DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Parijsche Canserieen. Zevengesternte. No, S. Honderd vgf en twinfigste Jaargang. 1925. DONDERDAG Directeur: 0. H. KRAK. HoofdredacteurTj N. ADEMA. 4 JANTJARI F e n i 11 e t o n. DE NAAISTER, Abonnementsprijs blj Yooruitbetaling per 3 maanden f2.fr. per po»t f2.50. Bewijsn. 5 et. Advertentiepr. 25 ct. p. regel, grootere letters naar plaatirulmte. Brleyen franco N.Y. Boek- en Handelsdr, y.h. Herins. Coster Zoon, Yoordam C9, Tel. Administr. No. 3. Bedactie No. 33. (LICHT-iSTAD. (Van onzen Parijschen Correspondent.), (Nadruk verboden.) Pairija, 23 Dec. Tweemaal1 per jaar, an December en in Jiumii, culm'neert bet Parijsche 'leven. In Juni, de maand van de groate wedrennen op Aureuil eni Longchamps, maand' van bet open- luchttheater en die kermessesidltete. van m-on- daine bazars en avondifeesiten in oe geillumi neerde tuinen der riiike hotels-parti cul lers rond de Etoile, de maand van de ,,-grande semaine" en van die foire de Neuffly", in Juni viert Pa rijs den zmer aivorens naar buiten Ite gaan met vaeamtieIn Deoefflber bereikt bet win- ter-seizoen zijn hoogte-punt. Nia iNlieuwj-aar, nia den ,,terme" van 1'5 Januari, pakfcen ziji die den Itioon anngeven de koffens, en nemen den „wagon' lit" maar de Riviera. Docb deze welkan zijn alien' hier, om bet Kerstfdest en de j-aarwissding thuds te vieren. Hied de korte dagen en een goed! dleell van de ilanige nachten billen de boulevards en de Gbamps-F.lysees nu ran een koortsachitige, intense balrijVi'ghedd. De avond valt yroeg. Reeds om dine uur middags slttralen de liampen in de uitstal- lingen en in de bioscoop-p-ortieken fkmker en electrische reclames en uathangbord-en tegen gevels en over trottoiiis, ja, op de daken boven de tien verdicpingen hooge buizen. Hier en daar faangen, alls scbiltterend gouden spinrag of reusachtige juweelen pendentifs, guirlan- deni en decoraties over de gansche breedie der straat. 'En eer bet een uur verder is vlammen 'alle letters en teekenitrgen, a-l'lle figuiren en eymbolien, >alle runen em mene-teMs, welke aan deze stad de naam hebben gegeven van „vMe Lumiere." E>e „vilile Lumtere" de Lieht-stad, tooit zich dezer dlagem melt baar schitterendste sieraden em kleimoodien. Ik ken een IHollandsche vrouw, die dweept met Parijs en die, omi aan haar volwassen zoon den eenstem indruk van. deze stad te ge- ven1, bem opsloot een heelen dag in het mai- som-meublee om met hem uit te gaan pas toen bet doniker gevallen1 was. Zij namen op de ondergrondl-spoorweg tolt aan de place de Itiperatoen' met de lift, rezen zij: op uit de dnigiewanden1 der aarde. tn daar, midden op het „terre pliein" voor den muziekteropel van Oavami, waar ziji haar jongen neerzette en opgetogen zijn verrassing bespiedde, daar da- verde de geweldige impressie van licht cn le ven tegen1 bem op. Rechlls, op den boek, eerst het Gate de la Paix en de duizend vensters en balkons van het Grand Hotel. Hlet schier -eimdelooze cafd- ierras wemelt van -donkere schaduwen tegen dntieane, diffuse goudlglanzlen. Links het ge- bouw van den „Echo de Paris", met den naam van het Mad in strakke, stijlvol-gelijnde, vu- rige letters tegen den gevel, onder dien, iti keurig rondischrift stralend, van eeni wereld- beroemdte likeur, welker fabriek een verdieping hooger haar fcantoren he^ft. 'Erachter, naar recbts en naar links, strekt zich de groote boulevard, als een lumineus prentenbSek in velerlei! tinten. Vooral het vloeibare liobt: in met kwikgas gevulde buizen is van ieen wonderliijke pracht en fcleur-inten- siiteiit. Heele buizen zijn ermee omlijst, in blauiw, in rood1, ib oranje, in verbldndend schel violet. Een reusachtige pijl van vuur wiist paar den ingaog van een' cinema. Op de da- ken zidii men complete teekeningen, vaak be- wegend, van vuur. Als een kogel rolt een Vlam liangs een cirkel van gele gl'oeilampendan, wanneer ze tweemaal rond is gewerait, straalt de hede cirkel plotseling op,, en gedurende en- telie seoonden verschijnt in bllauw licht en Roman door Marganetha Bohmf. Ittiar het Duitscb door C. M. de W<. (Geautoriseerde veftaling). 