DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Brieven nit Berlijn. No. 149 1932. DDfSDAG Fenilleton. Stormachtige hoogten. Abonnementsprijs bij voorultbetallng per S maanden f 2.—, fr. per post t 2.60. Bewijsn. 6 ct. Advertentiepr. 25 ct. p. reget, grootere letters naar plaatsruilnite Brieven franco N.V. Boek- en Handelsdr. v.h. Herras. Coster Zoon, Voordam C9, Tel. Adminietr. No. 3. Redactie No. 33. BoofMnoMDi! TJ. N. ADEMA. J 0NX Dtrseteor: 6. II. KRA1L GEVONDEN VO0RWERIPEN. Te bevragen .alleen op werkdaigen van 9 1 uur aan het Bureau van Politie. Zich te vervoegen bij den Wachtcommandant. Drie Portemonnaies met tohoud, een man- ehetknoop, eenige sleutels, een koralen arm- bandje, een dop van een rijwielbel, een ket- tinkje, een dameshorloge in 6tui, een panto f- fel, een gymschoentje, een paar borden van een handwagen, een kip, eenige Rijkspost- spaarbankzegels, een bril in etui, een paar- dendek, een etui met schrijfbehoeiten, een pakje borduursd, een armband, ,een zeep- pot, een broche, een lens van een lantaam, een gummi pedaal en eenig geld. Alkmaar, den 26sten Juni 1922. Da Commis&aris van politie, W. Th. VAN GRIETHUYSEN. n DE MOORD OP RATHENAU. (Van onzen Bexlijnschen correspondent). Berlijn, 24 Juni. De sckoten, die hedenmiddag den Duit- schen Rijksministexs van Buitenlandsche Zaken neei^eveld helttben, zullen nog dang weerklinken. De sluipmoord, die liiei-mee be- gaan werd, moet en zal de noodiottigste ge volgen hebben voor de binnenlandsche ver- houdingen in bet rijk en voor Duitscblands positie. We zijn hefeas in de jonge Duitsche republitek aan dergblijike vervloekte politieke misdaden wel bijna gewoon maar een daad van een dergelijke laagheid, begaan aan een der beste menschen die't itegenwoor- dige Duitsdiland over'1 gebeel bezat, bebben wiji toch nog niflt eerder beleefd. De geheele stad Berlijn is in ongelooflijke opwinding. In de parlementaire vergadeningen, die juist bijeon waren toen het bericbt van den moord zich verbi'eidde ging een storm van veront- waardiging op tegen de partijen van rechts, die sedert jaar en dag niet moede wenden, de tegeawoordige Duitsche regeering en speciaal Dr. Rathenau bevig aan te vallen en op gewetealooze wijize verdackt te maken. De. krantenverkoopers, die met extra editks in de straten verschenen werden omriagd door didrt opdringende menschenkluwende kran- •ten werden' hen letterlijk uiit die banden ge- rukt. Overai zag men groepjes menschen, die in de grootste verontwaardiging bun af- scbuw over dezen xnisdaad uitspraken. Ieder voelt, dait deze verscbrikkelijke daad het uit- gangspunt lean zijn voor dreigende conflic- ten, dat de republiek eindtelijk alte kracbten moet inspannen, om zilch te beschertnen, als zij op den duur stand will kunnen houdfen. Want er is geeu irwijfel aan of de moonde- naare, die met revolvers en handgramaten den Minister als een wild waarop men jacht maakt, doodden, wildien zich ontdoen van een politieken tegenstander, dlaar zij tot de krin- gen van de readtionaire en raouardiistische radicalen behoordeu. Reeds sedert weken werd! overai gesmoesd en. gemompeld, dlat er eind[ Juni „iets gebeunen', zou. Ja zelfs voor dezen dag, de 24e Juni, die de nationalisten als den dag van die Germaanschen „Sonn- wend"-feestai als een speciailen feestdag er- kennen, is het loshreken van een actie der Duitsche nationale misdadigera bende, die haar bloedig handwerk met zulk een ontstel- lende gruwzaamheid voontzet aangekondigd. Of op dien moord nog meerdere acties volgen zullen, of we weer em Putsch" te wachten hebben, zullen de komendte dageu ons leerea. Alles wat in Duuschiaud democratiach demist en voelt, is van zorgen vervuld. Nauwelijks