I DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. De Winkelweek. Jf 0/818. Hcmdtard rifr en fodntk^ta Jaarga-ng 1922. Fenilleton. Stormachtige hoogten. Abomiementsprljg bij voorntttietaling per S maanden t 2.—, fr. per post 2.50. Bewljsn. 5 ct. Advertentiopp. 25 ct. p. rogel, ffrootere letters naar plaatsrolmte, Brleven franco N.V. Roek- en Bandelsdr. v.h. Hems. tester Zoon. Voordam C 9, TeL Adminietr. No. 3. Bedactie No 33 W0EN3DAG Otreoteor: 0. JL KUAR.. ItooMyeduciourTJ. N. AOICMA. jg SEPTEMBER De door de aid. Alkmaar van den Iiandel- drijvenden en Industrieeien Midenstand, ter gelegcnhud van de LandbouwteutooasteEin. gearganiseerde wmkelwoek wexti gisteravon, oui 7 uur offickd ten stadhuizc geopend. Da raadszaai was gehoel bezet met belang- stellenden. Nagenoeg alle raadsleden waren aanwezig, Kawiid ook de echigenoote van dtn burgemeester, de gemoente-secretaris, de di- rocteur van gemeenitewarilsen em die van bet marktwezen aanwezig waren. De burgemeester sprak de volgeax-de rede uit: Dames en Heerea, Ik heb reeds meermalen bet vo-orrecht ge- had in deze zaal congressen of vereenigingen of althans verschillende dames en heeren offi- cieel txamens bet O vueeatebestuur te mogen ontvangcu. De ontvangsl van hcdaiavopd ineeft echter een bijzondere bekoring, die hier- in gelegen is, dat Shot nooit is gebeurd1 tot- sluitend Alkmaarders bier te ontvangen. Pit heeft cfcn prettige zijde, omdat daardoor de ontvangst iets h-uiselijker, Lets gencegelijker en eenvoudiger kan zijix. Wij zijn onder eikander en ik hoop dan ook, dat gi| het inij zult willen toestaan bet niet al te ofncieel op te vaibfcen en u, als het ware tbuis zij-nde, eenigszins ge- mioe<Mijk tee te sprcken1. Een andere reden van bekoring in deze ontvangst ligt hierin, dat ik hier sta tegenover een zeer gewichtig deel van de bevolking van Alkmaar. Dit eiseht eenige verduidelijking, die ik u bet beste 3tm geven waxmeer gjj nw gcdachten een oogeu- blifc wilt laten gaan over de samenstel.ing van de bevolking van verscliil-ter.ds doipen, steden en groote stedeo. Er zijn geen twee gemeenten in ons land wier bevolking praties op dezelfde wijze is samengesteld. Om het scherp te later uitkomen, tneen lie eras een paar tegenstellingen te mboten cnemar, S>.v, Bloemeudaal, Baam of lets in dien gieest, waarvan gij mij, zult toegeven, dat betdeel van de bevolking, waarom de gemeente draait, besiaat uit de k%>itaalkrarbif£gen, en daarte- genover Heerten of Kerkerade of inissdiien, hoewel in minders mate, En-sdhed/-, waarvan het betengrijkste en gewichtigste deal van de bevolking de arbeidersbevolkkig i& Nu zijn er natuurlijk tal van nuances aan te geven, maar ik geloof niet, dat het noodig 5s, daarop verder met u door te gaan. U zult thans wel mijn gedacbten begrjjpen, wanneer ik nog eens herhaa-1 dat ik meen, wannerr Ik Let voorrecht heb hier den middenstand te ontvangen, te staan tegenover een zeer ge wichtig deel van de bevolking. Ik wil niet zeggen het gewichtigste deel, orndat vergie- lij'kingen altijd aanvechibaar zijn, docli nie- mand zal mij tegenspreken, wanneer ik zeg te staan tegenover een gewichtig deel van1 de be volking, want juisfc het karaiiterisitielce van de' bevolking van; Alkmaar d'at den vreentdeling het cerate treft, is de itrach% ontwikfelde •m-'dtfenstand. dien jresi Jjfer wot. Wif kecr.rt Ww niet in groote