vensmiddelen, te Berlijn. De kans op een tij- dige betaling van de eerstvolgende storting volgens de bepalingen van het vredesverdTag (15 Jan. a.s.) werd natuurlijk veel geringer, zoodat de regeering den 15 Dec. aan de Com- missie van herstel mededeelde dat Duitsch- land niet zou kunnen voldoen aan zijne ver- plichtingen en daarom uitstel verzocht. Po- gingen, in het eigen land aangewend om van de industrieen geki los te krijgen, waren mis- lukt, evenals de zending van Rathenau naar de Britsche hoofdstad, waar hij poogde stem ming te maken voor crediet aan Duitschland. Deze mededeeling bracht natuurlijk onrust onder de geallieerden. Genoemde Commissie - antwoordde er op, dat betaald moest worden, maar vroeg toch ook om nadere gegevens: hoe lang uitstel gewenscht werd en welke ze- kerheid zou bestaan voor betaling na eenigen tijd. Briand en Lloyd George kwamen ie Londen bijeen om de kwestie te bespreken en dan natuurlijk meteen de andere zaken, die Europa beroeren. Loucheur en Rathenau wa ren te dier tijde ook weer in Londen, om alia mogelijk inlichtingen te kunnen geven. Eenig tastbaar resultaat heeft de conferen- tie niet opgeleverd. Wei werd officieel mede- gedeeld, dat de beide premiers het in bijkans alle opzicliten eens waren, maar definitieve besluiten zullen er pas genomen worden op een bijeenkomst van den Oppersten Raad, die dezer dagen te Cannes in Zuid-Frankrijk zal worden gehouden. Als vrij stellig mag men aannemen, dat op het Duitsche verzoek om een moratorium af te kondigen, afwijzend zal worden beschikt. En dan zal Duitschland moeten betalen. Hoe het aan de noodige mil- lioenen zal komen, is voor zijne financieele deskundigen nog een raadsel, maar daar vraagt Frankrijk niet naar. De Fransche po- litiek, die in het nu afloopende jaar herhaal- delijk tot strubbelingen met Engeland leidde, zal niet opeens gewijzigd worden. Van weers- zijden zal men moeten toegeven, als de in 1914 gesloten vriendschap, die zoo dikwijls werd geroemd, zal blijven bestaan, maar dan zou het voor de rust in Europa en heel de wereld wenschelijk zijn als Engeland het minst van zijn standpunt afweek. Dat de binnenlandsche toestand in Duitsch land na de verschillende aanmaningen en waarschuwingen uit de landen der geallieer den lang niet altijd even kalm bleef, is te denken, als men begrijpt, hoe fel de politieke tegenstanders aan de overzijde van den Rijn elkaar nog altijd bestrijden. Het kwam her- haaldelijk tot botsingen tusschen de verschil lende partijen, waartoe dit moet gezegd worden de nota's der entente niet altijd de aanleiding waren, maar dikwijls ook de Duitsche nationalisten. En vele van die aches waren weer aanleiding voor een tegen-actie, en zoo blijft men aan den gang. Gevraagd mag met recht, waar van weerskanten altijd de vuurwapens vandaan kwamen zelfs tal van machinegeweren blijken in bezit van de Duitsche geheime militaire organisaties. Of ficieel heet Duitschland ontwapend den 22 Maart werd nog een wet op de ontwape- ning aangenomen maar er schijnt deson- danks nog heel wat oorlogstuig verborgen te zijn. Zelfs in fabrieken vond onlangs nog de entente-commissie, belast met het toezicht op de ontwapening, groote partijen geweren, ver borgen achter expresselijk daarvoor ge- bouwde muren. Een geluk voor Duitschland is, dat de relletjes, die in den loop van dit jaar voor- kwamen, geen enkelen keer het dreigend ka- rakter kregen van die der Kapp-revoluhe uit Maart-dagen van 1920, al begon het er in het laatst derzelfde maand van 1921 wel eenigszins op te gelijken, toen in Hamburg en Mididen-Duitschland vrij ernshge commu- nishsche ongeregeldheden plaats grepen. De stad Eisleben viel daarbij den opstandigen in handen en werd danig geplunderd. De Duitsche monarchisten vonden dit jaar in verschillende voorvallen aanleiding te ge- tuigen van hunne gevoelens. De eerste was het verhoor van „oorlogsmisdadigers" voor het gerechtshof te Leipzig, den 10 