DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Parijsche Canserieen.
Zevengesternte.
No, S.
Honderd vgf en twinfigste Jaargang.
1925.
DONDERDAG Directeur: 0. H. KRAK. HoofdredacteurTj N. ADEMA. 4 JANTJARI
F e n i 11 e t o n.
DE NAAISTER,
Abonnementsprijs blj Yooruitbetaling per 3 maanden f2.fr. per po»t f2.50. Bewijsn. 5 et. Advertentiepr. 25 ct. p. regel, grootere letters naar plaatirulmte.
Brleyen franco N.Y. Boek- en Handelsdr, y.h. Herins. Coster Zoon, Yoordam C9, Tel. Administr. No. 3. Bedactie No. 33.
(LICHT-iSTAD.
(Van onzen Parijschen Correspondent.),
(Nadruk verboden.)
Pairija, 23 Dec.
Tweemaal1 per jaar, an December en in
Jiumii, culm'neert bet Parijsche 'leven. In Juni,
de maand van de groate wedrennen op
Aureuil eni Longchamps, maand' van bet open-
luchttheater en die kermessesidltete. van m-on-
daine bazars en avondifeesiten in oe geillumi
neerde tuinen der riiike hotels-parti cul lers rond
de Etoile, de maand van de ,,-grande semaine"
en van die foire de Neuffly", in Juni viert Pa
rijs den zmer aivorens naar buiten Ite gaan
met vaeamtieIn Deoefflber bereikt bet win-
ter-seizoen zijn hoogte-punt. Nia iNlieuwj-aar,
nia den ,,terme" van 1'5 Januari, pakfcen ziji
die den Itioon anngeven de koffens, en nemen
den „wagon' lit" maar de Riviera. Docb deze
welkan zijn alien' hier, om bet Kerstfdest en de
j-aarwissding thuds te vieren. Hied de korte
dagen en een goed! dleell van de ilanige nachten
billen de boulevards en de Gbamps-F.lysees nu
ran een koortsachitige, intense balrijVi'ghedd.
De avond valt yroeg. Reeds om dine uur
middags slttralen de liampen in de uitstal-
lingen en in de bioscoop-p-ortieken fkmker en
electrische reclames en uathangbord-en tegen
gevels en over trottoiiis, ja, op de daken boven
de tien verdicpingen hooge buizen. Hier en
daar faangen, alls scbiltterend gouden spinrag
of reusachtige juweelen pendentifs, guirlan-
deni en decoraties over de gansche breedie der
straat. 'En eer bet een uur verder is vlammen
'alle letters en teekenitrgen, a-l'lle figuiren en
eymbolien, >alle runen em mene-teMs, welke
aan deze stad de naam hebben gegeven van
„vMe Lumiere."
E>e „vilile Lumtere" de Lieht-stad, tooit zich
dezer dlagem melt baar schitterendste sieraden
em kleimoodien.
Ik ken een IHollandsche vrouw, die dweept
met Parijs en die, omi aan haar volwassen
zoon den eenstem indruk van. deze stad te ge-
ven1, bem opsloot een heelen dag in het mai-
som-meublee om met hem uit te gaan pas toen
bet doniker gevallen1 was. Zij namen op de
ondergrondl-spoorweg tolt aan de place de
Itiperatoen' met de lift, rezen zij: op uit de
dnigiewanden1 der aarde. tn daar, midden op
het „terre pliein" voor den muziekteropel van
Oavami, waar ziji haar jongen neerzette en
opgetogen zijn verrassing bespiedde, daar da-
verde de geweldige impressie van licht cn le
ven tegen1 bem op.
Rechlls, op den boek, eerst het Gate de la
Paix en de duizend vensters en balkons van
het Grand Hotel. Hlet schier -eimdelooze cafd-
ierras wemelt van -donkere schaduwen tegen
dntieane, diffuse goudlglanzlen. Links het ge-
bouw van den „Echo de Paris", met den naam
van het Mad in strakke, stijlvol-gelijnde, vu-
rige letters tegen den gevel, onder dien, iti
keurig rondischrift stralend, van eeni wereld-
beroemdte likeur, welker fabriek een verdieping
hooger haar fcantoren he^ft.
