Damrnbrlek.
n m
m' M l
Kippsn en lenljnen.
kjaJLJgJH.
Nier- en Blaassteenen.
E|
m M W% i
Uit het Indisehe leven.
Economiselae zwtrftockten.
in.
Marlttberi ell ten
- li. - ---
Uit de Pers
Ons Baadselkoelge.
n
Van de vele kwade gevolgea ran overtolhg
unnezuui en nierzwakte is steenvormtog in
da rueren of blaaa wel bat meeat te ducntea.
Maar Foster's Rugpija Nieren Pillen bob-
ben in zulke gevalien xnenig succes bereikt
en tal van gevaarlijkc operation voorkomea.
Spoedige behandoltog is bat beat, ea da
cerate verschiinselea moet men kermen. fiea
pijnlijk gevoel in den rug, waarby men be-
koefte aaa ateun heeft tcr boogte van de
aieren, en vooral bet voorkomen van eetl op
ateenatof gelijkend bezinksel en gruis in de
urine, tervdjl de loozing met een brandend
gevoel en pijn gepaard gaat, doet denken
aan de mogelijkheid van ®teenvorming.
Steenen vormen zich vaak, als bet urine-
ruur aan afvoer door de nieren ontsnapt,
rich laag na laag rond een of andere kern
afzet en langzamerhand een harde, cement-
achtige massa vormt, die voortdurend groo-
ter wordt.
Slaat derhalve nooit waarachuwtogen van
nierzwakte als rugpijn, urtoekwalen, hoofd-
pijn, duizeligheid, pijn in de gewrichten en
lendenfin in den wind, maar bekamp bet
kwaad onmiddellijk door een geregelde en
matige leefwijze, en met behulp van Foster's
Rugpijn 'Nieren Pillen. Dit geneesmiddel
heeft em scheidende waking op steenvor-
ming en inenigmaal kwam bet voor, dat de
steen loskwam, verkruimde en in iijne, zand-
achtige deeltjes werd afgevoerd.
Foster's Rugpijn Nieren Pillen zijn te
Alkmaar verknfgbaar bjj Nierop Slothou-
ber 1.75 per doos.
het corps verbonden zijn; de andere 500
blijven er in den regel maar 2 jaar bij. Daar
het militairen zijn, behoeft nu rniet rneer de
zeer hooge bezoldiging van kracht te zijn;
zij krijgen lets meer dan als gewoon mili-
tair. Zoolang de grensbewaktog noodig is,
zullea er 1600 in plaats van 700 zijn, maar
•die 900 betaalt Justiitte en zij komen dus
niet voor rekening van Ooriog.
Het publiek heeft zoo weinig begrip van
het huishouden, dat het leger beet. Voor de
curiosoteit geven vvijl een paar cijfers. Voor
brandstoffen ter bereiding van levensniidde-
len en brood is noodig 125.000; voor ken-
kengoederen 30.000; voor tafelgereed-
op 1 -
en baarknippen 57.000; voor aanschaffin
van geneesmiddelen 116.500. De verle
ding is sterk om nog wat aan te tebkenci
maar de ruimte staat het! niet toe.
Aan de Dammers!
Met dank voor de ontvangen opiossingen
van probleem No. 676 (auteur Kteute).
Zwart:11 3, 4, 5, 7, 8, 12, 18, 22, 23, 26, 36
en twee dammen op 9 en 45.
Wit: 21, 27, 29, 33, 34, 37, 39/44, 46, 47.
O p 1 o s s i n g x
1. 43—38 1. 26:17
2. 37—32 2. 22 31
3. 34—30 3. 45 28 (4 sch.)
4. 33 22 4. 9 33
5. 41—37 5. 31 42
6. 47 7 en wint.
Goede opiossingen ontvingen wij van de
heeren: W. Blokdijk, P. Dekker, D. Gerling
te Alkmaar, en J. Smit te Heerhugowaard.
UIT DE PARTIJ.
