JIIRCENSS'
FUNSTE HELANGE
FUNSTE BOTE?
a
Parijsche Ganserledn.
Wit onze Staatsmachino.
Nier- en Blaassteenen.
Ons Raadselhoekje.
Zwart: 7, 9, 10, 12, 14, 18, 19, 20, dam
op 50.
Wit: 21,27,29,30,32,33, 37, 39, 41,
42, 46.
Oplossingen v66r of op 24 Mei, Bureau van
dit Blad. r
INGEZONDEN MEDBDEEMNGEN.
G EZONDHEI DSD IE NSTEN,
Het wetsontwerp tot -Installing van Ge
zondheidsdiensten is ai betrekkelijk oud
In de laatste dagen van 1920 hebben wij het
besproken. Later is het Voorloopig Veralag
verschenen en nu is onder dagteekening van
24 April li. de Memorie van Antwoord op
dat Voorloopige Verslag bit
mer ingezonden. Die toch wel wat trage
gang is wel eeu wetaig in strijd met! de bo-
wering van den Minister in de M. v. A., dat
de zaak, waarom het hier gaat, zeer urgent is.
De M. v. A. geeft ons aanleiding op de
zaak terug be kornen, te eerder, omdat die
minister eenige wijiziging in het ontwerp heeft
aangebracht.
In het V.V. werden vrifwat bedenktagen
gemaakr en opmerkelijk is net, dat de minis
ter verklaart, „dat het hem geenszins be-
vreemdt, dat het wetsontwerp verre van on-
verdeelde insbemming vona en dat bezwaren
van verschillenden, maar vooral finangieelen
aard werden aangevoerd". De tijdsomstan-
digheden veroorloven geen onnoodige uitgar
ven en de gezondheidstoestand in ons land
is bevredigend te noemen.
Toch houdt de minister de noodlzakdijkheid
van de voorgestelde diensten staande. Uit
zijn betoog stippen wij een en ander aam Hij
geef t toe, dat de gezondheidstoestand gunstig
is en het aantal lijdlera aan besmettelijke
ziekten geringhet Oosten van Europa, waar
deze laatsten heerschen, is betrekkeLijk afge-
sloten. Maar die afsluiting zal niet blijvend
zijn en door de ontreddenng in enkele lan-
den is het gevaar van overbrenging van cho
lera, typhus, vlektyphus en pokken grooter
worden. Zelfs geditrende de aitsluiting is
.et niet gelu'kt, de vlektyphus buiten ons land
te houden en een enkele Land'looper, die ziek-
tekiemen meedraagt, lean, juist dbor zijn
zwervend leven een groot gevaar worden
voor een geheele streek, wat metterdiaadi be-
wezen is. Het is te voorzien, dat. wanneer
het vrije verkeer hersteld wordt, dat gevaar
aangroeit, en zijn er enJkele gevallen, dan is
er geen keus meer, dan moet men gewapend
zijn. Onvoorziene beteugding van besmette
lijlke ziekten is (bovendien verbazend! duur,
omdat kennis en organisafie outbroken en
men in zenuwachtigen angst tot allerlei mid-
delen zijn toevlucht neemt, die niet altijd doel-
treffend kunnen zijn. Voor het onderkennen
der ziekten en het vaststellen van de afweer-
middelen is een bij udtstok deSkundlige noo
dig, een epidemioloog, die van de besmettalij-
ke ziekten een speciale studie faceft gemaakt.
Waar zulk een deskundige de leading heeft,
wordt niet meer, maar ode niet minder re-
daan, dan noodig is.
Deskundigheid van de leading en organi
satie van de uitvoering zijn die eerate voor-
waarden om ziekten te voorkomen en de epi-
demieen te bestrijden. Daarom moeten er,
v<56r er besmettelijke ziekten uitbreken, epide-
miologen zijn aangewezen voor een bepaalde
streek, die bovendien over machtsimioldelen
beschikken, om de gevreesde ziekten buiten te
houden. Hoe die organisafie zal zijn, woTdt
ten deele omschreven in een spoedig te ver-
wachten wetsontwerp tot waring van besmet
telijke ziekten.
