HET WITTS HU1S. H. S. Cloeck, Alkmaar. Vergaderlokaal Gemeubileerde Kamers levert spoedig en net de KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN. Wij brenpn de potste sorteering voor de laagste prljzen. De gegtaleorde modellen zijn in alle maten in voorraad. Advertentien. Zomerdlenstregellng met bedrnkt hoofd De Ijeer B a k vond de verklaring van Mr. I Leesoerg, dat hij .geioofde, dat er geen per- soaeeluitbreiding door zou volgen, met vol- u^uide Ook net eigcn beheer witae tiij niet ukhreideni. Mr Leesberg zeide, dat hiervan geen alienee is, Vroeger deed de baggerman het en nu de machine. Er is niets teg-en, dat de ge- ...cente de eigen grachten uitbaggert. Mr S 1 u i s vroeg of het gevolg niet zou zijj, dat menschen werkloos werden, anders --.voelde hij weinig voor de machine. Mr. Leesberg deelde mede, dat in de gcnoemde bcdragen geen loonen zitten, zoo- dat hetgeen Mr. Sluis vreest niet gevreesd be- hoefde tc worden. Het voorstel werd hierop met de stem van den heer Ringers tegen, aangenomen. Interpellatie van den heer Westerhof. no. wooru was hierop aan don heer Wes terhof over zijn vraag. of het thans oorbaar wns menscnen te ontslaan, terwijl er werk. &L.iocg is. Spr. geioofde, dat na de discussie v..a don midaag de toelichting kort kon zijn. nj wees er op, dat er een systeem was om o^octs andore iOsse arbeiders te nemcn en voor dc menschen en de maatschappij is dit niet gewenscht ook al geschicd het om de liimsLiitiii vnj te houden van de pensioenwet- ttn. Aan de gasfabriek zijn vier menschen oni- slagen De commissie wist er niets van, dat de directeur het werk had aanbesteed. Het beoog- de dc-J: verscuerpt loezicht, werd ruet be- reilkt en reeds adresseerdten die schiiderspa- hoons om er vaklieden aan te zetten. De men schen ziijn ontslagen fceirwijH er werk was en uei vol veil van den kctel geschicdde steeds in .it,ai betieer. Spr. vond dat er geen ernstige redcuen waren om er niet naar te streven de menschen in de bedrijven zooveel mcgelijk te work te stellen. Ook bij andere bedrijven wa ren vcrschilltmde menschen ontslagen De ge- meente meet vooral thans, en temeer omdat er wel werk is, geen menschen ontslaan, al is. spr. wel van meening, dat men geen men schen meer moet nemen dan noodig is. Het gobrek aan personeel brengt B. en W. er toe, de menschen te bewegen reeds nu met vacan- tie te gaan. Het sclioonmaken der straten geschiedt on- voldoende. Door de besnoeii'ing van de be grooting en het schrijven van B. en W. aan de hoofden dat de begrooting met geen cent overschreden mag worden, noopten de hoof: den, tegem hun wil menschen die noodig wa rm, ie ontslaan. Jan Blokdijk, aan de gasfabriek, is 65 jaar en nadat hij zijn aanstelling een week had, werd hij met 1 Januari ontslagen. Zoo kan M niet Met nadruk herhaalde spr., dat de gemecnie zoo e'en slecht voorbeeld geeft. Spr. is overtuigd, dat particulieren, wanneer ze zoo deden, nog honderden kunnen ontslaan Wij mogen g en mcnschen, terwijl er werk is, a an het Armbestuur afleveren. De heer Cloeck wilde in het algemeeu zeggen, dat het moeiiijk was op deze vragen te antwoorden. Wanneer er gezegd wordt, dai er oij de Plantsoenen niet genoeg gewerkt wordt dan kan gezegd worden: voor den j o.og kostte het 9000 en nu 50.000". Er v» ui u t nei noodige gedaan. Het ontslaan n.