Alkmaarsctie Gourant
Vergadering van den Gemeenteraad
Honderd Oris en Twintigste Jaargang.
Yrjjdag 17 Maart.
No. 8S. 1982.
De need Wes terhoi Het vorig jaar
stond op de begrooting een post van
j 100 000 voor een nieuw weeshuis, maar
daarom wordt dit hier nog niet gebouwd.
De stadsgehoorzaal bezorgde men reeds
een le klas begrafenis.Het weeshuis wil
spr. in handen van den raad houden. Het
bouwen staat weer op de begrooting, maar
gebeurt er niets meer dan dat. dan zegt dit
absoluut niets. Er moeten besluiten genomen
worden en spr. vraagt het college de toe-
zegging, dat dit jaar met den bouw gereed
gekoinen zal zijn.
Mr B o s m a n Zal zijn aangevangen.
De heer Westerhof: dan behoeven wi]
niets te doen. 1 April 1924 moet het nieuwe
weeshuis. er zijn. Spr. hoopt op een bevredi-
gend antwoord.
Deheer Ringersuitte voor2 jaren reeds
dezelfde klacht en herinnerde er aan, dat de
wethouder van publieke werken antwoordde,
dat het college niet kon raagaan, wat niet in
orde was. Men wilde op de regenten afgaan,
doch deze zaten niet stil, zij dienden reeds
voor een jaar een teekening in. In dezc ver-
dient het college ven regenten geen verwijt.
Is het antwoord niet bevredigend, dan gaat
spr. met de motie mee, mits de le termijn
wordt gesteld op 1 Juli.
De heer W ester'hof veramderde de ter-
mijnen.
De heer v. d. Bosch betoogde, dat de re
genten destijds een' veel te groot gebouw
maakten. Ex moet iets gebeuren. In 1913 was
er voor het eerst een tekort van 900.—
Hiervoor werd subsidie gevraagd en nu a de
subsidie 17000.— geworden. Dit geeft te
denken. Er moet noodzakelijk iets gebeuren,
dat veranderd moet worden. Is het ideeel met
het beste de weezen in gezinnen onder te
brengen
Mr. Bosnian: Veel slechter.
•De heer v. d. Bosch betoogde, dat dan
onder de oogen gezien moest worden of half
weezen geholpen moesten worden.
De heer Westerhof: Bent U daar
tegen
De heer v. d. Bosch wilde dit onder de
oogen zien en wees er op, dat men duizenden
had besteed voor verbouwing. Men kan beter
een nieuw Gymnasium an een nieuwe Han-
delsschool bouwen, en het weeshuis lafen op
de plek waar het is. Dan kan heit gemaakt
worden tot een goed weeshuis. Ook kan er
een stuk van den vleugel voor verbetering van
het verkeer worden afgebroken.
Spr. geloofde, dat een betere oploswing ge-
vonden kan worden.
Mevr. Aukes was ook van oordeel, hoe
eerder de kinderen uit dat huis vandaan gaan
hoe beter het is. Spr. gang met de gewijzigde
motie mede.
De heer H. E.Bosman vroeg den heer v
Drunen of het niet mogelijk was de maaltij-
den zonder verhooging van kosten te verbe-
teren. Het behoeft niet altijd duurder te wor
den.
De Voorzitter zeide, dat Mr Leesberg
zou antwoorden over het bouwen van het
nieuwe weeshuis. Spr. wa9 getroffera door de
opmcrking van den. heer Westerhof dat hij
verschillende misstanden niet wist Dit geldt
niet alleen voor den heer Westerhof, maar ook
voor anderen. Het college heeft dezelfde aan-
spraak op verontschuldiging. Men kan het
college niet aansprakelijk stellen voor zaken
die er waren voor het college. Wanneer cen
van spr's voorgangers gezegd heeft, dat het
'ten eeuwigen dage voor de weezen zou blij-
ven, dan wil spr. opmerken, dat hij daarvoor
de verantwoordelijkheid niet wil dragen. De
heer Westerhof kan vanaf dit oogenblik
slechts van ons eisthen, dat wij de fouten
weerleggen of verbeteren. Hij had niet moeten
zeggen: van dit college is niets te verwach-
ten. De feiten kunnen voor ons spreken. Ook
't college is van meening, dat't in 't Weesr
huis niet is zooals het zijn moet. De omstan-
digheden zijn echter wel eens sterker dan de
mcnschen. Men verkeert in een overgangstoe-
stand Het plan voor een nieuw weeshuis is
er. Wij zien geen kans het op staanden voet
te veranderen. Het college vergaderde met re
genten, zoodra gehoord wcrd dat er zaken
waren die niet uitgesteld konden worden. De
directeur van gemeentewerken maakte reeds
aanstalten om in enkele van de klachten te
voorzien. Het oude huis is nu echter een-
maal niet goed te maken, maar gedaan wordt
wat men redelijkerwijze kan vragen Spr.