De volksgezondfadd, dua de volkskracht,
wordt voortdurend bedreigd. Hevig en steeds
heviger woeden de zoogenaamde geheime
ziekten, d. i. de geslachtsziekten. Het parid-
culier initiatief veranag daartegen zeer weinig
al zijn er loffelijke pogingen van uifgegaan.
De zuigelingoi- en kindersterfte is nog veel
te groot en de verzorging der kleinen laat
zooveel te wensdien over, dat de maatsdhap-
pij heel wat weiidcradit voor de toekomst
verliest of ontbeert. Op dit gefbied heeft het
particulier initiatief meer kunnen bereiken,
maar een algemeene organisatie is noodig,
ook ten behoeve van het sdiooUdnd, dlat aan
allerlei besmetting blootstaat.
Nog veel meer heeft het particulire initia
tief berci'kt ter zake van tuberculose-bestrij-
ding, maar die kan ook leiding ontvangen
van- of in aanraking blijven met de voorge
stelde gezondheidsdiensten.
Voor de blijvende bestrijdiing van de ge-
noemde en de besmettelijke ziekten acht de
minister gezondheidsdiensten onder deskundi
ge leiding en met goede organisatie noodig.
Blijkens het V.V. vreesden sommigen, dat
daarvoor weer heel veel ambtenaren zouden
worden vereischt. Dit bestrijdt de minister: in
eon zeker gebied zal een deskundige werk-
zaarn zijn, zoo noodig met hulppersoneet. In
zulk een gebied zal ae directeur een labora
torium tot zijn beschikkiing moeten hebben,
maar daaruit volgtt niet, diat in elk district
een laboratorium behoeft tie zijn. Ook behoeft
niet overal terstond de dienst wlledig geor-
ganiaeerd1 te zijndat hangt af van den alge-
meenen gezondheidstoestand; m.a.w. de wet
kan gelcidelijk ingevoerd worden.
De gezondheidsdiensten sluiten zich min
of meer aan bij de Warenwet en de districts-
indeding kan voor beidle ten naastenbij gelijk
zijn. Er is echtcr verachtl. De Warenwet
edschf gelijke regeling voor het geheele land,
terwijl voor de Gezondheidisdiensten rekening
kan worden gehouden met de plaatselijke omr
standigheden en met de zeden en gewoonten
der bevolking. Ved kan aan dte gemeenten
worden overgelaten; alleen bij verwaarloo-
zing van het gezondheidsbelang kunnen Ged'.
Staten ingrijpen. Van dwang zal overigens
geen sprake zijn en is dwang noodig, dan zal
dat zijn in het waaracbtig belang der bevol
king. Wat de kosten aangaat, het plafteland
zal er minder vorderen dan de igroote ste-
denl, waar het onderzoek moeilijker is; ook
draagt het Rijk in die kosten' een aanzienlijk
deel en gemeenten, die niet behoeven te worden
aangesloten, betaleni niets.
Wd hebben enkele gemeenten en provin-
den zich nu reeds de volksgezonldheid aange-
trokken, maar ten eerate geeft dat aanleiding
tot wanorde door het verschil in regeling en
ten tweede kan een algemeene organisatie
goedkooper zijn.
Sommige Kamerleden hebben zidh beroe-
pen op de Armenwet, maar die bemodt zich
met ziekenverzorging, niet met het voorkomen
van ziekten, wat deze wet wil.
Ook is aangedrongen op het behoud der
gezondheidscommiissdes. De minister is daar-
tegen. Die oommissies hebben in't algemeen
weinig andera gedaan, dan aandacht schen-
ken aan volkshuisvesting en adviezen geven
biij1 het opstellen van gemeentelijke verordenin-
g«i. Eigenlijke hygienisChe maatregelen zijn
van deze commissies maar zdden uitgegaan.
Wi'llen de gemeenten ze behoudeni, dan kun
nen zij dat doen, maar als sChakel in den ge-
zondhddsdienst zijn zij overbodig.
Voor de volledighdd stippen wij1 hier nog
de voomaamste bepalingen uit heit omtweip,
zooals het nu luidt, aan.
Het Rijk wordt verdedd' in gezondhdds-
distridenin elk daarvan is een gezondheids-
dienst, die gevestigd' is in een daarvoor aan
gewezen gemeente.