^nu omdat de Raad niet wilde dat de ge- inceiue de menschen zoo lang in vasten dienst meld De directeuren moeten adviseeren over de waischelijkheid van vasie aanskllingen en de directeuren mogen inderdaad geen rnen- menschen, die onimoodlig zijn, in dienst hou den. Het bedrijf moet econoinisch worden be- faeerdl en dit kan geschieden door geen dag een man te veel te nemen, ook al moet hij mor- gen in de werkverschaffing te werk worden gesteld De Voorzitter vroeg wie of er uif moest maken dat er werk genoeg was, de ambienaren of de Raad. De Raad heeft uitge- maakt. dat er dit jaar voor de bedrijven een zeker bedrag moest worden uitgetrokken en het is zeer wel mogelijk dat straks bij de be grooting wordt besloten niet bij Plantsoenen te bezuinigen. B. en W. meenen, dat daar, omdat het luxe is, in de eerste plaats bezui- nigd moet worden. Alleen als men een amb- tenarenregeering deelt, zoudiet mogelijk zijn, boven het toegekeride te gaan. Over het schilderen der gasketels wilde spr. bij de behandeling van het adres van de schilders spreken. Het geval-Blokdijk was spr. niet bekend. De aanstelling is echter al leen gedaan met het oog op de Pensioenwet, maar is allerminst een gewone aanstelling Dat hij een week daarna zijn ontelag kreeg is dus niet vreemd. Meerdercn kregen een dergehjke aanstelling. Is het ontslag met het oog op den 65-jarigen leeftijd1 gegeven, dan is er een vergissing geweest, doch spr. betwijfelde het en zegde een onderzoek toe. Mr. Leesberg cntkende positief, dat er bij Plantsoenen tekort arbeiders zijn. Over de stellingen van den heer Westerhof verbaasde spr. zich, omdat ze hierop neerkomen, dat B. en W. verweten 'wordt, dat ze de begroo- iingen niet overschrijden. Spr. boopt-e dat de heer Westerhof die uitdrukking terug neemt. De h'cer Go vers,verdedigde onder hilari- teit de reiniging. Spr. vroeg of de heer Wes terhof al eens een kijkje had genomen in Schagen, Hoorn, Amsterdam, Naarden of Bussum, om te zien hoe het daar gaat. Eens was hij in Brussel en hij moet zeggen, dat de menschen en straten daar vuiler zijn dan hier. (Gelach). Vergelijkt de heer Westerhof Alk- maar mietl plaatsen van gelijke grootte, dan moet hij erkennen dat de straten hier goed worden londerhoudani. IHiet komt wel eens voor, dat zonder assistentie een schipper, die om compost komt, zich moet behelpen. Men moet ook aan de Reiniging zeer voorzichtig zijn met het aanstellen van menschen. V6or alles moet men goed bruikbaar personeel hebben. i De heer H. E. Bosman was het er miede eens, dat het een gevolg is van het besnoeien van de posten door den Raad. Hij erkende daartoe te hebben medegewerkt, maar be- treurde dat zooveel menschen zijn ontslagen. Bij de Reiniging is de post in de eerste plaats te veel besnoeid! en spr. gal in overwegiug. in 1923 voorzichtig te zijn. De Voorzitter bracht den heer Bos man hulde voor zijn ridderlijke verklaring Het deed hem genoegen, dat ook hij erkende, dat B en W- geen verwijt trof. De heer Westerhof begon met te zeg gen, dat zijn fractie reeds tevoren hadi ge- waarschuwd Het komt wel eens vaker voor, dat hij gelijk krijgt. B. en W. haddm echter de voile vrijheid den Raad mede te deelen, dat d? begrooting overschreden moest wor- De VOORONTWERPEN voor de aanstaande op de Nederlandsche Spoorwegen liggen voor ieder ter inzage ten kantore van ondergeteekende. Opmerkingen eu bezwaren, schrif- teljjk in te leveren v66r 5 Dec. a.s. bij den heer J. G. MESSELAAR te Alkmaar (pi. lid der Commissie v. advies voor spoorwegdienst- regelingen). J. VERDAM, Secretaris. BESCHIKBAAR voor 60 k 