In de hoofdklasse-competitie kwam tusschen
D. O. S. en de Zaanstreek aan bord 1 (Blees
—Prijs) de volgende stand voor:
Zwart: 6, 8, 9, 12, 13, 14, 16, 18, 19, 23,
24, 26.
Wit: 27, 30, 32, 33. 35, 37, 38, 39, 43.
De heer Blees speelde:
1. 39 - 34. Zwart meende nu den damzet,
die mogelijk is, gerust te kunnen doen.
1. 16—21
2. 27 16 2. 18—22
3. 28:17 3, 12:21
4. 16:27 4. 23—29
5. 34:23 5. 19:48
6 30 10 6. 914?
7. 10:19 7. 13:24
8. 27-21 8. 26 17
9. 31—26 9. 48:31
10. 36 27 en wit won.
In de partij Haye—de Jongh (meestcrwed-
stfijd) kwam deze stand voor:
Zwart: 6, 7, 8, 13, 18, 19, 20, 24, 26.
Wit: 27, 30, 32, 33, 35, 38, 39, 43.
Wit forceerde nu zeer mooi de winst door:
1. 27—22 1. 18:27
2 32 21 2. 26 17
3 30-25 3. 7—12
4 25:23 4. 13—18
5. 23—19 5. 34 13
6. 33—29 6. 13—19
7. 29—24 7. 19:30
8. 35 24 met vrijen doorgang naar dam.
EEN1GE VOORNAME REGELS
UIT HET DAMSPEL.
1. Het bord moet zoo liggen, dat elke spe-
ler rechts onderaan een wit (onbezet hok
heeft).
2 Wit begint het spel.
3 Slaan gesehiedt zoowel vooruit als
achterult
4. Kan men met een dam en met een schijf
een gelijk aantal stukken slaan, dan heeft
men de keus. Damslag gaat dus niet voor.
5. Meerslag gaat w e 1 voor, d.w.z. de
slag, die't grootst aantal stukken doet ver-
dwijnen, moet uitgevoerd worden.
Ter oplossing voor deze week:
PROBLEEM No. 677
van P. KLEUTE Jr., Den Haag.
Wij vragen de biizondere aandacht van alLe
oplossers voor onderstaand probleem. Wij
betwijfelen sterk of er wel iemand zal zijn,
zelfs ondef de beste oplossers, die deze ont-
leding zal vinden. Het probleem was voor
ons een bijzondere verrassing.
Zwart: 3, 6, 7, 8, 12, 15, 41, 45, dammen
op 13 en 16.
Wit: 14, 19, 21, 24, 27, 28, 31, 33, 34, 37,
38, 40, 42, 43, 46.
Opiossingen v6or of op 16 November,
Bureau van dit Blad.
XXXIII.
Hoe groot de Nederlandsche eilanden in
Azie zijn, bemerkt men pas goed, wanneer
men per boot den Archipel door vaart.
Ik spreek hier met opzet van de Neder
landsche eilanden, omdat het woord Kolonien
wel wat uit den tijd is. Men hoort dat woord
niet graag meer evenmin als het woord be-
zittingen.
Indie is bezig zich te ontwikkelen tot groo-
ter zelfstandigheid en dan zal men kunnen
spreken, hopen we, van het Groote Neder-
land, waarvan het eene deel ligt aan de
Noordzee en het andere aan den Indischen
Oceaan. Een Bezitting zal Insulinde dan
niet meer zijn, maar gelijkwaardig aan Ne-
derland.
En Kolonie?
Het is met dat woord een eigenaardige
zaak, daar het zooveel beteekenissen heeft,
die feitelijk geen van alle meer van toepaa-
sing zijn op Insulinde.
De Grieken bedoelden met KoloniSn die
steden buiten Griekenland, welke door Grie
ken bewoond en bestuurd werden, doch met
bet moederland geen anderen band hadden
dan dien van nationale verwantschap en han-
delsovereenkomsten in den meest gunstigen
zin.
Zoo is het met Insulinde niet gesteld.