mate be'langrijike indus- trieen met 'n sterke arbeidei^evol'king en man den anderen kamt xnankeert hier ook'f groot- kapitalisme en hienmede toon ik u aan, dat die middenstand alhier bijzonder gewicht in de schaal legt. En als gij dat met mij eens zijt, dan geloof ik, dai het van waarde is, om wat huiseiijk met u te spreken, dai het v'Qar wei- nig tegenspnaak va-tbaar is, dat wij1 Idven' iii heel moeilijke tijden. rlierin veiwacht ik allerminst tegenspraak van u, omdat het mij maar al te goed bekend is, dat juist onder de zwaarst getroffenen van deze malaisetijden zeker de nuddenstanders te rangnrhikfaeu zijn. Ik ben er mij zelfs van bewust, dat't getneen- tebest. er niet altijd in geslaagd is om in die moeilijke tijden den middenstand- te sparer, noewel bij het gemeentebestuur de wil wel heeft voorgezeten voor den- middenstand te doen wat mogelijk is, maar ik moet erkmren, Naar het Engelsch van Emily Bronte, door W. A. C. van Strten. 62) Er werd zelden veel tusschen hen gespro- ken. Linton leerde zijn lessen en bracht zijn avonden- door in een klein vertrek dat ze de spreekkamer noemden: of lag anders den heelen dag in bed, want 'hiji had voortdurend hoest en Sou en de een of andere pijln. «„iEn ik heb nog nooit zoo'n slag individu gczien," zei de vrouw; ,^xoch een die zoo voor zich zelf zorgt- Hij moet met alle geweld weg als ik h et venster een beetje l a at in den a von d open la at. O! het is moordend! een beetje avondlucht. En hij moest midden in den zomer een yuur hebben en Joseph's tabakspijp is vergift; en hij moet altijd zoetigheid en lek- kernijen hebben en altijd inelik; altijd -melk zonder er iets om te geven hoe wiji anderen er in den winter aaij toe zijn. en daar zit hij dan in zijn bontmantel gewikfcld in zijn stoel hij het vuur, met wat geroosterd brood en water of anderen rommel op de haardplaat om van te slurpen, en als H areton hem uit meelij komt aniuseeren Hareton is niet kwaad-, al is hij ruw is het zeker dat ze scheiden terwijl de een vloekt en- de andier schreit. Ik feloof, dat de ineester zich zou verheugen, als arnshaw hem eens goed murw sloeg, als het zijn zoon niet was, en ik weet zeker dat hij in staat zou zijn hem buiten de deur te zetten, als hij maar hall wist hoe hij akfczalf ver- dat ex- in deze gemcentc maatregclen geaot- mcn zijn en moesten worden, die voor ,dm middeustaud op bet oogmblik buitengewooa bezwaarlijk zijn1. Ik denk daarbij. aan die bij;- zouder zware bciastingeu. Het icit, dat ik u dit op dit moment durf bckennen, beteekent, zooals gij, dadelij'k zult begrijpen, dat wiji niet anders konden en moesten doen. De wensch is het zm- zeker geweest, het er niet zoo op te later aankomen, orndat wij oris alien goed bewust zijn, hoe zwaar de middienstand gp- troffen is. Ik mag natuurlijk geen dingen mo- dedeelen, die gehtixu moeten biijven," maar het gemeentebestuur, dat belast is met de. belastingreg-eliug, is het bekend, dat talloozeu van u in de laatste jaren niet alleen niet kunnen spreken van groote winsfcen, maar zelis heeleniaal niet over winst kunxxen spreken-. Wanneer wij dan daaraan tieaken, dan ge loof ik, dat net isezegd mag woftteo, dat de in vele opzichteu ellendiga tijd, dien wij op't oogeablik beleven en die nog a-lienmnst een symptoom vertoont van beterschap, ons alien, zooals wij hier staan, dm plicht oplegt ons met ernst af