Alkmaarsche Courant
Zevengesternte.
Honderd Vijf en Twintigste Jaargang.
Dins dag 2][ Januari.
F e n i 11 e t o n.
V*. 1.
1922.
U1T WINKEL.
Openbaje vergadering van den Raad dezer
gemeente, op 31 December ji. Tegenwoordig
alle leden. Een vacaturs.
jMediegedieeld woridlt:
dat dte nieuwjaarscollecte 533,75 heeft op-
gebracht, waarvan aan 47 gezinnen em uit-
keering ia gedaan, aan 44 f 11,50 en aan 3
9'
dial omtrent het in de vo-rige vergadering
in handen van Burg, m Weth. gestelde voor-
6tel van1 den heer Kriek om te protesteeren te
gen de plannen van het P. E. N. om in de ge
meente electriciteit te brengen en zelf te ex-
Eloiteeren, is andermaal de gascommissie ge-
oord en Burg, en Weth. stelden voor wel
bezwaren tegen dit plan in te brengen, doch
alleen voor dat deel der gemeente, dat aange-
sloten is aan de gasleiding.
Een der leden waarschuwde tegen een al te
voorbarig protest. Volgens mededceling in
de Statenvergadering bestaat het plan heele-
maal niet
De heeren Kamp en Kriek meenden dat het
bcstaan der gasfabriek en door bedreigd
wordt en wenschm te protesteeren.
Mevrouw Houtkooper Bol meende,, dat het
op den duur niet tegen te houden is.
Het voorstel in stemming gebracht, staak-
ten de stemmen. Aangehouden tot een vol-
gende vergadering.
In verband met een geyraagden lageren
prijs voor de straatverlichting, stelde de gas
commissie voor den prijs van gas voor straat
verlichting te brengen op 13 cent per kub.
Meter. Aldus besloten.
Ingekomen was de verordening op de keu-
ring van vee en vleesch, door Ged. Staten
goedgekeurd.
Ingekomen was een drculaire van de Ka-
mer van Koophandel te Alkmaar. om voor
gemeentebedrijven de 48-urige werkweek in te
voeren.
Burg, en Weth. stelden voor, hiertoe te be-
sluiten, het betreft alleen twee man aan de
wegen, waarvan 6en in vasten dienst is en
een in lossen dienst, die per uur wordt be-
taald.
De heer Kriek zeide het vreemd te vinden,
dat Burg, en Weth. niet zelf met een voorstel
zijn gekomen, maar eerst een schrijveo van de
Kamer van Koophandel noodig was.
De voorzitter zeide, dat deze circulaire hen
op de' gedachte heeft gebracht.
Mevrouw Houtkooper-Bol vroeg of Burg,
en Weth. daardoor ook meer werk verwach-
ten. Spreckster geloofde dit niet, de statistie-
ken wijzen uit, dat in korter arbeidstijd even-
veel is geproduceerd.
De heeren Breebaart en Spaans konden
zich met deze theorie niet vereenigen.
IHlet voorstel, in1 stemming gebracht, werd
met 4 tegen 2 stemmen aangenomen.
Voor ae aansluiting van de Strook aan het
electrioch net van Barsingerhorn, werd door
Ged. Staten voorgesteld het -verlichtingsge-
bied vast te stellen, zooals op een schets-
kaart is aangegeven.
Burg, en Weth. stelden voor, dit plan goed
te keuren. Aldus werd besloten.
Door de gascommissie werd voorgesteld
Io. de prijs voor industriegas te bepalen op
10 cent per kub. Meter voor de eerste 1500
kub. Meter, 9 cent voor de tweede 1500 kub.
Meter 8 cent, voor de derde 1500 kub. M. en
7 cent voor de vierde 1500 kub. M. en daar-
boven.
Besloten werd' dezen gasprijs goed' te Ikeu-
pea
2o. Een gereduceerden gasprijB in te voe
ren van 7 cent per kub. M. voor het gas dat
gebruikt wordt boven de hoeveelheid ver-
bruikt in d'ezelfde maand- van het vorige jaar.
Minimum verbruik van 25 kub. M. per maand
blijft gehandhaafd.
De voorzitter zeide niet svmpatfiiek tegen-
over dit voorstel te siaan, maar onder d'en
drang der omstandigheden er zijn stem aan
gegeven te hebben.
De heer Kriek verklaarde er zich beslist
tegen; het kan deoi serieuzen gasverbruikers
niet ten goede komen, wel de slechte verbnui-
kers.
Mevrouw Houtkooper-Bol meende toch er
lets goeds in te zien ten bate der kleine ver-
bruikers.
