DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Zevengesternte.
drukken wij spoedig en net.
N.V. B0EK-, COURANT- en
HANDELSDRUKKERIJ
v.h. Herms. COSTER ZOON.
Voordam e 9, ALKMAAR.
No. 292.
Honderd rioi en twmiigste Jaargang.
1922.
11 DECEMBER
MAANDAG
Fenilleton.
Uw rekeningen,
Uw briefpapier,
Utt kwitanties enz. enz.
AfoQnnementsprljs bij yooruitlbetaling per 8 maanden f?.—ft. per poit f2.50. Bewljsn. 6 et. Advertentlepr. 25 ct. p. regel, grootere letters naar plaatsruimte.
Brieyea franeo S.T. Bo&k- en Handelsdr. y.Il Herms. Coster Zoon, Voordam C9, TeL Admlnistr. No. 3. Redactie No. 33.
Dfoeeteur: G. HL KRAK.
HoofdredacteurTj N. ADJEMA.
Stadsnienws.
SOC. OEM, GEMEENTERAADS-
L'EDEN.
Oister Meld de Vereeniging van Soc. Dem.
Gemeentera adsleden in) Noord-Holland-
N'oord in, -tLet gebouw ,;De Unie", aan de
Koorstraat aimer, "baar jaarvergad-tring,
welke vrii, goed was bezocht.
Door dien waarnemenden voozitter, den)
heer J. Westerhof, nit Alkmaar, werden de
aanwezigen welkom geheeten, inzonderheid
de beer A. W. Michels. lid van Gedeputeerde
Staten van Noord-Holland.
Da aftredlende bestuursleden P. Zeeman,
ZuidisCbarwoude: K. Prins, Zaandam1; 'H.
Kofmian, Enkhlutzen; J. Scbagen, Edam em
I. Westerhof, Alkmaar, werden bij' acclamatie
aerkozen.
In de plants ran dem naar Rotterdam ver-
trokken voorzitter, dem beer Osikiam, werd de
et bestuur
verkiezing
nit Oudkar&pel.
Het door dem secretarls, dem beer J. Wes
terhof, uitgebracht jaarverslag, getuigde van
eem opgewekt levem
Eem verzoelki van het Gewest der S. D. A.
P. omt met hem gezamentlij'k cursussen te or-
ganiseeren over Gemeemte-politisek voor S. D.
graieemteraadsleden1 en belangstellenden,
werd met algemeene stemmen aangenomen1.
In dem Helder, Scbagen:, Hoom, Punner-
end, Alkmaar em Zaandam wordem deze cur-
sussem geboiuden, met als inleiders de heerem
Van de Vail, Jb. de Vrfes, Westerhof,
Qaijaard, A. de Vxies, Veltbuizem en Bimneni-
dijk.
In verband met de door bet Nederlamdsch
Fotogr a fen-Bureau aan de gemeentebesturem
gezonden circulaire om eem foto van de
raadsvergaderimgen te doem makem en! de foto
te doem opnemem in) bet boek, hetwelk H. M.
de Koningin met baar 25-jarig regeerings-
jubilflum zal wordem aangebodem, sprak de
vergadering als baar vaste overtu-iging nit,
diat de sociaal-democratische raadsledem
daaraan niet zuilen deelmemem.
Na de pau-ze werd door dem heer A. W.
Michels,, lid van Gedeputeerde St a ten' van-
Noord-'Holl-and, een infeiding gehoudem over:
„De verhouding van Gedeputeerde 'Statem
tot de gameentem em omgckeerd", in welk ver
band spr. deed opmerkem, dat de verhouding
niet alleen! kan volstaan met de 'Gemieente-
wet, docb de verhouding van bestuursinrich-
ting moet in onderling verband gezien wor-
den. Het zicb steeds wij'zigen door dem Staat
twain door de economiscbe veranderingem.