Jan. aan- gevangen. Zwaar waren de opgelegde straf- fen niet, verschillende beklaagden werden vrij- gesproken, daar de bewijzen voor de hun ten taste gelegde misdrijven den rechters onbe- trouwbaar voorkwamen of soms geheel ont- braken. Aan protesten uit de landen der geallieerden tegen deze uitspraken was dan ook geen gebrek, men had itnmers op zware straffen gerekend om het volk te bevredigen, dat wraakneming tegen de „oorlogsmisdadi- gers" was voorgespiegeld. Deze rechtszaken gaven velen kopstukken der Duitsche monar chisten een pracht-gelegenheid om ongestraft hunne denkbeelden over de revolutie en de huidige regeering te verkondigen. En dan had men de poppen aan het dansen: huldebe- toogingen voor deze dapperen en tegenbetoo- gingen van de zijde der andersdenkenden met als gevolgen meermalen vecbtpartijen met de politie. Een andere ongezochte aanleiding voor monarchistische betoogingen was de begra fenis te Potsdam van de ex-keizerin op 18 April. Het waren hier speciaal officieren, die er aan deelnamen. Plechhgheden, waarbij dergelijk vertoon voorviel, waren de begrafe- nissen van de resp. op 2 en 18 Oct. overleden ex-koningen van Wurtemberg en Beieren. De groote kwestie, die heel Duitschland in alle lagen der bevolking dit jaar hezig- hield was de vraag over de toefcomst van OPPER-SILEZIe. Men weet, dat de over- winnaars in den oorlog bij het sluiten van den vrede hadden voorgeschreven dat erindat gebied een volksstemming zou worden ge houden, van den uitslag waarvan zou afhan- gen of die landstreek geheel dan wel gedeel- telijk aan Duitschland of aan Polen zou wor den toegewezen. Welnu, deze stemming, waarvoor maandenlang van beide zijden propaganda was gemaakt en lang niet altijd op faire wijze had in Maart plaats met den uitslag dat 713700 personen zich voor Duitschland en 460.700 voor Polen uit spraken. Nu zou men zeggen, dat het toch wel te doen was om de deelen waar de groote meerderheid voor een bepaalden staait stem- de, aan dien staat toe te voegen. Maar neen, zoo gemakkelijk ging het niet, omdalt die staten zelve zich niet bij den stembusuitslag neerlegden en ieder van hen bleef doorgaan met zijne agitatie en zijn ijveren voor een toewijzing van het lieele gebied. De Polen maakten het daarbij zoo erg, dat zij in begin Mei een opstand in Opper-Silezie deden uit- breken,.waarbij gewapende Polen rich tnees>- ter maakten van een zeer groot aantal plaat sen, ernstige botsingen plaats vonden ook met eptente-troepen, die reeds eerder waren gezonden om orde en rust te handhaven, en tal van Ehiitschers naar het moederland vluchtten. Uit protest tegen en ook uit sym- pathie met een en ander staaikten de perso- neelen van de mijnen. 'De Polen eischtea al- geheele toewijzing van Opper-Silezie aan hun land, terwijl de Ehiitschers hetzelfde ver- langden, omdat zij het gebied tot ontwikke- ling hadden gebracht en bij gemis ervan on- mogelijk zouden kunnen voldoen aan de eisdien van het verdrag van Versailles. Lang duurde het en vele mannen waren ten offer gevallen, alvorens de rust hersteld werd. Den 5 Juni namen de Pollen het door de en tente aangeboden ontruimingsplan aan. Op- merkelijk was het. dat Frankrijk tijdens den opstand zoo opvallend de zijde koos van Po len en zoo weinig deed om den opstand te dempen, het werk veelal overlatend aan Italic. Daarna werd door de geallieerden aan Duitschland opgedragen te zorgen dat de rust in het volksstemmingsgebied bewaard bleef, een opdracht, die den schijn verwekt, alsof Duitschland aansprakelijk mocht wor den gesteld voor de ongeregeldheden. De Poolsche regeering verklaarde intus- schen eenige keeren, d'at zij niet de heele zaak niets te maken had1, maar of dat wel juist was, mag men gerust in twijfel trekiken. Den 12 Aug. verklaarde de Opperste Raad der geallieerden zich onbevoegd om de Op- per Silezische kwestie tot een oplossing te brengen en liet de beslissing aan den Vol- kenbond. die den 29 Aug. bijeenkwam en de