Alkmaarsche Gourant
Zevengesternte.
Undepiaaties van eon Parisienna.
De geheime kandeilj te Bergen.
Honderd VTer en Twlntlgste Jaargang.
Wo en s dag ^November.
Rechtszaken
Fenilletos.
Be. 864.
mi.
Parijs, eind Oct.
iWwt Bcrutfen we graoegelijk kunmera bab»
Beleni over „las mode du jour", pis we samen
zooala vroeger, bij het haardje zaten in mijn
petit salon, jiji op een kussen voor yuur,
jjrilkens eea nieuw blok opstapelend, alleen
pi^ar omdat je idie lange stukken bout, pre-
pies passendi op d© chenets d© twee haard-
ijzers op pootjes zoo grappig vond, en ik
gedoken in een diepe bergere naar jouw jon-
femeisjesverhalen fuisterend. Nu zit Minn op
et haardlkusseni met een boek, rij mag niet
babbelen, want baar moeder zit nu met in
de bergere, maar aan baar schrijftafel en
verridit die gewichtige taak, een Hollandsche
Jeune femnie" yoor tie lichten in de keuze
van baar winter-middag-garderobe, van die
jurkjes dus, waarin we je nu op dezen mid-
dag zoo graag bij1 ons zouden zien. Je Iklcine
jaaje van karacul, astrakan, gazelle, breit-
schwantz, taupe, loutre, bever of geschoren
lam (modebont, dat op gewerkte stof lijkt)
E5ou op 'n stoel Iiggen en je zou een „petite
robe aanhebben van een dunne wollen stof:
drapella, crfepella, kasha, metl lange nauwe
mouwen, dwars of vierkant decolete, of met
een col claudime. Je zou zoo'n jurkje dragen,
omdat je buiselijk biji me was, maar voor een
„five o'clock" zou je een gekleeder japonnetje
aandoen, bijv. van crepe de chine, met vo
lants over de banden vallend; .of van fluweel,
model „chemise", geborduurd met laaaltjes
ton sur ton of met staal, de rok zou misschim
tai fclokvorm geknlpt zijn. Nog weer geklee
der rijo de gedrapeerde japonnen, meestal
asymmetrisGh, de eene kant dus absoluut ver-
schillmd van den anderen. Een gesp of groo-
te platte broche vormt het eenige garnituur.
bevestigt het drape en diienf als uiitgangspunt
van alle plooien. Bij deze gegameerde of ge
drapeerde toiletten passen lange of dne-
(kwartlange mantels van bont of van; een' dik-
be wollen stof: matelasse, boucle of van flu
weel. Breede bontreepen of een groote shawl-
braag vormen de garneering en soms zijn die
mantels heelemaal bedekt met soutache of zij-
den vetertjes in „vermicelli-dessin". Alleen
deze mantels hebben heel wijde mouwen,
soms met een paar bontrepm om bet onder-
ste deel („manchemanchonM.)
Welko kleurem dezen winter's middags ge-
dragen zullen worden? Ledier,-, bout- en bont-
tinten, dius bruin, grijs, blond, maar ook nog
zwart; hoe de couturiers ook deze laatste
kleur bestrijden, de /middagrobe van soepel
ewari satijn of zwarte crepe zal gedistm-
gueerd blijVeni en bovenal practisch, bijlv. een
ewart satijnen japonnetje met blousend lijfje,
rond decolete, nauwe lange mouwen, niet te
wijde klokrok, kralen mntuurtje.
Jeugdig en buiselijk is't jurkje, dat Mimm
aanl heeft, het is van zwart fcashalaken*t
lijfje, blousemodel, heeft- een vol „Claudine^
0. i. een rondo omgeslagen kraag, de mou
wen zijn heel ruimi van onderen en gerimpeld
een klein manchetie van gekleurdi galon;
yan dat galon zijln ook itwee banden finder om
Be tnouw, bet dasje en de verticale opening
yan de zalkken opzij in Be rok. Vo6r de zak-
ken is tusschen vdor- en bijbanen een drieboe-
jdge baan (klink) imgezet, met de punt naar
boven, naar onderen dus ruim uitvallend.
