Damrnbriek. m A.r i Eippen en Eonijnen. i y i: m,Ml a i ill mm M JSL fe m ;;ia n m H m m ii, m m I Influenza m d© geyolgen. jii Brieren uit Weenen. Ons Kaadselhoekje. Velen hebben tot htm sahade ondervonden, dat de gevolgen van influenza «n griep soms erger dan de kwaal zelf zijo. Een van de gevolgen is achteruitgang van de nieren, en dit kan maanden van pijn on ellende met zich brengen. Bij kou en koorts toch warden de teere oierorganen overspan- nen door hun pogen om de ongewone hoe- veelheid onzuivere stoffen uit bet bloed te filtreeren. Zorg voor de nieren, bij deze in- spanning zou uitputting voorkomen, doch hoe zelden wordt die zorg besteed. En deze verwaarloozing leidt tot ontsteking van de nieren en blaas, urinekwalen, onzuiver bloed, aiergruis, nierwaterzucht, rheumatiek, steen, rugpijn, duizeligheid enz. Foster's Rugpijn Nieren Pillen baten tegen deze nierverschijnselen. Wees niet moedeloos door vroegere verwaarloozing; hoewel vroe- gere behandeling het best is, kan verdere ernstige ontwikkeling voorkomen worden. Dit speciaal geneesmiddtel voor de nieren be- haalde zelfs bij gevorderde en ernstige nier en blaaskwalen succes. Duizenden daokbare mannen en vrouwen hier in het land danken hun goede gezondheid aan tijdige behande ling met Foster's Rugpijn Nieren Pillen. De handteekening van James Foster op de verpakking waarborgt de echtheid. Foster's Rugpijn Nieren Pillen zijn te Alkmaar ver- krijgbaar bij Nierop Slothouber k f 1-75 per doos. schakd uit dezen keten gemist kan worden. Deze absoluut noodzakelijke samenwerking strekt zich ook uit tot over de grenzen der enkele naties, en de ellende, die tegenwoor dig het economisdife leven der geheele we- reld drukt, is voor een goed deel daaraan te wijten, dat oorlog Internationale samenwer king ten eenenmale onmogelijk maakt, onge- zien nog de kapitaalsvemietiging door ver- keerde productie enz., waarover later. Deze afhankelijkheid drukt men uit, door te zeggen, dat de grondtnek van oris econo- misch leven is: arbeidsverdeeling. Zonder ar beidsverdeeling zou men geen behoefte heb- ben aan geld, noch aan banken of fabrieken, zou men geen handelsverkeer kennen: met al wat daaraan vast zit. In een woord, wanneer men de arbeidsverdeeling ging afschaffen, zou men terugkeeren tot den oer-tijd, toen ieder mensch, of minstens iedere familie in haar eigen onderhoud voorzag. Toen men geen wercldhuishoudmg of volkshuishouding kende, maar slechts famtTiehuishouding. Dat was in den tijd, dat de Germanen deze lan- den bevolkten. 'Schijnbaar is deze toestand mooi, eeni ide- aal-staat, waarin men altijd zijn buurman met vrede kan laten. Wij zullen echter de volgende maal zien, welke de bezwaren zijn. SPORT EN NUT. Nog altijd is de strijd niet uit tusschen de aanhangers van dien sportfok en hen, die den nutfok voorstaan. Onder den drang van de voederschaarschte trad deze strijd wel heel sterk op den voorgrond en was er ook meer reden toe. Maar nu de versdiillende voeder- soorten weer, tegen meer gematigden prijs tevens, tte verkrijgen zijn, neemt de schaar van personen weer in omvang toe, die met zekere behendigheid tusschen de twee kam- pen heen weten te laveeren en die als motto in hun w^tpen voerenvereenig nut- en sport fok tot een geheel. Waarom