaal-indruk van groote
vlalkken en lijnen hun doel trachten te berei-
ken, terwijl zorgvuldig aangebrachte kleine
variaties de tooneelVeranderingen deor een
enlkele aanduiding (karaikteriseeren.
Een paar zuilen, een trappenaanleg, een
verticale afscheidling van het podium, die het
tooneel aldus rythmisch verdeelen, en dit al-
les door de reflexen van hel-lichte of kleurige
schijnwerpers in verschilleude stemmingen
gedtompeld1 dat is voldoende om een*achter-
grond te scheppen voor het dichtwerk.
De leidendle persoon op deze nieuwe wegen
is de nieuwe intendlant van den vroegeren
Koninklijiken Schouwbung, thans Staats-
schouwburg: Leopold Jenner, die vroeger
reeds in Hamburg en in Konigsberg de aan-
dacht rolk, maar eerst te Berlijn tot voile
krachtsonrbplooiing kwam. Hij ensceneert b.v.
een vooretelling van Goethe's „Tasso". Het
tooneel wordt een beetje vooruitgebouwd in
de zaaL Aan de achterzijde wordlt het afge-
sloten door een eenvoudige architectuur, wel
ke van verre gezien, gedlachten opwekt aan
den Renaissance-tijd en aan Italie. In her
midden van den achtergrond1 is een verpLaata-
baar deel aangebracht. Hier kan men deor een
bank te plaatsen met eenig uitzicht op groen
struikgewas en een utuikje blauwen hemel de
ilLusie wdkken van een slot-parik. Of men kan
een hekwerk invoegen waar aohter het vrije
landschap van Ferrara gedacht kan worden.
Of er wordt nog een eenvoudig axchitectuur-
onderdeel met een deur ingevoegd en men
ziet het inwendige van het paleis. Of er wordt
een gordijn neergelaten en wij zijn in Tas-
so's kamer. Oolk Schiller en Shakespeare ver-
krijigen op deze manier een nfieuw aanzien en
op deze wijze laten zij zich plotseling van een
nieuwe ongedlachte zijde kennen. Er worden
dingen naar voren igebracht, waar men vroe
ger nauwelijlks op lette. De beteekenis der
dichtwerken valt plotseling, zoo schijnt het,
nadruikkelij'ker in het oog, zij worden scherper
aangeduidl en 't geheel is toch vol van ge-
beimen.
M'aar Jenner, die den Staatsschouwburg uit
jarenlange sluimer tot nieuw leven gewelkt
heeft, blijft niet alleen staan. Niemand kan
zich aan het nieuwe principe onttrek'ken. Het
is plotseling overheerschend geworden. En
het wordt oo'k daarom des te liever n&gevolga,
omdat het eenvoudig goedkooper isRieusacn-
tige enisceneerinigskosten, glanzende costuum-
weeldle heeft men niet meer noodig. Handiige
tooneelkunstenaars kunnen met een paar gor-
dijnen en en'kele linnen doeken, een paar
traptrede en met een goed geregelde belich-
timg om die schoonste tafereeien voortoove-
ren. Dilkwijls ziet allee er prachtig uit en het
kost toch bijna niets. Ik maalkte on'langs mel
ding van het grootsche uiterlijk van de op-
voering der „Jozefs-legende" van Richard
Strauss in de Berlijnsche Opera. De vreem-
deling, die dbze opvoerintg bijiwoont, zal weer
geneigd zijn te zeggen, dat de Duitschers
voor hun genoegen ontzaglijlk veel geld uitge
ven. In werkelijkheid laat rich echter niets
goedkooper denken dan deze ensceneering. De
schilder Emil Fire ban, die de leiding had,
vertelde uniij dezer dagen, dat de geheele ge-
schiedenis met inbegrip der costuums, die
juist een schitterenden indruk maken, totaal
3000 Mark heeft grfcoet! Dat is zelfs, als
men ntet enze valuta in het geheel "gees, reke-
aiuig hecdt, eea v«rbaae*d dcleime sem.