Die diensten doen onderzoek naar de volks-
gezondheid in hun gebied en voeren maatre
gelen uit. ter bevordering dlaarvan.
Elke dienst Staat onder leiding van een
deskundig Diredeur en beschikt over een lai-
boratoriummaar niet elke dienst behoeft een
eigen laboratorium te hebben.
De noodige verordeningen worden vaStge-
steld door de gemeente, die ate zdel van den
dienst is aangewezen.
Het Rijk draagt de eene helft van de jaar-
lijksche kosten van den dienst; de andere
helft komt ten laste van de gemeenten, die in
het distrid liggen, elk naar evenredigheid
van hd zielental. Ook de kosten van oprich-
ting en eerste inricbting komen voor de hdft
ten laste van het Rijk; de andere helft bc-
taalt de gemeente, waar de dienst zijn zetel
heeft.
De diredeur geeft, al of niet gevraagd, ad
viezen aan de gemeentebesturen en rappor-
teert aan den inspecteur.
FDRENZE LA MlAGMFICA.
(Van onzen Parijschen correspondent).
(INadruk verfooden).
Cernohbim lago di Co mo, 13 .Mei.
'Edi week om Florence te zien, is eigenlijlk
te weinig. Toch kan men in zes of zeven da-
gen eenige zeldzame indrukken hebben, en
mits men vroeg opstaat en niet al te gauw
mOe is de allerbezienswaardigste musea
en paleizien, kerken en kloosters vluchtig
doorloopen.
Wijl Sadden van Maandagochtend tot
Donderdagavond zorgvuldig en systematisch
onzen tajid verdeeld. Elken ochtend om 7 uur
op, om 8 uur ontbijt, in onze kamer, met de
ramen wijid open, en uitziende over de zoo
innig-schoone daken-lijln dezer goddelijke
stad; juist tegenover ons venster de San
Croce, het vierkante fort-vormige blok van
het palazzo Vecchio ('het „oude paleis") md
ziijn toren als een topzwarc bloem, de cam
panile en de onvergetelijke koepel rood
met witte nerven' die Brunelleschi op den
Dom bouwde; en aan onze voeten de Arno,
als verweerd oud goud. Zoo om 8 uur ontbij-
ten, droomend, een half uur, tegenover dit
onvergetelijlkelijk panorama. En aan, v66r
gen ,uur, de deur uit de straat op.
De musea, in Florence, gaan om 10 uur
open, om niet voor 4 uur te sluiten. De
meeste kerken daarentegen zijn van 12 tot
4 gesloten. Dus bezochteni wij v66r 10 uur
een kerk, em na 4 nog een andere. Om -kick-
slag 10 edhter zorgden wij bij het museum of
palazza te zaj'n, dat voor dien ocbtiend op hd
gramma stand. We bleven er tot 12 uur
all 1. Om' 1 uur was het dejeuner in het
pension. Om 2 uur stonden we weer voor een
andere poort met de nauwgezetheid van
faibrieksarheiders, die naar hun atelier gaan.
We bleven! er tot men ons, om 4 uur, de deur
uitzette. Dan nog even een kerk bezichtigen.
Vervolgens een roindwandeling door de staa,
en ergens rustig tea-en. Tegen zeven uur
naar huis, half acht diner. Daarna een brief
naar huis of een paar ansiahtskaarten. En
om 9 uur, dood-moe, doch de oogen vol
sdhoonheid, naar bed;.
Zoo hebben wij predes vier voile dagen
eleefd, den eersten dag in de Ddm, het pa-
azzo Vecchio en het Sint Marcus-museum;
den tweeden de Ufiziden vierdem het Muse
um van Amtieke em Moderne Kunst en de
Qalerij Michelamgelo. Bovendien een zestal
van de voornaamste kerken.