Het vooretel, in stemming gebracht, werd
Roman door Margaretha Bohmf.
Maar het Duitsch door C. M. de W.
(Geautorisaerde vertaling).
41)
Den vo-lgenden dag maakte hij zich een
uur vrij om Ullla te ^aan begroeten. Zij: ont-
ving hem onvriendelijk. Dat o-mboemelen
met dien wild vreemden man beschouwde zij
wlstrekt niet als een reden tot verontechuldi-
ging voor zijn wegblijven van het station. Het
was geen bewijs van groote liefde, dat hij
zich in die paar dagen dial ze nog vrij was,
niet aan haar, maar aan dien vreemden man
wijdde. Lodewijk trachtte haar uit te leggen,
dat het niet anders kon. Toen zij niet naar
hem luisterde werd hij boos. „Je verged dlat
ik leerling ben en aan mijn chef gehoorza-
men moet, Ulla. In plaats, dat je je ver-
heugt over het vertrouwen, dat mij geschon-
ken worth, m-aak je mij een scene. Jullie
vrouwen zijn toch alien hetzelfde. Kleinzie-
lig en kortzichtig..."
„Ja, natuurlijk, jiji als leerling..."
„Heb je daar misschien spijit van? Als em
ploye zou ik trouwems ook moeten gehoorza-
men." Vragen en antwoorddn volgdcn el-
kander snel op, niet vertoornde hdtigheid.
Plotseling sprang Lodewijk woedlend op.
„Vaarwel, Ulla. Er is vandaag geen rede-
neeren met je." Toen diraaide zij bij. Wis legt
ook ieder woord op een goudschaaltje...
Vrijiwel verzoend1 namcn zij afscheid van
ellkaar.
Toch had hef voorval een onaangenamen
bidruk hij Loddwajk adhtergelaten. Wat was
met 5 tegen 1 stem aangenomen.
Door het gemeentebestuur van Barsinger
horn was bericht ingekomen, bereid te zijn
bij: te dragen in de kosten van het U. L. O.
voor kinderen, waarvoor geen schoolgeld
kan worden betaald.
Door Ged. Staten was goedgekeurd het ze-
sluit tot het aangaan van een kasgeldleening
voor 1923.
Medegedeeld werd nOg, dat vanaf 1 Janu-
ari 1923 het post- en tdegraafkantoor ge-
opend zal zijn als volgt: Van voorm. 814 tot
nam. 4 uur en van 6 uur tot nam. uur.
Op zon- en feestdagen van 89 uur voorm
Ter voorziening in de vacature van onder-
wijzer aan de school te Winkel hebben zich 5
sollicitanten aangemeld.
In overleg met den Inspecteur van het La
ger Onderwijs is door Burg, en Weth. opge-
maakt de volgende voordracht: 1. J. A. Riet-
bergen te Amsterdam; 2. A. M. J. Mol te
Helder; 3. mej. A. G. van der Zwaao te Am
sterdam.
Tot stemming overgegaan zijndc, werd No.
1 der voordracht met algemeene stemmen be-
noemd. op de gebruikelijke voorwaarden, n 1.
geneeslcundig onderzoek en ontslagaanvrage
3 maanden vooruit
Door de Tuinbouwvereeniging „Nieuwe
Niedorp en Omstreken" en de Fruit- en
Groentenvereeniging „Winkel" zal een tuin-
bouweursus voor volwassenen worden ge
geven. Zij vroegen diaarvoor een verwarmd en
verlicht schoollokaal op zes achtereenvolgen-
de Dinsdagavonden, aanvangende 2 Januari
1923.
Burg, en Weth. stelden voor, daarvoor het
lokaal voor het handwerkonderwijs beschik-
baar te stellen, mits behoorlijk voor het
schoonhouden wordt gezorgd. Aldus werd
besloten.
Een voorstel van den heer Kriek, in de vo
rige vergadering gedaan, om aan de Winke-
ler Voetbalclub f 25 subsidie te verleenen en
waaromtrent de stemmen staakten. werd op-
nieuw in stemming gebracht.
Andermaal staakten de stemmen, zoodat het
voorstel als verworpen moest worden be-
schouwd.
Door Ged. Staten werd voorgesteld de
schoolgeldverordening te wijzigen en het be-
talen van schoolgeld vrij te stellen voor inko-
mens beneden 1000 (thans is dit 1200).
Burg, en Weth. stelden voor. aan het ver-
langen van Ged. Staten te voldoen. Aldus
weni besloten.