dat heel goed kan, zullen we aan- stonds zien. Het is volstrekt onnoodig uit- sluitend1 op de eier- en vleeschproductie te letten, steeds pen of potlood ter hand te hcb- ben om met de angstvalligste nauwkeurig- heid te gaan nacijferen welke geldelijke voor- deelen het pluimvee oplevert. Evenmin is het goed geld noch moeite te ontzien m steeds en uitsluitend aan te sturen op het behalen van bekers, medailles en andere prijzen op onze tentoonstettingen en daanbij de niut- eigenschappen der dieren geheel weg te cijie- ren. Bij dat alles begint zoo wat overal het denkbeeld veld te winnen, dat hoenders af- komstig uit een deskundig doorgefokten stam veel meer voordeelen afwerpen dan een par- tij raslooze dieren, een mengelmoes van al- lerlei kleuren en modellen, van ongelijke grootte en meestal van minder ruime pro- duktie. Steeds heeft men uitgezien naar het ide- aalhoen, naar een dier dat nut en schoon- heid, gehardheid en goede eierproduktie in zich vereenigt. Telkens bij de ihvoering van een nieuw ras meenden. vooral de rasfokkers dat ze „nu er waren", dat ze „nu pas het universeele hoen" in hun bezit hadden en dat het er nu'maar op aan ikwam verder te gaan, den fok krachtig door te zetten om een vogel te verkrijgen, die winter cn zomer, voor- en najaar niets anders deed, dan naar het nest lo o pen om daar zijn eitje te deponeeren. Op de meeste, ja eigenlijk op al die illusies, volgde een ware ontgoocheling. Bij voortge- zetten fok gingen de nutei gensch appen weer achteruit en stond men vri] wel weer op het nulpunt. Wat zoekt men dan eigenlijk? Wat wil men dan Eigenlijk het onmogelijke, het in de. na- tuur onbestaanbare. Verbeeld U een vogel die zooveel eieren legt als dagen in't jaar. Verbeeld U een kip die meer dan 300 eieren per jaar voortbrengt. Laten we voor een oogenblik aannemen, dat men het met zijn dieren zoo ver brengt, dan zal 't toch wel duidelijk zijn, dat de krachten van zoo'n hen zoo goed als op ra- ken en dat men allerminst uit haar eieren sterke, goedgroeiende kuikens zal kunnen verwachten. Waaraan moet een goed legras beant- woorden We zouden verlangen een hen of haan van gemiddelde hoogte en zwaarte, om zoodoen- de een vlug, bewegelijk en tevens sterk dier te bezitten. Hoogbeenige rassen met grof been- dergestel staan in nutwaarde achter, omdlat voor de vorming van een zwaar skelet ook veel voer noodig is. Maar ook een zeer laag- beenig dier is het ware niet, omdat het tra- ger is en moeilijker zoekt naar zijn voedsel. Al te groote kam, te lange kinlellen geven vooral in onze winters meerdere bezwaren. Zware bevedering aan de beenen verlangen meer moeite bij de verrorging; kuiveu ver- oorzaken ook veel hinder, zoodat tenslotte een vogel als de tegenwoordig in Oelderland ctei ailieen, maar elders en zdfs ta btd- tenland zeer vcrbreide Baruwelder aan vela eisclien voldoet. Men bahoeft dua niel var te zceken,. In het Bamevelder hoen heeft men eet donkerge- kieurde kip, middelzwaar, goed bewegelijk, middielhoog op onbeveerde beenen, betrekke- lijk kleine staande kam en vrij" goed afgeron- de korte kinlellen. Bovendien een hoen aan den bodem gewend, waarop het door vlijt en zorgen van de beste pluimveefokkers is ge- wonnen en gebcren. Wat wil men meer? Ja, we willen