Alkmaarsche Gourant
Yrfdag 21 October.
VERGADERmG
van den Gemeenter&ad.
Hondfifd Drte en Twtntigsie Jaargang.
HERZIENING SALARISSEN EN LOCK
NEN VAN AMBTENAREN, WERKLIE
DEN EN POLITIE.
endania feft fcet vorig jaac hert tegea-
era gwrtelda feetoogtte. Bert is nisi cnodig
dart Be laaffts mxm ambteaarsa teed* eea
aanvangaiaiaria Been wan de dsrde gnoep ar
beiders.
Waar da ttMUMtai* vardeeld i*, is de vcor-
liphtiaff van de comimiiraie weg m B. so W.
tnmnon wiali op de frnpim.isste do* diet beroe-
pen. 1
(Die fractie i* er aiet vara te vinden am
den direeteur van de gasfabriek, die een ve
iling ver beneden de waarda krijgt, nog 500
meet te -gestea,
Zija talari* was si cp pad gdbratfei- Be
actttinutasie Wit diet* meer voor aem, maar B.
en W, die vara de arbeidena minder willen
wifien vara be* nag 900 meer. Spr. wil
dit niet. Bet gevolg zal rifn, dat ook de an
dere Jkoogere aa»bten.anea v/eer om meer tul
les komen.
Spr. weraeesrt gaanie van den beer Bca-
maa of hi} concrete yoorstdlen heeft am de
talarisaen, ran de hoogere ambtenaren te
verlagen.
De heer v. d. Bosch herinnerde a an de
opmexting van diem heer Bosnian in de vori
ge rargadsriog dait de koppen zija geteld.
Spr. Yond de aanhouding toch verheugenid,
want nu was er eem behoorlijke tijld van voor-
bereiding geweest Spr. heeft eerst den in-
druk gekregen dat de vocretelleni ran B. en
,W. bam niet fcondeo bevrbdigen. Spr. wil
vraag en aanbod niet aitschakelen, doch het
mag aiet geheel de grond&lag wezen.
Be vraag welke behoefte de workman meet
ininnen bevredigsn, lietan B. an W. onbeant-
wooid.
Do varhoogtng in is verhouding gelijk aan
voor dea oonog en spr. vindt dit onvoldoen-
de, omdat vroeger de werkman geen ruimte
had boven het hoogst noodzakelijke. Thans
dient men te erkennen, dat dit onvoldoende is
en spr. is dan ook overtuigd dat hetgeen de
minderheid voorstelt behoort te worden aan-
vaard, ondanks alia indexcijfers, die naar
voren zijn gebracht
Spr. zag met groot genoegen, dat een be-
hoorlijke verhooging van den directeur van de
stedelijke muziekschool wordt voorgesteld.
GObleken is, dat da man jaren lang zeer
eledht bezoldlgd hi geworden.
De heer G o v e r s was alleen als lid van
de meerderheid der commissie aanwezig
Spr. wan aanvankelijk, met de overige leden
der meerderheid, van plan, met het voorstel
van den heer Cloeck, om het op 28,80 te
stellen, mede te gaan. Deindexcijfera daalden
evenwel belangrijk en daarom meende de
meerderheid der commissie, dat dit niet
moest geschieden, omdat aan de verhooj
gen moeten medebetalen de Middens tarn
en zi}, die zelf minder verdienen.
V66r de voorgestelde verhooging van het
salaris van den directeur van de lichtbedrij-
ven zal spr. niet stemmen.
Om Alkmaar niet langer het doorgangs-
huis voor de ambtenaren te laten blijven,
was de minderheid voor da vertroogingen aan
de ambtenaren.
De heer O 8 k a m „Wie was meer incon
sequent?"
De heer G o v e r s „Laten wij dit maar
samen deelen." (Geladh)
De heer B o s m a n bad wel overteg met da
organisaties gepleegd over vermindering
van de salarissen der hoogere ambtenaren en
deelde mede, dat de organisaties hebben ge-
meend voor de arbeiders te moeten blijven bij
de verhooging met 1,80.
Spr. zeide, dat hf| de voonstellen van dea
heer Oskam zou steunen, wanneer die da
voorstellen der R. K. inzake enkelfl warklieflen
ovemam.
Ook spr. oordeelde het noototk^Jk, dat da
periodieke verhoogtngen om hat jaar war
den gegeven
heer Oov e r e memde, dat de heer
Westerthof wel wist, dat de loss* arbeiders
op geen vast geld kannen rekenen, geen va-
cantietoeslag hebben en geen premievrii om-
sioen.