We hadden toen ik verzeker het u
geen oogenblik stil gezeten. doch gewoe-
cerd met onzen itijld. Toch inadden wij nog
niet een tiende gezien van wat men behoort
gezien te hebben. Alleen aan bewonderens-
waardige kerken staan er iin mdin gids 42 op
het lijstje, en aan paleizen 62. Men zegt, dat
men. om Florence eenigszins behoorlijlc te
tekijken, anderhalf jaar noodig heeft. En ik
wil het graag aannemen. Onze tijd was ech-
ter beperkt; we wilden ook nog andere hoek-
jes van dit prachtige land zien, wat van de
meren meenemen, en wat van Venetie. Dus
condem wijl voor Florence maar een week uit-
trekken.
Na aldus de eerste vier dagen der week te
leblben imgedeeld op een manier dat er geen
speld tusschen was te krijgen, hadden we op
ons programma den vijfden d'ag, een Vrijdag,
geheel open gehouden, em gereserveerd voor
een bezoek of wel aan lets dat ons bijzomder
mocht worden aanbevolen, of wel iets dat
wij nog eens voor een tweeden keer mochten
willen zien. De laatste dag, de Zaterdag,
was bestemd voor inkoopen en wandelingen.
Ziedaar het stramien waarop ons verblijf
geborduurd was. En nu wil ik maar dade-
ijk beginnen met u onze liefste herinnering
;e vertellen: het museum dat wij1, Vrijdags,
voor een tweeden keer zijin gaan zien, San
Wlarco.
iDat is ontroerend. Meer dan dens hebben
wij er gestaan met tranen in de oogen! Het
is een heel oud' iDominicanen klooster. Hoe
oud, dat weet ik niet, en wil ik ook niet we-
tem, maar in elk geval hebben de heiligste
ia
mannen uit Florence's groote eeuw: de H.
Antonius, Beato Angelico, Fra Bartalommeo
en de nobelste dezer geestes-nobelen: Sacona-
rola er geleefd. Het klooster is wondergoed
geconserveerdin de gangen' en zalen en to
45 cellen op de eerste verdieping kan men
z;ch geheel wegdenken in dien eerbiedigen
schroom, de eel van Beato Angelico, men
goddelijken kunstenaar uiens kinderlijk vro-
me schiiderijien nog dagelij'ks een huivering
doen gaain door de ziel van duizenden en
duizenden bewonderaars, saamgestroomd uit
alle hoeken der aarde. Ge betreedt er om.
de eel waarin Savonarola geleefd heeft: die,
prior van ditzelfde Sint-Marcus-klooster en
groote begeesterde prediker, na den dood
van Laurent de Medjcis (1492) door de stad
ging, met een kruisbeeld dalt Beato Angelico
voor hem geschilderd had (en dat nog ligt
in zijn eel) om hoorders te winnen voor zijn
sublieme boete-predikaties. Zoozeer bezieloe
hij zijn gehoor, dat bijV. een keer, toen hij
de kleine menschelijke ijdelheid' gegeese
had met zijn woorden, de helft der inwoners
van Florence al de schoomheden waarop zij
trotsch waren en waarmee zij pronkten, naar
de piazza della Seignoria brachten, ze daar
op een hoop wierpen en.... in brand staken!
Len groot schilder, wiens overgebleven wer-
ken hem vooraan p laatsten onder een van le
allereersten der Florentijnsche Renaissance,
Iippi, gooide dien dag al zijn schilderijem in
dat verschrikelijlk autoaafe... Hoezeer wijl ook
de schatten die toen in vlammen zijn opge-
gaan betreuren, men kan zich niet weerhou-
den bewo-ndering ite hebben voor de ontzag-
lijke zelfverloochen ing. welke sprak uit zulk
een daad, en voor de bezielende overredings-
kracht van een Savonarola, die de ijdele,
prachtlievende Florentijhen hiertoe wist aan
te zetten.
Toch1 kon ook Savonarola de verwording
der Republiek niet keeren. Met zijn schcrpe,
geeselende toespraken, maakt hij zich tal van
vijianlden. En het volk, dat Dante in balling-
schap gezonden had en ver van zijn vader-
stad deed' sterven,.... het bracbt Savonarola
en zriip makkers naar d-en brandstapel. Op
diezelfde piazza della Seignoria (het ?,pleto
der Seigneurie") werd de heilige grijsaard
levend veibrand, den 23 Mei 1498
In zijln eel in het San-Marco-museum lig
gen nog verschiltende souvenirs van hem, ge-
wijde relieken, en ziet men ook een authen-
tieke afbeelding van zijn marteldood.