kwestie in studie nam. Eten 10 Oct. pas deed de comoiissie van onderzoek uitspraak en die was zoodanig kon het ook anders? datnoch Duitschland noch Polen bevre- digd was. De ontevredenheid was aan beide zijden en ook in Opper-Silezie zelf z66 groot, dat de te Oppeln gezetelde intergeall. com missie met ernstige straffen dreigde bij het verstoren der orde. De Gezantenraad maak- te echter geen wijziging in de uitspraak, daarbiji verklarend dat Duitsche bezwaren te gen de verdeeling van nul en geener waarde geacht konden worden. Beide partijen hadden zich dus bij de genomen beslissing neer te •leggen. De Polen konden dat des te gereeder doen, omdat zij zeker niet het slechtst waren bedeeld'geworden. De regaling van de rech- ten der minderheden van de bevolkingen in het verdeelde gebied' werd' aan de betrokken staten overgelaten, die daartoe van 23—27 Nov. hunne gedelegeerden te Genfeve I'ieten vergaderen. In een conference te Kattowitz in het volksstemmingsgebied zelve werd daarna nog een en ander geregeld1. In de laatste dagen van dit jaar werd nog net even geliquideerd de zaak-Kapp. Men herinnert zich de door dezen invloedrijken staaitsambtenaar in Maart 1920 ondernomen poging om de regeering omver te werpen. De aanstoker was direct na de mislukiking ge- vlucht en is daardoor buiten schot weten te blijven. Van zijne aanhangers werd alleen Von JagO'W veroordeeld: 5 jaar tudhthuis- straf; de twee andere beklaagden von Wan- genheim en dr. Schiele werden vrij'gesproken, omdat zij geen leiders in de beweging zou den zijn geweest (zooals men weet, was al ien tegen-revolutionnairen, uitgezonderd de leiders, amnestie verleend). Een andere zaak, die even eens h are oor- zaak vond in den Kapp-putsch tie van den als de ,,Saksische rooverhoofdman" be- kend geworden Max Holz werd den 22' Juni berecht. Hij had, gelijk men weet, van de herrie in Maart 1920 misbruik gemaakt en in Saksen eenige mannen om zich verza- meld, met wier bulp hij verschillende rijke lieden geld afperst^ hunne huizen verbrand- de, enz. Deze Holze nu werdi tot levenslange tuchthuisstraf veroordedd. In den loop van 1921 zijn er in bet EXiit- sche rij'k ook pogingen gedaan tot afschei- ding van zekere deelen, speciaal in het Rijmr land. De hier gevestigae geallieerde commis sie, die het toezicht heeft op de naleving van de bepalingen van het vredesverdrag, heeft die afscheidingspogingen meermalen in het oog vallend begunstigd, echter tot dusver zonder resultaat. Zij ging daarbij1 zelfs zoo- ver, dat zij op 8 Dec. aan de Duitsche regee ring gelastte den gearresteerden leider van de afscheidingsbeweging weer in vrijheid te stellen. E>eze daad heeft bij alle politieke par tijen kwaad bloed gezet: Zij alien verklaar- den zich den 14 Dec. tegen de los-van-het- rijk-beweging, zoodat het optreden der geal lieerde commissie aan het beoogde doel meer kwaad dan goed gedaan heeft. Tusschen de rijksregeering en die van Beieren heeft in den nazomer gedurende ge- ruimen tijd een ernstige spanning geheerscht naar aanleiding van de ontwapeningswet, waaraan Beieren niet wilde voldoen, en de door dezen staat geeischte opheffing van den uifzonderingstoestand (staat van beleg), dien de rijksregeering wensehte daar te doen voortduren met het oog op den politieken toe- stand. Het leek reeds alsof de wrijving een afscheiding zou inluiden, maar een kabinets- wijziging in Beieren en bet feit, dat de Duit- sdhe volkspartij op haar congres te Miinchen den 1 Sept. hare voile insternming betuigde met de republiek, maa'kten, d'at een vergelijk mogelijk werd. (27 Sept.) Van uitspattingen op politiek gebied, waar- op wij in het voorgaande terloops even we- zen met te herinneren aan de vele relletjes die in den loop dezes j'aars voorvielen, getuigen ook de betreurenswaardige moorden op en- kele politiek op den voorgrond tredenae per sonen. Zoo viel op 10 Juni Gareis, lid van den Beierschen landdag als slachtoffer van Eolitieke tegenstanders en op 26 Aug. was et de oud-minister Erzberger, die bij Bibe- rach door laffe sluipmoordenaars werd neergeschotenden 25 Oct. werd een ge- lukkig mislukte aanslag gedaan op den Bei- erschen afgevaardigde Auer. Dat deze ge noemde euveldaden alien in Beieren voorvie len, bewijst wel, dat daar juist de reacfie het sterkst is. 