70 PERSONEN, flink verwarmd, prijs billijk. Te bevragen D(jk 9, Alkmaar. Voor d« St. Nicolaas nog eenige beste tweedehands rjjwielen vanaf f 25.Reuzenvoorraad lantaarns, handwarmers, zaklantaarns voor spotprijs. Rijwielbandel v.d. Woude- straat 71. te huur. Op mooien stand. Brieven No. 543, Bur. v. d. blad. uen of anders de menschen ontslagen en hij is overtuigd, dat de Raad dan er wel genoe gen mede zou nemen. De gasfabriek viel al- ujd mede en dan was het zeker niet noodig iCmand te ontslaan. De ontslagen daar zijn uus geen gevolg van besnoeien der begroo- ting. De Voorzitter betoogde, dat het daar cts anders was. De heer Westerhof Er zijn er toch ontslagen en dan zijn zeker menschen voor de terreinreiniging noodig. Temeer omdat daar traks oude menschen zullen warden onisla- en. Het standpunt van den heer Cloeck ond spr. het meest onbarmhartige antwoord an'idieni grootsten uitbuiter. Als iedler't stan'd- -■unt inneemtgeen man een dag te veel, dan rijgen wij nog honderden werkloozen. Spr. verheugde zich er over, dat menschen als de heer Bosman met een arbeidershart zich reeds voornemen om niet zoo meer te bezuinigen. Viet het oog op het vreemdelingenverkeer moet men' op Plantsoenen 'het laatslti bezuini- f^n. Spr. houdt vol, dat, hoewel B. en W. formed gelljik hebben, zij tochi den pd'icht had- den den Raad te waaTschuwen, dat de men schen er uit moesten. Spr. veaht tegen anihte- naren-regeerinig. De Raad1 negeerlt, B. en W. voeren uit, maar alileen de htooMen kunnen be- oondleden ihoeveel arbeiders noodig zijh. De Voorzitter: Als ik het zeg, dan wordt er gezegd: ineen, neen, ambtenaxenre- geering. De heer WesterhofAlle hoofden van takken van dienst verklaren menschen te kort te hebben. Zij adviseeren daardoor, maar regeeren nog niet. Mr. Leesberg deed een^ pohtieken zet die moest mislukken. Zijn •opmerking was er naast en feitelijk gaf de heer Govers toe, dat er bij, de Reiniging men schen te weinig zijn. De heer Govers ontkende dit. De heer Westerhof had de vraag ge steld, omdat hij redelijk verwachtte gelijk te krijgen. De bezuiniging die men wil is een ziekte die de maatschapapij kapot maakt. „De Telegraaf" wees er reeds op, dat men daar door de eigen koopkracht kapot maakt. Het is beter het te zoeken in meerdere productie. Het is niet goed, noodeloos menschen aan te ne men, maar waar arbeid is moet men de men schen behouden. De heer Cloeck had de cijfers uit zijn hoofd eenigszins onjuist genoemd. Spr. be toogde nog nader waarom de bedrijven vol- gens het principe van geen dag een man te veel beheerd moesten worden. Dit beteekende niet zoo weinig mogelijk werk doen, daar- van getuigde het door B. en W. gegeven lijstje. De interpellatie werd hierop gesloten. Interpellatie van den heer Ringers. De heer Ringers trok zijn interpellatie in, omdat de zaak was geregeld. ON'DERSTEDMNG VAN WERKLOO ZEN DOOR HET BUROERLIJK ARMBE'STUUIR. B. en W. schrijven in bijilage No. 178: Geilijk onze Voorzitter in de Raadsvergar derimg van 216 October 1.1. reeds mededeelde, gevoelt het Buigerlijk Armbestuur de behoef- te aan meerdere voorlichtiing van arbeiders- zijde ten aanzien van de ondterst'euninlg van werkloozen-. Alangezien diit denkbeeld in Uwe boven aanigehaalde zi#ing weerklank vond, zegden wij' toe U in de eerstvol|gende Raads- vergadering ter zake een voorstel te dben toe- komen,. Het Burgerlij'k Affim'bestuuiri, in aanmerking nemend'e, d'ati de voorlichting, die in deze