Mr. Leeaberg betaogde, dat men zon-
der de cijfers en de details moest zeggen„!het
is een heele toer voor salarisverhooging"
Economisdi kan men zeggen „het is daar
geen tijd voor." B. en W. zijn verantwoorde-
Ujk voor het betoeer der geldmiddelen en gaan
desondanka in groote lijnen mede met hetgeen
de meerderheid der door den raad ingestelde
commissie voorstelt. Men zegt, dat het scherp
door B. en W. geatelde voorstel spitsvondie- is
Spr. betwist dit.
Men moet de grondslag voor het salaris
zoeken in hetgeen de werkman in de derde
Py presteert. Vergelijkt men dat met de
culiere loonen, dan meent spr. dat de
voorstellen den toets der criliek kunnen weer-
aiaaa.
Spr. wil niet met het hoofd tegen den muur
aanloopen. De raad ibesloot eenmaal tegen
nu bij
zija zienswijze en h^ legt rich daar
neer,
Spr. wil vraag en aanbod niet als grond
slag nemen, maar die wel in aanmerking
nemen. Spr. meende dat de heer Westerhof
de theorie van vraag en aanbod huldigde om
den kindertoeslag weg te krijgen. Men kan dat
eerder zeggen, dan dat B. en W. die theorie
huldigen bij him voorstellen.
De voorzitter bracht een woord van
warme hulde aan de salariscommissie voor de
verridite werkzaamheden. Nu Mr. Sluis geen
deel meer van het college uitmaakt en de heer
Cloeck het met de meerderheid niet eens is, is
dat de vertegenwoordigende lidhamen, de ver-
regenwoordiging zijn van de belastingbetalera
-* mm zich dus natuurlijk moet verzettm te
gen t# hooge uitgaven. Door de versdhuiving
in die lichamen moet nu de uitvoerenoe macht
de belangen van de belastingbetalende bur-
gerrj naar voren brengen.
Voor spr. is dit onaangenaam, dooh hij i9
vanzelf gedwongen in de positie de eenvoudi-
ger voorstellen te verdedigen. Niet naar vo
ren was gekomen of het den tijd was tot #a-
larisverhoogingea over te gaan. Vooral in
Engeland gaat men tot loonsverlagingen
over.
Wij zijn desondauks tot salarisverhoogin-
gen over gegaan, omdat er een siilzwijgende
toezegging door den raad aan het personeel is
gedaan.
De minst vergaande voorstellen kosten
f 50.000.—-. De verstgaande kostdn /67.000
per jaar.
B. en W. wlllen de 50.00 per jaar vo-
teeren. Voor een stad ails Alkmaar is dit zeker
een belangrijke^om.
Dat de hoogere ambtenaren beter bedacht
worden dan de arbeiders gaat langs het colle
ge been. Het college wordt voorgelicht door
de commissie, die ten aanzien van de ambte
naren eenstemmig is. Ten aanzien van het
conflict in de commissie over de werklieden
hebben B. en W. alleen partij gekozen. De
voorsprong van het conflict zit edhter niet in
het college.
Spr. heeft als persoon, geen bezwaar tegen
de voorstellen van de commissie inzake de
hoogere ambtenaren. Hiermede gaat spr. te
gen de democratic in, dooh men zal moeten
erkennen, dat het niet onbillijk is. Spr. gelooft
dat de democratic zelfmoord pleegt als ze al-
les gaan nivelleeren.
Doet men dit, dan loopen de beste ambte
naren weg en ligt de democratic voor den
grand.
De ambtenaren en de gemeentearbdders
dienen buiten den klapenstrijd te staan. De
inrichtingen van overheidswege geexplodteerd
beoogen te dienen het algemeen belang.
Het moge waar zijn, dat alien in dienst
van de overheid niet altijd het algemeen be
lang in het oog te houden, maar dit geldt het
minst voor de hoogere ambtenaren en spr ziet
geen bezwaar hen te bezoldigen op een wiize,
dat men kana heeft hen in dienst te behouaen.
Spr. wijst af, dat het college de hoogere amb-
tenaren voortrekt. Dit doet de commissie. De
aanval op het salaris van den directeur der
lichtfabneken geldt B. en W. Het zou tot de
de meest te betreuren gevolgen kunnen lei-
den, wanneer aan hem geen enkele verhoo
ging werd toegekend.