Precies op de zak valt een split in bet man-
teltje, dart) biji bet jurikije komt. Dat split, de
pnderrund van jasje en miouwen, de opstaan-
Be kraag zijta geboord1 met galon, ceintuur-
tje van' galon, bovendien loop onderfangs
manteltje en' mouwen, naar boven't galon,
pen breede band taupe; biervan is ook de
kraag en de rand van het hoedje, dat een Rust
sisch toquemodel heeft; de opstaande rand
loopt op naar midden voor v
Een ander zwant jurkje zag ik van- crepe
SMajunga, korte mouwen, een 6tufc of twintig
fimalle, dwarse plooitjes boven en onder het
middel, alleen in het voorpand van het lijfje
en in de losso voohbaan van de rok. Groote
ikraag als een los rugpandl vallend tot de
ceiniure, die van breed zwart lint was met
korte einden en lussen. Kierbij werd gedra-
gen een fluweelen jakje, afgezet met smaMe
bontrandjes, ook langs de splitjes opzij;
waardoor op straat de ceinture van de japon
an da viopipand&n van 1 manteWJe wenJ gw-
bonden, da strife ook weer opzi), da rug van
'i jasje viel los neer. Alle met bont geboorde
randen hadden ronde hoeken. Toque van
zwant fluweel, 'i opstaande faadje, van bo
ven geboord met bont.
Paquin crederde een gedlstte'gueerde gra-
cleuse tailleur van beige „velours de laine
martete", dat,is een wollen stof, waarin
een niet te geproronceerd patroon geha-
merd sdiijnt. rlei lange jaquet heeft een lan
ge, taimelijk aansluitenda taille, hieraan em
klokschoot. Da mouwen zijn nauw; een reep
gazella-bont loopt langs de sluiting mldder>.-
voor, bovemlamgs de boord, onder langs da
mouwen. De rok hierbij is van dezelfdie stof,
met een blouse van beige crepe georgette,
met tamelijk wijd decollete, afgezet met
smalle biais van crSpe, mouwen om de pols
in een lange nauwe manehet aamengeno-
men.
't Spreekt vanzelf, dat die kostbare stoffen
door eenvoudiger vervangen kunnen worden
en de bontjassen door manteltjes van een
ruige wollen stof of fluweel, Maar kiet zoo
weinig mogelijk valsch bont en zeker geen
stoffen, die bont imiteeren. Neem liever een
smalle reep of klein kraagje echt bont, dan
een namaak-vos of stola, vooral wanneer je
in Parijs komt dezen wmtar, iwat ik stellig
hoop, dat j« zult doea. CDLINE.
Zoo a is wiji gisterien reeds met een enkel
woord1 venneiclden, dliende gistermiddag voor
de ArrondissementsrecnuoanK de zaak tegen
de heenen Edelaar te Heamstede en Van iter
Wal te Amsterdam, die beschuldiigd werden,
in d'e iKenstal aan die iBreelaan te Bergen er
een geheime br-andexij, op na te beibben ge-
boueea, welke hramderiji 9' Jan. ji. door com-
miezen eni politre, na een nival, in beslag
werd genomen'.
Ja deze zaak werden een 12-tal getuigea
gehoordi.
Voor bet Rijk, als benadteelde, trad's lands
advocaat Mr. Asscher, een bejaaride, scherp-
zinnige jurist op, terwiji dieze als verdediger
van beklaagd'e Edelaar de 14 strafzaken zeer
bekendo en bekwame Mr, J, de Vrieze teg'eni-
over zich vond.
De behandeling van Be zaak, die om 2 uur
aanving, vorderde 4)4 uur en werd toen tot
2iS November geschorst, omdat Mr. Asscher
er. ondanks vergeefsahe pogingeni van Mr. de
Vrieze, op stond, dat een niet opgekomeni ge-
iiuige, leverancier van den distilleerketel, web
ce getuige door passenmoeilijkbeden niet
tit Duitischiand had kunnenj -komen, nog ge
boord werd.
De president van de -Rechthank, Mr, Leu
dleboer, onderwierp de beklaagden aan' een
wee uur langi dnrend kruisverboor, wat Mr.
Je Vrieze aanleiding gaf tot dq verklaring
dat hijl daartegen protesteerde, omdat z. i. de
president met bet stellen van zijn vragien te
suggestief was. iDe verdediger merkte daarbij
op, dat, als het zoo ging bij) den) recbtler van
instructie bij; well kon begrijpen dat door af-
matuing van getuigen en beklaagden, er ge-
wiide verklaringen in die prooessen-verbaal
cwarnen.