De voorzitter deelde mede. dat destijds i«
i besloten een proef te nemen met cen gedeelte
weg het paardenpad uit te breken en te ver-
vangen door een beharding van basalt. Deze
proef is nooit genomen, maar wel is er bij de
Zuivelfabriek een gedeelte van den nieuwen
weg geheel met vasalt behard, maar de er-
varing daarmede opgedaan is van dien aard,
dat Burg, en Weth. meenden een proef niet ie
kunnen aanbevelen, omdat die basaltweg al-
tijd zeer smerig is, en er 'toch ook kuilen in
komen
Burg, en Weth. zijn nu in' het bezit geko
men van goede oude steenen, en in de toe-
komst komen er nog meer, als het Oosteinde
verlegd wordt in 1923. Nu is het paardenpad
naar Lutjewinkel bij gedeelten uitgebroken
en opnieuw bestraat en het komt Burg, en
Weth. voor, dat dit pad wel 4 h 5 jaar goed
blijft. Burg, en Weth. vragen of in die rich-
ting kan worden voortgegaan en de paarde-
paden met goede oude steenen en destioods
met nieuwe steenen te herstellen en den proef
met basaltbebarding nit te stellen.
Verschillende leden spraken over den toe-
stand' der wegen en prefereerden een weg met
paardenpad in het midden en' basalt in de
slagen boven een geheele basaltbeharding.
Besloten werd' voor 1923 met het plan van
Burg, en Weth. accoord te gaan.
Benoemingen:
Tot leden van het Algemeen Burgerlijk
Armbestuur werden benoemd de heeren Jb.
Brugman en S. Kriek.
Tot regentes van het wees- on armenhuis
werd benoemd mej. G. Vries-Zeilcmaker.
Tot lid der commissie van toezicht op het
lager onderwijs werd gekozen de heer
J. Breebaart Kzn.
Tot lid der commissie van beheer der gas
fabriek werd benoemd de heer J. Koomen Hz.
Omtrent de aansluiting der gemeentege-
bouwen wenschten Burg, en Weth het ge-
voelen te kennen van den Raad. omtrent aan-
besteding der huisleidingen en de strekking
van den aanslag.
Burg, en Weth. hebben gedacht, de aan
sluiting der huisleidingen publiek aan te be-
steden, na vooraf een begrooting te hebben
laten opmaken. Voorts in elk perceel de lei-
ding te brengen tot b.v. in de keuken, met een
kraan en een afvoergelegenheid. Wenschen de
bewoners verderen aansleg, dan zal dit kun-
er tloch in Ulla gevarenOok uiterlijk was zij
achteruit gegaan. Zij was weer even onrus-
tig en slordig als vnoeger. .Vreemd, dat het
scheef zitten van haar niet tneer onberispe-
lijk netten jabot zulk een indruk op hem ge-
maakt had, dat hij het voortdurend voor
oogen had onder haax bekoorlijk gezichtje.
Mr. White was nooit voldaan. Hiij wou
allies zien, alles leeren kennen, alles weten.
Er was geen ontkomen aan. Van de Natio-
nale galerij tot het vroolij'ke Museum van
den Koestal, van den Rijksdag tot de Amor-
zalen, niets was voor hem veilig. Trouwens
mijnjieer Kolberg had zicli geducht vergist
met zijn ibewering, dat de Australier geen
Duitsch verstond. Mr. White begreep alles
wat hij begrijpen wou en kon ook een beetje
Duitsch spreken. Hiji had zichtbaar welge-
vallen in zijn jeugdigen geleider.
„Mijn waarde vriend Zevengesternte. I
like you... Je bevalt mij", zei liij telkens. „U
is een mensch, 'die past in de wereld."
Toen die heer White Zaterdagsavonds een
lang prt>gramma opmaakte voor den Zon-
dag, vroeg Lodewijk of het hem hinderen zou
als hij zijn zuster en haar vriendin mee-
bracht. Mr, White schudde het hoofd en
glimlachte. Integendeel. En tot versterking
van zijn verzekering sloeg hij zijn gorilla-ar-
men om Lodewijk's schouders en drukte hem
vol liefde tegen zich aan. Dames. Jonge da
mes! Een. alleraardigste inval van zijn lie-
ven vriend Zevengesternte. Natuurlijk waren
zij alien zijn gasten. Dadelijk ging hij: aan
de omwerking van zijn programma. Inge en
Ulla lieten zich niet lang smeeken. Dat was
nu eens lets heel mtieuws. Zulk een. onigedwon-
gen boemeltocht door Berlijn. Na hetl diner in
het Kaiserhof gebruikten zij den voorjaars-
wanman Zondagmiddag voor een langan rat
nen gebeuren met toestenrming van Burg, en
Weth. en voor eigen rekening.