B. en W. verdedigen dit voorstel dan ook
met warmte.
Spr. hetoogde voorts dat de 50.000 be-
Bchikbaar zijn. De geldern die de raad meer
voteert zijn er voor dit jaar niet en ook voor
het volgcnde niet. B. en W. staan voor de
begrooting van het volgend jaar voor moei-
lijkhoden die hij niet gdcenld heeft.
Voteert de raad het meerdene geld, dan
zal hij de geld en moeten aanwijzen. De zaak
is niet geregeld' en behoeft regeling. Er is dit
'bezwaar aan verbonden, dat er tijd mede
heen gaat, dat moet bij suppletoire" begroo-
ii daarvi
noodig,
dat de raad aandacht Wil
is de
ting geregdd worden eni daarvoor
goedkeuring van Ged. Staten1 noodlj
Spr. boopte noi
de sdhenkeni aajn hetgeen hij gezegd heeft en
niet staat voor een uitgemaakte zaak.
Spr. onderstreepte nog, dat voor B. em W.
de f 67000 onaanneqielijk zijn. ,B. en' W.
moeten de beskiten van dm Raad uitvoeren,
maar dit is niet onbeperkt en spr. is nog niet
overtuigd gewoonden, dat B. en W. de /67000
ten onrechte onaannemelijk vindm
De heer v. d. Bosch zeide dat de voor
zitter niet voor stoelen en banben had ge-
sproken. Spr. kon zich voorstellem, dat het
college huiverig is om 17000 meer uit te
voeren, maar memde toch dat de 17000
het deb'at niet mochten beheerschen.
'De vraag die gesteld moest wordeni was of
die loongrondsla'g van den arbeider in Alk
maar Voldoende was. Spr. gsLoofde niet dat
de burgeriji de belasting wfl antliasten ten
koste van het onvoldoende salarieeren van
de gemeentearbeiders. Spr. oordeelde het
voorts een verstandige gemeente-politiek om
de hoogere beambten, door goed salaris aan
de gemeente te verhmden, maar het is ook
een belang van de gemeente d earbeidexis, die
het werk -uitvoeren, te binden. De plichtsbe-
tfachting valt gemabkelijker als de Moo
ning niet tot ontevredenheid stem!
De heer Oskam <verblaarde, naar aan-
leiding Van het betoog van mevr. Aukes, dat
de commissie ambtenaren en werkl'iedm nog
niet over een kam had -gesdioren in afwach-
ting van de voorstellen der staatsconunissie.
Spr. had uit de bestrijding opgevidht, dat
het gem tijd was voor de salarisverhooging,
dcdh dit gdldt ook voor do ambteuarcn.
Spr. was hansprakelijk voor zijn voorstel
len en wanneer die kelderen, dan zal hij ten
opzichte van de ambtenaren er consekwenties
van trekfcm'.
Het zijn juist de vakarbeiders die te laag
staan en sputterm. Spr. geeft toe, dat in een
salarisregeling het individu niet naar voren
komt, waardoor het niet mogelijfc is ieder ar
beider in te deel'en naar de regeling in het
vrije bedrijf geldende.
Spr. verheugde zich er over, dat men zijn
mteenzetting over de consekwentie van B. en
W. niet heeft aaogetast, maar heeft enkend.
Het speet spr. dat de 2 andere meeider-
heidsileden niet aanwezig warm. Spr. zou
haast vragm: „hebben die bij vooxbaat ge-
capituleertt." 8
wordt het voafgestdde salaris van dm
directeur lidhtbedrijven aangmomm, dan zal
spr. er voor zijn om den aftrek voor dims
woning hooger te stellen.
Niemand prediikte dm folassenstrijd.
r. en de zijnm1 constateerdm die m var-
wachtm van den voorzitter de omtkenning
daarvan.
De minimumleiders mogm de diupe niet
wordm van reed's gedane uitgavm, die rnis-
schien minder noodig warm. Het geld zal er
wel komen en spr. zou 'het in Het college af-
keuren met dit argument de zaak af te wijzen.
De hear Westerhof memde dat de heer
Govers weinig had aaoigevoerd. Het is juist
dat in de vrije bedrijvm seizomaiheiders
werkm, doch vast staat d'at daze vaak meer
verdienen, dan spr. noemde. Spr. had ook1 de
typografm kunnen: noemm die 34 hebben.