houdt zich voor over leg aanbevolen. De be-
zwaren van zedelijken aard, door den heer
Westerhof genoemd, zijn niet zoo erg als het
bij herlezing zal blijken, maar omtkend kau
niet worden, dat er eenig zedelijk gevaar is
Verschillende klachten zijn echter moeilijk
te ondervaragen.
De klacht over de voeding der weezen is
onjuist, wanneer beweerd wordt, dat het col
lege beoogt op de voeding te bezuinigra. Het
is zuiver een administratieve bezuiniging. De
prijzen van de levensmiddelen zijn gedaald
en het aantal weezen is afgenomen. Daarom
vragen B. en W. als al'les hetzelfde gelaten
wordt, of de raming niet lager kan zijn en
regenten berichtten, dat er daarvoor 1000
af kon. Dr. Comijn vond de voeding goed.
Hoort men het menu voorlezen, dan zegt
ieder, is dat wel voldoende, maar wanneer
spr. de menu's zou voorleggen van de soIda-
ten, dan zegt ieder „hoe is het mogelijk, dat
ze daarvani kunnen leven." De soep is echter
niet als de soep, die men vooraf in een restau
rant ontvangt, maar stevige spijs, die als
zoodanig voldoende is. Spr. kan niet aanne-
men, dat de voeding onvoldoende is. De motie
kan het college niet aanvaarden, omdat
daarin geuit wordt, dat de voeding van de
weezen bij regenten en het college niet in
goede handen is Wil men' ons vragen' aan
regenten te vragen ons in te lichten over de
kwaliteit van de soep enz., dan is spr. daar
niet tegen. Er zitten toch menschen in het
college, die de weezen toch niet willen af-
e e s b e r g sloot zich aan bij de
rede van den voorzitter. Niemand onzer zal
het weeshuis aan het Luttik-Oudorp in be-
scherming nemen. Men kocht het, omdat men
het bite achtee, dam da plaaita waar da
tm pehuisvw# waren. Men deed het veer «*n
overgan gstoestand en de Raad nam het be-
sluit in 1919, nadat het huis met regenten
was bekeken. Met voile toestemming van den
raad zijn duizenden besteed om het gebouw
eenigszins in orde te maken. Een contract
werd gesloten, om of een nieuw weeshuis te
xmwen of ferug te gaan naar het oude wees-
luis en de regenten vonden het oude minder
geschikt. Zij willen liever een nieuw wees-
luis.
Het college van regenten treft geen ver
wijt. Het diende een plan in en bespiegelin-
gen zijn gevoerd, maar overeenstemming over
jrond is nog niet verkregen. Een en an der is
n handen van den directeur van Gemeente
werken, die zeer hard werkt. Spr. is van de
noodzakelijkheid ovcrtuigd, dat voor de con-
tractueele tertnijn een voorziening moet zijn
getroffen. De vraag om geen nieuw weeshuis
te bouwen en de weezen het oude terug te
geven, is door het college besroken, maar dit
is niet in een week te doen. Het zijn gewichti-
ge beslissingen. Wij kunnen niet verklaren,
dat de bestaande Handelsschool goed is.
Spr. vindt het Oude Weeshuis als weeshuis
te groot en gevoelt het oneest voor het bouwen
van een nieuw weeshuis op een zonnige plek.
De motie kon spr. niet aanvaarden. De heer
Westerhof kan de bedoeling niet heb'oen eer.
motie te stellen die niet uitvoerbaar is
De heer WesterhofDe termijn is nu
1 Juli geworden.
Mr Leesberg: Maak er van „zoo
spoedig mogelijk."
De heer R i n g e r s Het kan gemakkehjk
v6or 1 Juli.