Overeenkomstig het gevoelen van Burg, en
Weth. werd besloten.
De rondvraag leverde niets op.
Met een gelukwensch voor het komende
jaar, voor de gemeentebelangen in het alge
meen en voor de leden en de hunnen in het
bijzonder, sloot de voorzitter de vergadering.
UIT ST. PANCRAS.
31 December speelde Vrone 1 op eigen ter
rain een vricndschappellj ke match tegen S. D.
W. uit Oudbrp. Siand bij: einde 21 voor
Vrone, zoodat deze club de medaille verwierf.
UIT BERGEN".
Aan den Iingeschrevene voor den dianst-
plicht Simon1 Gerardus Slom, der licbting
1920, wonende alhier, is met ingang van lo
Maart 1923 voor 66n: jaar vrijstelling van
den dienst verleendi wegen® kostwinnerschap.
Naar aanleiding van het door den Raad
genomen besluit tot opheffing met ingang van
1 Januari 1923 van den geineentelijlken nacht-
bewakingsdienst, is met ingang van genoem-
den diatum door den Burgemeester eervol ont-
slag verleendi aan Gerrit Wiitite, als nacht-
wachit dezer gemeente, tevens dianaar van po
litic.
L an (lb ou w
DIE INTE RPE LL AT IE DUIJSOVER Drs:
TOESTAN1D VAN DENI TUI'NBOUW.
Nladiat in die zitting der Tweede Kamer n
Donderdlagavond 7 December j.l. de :er
Duys zijn interpellatie over den1 toestaud
van den tuinbouw in ons land had gehoudten,
hebben natuurlijk alle dagbladen van't bij. die
gelegenheid door den interpellant en andere
kamerleden gesprokene, alsmede van het door
d'en Minister van Landbouw a.i. gegeven ant-
woord, uitvoerig verslag gegeven.
Een verslag, of altihans een overzlicht, van
het in. de Kamer te dezer zake verhandelae be-
vatten eveneens de tuinbouwbladen, die op het
einde van de vorige week zijn verschenen.
o.a. „Het Handelsblad de Tuinbouw" op biz!
634—636 en „De Tuinderij" op de le en 2e
pagina.
Aangenomen mag dus wordem, dat de le-
zcrs van dit blad, evenals onze overige land-
geniooten, over het verloop der interpellatie
behoorlij'k zijn ingelicht. En ik zou clan ook
wellicht geen aanifeiding hebben gevondec op
deze aangelegenheid" nader io te gaan indien
niet gebleken was, dat de door den Minister
weergegeven fragmenten uit de rapporten der
tuintouwconsulenten tot onjuiste conclusien
hebben geleid.
Dat die onjuiste conclusien bestaan, leid ik
af uit de volgende feiten.
Aan het slot van ieen op 13 December j.l.
te Alkmaar gebouden vergadering van. den
proeb en' ecbooltuio aldaar, meende een der
bestuursleden te moeten protesteeren: tegen het
rapport, dat door mij. als Rijkstuinbouwcon-
sulemt over den toestand in den tuinbouw is
u'lgebracht.
En op een vergadering van dte Tuinbouw-
en Hlandelsvereeniging „L>e West" te Koedijk
gehouden op denzelfden' datum, werd volgens
een verslag, voorkomende in de Alkmaarsche
Gourant van Vrij'dag 1'5 Deoomber jJ. zelfs
het voorstel gedaan aan ond'ergeteekende een
motie van afkeurinig te zenden. Wel schijnt
volgens het niet zeer duidelijke verslag in ge-
meldte oourant deze motie sleabts en'kele stem-
men te hebben verworven, maar toch werd mij"
namens gemelde vereeniiging een brief over-
handigd, waarin strenge afkeuring werd uit-
gesprokon over het dioor mij; aan Z. E. den
Minister uitgebracht advies, en in welken
brief ilk min of meer wordt gesommeerd dat
advies terug te vragen en te herzien.