Wanneer de bestuursinrichtingeni las van el
kaar wordem bezien, dan is er veel overeem-
stemming tuseben de Regeerimg met de Pro
vinciate Statem enl de Gedeputeerde Statem
met de Gemeemteraden. Meer principieel ver-
schil is er met de benoeming van burgemees-
ters em Commissarissem der Koningin. Om
de geschiedenis goed ma te gaan, moet mem
tevens eens gaan kijkea' wat daarvan te zeg-
giem is. Wiji bebbeni in ons land een geogra-
Iscbe indeeling der gemeenten em provincien,
welke onderling bestuurd word en
In en)kele trekkem gal spr. deni toestand on-
der de Genmaneni aan.
De daarop volgende periode der grdven-
en bissicboppen, die alles in bun bezit badden)
werd bi'erna besproken.
IHet ontstaan van de eteden werd voorts
met een enfkel woord besproken.
IHoewel de steden niet anders konden1 be-
Btaan dan door ruilverkeer, eischte dit ook
eeni goed) bestuur. 'De steden handbaafden)
zicb als steden tot 1'848 en) in de statem kreeg
men eeni sterke vertegenwoordiging van bet
ridderscbap. Tbans zijn biervan nog resten)
over. De stad)en van toen leverden eeni groot
verscbil met de steden: van den tegemwoordi-
gen tiid. De graven badden voor bun oorlo-
geq altijd veel moodig, eveneens om bun ben-
den in stand te bouden, docb bum staat en
hofhouding konden zij niet voldoende onder-
bouden. De steden konden zicb evenwel hand-
baveni oor drastiscbe maaltregelen.
IDe opkomst der gilden, sloot het platteland
uit voor de ambacbten, alleenl landbouw en
veeteelt werd op bet platteland beoefend, ter-
wijil zij) voorts volkomen geplukt werden mi
de prijzen van brood en vleesch werd door de
steden' zelf bepaald. De steden konden) steeds
meer voorrechtem van den graaf bedingem,
wanneer biji bun meer voorrechtem gaf. Hoe-
wel de graven de scbout en1 schepienen be-
noemden, oefenlden zij! ook de recbtspraak
uit. N!u is dat buitengesloten, alleen de be
noeming van burgemeesters door de Ko
ningin, maakt bieropi eeni uitzondering.
In de steden ontstonden' later raden, docb
niet de tegenwoordige gemeenteraden, docb
raden van 4 persomem, welke werden1 aange-
wezen uit de ex-schepemen. Een verkiiezing
door bet volk (de poorters) bad niet plaats
gevonden. Uit die raden zijn toen de burge
meesters gekozen.
In de groote steden ontstond toeni de fami-
lie-regeering of regenten-tijidperk en bet ver-
strekken van baantjes was toen sdbering en
inslag.
Om' de oorzaken van- gewestelijfce besturen
te kunn enswa arnetnen, moeten wij teruggaan
naar bet graven tijdperk. iHet gebied van
zoo'n graaf was groot en biji stelde fcleincre
vorsteu: aan, de zoogemaamde adel. De gees-
telijkbeid van dien tijd was groot-grondbezit-
ter em uit bet Rijksarcbief te iHaarlem1 van
0(60) bleek, dat de St. Maartenskerk een mas-
sa goederen bezet. En was zijl er niet aan ge-,
komeni door roof, dan was bet baar gascbon-
cen. Met de toen opkomende 3 standen: de
adel, de steden em de geestelijlkbeid, moest de
graaf of vorst rekening bouden em had deze
regeerder geld noodig, dan riep haj' de 3
standen bij' elkaar. Deze bijeroeping is de ge-
boorte geweest van de staten, terwijl Fihps
van Bourgondie en Karel de 'Stoute in dien
geest reeds medewerkten. Niet alleen de staten
van bet gewest, docb alle staten kwamen^bij
elkaar, waardoor wiji kregen de hiuid'ige Sta-
ten-Generaal, waarna de verscbilknde be-
stuursorganisaties zija ontstaan.
lb de 16e eeuw hebben de staten bun wet-
tige vorst afgezworen en onistond de repu-
bliek.