veel eieren. Nu, de Barnevelder staat vooraan in de leg- wedstrijden. Ze legt het zoozeer gewenschte bruine, zelfs koffiebruine, zware ei, dat te genwoordig overal opgang maakt en daar- om ook hooger prijs opbrengt dan de wit- schalige eieren. Als d'us alle kippenhouders zich gaan toe- leggen op het Barnevelder ras dan zouden zij zichzelf geen ondienst bewijzen. Ze heb- ben dan de beide fokriclitingen tegelijk ge- volgd en vereenigd. Aan de Dammers! Met dank voor de ontvangen oplossingen van probleem No. 683. Stand: Zwart: 7, 13, 14, 19, dammen op 15 en 25. Wit: 21, 23, 28, 29, 32, 33, 37, 39. Opiossing 1 28-22- 1. 25 28 (4 sch.) 2. 33 22 2. 15 18 (3 sch.) 3. 23 1 Goede oplossingen ontvingen wij van de heeren: W. Blokdijk, P. Dekker, D. Gerling, J. Meijer, A. J. Sauwer, Alkmaar, A. Schroo- der, Hensbroek en Jn. Smit, Heerhugowaard. - MOOIE STANDEN. De volgende combinatie is van den heer Vives. Zwart: 3, 6, 8/12, 14, 16/21, 24, 25. Wit: 26, 27, 28, 32, 34/38, 41/45, 47, 48. In dezen stand is voor wit de volgende afwikkeling mogelijk: 1. 28—22 1 17 2. 26 17! 2. 11 3. 37 26! 3. 28 4 26—21 4. 16 5. 3430 5. 25 6. 43—39 6. 34 7. 47—41 7. 46 8. 42 2 (d. +7 s.) In den tweed'eu stand: d k S fid w& ml dP f H kd W- wm - m i Zwart: 3, 7, 8, 9, 15, 23, 26, 28. Wit: 17, 22, 30, 33, 37, 38, 39, 48. zet wit: 4 Zwart 1. 23—29? 2. 28:19 3. 26 37 4. 37 28 1. 2. 3. 4. 5. 30—24! 39—34 37—31 38—32 22 11! Ter oplossing voor deze week: PROBLEEM No. 684 van E. BOISSINOT. /.wart: 4,5,11,12,18,21,31,45. Wit: 14, 20, 22. 28, 29, 32, 34, 39, 44, 48. Oplossingen voor of op 4 Januari 1922, Bureau van dit Blad. (Nadruk verboden.) Weenen, 25 Decemb r 1921 „Kerstmis" is voor de bevolking van Oos- tenrijk, die overwegtnd R.-Kat'ioliek is, bet wereldlijk, bovenal het huiselijke jaarfeest, terwijl Paschen in streng kerkelijken zin genomen een veel ernstiger herdenkings- feest is. Kerstmis dat is het feest van ge- schenken geven en geschenken ontvangen, het feest van de vreugde en van de liefde. Reeds in de eerste dagen van December be gint op het oudste plein van Weenen „Am HoF' de Kerstmark, in den volksmond Christkindmarkt" genaamd. Daar zijn dui zenden kleine artikelen te koop, bestemd om den Kerstboom te versieren. Er bestaat een zeer oude gewoonte in de Weensche familien, om op Kerstavond te smulleni aan eene ge- combineerde lekkemij, die men schertsend ,yStudentenifutter" noemt en die bestaat uit: gedroogde vijgen, dadels, amandden, hazel- noten en' rozijnen, kleine „lebkuchen" enz. Heden ten dage past het beter te zeggen, dat die gewoonte bestond, want de meeste van die artikeltjes vallen, ook al kan men! ze nog wel hier en daar koopen, buiten het be- reik van de groote meerderheid van het Weensche volk. Het middenpunt van d« feesiviering op den Avoncf wait de Ksrartboom, den, die dikwijls van den vloer tot a*n het plafond reikt, doch die bij bescheidener eischen ook wel op tafel staat. Hij wordt versierd met guirlandeni van gekleurd papier, met suikergoed, dat in veclkleurige zakjes ge- wikkcld is, met poppetjes van koek-deeg, die aardig beschilderd zijn, met vergulde no ten enj met talrijke miniatuur-kaarsen in blinken- de standaardjes. In den top prijkt een klein Kerstkindje van was boven' de schitterende