43) Hij keek op zijn borloge: half acht. Een irur nog. Als de wijzar op negen stond was Lodewijk Zevengesternte uitgewischit uit de xijlki der levenden. Was betj ammer van hem? Misschien wel. In uren van pliilosophische overdenkingen bad hij soma over bet leven nagedacht. Tusschen het vuui- en het leven bestond zonder twijfel van ouds af aan een geheimzinnig intiig en werkelijk verband. In het vuur ligt de oorsprong van al wat leeft. Onder de mi'lliarden levensvuurtjes verdwij- nen de geringsten zonder. eenig nut gedaan te hebben. Mischien was zijn leven tot een grout, nuttig smidsvuur bestemd geweest. Alle ijzers, dat wil zeggen alle plannen en denkbeelden die hij in het vuur had, zouden misschien werken geworden zijn, die nigt al- leen hem maar ook anderen van nut hadden kunnen zijn. Maar nu het niet aniders kon, k moest men zicht tevreden stellen met het denkbeeld dat millioenen andere levensuren even zoo uitgingen voor dat ze hun bestem- ming bereikt hadden. Een boude vastberadenheid bluschto den angst voor den dood in hern uit. Het onver- anderlijke der feiten stond als een siteenen ^muur voor zijn geest. Daar was geen wegko- men mogelijk, een overklimmen evenmin; .dwaasheid jammerend en weeklagend tegen 4en muur aan de rennen en zich het hoofd tot bloedens toe te stooten. De gedachte aan Inge alleen deed hem pijn. Arm meisje! Ja- ren lang zou daze gebeurtenis haar leven wielirijder, trappend, op zijn fiets. Elders is het een juffrouw, tokkelenia op een schrijfma- chine; een da inker, nippend aan zijn glas lager, biji den grond, zijn het de glanzen der etalages. Langs den trottoir-rand, onder de bale boomen, alsof ai die uitstalling en uitstra- ling ncg niet genoeg was, rijen zich de ver- lichte knautenSdosken^ en daartusscHen het gelid der houten wmkel-tentjes, de „petit ba- raques", die elk jaar in de Kerstweek daar worden neergezet en de breede stoep maken tot een intieme afgeslotenheid met uitstallin1- gen en lamipen-schijnsel -aan beide kanten. Terwijl midden op' de chaussee glijden: in vier, vijifdubbele, dichte rijen, de strailende oogen dei- auto's. De Avenue de l'Op6ra, recht voor u; de rue de la Paix, schuia rechts; de rue du Quatre-Sepiembre, schuin links; het zijn al-le ketens van licht; tot aan den hemel ge- iilustreerd met flonkerende heliogrammen, bis was elke straat een matelooze, kleurig fosforesceerende advertentie-pagina.. Zelfs de ingang van het metro-station, daar aan uw voeten, is als een gloeiende Jcrater. Dan wendt ge u om, en naast den schoo- nen, hannonischen gevel van de Opera, waarin, achter de colonnaden, de loggias glanzen in een zacht paars en oranje schijn- sel, lijnen waaiervormig de breede straten naar den boulevard Haussmanu heen. En ook daar weer is het een feeerieke droom, een lichtend sprookje, Een enorm horloge, noog op een dak, gehed van gloeilampjes, wijst den idjd aan, zuiver als een chronometer. Een transatiantis'che scheepvaart-anaatechappij af- ficheert in vlammende letters tegen den he mel den naam en den vertrek-clatiun der eerstvolgende boot op Zuid Amerika. De ma- gazijnen der „Galleries Lafayette", nog juist zichtbaar daar rechts terzijde van *de Ope ra. gaan schuil achter een weelde van ster- lijke ikrullen en arabesken, waarin met let ters Van dertig meter hoogte en tien meter breedte het woord: „Jouets" staat geschre- ven, de aankondiging van het speelgoed dat er thans ligt uitgestald. In zoo een enkele van die