De heer Govers vond ook dat het noo-
dig was te verbeteren Spr. herinnerde, dat
men destijds algemeen voor 15 weezen, die
er toen waren, net weeshuis veel te groot
vond. Het nu in gebruik zijnde huis werd
wel voor 15 weezen geschikt geoordeeld
Men moet naar andere middelen uitzien nu
er zooveel bijgekomen zijn. Spr. wil B. en
W wel opdragen met plannen te kotnen, maar
wil niet naar net oude terug.
De heer C1 o e c k oordeelde, dat de voe-
dingskwestie een van de voornaamste was
In 1920 werd f 193,26 per wees en per
jaar uitgegeven voor de voeding, op de be
grooting van 1922 is voor voeding per wees
uitgetrokken 193. dus 0,26 minder en
sindsdien zijn de prijzen van de voedingsmid-
delen met 16 pet. verminderd, zoodat aan de
hand van de cijfers beweerd kan worden dat
de regenten in 1922 van plan waren de wee
zen 16 pet beter te voeden dan in 1920.
Mr. B o s m a n las de moties en vroeg wat
hij moest doen Waarom verzetten B. en W.
zich tegen de motie inzake de voeding? Wie
is er tegen, dat hij wil, dat de voeding zoo
goed mogelijk is.
De heer P1 e v i e rDe motie houdt in, dat
het niet goed is.
De heer Westerhof: En een sterke
afkeuring van het college.
Mr Bosman ziet in de motie niets van
een afkeuring en spr. is vo6r de motie, zon
der eenige blaam te richten tot het college
van B en W. en tot dat van regenten.
Mr. S 1 u i s Er zit wat anders in.
Mr. Bosman kan wel lezen.
Hij betreurt ook het verzenden van den
brief door B. en' W. at neemt hij aan dat B. en
W. geen; vermmderinjg van voeding willen.
Hij' begrijpt niet welike blaam er in de motie
Ligt
Ook de motie inzake de bouw van een
nieuw Weeshuis heefit spr. instemming.
Spr. vroeg of regenten die bevoegdheid
hebben het oude weeshuis terug te vorderon.
De heer Mr. Leesberg ja.
De heer Mr. B o s m a m Dan zal de raad
hebben te besilissen dat een nieuw weeshuis
gewentscht! is. Spr. ziet de motie aanvaard
door het college behialve de termijn, dat is
voor hen niet de hoofdzaak. De hoofdzaak
is de richting, waarin gestuurd zal worden.
Spr. erkent, dat de directeur van gemeente
werken met overwerk is overladen.
'Spr. ziet. in motie 12 geen afkeuring, is die
bedoeld, dan verzoekt spr de formuleerders
de motie anders te stellen.
<De V o o r z i t t e r. Hat is onze bedoe
ling niet geweest op vermindering van voe
ding aan te sturen
Mevr. Westerhof deelde een en1 aoder
mede over de voeding en betoogde, dat die
voor die groote kintteem, waaronder er zijn
die naar bun werk gaan, niet voldoende is.
De vadfer kan niet meer geven en verklaar-
de ook spr. dat het vroeger veel beter was,
de kinderen moeten' leven. Spr. zou gaarne
zieni, dat de raad uiisprak, diat voor een mid-
dagmaal een bord karnemelksche pap of rijs
niet voldoende is.
Devoorzitter vond vcrbazend aar-
dig onderstreept wat hij gezegd had.
Vast stond dat de voeding op het peil kon
blijven van het vorig jaar. De vraag om de
voeding op het peil an voor den oorlog te
brengen is nieuw en heeft niets te maken met
de brief van het college. Spr. wil wel inlicb
tingem vragen.
De heer v. d. B o s c h drong op een em
stige overweging aan van zajn idee het oude
weeshuis weer terug te geven. Door aanne-
ming van de motie wordt dit van de baan ge-
schoven.
De volgende maand gaat de H. B. S. uit
het oude Weeshuis, dat kan dan worden op-
geknapt en plannen voor verbouwing kunnen
dan worden gemaakt en spr. gelooft dat het
het beste zal blij'ken, dat het belang van de
stad zal vorderen het oude weeshuis weer in
gebruik te maken.
De heer Ringers geloofde niet dat het
op den weg van den raad lag te doen wat
den heer v. d. Bosch wil. Het staat op gronc
van het contract aan de regenten het oude
weeshuis al of niet terug te vorderen.
De tijd van drie maanden is niet te kort.
Een plan van regenten is er en de tijd zal
slechts noodig zijn am een terrein te zoeken
Binnen 3 maanden kan een plan er zijn
of de beslissing van regenten d'at zij het oude
weeshuis terug willen.