De Romeinen noemden hun militaire ne-
derzettingen buiten Latium Kolonien. Ook
dat is niet het geval met Insulinde. Elders,
b.v. in de Engelsche landen, waren Kolonien
die buitengewesten, waar Engelschen zich
hadden gevestigd om er den landbouw op
roote schaal uit te oefenen en dat met eigen
racht, hetgeen gewoonliik gepaard ging met
verdringen of uitroeien der inboorlingen.
Ook dat Is in Insulinde het geval niet. De
Nederlander zelf bearbeidt er den grond niet,
doch laat dat doen. Daarvoor heeft hij dan
ook noch in den Compagniestijd, noch later
de bcvolking verdrongeu, doch wel dienstbaar
gemaakt.
Dat moet nu ophouden.
We doen daarom nu maar het best het
woord Kolonie te schrappen en te spreken
van Nederlandsche eilanden, zooals we ook
niet meer moesten spreken van Inlanders,
doch wel van Nederlandsche onderdanen in
IndiS.
En die Nederlandsche eilanden nemen een
geweldig stuk van de aardoppervlakte in be-
slag.
Ik stond vele Jaren geleden eens te wach-
ten in den hal van het hotel Rebecquino te
Milaan, terwijl de boekhouder mi.
maakte. De directeur van het hote
waar ik verder heen ging. Toen
n nota op-
vroeg me,
k hem zel,
dat Genua het doel was, meende hij terecht,
dat ik daar toch niet bleef. Ik zei hem dus,
dat ik dan verder ging naar Azig. naar do
Hollandsche kolonien. Dat woord kon ik
toen nog zeer wel gebruiken.
's Mans onwetenheid moge nu blijken uit
het volgende gesprek:
..Hollandsche kolonien? Heeft Holland
dan kolonien? Zijn ze groot?
„Is Italie groot?
„Zeker, Italie is een groot land.
.,Welnu, de Nederlandsche kolonlSn zfjn
vele malen grooter dan Italie. Er zijn eilan
den, die leder zelfs grooter zijn, zooals b.v.
Sumatra".
„Zljn cr dan ook steden? Noem er eene
een naar.
„Met genoegcnBatavia, Soerabala."
..Noolt van gehoord. Zijn ze grooter dan
Milaan?"
„0, zeker. 'Batavia is b.v. veel grooter.
(Ik vertelde er maar niet bij1, dat daar alleen
edn verdiepingswoningen zijn, waarvan de
meesten erven en soma zeer groote erven heb-
ben).
„H)oeveel! inwoners heeft dat land1?"
„Ongeveer 40' millioen."
„Maar dan is !Koningin Wilhelmlna (dien
naam kende hij1 toch) een machtige vorstin."
Ik was te beleefd hem tegen te spreken. Zoo
groot is de onbekendheid1 in het buitenland.
Tn Nederland zelf wect men wel iets meer,
doch heel veel is het niet.
Zoo kreeg iemand, die te Pankadjene op
Celebes geplaatst was, eens van een oude
tante een brief met een' aanmerking omdat hij
zijn kind nog niet had1 laten doopen.
„Was er dan onder de predikanten te
Pankadjene niemand van jou rich ting? En
anders een predikant te Batavia?"
Een- mooi ding. Pankadjene heeft natuur-
lijk geen predikant, laat staan predikanten
van verschillende richtingen en Batavia
ligt een dag of 10 reizen ver. Wel wait kost-
baar voor een dooperij. Leg Sabang eens op
Ierland's westktist en zie dan waar de 141e
graad op NieuWHGuinea uitkdmt. Dan komt
men voorbiji den Kaukasus.
Want tusschen deze beide uitersten van dat
deel Nlederland is een1 afstand' van 1/8 deel
van. den omtrek der aarde, gemeten langs dien
evertaar.