De Prins van Oranje werd door enkele
staten apart gekozen. De macbtige steden
d'eden wat zijl wildeni en Nederland had dus
geen bestuursinrichting.
De Unie van Utrecht werd als de eerste
grondwet van ons land beschouwd en zij
brachi eenibeid tegen de Koning van Spanje.
De gemeenscbappelijike heffimgem zijtn nooit
nagevolgd, docb de staten maakten toch eeni
tijdperk van bloei door. In 1588 vergaderdem
die gewestelijke staten: en) vormden het be'
stuur der republiek samenl met bet stadhou
Roman door Margaiostba BdbtaS.
Nlaar bet Duitseb dioor M. W.
(Geauteiseerde verfalingj.
87)
„Ik beschouw hem als verdler been dan heel
veel manmern die tien1 j aar ouder zijn dan biji.
Dan diee luitenant Braunberg b.v. of dien
mijnheer von Mioritzhleide. Daarmee wil ik je
niiet kweitsen Inge. Ik bieb Lodlewijk beloofd
op hem te zulllem waditen, all moest 'bet idem
jaar duren."
„Ja jaInge ®tak do ondterlip voor-
uit, zooals zijl altijld deed! wamneer zij ern-
etig over iets madacbt.
Zijl biieMten beali veel van elkaar en of-
sdhoon Lodewdjlk sllechits twee jiaar ouder was
dan zijj, was ziji steeds gewoom geweest faem
Wj1 allle vraigen' en omstamdiigheden van1 het
dlagelijksch'levem alls 'een soort boogste instan-
tie te bescbouwen. 'Do zwalkke moeder stand
tataat onder zijn inivloed em deed) wait bij
wemsobte;
Ja, zelker, Lo was verstandilg en energiek,
en zou het zpker tot iets bremgeml. „|Eigenlijk
ben ifc heel blijl, dat je mijln) schoonzuster
wordt, 'UlUa," ziei ze nit baar gepeiins orntwa-
kende.
Langzamerband verflanwidle het gesprek.
Maar dfe wintermorgen began toch reed's aan
te breken voordat dte j'onge meisjes insliepen
Ini jiarem bad het niet zooved) gesneeuwd
als dit jaar. Sedert Kerstmis sneeuwde belt
bijna voortdurand. iNu en idlan werden de
snleeuwtnassa's een paar idlagen door dooii we-
der opgetiuimd, maar de vOUgenide dagen en
een'komsitig^e positie haddenj alsi de tegenlwoor-
dige Gedep. Staten,. D)e puMicaties van toen,
getuigdem van bevelen:,, nu zijn bet slecbts
verzoeken. De plaatselijke besturen baddeni
weinig te vertellen, bet Sitatenoollege veel.
Wanneer mem de Gesohiedboekien naleest,
dan blijkt daaruit, dat Nederland een roem-
lijk bestaan heeft gehad, docb het bestuur
deugde niet. Om' de 2 jaar werd de Grondr
wet veranderd en met dien strijd tusschenl fe-
deraiistemi en unitarissen bleef het een zoeken
en tasten.
De Franscbe overheersching en inlijving
was een slecbte tijd, docb Napoleon heeft de
goede bestuursimricbting gebracbt em in 1815
de eembeidsstaat gemaakt, met zicb mede
bremgende de tegenwoordige regeeringsvorm.
Van tie zelfstandigbdd der gemeenten bleef
weinig over,, wiji Van Hoogendorp bier wcei
naar toe wilde, die zicb plaatste op bet
standpunt der federalisten.
11848, de tijd van Tborbecfce, bracbt de
zelfstandige autonomie en- de Grondwet
bracbt verandering ten gunste der gemeenten.