scheen de toestand bij ons wat rustiger te worden, en de verhoudingen zich te consolidieeren, nauwelijks durfde men er- kennen, dat in de stemming in 'It buitenland een wending ten goede op te rnerken was, of daar werpt deze verscbrikkelijke gebeurtenis ons weer in nieuwe verwarring en oazeker- heid. DB EXtitsche revolutie is door eigenaar- dige verschijnselen gekenmerkt geweest. Ter- wijil de met geweld gepaard gaande revolu- ties in andere landen de vertegenw oordigers van 'ft oude regime reeds voor bun leven sid- derdm zijn deze bij ons door een genomen vrijuit gegaan, enMaartegenover hebben juist de aanhangers van de revolutie en de nieuwe maatschappij hun inzicbten met hua bleed modten betalen. Een lange reeks van aanhan gers der politieke linkerzijde is sedert 1918 door moordeuaarshaaden uit den weg ge- ruimdL Spoedig is het een jaar geleden, dat de vroegere minister Erzbetger op een zor- gelooze wandeling in't gebergte neergesdio- ten werd. Nu wordt met de moord, op Rathenau de lijst voltooid. Het is een verdwaasde krankzhmige ge- dachtengang, die bij de rechts-radicale des perados heeracht. Het gaat Duitschland mo- menteel slecht dus zijn, volgens hen, daar- aan de lieden 6chuldig, die op 't oogenblik Naar het Engdsch van Emily Bronte, dot® W. A. (1 van f.ldao. ^Ik kreeg dit boek te pakken en em pot inkt van de plank, en' zette de huisdeur op een 'kier om hcht te krijgen en bracht den tijd door met twin/tig minuten te schrijven. Maar tnijln metgezel is ongedu'Wig en stelt voor dat we ons den' mantel van de melkmeid zul len toeeigenen en ondier bescherming daar- van weg vluchten naar de moerassen. Een goedi idee en als dan de norsche oude man binnen komit, kam, Mj gelooven dat zijn pnofetie vervuld is we kunnen in dm re- gen niet vochtiger of 'kouder zijn dan hier." „tk denk dat Catharina haar plan vol- voerde, want dte volgende zin begon het een ander onderwerp: ze werd sombender. „H!oe weimig vennoedde ik dat Hindley xnij oont zoo zou doen schreienechreef zij. Mijn hoofdl doet pdjn, doet zoo'n pijn, dat ik het niet still kan houdeni op het kussenem toch kan ik mijn gedachten niet stil houdern. Ar- me 'HteathcliffHindley noemt hem een vage- bond en will niet mcer dat bij met ons zit of met ons eet, en hdj zegt dat bij m ik niet sa- men moeten spelen en dreigt dat hij hem het huis uit zal zetten, alls we zijn bevel niet ge- hoorzamen. ,,'Hj heieft het to vader afgekeurdi (hoe durft hij?) dat hi| ■Hieathcliff te zacbt behan- deld heeft; en zweert dat hij hem op de juiste plaats terug zal brengen." Ik begon slaperig boven de donkere blad- zijde te knikken; mijn oog zwierf van het ge- sch'revene naar het gedrakte. Ik zag een met rood versierdem titel .^eventig maal ze- vemi en de eenste van de Een en zeventigste. Een vrome rede uiigesprokm door den eer- waarden Jabee Brandcrham, in de kerk van Gimmerden Slough". Eh terwijl ik, nog1 half hiji bewustzijn, mijn hersens afpijnigde to gis- singen wat Jabes Branderham van zijn on- het land besturen i Elke pogmg, om een politiek van verzoening met andere volke- ren, met de vroegere vij'anden Ite voeren, wordt door deze verhitte breinen als „land- verraad" beschouwd. Alsof op 't oogenblik een andere politick voor 't Duitsche Rijk mogelijk zou kunnen zijnDe geheele woede van de samenzweerdexs van recihts, die over ben goed togerichte arganisatie beschikken moeten, keerde zich spediaal tegen den Rijks- kanselier Dr. Wizth en hun hartstoditciijke haat richtte zich daarnaast tegen Rathenau, die henf ook als Jloodi een- doom to het oog was. Voor de anti-semi tische Hetze, die te- genwoordig in DhitschiLand samengaat met de reactie, welke steeds diriester den kop op- steekt, was de vennoord'e minister Rathenau 't doei van de heftigstc iastercampagnes. Te- gelijkertijd moesten wij het hier aanzien, dat de moordenaaria van rechts to bijha alle ge- vallen ontkwamen, en dat, wanneer zij of him medeplicht ;o. gevait werden, verwonderlijk lichte strai hun toebedeeld werden. 