Mr. Asscher vond nog aanMding, na een
opmerking van Mir. de Vrieze, dat hijl van
getuigea-comimiezen verklaringen' vroeg, diea
zij ai vier maal1 hadden gegeven te
verklaren, dat (biji zijn vragen slecbts objec-
tief stelde, doch dat het voor hem van het
hoogste belang was, te wetea, of beklaagde
Edelaar had enkend, bij de gistiMg te ttebben
geholpen.
iMr. Ledeboer deelde later mode, dat een
conlfrontatie van beide beklaagden biji den
reehter-eoinmissaris niet mogelijk was gc-
weest, waarom het voor htem noodig was geu
weest, beklaagden tegenover elkander uit te
'ispelen, om ieders aandeel in de zaak .te we-
ten te komen, Van suggereeren was bij hem
geen sprake. Biji hem ging het sleohts om de
waarheiid en z. i. moeat de verdediger het met
hem eens zijn, dat het vxeemd was, dat be
klaagde 'Edelaar, die te Amsterdam voor
eenzelidd feit tot een maandi gevangenisstrai
was veroordeeld, kort na die veroordeeling
weer voor eenzelfde feit tereeht stond.
Mr. De Vrieze wilde de goede bedoelin^
van den president wel aanniemen; ook wilde
biji niet ontkennen, dat er scbaduwzijden zijn,
maar toch had hij. nooit beleefd, dat eeni pre
sident eeni beklaagde zes maal een verklaring
in een andere beteekenis toevoOgde.
Toen. .Mir. De Vrieze later aan de getuige
Roman door .Margaretha Bohmf.
Naar het Duitsch door C. M. de W,
(Geautoriaeerde vertaling),
4)
Nu en dan hield de muziek een; miinuut of
Vijf op, dian wandelde zaji.met de andere pa-
ren achter alkaar op em neer en lette er niet
pp dat de andere moisjes van cavalier verwis-
selden. Bij' Be eersta pauze keek zij! nog wat
•verlegen rond, maar niemand scheen op haar
te letten. Als zij tijd gehad had de tuidtruk-
king der gezichten te bestudeeren, zou zij in
de blikkeu die op haar gevestigd werden
eelfs lets vriendelijks opgemerkt hebben, een
niet uitgesproken welwillendheid. Het was ot
ze dach'icn„Kij'k, hoe aardig Maria Braun-
berg er vandaag uit ziet!" Of: „Wel, wel, is
die kleine Braunberg ook eens afgedaalc
van haar hoogmoedig voetstuk fen een jong
meisje geworden Wat staat haar dan goedi!
En wat een knap paar, die twee!" En de
Vrouw van1 den vischkoopman Preil zei tot de
slagersvrouw Warbel: „Ik heb die meisjes
Braunberg nooit uit elkaar gefcend. Maar nu
Be ik dat Maria -er toch heal amdens uitziet
dan Fientje..."
Na de vijfda dams eieJ de houtvester: „Nu
moet u toch eens even i p adem komen, jui-
frouW Braunberg, Anders krijig ik het me
uw moeder aan den stok. Vindit U het goec
als wiji diem kant een eimd'je opwandfelen?"
Zij knikte toestemmeed en lifefi rich gewillig
door haar cavalier meevoeiten over de weide
naar een smal paadje, kronfce1end door 't
bosch. Overal liepen mieoschen. Er was ner-
gens een rustig pliekje. 'Mlaar een einrije ver-
der het bosch ih, nauwelijks twinrtig schre-
dien van den weg, vonden zij een nog onbe*
setts hank hi' hosohje van beam so damae-
gMiaa.
fjfeoi, grosriac ta gRfiBfifteaK! te ffasoflatn,
de vraag steltfe, of hijl, afgesch'eideni van de
omstamdi'giheden, kon verklaren, zeker te rijn,
dat de beklaagde Edelaar de man was, die
onder deni n a am Van Doom den eerstem keer
bij hern in den; donkeren winkeli was geweest,
om hem gedistilleerd, v^r onder de markit-
prifs aan te bieden; welke vraag deze geteige
met een onherroepelijfe „ja" beantwoordae,
ten zij er eeni dubbelganger is, merkte Mr.
Ledeboer hanidig op dat de verdediger mocst
erkemnen, dat ook die president den vuidediir
ger in de getegenheid stelde, sen suggestteve
vraag te stellen.
Mr. !D« Vrieze beantwooriddB tfeza opmer-
kimg dadelijk, met te zeggen, dat hijl geen
siuggestieve, maar hoogstens een gewaagde
vraag had gesteld.
IDe zaak bleek overigens z66 dulster, dat d'e
verdediger op een vraag van'deni president,
na het noorert van een; getuige, of hijl dezen
getuigehog iets had te vragen, antwoordde:
„Ik zal het maar laten, want we komeni er
toch niet achter.
Beklaagde Edelaar verklaarde, do distil-
leermachine voor 750 aan zijn me'de-be-
klaagde Van der. Wal verkocht te hebben. In
het perceel ilininiaacusstra'at te Amsterdam
haddenl de commiezen destijds een distillser-
deriji ontdekt in twee kamens,, die beklaagde
bweerde verhuurd te hebben' aaa em iekerw
Belg. Morou.