Nui zijn die eitanden niet dicht bevolkt,
hetgeen jammer is, omdat daardoor het ar-
be:dersvraagstu!k zoo moeilijk is. Op vela
eilanden is een belangrijk te kort aan werk-
krachten en' ten gevolge daarvan wordt van
den' tgrond nog niet zooveel gebruik gemaakt,
als wel wenschelijk was, terwijl de pogingen
om weikkrachten tee te voeren, wel eens tot
zeer verkeerde praktijken aanleiding hebben
gegeven.
Java is dicht bevolkt. 'Het telt ongeveer 30
millioen menschen. en' is 4 maal zoo groot als
Nlederland. Het is dus dichter bevolkt dan
ons land.
'Sum'atra is 13 maal zoo groot als Neder
land en zou dus met dezelfde dichtheid als
hier 7® millioen inwoners kunnen) bergen. Het
telt echter ongeveer 4 millioen inwoners.
Borneo is 22 maal Nlederland en er is dus
plaats voor 132 millioen inwoners, doch het
zal mooi zijn, wanneer het 2 millioen haalt.
Mien ziet, dat er nog ruimte genoeg in de
wereld) is voor het menschendom en ook, dat
er voor de ontwikkeling van Insulimde nog
gelegenheid te over is.
Arnhem. A. v. W.
De vorige maal zagen wij, dat er drie fac-
toren samenwerkten om de verhouding der
internationale betaalmiddelen in de war te
sturen, waarvan er reeds 2 aan een nadere
beschouwing werden onderworpen. Om het
nog eens samenvattend te herhalen: wij kwa-
men tot de conclusie, dat door het verbod van
vrijen handel in goud, en de opstapeling van
goudvoorraden in de kelders der circulatie-
banken, benevens door den toenemenden om-
loop van fiduciaire betaalmiddelen, de inter
nationale pariieitsverstoring werd bevorderd.
Het derde punt is thans aan de orae, en
was aangekondigd als het punt, dat diverse
oorzaken bevatte. Het is foutief te meenen,
dat de oorzaak der algemeene ellende alleen
te wijten is aan de koersverstoringen. Zooal9
steeds i9 er hier een wisselwerking te consta-
teeren tusschen verschillende factoren die wij
door een voorbeeld zullen pogen te begrijpen.
De mark, om bij dit voorbeeld te blijven,
dat ons tot nu toe steeds gediend heeft, is
thans tot op ca. 1 cent gedaald; haar tegen-
woordige waarde is dus ca. '/to van hare
vroegere, verge eken bij den gulden. Ik zeg
j, a
hier onmiddelli
een rekening
k bij, dat ik op 't oogenblik
tioud met de depreciatie van
en tegenwoordigen gulden tegenover dien
van 1 Augustus 1914 binnenslandsch.
Waren de goederenprijzen in Duitschland
niet verandera, dan zou het leven aldaar
voor Hollanders wezen van voor den oor
iog. Echter de prijzen schommelen in
Duitschland voortdurend en wel afhankelijk
van den wisselkoers. Pit is duidelijk, indien
men nagaat, dat dit land tal van noodzakelij-
"igraan, mellc,
koper, enz. moet invoeren. Hoe lager de mar.
ke grondstoffen als b.v. broodgraan, met
kenkoers is, des te meer moet de Duitsch pro-
ducent betalen voor zijn buitenlandsche
grondstoffen. Bij lageren markenkoers moe-
ten in Duitschland de prijzen automatised
stijgen. Er is echter nog een andere reden
voor priisstijging. Immera wanneer de eer9te
levensbehoeften, zooate voeding en kleeding,
in prijs stijgen, kunnen de arbeiders niet
meer uit met hun loon, die dus en in dit ge
val zeer terecht loonsverhooging eischen en
ook kunnen doorzetten. Wij zien dus, dat er
twee factoren zijn, die in onmiddellijke wis
selwerking staan met den markenkoers, n.l.
prijzen en arbeidsloonen, die ook onderling in
voortdurende wisselwerking veranderen. Nu
eens stijgen de loonen tengevolge van de
prijsstijging, dan weer loopen de prijzen op
tengevolge van de loonsverhooging. Men
ziet dus, dat er een spel is van koersen, prij
zen en loonen, die als schimmen elkander
achtervolgen, en dreigen zich in £en ondoor-
zichtigen nevel op te lossen.