letters brandten 3500 gloeilam-pjes en deze versieriing kost den bazar meer dan twee millioen francs aan1 electriciteit. Weelde van verlichting en van licht-deco- ratie, de groote warenhuizen steken erin el- kander naar de kroon. In denzelfden geest hebben de „Grands Magasins du Louvre" een gigantische plaat van een Kerstmanne- •tje tusschen besneeuwde hulst- en sparretn- takken, alios geconstrueerd van electrische lampjes van verschillende kleur. Die place de 1'Opera is het brandpunt van 1 het Parijsche leven cn verkeer. Van zeven kan ten dragen daar de hartaderen, van des mer- gens vroeg tot lang na middernacht, het le ven de bloed der stad in elkandcr over: de onafgebroken, dichte stroomen van voetgan- gers en auto's en de keten van- als een rare- kiek verlichte motor-bussen. En midden1 in dit stadshart staat als een bronzen standbeeld saevis tranquillus in undis de bereden verkeers-agent, de panden- van zijn cape langs de heupen van het onbewegelijke paard, cn beheersch-t, geheel1 alleen, met een kleiln triller- tje nu en dan in het nikkelen fluitje, de ge weldige beweging. die als een vloedgolf, een woelende, ronkende zee, langs de beaten van zijn trouwen viervoeten deint. Wanneer we de oogen hebben zat ge- dronken aan dit indrukwekkend schouwspel, gaan we, langs den boulevard des Capucines, den- boulevard de la Madeleine, de rue Royale, naar de Champs-Elvsees. De place de la Ooncorde is als een wijlde dwaaltuin. vol fraaie lantarep-kandelabers, verduisiteren. Aan Ulla dachf bij slethts vluchtig. Vroeg of laat zou zij zich wel met een ainder troosten. Ook voor zijn moeder speet het hem. De banden des bloedls blijven toch altijd de sterkste, de teerste. De vrouw is tenslotte slechts de n-oodzakelijlke hrug, t middei tot het doel der vestiging van een ge- zin, de weg tot het verwekken van nieilwe verwanten-. -Hij zou Inge etn woordje schrijven. Met vaste hand greep hij; den sleutelring om1 het reeds ingepakte pos: papier en schrijfgereed- schap uit zijn reistasch te halen. Hij deed hem open en bleef eenige seconden lang als tus schen waken en droomerrstaan, over de half geo-pende reistasch gebogen. Daar lag zijn brievenmap. Precies zooals hij ze er den vo- rigen avond had ingelegd, nu herinnerde hij het zich. Hij telde de bankbiljetten. AHes kwami uit. Een kwartier daama bracht het dienstmeis- je het ontbijt binnen maar hij' kon geen situk naar binnen; krijgen. De laatste 20 minuten hadden hem te'zeer aangepakt. Dat zou nooit meer gebeuren. Hij legde bij zich zelf de gelofte af van vo'lkomen on thou ding. Geen druppel alcohol meer, zoolang hij leefde. Het skelet dat zoo even achter hem stond, had zachtjes de deur achter zich dichtge- daan maar Lodewijk voelde den1 kouden tocht nog dien hij had achtergelaten. Een kwar tier vo6r het vertrek van den tredn was hij aan het station. Ulla kwafh even na hem. Lode wijk trok haar hand onder zijn arm door en liep met haar heen en weer. De reactie kwam na de emoties van het laatste uur en schoof zijn schul'dbewustzijn tegenover Ulla op den voorgrond. Natuurlijk was hij onbillijk tegen over haar geweest. Zij had gistercn werkelijk hoofdpijn gehad en zich toch opgeofferd om hem een paar rustige uren to verschaffen. Heimelijk oiverlaaddie hij zicih zelf met ver- spiegelend in den parket-vloer. Ook hier nog glij-den de auto's geregeld in twee breede stroomen af en aan. Het Grand Palais, waar op dit oogenblik de Luchtvaarttentoonstel- ling haar triomfen viert, baadt in lichir en kleurglans. De fonteinen op de gazons spiii- ten*; fantastisch wordt het valiende water ire- tint door de veelkleurige zcekliditen, die v. - a; het dak hun roode, gele, oranje, pu-v-rta, blauwe en groene stralenbundels eroj vi- ten. En ginds, aan de overzijde van den pont