te vrageu of het wel zoo door kan gaan en ons de vraag te stellen of het niet de hoogste tijd wordt om ieder voor zich in zijn particuliere leven, zoowel als in. zijn za- kenloven en in zijn vereenigingsleven- en ook natuurlijk in de overheid te doen wat mogelijk is cn besli'st noodzakelsjk om te kesnen tot een belangrijke vereenvoudiging. Als ik dit zoo zeg, dan Minikt dit zoo ge- makkelijk, maar wij weten heel goed welke be- zwaxen er aan verboadan zijn. Ik gevoel wel deg-elijk wat bet zeggen wil te mocten: denken aan i ekrmipen. Ik gevoel v/at het zeggen wil vooi- je zelf niet meer te kuxmen doen wat je tot dusverre gewoon was en ik gevoel wat het zeggeu wil, gedwongen te zou maatregeien ie nemen tegenover anderen, die men gaarne had nagelatcn. foch meci ik dit tc mooter zeggen, omdat ik z:e aanikomcn^ dat wij die richiing uit moeten. Meer dan Kxmand anders zult gij het gevoden, mudat juisfc op a de lasten zoo dikwijis neerkomen. Gij begrij,pt wd aan- stonds, dat, als ik dit hier heb willen zeggen, het niet is omdat ik wil, dat gij het hooid moet latea hangea, dat .het niet gesehiedt om op de feestdagen, die gij op het punt staat in te luiden, den domper te zetten. Ik roep dit alles even, naar vorec., omdat ik geloof, dat het zaak is het bev.mst te' zijn en het sainen uit te spreken wat wij kunnen en moeten doen om aan de mal»:; zooveei ia ons vermogea ligt het Iioofd to .n. Naar miju bfseheiden meening zijn daar- voor twee dtogun noodig. Het eejrste is iets wat oas meer personlijk aangaat, n.l. in zijn karakter het optiuiisiue bewaren en hat tweede zou cii-t zijn, dat ik u alien zou wailfan ppnoe- pen met ons te oatwikkden, de uiterste ener- gie, want aliteen arbeiid1 ran oas redden:. Qpti- niisme is in de alJereersie plants, juist in deze tijden van mr.Ivse en inoeilijkhed.m, waaxin tailors -e'en ;M hoofd laten h^'gicn, aoodig, omdat wij aiiea uacatea- moeten ue zijn am» sdien, die geloof houdea in de toekoxnst, om dat wij wetcn, dat, hoe zwaar die regenbui zijn iasten over ons uitstort, de zon tocn weer een koer zal moeten doorbreken. De pessiniiist, spr. n;as dit era®, te tom-and, die voor zich ztlve m voor ,?risterm fcjet ievea .vergalt, zonder iets te berates, Optimist is dcgeneii, die zoowd voor zichzelf als voor zijn omgeving dm- weg wijst om uit de raoei- lijkheden te komexx. Wehiu, laten wij vooral ons zelf dwingen, niettegenstaaade de omstandiglfeden geaeigd zijn oas neer te drukken, het hoofd lioog te houden cn optimistisch naar voren komen, verfcrouwend, diaxfc de zon we® weer zal door breken, maar daarnaast moeten wij organi- seeren- en arbeiden. G-ij: -zult van mij: una men, waaueer gij in da couran-ten: van mij leest er -is nog ai- eens aanteiding diaifc ik od't tapdjt troetelt. iMaar hij, wil zich niet in het gevaar der verzoeking begeven, hij komt nooit die spreekkaraer binned, en als Linton zuike ma- nieren in huis toon-t, waar hij- bij is, zend hij. hem dadelijk naar boven. JBo giste uit dit verslag dat volkomen gan-is aan sympath'-e den jongen Hea-thcliff zelf- zuchtig en onaangenaam gemaakt had, als hij zuilks al niet van nature wasen mijn be- langstelling in, hem verminderde dientenge- volge: hoewel ik nog steeds met een gevoel van deernis over zijn lot bewagen werd, en met een verlangen dat hij- bij ons gelaitien rnocht zijn. Mr. -Edgar moedigde mij- aan