Zdfs al neemt men premievrij pmfeiom
aan dan staat de gemeente nog lages, bovm-
dim zijn de begrippm, dat de gelneenite pre
mievrij pemsioen moet geven en vacantietoe-
slag bij alle partijim ingeburgerd.
%r. had gevraagd waar aa consekwentie
was, met te betoogen, dat de indercqtere
dalea en dus loonsveihooging van de arbei
ders niet noodig is, terwijl mm die voor de
ambtenaren voorstelt. De burgemeester (heeft
zich hier niet uitgered.
Spr. bleef Mr. Leesberg, die zich bij de
loonbepaling op het standpunt van vraag an
aanbod wilde stel'len, van inconsekwentie be-
schuldigen. Spr. stelde in't licht, dat de strijd
van de moderne vakbeweging juist was tegen
het dm arbeid als vraag en aanbod zien. Het
speet spr. dat de burgemeester zich in zijn
moeielijke positie had gewerkt. Spr. wilde er
desoadanks het zijne van zeggen en memde
dat de 'burgemeester gem feiten had genoemd
waaruit bleek, dat de lste krachten vertrok-
kem omdat ze niet genoeg betaald werdrn.
Een Hate krachi ala de vroegere directeur
van gemeentewerken houdt men toch niet.
'Spr. meende voorts, d'at ook de hoofden
van de bedrijvm om de groote voordeelen
met lagere loonen den gemeentedienst zoeken.
Spr. hoorde nimmer een zoo reactionnaire
speech als van dm voorzitter en kon zich
niet voorstdllen dat Mr. Leesberg en den
heer Thomsen dat standpunt deelen.
De voorzitter. had de Manchesterleer vol-
komm naar voren gebracht. De mmsdhm
die gem bdasting betalen behborm geen
zeggenechap te hebbmi.
DeVoorzitter had daar niets van ge
heer Westerhof „U heeft gezegd,
dat u door de verschuiving in de vertegen
woordigende lichamen, als uitvoerende macht
in de onaangename positie verkeert van te
zijn de vertegmwoordiger der bdasting beta-
lende burgers. De proletariers in de achter-
buurten betalen indued altijd bdasting.
DeVoorzitter: U heeft mijn betoog
niet begrepen,
De heer Westerhof vond het de taak
niet van den voorzitter om de politick er bij'
te halm. Nu het geschied is- wil spr. er wel
op wijzen, dat bij een dalende lijn de werk-
gevers er allereerst aan denken te
bezuinigen op de loonen en dit vaak in be-
drijven, waar em loonsverlaging allerminst
noodig is. Het is niet oorbaar om dit als ge
meente te doen Spr. ontkent, dat de arbei
ders in gemeentedienst buiten den, klassen
strijd staan. Het uittreden van de Amsterdam-
schc wethouders van spr.'s ricbting is een be-
wijs voor deze zienswijze. Wanneer de voor
stellen van spr.'s fradie vallen, dan Is spr. er
met den heer Oskam voor om deze voor de
te
nit
te
ambtenaren af te wijzen en B. en W.
noodigen de 50000 naar billijkheid te ver-
deelm Wanneer de wethouders het voorstel
onaannemelijk a-chten, dan is de politieke
consequmtie, dat zij aftreden. Spr. geeft hen
in overweging dit nog eens te overdenken.
Het geld is er wel. Spr. wees op de 2de oor-
logsuitkeering en memde dat het argument
van onaannemelijk niet toelaatbaar is. Wan
neer de voorzitter gevod had voor de nooden
van de arbeiders en hij1 vond 67000 onaan
nemelijk, dan had hij het voorstel van de
minderheid der commissie ook moeten afwij'
zen en deze moeten verzoeken te komen met
voorstellen om de 50.000 naar billijkheid te
verdeelen. Arbeid is de bron van alle rijkdom
en men moet niet alleen dm hoofdarbeid1 bin
den De democratic Van den voorzitter is er
een uit het steenm tljdperk. Ook de straatve-
fer en de tonnetjesman geeft zich, evenals de
oofdambtenaar op zijn wijze den geheelen
dag aan de gememschap. Spr. is er zeker van
dat de gelden wel te vinden zijn. In het uiter-
ste geval zou mm de loonen met terugwer-
kende kracht kunnen gevm aan de arbeiders
en de lagere ambtenaren en de hoogere met 1
Januari 1922. Dat B. en W. nu voor em be
grooting zitten die zij niet sluitende kunnen
krijgen, komt van het systeem om de belas
ting te verlagen ten behoeve van de bezitter3
en ten kostc van de arbeiders De raad is er
ingeloopen en heeft mogen verwachten,dat
de 75000 voor verhoogingen, die warm uit-
getrokken, in de begrooting zaten.