De heer Oskam zag in de motie niets
afkeurends en nam aan dat het college niet
wist dat de voeding zoo slecht was alsi ze nu
volgens het menu blij'kt te zijn.
iDe vo o r z i 11 e r De verklaring van
den dokter.
De heer Oskam Die verklaardem in
de oorlogsjaren dat men te veel voedsel tot
zich nam. 't Zijn arme kinderen, die een toon-
loos leven hebben. Geef ze afwisseling in
bun voeding. Het is niets te veeVgezegd da-
d* raad hot hatraurd dat B an W. de fariaf
hebben verzonden dat ia geen afkeurhig, te
rn eer als men zich atelt op het stand'punt dat
B. en W. niet wisten hoe de voeding was.
Mr. Bosman betoogde, dat als het waar
was dat de regeniten het recht hebben: het
oude Weeshuis terug te vorderen^ de raad niet
kan beslissen.
De heer Westerhof wees er op, dat
art. 6 bepaald, dat binnen 5 jaar na de over-
eenikomst een' nieuw gebouw geheeil gereed
moet zijin en door de gemeenite moet zijn1 op-
geleverd. De gemeente verbond zich indien
dat niet kon het vori'ge gebouw te ontruimen
en in ziiu oude staat als weeshuis op te le-
veren. De beslissing is dus niet bij 'het be-
afcuur van het weeshuis maar bij' den raad.
Het deed spr. genoegen dat B. en W. erken-
nen dat meerdere dingen niet in orde waren.
Spr. had over het verleden geen woord van
critiek aan het college latent hooren. Hijl liet
het verleden alleen spreken, om te doen zien
hoe de weezen, ook bij vorige geslachten, in
Alkmaar als stiefkinderen weraen behandeld.
Een debat als hiedenimidagi werd gehouden
komt nergens in Nederland voor. Overal, hoe
conservatief men ook is, heeft men voor de
weezen een goed woord, een goede daad en
een goede gaven en, 'hier hoorde spr. klanken
dat net voor de weezen eigeniij'k niet zoo goed
behoeft te zijn.
Mr. S1 u i s Dat is niet waar!
De heer Westerhof: De heer v. d.
Bosch wees er op dat in 1914 voor het eerst
1000 subsidie werd' gevraagd en, nu
f 17000 maar in die 17000 zit een tekort
van 8000, waarmede de begrooting in 1920
werd overschreden en de heer H. E. Bosman
betoogde dat het eten een paar middagen wel
wat beter kon, doch dat het anders nog al
ging.
De heer H. E. Bosman Ik zou mij
schamen als ik dat gezegd' 'had. v
De heer Westerhof: Ik kan mij ver-
gissen.
De heer H. E. Bosman Luister dan
beter.
Mr. S 1 u i t tot den heer H. E. Bosnian:
Voor conservatief te worden uitgemaakt is
niet zoo lekker.
De heer H. E. B o s m a n Vooral1 als hij
het zegt.
De neer Wes ter h o f deed het genoegen
dat zijn opmerkingen van zooveel gewicht
worden geacht. Met den voorzitter was spre-
ker het eens, dat alleen maar verweten kan
worden wat niet goed was met d« wetenschap
daarvan. Op dit oogenhlik zijn in deze zaa'k
de omstandigheden niet sterker dan de men
schen.. Met den heer Ringers is spr. over-
tuigt, dat in April 1923 het nieuwe weeshuis
kant en 'klaar kan zijn. Met de groote drukte
van den directeur van gemeentewerken is
men er niet af. Men neme dan maar als ar
chitect iemand buiten de gemeenteamhtenaren
om.
Wij 'kunen niet voortdurend met de drukte
bij publieke werken in het riet worden ge
stuurd. Waarom is de motie over de voeding
onaannemelijk?
Nu men het weet oordeelt spr. dat men al
gemeen de voeding onvoldoende vindt.
Het voorbeeld van den militairen dienst is
niet goed- voor de weezen'. Een soldaat heeft
I linnen enkele weken zijn officierem door.
Het cijifer door den heer Cloeck genoemd
demonstreert duidelijk de onvoldoende voe
ding; 193 per jaar dat is nog geen 4
per week. Dit moet voor ieder auidelijk zijn
dat de voeding onvoldoende moet zijn. Ver-
andering) van eten is voor kinderen zoo goed.
det is niet goed jaar in jaar uit de kinderen
let bruine brood met margarine te geven.