om berichten in te winnen hij: daclit veel over hem, geloof ik, en zou eenig gevaar geloopen hdbben om hem te ziqn en, hiji zei miji eens, dat ik de huis- houdster moest vragen, o-f hij ooit in -het doxp kwam. Ze zei, dat -hiji maar twee keer geweest was, te paard, toe hij: zijn vader vergezelde, en, bei- de keeren bewecrde hij, dat hij h-eelemaal doodop was voor drie of vier dagen. De hudsh-oudster ging, als ik mij goed her- inner, twee jaar nadat hij kwam, neen; en een ander die ik niei.ikende' was haar opvolg- ster; ze woon-t daar nog altijd. De tijd1 -ging op die Grange op zijn vroegere aangen-am-e wijze voort, tot Miiss Cathy den leeftijd van: 16 jaar bcreikte. Op dien v-erjaar- dag van haar geboorte toonden wij nooit eeni ge teeken-en van vxeugde, omdat het ook de verjaardag was van den dood van mijn vroe gere meesteres. 'Hlaar vader bracht dien dag altijld onveranderlijk in de bibliothcek door, eni waudelde tqgien die echeoxering tot heel ko-m^ die coux-auien geven mijn wxiorden nog-ail eens weer of woorden van anderen over mij daifc ik beboor tot de xnenschen die. Gods wntea" xuaax- over Gods akker laten loepea en dat ik een boel heb aagelaten en dit of diai niet heb gedaan. Ik wou, dat ik u op dit moment kon uvertuigen, al ontbreejet er nog zeer veel, dat ik niets liever zou willexi, om- even een bethd te ontloenen aan de paaidea waarm-ede ik in mijn jonge jaren heb omgegaan, dan de zweep over alien te h-alen om tot werken en aanpakkeu te pxikkeien, want waarachtig, bet is inij ernst om er all-es uit te halen. Omge- keerdi mag men het mij, doen. Doe hat zooveei gij- wilt, daar ben ik niet bang voor. Ik weet, dat ik het noodig heb. Wij, hebben alien de n-eiging om in te dutten en wij: moeten redden wat te redden is. Daarom: pak aan, zoolang het dag is. Wij moeten eikander tot arbeict aanzetten en doen wat de hand vindt te doen. Het wrtieugt mij juist daarom, mo u van- avond hier te zien. Datgene wat ik gezegd heb, dat i'k wenschte; zie ik aan uw daden. Deze winkelweek is ongctvvijfeld een daad1 Gij hebt aangepakt en kosten getnaakL Gij, die ik ach-t te zijn een gewiclitig deel van Alk- maai's bevolking, hebt getoondi durf te bezit- ten. Ga daannede voort. Ik verheug mij er namens -het gemeentebe stuur bijzonder in, dat gij de winkelweek hebt tot stand gebracht en ik hoop, dat deze in alle opzichten mag slagen. Ik eindig met beide middenstandsvereenigin-gen mijn dank en hulde te brengen en ik hoop, dat uw vereeni gingen, tot in lengte van dagen xnogea groeien bloeien. (Applaus). De heer Keijsper, voorzitter van sDe Han- ze", sprak hierna als volgt: Mijnheer de BurgemeSter, 'Edellachilhaxei dames en heeren, geachte aanwezig-en. Aangewezen door de besturen van- beide middenstandsvereenigingeti hier ter stede, om hier hedenavond een eitkei woord te spre ken-, verheugt het mij zoo, mijiihear de -Burge meester, dat in die besturen de laatste maan- d-en zich een streven beeft on-iwikkeldl naar flaamh-oorigheid, dat alle redfen tot vneugde geef-t. Ik durf hier constatoaxn, dat de saxnen- wetking gedurenae de laatste niaandea van beide middenstands-organisaties hier buitea- gewoon is. Het verheugt ons ook, m-ijinheer de Burgemeester, dat wij bij ons pogen om iets voor den middenstand tot stand te bren gen, zooveei belangsteliling en medewcrking hebben ondcrvon-dcn- en dat niet alleen