noodig is, slechts een 'deal zijner W'erkzaam- heid! betreftt en bteobts van tijdelijfeen aard is, heeft ons in overweging gegeven U v66r te stellen het beoogde doel niet na te streven door uililbreiding van het aantal leden van het Bestuur, dbdi1 dloor het doen op'treden1 van een afzonderlijlke commissie van voorlichting, bestaandie uit vier leden, welke commissie dan meer in het bijzonder met het onderzodc be treffende de ondersteuning van weirlkloozen zal worden belaslt. Twee der leden1 zouden door en uit het Burgerliijk Armibestuur aange- wezen 'kunn'en worden*, waaronder een ver- tegenwoordiger der christdijke arbeidersbe- wegiing. 'Nlaast dezeni zouden wij* willen uit- nooddg-en' om in d'e commissie zitting te ne men twee andere leden, .waarvan een behoo- rende tot de sociaaMemocratische arbeiders- partij1, ieder vani beide aan te wijlzen door de betreffende organisaities. Op deze wijze zou den- de versch'illende stroomingen in de com missie vertegenwoordi-gdi zijn. Kan Uwe vergadering zich met dit denk- beeld vereenigen, dan verzoeken wij haar goed te keuren dat wij! in overstemmmg met elk van de beide van de organisaties te ont- vangen voordrachten to persoon uitnoodi1- gen om in de bedoellde Gomiinissie zitting te nemen. De heer H. E. Bosman herinnerde den voorzitter aan de hem in de vorige zitting gedane toezegging inzake de uitbreiding. In deze zitting zou een voordracht komen tot uitbreiding van het college met twee ar beiders en nu wordt aanvulling met een idj- delijke commissie voorgesteld. Spr.'s fractie kan dan ook1 hare goedkeuring aan de voor dracht niet geven. De zwenking van B- en W. is voor hem een raadsel. Het zou practisch op den weg der wethouders gelegen hebben, zich tegenover d-e toezegging te verzettea. Oingen zij1 er mode accoord, dian (haddem ze aan de bijilage niet mogen medewerken. Spr. noodigt dan ook 'B. en !W. uit om de bijilage terug te nemen en met een voordraclht te ko men tot uitbreiding met twee leden. De Voorzitter zeide, dat alleen ge zegd kan worden, dat de voordracht in strijd is met zijn verklaring in de vorige vergade ring. Spr. schijnt iets gezegd te hebben, wat de raad anders zeide, dan hij heeft bedoeld. Hij heeft zich niet opzettelijk onjuist uitgedrukt en hij verbeeldt zich ook, dat hij zich wel juist heeft uitgedrukt. Het gedeelte van het stenogram heeft hij voor zich en daaruit blijkt, dat hij geen woord gezegd heeft wat onjuist is, maar toch ook hij de zaak niet scherp heeft uitgedrukt. Spr. dacht toen al aan dit voorstel. Hij wist toen al dat 'het zoo zou gaan. De heer Westerhof: Dat is vreemd. DeVoorzitter hoopte niet, dat de raad aan zijn woorden zou twijfelen. Getuigen zouden dit kunnen bevestigen. Spr. wilde voorlezen hetgeen hij gezegd had, doch het bleek dat hij verkeerde papie- ren had medegenomen, waarom hij zich ver- wijderde om andere te halen. De burgemeester verscheen zonder het stuk, de raad confereerde in groepjes en alien verklaafden begrepen te hebben, dat de voor zitter het over een uitbreiding had gehad. De Voorzitter deelde mede, dat het stuk bij den drukker was. Hij zou nu uit zijn geheugen mededeelen, wat de zaak is. In de wethoudersvergaderi-ng, de wethouders waren het ook met spr. niet eens, heeft spr. ook gezegd: „Zoo staat het daar niet". Zij hebben het gelezen en erkend, dat het er anders staat. De kwestie is deze. Aan de orde was, dat bij het Burgerlijk Arm bestuur niet voldoende voorlidfting