Alexandre, zendt de Eiffeltoren een felle lichtdiagonaal over de stad, als een hooge vuurtoren, als een verbiindend havenhoora De luchtvaart-salon is hoogst belangwek- kend. Hij toont ons, dat de aviatiek met ze- venmijlslaarzen verder schrijdt. Sedert verle- den jaar, welk een vooruitgang Steeds duidelijkcr teekent de schddingslijn zich af tusschen de miltaire toestellen en de cominer- cieele. Tot nog kort geleden waren de bur- gerlijke verkeensmachines eenvoudig bom- menwerpcrs, waarin men het moordtuig ddor vreedzame zitplaatsen vervangen had. Thans heeft men speciaal voor oorlogs-doeleinden geconstrueerde vliegtuigen zooals de twee- zitter, dien craze landgenoot Koolhoven1 hier exposeert, en die door de deskundigen ten zeerste wordt geroemd, en daamaast, in allerld grootte, de machines welke voor het reizen zijn gebouwd. Tusschen1 bdde catego- rieen is het verschil e.ven scherp als tusschen een taxi en een auto-mitrailleuse, tusschen een motorbus en een tank. Verder doet op deze expositie het kleine sporttocstel daaawerkelijk zijn infr£e, dat niel veel meer kilo's wcegt dan het kilometers vliegt per uur, en dat, opvouwbaar als een „lit cage", gemakkelijk in een auto-box kan worden geborgen. Dat men met zulk speel goed heusch wat doen kan, bewees vanmor- gen de aviateur Becheler, die om kwart over acht ermee opsteeg to Issy-les-Moulineaux en een kwartier later landdemidden in de Champs-Elys6es, voor de 6toep van het Grand Palais. Deze weken is Parijs meer nog dan anders interessant, elk uur van den dag, elken vier- kanten meter van den grond. Mai zou wen- schen honderd lichamen te hebben, honderd onvermoeibare, stalen zenuwstelsels, om alle uatingen van dit veelzijdig bruisende leven mee te leven. Maar het macbtigste, het schoo-nt ste leeft het toch die enkele uren van den voor-avond1, wanneer de lantarens en licht- projecties reeds vlammen en de lampen der winkels nog niet zijn gedoofd Enwilt ge van dit brandend lever.' de meest geweldige impressie, klim dan met mij op tegen de hellingen en trappen van1 Mont martre, tot aan de vocten van de Sacre-Coeur- basiliek. Daar, over een. wankele houten schutting geleund. wacht u in de diepte een wonder-feceriek. duizelingswekkend schouw spel: al de licht-glanzen en vuur-spatten en vlammelijnen der metropolis, trillend en stra- lend bijeen gebonden, onmietelijk boeket, on der een hemel waartegen zich him gloed ros weerkaatst als een wereld'brand. Ademloos beluistert ge de millioenen-stad): alle getoeter en gebonk, gestommel en geschuur, gehamer en gepiep, alle gesprekken eft voetstappen. alle jammeren en schreeuwen, heel het im mense, infernaal orkest der daver-geluiden, het is. terwijl hethierheen opsteeg, ineenge- vloeid en verteederd tot een zwakke zucht, net is niet meer dan het ruischen eener lieflijke zeeMaar het klaterende, flonkei'ende, vuurschampen-ketsende licht straalt in al zijn glorie en veelheid. En tot den horizon is het, beneden u, als een zacht en stil tapijt, be- zaaid met glanzende gouden blocmen. LEO FAUST. wijten, kustte haar afwisselend beide handen en trachtte door innige hartelijkheid verge- ving te vragen voor zijn onrechtmatigen toorn. Wat zag zij bleek! De gedachte haar te Benlijin achter te laten, haar wekenlang niet meer te zien, drukte loodzwaar op zijn stem ming. Alls zij het maar goed mat haar be- trekking trof. Ulla stelde bem gerust. Ongelukkiger dan thuis, waar men op ieder kleintje moest pas- sen1, kon zij zich inergens voelen. Zij1 g'ng vroolijk en met stellig ver-trouwan hac e- trekking tegemoet. Alles is te verdragen, Lo. Ziekte, onge- lukken, ik geloof zelfs ook werkelijke armoe- de. Maar niet de annoede in maskerade kleuren, zich groot houden' en zijn stand op- houden. Alle groote ongeltiJkken zijn net wil-. de