Firehan heeft rich behetee® met ou«e eoe-
tuume, die hij op spitevoudige manier wist te
veranderen, met zijden voeringen, die hij er
uitgehaald had, en vooral met lichteffecten,
Hij heeft mij op het tooneel getoond hoe b.v.
door handige comhinaties van verse hi 11 end
getinte belichtingen gewone gordijnen, die
bestireken waren met een goedlkoope verf, er
uit zagen al® prachtige brocaat-stoffenhoe
'katoenen kleedangstukkeo door diezelfd© licht
effecten niet te onderscheiden waren van
glanzende Renaissancekleedij.
De invloeden, die hier wcrkzaam zijn, ge-
tuigen van diepen zin en verbergen nog een
nieuw ontwikikelingsproces in deze kunst.
Gheel van zelf heeft zich in een tijd dat men
in Duitschland geen geld heeft en sparen
moet, een kunststijl ontwikkeld, die geen
eischen stelt behalve dan aan *t vernuft
der kunstenaars die geen groote kosten
veroorzaakt en tevreden is men wein'ig. Juist
daarom zien wij in deze kunst bij uitstek den
stijl van onzen tijd, die uit de materieele
nood'za'kedijkheden en tevens uit de bestaande
behoeften op geestelijk gebied vanzelf en on-
gezocht opgroeide. Hier en daar wordt zij
oo'k wel bewust toegepaet, daar er geen geld
in die mate van vroeger voorhanden is, zoo-
dat men gaarae van de nood een deugd maakt.
Maar in het wezen der zaak regeert hier een
nieuwe raadselachtige wet, die nieuwe kunst-
uitingen van beteekenis in het leren roept.
Dr. M1AX OSBORIN.
tt
tt
tt
tt
ft
tt
tt
tt
ft
ft
tt
tt
tt
Alexandro Manaoni, d'e beroemde schrijver,
van I Promessi Spoei, wa® in 1873 geatorven.
Robespierre i® het type van d'e pedanten en
de philieter® onder de revol u ta on na i renHij
blijft bij zijn eigen meeming ondan'ks alle te-
g-en-spraak. Eene, zoo vertelt MleiMard' in zijn
memo ires, hield Robespierre een lanjje 1 of rede
op en zekeren Dtesfieux, een zeer dom, en
slecht ter faam bekend staand mensch, dien
hij later ook heeft laten doodisehieten. ,,Maar
ied'er kind, wierp iik hem tegen, weet te zeg
gen, dat Desfieux een so helm is". „Geeft
niets" zei Robespierre, „hij is een goed pa
triot". „Hij ie een dieF'. „Hij is een goed
patriot".
Meer dan die stereotiepe zin: „hij is een
goed patriot, was er niet uit hem te krijgen".
Koming Frederik I, de vermaning van zijn
overledien vader indachtig, verleende aan de
Fransche kolonisten dlezelfde rechten ale de
gewone burgers. De Berlijner® voelden zich
daardoor onrecht aanigedaan. Na menig ver-
geef'sch verzoeks'chrift, wisten ze gedaan te
krijigen, dat een oude ooievaar, die jarenlang
in dien slottuin leefde en onder'ho uden werd
door een koksknechtje, voor den monarsch
^evoerd werd. Het dier droeg in zijn snavel
een verzoekschrift, waarin die klaeKS werd uit-
gesproken, dlat de Fransohen hem d© kikvor-
schen uit ae Spree, voor den snavel wegvin-
gen, fschoon die altij'd voor hem bestemd
waren geweest.
Er werd om den inval gelachen, zonder
dat zij echter het gewenschte gevolg had.
Eera grappenmaker wilde professor Fields
uit Boston, bekend om zijn merkwaard'igc
kennis van de Engelsche letterkumde en zijn
voortreffelij'k geheugen, eens beetnemen.
Hij had' n.l. een viertal verzen gemaakt in
den tranit van Southrey en vroeg op een partij
den professon ik heb de laatste dagen
herhaaldelijk gezocht naar Southey^s bekende
regel®.en toen volgde de nagemaakte poesie
weet u ook uit welke periode dlie zijn
Ik herinner me ze niet, wa® het antwoord
van Fields; maar daar zijn slechts twee perio-
den in Southey's leven, waarin hij die verzen
geschreven kan hebben.
En welke dan? vroeg de geestige man
met een guit'igen blik nlaar z'n gastheer.
Of toen hij zijn eersten tanid ki eeg, luid-
die het antwoord, of toen hij z'n laatste ver-
loor en weer geheel kindsch was.