Wij hanidhaven de motie al nemen wiji aan
dat het college het verzoek nooi't zou hebben
gedaan als het geweten had dat de voeding
slecht was. De vader zeide niet minder te
kunnen geven dan blijft er niets over. Geen
der regenten wilde genotuleerd hebben de
voeding goed te achten. De voeding was zoo
slecht dat in 1920 de begrooting met 8000
werd overschreden.
IDe heer C1 o e c q Chndat er 10 kinderen
waren bijgekomen.
'De heer Westerhof constateerde dat
van het college een' schrijven was uitgegaan
om te bezuinigen. Het is geen ontstemming
tegen het college maar tegen de onvoldoende
voeding.
Mevrouw Aukes gaf den heer Westerhof
in overweging de 2e alinea „betreurende dat
B. en W. de brief hebben verzondenT weg te
laten.
De heer W e s t e r h o f voldeed aan dit
verzoek en diende nu de vol'gende motie in
De raad, gehoord de discussieen over het
Burgerlijk Weeshuis spreekt als zijn meening
uit, dat de verzorging en voeding der weezen
in elk opzicht goed behoort te zijn en wel zoo
als vo6r den oorlog het geval was era ver-
wachi, dat de regentera bij het aanbiedera van
de begrooting daarmede rekendng willen hou
den..'"
De v o o r z i 11 e r betoogde dat de motie
nu belan-grijk was gewijizigd. Bij de iraterrup-
tie was everuwel duidelijk uitgekomen en voor
al door die van de >eeren Plevier en Wester-
iiof, dat men van meening was dat de voeding
met de wil1 van B. era W. en; de regentera niet
goed was en men' mag noch van B. era W.
raoch van et couege van regenten vcronder-
stellen, d'at zij de voeding van de weezera on
voldoende willen, maken.
Wanneer men de motie los maakt van de
ixiterrupties, dan zijn B. en W. bereid deze
over te nemen,
'De heer Westerhof had reeds gezegd
dat het gaat tegen de slechte voeding en niet
tegen B. en W. of de regenten.
Met de motie bedoelt spr. niets anders dan
wat er in staat.
Devoorzitter: Ze beoogt dus niets
anders dan regenten te steunen en hun niet
dwans te zitten met bezuinigingspogingen
Spr. wil nog opxnerken, dat het woord dat de
voeding slecht is niet aanvaard' kan worden,
wel is er geen bezwaar tegpn te verklaren dat
de voeding beter moet worden.
Spr. was bereid, aan te nemen, dat na het
beloop van de disctissie het de wil van den
Raad is, dat de voeding moet wezera als v66r
den oorlog.
B. en W. namen de motie over waardoor
deze geen punt van bespreking meer uit-
maakte.
'Mr. Leesber g had' aanvankelijk gele-
zen': Januari. Het bleek hem, dat er staat
April, maar nu daarvan gemaakt i® Juli, bad
spr. geen bezwaar meer, de motie over te ne
men ten aanzieni van het bouwen van een
nieuw weeshuis. Overleg met de regenten
over sen eveotusele terugMwe vta het oude
weeshuis is dan toch nog mogelijk; pefsoon-
lijtk is spr. voor het bouwen, van een nieuw
weeshuis.
De heer Westerhof zeide, dat ook de
meerderheid van,' het College van Regenten
van het weeshuis, ook voor den bouw van een
nieuw, modern weeshuis is.
Spr. verheuglde zich ex over, dat Mr. Lees
berg en het college de motie hadden overge-
nomen.
Op eera vraag van den heer Bak, deelde
Mr. Leesberg nog mede, dat de Raad zich
tegeniover het College van Regenten had ver-
bonden, in ruil van net oude, eera nieuw wees
huis te bouwea
Wanneer de Raad de contractueele ver-
plichting overtraedt, dan zou 'het college het
oude weeshuis kunnen terug vorderen.
Op een vraag van den heer Van den Bosch
verklaarde Mr. Leesberg zich nog bereid,
met het college te spreken over het oude wees
huis.
Punt 200 van de begrooting werd hierop
vastgesteld en de bijilagera 23 en 26 aange-
nomen.
In bespreking kwam nu de kosten van den
Armeraraad era oijl'age 35.
Mevr. Aukes betoogde, dat de wethouders
de salarissera wel hadden vergelekera met die
bij de Armenradera in andere gemeenteni en
uitgemaakt hadden^ dat het hier nog zoo
kwaad niet was, maar deze hadden gieeni on-
derzoek gedaan naar het werk.