Bij den ovemral1 had beklaagde aamvanks.
lijlk gezegd, dat de boel van hens teas, waar
om hiji tot een1 maand gevangenisstra'f. was
Veroordeeld, van welk vonnis hiji cm aanra-
den van Mr. De Vrieze, omdat nij) toch al
leen! stond, niet in hooger beroep was gebo-
Mr. Asscher wees er op, dat beklaagde
door de Commiezen te Amsterdam' biji de in-
werking rijfn.de gistinginstallatie was gevon-
den'. - x
De president concl'udeerde, dat er wel wat
voor rijn stellimg te zeggen viel, dat beklaag
de v66r men te Bergen dfe branderij voor go-
distilieerd oprichtte, van die werking diaar-
van op dfe boogte was.
De beklaagde: Dat is wel mogelijlf.
De President: Was Van der Wal een tias-
tillateur?
Beklaagde: Voor zoover iB teeet, met,
De president:* Sla nu geea slag om #n
arm, maar spreek royaal'.
De beklaagdeIk sproek royaal, zooals ik
het week
De president:
hoogte was va*
neem?
De beklaagde:
De president
Kuat u zeggeM; of U Pp de
de distilleerderij, ja Baa
fBcWaagrie Van dar Wal ertande het hem
ton laste gelegde. HH had geea advocaat
noodig, omdat hij slechts de waarheid had te
vertellen. In Juni Ontmoette hij beklaagde Ede-
aar in de Kalverstraat. Zij hadden beiden als
militairen gedlend'. Eaelaar noodigde hem
uit, een bowel te drinkem, informeerde naar
rijit toestand, die niet was „waf men
noemi" Van der Wal vertelde, dait hijl
bij Mevr. Coerting thuis was. die hem reeds
met versdhillende dingen hiaa geholpen. Ede
laar vertelde hem, dat hij een schoenameerfa-
>riek dree! van 234 ton en beklaagde keek
toen met bewondertng tegen Edelaar op.
Op een vraag vertelde hit Edelaar, dat de
dame wel eenig geld had. Edelaar vond het
zonde, djat dit renteloos lag en beklaagde had
toen gezegd, dat de dame hem misschien aan
een paardenhandel zou helpen. Edelaar had
hem uitgenoodigd, bij hem aan huis te ko
men, Drie weken later ontmoette hij Ede
laar op de Ceintuurbaan en hij zeide hem,
iemand te zoeken met wat geld, om wat te be-
ginnen, omdat de schoensmeerfabriek door
bedriegerijen van de reirigers over den kop
was. 'sAvonds om 8 uur bezocht beklaagde
Van der Wal, Edelaar, die vertelde nu met
zijn broer grossier in varkens te zijn en nog
vrii goed uit de fabriek te zijn gekomeneen
dlkke portefeuilla met geld lag op tafiel, blijk-
baar om hem te suggereeren. Edelaar sprak
hem over een zaakje, waarmee veel te verdio-
nen waa. Kennie had hij daarvoor niet noo
dig, want die hadden hij en1 zijn vrouw wel.
Beklaagde kon evengoed1 paardenhandel aaa?
er bijblijven. Er was well 100 in de week te
verdienen. Het betrof het maken van een soort
grondstof voor eau de cologne. Men zou but
ten gaan wonen.
Beklaagde moest 1500 5 f 1600 verschaf-
fen. Hij sprak-er over met Mevr. Coerting,
die hem Vroeg, of het nette, betrouwbare
menschen waren. Beklaagde had steeda te
veel vertrouwen in de menschen gesteld en
geantwoorB: „Volgens rnijn inrien wel, Ik
geloof, dat het nette Katholieke menschen
zijn r
Neen, Edlelachtbare-.
Het is wel mexkwaardig,
dat u/die voorheen gedistilleerd hebt ge-
maakt, en hij, die daarvan niet op de hoogte
was, elkander hebt gevonden.
De beklaagde: Dat kan men zoo uitleg
gen, ma.ir in werkelijkheid is het anders. Die
zaak in de Linnaeusstraat was een der eerste
van dergelijke zaken. Er is over in de bladen
geschreven en daarna rijn er wel twintig
menschen bij mij geweest, om mij te vragen,
of ik met hen zoo'n zaak wilde beginnen.
De president: Misschien krijigt u na afloop
I van deze zaak wel weer yerleidelijke aanbie-
dingeh.
Beklaagde: Noon, Eddachtbafe, absoluu
niet.
iDSf vragen- e« antwoordenspel ging zoo
geruimen tijd dloor.
iBeklaaigde ging evenwel niet verder dan te
verklaren, dat hij de distilleermachine aan
zijn mede-beklaagde, van der Wal, had ver
kocht, die hem in ootvangst hadi genomen.