't Spreekt va .-if, dat deze omstandigheddi de brutale vermetdheid der samenzweerders nog aanwakkerde. Ontzet staan wij tegenover de gevolgen van him daad. Maar nu is het dan ook tijd, dat vastbesloten en zonder pardon ingegrepen wordt, opdat Duiischland einde lijk ophoudt door te gaan voor een landi waar meer nog dan da Tsaristisch Rusland de terreur regeert. Minister Rathenau is dikwijle genoeg ge- waarschuwd. Hij werd met dlreigbrieven over- stelpt. Zijn! wieriden vermoeddm, riiat mis- iladige plannen tegen hem gesmeed werden. Zij drongen er op aan, dat hij beschertnings- maatregelen zou treffen en zich zou doen be- waken. Rathenau hee.it deze raadgevingen in de wtod gestagen. Hij kon zich niet todenken, dat men hem1, die zich met al zijn krachten en naar zijn beste weten en geweten to diienst van land1 en volk gesteld had, naar't leven zou staan. En zijn vrije geest versmaadde het voor zijn eigen persoon politie-hewaktog Ite aanvaarden. Want het is een van onze vrijztonigste en beteekenisvolste koppen, die met hem uilt ons leven verdwenen is. Walter Rathenau was geen beroepspoliticus, maar een man, die naar vorea getredm was uit een leven van drukken arbeid en philosofische studien. Zijn vader Ernil Rathenau, de stichter en leider der Alllgem. Elektrizitatisi peselscbaft te Berlijn behoorde tot de scheppende krachten van onze grootinduStrie.een geniale per- soonlijkheidl van hoogen rang, een leider der Duitsche industrie. Zijn zoon was niet slechts zijn opvolger, die zich onvermocidi op de ge- baandie wegen voorwaarts bewoog; Walter Rathenau heeft to letterlijken zto' het woord van Goethe bewaaiheidWas du ererbt von detoen Vatern hast erwirb es, um es zu besitzen. Hy studeerde eerst malthematica, physica en diemi. Electrolytisdie en chemi- sche onderzoektogen, die hem gelukten, leidl- den tot de grondvesting van zelfstandige to- duStrien, waarvan hij de leidtog nam. Eerst .op den uitdrukkelijken wensch van de A. E. O. trad hij to de leidtog van de ondefnemtog van zijn vader; daarbovenuit ontwikkelde hij zich tot een bedneifsleider en organisator van grooten stijl, en een philosophisch sChijver, die de vraagstukken van dezen tijd diep on- derzodit. Een lange reeks van boekwerken, die ook als „verzamelde gesduiften" verschenen zijn in 5 deelen, doen de buitemgewone totellectu- eele beteekenisv an Walter Rathenau kenaen. Als een maatschappelijk criticus, zooals wij er wetoige of geen andere beziiten, deed hy zich fkennen to de werken ,^ur Kritiek der Zeifen „Von kommeade Dingen". Hij stelde daarto de vraag: „Hoe is het wereldgeschied- kundig kaxakter van ons tijdperk te verkla- ren?" En hy antwoordde: „Eenerzijds door de buitengewone ontv-ikkcltog der tedmiek, anderzijds door die geweldige aanwas der bevolUdng, waarvan het gevolg is is over- schaduwmg van de heerschende hoogere manischappelijike klasse door de %Toegere dverheerschende lagere klasse. Uit deze de- menten werd het wezen van onzen tijd ge- boren, waarvoor Rathenau he sedert dien be- roernd geworden en overai gebruikte wocrd gebruiJdte: ,,de ^mechanisierung" de „mechanisoerteg", die ver over het bedriffs- leven been, elk tarda vvm openbaar leven, >os gedaChtenleven, onze k^'dccn, onze fcunst, ons staatsbestel, ja, onze geest en ons ge- »*v!e leven doordirongen heeft. En deze „teeohaniseertog" beeft nu weer gewekt het vorlangen