van de zijde van den middenstand. Tal van andere organisaties en personen, die nu juist niet tot den middenstand mo-gen gerekend worden, verlccnden ons hun medewerking. Ik heb meermalen het genoegen gehad, om in deze vergaderzaal tegenwoordig te zijn, wanneer u andere organisaties officieel ontvin-g, maar ;k heb nog nooit zoo'n opkoinst gezien, zoo'n lielangsteFling van de zijde van -de dimes en heeren van- dezw Rcpd. Ik zeg tern daarvoor nanicns onze organisaties oprecixt clank, la tie eerste pGaais, atijnhm de B-uigemsester, maw ik een wor>rd van dauk te moeten richien tot het gemeentebestuur van Alkmaar, dat ons ai- les toezegde wat wij, n-oodig hadden om, onze wiaikeilweek en onzen optodit te dloen slagen. Ik meen oo-k een woord van dank te moeten Jtoggen tot de afdeding Alkmaar van de Hol- !,indsch& Maatechappit van Landixxiw cn haar feestcommisie, die ons steeds terzijde heeft gestaan, ja zelfs de rniiddenstandsbewe- ging beschouwd heeft als een onderdeel van de landbouwfeesten, die wij! mogen ga-an be- ginnen.-Zij tech namdn onze 'midden- standsactie op in het feestprograiiuna en- !e- verde voo-r onzen optodhf de m-uziek gratis. O-ok de pers, mijnheer d.e Burgemeester, past een woord1 van diank. Zij: stelde haar ko- lommen open voor. all beigeen wij maar noo dig achtten dat daarin bekendtueid moest wor den- gegeven. Maar, mijnheer de Burgemees ter, ik zou onvolledig zijn, wanneer ik niet naar't kerkhof van Gimmerton, waar hij zijn verblijf vaak rekte tot midderaacht. Daarom was Catharina voor vennaak op haar eigen 'hulpbronnen aangewezen. Die twimtigste Miaart was een mooie lento- dag en toen- haar vader zich tcrug getrokken had, kwam oiijn jonge meesteres beneden, ge- kleed. om- uit te gaan, en zei dat zij- graag met mij een wandeling wou maken lang/den rand van de faei. Mr. Linton had haar verl-of ge geven-, als we niet te ver gingen en binnen een uur iterug waren. „!Hiaast je dus, Ellen!" riep ze. „Ik weet waar ik naar toe wil waar een kolonie kor- hoenders zich gen-esteld heeft; ik verlang te zien-, of ze hun nest al hebben gem-aakt.'1 ,,IDat xnoet een heel eind ver zijn," an-t- woordde ik,^ze broeden niet o,p den rand van de hei." gNleen, dat is het niet," zei ze. „Ilk ben er met papa heel dicht -bij geweest." 'Ik zette xnijn- muts op en ging de deur uit, zonder verder over de zaak te denial. Z-ij- sprong voor mij uit en1 keerde naar mij tenxg en was weer weg als een- jonge hazewindi en eerst vond ik xnnmschoots mijn vennaak door te luisteren naar de leeuwexikken die ver en dichtbij zongen, eni door te genieten van den koesterenden wa-rmen1 zo-nneschijn, en' met tear, mijn beveling en- mijn vreugde, gadc te slaan, met haar gouden1 krullen die fas achter haar vlogen, en haar -heldere wangeix die zoo zacht en zuiver bl-oesemden als een wilde roos, en haar oogen, die straalden- van onbewolki geluk. Zij: was in die dagen 'a geluikkig schep- sei en een engel. Met is jammer dat aa niet tewradon Icon zijn. een bijzonder woord van dank sprak tot u. Het was in onze gecombineerde bestuurs- vergadexing-en, in deze tijden van- malaise, waarin de middenstand heiaas nog leeft, wel een daodl om ite -trachteu dien middenstand in beweging te krijgen. Die middenstand toch - u heeft het daar straks reeds gezegd -ver toont eenige neiging om onder den invlood van de iijasomstaadighedeai bier