van ar- beiderszijde bestond bij werkeloosheidsuitkee- ring.1 Ik heb toen in eersten terfliijn gezegd „Het Burgerlijk Armbestuur gevoelt zelf het gebrek dat het niet voorgelicht wordt en is bij mij geweest met een regeling in dien geest. Het heeft plannen in dien geest en vandaar, dat ik, toen u dat woord- gebruilcte, za-t te knikken. Ik heb dus niet gezegd, dat het pre- cies zou zijn, wat u wilde, maar wel in de richting van voorlichting inzake werkloos- heid. De Raad heeft gedacht, dat er uitbrei ding komt bij het B. A. Maar ik, die met het B. A. was overeengekomen, dat er een com missie zou komen van voorlichting, heb ge dacht aan de commissie van voorlichting. Later voerde de heer Westerhof het woord. En in mijn antwoord tegenover hem ben ik iets verwarrend geworden. En ik kan begrij- pen, dat de Raad gedacht heeft, dat er uit breiding in het B. A. zou komen. Maar ik heb dat nooit voor den geest gehad. Het voor stel, dat ik toen beloofd heb, li-gt nu voor u. Het doet mij leed, dat ik niet kan voorlezen, wat ik gezegd heb, maar als u het woord ■voor woord hoorde, dan zou u begrijpen, dat, hetgeen ik zeg, juist is. Maar ik erken, dat in mijn woorden iets misleidends is geweest, waardoor er grond was voor het vermoeden van den Raad. Maar mijn bedoeling is wel geweest, wat nu wordt voorgesteld. De heer Westerhof: Het verslag in de Alkm. Courant is hiermee in strijd. DeVoorzitter: Het verslag in de Alkm. Courant en dat in het N. Holl. Dag- blad is tegen mij, maar Sody is v66r mij. De heer Westerhof: Niet alleen de verslaggever maar ook de overzichtschrijver van de Alkmaarsche Courant! sitaat op een ander standpunt. Spreker las, het geen in het overzicht was geschreven. Hij herinnerde zich, woordelijk gezegd te heb ben: „Als toch het B. A. wordt uitgebreid, dan kan men er direct wel een arbeidersverte- genwoordiger in zetten en den heer Preijer lfltcn kiezen." U heeft toen gezegd, geen reden te hebben, te twijfelen aan het woord eens Cloecks, maar wel uw eigen woord ook nog te willen geven. En daarop heeft de geheele raad voor ge- stemd. De Voorzitter: Ik erken, dat het op den Raad den indruk gemaakt heeft en ook op de pers, dat mijn woorden in dien geest werden bedoeld. Mr. Sluis: En dat de Raad ook dien in druk heeft moeten krijgen. De V o o r z i 11 e r: Dat niet geheel. Mr. Sluis: Vooral na hetgeen de heer Westerhof nu aanvoert. Uit uw woorden: „het woord eens Cloecks is mij genoeg", bleek wel, dat wij den indruk moesten krij gen, dat er uitbreiding in de commissie van het B. A. zou komen. De Voorzitter: Dat heb ik niet ge zegd. Ik heb gezegd, dat er in de volgende vergadering voorstellen dienaangaande zou den komen. Er zouden in de volgende verga dering voorstellen komen -tot opheffing van bet bezwaar, dat het B. A. niet voldoende was voorgelicht. Verschillende interrupties: Neen, neen, neen, onjuist! Mr. Sluis: Ik geloof volkomen in uw goede trouw, maar Westerhof heeft gezegd: „Wij kunnen nu wel direct een arbeider be- noemen en dan kan de andere den volgendien keer er wel inkomen." U heeft toen gezegd: „Ik twijfel niet aan het woord eens Cloecks. Het komt in orde." En daarin ligt cpgesloten, dat u de bedoe ling hadt, de Commissie uit te breiden met een paar arbeiders. De Voorzitter: Ik erken, dat ik daar- voor aanleiding heb gegeven. Dat gevoel ik zelf ook. Mr. Sluis: Daaruit hebben wij moeten begrijpen, dat dit in de bedoeling lag. Het ligt dus niet aan