van onzen tijd, dat Rathenau fcen- sciietste als ,het verlangen naar zielsbevrij- ding". to .andere geschriften, boeken en politieke opstellen over Engelandsch politick. Duitsch- landsch innerlijkev erfioudingen, over de wereldpolitiek, heeft de thans vermoorde met diep gevoel de noodlottige felten geteekend, die voor 1914 in het uiterlijk blodende Duitschland verbargen lagea, en hij heeft him gevolgende wereldoorlog, de nederlaag en de revolutie gruwzaam duidelijk voor- denverp zou maken, viel ik in bed terug en to sl'aap. 0, die otngelukkige gevolgen van slechte thee en slecht humeurWat zou het andbrs kunnen zijin diat mij zulk een verechrikelijken nacht deed doorbrengen? Ik weet van' geen anderen diem ik ook maar to de verte met dezen kan vergelijten, sediert ik tot llijden' in, staat was. Ik begon te dnoomen, bijna v66r ik ophield begrip te hebben van mijn omgevtog- Ik dacht dat het morgen was; en ik wa^op weg naar huis met Joseph als gids. E>e sneeuw lag voeten hoog op onzen weg; en terwijl wij woortSukkelden-, vermoeide mijn metgezd mij met voorbdurende verwijten' omdat ik geen pelgrims-staf had meegebracht, en hij zeide mij dlat ik nooit het huis zou kunnen btonen- komen als ik er geen, had, en zwaaide biuf- fend! een, stoic met een zwaren1 fcnop, waarvan ik begreep dat die zoo genoemd werd. Een oogenblik dacht ik dat het dwaas was dat ik zulk een wiapen noodig had om toe- gang te krijgen1 tot mijh eigan woning. Toen' sclioot mij: een mieuw iidee door het hoofd. Ik ging daar niet been, wij waren op weg om den beroenxden Jabes Branderham te hooren preeken, over den tekst: JZei'entig maal Ze- ven", en Joseph, de prediker of ik hadden- dte „Eerste van de Een en1 Zeventigste" begaan, en moesten opemlijk worden tetotoangesteld en in den ban ged'aan. W5j kwameni bij de kapel. ®c ben er, werke- lSjk twee of drie keer bij mijn .tochtenr langs gekxMnehf; hij ligt in een l'aagte tusschen twee heuvelS; een zich welvende laagte naast een moeras. welks veenachtige vochtiigheid1 alle middeleni bezit omt de wetoige lijken' die er worden begraven, te balsemen. Het dak is tot dhsvenre h^el gtebleven, miaar diaar het safaris van den geestelijke maar twintig pond per jaar bedlraagt en er een huis is met twee kamere die zich spoedig tot teen direigen te bepenken1, will geen geestelijke de herdersfaak op zichi nemen; vooral omdat algemeen ge- zegd wordt dlat zijin) fcudde hem liever yan honger zou latefa' sterven dan zijn salgris met met een een' cent uiit hum, eigen.' zak te verhoo- speld. Hij, heeft dan in het boek „De Keizer" alt het populairst werd en dte grootste ver- spreidtog had, een ferugblik gegeven op de periodic van Wlihelms hewind, waarto hij to gen. Maar to mijn droom had Jabes een groot em opl attend gehoor; en hij preckte goede God wat een preek: een, preek ver- deeld to vier honderd en negentig deelen, elk gehed gelijk staande met een gewome toe- spnaak van den kansel, terwijl elk oen afzon- derlajke zonde iter sprake bracht! Hoe hij er aan kwam kan ok niet zeg.gen. HHj had zoo zijn aparte rnanier om den tekst te verkla- ren en het scheen noodzakelijk dat de bree der in den tekst bij elke gelegenheid weer, an dere zomden beging. Ziv waren van zeer eigen- aardig karakter wonderlijfke overtredingen, waar\ran' ik vroeger geen voorstellikig had. O, hoe vennoeid werd ik! Hoe wrong ik mij em geeuwde ik en kmikkebolde ik, en hoe vaak werdl ik weer wakker! Hoe fcneep em prifcte ik mij zelf en hoe wneef ik mijn oogen uit. Telkens sttemd ik op om* weer ii gaan zittelnl en stootte Joseph ,aam met de vraag of hij, oodt klaar zou koimcn. Ec was veroordeeld om1 alles tot het einde toe aan te hooren: eindelijk