Herhaaldelijk was hij met Van der Wal in
Bergen geweest, omdat de machine steeds
niet goed werkte.
Hij ohtkende voorts. de huur van den stal
te hebben afgesloten. Hij had Van der Wal
bij het afsluiten van de huur (de stal was
voor 700 per jaar gehuurd, terwiji 3 maan-
den huur vooruit betaald was), slechts 30
geleend, omdat hij bij het betalen geld tekort
kwam. Ook ontkende hij, aan den heer Nap
i opdracht te hebben gegeven, in den' stal een
put te makenwel had hij er oyer gesproken
voor Van der Wal.
Aan Van Bloem, den bewoner van het huis-
je bij deni stal, had hijl geen opdracht gege
ven, het terrein te reinigen en hij had' hem
daarvoor geen betalingen gedaan.
Beklaagde had zich steeds Van Dcom la-
ten. noemen, omdat hij niet wilde, dat zijn
naam in die zaak genoemd werd en Van der
Wal had daarmee genoegen genomen. Hij
deed dit niet met kwade bedoelingen.
Hij bracht Mevr. Coerting met den heer en
mevrQpw Edelaar in kennis en in „De IJs-
breker" werd over koetjes en kalfjes gepraat.
Telken9, wanneer spr. over de zaak sprak,
pareerde Mevrouw Eddaar dit. Over de zaak
is bijna nietp gesproken.
Van Mevrouw Coerting Rreeg Beklaagde
f 3000, waarvoor rij een hlypotheek op haar
huis had genomen eu wat nog oneepigheid
bracht tusschen haar en haar man._
Spr. gaf later bij Edelaar aan huii voor *de
machine 1000 en kreeg 250 terug. Naar
een gelegenheid werd gezocht, die men niet
Iron vinden en op aanraden van Mevr. Ede
laar ging men naar Bergen, waar de heer en
mevr. Edelaar zich bij de makelaars Nap en
Van't Saut als de heer en mevr. Van Doom
voorstelden, die een landhuisje met een gele
genheid tot het stallen van paarden wilden
huren. Alles werd afgekeurd; het werd
donkerspr. ging naar Amsterdam en de heer
en mevr. Edelaar bleven bij' Kreb logeeren.
Den volgenden dag (Z on dag) ontdekte de
heer Edelaar den stal aan de Breelaan, belde
Van der Wal's Maandags op, om naar Ber
gen te komen en toen werd de stal gehuurd.
De president tot beklaagde Edelaar: Is dat
zoo? Heeft u den stal het eerst gerien?
Beklaagde Eddaar: Neen, Eddachtbaie, Wfe
hebben samen den stal gerien.
De presidentHeeft U niet hef feersf 0e
sfal ontdekt? E!r is toch wat voor te zeggen,
want U logeerde bij Kreb?
Beklaagde: Ik herinner hef mij nief.
De president: Als het waar is, kunt U Bit
toch wel royaal: verklaren.
Beklaagdie'Als het zoo was, zou ffi dat ook
d'f*®-
De presidfenii: Maar iei is nog ai eep punt
van belang.
Beklaagde Edelaar: Va* der Wal verged
te zeggen, di»t feiji Zondag weer ieruggeko-
men is.
:De president; Eateni we daarover niet dis-
cuseeren, U logeerde bij iKreb 'Mi' het ligt VQOI
de hamd) dat LJ de stal ontddct heeft.
Beklaagde: Wanneer ik biji Kreb logeer,
dam rie ik naituurlijk die stal, maar ik weet
niet zeker, of ik hem het eerst heb berichtigdi
Als dat zoo was, zou ik het zeggen.
De president: Ik kan begrjjpen, dat U
zegt: ,)Het is niet zoo," maar er rijn zooveel
aanwijzingen, waardoor het zeer aannemelijk
is, dat U degene is 'geweest, die de stal heeft
ontddct. De stel mij' steeds op feet standpumt,
dat het dienem van de waarheid ook het mees-
te is in het belang van- den beklaagde.
„Als iemand miji tien jaar geledem gezegd
had dat ik eens zoo met u zou mogen dan-
sen, was ik zeiker gek van blij'dschap gewor
den", zei de jonge houtvester. „Ik was' als
kind ai op u gecharmmd. WiJ hadden in dien
tijd eea kerstengeltje van was, met gouden
krullen en hemeisblauwe oogen, in mijn oog
het mooiste wat er op de wereld bestond, U
geleek op dat kerstengeltje."