ons. De Voorzitter: Dat erken ik. Als er van een fout sprake is, ligt die uitsiuitend bij mij. Ik betreur het evengoed als de Raad, maar daarin is geen verandering te brengen. De heer Westerhof: Ik wil onmiddel- lijk aannemen, dat u de bedoeling heeftge had, het niet zoo concreet te zeggen, maar het gaat er om, wat er gebeuren gaat. De Raad -heeft het zoo begrepen, dat hij uitbreiding wil van de commissie van het B. A. met 2 ar beiders. Wij zouden klaar zijn wanneer B. en W. het besluit aan het B. A. zonden, dat de Raad het B. A. uitnoodigt, voor uitbreiding van het B. A. een voordracht van twee ar- beiders in te dienen en wanneer B. en W. de ze bijlage introkken. Het B. A. kan uitgebreid worden zonder reglementsverandering. In art. 5 staat, dat aan de voordracht van het B. A., B. en W. twee personen mogen toevoegen. Maar spr. heeft het idee, dat het B. A. wel bereid zal zijn, met den wil van den Raad rekening te houden. De Voorzitter schorste voor eenige oogenblikken de vergadering, om B. en W. de gelegenheid te geven, zich hierover te be- raden. Ipmiddels verklaarden de raadsleden el- kander, steeds verschillende groepjes vormen- de, dat zij alien uit de mededeeling van den voorzitter in de vorige vergadering den in druk hadden gekregen, dat voorstellen zou den komen om het B. A. met 2 arbeiders uit te breiden. Na de schorsing deelde de Voorzitter mede, dat het College en spr. in de eerste plaats bereid waren, de gevolgen van de fout te aanvaarden. Spr. meenide, dat het't beste was, het voorstel van den beer Bosman over te nemeni enl de zaak aan te houden. tot de volgende vergadering om in die vergadering te komen, met voorstellen- tot uitbreiding van bet B. A. met 2 arbeid'ersivert'egenwoordigers. instemming bij deni Raad. 'De Voorzitter De zaak is dus aan- gebou-den. ZAAK R. VANi DOORNIiOK. Hierop kwam in behandeling het voorstel van B. en W. om op het verzodk van den heer R. van Doornick, inzake vergoeding voor geleden. -schade bij 'het rioleterinigslwterk in de Kabelstraat eni de Uitenboschstraat, af- wijzend te beschikkeni, in behandeling. De heer Westerhof zou gaarne zien, dat de bijlage nog een' keer werd laangefaou- den, omdat ze een nieuw veld van teg-en- argumeniten opent, waarvoor hijl de gegevens van den: heer Van Doornick en: anderen nog niet heeft kunneni -krijgen, omdat h-iji de Zat- terda'gavond ontvangen- bijlage pas Maan- dag heeft kunneni verzend'en. De heer B a k w.Mhte in de eerste plaats en hij meende namens deni geheeleni Raad te spreken, den wethouder van Publ. Werken dank te zeggen voor bet spoedig voldoen aan het verzoek van deni heer Westerhof, om in de volgende vergadering met deze bijlage te komen. Over hetgeen de heer Westerhof thans naar voren brengt,.uit spr. zijn verwondering. In de vorige vergadering zeide de heer Wes terhof, dat de zaak geen dag en' geen uur kon wacbten niet alleen om de kwestie, maar ook om de financieele positie van den heer Van Doornick- Spr. is dan ook teleurgestcld door het voorstel van den heer Westerhof om de zaak opnieuw aan te houden. Hij' meent, dat de wethouder volkomen heeft gehandeld over- eenkomstig het verzoek van den heer Wester hof in vorige vergaderingen. Mr. Leesber g was van meening, dat, waar een der laden- zegt, niet voldoende voor- bereid te zijn, zkh niet tegen uitstel te mogen verklaren. Spr. zou voor andere gevallen den heer Westerhof willen vragen dan Ook wat voorzidhtiger te zijin. Ook