De zelfstandigheid der gemeenten- werd ge-
waarborgd, docb was niet zoo groot als in de
middeleeuwen. De' bestuursinricbting en de
Pronvinciale !Staten bebben nu toezicht op-de
femeenten, docb' deze hebben! een zalfstandig
estuur, vastgelegd in de Grondwet, docb
ook in de Gemeentewet. De bandelingen van
plaatselijike besturen mogen niet treden in die
recbten der provinciale. 'Hoewel gepoogd is
om de macht van Prov. Staten in te perken,
zou n^en niet terug willen- naar de macht van
de vroegere gewestelijke staten, wat een
ondergamg zou beteekenen van de stabtsin-
ricbting zelf. De belangen van bet kapitalis-
me zouden de veranderingem niet gedogen.
iSpr. meent ook te moeten resumeeren, wat
de Grondwet voor de staten erff gerdeen ten-
beef t gedaan.
Twee belangrijke dingem komen- in de wet
tot uiting en wel dat de gemeenten- baar eigem
ver-oraeningen kan makem en belastingen hef-
fen. Zij is volkomen) baas in eigem huis, in
welk verband spr. een madere uiteenzetting
gaf van art. 135' der Gemeentewet. De ge-
meentelijike veranderingen voor orde enrz-ede-
lijikbeid beboeven geen nadere goedkemring,
docb andere verordemingeii beboeven
wel de goedkeuring der kroon. De verorde-
ningen welke Gedeputeerde Staten: van de ge-
meenlten ontvangeni moeten naar de gemeen
ten terug gezonden. Willem deze ze niet op
verzoek van Ged. Staten1 veranderen, dan ad-
viseeren Ged. Staten aan de Kroon om de
verordeningen te vernieti-gen, wanneer mocht
blij'kem, dat ze in strijd zijn met bet algemeen
belang. Tot vemietiging adviseeren Ged. Sta-
tentniet zoo spoedig; zij willen zicb voldoende
overtuigen en' onder deze verordeniimgen- ver-
staat men raadsbesluiten qf besluiten van. B.
em W. De Kroon beslist ook niet zelf&tandig.
Zij scborst de verordening, docb de Raad
van State beslist.
De pr-ovinde moet elfce verordeniing naar
de Kroon zendern, eveneens de regeling der
rechtspositie van het provinciaai person eel.
Salarieeringen worden alleen door Prov. Sta
ten geregeld, evenzoo bepaalt de gemeente
dit zelf. De groote macht van Geo. Stated
is dus slechts schijn, boewel de raadsledem
meermalern op dit instituut bebben -geschol-
den. -Nu kunnen Ged. Staten eens jiader aan
de tend worden geyoeld en de te stellen vr-a-
gen zuilen wel eenige opbeldering geven
Art. 143 der 'Grondwet werd door den
spr. nader uiteengezet in verband met't ge-
meentelijk. en prov. bestuur. De aangestelde
Gommissaris der Koningin is een regeerings-
ambtenaar en wordt door't Riijk betaald. Hij
is belast met het bouden van' toezicht en heef t
de bevelen van de Kroon uit te voeren. De
burgemeester, hoewel door de Koningin be-
noemd, is ten; deele een regeeringsambtenaar,
docb wordt betaald door de gemeente. Waar
B. en W. het college vormem en met den' raad
bet bestuur der gemeenite, m aakt de Commis-
saris der Koningin geen deel uit van de Sta
ten'. doch heeift wel een stem.
Aan de gemeentelijke zelfstandigheid 'is
sinds 1848 meer waarde gelbecht dan aan de
Prov. Staten em de gemeenten zijn sinds dien
tot groote ontwikkeling gekomen. Het te be-
werken terein voor de Prov. Staten is fclein,
terwijl de gemeentelijike autonomie groot is,
zou een imgrijpen der Prov. 'Staten; zeer sioba-
delijk zijn.