en daar wat in tc dommelen en het was een daad om ie trachten daarin wat leven te brengen. Wij twijfelden geen oogenblik, dat, wanneer wij zouden komen tot het gemeen-tebestuur, dit ons zou toestaan al fietgeen wij noodig had den, maar toen ter sprake kwam om aan1 deze winkelweek en officieel karakter te geven en het idee naar voren -kwam om voor onzen xnM- denstandswagen te spanaen den burgemeester van Alkmaar (gelacli), durfde niomand van ons voorspcllen hoe dat zou afloopeni. Wij durfd'Xri slechis hopen, maar toen ik met den voorzitter van de Alkmaarache vcreeniging voor den handeld'rijVendcn en industrieeien middenstand, den heer Trijbetz, bij u kwam en- u terstond de tcezegging deedt de winkel week op het stadhuis te willen openen en dlaaxbij! de verzekering gal daif in allle op zichten, niet ailileen- in het gemeentebestuur, maar ook als persoon zoudt medewerken aan het welslagen van de winkelweek, toen achtten wij ons succes verzekeid ea ik geef u, mijn heer de Burgemeester, de verzekering, dat die houd in-g van u door den geheelen nuddtn- stand van Alkmaar op zeer hoogen prijs wordt gesteld. Applaus). U heeft, mijnheer de Burgxaneiestei', dm mid-dmstand vanavo-xxdl als het v-,are inoed ingesproken en als wij eens te- rug den-ken aan hetgeen er alzoo in de laatste jaren ten opzichte van d-en middenstand werd gezegd, dan zijn die klanken van vanavond aan-genamer en anders. U weet wel-licht beter dan wij, wat er in de laatste jaren den midden stand naar het hoofd is gesjingerd. En on- Tx-iddellijk wil ik toegeven, dat er oader ons waren, die niet hebben gehandeld, zooals voor het algemeen bciang bcvorderlijk was. Maar de gidheele midideusSanid; mijnheer de Burgemoecter, i'k twijfed er niet aan, of u is daaxvan overtixigd, had daaraan geen schuld. Wij leven heiaas nog in zware tijden, maar wij zulien die doorkomen. Daarop rekenen wij vast, omdat wij alien de overtuiging hebben, dat in het teeken van ons maatsck-appelijk streven, dat in onze kiidige maatschappij- nog wel degehjk past de schakel van- den- midden stand. Mijnheer de Burgemeester, ik veronderstel, dat onze middenstanders uitermate hun best hebben zulien gedaan om goed voor den dag te komen en hun zaken een- aanzien te dioen geven, die niets zal' lijkea -op hoi beeldi van den zieken man, aan het bed gekluis-terd, met het vooruitzicht, dat hij in afzienbaren tijd van dit aardrijk zal moeten verdwijnen. Neen, mijnh-eer de urgemeester, ik stel mij- voor, dat het moor het beefcj is van dan zieken jongeJing, waaraan te zien ia dat hij binnen: afzienbaren tijd: de JdLuistexs van bet ziekbod zaJl veitre- ken, om -krachtiger d!an raisschien ooit tevo- ren voor dien dag te koonien. Mijnheer de Burgemeester, en alio aanwe- zigen, ic verzoek u met ons hedenavood: een bezoek te brengen aan onze middenstanders. die hun zaken hebben versierd en iets extra's brengen, om daardoor zooveei mogelijk succes biji te brengen, ook voor de as. Landbouw- week. Ik heb de overtuiging, dat u alien den mdruk zult krijgen, dat de middenstand van Alkmaar niet zoo klein is als -wel eens is verondereteld. Integendeet her. ik ovenliuigd, dat u wel den indruk zult krijgen, dat de mid- aenstand Van Alkmaar datgene kan bieden aan zijn medeburgers en aan de bewoners van de omgeving van Alkmaar, wat men noemt: Voor elk wat wills. (Applaus). Het woord was