Zooals ik hierboven reeds schreef, is de
markenkoers zoowat zijner pariteits-
waarde, terwijl de prijzen in Duitschland 25
maal zoo hoog, de loonen slecht9 ca. 10 maal
zoo hoog zijn als v66r den ooriog. Zoolang
nu de Duitsche arbeider in Duitschland wer-
ken kan voor 10 cent, terwijl de Hollandsche
werkman 60 cents moet hebben, mede ten
gevolge van het duurdere leven hier te lande,
zal het onmogelijk zijn voor de Nederland
sche Industrie om tegen de Duitsche te con-
curreeren.
Er moet om te beglnnea een zekere stabill-
seering plaat9 vinden in de internationale
verhoudingen van prijzen en loonen, zooda-
nig. dat deze niet meer al te veel verschillen.
Het onderwerp is echter uiterst moeilijk, en
wij zullen de volgende maal probeeren het te
naderen.
stu!
op
als antwoord op de
(Onderstaand stukje werd ons door on-
de Vries te Heiloo, opgenomeni in ona num-
mmmkm7 n<
zen medewerker op dit gebied teegezonden
>p de vraag van den heer D.
ilc
•enomeni in
mer van Maandag 7 "Nov. Red. Alkm. Grt.)
MHJT EN liU'IS.
De kippemij't (het zijn die kleine, roode
puintjes, welke 'a nachts het bloed der hoen-
ders aftappen) en de kippcluis (deze voed'eni
zich voornamelijk met de huidschubben en
veroorzaken den hoenders een geweldige
jeuk), doen. den hoenders, dus ook den pluinv
veehouder, veel meer kwaad dan gewoonlijk
door dezen beseft wordt.
iKtomt het ongedierte in groote massa voor,
wat des zomers in onvoldoend verlichte en
geventileerde hoklcen gewoonlijk het geval is,
dan zal de leg er zeker door vennimderen,
soms zelfs stop gezet worden.
De aanwezigheid' der rnijt kan men waar-
nemen aan de roode steepen die zich in de
groeven en naden der hokken voordoen en
welke niets anders zijn dan een verzamelig
van dat ongedierte.
Steekit men zijn hand in een legnest of
houd't men even een hen vast, dan zal ook
weldra blijken of er kippeluis aanwezig is,
daar deze zich dan spoedig een noodlottig
uitstapje naar dat voor hen' vreemde voor-
werp zal veroorloven.
Men kan beide plagen bcstrijden door een
toepassing van groote zindelijfcheid to de
nachtverblijven hetwelk zich steeds ruim-
schoots beloont; de kippeluis bovendien1 ook
nog door de hoenders aan de pooten op te ne
men, zoodat de kop naar beneden hangt,
waardoor de veeren los komen te staan.
Daarna wrijft men ze fenn in met tabakszand
of tosectenpoecter, vooraf in het &m, de
stuit en onder de vleugels. Bovendien' strooit
men hier en ook wat van in de legnesten en
in de gaten to de ren of het terrein waar de
hoenders hun zandbad nemen.
lElen meer omslachtige miethode, welke ech
ter uitstekend1 voldoet en.' voor enkele gevalien
b.v. bij1 het ontsmetten van een broedhen toe-
gepast kan worden to het gebruik maken
van n aph t a l toe-petroleum en wel op do vol
gende wij'ze
Mien lost zooveel mogelijk naphtaline op
to petroleum, welke men denkt noodig te heb
ben om een pakkist towendig daarmede goed
In te smeren en bovendien een stuk zak of
baal groot genoeg om den bovenkamt van die
kist af te sluiten daarmede goed nat te ma
ken. to den bod'em van die kist en1 aan den
bovenkant der vier wanden worden gaten ge-
boordl; de kist diaarna op eenige steenen ge
plaatst zoodat er van onderen ook voldoende
lucht in kan komen, als de bovenkant met die
zak of baal is afgesloten.