'Erachter, naar recbts en naar links, strekt
zich de groote boulevard, als een lumineus
prentenbSek in velerlei! tinten. Vooral het
vloeibare liobt: in met kwikgas gevulde buizen
is van ieen wonderliijke pracht en fcleur-inten-
siiteiit. Heele buizen zijn ermee omlijst, in
blauiw, in rood1, ib oranje, in verbldndend schel
violet. Een reusachtige pijl van vuur wiist
paar den ingaog van een' cinema. Op de da-
ken zidii men complete teekeningen, vaak be-
wegend, van vuur. Als een kogel rolt een Vlam
liangs een cirkel van gele gl'oeilampendan,
wanneer ze tweemaal rond is gewerait, straalt
de hede cirkel plotseling op,, en gedurende en-
telie seoonden verschijnt in bllauw licht en
Roman door Marganetha Bohmf.
Ittiar het Duitscb door C. M. de W<.
(Geautoriseerde veftaling).
43)
Hij keek op zijn borloge: half acht. Een
irur nog. Als de wijzar op negen stond was
Lodewijk Zevengesternte uitgewischit uit de
xijlki der levenden. Was betj ammer van hem?
Misschien wel. In uren van pliilosophische
overdenkingen bad hij soma over bet leven
nagedacht. Tusschen het vuui- en het leven
bestond zonder twijfel van ouds af aan een
geheimzinnig intiig en werkelijk verband. In
het vuur ligt de oorsprong van al wat leeft.
Onder de mi'lliarden levensvuurtjes verdwij-
nen de geringsten zonder. eenig nut gedaan
te hebben. Mischien was zijn leven tot een
grout, nuttig smidsvuur bestemd geweest.
Alle ijzers, dat wil zeggen alle plannen en
denkbeelden die hij in het vuur had, zouden
misschien werken geworden zijn, die nigt al-
leen hem maar ook anderen van nut hadden
kunnen zijn. Maar nu het niet aniders kon,
k moest men zicht tevreden stellen met het
denkbeeld dat millioenen andere levensuren
even zoo uitgingen voor dat ze hun bestem-
ming bereikt hadden.
Een boude vastberadenheid bluschto den
angst voor den dood in hern uit. Het onver-
anderlijke der feiten stond als een siteenen
^muur voor zijn geest. Daar was geen wegko-
men mogelijk, een overklimmen evenmin;
.dwaasheid jammerend en weeklagend tegen
4en muur aan de rennen en zich het hoofd
tot bloedens toe te stooten. De gedachte aan
Inge alleen deed hem pijn. Arm meisje! Ja-
ren lang zou daze gebeurtenis haar leven
wielirijder, trappend, op zijn fiets. Elders is
het een juffrouw, tokkelenia op een schrijfma-
chine; een da inker, nippend aan zijn glas
lager, biji den grond, zijn het de glanzen der
etalages. Langs den trottoir-rand, onder de
bale boomen, alsof ai die uitstalling en uitstra-
ling ncg niet genoeg was, rijen zich de ver-
lichte knautenSdosken^ en daartusscHen het
gelid der houten wmkel-tentjes, de „petit ba-
raques", die elk jaar in de Kerstweek daar
worden neergezet en de breede stoep maken
tot een intieme afgeslotenheid met uitstallin1-
gen en lamipen-schijnsel -aan beide kanten.
Terwijl midden op' de chaussee glijden: in vier,
vijifdubbele, dichte rijen, de strailende oogen
dei- auto's.