Natuurlijk heb ik mij onmidldellijlk bereid
verklaard aan die sommatie te voldoen, maar
dan onder deze mi. niet oniaannemelijke
voorwaarde, dat vooraf worde aangetoond,
dat mijn adVies in eenig opzicht onjuist en nitet
in het belang van dten tuinbouw geweest is
Nlu zou men 'kunnen zeggen, dat deze zaak
een particuliere aangelegenheid tusschen ge-
melae vereeniging en mij en dus in dit blad
niet thuis behoorfc. Maar deze opvatting ware
mi. niet geheel juist, aangezien het inij voor-
komt, dat de wijze, waarop de tuinbouweonsu-
lenten den huidigen toestand van den tuinb.
bekijken, in een- eenigszins scheef licht is ko
men te staan. 'In de eerste plaats schijnt het
mij toe, dat het publiek, waartoe ik in dit ge-
val ook dien heer DUys cn de tuinbouwende
bevoIking reken, den1 indruk gekregen heeft,
dat wij: den toestand niet ongunstig, maar in
zekere mate nog al optimistisch beoordeelen.
Htet is, meen ik, duidelijik. dlat deze indruk
althams wat mij! persoonlijk betreft on
juist is. Zoolang ik als medtewerker aan het
Hbld. de Tuinbouw" en vroeger aan ,,De
Tuinbouw" verbondten ben geweest, heb
door't Gxiinewaid. 's Avonds gingen ze naar
den Wintertuin, soupeerden daarna in het
Carlton hotel en tot slot brachtien ziji een be-
zoek in een cafe waar Hongaarsche muziek
gemaakt werd. Mr. White xnaakte de jonge
meisjes bar het hof. Inge en Ulla amuseer-
dan zich met den dwazen snaak en daar zij
zich totaal niet geuieerden, waren zij in een
voortdurenden schailerlach, Lodtewijk kon
zich haast niet meer ophouden. De laatste
vier dagen en nachten, die hij steeds b:-??ire-
lend' had doorgemaakt, waren te veel or
hem geweest. Zijn zenuwen hielden het met
vol. Hij: was zoo doodknoe, dat hij, haast niet
meer op zijn beenen kon staan. „Morgen
moet u mij: een paar uur excuseeren, Mr.
White", zei' hij, „Ik moet eenige kleine pre-
paraturen maken voor de reis en ook van het
kamtoor aanWijzingen halen." De heer White
zette een bedroefd gezicht. „Dat is leelijk,
very leelijk, mr. Zevengesternte. Ik ben een
arme loeder heelemaal verloren in het
groote Berlijn. Misschien trekken de ladies
zich mijn lot aan."
De meisjes lachten. Inge moest d'adelijk
bedankenzij rpoest den heelen dag bij
„Reierabend' zijn: Ulla aarzelde even, maar
nadat zij een blik met Lodewijk gewisse'd
had1, verklaarde zij zich bereid de betrekking
van berenleidstter voor eenige uren bij den
heer White te vervullen. „Ulla, je bent een
engel", fluisterde Lodewijk haar toe.
„Zoo, ben je niet jaloersch?"
„Jaloersch?" Lodewijk lachte zijn slaap
uit de oogen. „Op dit paskwil van' een
mensch, dat de natuurlijke historic zich per-
mitteert, neen neen, lieveling, dat genoe-
gen kan ik je niet doen."
,^Zoo leelijk vind ik hem niet! Jijj Inge?
Nean, Logo vond' Mr. White ook zoo kwaad
flc van een opSmfstiscben kSjV op de
naaste toekomst van den tuinbouw
nooit blijk gegeven. Ik heb, integendeel, bij
herhaling gewezan op dte slechte vooruitzich-
ten van t vak en op die ongunstige gevolgen,
die de algemeene economische depressie in-
zonderheidi in het land, dat v66r den oorlog
onze grootste afnemer is geweest, voor den
tuinbouw zou hebben. En toen in dezen zo-
mer de sterke dialing van de groentenprijzen
intrad, wees ik' er in een1 ariikel over ,,De Prij-
zen ddr Groenten", voorkomende in hot num-
uier van 21 Juli j.l. van genoemde blad1,
nog eens op, dat de verwachting,
die ik al dadelijk na het einde van
den'oorlog .had' uitgesproken, nu werkelijkheid
begon te worden.
Waar ik dus die' dlepressie op tuinbopwge-
bied, en: speciaal op het terrein van de groen-
teteeliti, reed's enkele jaren geleden heb voor-
zien en voorspeld, daar, dacht ik, zal het voor
iederen tuinbouwer wel duidelijk wezen, dat bij
mij, elke aanleiding afwezig is, om thans, nu
de depressie zich inderdaad begint te vertoo-
men, dleze ite onitkennen of te verbloemen.
Ik heb dan' ook in mijn rapport aar het De
partment van Landbouw, Nijverheid en Han
del als mijn oordeel meegedeeld, dat 1922
voor de belangrijkste ituinbouwcentra van
NoordrH'olland een zeer ongunstig jaar moet
worden genoemd. En om deze meening toe
te lichtien heb ilk, voor zoover ze op mijn
ambtsgebied betrekking hebben, gebruik ge-
riiaakt van dezel'fdfe ciifers, die door de Prov.