'Hoe ook een kreet van afgrijzen opging over dergelijke strijdmiddelen;, hoeveel nasporingen er ook gedaan werden en on- danks een in uitzioht gestelde belooning van 100.000 mark, werden Erzberger's moorde- naars tot heden nog niet gevooden. Verschil lende maatregelen moesten door de regee ring genomen worden om de in opstand ge- ikornen gemoederen rustig te houden, de door de nationalisten op touw gezette herdenking van den slag bij Tannenberg werd b.v. ver- bodm evenals die Sedan-dag op 2 Sespt. uit vreea voor oniueten van links, maar toch kon niet verhinderd worden, dat het hier en daar toch tot relletjes kwiaim, zooals te Leipzig op 29 Aug. De linksche partijen zagen n.l. in den moord op Erzberger een aanval van rechts op de republiek en meenden zich daar- tegen te moeten verzetten. In tal van steden werden op 31 Aug. groote republikeinsche !>etoogingen gehouden, die en dit pleit voor de deelnemers nergens tot incidenten leidL den, evenmin als de op 9 Nov. herdaehte verjaardag van de revolutie. iBij al de innerlijke verdeeldheid1 in Duitschland en bij1 de moeilijkheden om te voldoen aan de (geweld)-vredesvoorwaarden van Versailles kwamen nog verschillende rampen de zorgen der Duitsche regeering vergrooten, doordat telkens weer middelen gevonden moesten worden om de gevolgen ervan zooveel mogelijk te verzachten. Wel- d'aldig doet hierbij aan de houding, die de Fransche bezettingstroepen aannamen bij de groote ontploffing in de Badensche aniline- en sodafabrieken te Oppau op 21 Sept., waarbij een paar hondierd menschen den dood vonden. Zij toch die Franschen heb- ben hulp verleend zooveel ih hun vermogen was en daardoor zeer veel gedaan in het belang van een verbeterde verstandhouding tusschen Frankrijk en Duitschlandl. Jammer is het alleen, dat er eerst een ramp moest ko men om die betere gezinidheid aan den dag te brengen. Behalve deze genoemde ramp (zeker de ernstigste die het land trof in net afgeloopen jaar) vallen nog te vennelden een mijnramp in het Ertsgebergte op 24 Jan., het in de lucht vliegen van eenkruitfabriek te Keulen op 12 Febr.,, een mijnongeluk te Bochum op 12 Aprils een ongeluk in de inijn Mont Cenis in Wstfalen op 20 Juni, em brand in een bioscoop te Warburg op 20 Nbv., de ontplof fing in de dynamietfabriek te Saarlouis op 6 Dec., welke rampen alle een aantal slachtof- fers eischten, en dan nog de brand' in de Lippische staatsbibliothedc te Etetmold, die den 22 Nov. plaats had en voor groote schat- ten verwoestte. De ERSCHE KWESTIE heeft ook dit jaar weer zeer veel gevraagd van de aan- dacht van Engelands ministers. De agitatie van de Sinn Feiners, die ook reeds in 1920 het der Engelsche regeering zeer moeilijk maakte, verminderde nog niet, althans niet in de eerste maanden van 1921. Het begon al direct goed: den 4 Jan. zag de regeering zich reeds genoodzaakt den staat van beleg uit te breiden, maar ondanks het daardoor verscherpte toezicht en de verzwaarde straf fen, hadden toch nog herhaaldelijk aanvallen plaats op treinen, postwagens, gebouwen, mi- litairen, enz. enz. Bijna geen week ging er voorbij of van een dergelijk optreden der voorstanders van een onafhankelijke repu bliek werd melding gemaakt. Arrestaties van de opstandelingen en terechtstellingen, want ook daar ging de Engelsche overheid toe over (1 Febr. voor het eerst) werden met gelijke daden door Sinn Fein beantwoord. Alleen te Belfast, dat dikwijls het tooneel van de herrie was, werden dit jaar 110 per sonen gedood (o. w. elf politie-agentea) en 540 gewond. Erger nog, het terrein der gewelddaden scheen overgebracht naar Engeland, waar