'Doch' het mooiste, het verrukkelijkste In
dit schoone klooster zijln de onsterflijke fres
co's welke .Beato Angellico, Fra Bartolommeo
en andere monniken er op de wanden schil-
derden. Beneden, in de gewelven der portie-
ken van de kloostergang, zijn er 27 en aan
de aangrenzende zalen nog versdhillende an
dere. In de oude zaal van het chapiter be-
wonderd mien een ontzaglijk schoone (en
trouiwens wereldheroemde) kniisdging, van
Beato Angeifiooe en nog weer in een andere
zaal: het Laatste en nog weer in een ande
re zaal: het Laatste Avondmaal, van Ghir-
landdaio, dat voor mijn gevoel het bekende
schilderij: van Da Vinci in teedere, tonige
schoonheid ver overtreft. Boven, op de gang,
is een ontroerend vrome Aanikonaigtog
aan Maria, ook weer van Beato Angelico.
Hij schilderde er nog een groot aantal andere
in de cellen. Want elke eel bevat ook weer een
fresco, op den wand1 naast het kleine getralie-
de venster, tegenover de plaats waar eenmaal
het leger stond. Die Annunziata's van Ange
lico, ik geloof dat zij het puurste zijn wat er
op de wereld bestaat. Zij doen u schreien en
glimlachen, tegelijk, zij doen heel uw ziel
juichen van verrukking en gelukzaligheid, van
nobele, subtiele aandoening en emotie.
Ook in de musea ontmoet ge er, hier en
ge herkent ze onmiddellijk, zooals ge ook de
gracieuse Raffaello'9, de weelderige Botticel
li's, de zuidelijke warme Correggio's herkent
Alle hebben ze gelijke vroomheid, doch die
van Angelico is kinderlijk, onschuldig, als
gen andere En schilderden Raffaello en Bot
ticelli en Fra Bartolommeo en Chirlandaio en
Correggio en vooral, vooral Da Vinci nog
meer om te behagen aan het publiek, aan den
toeschouwer, hij, Angelico, schilderde alleen
voor zijn Ood Soli Deo Gloria in zich-
zelf gekeerd, in extaze, schilderde hij1, zooals
een nachtegaal zingt een Mei-avond in een
geurend seriugen-boschje, omdat hij echilde-
ren moest, omdat 'a was alsof een der enkelen,
die hij zoo goddelijk zuiver uitbceldde, zijn
hand bewoog en de kleuren mengde op zijn
palet.
Een onzegbaar schoon museum in Florence
is ook de Galleria Antica e Moderne, waar
men behalve den enormen David, door den
jongen Michelangelo gehouwen uit een blok
manner dat een andere beeldhouwer bedor-
ven hadeen schitterende verzameling dier
meerendeels anonieme primitieven, die de
leermeesters waren der hierboven genoemde
kunstenaars. De ochtend, die wij daar hebben
doorgebracht, was eveneens onvergetelijk.
Dochwat zau men wel kunnen verge-
ten van Florence? Deze stad van sublieme
kerken en paleizen is vervuld van dien prach-
tigen gouden schijn die den achtergrond
vomit van zoo menig schilderij om voor te
knielen, en soms was het, wanneer wij in on
ze kamer terugkeerden, alsof in den vredigen
avond een nimbus hing boven' den rooden
koepel van Brunelleschi, een van die aureo-
len, die zweven boven de hoof den der lieve
Verlossers en Maagden en Heiligen, die Bea
to Angelico en zijn tijdgenooten hebben uitge-
beeld.
De ontzaglijke collectie der Ufizi, die in
menig opzicht nog completer is dan het Lou
vre of het Rijksmuseum zij bevat een' schit
terende verzameling Hollandsche kunst, en
Vlaamsche en Duitsche primitieven, en ook
een groot deel van het onsterflijke werk van
Rubens is hier de niet minder uitgebreide
schilderijen-galerl} van het palazzo Pitt!
waar o. a. die uiterst merkwaardige serie zelf-
portretten te zien is der voomaamste schii-
der9 van alle landen en alle eeuwen he
verrukkelijke Museo Nazionale, met zijn zeld-
zaam mooie middeleeuwsche binnenplaats, en
zijh unieke collectie beeldhouwwerken van
Michelangelo en Donatellielk op zichzelf
zou een boekdeel eischen om u maar eenigs
zins oppervlakkig te vertellen wat zij bevat-
ten.