Commissie zijn geplubiceerd in „Dfe Tuinde
rij" van 3 Nov. j.l en waarvan ook de heer
Duys zich biji zijn interpellatie over den
,,schrikbarenden noodi van de tuinders" be-
diend' heeft.
Vervolgens heb ik bij eenige boerenleenban-
ken in tuindersstreken omdat die mij voorko-
men goede graadmeters voor den toestand
te zijn, naar de verhouding tusschen de inge-
legde en opgenomen gelden geinformeerd. En
van' een, enkele bank, die in dat opzicht spre-
kende rijfers te mijner beschikking stelde, heb
ik het resultaat der geldcirculatie tusschen 1
Miei en 1 November in mijn rapport opgeno
men, iteneindle daarmee te illustreeren hoe on
gunstig die verhouding tusschen1 ingelegde en
opgenomen gelden dit jaar? in vergelijking
met voorgaande jaren, is geweest.
Ik vermeld eeni en. ander even, omdat ik
meen, dat bij het weergeven van den feitelij-
lcen toestand dfezerzijds geen aanleiding ge
geven is toili ergerois of protesten', dat het ge
geven expose aan die eischen van objectiviteit
behoorlijk vold'oet. Zelfs wil het mij voorko-
men, dat er over het finantieel verloop van
het tuindiersbedrijf in het loopende jaar geen
venschil van gevoelen besiiaat, want alien, die
dat verloop willen schetsen gebruiken' er ge-
lijksoori'ige gegevens en djfers voor.
Veel meer schijnt het mij; toe, dat er verschil
bestaat in de conclusien,, die uit de feiteliike
gegevens warden getrokken. En dan komt het
mij in de eerste plaats voor. dat reeds het be-
grip „noodtoestand" verschillend wordt op-
construeerd.
Door velen, die de zaak hebben besproken
en beschreven, wordt blijkbaAr reedls uit het
feit, dat de prijzen dit jaar een sterke dating
hebben omdergaan en vele bedrijven met ver-
lies hebben gewerkt, een noodtoestand g&-
oontrueerd.
Dat is natuurlijk een recbi, dat hun dOor
niemaind1 wordt betwist. Maar ik meen, dat
aan anderen evenzeer het recht moet worden
gelaiten op een daarvan afSvij'kende opdnie, of
een andere gevolgitrekking.
M.i. otstaat er nog geen noodtoestand ah
leen uit het feit, dat de prijzen, der producten
igediirende 'een seizoen laag of zeer laag ge
weest zijln en. ook nog niet uit de omstandig-
heid, dat een1 jaar met verlies is gewerkt. De
nooditoestand is er pas, wanneer de geleden
verliezen niet mieer door de vroegere saldi en
niet meer door de bezi'ttingeni kunnen worden
gedekt. Eh van een Ailigemeenien Tuinders-
nood' kan dus eerst worden gesproken, wan
neer dit geval zich bij de groote .meerderheid
van de ituindters voord'oet, wanneer de groote
mfeerderheid zich zonder bui'tengewone midde-
len niet meer staande houden kan.
Welhu, in dezen zin opgevat, ben ik van
meening, dlat er momenteel gelukkig nog
geen algemeene tuiinctersnood is en er ook
moedlijik nog een zijn kan. Ik baseer deze mee-
ninig op de overweging, dat aan dit slechte
jaar 4 voor de fruit- en groenteteelt gunstige
oorlogsjaren en 3 redelijk goede na-oorlog-
sche jaren zijn voorafgegaan.
Ondler deze omstandigheden, kan^ Ik mij
niet voorstelleni, dat een, slecht j aar reeds een
noodtoestand in den zin, dien 'ik aan dat
woord' toekem, veroorzaken zou. Onze tuin
ders zijln over het algemeen te goede finan
ciers en te sober van levenswiis, om te kunnen
aamniemen, dat door een slecht of zeer slecht
niet. Dat komische uiterlijk, daar kon hij
niets aan doen. Als men gewend was ge-
raakt aan de ongeproportioneerdle afmetui-
gen van zijn ledematen, zou men hem waar-
lijk vrij knap vinden.