In de plattelandsraden, aldus de beer
Michels, staat men wel wat sceptisch tegen-
over de volksgezondbeid en een ingrijpen
door de provincie werd door sommigen wel
jewild. B'iji toenemend ver-keer in de steden
s gevaar te ducbten door invoer uit de plat-
telandsgemeenten, terzake de volksgezond-
heid. Art. 29 der ziektewet geeft de provincie
het recbt»een verordening te maken, waarin
bet verboden is om water uit de slooteni te ge-
bruiken, maar wat zou biervan terecbt komen,
nu er geen waterleidin-g is. Hot bistoriscb
recbt is dat den provincie geweest om veror
deningen te maken voor verkeer en- wiater-
staat. Wat evenwel ook in handenl der pro
vincie beboort -en -ook is1, dat is de exploitatie
der waterleiding en electridteit, terwijl de
zorg der gezondbeid aan de gemeenten is
opgedragen.
De bevoagdheden biji de gemeenten) zijn uit-
gebreider dan bij de provincie, docb de ge-
maakte gemeentelijke verordening-en mogen
niet tred-en in -algemeen of Rijksbelang.
De uitvoerin-g van Art. 148- der Gemeente
wet be'hoeft de goedkeuring van Ged. Staten
en spr. vindt bet uiitstekend, dat Ged. Staten
over gemeenitelij'ke finantieele zaken het toe
zicht hebben. Ziji kunnem de besluiten) toetsen-
aan andere zaken en ook beter bezien. Van
onder curateele-stellen der gemeenten is geen
sprake. Wiji zuilen de zaak objectief bezien,
doch ook bandelem naar vaste regelingen.
De leening voor een gasfabriek kani op korter
termijn afgelost worden, dan die voor vex-
keerswegen, docb Ged. Staten moeten tevens
toezien,, dat bet nageslacbt niet de dupe wordt
van een leening. Wanneer gemeenten1 met
eembeslissing van' Ged. Staten geen genoegiem
n-emem, dan kunnen ziji in beroep gaan biji de
Kroon.
Wat voorts de gemeentelijike zelfstandig
heid betreft geeft -spr. te kennen, dat dit feite-
lijk zou beteekenen: „gehe'el vrij) zijn", het-
een- heel moeilijk is. Ook met het algemeen'
ilang moet rekening gebouden- worden.
Waar er op bet oogebblik een strooming is
om aan grootere gemeenten als Amsterdam
meer zelfstandigheid te geven, doet spr. op-
merken, dat ook\leine gemeenten goed wor
den gefinancieerd.
De gemeenten houden1 ook de bevoegdheid
om baar begrootingen daama te stellen, al
leen bebben Ged. Staten te letteni op de bui-
tengewone uitgaven, welke misschien onder
gewon-e uitgaven bebooren.
Buitengewone uitgaven bestrijdt men door
leeningen, docb de gewone uitgaven moeten
bestreden worden uit de belastingen^ doch
niet door leeningen. Ged. Statem hebben ook
te letten op de dekkimg der gemeente-begroo-
ting, evenzoo bet nazien der fcohierem of deze
de belasting aapgeven waarop de uitgaven
Wat de kinderaftrek betreft, daarbij: gaat de
Regeering niet meer op het advies van Ged.
Staten, doch zij' heeft zelf een norm vastge-
steld en v^jkt a aar niet van af.
De gemeente is voorts de uitivoerster van
Rij-ks- en Provinci-ale/ wetten, doch het Rijks-
gezag kan ook geld op de begxooting plaat-
sen.
De Keuringswet, de Armenwet en Drank-
wet, behoeft de goedkeuring van Ged. Staten,
omrede zij- in verband staan met de Rij'kswet-
ten.
Na het beantwoorden van eenige vragen
werd de vergadering gesloten.
GOD9DIEN9T EN WIL.
Vervolg r\ed,e dr, de Hartdg.)
Wan-neer wij dus, vervolgde spr., in het
tweecLe deel van zijn rede, door de werkelijk-
heid gedwongen enl gedrongen, mogen be
sluiten dat de menscn 'heeft d^ functie van
bet denken en de functie van het willen, dan
hebben wij) in zake den godsdienst ailereerst
te overwegem, waartoe bet denken ons dwingt.