hierop aan den heer L. Trijbetz, voorzitter van de afd. Alkmaar van den Handeldrijvenden in Jndustrieelen Mid denstand. Spr. zeide het volgende: Dames en heeren, ik zou kort kunnen zijn, ja zelfs kunn-en zwijgen, na de gloedvolle redo van deu Burgemeester cn den voorzittejj van „de Hanze". Maar als voorzitter vaa da Alkmaarache Mtoidmistandsvereenigkiigf wenscli ik eeni klein woordle te zeggen- en ik hoop, dat dlit den dames cu -heenen even welge- vaJlig zal zijn als het gesprokene van mijn beide voorgangers. Ik onderschrijf ten voile, dat de samenwerking in den laatsten- tijd tus schen de beide Middenstandsvereenigingen van dien aard was, dat zij niet alleen hartelijk genoemd kan worden, maar zelfs alles over- trof. Vroeger heb ik tneermalen vergaderin- gen meegemaakt van de Alkmaarsclie Midden- standBorganisaties, xnaar dezen keer -werd1 alike samenwerking van vroeger overtroffen. Ik hoop, xnjjtuhecr da Burgemeester, dat het u ge geven moge zijn, nog jaren in daze stad tot hell van de burgerij werkzaam te zijn en- tot hedil van detu Middenstand in hot bijzonder. Ook ik, dames en heeren, verzoek u thans, evenals de voorzitter van „de Hanze" dit deed, de winkels te gaan bekijken en- ik hoop, dat u het met ons eens- zult zijn, dat de winko- liters hum best bebbeax gedaan. (Applaus). Op uitnoodiging van den Burgemeester werd hierop de avond met een klein en dronk bezegeld. Hierop speeld-e het muziekkorps ,Bt Caect- lia". Duizend-en hadden zich- langs de stra- -ten opgcsteM en voora-fgegaan door twee poorters te paard' en onder de op-gowekte to- nen van een muzie'kkorps namen hierna de ge- noodligden de keurige win-ketetalages van Alk maar, diait door de massa eleofcrisdien stroomi, die verbruikt werd, veel had van een licht- stad, in oogienschouw. Alkmaar staat mderdaad in het teeken van de winkdweek. De strateni bad-en1 des avonds sc. een: zee van lich't uit duizenden veelkleur'ige eleo- trische lampjes en daarin prijken tal van uiterst sruaakvoile etal-ages, de eeni al aan- trekik-elijker dan de and-er en- alien getuigend van de groote zorg waarmede de winkeleige- naar ze bij deze gciegeniheid voor het publi-ak ter bezichtiging gesteld heeft. W ij- hebben op onze wandeling door cEe stad hier en1 daar em ikijkje genomen, wij hebben weer gelegenheid geh-ad ons te ver- wonderen over het zeer groote .aanial win- -kels -en magazijnexii waarop onze stad met recht trotsch kan zijn- en geconstateerd dat juist gebeurtenissen als deze winkelweek ieder Altaaarder er van: dbordiringen inoetcn dat de handddrijvende middenstand de kurk is waarop de geheele gemeente tea1 slotte drijft. ann-eeh wij hier onder enkele eta-la-ges ,,WeL," zei ik, „waar zijn uw fcorhoenders, Miss Cathy? We moesten er nu zijn; de om- heining van het Genge park is nu een- heel eind weg." nog wat verder nog maar een- beet je verder, Ellen, was voortdurend haar -ant- w-oord. ,,-Klim naar di-en heuvel, sleek dien zandbank over en in- den1 tijd dat je den ande ren leant bereikt zal ik de vogels hebben op- gej-aagd." Maar er waren zoo vele heuvels en ban- ken te beklimmen en- over te gaan-, dat ik ten- slotte moe begon te worden, en haar zei dat we halt moesten- houden en- op onze schreden terugkeeren. 