'De grootte van de kist is natuurlijk afhaa-
kelijk van het getal kippcn dat men de kuur
moet doen ondergaan indien men er haast me
de wil makenzoo niet dan is bijna elk for-
maat kist voor het doel geschikt.
'Nadat de kist towendig overvloedig is to-
gesmeerd met de bovenbedoelde naphtaltoe-
petroleum, plaatst men er eenige kippen to',
doet de goed gedrenkte zak als deksel er over
heen en laat ze daarin een half uur ongeveer,
af en toe eens toeziende of er dieren bij1 zijn,
die niet goed tegen de dampen bestand zijn,
wat slechts zelden het geval is, daar zelfs
kuikens, niet te jong natuurlijk, die kuur kun
nen ondergaan met hoogstens wat dunnere
ontlasting als gevolg, wat spoedig weer ver-
verdwenen is.
Voor de kuur te eindigen worden de kippen,
stuk voor stuk, onderzocht of al het ongedier
te gedood is; zoo niet, dan gaan ze opnieuw
in de kist.
AL KM A AR SCHE E X PORT-V EILING
ALKMAAR, 11 Nov. In de heden gehou-
den veilingen werd betaald voor: Aardappe-
len 5.80'7.10 p. 100 K.G.; Bloemenda
0
i p. K,
6.50 p. l'OO K.G.; Groene kool f 8.10'
ler kool 7.60-/ 11.40 p. 100' at.Boeren-
0.80J 0.90 p. K.8.; Gele kool f 5.20^-
kool 3.40'6.30 p. foo sf.; Druiven
10.80 p. 100 stuks; Postelein 1.01
1.03 p. ben; Roode kool 5.40f 9.80 p.
100 K.G.; Sel'dri 4.80—/ 5.80 p. 100 bos,
Schorseneeren 0 150.18 p. bos; Sprui-
ten 4051 p. 100 K.G.; Tomatem 0.35
tot f 0.46 p. K.G.; Uien 13.60-/ 15.90
p. 100 K.G.; Wortelen1 4.80—/ 5.90 per
100 bos; Witlof 0.41—/ 0.64 per K.'Q.
DE BEiTEEKENIS DE'R D'ALING VAN
DE MARK.
Er zit in de daling van de mark aldus
de Mdb. Crt. van alles, eeni ongunstige
handelsbalans (voor een klein deel); een
Oivermiaat van bankpapier zonder reeele waar
de aan metaal of wissels e. d. als onder-
frond; een gebrek aan vertrouwen in den
uidigenj toestand; maar misschien het meest
van alles eeni gebrek aan vertrouwen to de
toe komst.
Als internationaal ruilmiddel heeft de
Mark vriiwel afgedaan. Ook zelfs voor een
deel als binnenlandsch rui'middel. Zooals
vroeger reeds in Weenen) ijebeurde, verhande-
len ook nu in Duitschland sommige fabri-
kanten en1 koopliedieni tegen betaltog in een
of andere soliede buitenirandsche muntsoort,
in dollars, pondensterling of guldens. En
bovendieni zetten veel kapitalisten hun kapi-
taalbezit om to een buitenladscbe muntsoort.
Het dezer dagen vermelde feit dat naar
schatting voor 150 millioen gulden aan Ne-
derlandsch banlq>apier in de Centeale ligt, is
een merkwaardig bewijs daarvan. Het eigen
nationale ruilmiddel wordt niet meer ver-
toouwd; aan het bui'tenlandsch wordt zelfs
zoo'n voorkeur gegeven', dat het tot eeni der-
gelhk bedrag alleen reeds uit een klein land
als onze werd geimporteerd, hoewel dat
feitelijk beteekent dat er 150 milioen aan de
,,v.uerlandsche Bank is geleend zonder dat
deze er eeni cent rente voor behoeft te btalen.