„ZooDan is u eigenlijk degene die onzen
bijnaam bedacht heeft. Weet u dat heele
stad mijn zuster Josephine en mij spottend
de wassem engeltjes noemt?"
„Neen, van mij heeft u dien naam niet.
Maar daar zit toch eigenlijlk geen kwaad bij.
Dien i"nm, hebben do menschen u en uw
zuster gegeven omdat u beiden zoo teer is en
zoo iets zwevends hebt. Begrijp mij; goed, iets
dat u verheft boven de menigte, alsof u eigen-
lij'k niet bij de anderen hoort..."
„Mama hioudit niet meer van klimni'en
Maria bukte en plukte een takja brern. Zij
schaamde rich dat rij de waarheid' niet sprak.
Maar ze kon toch niet goed' bekennen, dat
kaar vadfer dat eeuwigdurend loopen near
den Weiffelstein koft en goed: verboden had
zonder eenige reden op te geven. Maar waar
om toch? Tot nu toe had rij er niet verder
aver nagedacht. 'Mlaar 'toan riji oagst diea
gevestigd waren, die oogen zoo helder en
vroolijk, zoo vol zonueschijn en opgewonden-
heid door den wijn, zoo omdeugend; zoo vol
'levensgenot en verlangen, toen steeg haar
een donkere bios naar cle wangen, bet was of
de gloed haar inmerlijk en uiterlijik besitraai-
de met purperen, warme vlammien. Met har
perende stem begon riji den jongem houtves
ter te verklaren hoc zeer rij van jongs af aan
met hart en riel verlangde naar het houtves-
tershuis op den Weiffelstein. Hoe vele pretti-
ge herinneningen waren daaraam verbonden!
Hoe de oude houtvester haar en Fientje op
den1 arm genomen had en vogelnesijes had
laten kijken! En hij; dan de jonge
hoe hij haar meenam naar zijn :lieveliu6.;n,
de koe met het kaifje, het konijntje, de 1am-
metjes, de tamme ree... Em die 'knappe vrouw
van den houtvester. zijn moeder, die de be-
roemda roomwafels baikte, en trouwens het
he61e schilderachtigo ouoo houtvestershuis
met rozen begroeid
„Ja, dat is er allesi nog, juffrouw Maria,
vader alleen niet meier... Maar moeder bakt
nog lekkere waMs, en een tamme ree heb
ben wij ook weer. U moet nog eens komen,
juffrouw Maria- al waa het darn zonder uw
moeder...
Het jonge meisie huiverde even, toen de
houtvester, alsof hijl er beslag op legde, rijn
warme goed verzorgde hand op da hare leg
de, die in haar schoot rustten.
„Hoe vindt u het nieuwe vaandal?" vroeg
rij zonder er veel bij to denken.
„Dat vaandel O, afscfauwelijk 1 Dien Pa
ter Zevengesternte kan ik' niet uitstaan. Daar-
om kan ik zijn vaandel ook niet bewonderen,
Weet u waarom? Als ik vroeger veel te en-
thousiast met mijn moader over u praatte,
<fom zei ze: „0 jou Hans dfe drakendlooder en
mijriheer Hoogerop! Pas op je hals! Wie te
veel in dfe hoogte kijfct, heeft kans zijn nek te
brekan. Juffrouw Braunberg is de dochter
vara em Pan ILteifc ife
ERgrep vrtfgtfo dfe boverrgenoemEe scter-
muiseling tusschen den president an dien' ver
dediger.
Beklaagde van cPer Wal deed hierop medo-
Seeling van het huren van den stal, waarvoor
hij het contract op verzoek van Edelaar had
gefeekehd. Edelaar had aan den hear Nap
nog Se provisie betaald,
iOp eea vraag van den PretSfdfenl, -mtTsrair-
de beklaagde van der Wal nog, d'ai hiji goed^-
gCTontfen had, aflem het contract te rteeke-
nm, <omdat hijl dan, wanneer er i'efa wet be
klaagde Edelaar kwam, baaa was. Voorta
decide hij nog mede. dat beklaagde 'Edelaar
de kuipeo en1 vaten in .Allkmaar had gekocht
bij die fjima Stikvoort en dat de vaten door
den heer Sdtwnnerhom naar Bergen waren
vervoeixt
Mien had steeds gemarteld om de machine,
die niet goed werkte, in orde te krijgen, en er
ook nog de loodgieter Doadorf uit Amstei>
dam bij! gehaald, om haar goed te krijgen,
doch: tevergeefs.
Hleroia werdeni de getuigen gehoord, die
niet veel nieuws' brachten.