dliieren, men wordt ze de baas of, ze ver- scheuren je. Maar de pijnlijke armoede, die voortdurende noodzakelijkheid zich in te per son, zich te vergenoegen, zich te venloodie- nen en afetaind te doen, d'at is een gevoel of er troepen ratten tusschen je voetm1 dbor- ioopen. Weeranwekkesnd; vreesdijk ongedier- te. Het verbittert en vergalt je het leven. Ik kan je zeggen, de ellende bij ons in huis hing mij de keel uit." Lodewijk drukte haar arm vaster tegen zich. aan. „Nog maar een weinig geduld lie- veling. Ik zal de rattien wel wegiagen." De conduoteur waarschuwde dat hij moest insiappen. Alles om zich heen vergetende trok Lodewijk Ulla plotseling tegen zich aan en kuste haar, niettegenstaande haar heftig verzet, herhaaldelijk op mond en oogen. Vrijwel met geweld maakte zij zich uit zijin omhelzing lbs. Achter hen- stond irnr. White. Hij deed heel gewoon; alsof deze manier van afscheid nemen iets heel natuuriijks was. Hat was trouwens -hoog djd plaata te ne- door MARIA VANi ROYEN. „Een aaaister, 181 jaren een eigen: atelier gehad hebbende, vraagt beleefd naaihuizen a 2.50 per dag". 'De vrouw schoof -haar ijzeren bril nog cens recht voor de oude, bijziend-toegekuepen oogen en schikte zich op haar krak-enden mahoniehouten stoel nader onder de lamp. Het trage gaspitje, dat maar eeni kleinen cir- kd van helder licht spreidde op het grove, verscHoten tafelkleed, scheen na'ief-intiem op het grijzende toetje en deed tusschen die schaarsche haren de witte hoofdhuid1 glim- meren. Een stijf-kromme wijsvinger verscheen oinnen den lichtcirkel en dreef langzaam langs de hel zwart-op-witte advertentie de advertentie, die enkele guldens van haar zuinig weekgeldje had opgeslokt. De naaister stond op en- haalde de thee- pot van den kiachelr Onder den dreun harer zware, langzame voeten, steunde het maho- niehoultien linnenkastje. erfstuk van haar moeder's moeder dat met den achterkant van zijn geheeldhouwden kroon de grijs-ge- verfde planken der schuine zolderbetimm:-- ring raak-te. Mfet loeide de wind door het sch'oorsteentje en 'blies de dunne at of fen gor- dijntjes voor de breed-lage zolderramen, met tifckelend geluid van koperen ring om ijzeren r6e. de kamer in. De naaister Euiverde en trok de zwarte wollen dock wat dichtetr om de schouders.' Peinzende bukte ze zich niaar de kolenschop, doch richtte zich weer: het loonde de moeite van een- schopj-e kolen niet, nog v66r den1 nacbt'Dan bedacht ze zich, dat de 'kdlonbak 166g was. En h-etzelfde vreemd-angstige gevoel beving haar van den avond, toen ze besloten had, de advertentie te plaatsen; dat haar, als een onzichtbaar noof- dier, met klamcie klauwen had aangegrepeni en haar moment dreef tot uitcrste machteloas- heid van d'enken en1 doen. Toen de angst week, had deze in haar traag brein scherp ingedruk-t de nioodzakelij'kheid van mder geld, d'oordat ze aan den lijve had1 besef-t het on- toereikende van haar klein weekgeldje, maar wabr ze het tekort op moest uitspar-en, was ze niet biji machte te bcpalen; het h-ing af van de oogenblikken, waar op ecnvoud'ige be- hoef'ten haar ontbrakem en ze zich opmaakie -tot den- koop; wanneer ze met een bijb-a ver- wonderden schrik telde de weinige guldens, die nog restten iin die wiekelende lade van de oude tafel. Langen tijd had ze gepeinsd over de ad- verten-tie. Haar nood1 verhief haar boven de onverschilligheid1 ol zelfs de moedeloosiheid, die doen grijpen naar gcijkte -termen. Ze was er zich helder van- bewust.'dat ze ver- trouwen wilde inboezemen. Daartoe was ze de verschillende perioden van haar leven na- gegaan, zooals die, netjes, als in vakjes ge- ord-end, waren achtergeoleven in haar brein: de eerste jaren bij' rnseder, daarna de kniplcs, het maatknippen, bet werk op bet atelier, het felfs'tandig naaien bij; de