De mensch kan dan nooit atheist zijn, omdat
bet denken: overal zoekt eenheid.
Wanneer een wetenschappelijk man enlkele
verscbijnselen waarneemt, en bij: heeft die
kunnen onderbrengen onder een algemeene
wet, dan kan hi) zeggeni: Ik beb z)e yerklaard,
ad« 1
ze
nacbten bradhiten weder vorst en vuldeni weer
aan Wat was wegigadiooid.
iHfet ingesneeuwde Mioritziieide tgeleek In
dien' tijld! op een betoovend slot in de witte
ginsterende bekleeding, met zijn kristallen
teanje vexsiierde bogen aan deuren en poor-ten
em d'aikpanuen1, die verbilimdlenid witte grasta-
pijlten) en de zfflveren boomen; en vooral
's -avonids als die dWarrelende, damsende vlok-
ken, die bet ombuldiemi :a'l!s witte, zwevende
slOiers dlie bet lanidsdhap iets onwexlkelijks,
sprooikjesaditigs verleenden.
De familie bad zicb zoo goed mogelijk inge-
ricbt in bet o-ude buis. M-evr. von Moritz-
Imeide bad! bet meest te lijd'em ondfer de veran
dering van) waning. Ziji was geen bijlzonder
veeleiscbendie vrouw, maar zij! was des te meer
gehecbt iaan die gewoonten en -aangenaambe-
den van een op solide grondslagen gevesti'gd
leven. tBijvoorbeel'd aan die kleinen prettigen-
fcriing van kenissen, die ziji bad giefa-ad, aan
de beerffijke middiag-theepantijtjes, aan die ver-
eenligingen, wabniin zijl illdi van't bestuur was
geweest, aan een degelijlke, eenvoudi-ge, ele
gante kl'eeding, aan dte bebagelijke woning te
Bierlijn, baar vaste ptaalts iin bet parket in de
Opera :en dergeMjke dingen meer. En dat
allies miste ziji zeer. 'Misschien zou zij later
wat omgamg kTijlgen' miet die landeigenaren' in
de buurt; voariioopijg fcemde ziji niernand._ De
lange 'llandwegen makten bet moeilijk bij el
kaar te komen en daarenboven moest men
voorzi'chitig zijln- met het aanfcnioopen van com-
versaties. daar zij) zeer precies o-p de geld-
zalkem moest pas§en en afflle mogelijfce overbo-
dige uitgaven Vennijiden.
Zij was gedrukt en treurig gestemd. Niette-
genstaande de dikke muren en het vuur dat
van den vroegen morgen tot den laten avond
in den haard knetterde, zat zij voortdurend te
rillen, en de melancholieke grijize lucht, en't
eeuwigdurend sneeuwgeritsel wekten baar
ook niet op. In de eerste plaats maakte zij
zicb bezorgd over Koenraad. Zij: bad haar
eenig kind nooit iets kunnen weigeren en bet
bad hem geen moeite gekost baar over te ha-
len mee te gaan naar bet feest op Oudejaars-
avond, ofscboon zij voor dien avond andere
plannen had gehad en Koenraad pas ter elf-
der ure entree-kaarten voor bet bal had geno-
men. Bovendien bad zijn grappige bescbrij-
ving van zijn redding der jeugdige Zevenge
sternte haar versteld doen staan en ni
gierig gemaakt naar bet jonge meisje. Z»] as
te welwillend en te reehtvaardig om Zlch te-
genover de jeugdige lieftalligbdd van bet
jonge meisje met vooroord-eelen te pantseren.