De Alkmaarsche Armeraraad doet veel en
buiteragewoon goed werk en de salarissen,
zooals die worden voorgesteld, blijven ver
beneden die van ambtenaren ter seoretarie.
De wethouders zeggen wel, dat de ambtena
ren van den Armenraad geen, bevoegdheden
hebben, maar de Armeraraden zijn jonge in-
stelliragen waarvoor nog geen; bepaalae be
voegdheden te verkrijgen zijn. Die ambtena
ren hebben echter wel verschillende cursussen
-levolgd; o. a. van Snoek Henkeaians over
Kinderwet'ten en van Peexbolte over Armen--
zorg. Ook bezochten zij andere Armenraden
en spr. vraagt of dit geen bekwaamiheden
goeft. De wethouder van sociale aangelegera-
Eeden te Den Haag oordeelt anders dan die
te Alkmaar. Everazoo te Dordrecht, Delft,
Am'hem en Amsterdam' waar de saliarissen
gelijk zijn aan die van ambtenaren ter secre-
tarie.
Men mag de salarissen niet beschouwen
als eera douceurtje era de pensonen gaan sala-
rieeren era niet het ambt.
De bungemeester als president van den
Armenraad, was wel van meening, dat de
salarissen verhoogd moesten worden. Door
oradervinding is hij beter op de hoogte, wat
er in den Armenraad omgaat. Hij oordeelt
met kenmis van zaken, terwijl een van de wet
houders nimmer den Armenraad bezocht. Het
zijn niet alleen de instellingen, die zijn advies
vragen; ook 160 particulierera riepen de hulp
van den Raad in. Spr. deed mededeeling van
iemand, die inlichtingen inwon over een
kleermiaker, die zeide, in de Gashouderstraat
te wonen en een pak te keeren had gevraagd.
Ook een ander deed dezelfde vraag tot aen
Raad; de armbezoekster stelde een onder-
zoek in. Daar bleek, in de Gashoudersstraat
geen Gerritsen te wonen. Bij de politic bleek,
dat men' met iemand te doen had, die nog
verschilende vonnissen te goed 'had en1 de po-
itie was dankbaar, hem te kunnen knippen.
De heer Van Drunen: We kunnen
de recherche wel missen.
Mevr. Aukes las art. 62 van de Armera-
wet voor. Spr. hoopte, dat de Raad het Be-
stuur van den Armenraad niet zal noodza-
ken, van zijn wetelij'k reoht gebruik te maken
en dan ook zal besluiten, de begrooting/, zoo
als die door het Bestuur is ingediend., aan; te
nemen. Met den h-eer Snoek Herakemans was
spr. van meerainig, dat een Armenraad, wiens
taak het is te voorkomen, dat gelden onnoodig
worden besteed, er in de eerste plaats voor
zal zorgen, dat net geld van de gemeente
goed' wordt besteed.
De voorzit t e veronderstelde, dat de
raad zou begrijpen, dat hij, in deze liever
zweeg dan sprak, aaigezien zijn plicht zou'
zijn te spreken in den "eest van mevr. Aukes.
Spr. wilde ten deze net verschil, dat in het
college heerscht niet demonstreeren en gaf
daarom het woord aan de voorstander van
het college.
Deheer Cloeck kon niet zeggen deze
taak pnettig te vinden. Het was al zoo dik-
wijls voorgekooien dat hij het met mevr. Au
kes niet eens was, toch verdedigde spr. het
standpunt van het college van garascnar har-
te. Op grond van vergelijkingen meenien wij
ons te moeten bepalen tot het voorgestelde
bedrag, maar wij meeraen ook in den loop der
jaren blijk te hebben gpgeven het werk van
den Armeraraad zeer te aprecieerera.
Spr. erkent dat het werk van den Armen
raad in den) loop van de jaren omvangrijk is
geworden.. De begrooting voor armerazorg
bedroeg voor enkele jaren 61000, in 1920
170.000 en op het oogenblik 220.000,
waaruit de omvan'grij'kheid wel valt af te lei-
den. De kosten die de Airmeraraad met zich
breragt zijn tamelijk vlug gestegen. In 1914
4'56, 1915 820, 1916 855, 1917 f 85'5,
1918 1740, 1919/1871, 1920 3140,
1921 4167 en deze zijn nu begroot op
5041. Hieruit blijkt dat het werk daar niet
slecht wordt beoordeelt. In het brengen van
h/ulde aan dera raad schaart spr. zich aan de
zijde van zijn partijlgienoote. Hij weet iets van
het werk. In het Steuncomite zeilde men op
de adviezeni van den Armenraad.