gouden ster, die de Wijzen uit het Oosten naar Bethlehem geleidt. Voor een bedrag van 40 tot 80 Kreuzer kocht men vroeger met ge- mak zulk een boom. Tegenwoordig is er voor het grootste deel van de Weeners niet meer aan te komen, hoewel de bergen van onze Al- penstreken tot in de uitloopers van het Wie ner Wald volop begroeid zijn met de mooiste pijnboomen. Aandoenlijk is het te zien, hoe de laatste dagen voor het Kerstfeest geen trein te Weeneni binneniloopt, welks reizigers niet een klein demnetje in den: arm dxagen, om voor hen zelf, hunne familie of hunne vrien- den in de dure stad toch de Kerstviering mo- gelijk te maken. Want de Kerstavond zon der den lichtjes-boom, dat is het droevigste wat een Weener, ja wat elke Oostenrijker rijk of arm, zich voorstellen kan. Men is al- gemeen van meening, dat de met kaarsjes versierde denneboom van oer-ouden oor- sprong is eni slechts weinigen weten, dat dit gebruik van betrekkelijk jongen datum is en eerst omstreeks het jaar 20 in de vorige eeuw in Qostenrijk burgerrecht kreeg. De eens zoo beroemde treurspelspeler Anschiitz, die in die jar en tot de corypheeen behoorde van het Wiener Burgtheater toenmaals het eerste tgezelschap in de Duitsche tooneelwereld gaat er "trotsch op in zijne lezenswaardige Memoires (die o.a. ook biji Reclam in Leipzig als eene goedkoope editie verschenen zijn), dat hij het geweest is, die dit gebruik uit het Rijnland overbracht en de eerste was, die in Weenen een Kerstboom opsierde. Hoe het ook zij, zeker is het, dat de Kerstmisviering, juist in dezen vorm, hier niet veel ouder is dan een: eeuw, wat niet belet, dat de groote massa van het volk toch een zeker recht heeft te beweren, dat het hiermee een oer-oud ge bruik navolgt. Want het staat vast, dat de christelijke Kerstviering tot de oud-Germaan- sche kultuur teruggaat. En zoo volharden dan ook nog heden ten dage de zich radicaal- Duitsch voelende Oostenrijkers die zich met meermalen overdreven nadruk Germa- uen noemen en den Christelijken God liefst door Wotan, Thor of Balder zouden rem- placeeren ostentatief en agitatorisch bij hunne opvatting, dat ze het „Joel"-feest her- denken. Dergelijke afwijkingen! vindeni echter bij de bevolking, die op den bodem harer natuurlij- ke ontwikkeling staan blijft, geen instem- ming. Voor haar is Christus de Verloser, die op dezen avond in een' stal te Bethlehem ge- borem werd. En daar zij. in hem den God der Liefde vereert, zoo eert zij op haar beurt hem, door andereni liefde te bewijzen, wat in den naieven volksgeest gelijk staat met het uitreiken van gaven en geschenken. De „geurmakerij" met overdreven kestbare ge schenken beperkte zich, ook voor den oorlog, tot kringen, die het meest materialistisch leefden. Bij den kleinen man en in den ge- goedeni burgerstand werd in den regel een zekere maat niet overschreden en het zwaar- tepunt werd dan ook meer gelegd op innig tezaam-zijn in den familiekring. Noodgedron- gen is dat thans nog in grootere mate het geval. De Kerstavond is vooral een feest voor de kinderen. Wie kan echter heden een pop, een hobbelpaard, een gummibal of een mooi orentenboek aanscbaffen? En nu is het zeker bewonderenswaardig, hoe weinig zich daardoor de Weeners hunne feeststemming laten bederven. Reeds