Maar Koenraad was nu eenmaal genoodzaakt
met een rijke vrouw te trouwen en al was In
ge nu tienmaal de erfgename der millioenen
van Zevengesternte, dan was het, alles wel
beschouwd, toch een zeer precaire zaak daar
op te rekenen. Die erfoom was daarenboven
pas getrouwd, bij was de vijftig nog maar
even gepasseerd en zelfs al bleef het huweiijk
kinderloos en bedacbt hij zijn neven en nich-
ten vorstelijk in zijn testament, bet kon nog
best een vijf-en-twintig jaar, misschien' langer
duren voordat zij' in het bezit van de erfeais
gesteld werden. Koenraad daarentegen was
slechts geholpen wanneer bij spoedig aan ka-
pitaal kwam, waamiee een paar hypotheken
konden worden afgelost en een fatsoenlijk
sommetje in het bedrijf gestoken kon worden.
Overal op het buitengoed was geld noodig.
Het was een echte ramp dat hij nu juist met
dat meisje bijna onder een dak woonde. Hij
gaf zich zelfs geen moeite meer zijn yerliefd-
neid te verbergen. Dat men ook nooit eens
van de zorgen bevrijd werd
Natuurlijk zat hij op het oogenblik weer
daar ginds bij dat meisje in het huis van den
zijn gebaseerd.* De goedkeuring der belas-
tingheffing- berust biji de Kroon, terwijl Ged
Statem advis'eeren. De gemeenten zijn vrijl tot
het doen van uitgaven, mits er dekking is.
Een Xmsterdamsch raadsbesluit om hon-
derdduizend gulden te voteeren voor Rus-
1-and, bebben 'Ged. Staten verworpen, omrede
het in! strijd was met de Armenwet.
'Een tweemaal door den Raad van Pnrmer-
end gienomen besluit om de veemarkt te vest;
grooten, bebben Ged. 'Staten bek-rachtigd, on-
damks bet protest der belastingbetalers.
Elke belastingverordening, welke goed was,
werd begeleid door een gunstig advies van
Ged. Staten en ter goedkeuring de Kroon
voorgedragen.
gebracbt onder een algemeen geziebbspunt.
En zijn wellicht, zeide spr., onder U men-
scben, die zeggeni; dan spreek: ifc toch liever
niet van een wet, dan noem ik dat liever con-
stellatie.
Goed, zeide spr., maar al kunnem wiji niet
naar de wetmiatighdd die verscbijnselen na-
gaan, dan blij'ft de constelilatie toch meTk-
waardig omdat wij alles geconstell-eerd vin-
den. Zouden wij' niet, betoogde spr., er toe be
sluiten1 om eenheid te zoeken in de sanrenstel-
ling der dingen.
Nu moet gij' er eens op letten, dat vrijden-
fcers beweren monist te zijn.
Mondst beteekent: eenbeidszoeker, denker,
die in de verwarring eenheid zoch't.
IHet monisma zal dus de eenheid zoeken,
ook in de ^odbeid, want overal waar men
eenibeid zoekt, zoekt men God-. In dit verband
verwees spr. naar de Gereformeerde ^eloofs-
belij'denis, vervolgende: Zoo ban een mensch
nooit zijh: godloochenaar.
Alleen: kan hij' consequent atheist zsjn,
wanneer hij1 zegt: geen eenlneid ro.aar veel-
heid, hetgeen spr. nader uiteenzette, er op
wij'zende, dat een denkend mensch geenl god
loochenaar kan zijn. En zoo moet de weten-
scbap, bet denlken, ons brenlgem tot gods
dienst.
Maar nu de keerzijide: d. i. de wil, die ge-
heimzinnige, hamerende drift in ons binnen-
ste, d. i. de v doorzetting van de eigenlijkfc
rentmeester. Onder voorwenidsel nog te moe
ten werken was bij dadelijk na bet souper
weggegaan. Mevrouw von Moritzheide trok
rillend haar bontkraag om de smalle schou-
ders, warmde de blanke handem voor de
kacbel en begon toen- baar wandeling de ka-
mer op en neer. Wat was bet bier stil! Men
hoorde zijn eigem hart kloppen en zijn eigen
adembaling. Die stilte had een onaangenamen
imvloed op baar. Zij was'bepaald wat bang
des avonds in dat oude buis. Een paar min/u-
ten bield zij bet nog vol, toen ging zij de lan-
ge, schraal- verlicbte gang door en de breede
wemteltrap af.