'De Commiezen dedfen slechts mededeeliu-
gen, over de inbeslagname. Uit hun verkla
ringen bleelk, dat met de distilleerderij 15 A
20 L. per uur gemaakt kon worden. Overi
gens kwam uit bun verklaringen vast te
staan, hofewel de ambtenaren wel d'en iudruk
hadden gekregen; dat beklaagde Edelaar met.
de -zaak annex was, darti deze beklaagde te-
gemover hen steeds venklaard had, met de.
zaak nieis te miaken te hebben.
Mevr. Coerting bevestigde, dat ze beklaag
de van der Wal 3000 had geleend voor een
Eaardenfoklkerijl en voor een zaakje met dea
eer en mevrouw Edelaar, waarvan dezen
verstand hadden; maar over een distil lteerderij
was' niet 'gesproken. 'Het geld was niet ge
leend' to tegenwoordigheiu van beklaagde
Edelaar.
Getuige iHoo!, grossier to gelistileern,
had beklaagde Edelaar. die zi'ch noem-
de van Doom, op bezoek 'gehad, die hem
gedistilleerd1 aanbood; ver bened'en markt-
prijs. Hij, had den Inspecteur van de accijns
hiermed'e in kennis gesteld, omdat hij1 wilde,
dat de eerlijke handell beschermd werd en' op
dien* advies 20 L. gekocht, die vol gens de
ambtenaren van tovoar .afkomstig mc<sten
rijn. Een tweede maal ootving hij nog bezoek
van Van Doom; die zeide, niets te kunnen
leveren, omdiat hiji aan1 het verbouwen was,
doch epoedig zou hij 10 H. L. per week kun
nen leveren. In beklaagde Edelaar hci'kecdfe
getuige den persoon van' .Doom.
Beklaagde Edelaar beweerde, dat deze ge
tuige zich beslist to rijn persoon moet vergis-
sen. In Haarlem is iemamdi, die sprekend op
hemi gelijfct. Een zeer dbove rririger van den
heer 'Hooi verklaarde nog het gesprek ge
hoord te hebben, dat beklaagde Edelaar de
tweede maal met rijn patroon voerde.
Van de andere getuigen stippen wij nog
aan de verklaringen van den heer Nap en die
van den heer van Bloem, waaruit bleek, dat
beklaagde Edelaar bij den beer Nap wel de-
gelijk den indruk had gegeven medehuurder
te zijn en opdracht had gegeven tot het doen
van werkzaamheden. De heer van Bloem zei
de van beklaagde Edelaar 6 te hebben ont-
Vangen Voor het schooamaken van het ter
rein, hertgeeni ook door beklaagde Edelaar
werd ontkend.
Mr. Asser, die bij 0e verklarihgfert vat de
commiezen beklaagde Edelaar zag ontglip-
pen, toonde voor de verklaringen van drze ge
tuigen de grootste belangstelling, terwiji Mr.
de Vrieze zich haastte getuige N'ap er op to
wijzen, dat hij voor het innen van den twee-
den termijn zich wel degelijik tot dm onder-
teekenaar van het contract, beklaagde v. d.
Wal, had gewend en ook deze alleen had go-
waarschuwd toen de boel in beslag was ge
nome®.
AangezTett Mr. As'ser bleef aandrmgen" bp
het hoorm van den afwezigen leverancier van
de distilleermachine, een zekere van BloemeT,
diea hi} door het plaatsra van rijn verlokkea-
de advertentie den hoofdschuldige oordeelde,
werd de voortzetting van de behandeling van!
deze zaak bepaald op 28 November, des mor-
gens 11 uur
deuntje. Wat doet er dat toe. Al was het een
prinses en hield rij! verblijf op den negen-
boog, faaaide ik haar naar benedien....
Dan kwam echter het zware gieschut: „de erf-
gename van Peter Zevengesternte... O wee,
o wee!... dat was doodelijk. Peter Zevenge-
stemte's geldzak viel als een molenateen op
mijn fantastische illusies en drukte ze plat en
tot noes. Daar kon ik niets tegen zeggen.
Want een prinses een arrnen kolenbrander
met iaar gunst en hand gelukkig maken,
maar dat een dollarprinses met em gewonen
houtvester zou trouwen, daarvan wondt zelfs
i* sprookjes nooit gesproken..."
„0, mijnheer Eilernbaum..."
„W'at meent u De teedere klank van rijn
stem verschrikte haar en wekte to'ch ook bij
haar een gevoel op van Wonderlijke geluk-
zaligheid. De man maakte een heftige bewe-
ging alsof hij haar aan zijn hart zou druk-
ken.