Mevrouw Aukes oordeelde, dat de heer
Oskam de zaak had verward. Spr. heeft
reieds verleden jaar met dm heer Cloeck ge-
sprokm om een anderen opzet te nemen en al
ien ambtenaren te noemen. De heer Oskam
weet spr.'s standpunt en mag haar nu gem
verwijt dom. Spr. heeft veel gevoeld voor
de 28.80, omdat de heer Oskam gezegd
heeft, dat er nu em goede verhouding was
gekomen tusschen werklieden en ambtenaren
Komt men nu met 31, dan gooit men alles
weer ondersteboven.
De heer Oskam was het er wel mede
ems, doch had begrepen, dat mevr. Aukes
met de arbeiders hooger wilde gaan.
De heer K e ij s p e r had met belangstel-
ling het betoog van dm voorzitter gevolgd.
B. en W. willen sommige directeuren met
1000 verhoogm, de ambtenaren ook flink
verhoogen en spr. acht zich ondanks het be-
toog van dm voorzitter niet verantwoord de
loonen van de arbeiders op 27 te laten
Kunnen B. en W. de gelden niet vindm, dan
zou spr. er voor zijn om de ambtenaren eeni-
ge procenten lager te verhoogen, dan wordt
er reeds 5000 gevondm.
De heer Oskam: Het geld is er wel,
maar ze willen het niet gevm.
De heer Thomsen verdedigde het voor
stel van B. en W., destijds door den raad
aangenomen om het te heffen percentage op
6t/i te stellen. Spr. somde verschillende pos-
ten op, die meer vorderen dan begroot was.
Het belastbaar inkomen zal voor 1922 veel
lager zijn dan voor 1921 en belangrijk lager.
De groote posten vragen te zamen 257000
meer dan het vorige jaar. De H. 0. in 1914
was 115000 en wij vragm voor het volgen-
de jaar 200000 meer
De heer Westerhof oordeelde, dat de
heer Thomson f 249000 van1 de 2de oorlogs-
winstbelasting vergat
De heer Thomsen zeide, die niet verge-
ten te hebben, maar had enkele groote pas-
ten genoemd. Vast staat, dat het volgend1 jaar
heel wat meer gevordend zal wordm dan het
vorig jaar.
Mr. Leesberg sprak slechts em kort
woord, omdat de verdediging aan B. en W
is opgedragen. Spr. memde, dat de heer Wes-
terhof niet gelukkig was geweest met zijne
bewering dat het college inconsequent was.
Wij volgden de meerderheid der commissie m
spr. meende, dat de heer Westerhof, wiens
fradie de regeerverantwoordelijkheid niet
heeft willen aanvaarden. met het aanblijven
van de wethouders niets te maken heeft.
Wij zittm hier krachtens de meerderheid van
den Raad en gem der anderen deed een ge-
luid hoorm, dat wij hier dienen te gaan.
De Voorzitter had in den regel met
veel genoegen naar dm heer Westerhof ge-
luisterd, maar constateerde, dat hij ditmaal
van spr.'s betoog in lste instantie niet veel
nad begrepen. Als ik gezegd heb, dart de
hoofaambtenaren dm geheelen dag hun beste
krachten aan de gemeente wijden, dan is niet
bij mij opgekomen, dat de arbeiders dit niet
dom. Ik wil hier gaame aannemen, dat ook
zij den geheelen dag trouw hun plicht ver-
vullen jegen9 de gememte.
Spr. hoopt straks ook bij: de democraten
in den Raad waardeeiing voor het standpunt
te vinden, dat in de organisatie van het pers-
soneel van het bedrijfswezen verschil brataat
en dat de waardm voor de diensten ongelijk
zijn, naarmate de trap, waarop de werklieden
staan. Spr. is overtuigd, dat men dit in zich-
zelf wel goed gevoelt. Een hoofdagent van
politie is zich goed bewust, dat zijn werk van
meer belang voor de gememte is dan dat van
em agent en een baas bij de plantsoenen
weet, dat zijn werk van belangrijkre aard is
dan dat van een lossen arbeider. Men meet
omgekeerd gevoeleni, dat het werk yan de
ambtenaren boven de hoofdagenten en de ba-
zen van de plantsoenen staan'de, van meer be-
teekenis is, naarmate deze hooger op de trap
staan van de maatschappij en naarmate het
aandeel van het werk, door hen verricht
Spr. kan begrijpen, dat, wanneer men zelf
staat op em zoodanige trap van de ladder,
dat men zich gelijk acht met em hoofdagent,
het moeilijk wordt, om hen, die daarboven
staan, te onderseheiden, maar men kan niet
zeggen, dat het verschil in waarde er niet is.