„Wel! wel!" Mr. White had zich voor
eenige minuten van het tafel'tje verwijderd en
kwam1 nu terug. Lodewijk keek den Auaura-
lier verbaasd aan. De meisjes hadden be-
paald geen ongelijk. Werkelijk leelijk kon
men hem niet noeinen. Zijn meest half ge-
sloten oogen waren licht blauw, zeer helder
en levendig en bezielden het gelaat zooals
een schitterende illuminatie plotseling den
vervelenden gevel van een gebouw bestralen
kan.
Het kostlie Ulla dus weinig moeile of over-
winning om zich zelve eenige uren alleen met
den langen Australier bezig te houden. Of
men zoo of zoo den tijd dOodsldeg, wat deed
dat er toe. Precies om half drie's Maandags-
middags ontmoetten ze elkaar zooals ze af-
gesproken hadden bij: Krauzler. Daar het,
evenals de andere dagen, prachtig weer was,
had Mr, White een rij'tuig meegebracht en
stelde voor wat te gaan rijden. Ulla had
daar niets tegen.
De gummibanden dempten het geraas der
widen bijna geheel op het gladde asfalt, dus
niets stond een gesprek in den weg. Maar
Mr. White scheen geen lust' te hebben in pra-
ten. Zwijgend zat h ij in den hoek van het rij-
tuig geleund, slechts nu en dan zag hij Ulla
aan alsof hij 'n vraag op die Tippen had, die
hij vergeefa onder wooraen trachtte te bren
gen.
„Komt u na uw rcis weer in Berlijn terug,
Mr. White?" vroeg Ulla na eenigen tSjd, toen
het zwijgen) haar te druikkend' werd1.
„0 zeker; Berlijn bevalt mij zeer goed. Ik
jaar de voordeeten der vorige jaren reeds ge
heel verdwenen zouden zijn niet alleen, doch
reeds een toestand van nood' zou zijm inge-
treden. Als dat wd zoo was, moesten vroeger
veel meer zulke noodtoestanden zijn voorge-
komen1, aangezien toen ook, de opbrengst aer
producten- in het eene jaar wel eens een stei-
ken val vertoonde, "als men ze met die in een
ander jaar vergeleek. Zoo had b.v. de veiling
van1 iBroek op Langendijlk in 1912 een omzel
van slechts 1.295.273 tegen 2.780.668 in
1911, In ten jaar daatde du* de opbrengst
met bijna 11/<> millioen' gulden of ruim 53
pet. Toch veroorzaakte oat nog geen tuin-
dersnood. Thans zijn de omstandignedeo nog
ia zooverre minder ongunstig. dat aan 1912
4en heel goed jaar was voorafgegaan, terwijl
1922 op meeroere zeer goede en matige jaren
gevolgd is.
'Naar het miji voorkomt, zou het dus wel
wat vreemd zijln, als wij nu dadelijk wel een
noodtoestand hadldlen. Maar ik heb tijdens het
loopende seizoen en tijldens mijn onderzoek
ook ndet dem indruk gekregen, dat dit zoo is
De meeste boerenleenbanken, die ik bezocht
heb een- enkele ui tzondering l aat ik daar
hebben' mij verklaardl nog, wel over de midde-
leni te beschikiken, om de tuinders aan de noo-
dige voorsohotten te kunnen helpen. Over hun
credieten: bij de Geotralen hadden zij over het
algemeeni nio,g niet beschi'kt, daar zij: zich tot
nu toe nog met de beleggingen der eigen le-
dien konden redidlen. 'Ik meen, dlat ook dit nog
niet op een algemeenen noodtoestand' wijst. <u
wil ik hiermede natuurlijk niet zeggen,'dat er
niet op verschillende plaatsen eenige tuin
ders zu'llen, zijn, die in groote financieele
imoeilijikheden verkeeren. Zoolang die echter
nog tot de betrekkelijike u' tzonderingen behoo-
ren, geven zij niet het karakter aan den toe-
sliand in het algemeen.
Nlu krijg ik uit die gelanceerife protesten,
sommiaties en afkeuringen den indruk, dat men
van oordeel' is, dat door mij de belangen van
den tuinbouw zijn geschaad doordat ik den
toestand' niet, evenals anderen, als 'n waren
noodictestand beschreven heb.
Ail' ware diit zoo, dan zou heit mij toch
heel moeillijk gevallen zijn de zaak anders te
beschrijven dan dat ik ,haai- zie. Die moeilijk-
heid! is mij in casu echter bespaard, aange
zien ik het geenszins in het belang van den
'tuinbouw acht van den huidigen staat van za-
ken' een overdireven voorstelling te geven.
Thans reeds te spreken van den schrikba-
rienden nood der tuinders, thans reeds't West-
land- voor te stellen -als een stervende tuin-
bouwstreek, -komt inij niet voor in het belang
van den tuinbouw te zijn. Deze opvatting be
gint trouwens ook reedls bij de .tuinbouwera
zelf post te vaitten.