menschen aan huis en -ten slotte, toen de eerste symptomen van haar nierkwaal "zich begonnen te vertoon-en, het werken thuis met een hulpje. Hoewel het heden haar beklemde herd'aeht ze deze vervlogen betere dagen zonder droefenis: evenmin als haar botte geest haar destijds zou hebben kunnen opheffen -tot het sclieppen van stou-te iilusie-n in haar vak en het ver- langen ze uitvoerbaar te m-ak-en, evenmin schepte ze zich de toekomst in phantastische angstgedrochren, die haar de kalme banen van haar vroeger legen deden; herdenken met iets als weemoed voor het voorbije. Hier gold men. Lodewijk had nauwelijks het portier achter zich dicht geslagen of de trein zette zich in beweging. ,De reis ging vooreerst naar Opper Sile- zie en Bohemen. Mr. White volgde overal hetzelfde programma, eerst besteedlden ze eenige dagen en nachten om land en volk te leeren kennen, de stad te bezichfen en zich zoo goed mogelijk te amuseeren. Daama kwamen de zaken aan1 de beurt. De Austra- lier scheen onverwoestbaar. Slaap leek een onnoodi-ge bezigheid voor hem te zijn, waacr- mte hij zich weinig bemoeide, nooit merkte men eenige vermoeienis bij hem op. Sterke drank kon hij nu beter verdragen dan in het begin. Bewusteloos van dronkenschap had zijn jon-ge leidsman hem alleen gezien op dien eersten avond in Berlijn. Lodewijk hield zich strikt aan zijn voor- nemen van geheelonthouding. De Ausitralier animeerde hem vaak om te drinken, maar in zijn slaperige oogen blonk telkens een wel- willende waardeering wanneer Lodewijk vol- hield. Over het algemeen was er voor den jongen man veel belangwekkends en beziens- waardigs op reis. Het was hem opgedragen den' -heer White in de fabrieken rond te lei- den, hern bij de keuze der modellen te hdpen en merk, prijs en aantal stuks der bestelde voorwerpen te noteeren. Van den bestelbrief werden twee copies gemaakt, de een bleef in de fabriek, de andere ontving de Australier. terwijl het origineel de firma Kolberg toe- gezonden werd die de besteilingen ten uit- voer bracht. Herhaaldelijk kwam Lodiewij-k op reis in de verzoeking extra voorraad op te doen. Eens b.v. ini een fabriek van Bp- heemsch kristalwerk. Met een ontzettenden woordenvloed veTklaarde de directeur dat hij ooch zijn firma noch den heer White be- nadeelde, wanneer hij den Australier aan- raadde ham een part# zoogenaamda Kama- alleen de overweging: „hoe kom ik aan werk?" En ze telde de jaren; van -arheidL die ach ter haar lagen, 37 waren het er. Ze schreef met een stompje p-otlood, da-t ze -telkens bel-ik- te, dat groezefig glom en zwart zag op de lijnen: van de kerfsels aan dien punt: Een naaister, 37 jaren werkzaam geweest zijnde Haar wenkbrauwen fronsten zich en het potlood stokte op het g<3re strookje krant. Dat klonk te oud. Zoo ze alleeni de laatste 18 jaren in aanmerking liet komen? Eigenlijk behoorden die tot de beste en chi- queste van haar g'ansche leven: baas in haar eigen klein bestek, kanten die hdhr opzochten inplaats van omgekeerd en het hulpje voor de vervelende karweien; en' de boodschappen. Een onbewuste stroom van gedaohtea ver- plaatste haar plotseling in de jaren op het atelier. Er was iets gelijks in deze twee toe- standen. Was het wonder, dat de noodzake lijkheid van een pakkende advertentie deze twee beelden voor haar geestesoog brachteu als similaire gevallem? Met bevende hand, want ze was zich wfel- bewust van haar bedxag, schreef ze aan. den anderen kant van het stukje krant: Een naaister, 18 jaren e#n; dgen atelier gehad hebbende", -enz. Kwiek knikte het dmkrullende struisveertje voor op het hoedje: „ja, ja, ze zou een Dins- dag komenEenmaal op straat, nog uit het benauwend-grootsche huis, waar haar advertentie was gelezen, steeg in haar een v-age verwon-der-ing over niet meer vreugde, niet