Nog heeft de Duitsche binnenlandsche toe-
stand zich niet aan die daling der Marken
aangepast. Dat kan niet zoo vlug. De daling
van twee op een is niet gepaard gegaan met
een verdubbeling der loonen in Duitschland,
noch met een verdubbeling der prijzen. En
't gevolg is dat Duitschland ontzaglijk ult-
voert, aan werkelijke handelaren, en aan ge-
legeniheidskoopers (Valuta-Schieber zeggen
de Duitschers).
Miaar de schijinbaar zoo tevendige hau-
delsdrukte beteekent toch dat Duitschland bij
iederen uitvoer verarmt. Een stoel is eeni
stoel, een tafel is een tafel. En als wiji hier
te lande voor een stoel in een tamelijk nor-
maal ruilmiddel twintig gulden betaleni en
voor een tafel zestig, dan moet Duitschland
armer worden als net denzelfden stoel hier
been uitvoert voor tien gulden eni een tafel
voor dertig. Zoo'n verscliil kan nooit goed
maken de kleine schommeling die er altijd
mogelijk is bij de Industrie van twee landen.
En als de loonen en prijzen! in Duitschland
na een1 poos weer verdubbelen omdat de
Mark op de helft van zijn waarde van de
vorige maand zakte, dan is daar weer nog
meer bankpapier voor noodig; dan daalt de
Mark nog meer, enz. enz.
Maar net is bliikbaar niet alleen de invloed
van bankpapier. Volgens deskundigen zou
die alleen nog niet den huidigen lageni stand
te verklaren zijn. De vertrouwenskwestie
heeft ook een invloed, die wel niet te meten
is, maar waarvan leder de aanwezigheid
heeft gevoeld teem na de beslissing der Site-
zische kwestie, die Mark zulk een sterke da
ling Vertoonde. Dat was het wantoouweii1 to
den huidigen toestand.
En in de hooge finandefile krtogen, waar
van het oordeel zeer zwaar weegt m deze
dtogen, wordt de twijfel aan de mogelijkheid
dat Duitschland zijn milliarden aan oorlogs-
schatttog in goudmarken kan betalen, steeds
meer vervangen door de zekerheid dat
Duitsdhland dat niet kan. Van de 132 milli
ard goudmarken die het moet opbrengen,' zijn
er nu 2 betaald, en thans reeds bij de volgen
de 2 milliard staat een verzoek om uitstel voor
de deur, omdat de Duitsche regeering er geen
kans toe ziet. De eerste 2 milliard' heeft
Duitschland o.a. kunnen bijeenbremge®, door-
dat het opkoopen van ontzaglijk® noeveelhe-
den marken door het speculeerend buitenland
aan Dutteehtawd greete bedvagw aan btrftav
landsche wissel® bezorgd®, die ails betaling
in goud konden worden gabruM 'Da mar?
ward een uitvowartikel van gertnga koatea m
groote opbrangst, danik zi) da spaculan ten-
hoop op een kansja, later I Da, nu voor
ieder zichtbaar toenemende voosheid van die
Mark zal waarschijnlijk de liefheb'berij' in het
buitenland ibiji zoo-hulp voor de tweede ter-
mija minder groot zal wezen. En bovendien
zijn er door de daling van de Mark-koers nu
zoo'n onmogelijk groot aantal papiermarken
noodig ona een milliard goudtoark bijeea te
brengen (ongeveer een 60.000.000.000 pa
piermarken), dat de regeering a® tech niet hi)
elkaar krijgt ook al voert ao de nu aanhangi-
ge belastingplannen uit.
Maar wat dan Ja, dat Is weer een vraag
die niemand kan toeantwoorden. Vermoedelijk
zal het uitloopen op achorsing van de beta-
ling der schadevergoeding, en dan op het af-
zien van verdere betaling, temeer omdat En-
geland zoo ernstig lijdt onder de concurren-
tie van de Duitsche Industrie, wier werklieden
thans arbeiden op een veel lageren levens-
standaard dan de buitenlandsche door de*
lagen Markenstand, die steeds lager wordt,
hoe meer men van Duitsdhland eischt.