zijnerzijds heeft het veel' werk gekost, de zaak in den Raad te brengeni enhij zou het wel zoo wellevend heb ben gevbnden, wanneer de heer Westerhof hem gewaarsehuwd had, eeni voorstel1 tot uit stel te willen doen. Spr. heeft geen bezwaar tegen uitstel, maar zou toch van te voren een briefje wel prettig hebben gevonden. De beer Westerho f vond, hetgeen Mr. Leesberg gezegd had, een vriendelijk woord. Wat de heer Bak zeide, vond hij vreemd. Dieze bradht ;Mr. Leesberg lof voor het spoedige praeadvies, maar deze heeft daarvoor 5 wdkenl gehad. Dit stuk werd pas Maandagmiddag door spr. ingezien! eni door hem o-pgestuurd naar Medemblik. De opmer king van den heer Bak vond- hij dan ook het toppunt van dwaasheid. In hetgeen Mr. Leesberg zeide, gevoelit hij dien's ged-achtengang, dat bet voor hem on- mogelij'k was, deze bijlage in 3 dagen te ont- zenuwen. Spr. protesteert tegeni het woord van den 'heer iBak. Dte heer Bak was niet tegeni aanh-ouding maar had1 slechts onder de aandacht van den Raad willen brengen de dikk-e woorden van den heer Westerhof, die sprafc ovgr de finan- cieele positie. De neer Westerhof Inderdaad De heer Bak: Maar dan had: men tocsfi zelk-er van u, die wist, dat in dezen Raad de bijlage zou komen, mogenl verwachten, dat u maatregelen had genomen, om in elk geval de gegevens te krijgen, om de discussies in deze raadszittingf te doen plaats hebben. De heer Wester h o f Zeker, dat wist ik wel. Maar ik kon niet bevroeden, dat deze bijlage vier dageni te voren zou worden rond^ gezonden. Het wa-ren geen groote woorden, toeni ik sprak over den financieelen toestand van Van Dioornick, maar bitttere werkelijk- heid. En juist om den man te redden, vraag ik nog to keer uitstel, aangezi'en wordt voor- f esteld, dien man niets te geven. Voor hem is et beter, 2 waken te wachten, dan niets te krijgen. Mr. S I u i- s conoludeerde in dezen, dat men alien wel eens uitstel noodig had. De heer Wester ho fInderdaad. (Het woord was hierop aan den heer Veen voor zijin interpellatie inzake Mej. Lob-ach van de vroegere stadsapotheek en Mdj. Vis- sober, de vroeger-e werkster van het Stadszie- kenhuis. Spr. bracht het gesprokene in de vergadering van 10 Maart nog eens naar voren, herinnerde a'an de interpellatie, 27 April van dit jaar ingediend, doch 13 Junl gehouden, waarin deze nieuwe gezichtspun- ten naar voren bracht, waamaar een onder zoek werd toegezegd. De Voorzitter d-eelde mede, dat, ten aanzien van de kwestie van Mej. Lobach een voorstel van het College aan den Raad reeds is vastgesteld. Hedenmorgen on hang spr. daarvan reeds de drukproef. Ten- aan zien van Mej. Visscher hebben de inlichtin- gen van het Stadsziekenhuis het College be- reikt. Het voorstel van het College is ten deze nog niet vastgesteld, maar kan binnenkort worden tegemoet gezien en wel in de eerste of tWeede volgende vergadering. D'e heer Veen nam hiermede genoegen, waarna de vergadering werd gesloten. RECTIFICATIE.' In ons raadsverslag van gisteren laten wij den heer Cloeck zeggen, dat er bij het Burg. Armbestuur 184 menschen zijn die onder- steund moeten worden, waaronder 23 geor- ganiseerden, waarvan 8 gehuwden. Medegedeeld is even wel dat er 107 .onder- steunden zijn, waaronder 84 ongeorganiseer- v den en 23 georganiseerden. N. Y. Boek- en Handelsdrukkerij, vooriieen Herms, Coster Zn., Yoordam G 9, Alkmaar Kinderkleeding. ENVaOPPES

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1922 | | pagina 7