omtrent half Febr. te Manchester en verschil lende andere steden brandstichtingen werden waar genomen, die men toeschrijft aan ver- woede Sinn Feiners. Op 15 Mei herhaalden zich de aanslagen te Londen. De meer be- zadigden onder de republikeinen deden wel hun best om de heftige geesten te bedwingen, maar dit gelukte niet altijd. ook al doordat de Valera, de president van de „Iersche repu bliek" van geen onderhandelen wilde weten, niet tevreden als hij was met iets minder dan een totaal onafhankelijke republiek en bij de candidaatstelling voor de beide Iersche de- partementen, tot welker instelling reeds veel eerder besloten was, werden op 14 Mei meest Sinn Feiners gesteld, wel een voorteeken dat Engeland nog een zwaren dobber zou hebben voor de vrede op het Groene Erin was te- rug gekeerd. Een goeden stap op den weg naar vrede deed op 22 Juni ae Engelsche koning door, ondanks de waarschuwing van zijne bezorg- de omgeving, naar Dublin te trekken, waar hij het kabinet voor Noord-Ierland plechtig opende. Tegen aller verwachting in werden het koninklijk paar (de koningin was mede van de partij) allerlei eerbewijzen betoond. Kort daarop werden de eerste officieele vredespogingen gedaan. Lloyd George, die altijd had gezegd nooit met de opstandelin gen te zullen onderhandelen, noodigde op 25 Juni de Valera en andere Sinn Feinleiders uit om eens met hem te komen praten, daarbij een bewijs van vredesgezindheid gevende door een aantal gevangen republikeinen in vrijheid te doen stellen. Den 11 Juli reeds werden de vijandelijkheden stop gezet in af- wachting van een komenden vrede. Den 14 Juli d.a.v. hadden de eerste besprekingen tusschen den Engelschen premier en de Va lera plaats, maar toen deze acht dagen later weer terug ging naar Ierland, was men nog niets opgeschoten. Hij werd te Dublin zoo geestdriftig ontvangen, uit vreugd over zijn vasthoudendheid, dat men de vredesverwach- tingen in rook vervlogen waande. Lloyd George, bijgenaamd de Toovenaar, liet ech ter nog den moed niet zakken en met de in vrijheidstelling van bekende Sinn Feiners bleef hij blijk geven van zijne geneigdheid tot vrede. Nieuwe voorstellen der Engelsche regee ring, afwijzing ervan door Sinn Fein volgden elkaar op, totdat eindelijk na nog eenmaal uitgesteld J Valera gestelde voorwaarde, uitgesteld te zijn als gevolg van een door de Valera gestelde voorwaarde, op 11 Oct. Ier sche afgevaardigden met de Engelsche re- ;eenng aan de groene tafel plaats namen om ie vredesmogelijkheden te bespieken. Verder werd het ook nog niet gebracht, want zes dagen later werd de conference voor onbe- paalden tijd verdaagd, omdat van weerskan ten van geen voldoenae toenadering sprake was. Den 2 Nov. werden de besprekingen hervat, maar ook nu liepen zij nog niet vlot van stapel. Ten slotte werd men het den 6 Dec. echter nog eens op den grondslag van de vorming van een Ierschen vrijstaat. Het Iersche republikeinsche parlement heeft ech ter de laatste beslissing en met zekerheid is thans ndg niet te zeggen of de strijd van ze- ven eeuwen voor die volkomen vrijheid in af- zienbaren tijd zal befcindigd worden. In het genoemde parlement is nX heftige oppoeitie tegen den eed van trouw jegens den Engel schen koning, die van de Iersche regeerders verlangd wordt. Door de Valera wordt ver- klaard, dat het Iersche volk niet gebonden is tot bekrachtiging van het door zijne verte- genwoordigera geteekende verdrag. Den 3 Jan, in het nieuwe jaar zullen de leren op- nieuw de debatten erover beginnen. Zullen zij tot een goed einde leiden? Ook andere kwestiea hebben ENGELAND dit jaar bezig gehouden. Vele en groote werk- 8takingen, werkeloosheid enz. De voornaam- ste en het meest in het bedrijfsleven ingrijpen- de was wel de op 31 Maart na lang onder handelen toch nog uitgebroken mijnwerkers- staking, die, ondanks de vele door de regee ring en de mijneigenaara aangewende pogin gen om haar eerder te doen eindigen, duurde tot 1 Juli