En danen dan is er in Florence de
straat, ide heerlijke straat, waar men telkene
weer geniet, wanneer men er ronddwaalt, en
waar elk huis in u de herinnering oproept
aan de dagen der Medids, aan Michelangelo
en Dante en dien vromen boetprediker en «iel-
moedigen patriot Savonarola. Hoe vaak heb
ben wij ons, in den loop dezer week, met
moeite losgerukt van de loggia dei Lanzi, aan
den voet van dat pallazo Vecchio, dat oude
XHIe eeuwsche paleis, dat heel de sublieme
grootheid der Seigneurie en der Republiek
overschaduwde, die schoone loggia waarvan
de dichter van het „Paradiso" droomde In
zijn ballingschap en aan hdmwee naar welke
hij stierf. Of van het superbe Dom-pldn, waar
die drie wonderen van Byzantijnscne marmer-
mozaik: de vierkante companile, de duomo en
het baptisterium oprijzen als en hemelhooge
droom-stad van kleurige, kristallijnen vegeta-
Florence (in het Italiaansch: Firenze, of
oorspronkelijk Fiorenze, de stad der bloem;
zij voerde evenals de Bourbons een lelie in
haar wapenschild) is een heerlijke stad. Zij is
van de vele steden der wereld d'ie ik ken wel
de allerschoonste, om haar karakter zoowel
als om haar geschiedenis, om haar natuur-
schoon zoowel als om haar kuntschatten. Te-
recht verdient'zij den biinaam: la Magnifica
de prachtige, waarmee dit volk van visionnai-
ren en dichters haar tooide, opgetogen liefde-
vol.
LEO FAUST.
Van de vele kwade gevolgea van overtallig
urmezuur en nierzwakte is steenvorming in
de meren of blaas wel het meest te ducnten.
Maar Foster's Rugpijn Nieren Pillea heb
ben in zulke gevallen menig succes bereikt
en tal van gevaarlijke operatien voorkomen.
Spoedige behandeltog is het best, en d#
eerste verschijnselen moet men kennen. £en
pijnlijk gevoel in den rug, waarbij men bo-
hoelte aan steun heeft ter hoogte van de
nieren, en vooral het voorkomen van een op
steenstof gelijkend beztoksel en1 gruis in de
urine, terwijl de loozing met een brandend
gevoel en pijn gepaard gaat, doet decken
aan die mogeljjkaeid van steeavorming.
Staenen vormen zich vaak, als het urine-
zuur aan afvoer door de nieren ontsnapt,
zich iaag na laag rond een of andere kern
afzet en langxamerhand een harde, cement-
achdge massa vormt, die voortdurend groo
ter wordt.
Slaat derhalve nooit waarschuwingsa van
nierzwakte als rugpijn, urinekwalen, hoofd-
pijn, duizeligheid, pijn in de gewTichten en
Iendenen in den wind, maar bekamp bet
kwaad onmiddellijk door een gercgelde en
matige leefwljze, en met behulp van Foster's
Rugpijn Nieran Pillea. Dit geneesmiddel
heeft eflo scheidende welting
ming «n menigmsal kwam het voor, dat de
teen loakwam, verkruimde «n la tjjae, zand-
aehtige deeltjes werd afgevoerd.
Foater'a Rugpfjn Nieren Piltea te
AUcmtar verknjgbaar bij Nierop Slothou-
ber h 1.75 per doos.
StadsnieiiTT8
JAARVERSLAG VOOGDIWEREEN.
„KINDERZORG" OVER 1921
De secretaresse, mevr. A. Stroink-Houtman
verzoekt ons opname van het volgende:
Het tweede bestaansjaar van <teze veroani1-
ging is voorbij en met voldoentog ziet het
bestuur er op terug. Veel werk kwam er well
is waar niet en bij de drie eerste pleegkinde-
ren werd ons slednts ^en jongen toegewezen.