Zoo verscheen in no. 19 van „De Tuinderij"
van 10 Nov. j.l. onder den titel ,,Overdrijving
schaadt" ,een artikel, waarin er op wordt ge-
wezen, diati voor de teekening van d'en toestand
te sterke tinten wordien gebruikt en dat dit aan
het crediet, waarbuiten de tuihbouw niet kan,
reeds schade berok'kend heeft. „De ban-ken en
particuliere geldschietens- zoo merkt de
schrijlver op beginnen zich ernstig onge-
rust te nnaken en de tuinbouw, die met het oog
op de momenteele moeilijke omstandigheden:
dringend behoefte heeft aan verruiming van
crediet, voor welk crediet meoi zelfs aan-
dringt op steun van de Regeering, heeft wel
toe te zien. dat hij niet al zijn crediet mede
door overdireven voorstellingen verspeelt."
Vlerdter vestig ik de- aand'acht op een arfi
kel in het Handelsblad de Tuinbouw van 24
Nlov. j.l. waarin de schrijver er o.a. op wijst,
diat het overdreven klagen bezig is „de crediet-
waard-igheid! van dien- iNtederlandlschen Tuin
bouw lam lie slaam en een, deigelijlke onrust in
de hypotlieekkantoren te verwekken, dat de
opzeggingen van credieten in stroomen los
■komien."
Zij, die hun protesten en strenge afkeuring
uitspreken, roochten dunkt mijeerst wel
eens de vraag stellen, of het wel op den weg
liigt van hen, die tot taak hebben de belan
gen van den tuinbouw te bevorderen, mede te
doen- aan overdireven voonstellingen, waarvan
de nadeete reeds worden gevoeld.
Vender schijnt; 't wel, dat sommigen- de mee
ning zijn toegedaan, dat het -oondfeeTdei tuin-
bouwconsulen'ten schade gedaan- 'heeft aan het
resnltaat van de initerpellatie. Daarover mijn
oordeel in een1 volgend' nummer.
J. G. HAZE'LQO'Pj
lUiLUfijiiajo4-
SCIiRIFTE'LIJIK B'EANTWOORDE
VRAGEN.
Op vragen van den heer van Rappard be-
treffende het nemen van maatregelen tot ont-
smettimg van de mest em het stroo van- vee, het-
welk per spoor in veewagens wordt vervoerd,
heeft de minister van waterstaat geantwoord:
De uit de veewagens biji de reiniging ver
wijderd wordende mesit en het stroo worden
zal nog dikwij Is in Berlijn komen... Miss
mijn... Neem miji mijn vraag niet kwalijk... Is
u rnijmheer Zevengesternte's... hm, hm!"
Ulla werd vuurrood. Mr. White knikte.
„Toe, spreek u liever Emgelsch Mr. White.
Ik versta heel goed' Engelsch."
„Thank you. Ik kan mij beter in mijn moe-
dertlaal uitdrukken."
Weder verzonk Mr. White in een langdu-
rig, peinzend zwijgen, zonder de vraag waar
hiji plan op had, uit te spreken. Ulla's blo-
zen scheen hem voldioendie antwoord- te zijn.
„Dat is een voonrecht, vindt u ook met?
Wij hebben ons heele -leven nog voor ons."
„Men moet geen meubels koopen voordai
men een huis heeft."
Ulla barstte uit in- een luiden lach. „Geen
al te vleiende vergelij'kjng, Mr. White. Aan
de jeugd behoort de wereld. Heeft men, dat
spreekwoord niet in Australie?"
„Jawel: maar alleen aan de vrije onaf-
hankelijke jeugd'.
Ulla zweeg een oogenblik. „Is u getrouwd,
mijnheer White?"
,,Ik ben getrouwd geweest." White sprak
volgens Ulla's vergunning in het) Engelsch.
„Ik ben ook jong getrouwd', nauwelijks -twee-
en-twintig. Mijn vrouw was even oud als ik.
Dat vroege trouwen was ook in ons geval
een tout, ofschoon ik toen in dien tijd al een
huis had om mijn meubels in te zetten. Mijn
vrouw was heel zwak en is bij haar eerste be-
valling gestorven. Ik was onfroostfoaar in
dien tifd. later heb ik ingezien, dat het goed
zoo was,**
„Dan was de liefde die u uw vrouw toe-
droeg niet sterk genoeg om een menschenle-
ven lang te duren?"
Woodt vorvolgd.