en tal van fabrieken tot stopzetten noodzaakte, waarmee dus de werkeloosheid weer werd vergroot met al de gevolgen daar- van: betoogingen som3 leidende tot relletjes, ontevredenheidj steunuitkeeringen, verhoogde belastingen. Dit laatste leidde weer tot verzet in den gemeenteraad van de Londensche voorstaa Poplar, waarvan de leden weigerden de hooge belasthigen te innen, reden waarom zij eenigen tijd achter slot en grendel werden gezet om tot andere gedachten te komen. Dan had de Engelsche regeering nog hare aandacht te schenken aan de overzeesche be- zittingen. speciaal Indie en Egypte, waar het gedurende net heele jaar zeer woelig was en waar dikwijls ernstige botsingen plaats had den, die aan tal van strijders het leven kost- ten. De reis van den kroonprins naar het Ver- re Oosten, waar hij op't oogenblik nog ver- toeft, heeft niet veel invloed ten goede kunnen uitwerken. In de laatste paar weken is in Britsch-Indie de idee van zelfbestuur weer opnieuw met kracht naar voren gekomen, met helaas vaak bloedige gevolgen. Zoo ging het ook in Egypte, waar nog zeer onlangs (22 Dec. en volgende dagen te Cairo en andere steden) ernstige ongeregeldheden plaats hadden naar aanleiding van de uit- wijzing van een negental volksleiders. En gelsche oorlogsschepen werden er zelfs op af gestuurd. Van de Engelsche buitenlandsche politiek hebben we in net voorgaande in verband met de Duitsche schadeloosstellingen al een en ander gezegd; veel hebben we er niet aan toe te voegen, omdat zij in hoofdzaak gericht was op het in vereeniging met de bonagenoo- ten doen naleven van den vrede van Versail les. Lloyd George toonde zich hierbij een sterke figuur, die zijn wil en inzicht meerma len kon doen zegevieren, al werd daarmede ook wel eens 'nflinke knauw toegebracht aan de hooggeroemde vriendschap speciaal met Frankrijk. Toch werd telkens na elke samen- komst met den bevrienden premier gezegd dat de vriendschap nog steeds heeht was. Als het gezamenlijk belang bij de schadeloosstelling er niet meer was, zou die hechtheid stellig blijken te zijn de stevigheid van een kaarten- huis, omdat het zoo noodige vertrouwen tusschen beide landen ontbreelrt. De Fransche tegenstand inzake de ontwapeningsplannen getuigt daarvan al. Van Engeland op FRANKRIJK is, mede door de gezamenlijke belangen dier twee, geen groote stap. Op te merken valt, dat de Fran sche regeering in dit jaar zoo opmerkelijk veel moeite deed om de Amerikaansche pu- blieke opinie voor zich te winnen, waarvoor wij als aanleiding meenen te moeten zien het minder krachtig worden van het verbond met Engeland. De premier Briand (aan het be- wind gekomen na het aftreden van het mi- nisterie-Leygues op 12 Jan.) heeft daarmede oogenschijnlijk veel succes behaald, want de Fransche officieele personen, die Amerika in den loop dezes jaars bezochten, zijn daar met eerbewijzen en enthousiasme ontvangen. Van de Fransch-Amerikaansche vriendschap ge tuigde ook de plechtigheid op het graf van den onbekenden soldaat te Parijs op 2 Oct. Een moeilijk jaar is het voor Frankrijk ge weest, omdat het onverdroten had te wer ken aan het herstel van -de door den oorlog verwoeste gebieden, het hoofd had te bieden aan vele stakingen en bovendien nog veel strijd had te voeren in zijne kolonien of man daat-gebieden (zooals in Silicie en Syrie) en bij dit alles een altijd leege schatkist had, die aangevuld moest worden met de zoo traag uit Duitschland vloeiende betalingen. De herbouw maakte goede vorderingen, mede doordat verschillende steden en dorpen, geadopteerd als ze werden door Engeland en Amerika, door deze landen geheel werden op- gebouwd. Nederland bleef hierbij ook met achterwege: het stichtte een nieuw dorp Lens, dat 12 Juni plechtig aan de Fransche werd overgedragen. stakingen betreft, vele daarvan had den niet uitsluitend ten doel het verbeteren der arbeidsvoorwaarden van de betrokken personeelen, al is dan ook het volgen van een politiek