bereikte hij de ,,Eerste van dte Een-en-Zeventigste." Op dat kriitieke oogenblik daalde plotseling een ito- spdratie op mij: neerik werdl gediwolngem om op te rijzen en Jabes Branderham aan te klagan alls den bexirijyer van de zonde, die' geen Christen' mag vergeven. „Mijnheer," riep ik uiit, „ferwijl ik hier zit bto'men deze vier muren, heb ik achtereen- volgems de vier honderd en negentig hoofd- stukken van uw rede verdragen en vergeven. Zeventig maal zeven keer heb ik mijn hoed opgemomen en op het punt gestaan te ver- trekkem zeventig maal zeven keer htebt u mij op dwaze wdjze gedwongen weer te gaan zitten. Dte vier honderd en een en negentigste keer is te voel. Medte-martelaren, valt op hem aan!1 'Sleept hem naar bemeden en veraietigt hem, zoodat de plaats die hem nu kent hem ndmmer meer kent!" „Gij zdjt die MlanP riep Jabes, na een* pleditige stilte, terwijl! hij over zijn kussen lounde. „Zevmtig maal zeven keer vertrokt gij uw gezicbt tot een geeuw zeventig nxaai zeven keer ging ik met mijn ziel te rade Zie, dit is mensichelijke zwakheid; ook dit beschouwimg de oorzaken van tsdilandsv erval bloot legt. Vender deed hij practisch werk. Zooals hy als econoom- politicus to't begin van den oorlog de Duit sche grondsto'fvoorzienikig organiseerde van am eeratend ag af zag hij destijdls, hij alleen, de ontzaglijke moalijkheden, die op dit gebded kondten komen zoo heeft hij na de ineenstorttog van de geschriften: „Die neue Wirtschafr' en ,,Die neue Geaellschaft" de grondslagen van belt toekomstige Duitsch land, een land van arbeid en geestelijke vrij- heid geteekend. De zoon van den grootindustireeel heeft daaibij een wonderbaarlijk juist tozicht aan deb dag gelegd in de problemen van onze eeuw, waarbij hij, zonder zich te begeven to de starre theorieen van het oude socialisme, de moderne oplossing der groote sotiale, pro blemoi op het eerste plan plaatste en met ver vooruitzienden blik een weg aanwees, welke leidt naar't licht en naar de weder- geboorte van den geest. Zoo heeft Rathenau, hoewel zelf leider van groote tadustrieen, ook bet vertrouwen ver- overd van arbeiderskrtogen. Met hen zag de ontwikkelde burgerij in dezen man een gebo- ren politiek en geestelijk leider. Hiji was bo ven,dien een vertegen woordiger van de bes te en fijnztonigste Berlijner cultureele krin- gen. Zijn villa in Griinewald, voor welks tutoingang Mj heden werd vermoord, is een specimen van fijnen smaak. Hij zelf was eigenliik haar architect. Zeldzame en kosfba- re oude meubels, waardevolle schilderijen, kunstwerken vhn allerlei aard, het liefst van oudiBerlijnschen oorspreng, sieren het voomame en behaaglijke toterieur. Er zijn weinig menschen in onze stad, die zoo gees- tig en. belangwekkemd wisten te conversiee- ren. Zijn rijke en veelzijdige ontwikkeltog heeft ook de buitenwereld exkend en weten te waardeeren. Zijn eenvoudige en toch zoo waardige manier van optreden en niet het minst zijn talenkennis maafcten hem speciaal geschikt met de diploma ten van andere lan den over Duitschlands lot te onderhandelen. Hem te vervangen zal ontzaglijk moeilijk, feitelijk onrrTOgelijk zijn. Al deze rijke geestesgaven, al deze op- rechte en onzelfzuchtige toewijding aan 't of zelf concludes trekken. Aangezien wiji de- welzijn van het land, dat hij tonig lief had, litgebluscht. Wie Duitschland meent, moet verlangen, dat de met zijn nu uitgebluscht. Wie het igoed eent, moet verlangen, moordaansJag, waaraan Watler Rathenau ten offer viel, geboet wordt, eu dat Duitsch land to de toekomst beschermd zal wordetf tegen het drijven van verbltode menschen, die ons berooven van onze leiders en het land to't ongeluk storten. Dr. MAX