Maar aan die erkenning van onmacht om
binnen te halen wat men van Duitschland
hoopte te krijgen, zit zooveel vast, dat zij nog
niet zoo gemakkelijk ©fficied zal worden uit-
gesproken. Immers Frankriilc en ook Belgi§
hebben tot nu tee nog altijd hun ontzaglijke
tekorten op papier kunnen dekken door de be-
lofte dier verwadhte betalingen van Duitsdh
land! Als die niet komen, zakt ook daar het
kaartenhuis to een.
Het is een bedenkelijke tweeatrijdhoe meer
de Entente Duitschland uitpersit, hoe meer de
Entente-landen lijden onder de moorddadige
ooncurrentie van den uitgeperategee ft zij die
uitpersing op, dan houden Frankrijk en Bel-
gig zich zelf niet op de been. Voor die landen
beteekent de daling van de Mark een steeds
somberder toekomst, in welke ricbting ook.
Ten slotte nog een kort woord over on*
eigen bel ang.
De daling van de Miark brenigt hier een
ontzaglijk verlies voor de markenspeculan-
ten. Dat is een cadeautje, waarblji vergelekem
de gezonden gaven, een zakje exwten naaat
een pakhuis zijn.
De groote credietefl' van uit Nederland a a*
Duitschland en zijn handel verleend, zulle*
er niet veel door veranderen, omdat ze voor
het meerendeel in buitemlaadsch geld zij*
uitgedrukt, of in goud.
Opiossingen der raadsels ait't
vorige nummer.
Voor grooteren.
1. Zweden. Den, zee, Weenen.
2. Damast. Dam, mast.
3. Reinier.
4. Sardinie. Dieren, Dina, das.
Voor kleineren.
1. foes, Aoes, owes, soes.
2. Vlier, lier, ler, er, r.
9
R
A
M
B
B
A
K
M
B
It
K
4. Treurwilg.
OM OP TE LOSSEN.
Voor grooteren.
1. Mijn geheel noemt eea badplaata i* ons
land welke met 8 letters gesdhreven
wordt.
4, 2, 15 is nooit vierkaat.
4, 7, 8 is nooit arm.
6, 3, 1, 5 is eea ander woord voor kw«rt-
suur.
5, 2, 3, 1 is een dorp to de provincis
Utrecht.
2. Welke stad kun je maken van
St. Madame S.
3. Sdhrijf onder elkaar:
1een koninkrijk in Europa.
2. een bekende koningto van Engeland.
3. een provlncie to ons land.
4. een zoon van Prine Willem 1.
5. een rivier in Spanje,
De beginletters vonnen van boven
naar beneden gelezen den naam van een
stad to ZuidjHolland.
4. Mijn eerste kan geen kleerma'ker of naai-
ster missen, mijn tweede is een deel van
een stad of dorp en mijn geheel een
dorp to ZuidjHolland.
Voor kleineren.
1. Welk dier cet altijd netjes?
1
1
1
1
1
Vul de open vakjes z66 in, dat je van
links naar reckte leest:
een voorwerp, dat dien at om te ver-
lichten.
2. iets, dat warmte en licht verspreidt.
3. een jong viervoetig dier.
4. een lang houten voorwerp.
Op de zig-zag-kruisjeslijn koint de naam
van een stad in Zeeland.
1. rij een voorwerp, dat dient om
mee te eten.
2. rij een deel van een plant.
3. rij een klein viervoetig diertje.
4. ri een deel van je gebit.
5. rij een deel van een schip.
6. rij een stad to de BetuWe.
7. ri] ee* dteel van je gezicht.
8. ri] een landbouwwerktuig.
een deel van je voet.
X
X
X
X
X 9. rij een deel van j_
10. rij een verkorte jongensnaam.
Met p ben ik een plant, met z een visdh,
met w book en met k groeb Ik ap h«
land.
I
ig de