De heer Plevier Voor mij warera die
onderzoekingen di'kwijls te zwak.
De 'heer Cloeck dacht, dat ook de heer
Plevier het werk wel kon aprecieerera. Door
dera Armeraraad is er in deze ook een stuk
werk gedaan. Na 1919 is dit echter zeer ver
minderd. In 1919 werdera ook 621 inlichtin
gen1 verstrekt aan het Burgerlijk Armbestuur
en in 1920. werd de armibezoeker aangesteld,
waardoor oak -het verstrekken van inlichtin
gen aan het B. A. niet meer noodig werd.
Het werk is na de opheffing van het steun
comite era de aanstelling van eera armerabezoe-
ker zeer vermindert.
Het salaris van de armerabezoekster van
den' armenraad is reeds 1700 en spr. meenf
op grond daarvan, dat dit voldoende moet
worden geacht.
Wat de vergelijkirag met de secretarie-amb-
tenraen betreft, vergelij'kingen zijn altijd
moeilijk.
Een ged'iplomeerd' verpleegster. die een' ont-
zetterad druklee werkkring heeft, verdient
1600. In verband hienraede heeft men niet
het recht te zeggen, dat de menschen bij den
Araaoraad Maar* warden hataald. Om te be-
oordeel en wat er gepresteerd wordt, moet men
weten wat er gepresteerd kan worden. Het
gebeurd dikwij'ls, dat harde werkers niet half
zooveel presteeren als iemand' die slechts een
halve dag doorpeutert maar een opledding
heeft gehad.
Spr. wenscht hiermede niets af te doen aan
het werk door de ledera van den Armeraraad
verricht, maaT toch durft hij beweren, dat
mem pas, wanneer daar menschen werkera die
daarvoor zijn opgeleid, kan waardeeren het
werle door dezen Armenraad ged'aan.
Mevr. Aukes betoogde, dat de heer
Cloeck wel genoemd had de vermindering van
werkzaamheden, maar niet de vermeeraering
daarvan tengevolge van riiksbesluiten, waar
door allerlei staten en bijlagen moeten wor
den ingeleverd. Deze vermeerdering is zelfs
vara diera aard, dat ex tijdelijike hulp moest
wordera bdjgenomen.
Spr. wees er in verband met de door den
heer Cloeck genoemdie begrootingscijfers van
dera Armenraad op, dat vroeger voor de sala
rissen halve dagen werd gewerkt, maar nu
de voile 8 uur per dag.
De heer Cloeck nad het meerdere werk
reeds kunnen oonstateeren uit het meerdere
personeel, maar spr. meerade, dat het vennin-
derde werk nog met kon zijn ingehaald.
De vergadering werd hierop 10 minuten
geschorst.
De v o o r'z i 11 e r las een schrijven van
dera 'heer Corino voor, waarbij' deze den Raad
en d: pers dank bracht voor de hem ge-
brachte hulde en verklaarde, het op prijs te
stellen, de dames era heer era een kop thee te
mogen aanbieden.
Devoorzitter bracht den. heer Cori
no onder algemeene instemming dank voor
deze aardige attentie.
Na de scnorsirag verklaarde de heer Oskam
dat ook hij 4ich over de bijlage van het colle
ge had verwonderd. Wanneer spr. de verga-
deriragen van de financieele com/rmiissie had
'bijgewoond, dan zou hij zeker niet v66r het
voorstel zijn geweest. De financieele oomonis-
sie had wijizex gediaan om het advies van de
salarisoommissie te vragen. Het zijn wel geen
gemeente-ambtenaren, maar de salarisoom
missie is inzake het bepalen van loonen beter
op de hoogte dan de financieele commissie
Spr. kan zich met het verlagen van de be
grooting van den Armenraad niet vereenigen/
Het is gevaarlij'k, een begrooting van een
college, dat alleen aan den Rarad rekenplich-
tig is, terug te wijzen. Men maakt de instel-
ling het bestaan; daardoor zeer moeilijk. Spr.
stelde voor, het voorstel naar de salarisconi-
missie to verwijzen.