„Nee®, neen," zei hij, toen rij met eien
gloeiende kleur op stond, „wees niet bang,
juffrouw Marie! U is vei'lig onder mijn ge-
ddde. Ik zal u niets doen. En neem mij' mijn
illusies niet kwalijk."
Zij1 scbudde het hoofd. Het Was of plotse-
limg een zachte, koelo wind woei omi de
sprookjesstemming van dat oogenblik. „Ik
zou nog wel een donsjo willen doen," zei
ze aarzelendi.
,,0 zeker."
Da zon strooide raedis roode lidhijes door
dfe groene schaduw der boomm En dfl jonge
demnen riekten naar rijpe bramen.
„Waar zou ze anders wfezen dlan daar,
waar de jongelui pewoonlijk op kermisdagen
te vinden zijn en waar de jeugd ook hoort te
wezenbij spel en dans!' zei gfeheimnaad Ze
vengesternte lacfaend als antwoord op1 de be-
zorgde vraag van zijn zuster Catd, waar Ma
ria toch bleef. Fientje was em uur geledsa
aMaen en bltjkhaar sladhi ®eiuitnd naah turn
Zitting Van Dinsdag 7 November.
BELASTIN'GOVERTREDINGEN.
Deze week Werdetl niet anders behalideld
daal belastingovertredingen. Rijksadvocaat
Mr. Asser stelde de vorderingen, wat betreft
de geldelijke straffen.
ONTDUIKING VAN ACCIJNS.
In de eerste plaats stond tereeht JacoB H.,
wonende te Hoom, in de Peperstraat, aan
tafel teruggekeerd. Zij zou Maria niet verra-
den, neen, dat deed ze niet. Maar zij was toch
wel wat boos op haar. Onder die massa men
schen had ziji rich heel eenzaam en onge-
lukkig gevoeld en het had haar heel veel
verdriet gedaan, dat Maria haar biijkbaaC
vergeten had.
Men was berig toeberddselen te maken tot
vertrekken. 'De geheimraad was bezig met
den kellner af te rekeneH, De dlames zochtea
haar boeltje bij .elkaar.
De Oberbodener "landwijn en de krachtige
Firne, ook een soort landwijn, warm niet
zonder uitwerking .geblevm op de feestgenoo-
ten en de algemeene stemming was tot de
grootste uitgelatenheid gestegen. Een vroo
lijk gegons van' stemmen, iachen en zingen
Vermengde rich met de. tonen der muziek, die
em' straatdeun van het jaar 80 roemrijk deed
■herleven. Wie den tokst raog kendo gaimde
mee: „Wij gaian naar Dndenau, daar is de
lucht zoo Mauw" enz. enz.
De families Zevengesternte, Braunberg ec
Avemaar zetten zich in beweging in de rich-
ting van de danszaal. Geen dertig pas voor
hen stond Maria met den houtvester en nam
afsdieid van haar cavalier. Hiji boog voor
haar als voor een jonge koningin, maar zij
gaf hem de hand en em oogenblik bleven
beiden zoo staan fen aanschouwe van de
vroolijke menigte, Toen kwam Maria naar
haar familie toe.
„Ei, ei, zulk em goeden smaak had ifc niet
van jo verwacht, Marietje!" riep Peter Ze
vengesternte op vroolijfcm toon. „Je zou
misschien liever nog em uurtje blijveti, he?"
Maria schudde het hoofd. Fientje hing al
Weder aan haar arm. Toen volgde em al»
geqeen afechdd nemen. Do Aveaaars lo-
geerdea bij de Braunbergs en Virginie's huis-
jo waa daar ook niet ver van daan. De Ge
heimraad logeerde to den Wijnstok bij rijn
smhflntmister.
(Wordt verveli|d^.
j.. i ~gm
men- it
I
„Ik zou denken dat de vergelijkmg met
wassen engeltjes niet al te vleiend voor ons
was. Ik voor mij: geloof ten' rninsto dat ik
vrij wat warmte zou kunnien verdragen zonder
te smelten. En zwevea, daar ben ik ook niet
voor. Ik loop liever op twee gezonde voeten
door de wereld rond." Zij streek een blonde
lok, die door het dansen was losgegaan, o ver
haar voorhoofd en verbaadse rich over haar
eigen versitandige gedachten. Erich Ellem-
baum knikte. „Ja zeker, mensch-rijn dat is
het allersdioonste. !Het is zelfs zoo gemak-
kelijk niet als het nxikt. U is trouwens in geen
eeuwigheid op den Weiffclstein geweest"
lan appflw jOO^m 2Ui Ml zijll OOgSO Of dfe k3M
•NtaM mmM wH "rr-m W
"•'-UW*?.".'-';-