Even wel hadden wij voor dien een en jongen
veel zorgen en groo'tte onkosten. Hij is echter
in goede handen en dank zij de bijdragen
onzer leden kunnen wij die onkosten bestaij-
den. Het blijft steeds moeilijk nette gezinnen
te vinden, die genegen zijn voogdijkindieren
op te nemen. De gezondheid en ontwikkel'ing
onzer pleegkinderen laat niets te wenschen
over en de pleegouders zijn alien vol toe-
wijding voor de hun toevertrouwde kinderen.
Ons ledental konden we met 14 vermeerdle-
ren en wij vonden velen bereid, een spaarbus-
je in hun omgeving te plaatsen, waarvan de
inhoud een goede steun voor de kas bleek.
In alle opzichten kunnen we dus dankbaar
zijh en met moed de werkzaamlheden van 't
nieuwe vereenigingsjaar aanvangen.
DIENST DER WERKLOOSHEIDSVER-
ZEKERING EN A R BE IDSB E MI DDE-
LING.
Doelenstraat. Afdeeling: Arheidsbeurs.
Tel. 645 2 X bellen.
Geopend op alle werkdagen van des voorm.
9 tot des nam. 12>i uur, bovendien des
Maandagsavonds van 7—-8 uur.
Aangeboden: 1 bakker, 2 bankwerkers, 1
boekbinder-lijstenmaker, 1 electricien, 1
grondwerker, 1 hoefsmid. 1 vr. eni 4 m. kan-
toorbedienden, 1 kantoorlooper, 1 kellner, 1
ketelmaker, 1 kistenmaker, 1 koetsier, 1 lood-
en zinkwerker, 1 loopknecht, 2 machinisten-
stoker, 3 magazijnbedienden, 3 metselaars,
2 opperliedeni, 2 plaatwerkers, 1 portier, 1
scfaeelpsbouwer (ijzeren), 1 schipper, 1
schoenimaker, 2 slijpers, 3 smedieni, 1 stuca-
door (aankomend), 1 sigarensorteerder, 8
sigarenmakers, 1 tabaksbewerker, 6 timmer-
liedcn, l waker, 1 ijzergieter, 1 ijzerwerker
en 27 lo&se arbeiders.
GcpLaatst: 1 colporteur, 1 kantoorbediende
en 5 losse arbeiders.
Gevraagd: 1 huisnaaister, 3 kleennakers,
1 loopjongen, 1 rijtuigschilder en 1 wexkster.
Alfcmaar, 20 Mei 1922.
DE DIRECTEUR'.
OPENBARE LEESZAAL EN BOEKERIJ
TE AL'KMAAR.
In de maand April 1922 werdi de Open-
bare Leeszaal en) Boekerij alhder met de vol-
gende boelcwerken uitgebreid:
C 848 B rug gen, Kn. De Freule.
C 849 H. Moot}. Acht dagen.
D 640 A. Strindberg. Drootaspel.
D 641 Stendhal, De abdis van Castro.
I 152 M. Quillardet, Espagnols et Portu-
gais chez eux.
153 Leroy-BeaulUa, La renovation de
l'Asiie.
I 154 iff. Montet, Br6sil et Argentine.
I 155 Labbt, P. Lea grandes routes de
Russie.
F 405 O. de la Barca, Der Richter von
Zalamea. (CL)
F 400 M. Gorki. Der Trunichtgut u. a. Ere
zahlungen. (G.)
F 407 iB. Bjdrnson. Der Braubnaraih.
(G.)
F 408 R. Herzog, Die Vom Niederrhein.
F 409 N. W. Gogol, Tschitschikows Reise-
erlebnisse oder Die toten Seelen.
F 410 R. Al. Rilke, Erste Gedichte.
F 411 Neue Gedichte. 2 Th.
F 412 F. Dostojeffsky, Der Idiot. 2 Th.
K 337 Machat, Le dieveloppement 6co-
nomique de la Russie.
K 338 Leiseau, Ch., L'equilibre Adriatique.
K 339 V, Birard, L'Angleterre et 1' impd-
rialisme.
K 340 J. E. Stokvh, Van Wingewest naar
Zelfbestuur in Ned.-Indie.