'Ik riep haar, daar ze mij! een- heel eind voorbij geloopen was; of ze hoorde mij niet of ze stoorde zich niet aan miji, wan t ze sp-rong nog steeds voort en ilf was gedwon- gen- te volgen. Ten slotte dook ze in- een holfe en- voor ik haar weer in- het -gezicht kreeg, was ze twee miji d'ichter bij Wuthering Eteigths dan- bij haar eigen huis en ik zag een -tweetal personen die haar -tegenhielden en ik was er van overtuigd dat Mir. Hieathcliff er een van nj-tt. Wa aoem-en die in -het bijzonder ooze aandacht getrokken, hebben, dan T'jtt w.'j m-ertu^dt daarbij! verre van volledlg te zijn gew-eest. Er zul-icrt ■waarschijl-iD-k -vin-jcels zijn <Bq wij1 over het hoofd zageh, er zujl-enl mogelijk ook winkeliers zijn die na lezin-g van het our derstaande van meening zijn, dat wij juist over hun etal-ages - ieder .vindt in den; regel- het door hem gepresteerde het meest opmer- kenswaardige wel eens wat meer hadden kunnen echrijvan1. Laten! za'ji alien: bedenken, dat evenltueele verzuim-en niet opzettelijik gesch'ied- zijn. Met is nu eemnaal niet mogelijk all-es uit- voerig te beschrijvenj en wanneer wij: 'hieron- der een- zoo ruim mogelijk overzieh-t van ver schillende eta 1 ages geven, d-an is dit sleehts een korte beschrij-viing van: wat ons op onzen uiteraard viuchtiigca rondgang in het bijzon der getroffen heeft. In den schoenhandel1 van den heer Van Dijk nxaakt een praicht van ean levensgiwten Indiaan reclame voor het bekende merk mocasBinst-sohoenieni. De f-irma Hildering heeft een prachtsor- was. Cathy was op heeterdaad- betrapt dat ze de nesfen van de koihoenders leeghaa-lde, ten xninste ze opjoeg. IDe (Heights was land van1 Heathdiff en hij maafcte de stroopster een standj je. „lb heb er geen- gepakt, n-och er een- gevon- den," zd ze, toen ik naar ze toezwoegde, ter wijl1 ze haar handen uilsp-rddde tot staving van- (je beweriixg. „Ik had- de bedoeling niet ze te vangexi; maar pap vertelde inij: dat «r feier groote hoeveelhfldta wu«x, m ik lan-gde de eieren1 te zien." Heathdiff -keek naar mij: met een boosaar- digen glimlach, die zijn bekendhejd met het gezelsehap en- bijgevolg ziin kwaadwi-llighdd uitd-rukiie, en woeg wie „papa" was. „Mr. Linton van Thushecross -Grange," an-twoordde zij. „I3c diacht al, dat tt mij niet kende, anders zou u niet -op die manier gespnoken hebben." „U denkt dus, d-at papa hocg- geacht en geresp-ecteerd wordt?" zei hij sarcastisch. „En wie bent u?" vroeg Catharina, terwijl ze den- spreker nieuwsgierig aanstaarde. „Dien man- heb ik vroege gezien. Is hij uw zoon Zij! wees op Hareton, de -andere persoon, die door" die toevoeging van twee jaar bij, zijn leeftijd xu'ets anders dan- meerdere difcte en krachit -gewonnen had; hij scheen even- ruw en lomp als ooit. „iMiiss Cathy," viel 5k in de rede, „fcet zal welda drie uur rijn in plaats van een- dat we uit zifn. We moeten werkelijk terug." „'Neen, die man- is mijn zoon niet," ant- woorde iHeathcliff, terwij'l hij mij op zij duw- de. „Maar ik heb er een, en u hebt hem ook vroeger gezien; en1 -hoewel nw verzorgster zoohi 'h-aast heeft, denk ik dat zoowel u als zij gebaat zou zijn bij die rust. Wil u m-aar dit stukje jh-ei afslaan ea mijn huis binnen gaan? U zult door die rust vroeger thuis komen; en u zult vriendelifk ontvangen worden." Ik fluisterde Caiharina toe, dat zij in -geen yeval het v-ooratel moest inwilligener wat km aaa. VorU vwvalgd. CODKAHT MBWUMmumilH

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1922 | | pagina 5