meer trotsEn dan wist ze, dat ze opzag -tegen het uit naaien gaan in dat rijke huis, waar ze zijn zou in een- omgeving, ge heel vreemd aan wat ze gewend was; die ze- ker, maar dan ook heel zeker sprak van werk,' dat ze niet bij1 machte was te doen. Maar op 't zelfde oogenblik redeneerde ze tegen beter weten in; 't zo-u wel zoo erg niet zijn Wie gaf er nou ingewikkelde nieuwerwetsche ja- ponnen aan de huisnaaisterhoogstens kreeg ze een eenvoudige winterjurk te maken of een dienjapon voor de meiden dat kon ze toch waarachtig wel an Thuis, terwijl ze nog gochem even' een Welidbn had gekocht, die uiitdagend1 bungelde voor een winkelraam, viel het haar nog ge- makkelijker de telkens opkom-ende onrust to bedwingen, want helderder dan haar mach- teloosheid, stond haar daar, bij het ontbrekea van een kwartje voor den gasmeter, hi vaa een- avondJboterham de noodzaak van uii naaien te gaan voor den geest; en de koude op het zolderkamertje werd de zonderlinge vu-ursteen waaraan haar verkwijnde energie ontvlanide tot een brutaal-zich-ophouden aan valsche redeneering. Want de naaister be- greep heel goed, dat ze als zoodanige huisr naaister niet zou worden beschou-wd en dat al wat was afgesproken tusschen haar en raevrouw berustte op de bedrieglijkheid harer advertentie. Toen de Dinsdag kwam, was ze toch even in een roes van opg-ewonden kracht. Waaiom zou het niet goed gaan, waarom zou deze verdienste niet duren 1 anger dan eene week? Ze kon mevrouw toch die japonnetjes uit de wM-bestudeerde Weld'on opdrmgen, die haar p-over talent het voordeeligst waren en bij aanwezigheid van Fransche modepl'ateBj kon.ze de Engelsche snit en smaak verkiezen boven de Ffansche Mlaar de flaliier kw-am. Oin-vermdjdeiij'k als het noodlot is de fla-ter voor een arme oude naaister, die naaien mdh en niet naaien kan. En een leugen alleeni vermijdt de wanhoop, die uit leugen' gebeuren is. Daarom manif&J- teerde zich de wezenlijike schrik van oude arme naaister, voor de oogen van hare werk- leonglazen af te nemen, een artikel d'at zijn prijs waard was en dat op de bkmenlandscha markt niet meer gevraagid werd. Mr. White zou een voordeeligen inkoop doen, de firma Kolberg ontving de -gewone provisie, de fa briek kreeg een plaats vrij en mijnheei- Ze vengesternte ontving een mooie extra toelage. Een oogenblik aarzelde Lodewijk. De gele- genheid zonder moeite en sdrijnbaar niet im- fair een aardige bijverdienste te krijgen was ver lei deli jk, maar reeds de vo lgende minu ut wees bij het aanbod van den Tschech ondub- belzinnig en besl-ist af. Later zag hij dat de fabriek nog een andere reden had dan do verandering van mede om zi-ch van de koop- waar te ontdoen. Bij het kleuren waren de glazen bedorven, het colodet was niet zuiver en d'oorschijnend. In den dagelijkschen omganig mef dea Australier kwam Lodewijk tot de overtui- ging dat Mr. White niet alleen als handig zakenman maar ook als mlensch tot de eer ste klasse behoorde. Met zijn gebrekkiig Dui'tsch' en zijn viveurspassie legde hij dade- lijk zijn clawnachtige dwaasheiet af. Dan was hij tot in de puntjes van zijn vingers zoowell iinnerlijk 'als uiterlijk, de gladgesdioren, cor- recte, overdreven nette Engelschman. Alleen het onverwachl voor den dag komen vaa zijn innerlijk maa-kten een eendgszins on-Engd- schen indruk en verrieden het dlroppeltje Duitsche bloed dat hem van wergrootoudera zijde was toegevloeid. De ingenomenhtid van den heer White met zijn jongen vriemd sdieen- met den dag toe te nemen. „Gdd verdienen schijnt niet met groote letters op een programma geschreven te zijn", zea hij eens op een avond toen zij na een dag van veel werken in het hotel bij el- kaar zaten. MYwdt MiwiIgil ALRMAARSCHE CODRANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1923 | | pagina 5