OSBORN. (Ongecorrigeerd). ProTlMciaal Niewws UIT EGMOND AAN ZEE. Men schrijift ons van deslkundige zijide: De hear Schilling heeft de moeite geno men een drie kolommen lang togezonden stuk te schrijven naar aanleiding van onze opmerkingen betreffende den toestand te Egmond aan Zee. Om de lezers alvast in stemming te brengen begint het met eenige regels vol 1 i ef el ij k hed en, die even goed ach- terwege hadden kunnen blijlven, tenzij de hr. Schilling van meening mocht zijn, dat ande ren, in casu de abonne's, niet konden lezen moet vergeven wordteni! De Eerste van de Een en Zeventigste is .gefkomen. Breeders, volvoer aan hem het geschrevem oordeel. Die eer hebben al Zijn heiligen!" Bij dit slotwooxd sndlde de gehede vergade- rtog met opgeheven pelgrimsstaven op mij toe en omrtogdte mij, en daar ik zelf geen wapen had tot verdtedigiing, begon ik met Joseph, mijn naasten en heftigsten aanval- ier, om het zijne te woretelen. Door het sa- menvloeilen' van d'e menigte kruisten verschei- derue fcnuppels elkaar; slagen die op mij ge- miikt waren, vielen op landere scheaels. Wet- dra weerklonk de 'geheele kapel van het si aan an teruigslaande hand' van* iederen man was tegen zijtnl buunnan; en, Branderham, onge- neigdi om werklioos te blijven, gaf iudit aan zijn liver door een reeks van luide slagen op de plamiken v.an den katheder, die zoo luiid klonben, dat ze mij ten slotte tot mijn onuit- sprekelijke verlich'ttoj •En waarom had ze kundigheden wel verondastellen aanwezig te zijn, zullen wij onmiddellijki tot de zaak overgaan. wij hebben goed geteld twaalf opmerkin gen gemakt over den toestand en teen veron- derstelling nopens de manier van voorstd- len daarvan. We schreven: le dat van builengewoon schaolverzuim door broodsgebrek geen sprake kon zijn, om dat de onderwijzers dit anders toch wd eer der zouden ge&ignaleerd hebben. We zoch- ten de verklaring mede in de broodbonnen. 2e. dat een der in de „Alkm. Courant" ver- melde personen 1400 d S 1500 voste uit- keering genoot, 3e. dat to weerwil van allerlei beweringen nog nienumd. een posilief plan voor produc tive werkverschaffing door de gemeenie aan de hand heeft gedaan, 4e. dat onjuiste nidedeelingen In de pers de zaak vertroebelen tot schade der beumg- hebbenden, 5e. dat het doen uitvaren van trawlers met Rijkssteun tnjzondere bezwaren schijnt te hebben, 6e. dat de deurwaarder ook wel ecus ie- mand, die niet betalen kon, met vrede liet, 7e. dat de inning der belastingea ook daar, waar mien wel betalen kan, veel tegen- stand ondervindt, 8e. dat gezond gemeenschctpsgevod in geldzaken niet overai tot volkomen ontwik keltog schijnt gekomen te zijn, 9e. dat he! niet onbillijk geacht wordt, wanneer het Rijk en IJ maiden to die onkosten van Egmond tegemoet komen. Over al deze 9 punten zwijigt de beer S. als een mof. Van lemand, die „ook deskun- dig" is, hadden we 6f tegenspraak, of ande re beschouwing 6f erkenntog verwacht. In plaats daarvan noemt de heer S. ons schrij ven onwaar eni huichelachtig. Dat is zeker korter, maar de zaak whit er niets mee. Ds. Roobol geeft een verklaring: „dat de ze toestand op den duur onhoudbaar is en de gevolgen' ervam zich op* elk terrein ernstig zullen doen gevoelen" eu verzoekt autoritei- ten hiervan kermis te nemen en zoo mogelijk maatregelen tot verbetertog te treffen. Dat schrijven komt to de kraam van den heer S. te pas en krijigt triomphantelijk een plaats to zijn togezonden stuk. Wij schreven: (lOe) het begint werkelijk te nijpen en, het is wenschelijk, dat maatre gelen genomen worden om te voorkomen, dat de toestand tot het uitexste komt. Neen, zegt nu de heer S. En wij zajn na- tuurlijk weer onwaar en huichelachtig. Htet H. B. van