weken1 te voren oefen- de de jeugd in tallooze families bij de piano of een ander zachtklinkend instrument, hun ne stemmetjes voor het oude Kerstlied: „Stille Nacht, heilige Nacht...", 'n lied, dat door de na'ieve schildering van de kribbe in den stal te Bethlehem eni door zijn pakkende, het hart verhefende melodie, eveneens uit ae oertijden tot ons gekomen schijnt te zijn en dat toch, zooals uit de laatste navorschingen blijkt, in de latere pa- ren van de achttiende eeuw door eeni beschei- den en onbekendem volks^schoolmeester, in de buurt van Salzburg werd gecomponeerd en gedicht eni dat in zijne dorpskerk voor het eerst gezongen werd. Zoo verovert toch altijd iets, dat uit het hart opwelt en: tot het har gaat, langzamerhand een geheel volk, ja bijna de halve wereld, zooals van dit mooie lied getuigd kan worden. Het hoofd-moment van deze Kerstviering is zeker als de witte kaarsjes op den boom zijn aangestoken eni uit frissche, door de plechtigheid van het oogenblik bevende kin- derlippem het Kerstlied opklinkt. In vele fa- miliSn, vooral buiten op't land was en is het ook thans nog de gewoonte, nadat de lichtjes van den boom zijn uitgebrand, op een klein tooneel eeni Kerst-vertooning te ge ven. Met kleine door draden bewogen figu- ren, niet hooger dan een handgreep lang is, wordt het ronddwalen van Jozef en Maria in den sneeuwjacht en het niet vinden van een toevlucht in' de herberg voorgesteld. De stal met den os en den ezel, met het Jezus- kindje in de windselen, dat omgevem door een stralenglans in de kribbe ligt, ontbreekt evenmin en het voomaamste nummer van het programina wordt dan gevormd door den feestelijken optocht van de heilige drie Ko- ningen, waarbij het optteden van de onmis- bare olifanten en kameelen van papier ma- che steeds de grootst mogeliike bewondering en het luidste handgeklap der kinderen uit- lokken. Na den Bethlehemscheni Kinder- moord, die echter achter de coulisseni wordt afgespeeld en slechts door het voorbijrennen van de roode beulsknechten wordt aangege- ven, volgt dan het Strafgericht, waarbij: He- rodus den duivel van zijn troom naar bene- den haalt, om met hem in een valluik te verdwijnen, waaruit de vlammen van een paar lucifers omhoog stijgen. En het slot- tableau geeft dan op vreedzame wijze de Vlucht naar Egypte weer, waarbij men: Ma ria, gezeten met het Kind op den ezel, die door den trouwen Jozef voorzichtig geleid wordt, over het gebergte ziet trekken. Wordt op deze wijze met de begeerte der kinderen, om iets aangrijpends te zien, reke- ning gehouden, ook de volwasseni bevolking, wier fantasie in Zuid-Duitschland grooter is dan in noordelijker streken, verlangt naar uiterlij'ke vertooning. Zoo algemeen «chter sfe op 'Pascfeen, wsuaeer hi c$e® het Heilige Graf als decoratiestui aan die behoef te tegemoet komt, worden daar de heilige ge- beurtenissew uit deni Kersttijd nog niet in beeld gebracht, al is men daarbij in het berg- land ook vo6r boven de stad. Wie het be roemde Kunst-nijverheidsmuseum te Miin- chen bezocht heeft, zal zich zeker herinneren, dat in eene afdeeling daarvan een verras- send groot aantal kunstig gesneden en met veel fantasie aangekleede Kerstkribben bij- een verzameld is. Deze zijn in hoofdzaak afkomstig uit Opper-Beieren, doch