doel officieel aan de vakvereenigingen verboden. Dit werd in het begin van Januar: duidelijk gemaakt aan de C. G. T.. die bi rechterlijk vonnis werd ontbonden, terwijl de leiders werden beboet. Trouwens, de regeering heeft ook anders de Fransche communisten en bolsjewisten heftig bestreden (huiszoekingen en arrestatie op 20 Jan.) Zij kon dit doen, omdat in de regee- ringslichamen slechts weinig menschen van die politieke overtuiging zetelden (bij de Se- naatsverkiezingen op 9 Jan. werd zelfs geen enkele communist gekozen en bij tusschentijd- sche kamerverkiezingen werden de communis ten eveneens verslagen). Verschillende groote spoorwegrampen hadden er in de republiek plaats, waarbij ve le slachtoffers vielen (2 Febr. te Limoges, 11 Sept. bij Lyon, 5 Oct. in den tunnel van Ba tignolles te Parijs). Bandieten, die de treinreizigers onderweg meermalen plunderden, hadden ook wel eens de hand in spoorwegongelukken, zoodat tel kens als er een of meer dezer werd gevanger genomen, van een groot succes mocht worden gesproken. De bandieterij schijnt wel hoogtij te vieren in Frankrijk, want juist van daar komen de berichten over de meest brutale diefstallen in juwelierswinkels, allerlei aanvallen, enz. Nu we over dergelijke zaken schrijven, wil- len wij ook nog even memoreeren het dood- vonnis tegen den vrouwenmoordenaar Lan- dru, die een paar jaar in voorarrest zat en tijdens de rechtszittingen steeds zulk een groote kalmte wist te bewaren. De strijd, dien de Franschen in dit jaar streden tegen de Turksche Kemalisten in Klein Azifi over hei al dan niet bezetten van Cilicifi, een v66r den oorlog Turksch gebied, werd beeindigd door het sluiten van een ver drag met de Turken, waarbij Silicie door Frankrijk ontruimd moest worden. Dit ver drag met de Turken, waarbij CilicR door wekt, omdat het een eind maakte aan het op- offer en van veler leven en van groote schat- ten, maar in Engeland ontstond er, ontevre denheid door, wijl het een wijziging van de eenmaal aanvaarde vredesvoorwaarden b£- teekende ten gunste van den vroeger gemeen- schappelijken vijand. Zwaar waren in van den verloren en HONQARIJE. (umcieei wera ae oorlog beeindigd door de wisseling van de ratifica- ties van het verdrag van Trianon te Parijs op 26 Juli. Het vredesverdrag tusschen Oosten- rijk en Amerika werd 24 Aug. te Weenen on- derteekend. Den 29 Aug. sloten Amerika en longarije vrede). De tot een minimum ge- daalde waarde van de betaalmiddelen leidde tot buitensporige prijzen van, alle noodzake- 'ijke levensbehoeftoi, zoodat groote armoede ontstond zelfs in kringen, die voorheen tot de welgestelde gerekend konden worden. Is het te verwonderen, dat groote afgunst ontstond egen hen, die nog alles konden bekomen en tegen de buiteulanders, die voor betrekkelijk lage prijzen (in hun eigen geld gerekend) een royaal leven konden leiden? In Weenen leid de de armoede en ontevredenheid tot ernstige onlusten op 20 Sept., 15 Oct., 1 Dec. )e zoo hoog noodzakelijke hulp van de ge allieerden, waarvoor Frankrijk reeds in Ja- nuari de maatregelen overwoog, is nog steeds niet geboden en imniddels stijgt de nood vrij- wel met den dag. Telkens weer komen eischen om loonsverhoogingen uit alle categorieen van werknemers, eischen, die zeker wel gemo- tiveerd zijn, maar wier inwilliging steeds weer de duurte vermeerdert. Met het oog daarop werden de verzoeken dikwijls afgewe- zen, zoodat de inwilliging dan weer door sta king werd afgedwongen. Zoo kwam het, dat vooral in Oostenrijk herhaaldelijk stakingen plaats hadden, meestal slechts van korten duur. De armoede van Oostenrijk en de onmoge- lijkheid om zelf veel voedselproducten voort te brengen deed een nieuwe beweging voor aansluiting bij Duitschland ontstaan, hoewel men vooruit kon berekenen, dat die wensch bij de geallieerden geen gunstig onthaal zou vinden. ,,Dan moeten zij ons maar op andere manier helpen", redeneerden de voorstanders van aansluiting, wetende dat bij