den heer S. verzoekt B. en W. ernstig te overwegen of aanleiding be- staat tot aansluittog bij* den Rijikswerkeloos- heidsdienst. Dat vindt de flheex S. prachtig. ,'t Moet ook to zijn stuk. Wii schreven: (lie) Eten bezwaar is wel, dat de gemeente niet aangesloten is bij den Rijkswerkeloosheidsidienst en het zal zaak zijn in die richittog zoo hard mogelijk te wer ken. ©e heer S. klaagt over laksheid van het gemeentebestuur. Wij schreven: (12e) dat het noodig is alle aandacht en activiteit te wijden aan dte mioeielijke taak, waarvoor het thans staat. Maar nieftemto zijn wij onwaar, huichel achtig, etc. Aan de lezers de condusde. deden omtwaken. nu van diit vreeselijke tumult gedroomJdl? Wat had den rol van Ja bes gespeeld bij de vecbipartij? Enkel de tak van een spar, die het latwerk aanraakte als de wind voorbij klaagdle en zijn drege ke- gcls tegen de ruiten deed' ratelen Ik luisterde een1 oogenblik to twijfel: ont- dekte deni rustverstoorder, keerde mij; om en shiimerde en droomde opnieuwzoo moge lijk nog oiniaangenamer don den eersten keer. 'Dit leer herinnerde ik mij! dat ik to het edkeni kabdnet lag, en ik hoorde duidelijk den wtod! stormem en de sneeuw jagen; ik hoor de ook dten stamen en de sneeuw jagenik hoorde ook den sparretak zijn kweliend ge- luiri herhalen, en schreef het aan de rechte oorzaak toe; maar hij1 hinderde mij zoo dat ik besloot hem zoo mogelijk tot zwijgen te bren gen,; en ik diacht dlat ik oprees en het raam trachtte te omtsluiten. De haak was vastge- soldteerd! to de kram; een omstandigheid! die ik had opgemerkt toen ik wakker was, maar vargeten was. „En toch moet ik hem doen ophoudenP mompeldte ik, terwijl ik mijn bnokkels door het raam1 sloeg en een arm uitstrekte om den opgalukkigen tak te grijpen maar to pliaats daarvan1 sloten mijn vingers om de vingere van een kleine, ijskoude hand! De intense benauwdheiid1 van een nachtmer- rie kwam over mij ik trachtte mijn arm te rug te trekken, maar de hand hield hem vast en een allendroevigste stem snikte: „Laat ntij binnen Jaat mij binnen P' „Wie bent u?" vroeg ik, terwijl ik to tus schen worstelde om mij te bevrijden. ,„Cathiartoa Linton", was het huiveremd ge geven antwoord; (waarom dacht ik ,aan Lin ton? Ik had Earashiaw twintig keer gelezeu tegen Linton een keer),Jk ben thuis geko men; ik was verdlwaald to het moeras!" Toen het sprak, onderscheiddte ik vaag het feat van een kind, dat door het venster ©ek. 'Schrik maakte mij wrecd; en toen ik zag dat alle pogingen; om het schepsel af te scnudden nntteloos waren, trek ik zdjn pels tegen de gehroken uit aan en wneef die been en weer tot het bloed naar beneden liep en die beddela'kens doorweekte; en nog bleef het kllagen: „Laat rniji binnen", en zijn handnek- kige greep behoudem, zoodlat ik bijna gek werd' van vrees. ,,Hoe kan! ik dat?" zei ik fen laatste. „Laat mij los, als u verlangt dat ik u tolaat!" 'Dte vingere verslapten*, ik rukte de mijne door de opening, stapelde haastig de boeken to een, pynamide er tegen aan en hield zijn ooren dichf om het droevige geklaag buiten te sluiten. Ik scheen ze langer dan een kwartier didrt te houden, maar op het oogenblik dat ik op nieuw luisterde, hoorde ik het droeve gejam- mter weer! „Pak u weg!" riep ik uit, „ik laat u nooit binnen, ook al smeckt u er twin tig j aar om I" ,,'Het zijn twintig jaar", klaagde de stem; „fwintig jaar. Ik ben twintig* jaar dakloos ge weest!" Daarop vlng buiten een zwak gekrab aan, en de 6tapel boeken bewoog alsof ze naar voren gedtuwd werd. Ik trachtte op te springen, maar kon geen lid bewegen; en gilde het daarom uit, waan- zinnig van schrik.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1922 | | pagina 5