Voorzicbtig deed zij de deur van Koen-
raad's kamer open en bleef aangenaam ver-
rast op den drempel staan, toen zij baar zoon
aan. de schrijftafel zag zitten. Hij zat te lezen.
Toen zij binnen kwam stond bij op, deed het
boek dicht en leidde haar naar de sofa. „Dat
is lief van u, Mama. Ik dacht juist of u niet
komen zou om mij een beetje gezelschap te
houden."
„Ik dacht dat je naar de Neum'ans was."
„Ik? Hoezoe? Hoe kwam u daarbij-Per-
mitteert u dat ik 'een sigaar opsteek?" Toen
zij kmikte, nam bij een sigaar uit een Ja-
pansch kastje, stak ze aan en liep rookend de
kamer op en neer.
Met beide handen onder haar bont dbok
zijn moeder in hehzoekje van de sofa. On-
middellij-k begon zij over haar zorgen te
spreken. Als het nu maar eens een goed jaar
werd, zoodat de rente betaald kon worden en
men geen nieuwe hypotheek moest opmemen.
Wat een teven bier in dien ingesneeuwdten
hoekMen had een gevoel of men gevangen
zat, ingesloten doo-r een dichte doonnenhaag
van alle mogelijke moeielijkheden. Langza
merband kwam zij- op bet belangrijkste punt:
die doornenfaaag kon dezen ter niet door
een prins, maar door een prinsesje ongewor-
pen wordien. Inge Zevengesternte was belaas
geen dollarprinses. Oom de geheimraad in
Berlijn wist zeber wel waaxom bij) haar naar
mevrouw Neumann stuurde om een burger-
'lijke buisbouding te leer-en. Aan den ande-
ren kamt was bet niet zooals bet hoorde bij
een jong meisje illustes op te wekken die niet
voor uitvoering vatbaar waren. De moeder
was indertijd een heel elegante jonge vrouw;
zoover zij. wist dat ze echter geen cent van
zich zelve en ze leefde geheel van Peter Ze-
vengestemtePs genadegilten. Als Koenraad
eenmaal trouwde, zou zij: zicb zelve niet als
een toegiftje aan bet jonge buisbouden op-
dringen, want een derde is bij een jong ge
trouwd paar altijd overcompleet. Zij1 keende
dan weer naar Ber'lijn terug en zou d'aar
bee! eenvoudigjes 'leven. Een1 woning van
vier .kamers en earn eenvoudig klein inkomen,
waarvan zij volgens haar stand kon leven,
haar voldoende. Onder de tijenduizend mark
's jaars kon men daar haast niet toekomen.
Mevrouw von Moritzheide moest met haar
op een. zaCh-t klagenden toon uitgesproken
uitweidingen plotssling ophoudlen, want
Koenraad legde zijn sigaar neer en nam
haar smalle gezidit tusschen zijn beide han^
den. „Klein, dwaas bezorgd moedertje. Wat
maakt u u altijd ennoodig moeilijkhedenU
is een draagster van denkbeeldige zorgen.
Alsof ik dat alles zelf niet wist. Hoe zou ik
mijzelf dan de misere opleggen van een hu
weiijk zonder voldoende middelen van be
staan. Dat is uitgesloten. Liefde zonder geld
is in onze omstandigheden, helaas, een doodL
geboren kind."
„Goddank, dat je daar zoo versttandig over
denkt, Konmy. Ik dacht dat je verliefd was
op die kleine Zevengesternte."
(Wordt vervolgd).
ALKMAARSCHE GODRANT.
.Tij, 0
TU i(i)€! Vries mn.b/>'rfln,
i
j