L 100 Bijdraigen tot de Statistiek van Ned.
Faillissementsstatistiek. (G.)
L 107e OBijdragen tot de Stat. v. Ned. (G.
Overzicht van den belastingdruk
op het inkiomeni en het vermogen
voor alle gemeenten des Rijks
over het belastingjaar 1920/'21.
L 270 Aengenent, J. Leerboek der Socio-
logic.
L 269 Rapport en en Verhandelingen uit-
gegeven door het Rijksinstituut
voor Visscherijonderzoek. (G.)
L 271 Verslag over het Haventoezicht uit-
geodf. in 1920. (G.)
Noorduyn, Het Onder-Bewustzijn.
atalogus van schilderijen, aqua-
N 184 J.
Q 71 6
relleni enlz. (G.)
V 142 III V. Bismarck, Ertanerungeni und
Gedanke.
V 174 W. Bilderdijk, Brieven van
5 dl. (G.)
W 25 Gedenkhoekije, uitgegevem d. de Ver.
R. K. Openb. Leeszaal en Bibl.
St. Dionysius (G.)
X 47 II M. Pont, StenogTafie.
X 48 Stenografie voor school- en
zeltfonderricht 2 dl.
Kb 160 M. Brusse, Een dierenkolonie to
een groote stad
Abonnememt op:
De Nieuwe Gids.
Elsevier'a Gei'U. Mndschr.
Op de Hoogte.
OPLOSS ING EN DER R A ADS ELS UIT
UIT HET VOR1G NUMMER.
Voor grooteren.
1. H Hugo de Groot.
fa a it
d e g e n
S c fa o out
A pa Id oota
Hugo d e Q r p o i
Ste iOeren
N a a r dto
r i o o
to 1
i
2. Salamander. Maas, laara, rnand mes.
3. Bew (web), aar, school. BewaarechooL
4. Utrecht, recht, edit.
Voor kleineren.
1. Veiborgen viarvoetige dieren.
Loop vlug Em, sta toch niet te dralen.
(Gems.)
We hebben ons allebei aan deze braam-
struiken gekrabd. (Zebra.)
'Heeft Rika me elken dag opgezocht?
(Kameel.)
Oor, vijg; oorvijg.
3. Vos, rrns, los.
4. 'Rotterdam. Rat, meter, rood, Edant.
OM O'P TE LOSSEN.
Voor grooteren.
1. Mijfa eerste en tweede vorhien samen een
jongensnaam, mijn dierde is een peraoon
en mijn geheel is een visch.
2. Plaats in deze 16 vakjes
IS 2 R 3 E 21 2 K IT 3L 20
4.
z66, dat je van links naar rechts en van
boven naar beneden te lezen krijgt:
1. Iemand, die bij twee menschen, die
el'kaar niet verstaan, een tussdienper-
soon is.
2. Een vette vloeistof.
3. een snareniustrumient.
4. een lekker vruchtje.
Welk dier maalk ie van
eiooRschnr
Kruisraadsel.
Op de kruisjeslijniea komt de naam van
een zee visch.
1 X
X
X
xxxxxxx
X
X
X
1. rij een medeMinker.
2. rij een jong, viervoetig der.
3. rij een zoute vloeistof.
4. dj't gevraagde woord.
5. rij een meisjesnaam.
6. rij een vrudiltje.
7. rij een medeklinker.
Voor kleineren.
Ik ben een metaal. Plaats mijn letters in
een andere volgorde en ik wordt een nut-
tig bode, dat je op school en bij het lee-
ren van sommige lessen gebruikt.
2. Ik ben een lidiaamsdeel van een dier.
Onthoofdt men mij, dan wordt ik een
lekkemij, onthoofdt mij mij nog eens dan
wordt ifc een- verkorte jongensnaam. En
als men dezen jongensnaam onihoofdt
en van dien staart omtdoet, krijlgt men een
groote sledle.
Met F
F ben i'k een jongensnaam, met h een
rond voorwerp.
i. Verborgen visschen.
Zij heeft mij tweemaal opgezocht.
Ik had voor niets zoo lang gewacht.
Jan houdt niet van roggebrood
In Delft zal men mij deze week niet ver-
wacht hebben. (2).