Mevr. Aukes merkte op, dat zij had
voorgesteld om de begrooting van hetBe
stuur van den Armenraad ongewijzigd vast
te stellen.
Dit voorstel werd slechts ondersteund door
Mr. W. C. Bosman, zoodat het geen onder-
werp van beraadslaging meer kon uitmaken.
De heer Westerhof ondersteunde het
voorstel-Oskam.
De heer Cloeck verklaarde zich bereid,
het voorstel-Oskam over te nemen, waarop de
begrooting, zooals was voorgesteld door de
financieele commissie, wend vastgesteld, met
de bedoeling, daarop nader terug te komen.
Bijlage 35 werd hierop aangehouden.
Mevr. Aukes -vroeg, of mej. Lobach,
wanneer zij door de gemeente was aangesteld
geworden, wel pensioen zou hebben gekre-
gen over al de jaren, waarvan zij aan de
apotheek had gewerkt.
Mr. Leesberg: Ja.
Mevr. Aukes vond het dan een on'billijk-
heid, dat door vroegere verkeerde regelingen
zij het nu niet krijgt.
De voorzitter zeide, dat B. en W. de
zaak nog eens hadden besproken. Ten aan-
zien van het wachtgeld rneent het college zoo-
ver te zijn gegaian, als redelijkerwijze ge
vraagd kan warden. Een andere zaak is of er
voor haar niets gevonden kan worden. Die
mogelijkhei'd is niet afgesneden. Wij kiqjnen
voor haar een plaatsje vinden, waar zij het
bedrag verdient, wat zij als wachtgeld ont-
ving. Spr. stelde voor, met het voorstel van
B. en W. mee te gaan en af te wachten, wat
gedaan wordt.
De heer Westerhof kon dit tot zijn
spijt niet doen. De vraag van mevr. Au'kes
vertolkte den juisten gedachtengang Mej. Lo
bach is de dupe geworden van de slordigheid
van regenten van het ziekenhuis.
Protesten.
De 'heer Bak: Daar ga je, Mr. Sluis.
De heer Westerhof: Mr. Sluis was toen
nog geen regent.
Mevr. Aukes: Waarom het altijd zoo
ruw gezegd
De heer Westerhof wilde wel een be-
leefder woord' kiezen, maar waarom zal men
geen Hollandsch gebruiken?
Mej. Lobach is jarenlang in dienst ge
weest van de stadsapotheek. Op haar rraoe-
ders naam stond het beroep van apothekers-
knechte. De regenten hadden in het belang
van mej. Lobach de moeder, die blijvend ziek
was, moeten onisl'aan en de dochter benoe-
men. Zij zou dan, evenals zij nu reeds deed,
toch voor 'haar moeder hebben gezongd en nu
pensioen hebben gekregen.
Mevr. Aukes: Men heeft daar in die ja
ren niet over gedacht.
De heer Westerhof: Men liet ze maar
werken, maar dacht niet aan de belangen
van die menschen Was dat wel geschiedt,
dan zou mej. Lobach nu 70 wet. van haar sa
laris als wensioen hebben gekregen. Nu ait
verzuimd is is zij de dupe. E>e Raad mag
haar de dupe van die verzuiitn niet laten zijn.
Spr. voorstel is, om haar z66veel als pensioen
uit te keeren, dat zij de 70 pot. van haar sa
laris ontvangt, die haar andere door het Rijk
zouden zijn uitbetaald Het voorstel van den
voorzitttr verechuift de moealijkheid. Men
mag niet verge ten, dat de °emeente de apo
theek heeft opgeheven.
Spr. haradhaafde het voorbeeld in vorige
zi'tting door hem gegeven inzake het op
wachtgeld stellen van onderwij'zers. Spr. be
oogt niet. dat zij nu reeds niets behoeft te
doen. Hij* wil voor haar een gepaste betrek-
king en op den pensioengerechtigden leeftijd
een pensioen van 70 pet. Dit is noodig, wil
men mar eel vrij uitgaan. Om moreele gran-
den stelde spr. vrouw een billijke regeling
voor. Spr. verzodit aanhouding en B. en W.
in volgende zi'tting met voorstellen te komen.
De heer v. d. Bosch deed het genoegen,
dat de zaak de vorige maal was aangehou
den. Voor het betoog van den heer Westerhof
gevoelde spr. veel. Het verzuim is echter van
wMrezijdtn gapkagd. Spr. vartrouwde er op,