ook in de Oostemrijksche bergen: is de houtsnijkunst de meest beoefende van alle kunsten. Tallooze talenten', soms van werkelijlq genialen aard, hebben de beeldsnijkunst in Opper-Oosteni- rijk, 'Stiermarken, Tirol eni. beoefend. Vele dezer kunstenaars zouden slechts voldoende eerzucht en' prikkel naar eene academische opleiding noodig hebben: gehad, om als plas- tische kunstenaars ook in de officieele lijst der uitverkorenen opgenomett te worden'. Zij hebben zich echter tevreden gesteld met voor hun geboortestreek, soms alleenl maar voor hun dorp, te werken, zonder verdere bijge- dachten, uitsluitend voor het genot om iets te maker en' dit gereed te zien. Want de Moeaer met het in armoe geboren' en toch tot Wereld-Verlosser opgegroeide Kind; de heilige Timmerman, die zich met de rol van een trouwzorgenden pleegyader tevreden' stelde; de heilige Drie Koningen in pronk en praal, ze bieden: aan de blij gestem- de, uiterst eenvoudige bergbewoners steeds een nieuwe bron van verheuigenis. De te- genwoordige belangstellenden in de Volkh- kunst, die ook aan de Oostenrijksche Alpen- landen steeds grooter aandacht schenken, zorgen er thans voor, dat deze voortbrengse- leni van oorspronkelijke Volks- en Boeren- kunst in het juiste licht worden geplaatst. En de Kerk wordt doorgaans gaarne bereid bevonden om't Kerstfeest, door plaatsing van zulke bontgekleurde voorstellingen van de kinderlijk nai'eve bevolking in hare aan den igodsdienst gewiide lokalen, in religieu- zen zin nog pakkender te do en zijn. Zoo zag ik onlangs in eene Kerk in Stiermarken eene Kribbe tentoongesteld met verschillende figu- ren op de helft van. de natuurlijke grootte. De gezichten err de houdingen waren van een prafchtige individueele karakteristiek. Stralertd licht flonkerde op mystieke wijze uit de donkere kerknis, waarin de vertooning was geplaatst en een gemengd koor dat mu- zikaa! opigeleid was, zooals men er buiten Oostenrijk zelden een vinden zal, droeg Her ders- en Kribbeliederen voor, die door een folkforist in de verafgelegenste Alpendalen van Neder- en Opper-Oostenrijk en Stier marken waren opgeteekend, en welker oor- sprong soms tot in de 14e of 15e eeuw terug te brengen was. Ook in de voorsteden van Weeneni keert die oude, doch' half in de vergetelhefd ge- raakte, gewoonte om met Kerstmis kunstige Kribben ten; toon te stellen, hier en: daar we- der terug. Wij: danken dit aan het streven van eene voikskunst- en heemschut-beweging die hier steeds meer van zich doet hooren. In het centrum van onze wereldstad treedt even- wel, in plants van den naieven kijklust, een behoefte op aan een vergeestelijkte kerkdijke viering van het Kerstfeest. Aan uitgelezen muziek, die abstracter is dan de beeldende kunst, wordt daar de voorkeur gegeven en deze mist zelfs op veeleischende gemoederen hare verlieven uitwerking niet. Zoo laat de Kerst-Mis in onze heerlijke overoude St. Ste- phanskerk een onvergetelijkem indruk achter. Dat het in tallooze Weener familien de ge woonte is het huiselijk feest op Heiligen Avond door een kerkelijk te bekronen, blijkt zeker wel uit deni enormen toevloed van de bevolking in de late avonduren naar dit cen trum der stad.' Eene profusie van brandende kaarsen glinstert als ontelbare diamanten