In de lagere trappen gevoelt men het. ver
schil verbazmd sterk en evenzecr is dat Ver
schil bij de hoogere ambtenaren aanwezig.
Spr. wil niet alleen voor de hoogere ambte
naren pleiten; de aanval van dm heer Wes
terhof is verkeerdhij stelt het voor, of B. ea
W. voor de arbeiders niets doen.
De heer WesterhofDeae bljilage is
voor de hoofdambtenaren.
De Voorzitter: Volstrekt niet. Ons
college heeft zich aangesloten bij dat deel
van de commissie, dat iets beperkter was voor
een deel van de menscken in gemeentedienst.
maar ook aan dat deel wordt iets gegeven, al
is dit niet in de mate van de anderen.
De heer Oskam: De minimumljjders
wordm niet verhoogd.
De Voorzitter gaf dit toe; spr. wee*
er echter op, dat die minimumlijders bij eeni-
ge inspanning hum periodieke verhoogingen
vlugger krijgen. En naarmate hij meer een
goed, flink arbeider wordt, zal ook hij van
deze regeling profiteered In getallen is het
juist, dat de lioogere ambtenaren zooveel
meer krijgen, maar in procenten is het ver
schil niet zoo gToot.
De heer Westerhof wilde den voorzit
ter onderbreken, doch deze wenschte uit te
spreken en betoogde, dat een tweede misvat-
ting van den heer Westerhof was: zijn be
toog over de veranderde positie van den Raad
en het College. Spr heeft niet willen zeg
gen, dat het College de rol van den verdediger
van de belastingbetalers, dus de verdediging
van dm geldzak, tegen over de arbeiders heeft
te vervuilen. Spr. heeft duidelijk willen ma-
'ken, dat in vroeger tijden de uitvoerende
macht steeds maar kwam met nieuwe uitga-
ven, die de belastingbetakr had te betalen en
waar tegenover is gekomen em vertegen-
woordiging van den belastingbetakr om te
oordeelen over de z.g. bede van den vorst.
Het doel van de Volksvertegenwoordiging
was destijds, de belastingbetalers te besdier-
men tegmover den vorst, die steeds belastim
gen hid om zijn personeel te bezoldigen en
ten behoeve van uitgavm ten bate der ge-
meenschap. Dit is veranderd. Wij vervuilen
niet meer de rol, dat wij de burgerij: nieuwe
bclastingen opleggen ten bate van den pu-
blieken dienst en ons personeel, dat wij; a
zoo graag, hooger bezoldigden als het maar
kon. Wij modtn rekening houden met de
draagkracht der burgerij. Wie zijn nu de be
lastingbetalers, die wij beschcrmen willen?
Spr. zeide reeds vroeger, dat de verdediging
van de belastingbetalers in elke gemeente
van het land niet hetzelfde is. Spr. kan zich
zeer goed voorstellen, dat em beroep op de
draagkracht van de belastingbetalers in som-
mjge gemeenten van ons land em hateljjken
indruk moest maken. Spr. weet niet, of hij in
em zoodanige gemeente dit betoog zou voe
ren. Er zijn,gemeenten, waar zooveel kapita-
listen wonen, dat er gerust em schepje op
kan Deze gemeenten heffen een aanmerkelijk
minder belastingpercmtage dan hier, Voor
den H. O. moet hier 81/. ton opgebraCht wor
den. Door hen, die em inkomen hebben van
minder dan 6000 moet 5 ton worden opge-
bracbt. De inkomens boven f 6000 brengen
3 ton op. De inkomens tot J 2000, m dit
is voor 4400 belastingbetalers, moeten 21/* t n
opbrengen. De inkomens beneden f 150Q
moeten nog 75000 opbrengen en spr. waagt
het dan ook, zelfs tegmover em democraat
als den heer Westerhof, om de belangcr. van
de belastingbetalers te verdedigen.
Dt heer WesterhofIk krijg toch wel
het woord?