inwilliging van het verlangen aan den honger een eind zou komen. In Tirol werd dan ook op 24 April een volksstemming gehouden met als uitslag, dat de overgroote meerderheid rich voor aansluiting bij Duitschland verklaarde. Voor meerdere van deze volksuitspraken wer den plannen gemaakt, maar op 2 Juni ver zocht de Duitsche rijkskanselier aan de Oos- tenrijksche regeering om ze tegen te gaan. Aan het uitgesproken verlangen zou toch niet kunnen worden voldaan door den onwil der entente, die anders nog al was voor het zelfbeschikkingsrecht. Tegenover Duitschland en zijne vrienden schijnt een andere politiek te worden gevolgd. De beide vroeger verbonden landen Oos tenrijk en Hongarije hebben het dit jaar hee- lemaal niet met elkaar kunnen vinaem De groote twistappel was het Burgenland, dat volgens besluit der geallieerden van Honga rije zou worden gescheiden om bij Oostenrijk te worden gevoegd. Hongarije wilde het be- houden en eenige zijner meest beruchte zo- nen, onder wie luitenant Hejjas, wisten een legertje op de been te brengen, waarmee het gebied bezet werd engeplunderd. Nota's der geallieerden en tegennota's van de Hon- gaarsche regeering met betuiging van on- macht om het geweld te bedwingen wisselden elkaar af. De bevolking verklaarde zich voor een groot deel voor Hongarije, gevechten aan de grens met Oostenrijksche troepen, stakin gen werden geproclameerd om de verschillen de verlangens kracht bij te zetten, kortom, het was in heel West-Hongarije (in een deel er van was inmiddels reeas een onafhankelijke republiek geproclameerd) een groote war- boel, juist wat de Hongaarsche regeering wilde. Ook de geallieerden schenen op hare hand, want aan Oostenrijk werd belet om orde te scheppen in den chaos. Den 13 Oct. werden Oostenrijk en Hongarije het een3 over een deel van Burgenland, waarvan de westelijke komitaten den 25 d.a.v. onder Oos- tenrijks bewind kwamen. Eindelijk kwam Ita- lie met voorstellen om een volksstemming te doen houden in het nog betwiste gebied en deze „oplossing" werd aanvaard. Entente- troepen verschenen om de orde te herstellen en dezer dagen hadden de stemmingen plaatsten nadeele van Oostenrijk, daar zich de bevolking van Oedenburg in meer derheid uitsprak vo6r Hongarije. Men kan veilig aannemen, dat de geallieerden al thans Italie verheugd zijn over dezen uit slag. Misschien wel een beetje heh4>en meege- werkt om dien te verkrijgen. Italie heeft na tuurlijk den erfvijand graag een hak willen zetten en tegelijk Hongarije willen steunen, om des te zekerder op steun van dien kant te kunnen rekenen bij zijne plannen op den Bal kan. Aan den anderen kant leed Hongarije een verlies door de afscheiding van het gebied Te voren was al een algemeene staking ge proclameerd. omdat de Serviers, die het Ba- ranya-gebiea nog steeds bezet hielden, dit moesten ontruimen. De bevolking wilde liever bij ServiS (Zuid-Slavig) dan bij Hongarije blijven. De ex-koning van Hongarije, Karl von Habsburg, die na zijn aftreaen als keizer van Oostenrijk naar Zwitserland verhuisde, heeft tot tweemaal toe dit jaar een poging ge daan om den heiligen Stefanskroon van Hon garije weer op ziin hoofd te drukken. Hij neeft niet willen toegeven, dat hij geen .wette- lijk koning meer was, „de omstandigheden beletten hem zijne rechten uit te oefenen". De eerste van de bedoelde pogingen deed hij op 30 Maart, toen hij, na op 26 Maart uit Zwitserland te zijn vertrokken, zich door eenige getrouwen opnieuw tot koning van Hongarije liet uitroepen. De eer- en heersch- zuchtige jonge Habsburger had echter niet gerekend op tegenstand van buitenaf en toch was deze z66 heftig, dat hij reeds 5 April Hongarije weer moest verlaten. De geallieer den en de kleine entente (gevormd door buur- staten van Hongarije, vroeger deels behoo- rend tot de monarchic) zagen in Karl's aan- werigheid een gevaar voor mididen-Europa en

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1921 | | pagina 9