om het indrukwekkende hoog-altaar. Ala bruischende Igolven der zee rotten de ruisr schende orgelklanken en de jubelende kora- len tegen de in het nachtelijk donker onzien- bare Gothische domgewelven. En het groot- sche hoofdschip en de ruime zijbeuken met hunne bijna onafziehbare ruimten, zijn on- voldoende om de menschenmassa te bevatten, die hier dan te zamen komt, en hoe ver- scheiden van ontwikkeling en, hoe verschil- lend van maatschappelijken stand ook slechts een enkelen gemeenschappelijken wensch in het hart dragen de Voorzienigheid moge ons lot opnieuw ten goede doen keeren en ons tenminste dat eene schenken, het meest rimitieve recht van elk schepsel, de mogelijk- eid van te kunnen bestaan! Deze bede om hulp, die op Kerstavond ge- durendede „Christmesse" in den St. Ste- pransdom in duizenden harten levendig was, bleef me bij toen ik het eerbiedwaardige ge- bouw, waarin reeds de Babenbergsche Her- togen. tot hunneni God baden, verliet en naar buiten trad, in den stillen nacht met zijn fonkelend sterrenheir. En toen ik die donkere massa van den kolossalen Dom eni den steil opgaanden torcni hier uit den grond zag op- stijgen om in de hoogte met de duistemis des Hemels ineen te vloeien, toen kwam ik zoo echt tot het bewustzijn, dat ik hier stond in het hart van de stad, die eeuwem lang als uiterste, tegen het Oosten vooruitgeschoven voorpost aan de Donau, de Westelijke be- schaving tegen de Mongoolsche barbaarsch- heid verdedigd en met goed gevolg be- schermd heeft. Wat zou er van het vasteland van Europa, en wat van zijn zedelijk welzijn geworden zijn, als Weenen niet in eeuWenh langen, bloedigen strijd daar als een bol- werk had gestaan tegen de Turken; hoe zou het thans zijn, als het niet met onmetelijke offers aan geld en: goed, leven: en bloed voor het Christendom den beslisten zege over den Islam bevochten had. Hier in het nachtelijk uur op het St. Stephansplein, waar de ge- dempte tonen der orgelklanken van de Christ-messe naklinken, wordt men eer°t recht van dat besef doordrongen. Moge daar- om Europa, moge geheel de beschaafde mienschheid niet vergeten, wat geheel de West-Christelijke beschaving eenmaal aan de stad Weenen eni hare bewoners te danken neeft gehad! Dr. E. Gemengd Nienws iSPHONINlAGiE. „Havea" schrijft in de „Nederlander": Boveo. „'Bertus, hoor jiji wat?" „Sst kerel. Hou" toch je mond. Die lange, daarginds op de laatste hij, heeft geloof ik, wat to de snTtezm.*' „Ik WOti, dat we wear in d« wacht zatea. Maan wie kunnen d'r niel uit, vwr zij <Fr uit beniniea!." „Sst.; hoorde je dat. Die vent zei, dat al le soldaiteni moesten diienst weigerm. Schrijf op, kerel!" ,Ja, ja. iHfe, waar lis m'n boekie nou. 't la hier ook zoo dtmker. Ai, daar valt het." „Stomimiariilci, diat hebben ze golioord. iNbu zijn we d'r biji. Jiji bent ook een slimmerd boor „W!af motlte we nou doen, Bertus? We kun- Q«n zo toch niet allemiaai arresteeren „Z:ij) zalle ons wel1 arresteeren, Wullem!" „Maar iBertus, ze kanne ons toch' niet naar ons eige beix> ophrengen?" „Ze kemne lalles, Wullem. Daar hei je ze al. Nbu beiine we gepiept. tt Zal je overkom- me, een- poilitieagenit gesnord!....". ©eneden. iDe Voorziitter: En nu stel ik :aan de ordte... Een liid: Vootraitter, ik vraag hot woordl De Voorzitlter: Je moet me eerst laten uit- spreken.... iHlet M: Neen voorzitter, want er is haast bij. 