DeVoorzitter: Zeker, doch ik wil
nog een woordje aan de bezwaren toevoe-
gen, die ik heb tegen de verdere verhoogin
gen van het personeel, dan wij meenea, dat
gegaan moet worden. Spr. is voor niets1 zoo
bang als te verkeeren in de positie, de loo
nen te moeten verlagen. Men moet dus voor-
zichtig zijn, de loonen niet op em zoodanig
bedrag te brengm, dat men het volgend jaar
verplicht is, ze weer te moeten verlagen. Van
de bedragen, door B. en W. voorgesteld,
meent spr. te mogm aannemen, dat dit niet
het geval is Spr. geeft de verzekering, het
woord onaannemelijk niet ondoordachrt te
hebben gesproken. Het College heeft het
woord, bewust van de vol'le betekeenis ervan,
neergeschreven. Toch is de beteekeais niet
precies die, wetke de heer Westerhof er aan
geeft. De gevolgen zijn niet altijd, dat de
man, die het uitspreekt, bij verwerping hem
mat. Er is em verantwoordelijkheid van het
lollege en van den Raad. Het College kan
niet verder gaan, blijft op zijn standpunt
staan en zal daarvoor strijden tot het laatste
oogenblilc. Het geld zal door em suppletoire
begrooting gevondm moeten worden en een
suppletoire begrooting moet wordm goedge-
keurd door Gedep. Staten. Spr. wenscht gem
dreigement te uiten, doch open kaart te spe-
!cn, omdat hij zich voorlichter voelt van den
Raad In art. 213 van de Gemeentewet staat,
dat in em dergelijk geval, wanneer het
besluit. van dm Raad niet bekrach-
tigt, de voorstenunende leden verplicht ajn,
de gelden persoonlijk uit hun zak te betalen.
(Gelach).
De voorzitter: De heeren zullen an
wel begrepen hebben wat ik bedodd fed).
De heer 0*k m Bangmakerfl.
De voor z i 11 a r »Dart is het. Ik dacht
wel d at u dart zou zeggen.
De heer Cloeck voeldie zich gedrongea
om zich, na al hetgeen er gezegd waa, te
excuseerm d'at hij' behoorde tort d* mind*f-
heid' van de oomoiissi-e. Spr. kan niet andere.
Westerhof heeft terecht geeegd, dat ik hard-
leers bem, maar dit geldrt niet voor da kweetie
werklieden en ambtenaren. Mevrouw Aukw
is er voor om alien beambten te noemen, maar
spr. is daar altijd voor geweest. Waareca
wij dirt niet in de ealarisoommiede hebben
voorgesteld kunt u wel aan Oskam vragen.
Hij gevoelt er evmveel voor als ik. Met me
vrouw Aukes ben ik het eens, dart men als
huisvrouw nog geen bepaling kan maken van
de kosten van levensonderhoudl, die lager
zouden zijn dan voorbeen. Spreker is
daarom voor een minimumlooa van 28.8Q,
in plaats van 27,-—, omdat hij weet,
dat twee menachen die 3.50 verwonqn 25
per week noodig hebben, zonder iet* vara
ontspanning te kunnen udtgeveni en daarom
durft spr. met gem mindier grcaidlofla dan
28.80 uitkomm.
Spr. ia in het bezit van eem budget Vm die
boc. dean, atudieclub over gezinnen van 1910
eni 1912 en torn bleek, dat een1 man, vrouw
m twee kinderen minsten* 14.77 noodig
haddm. Houdt mm zich Vast aan de inder-
cijjfers dan moet zoo'n gezin op het oogen-
blik het dubbele hebbm of 29. Van diit in-
komen moetm dj 50 Ma*ting betalen, ter-
wij'l het gezin voobhem van 14.77 geen be
lasting verechudigd was, dus moet dat gezin
30,-— hebben om gelijk te zijn.
Spr. heeft de dubbele huur vhh 1912 bere-
kend doch daarmede komt men niet kHaar.
Het feost meer. Spr. weet voorts, dat de werk
man vakman in j>articulierm dienst 40 per
week verdient. In de verordening komt de
werkman-vakman znover niet. Spr. meent,
dat de gemeente niet in de cerate plaats mag
•prekesn van vraag en aanbod wanneer het
de betaling van de arbeiders geldt Spr. wil
dat de mmschen in ieder geval rond kunnen
komen m nie vtragen naar dm loonstandaard
in het particuiiere bedrijf. 'De menschea
in dimst van de gemeente moeten em
eeniigszins onbezorgden dag hebben.
Wij mogmi op dit oogenblik niet spreken
over salarisverhooging. Maar spr. las in de
ochtendbladen; dat bij de grondwetshierzie-
ning wordt voorgesteld om het salaris van
de kamerleden van 3000 op f 5000 te bren
gm. In 1917 was 3000 voldoende en' dit
moet nu 5000 zijn. Spr. durft dus wel spre
ken over salarisverhooging.
De salarissen houden] verband met de va-
lutakwestie en daar kunnen wij' niet tegen1 op.
Daardoor verdient thans een bekwaam klee-
rmmaker in Berlijn 2214 ct per uur.
Er wordt gezegd 50.000 kan er onder
door, 67000 niet Spr. gaat accoord met de
commissie inzake de vernoogingeni voor de
salarissen voor de ambtenaren, maar heeft
den moed niet, dat te blijven uitspreken, wan
neer de raad zou zeggen: „de allermansten
krijgen niets."
Spr. weet dat in de 50.000 f 13710.48
zit voor de werkl'iedm plus 4000 voor de
politie dus 18000 doch voor hem zit de
zaak hier vast, dat men er van 27 in de
week niet kan komen er moet minstens f 1.80
bij. Wil men het eenie niet dan ziet spr. gem
kans zijn stem aan het andere te gevm.
De heer Westerhof had de verhoogin
gen ook in procenten uitgedrukt. Spr. had er
op gewezen dat de arMders, volgena het
voorstel van B. en W., in minimum een ver
hooging krijgen van 0 tot 534 pot. m ia
maxima van 3 tot 8 pet. De .ambtenaren krij
gen minimum en maximum gemiddeld 24
pet. verhooging en de 'hoogere ambtenarea
tot 44 pet.
De ganschm raad, en ieder die het hoort,
moet overtuigd zijn dat de arMders bij het
voorstel van iB. m W. en' zelfs bij het onze
een te klein percentage krijgen.
De tweede lezing over de belastingbeta
lers was duidelijk en spr. zal daar niet Veel
op zeggen. Spr. wil dm voorzitter vragen hoe
deze den moed wel heeft om de verhoogingen
tot 1200 toe voor de hoofdamibtmaren van
de belasting-betalera te halen, terwijl voor
de arbeiders maar een verhooging van 0 tot
534 pet. wordt voorgesteld. Wanneer een
arbeider de hulp van een gasfitter of van
wien ook, noodig heeft, dan' moet hij per uur
imeer betalen, dan den gemeentewerkman
wordt betaald. 'Dit geldt ook voor de arM
ders, die moetm bijdragen in de Mere sala-
rieering van de gememtewerkliedeni en spr. is
overtuigd, dat de arbeiders, ook al verdiimien
ze minder, wel willen Maleni aan de verhoo-
<ging van de loonen der werklieden, omdat
dit hun blassebelang is. Spr. neemt daarom
de vrij'heid om dm raad te blijven advisee-
ren, de voorstellen aan te nemen. Het drei-
emmt, dat de voorstemmers het zelf mocfea
talerc, noemde spr. em dwaasheid. Ala
voorzitter der commissie uit de lichtbedrtfven
weet de voorzitter, dat de verhoogingen in
de begrooting van de gasfabriek reeds aan
wezig zijn. Die 17000 kan daaruit met de
igrootste gemakkelijkheid wordm gehaald.
Ged. St. hebbm gem recht, een oordeel te
vd'len over de salarissen, maar wel over de
posten en die kunnen gedekt wordm met het
geld in de begrooting van de bedrijvm.
De heer Thomsen: Dat kan niet.
De heer Westerhof: Het kan weler
is over gesproken in de bedrijlvien.
De heer Thom.s e n Dat geldt de be
grooting 1922, maar niet van 1921.
IDe heer Westerhof: Er i* het vorige
jaar over gesproken; het geldt voor dit Jaar,
spr. vergist rich niet.
'De voorzitter Dat geldt de Tdcht-
fabriekeni maar de verhooging van het ge-
heele gemeentepersoneel kan niet betaald
worden uit de lichtfabrieken.
De heer Westerhof weet ook, dat de
andere cotmmissies rekening hebben gehou-
den met de verhooging.
De voorzitter: Dat geTdt voor het
grondbedrag. De 50.000 is te vindm.
'De voorzitter Dat geldt misschiMi
voor de liohtfabrieiked, maar aiet voor alle
bedrijven.
Da h«er W«*rt«rho!U yaart al tea-
be. Ml. i»ai-