'Da VoorzitlterJa, miaar we rooeten ons aan de agenda houden, andters loopt de boel in h'flt honderd'. Ik zal.... IHlet lid: Voorzitter, iki kan het niet langer inhouden. Agtenda of geen agendawe wor den bespioffneerd. (Hoort, hoort). Ik heb een foliitie-boelkje hooren vallen Hoort, hoort). n ik1 heb dlen poiliitioneelen maami Berltus hooren fluisteren. (Onitroering). De Voorzitter: Ik benoem de heeren.... in een comttnissie van onderzoek en eventueele arrestatie. De vergadering wordt geschorst. IDe agen- ten gearresteerd. 'Die commissie van onder zoek en arrestatie na afloop bedankt en: ont- bonden. KORTE BERICHTEN. Gistermorgen is de meubelfabriek van de firma 'Knigge en Eerkens te Stadskaniaal afgebrand. Verzekering dekt de schade. De oorzaak van den brand is onbekend. Gisteren is 'te Utrecht de -algemeene vergadiering gehouden van de Unie van Chr. Omdterwijizers en Onderwij zeressen in Nte- deralnd. Oplossingen der raadsets etti vorige nummer. Voor grooteren. 1Oost West, thuis best. Toos, twee, thee, buis, Soest, test. 2. Steen, kool; steenkool. 3. Lissabon. 4. L Libanon. Up label Lib anon V e n 1 o bom n Voor Udrteren. 1. Nijll, piaard; nijlpaard. 2. Zand, tandi, band, mand. 3. Verborgen bloemen. Ik kocht een nieuw taschje, want ik neem het oude. vuile liever niet mee op reis. (Lelie). Denk je, dlat deze was te rood is? (As ter) Ik zag Jeanne bij mevrouw Keis^r in- gaan. (Sering) 4. Ros, R«s, ras, ri/s, reis. OM OP TE LOSSEN. Voor grooteren. 1Mijn geheel is een bekend spreekwoord, dat met 4 woorden en 23 letters ge- schreven wordt. 18, 19, 20, 3, 6, 23 is een deel van je 17, 14, 4, 12 is een deel van je gezicht. 13, 2, 1 is een licliaamsdeel van een visch. 9, 10, 13, 8, 17 is eea ge'tal. 5, 21, 23, 2, 17, 15 is een ander woord voor huiis. 7, 21, 22, 11, 16, 1 vindt men in het bosch. 2. Wat lees je uit: oooiierhcSmnnkg 3. Met t ben ik een visch, met k een knaag- dier. 4. Kruisraadsel. Op de kruisjeslijnen komt de naam van een stad in Noord-Hollamd. X X x x xxxxxxxxx x X X X 1dj een klinker. 2. rij verkorte meisjesnaam. 3. rij een voorwerp om uit te drinken. 4. rij een roof dier. 5. rij't gevraagde woord. 6. rij een klein vngeltje, dat in het warme gedeelte van Amerika voorkomt. 7. rij een andter woord voor leentnan. 8. rij een klein rond vruchtje. 9. rij een medeklinker. Voor khineren. 1Met e ben ik een boomsoort, met a een vaartvig. 2. Begr'ar.., Hoe jammer, elten dag tevergeefs te moeten wachten! Hoe kon die domme Esther dat denken He zat zoo nauw, dat ik geen vin kon verroeren. 3. Mijn eerste wordt op school gebruikt, mijn tweede is een boom' en mijn ge heel een stad in ons land. 4. Op de zigzag-kruisjeSlijn komt de naam van een dorp in Gelderl'and. X 1. rij een boom. X 2. rij een roofvogel. X 3. rij een lichaamsdeel. X 4. rij't tegenovergestelde van vroeg X 5. rij een voorwerp, waarmeemen X sommige dieren vangt. X 6. rij een metalen faaak. X 7. rij een ander woord1 voor ver- X stand'ig. X 8. rij een Russische keizersnaarn. 9. rij een ander woord voor mod- der. 10. rij etn wapsen. i mm i.u.TiarnSTiSa

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1921 | | pagina 14