De Avenue de l'Op6ra, recht voor u; de
rue de la Paix, schuia rechts; de rue du
Quatre-Sepiembre, schuin links; het zijn
al-le ketens van licht; tot aan den hemel ge-
iilustreerd met flonkerende heliogrammen,
bis was elke straat een matelooze, kleurig
fosforesceerende advertentie-pagina.. Zelfs
de ingang van het metro-station, daar aan
uw voeten, is als een gloeiende Jcrater.
Dan wendt ge u om, en naast den schoo-
nen, hannonischen gevel van de Opera,
waarin, achter de colonnaden, de loggias
glanzen in een zacht paars en oranje schijn-
sel, lijnen waaiervormig de breede straten
naar den boulevard Haussmanu heen. En
ook daar weer is het een feeerieke droom, een
lichtend sprookje, Een enorm horloge, noog
op een dak, gehed van gloeilampjes, wijst
den idjd aan, zuiver als een chronometer. Een
transatiantis'che scheepvaart-anaatechappij af-
ficheert in vlammende letters tegen den he
mel den naam en den vertrek-clatiun der
eerstvolgende boot op Zuid Amerika. De ma-
gazijnen der „Galleries Lafayette", nog juist
zichtbaar daar rechts terzijde van *de Ope
ra. gaan schuil achter een weelde van ster-
lijke ikrullen en arabesken, waarin met let
ters Van dertig meter hoogte en tien meter
breedte het woord: „Jouets" staat geschre-
ven, de aankondiging van het speelgoed dat
er thans ligt uitgestald. In zoo een enkele
van die letters brandten 3500 gloeilam-pjes en
deze versieriing kost den bazar meer dan
twee millioen francs aan1 electriciteit.
Weelde van verlichting en van licht-deco-
ratie, de groote warenhuizen steken erin el-
kander naar de kroon. In denzelfden geest
hebben de „Grands Magasins du Louvre"
een gigantische plaat van een Kerstmanne-
•tje tusschen besneeuwde hulst- en sparretn-
takken, alios geconstrueerd van electrische
lampjes van verschillende kleur.
Die place de 1'Opera is het brandpunt van
1 het Parijsche leven cn verkeer. Van zeven kan
ten dragen daar de hartaderen, van des mer-
gens vroeg tot lang na middernacht, het le
ven de bloed der stad in elkandcr over: de
onafgebroken, dichte stroomen van voetgan-
gers en auto's en de keten van- als een rare-
kiek verlichte motor-bussen. En midden1 in dit
stadshart staat als een bronzen standbeeld
saevis tranquillus in undis de bereden
verkeers-agent, de panden- van zijn cape langs
de heupen van het onbewegelijke paard, cn
beheersch-t, geheel1 alleen, met een kleiln triller-
tje nu en dan in het nikkelen fluitje, de ge
weldige beweging. die als een vloedgolf, een
woelende, ronkende zee, langs de beaten van
zijn trouwen viervoeten deint.
Wanneer we de oogen hebben zat ge-
dronken aan dit indrukwekkend schouwspel,
gaan we, langs den boulevard des Capucines,
den- boulevard de la Madeleine, de rue Royale,
naar de Champs-Elvsees.
De place de la Ooncorde is als een wijlde
dwaaltuin. vol fraaie lantarep-kandelabers,
verduisiteren. Aan Ulla dachf bij slethts
vluchtig. Vroeg of laat zou zij zich wel met
een ainder troosten. Ook voor zijn moeder
speet het hem. De banden des bloedls blijven
toch altijd de sterkste, de teerste. De vrouw is
tenslotte slechts de n-oodzakelijlke hrug, t
middei tot het doel der vestiging van een ge-
zin, de weg tot het verwekken van nieilwe
verwanten-.
-Hij zou Inge etn woordje schrijven. Met
vaste hand greep hij; den sleutelring om1 het
reeds ingepakte pos: papier en schrijfgereed-
schap uit zijn reistasch te halen. Hij deed hem
open en bleef eenige seconden lang als tus
schen waken en droomerrstaan, over de half
geo-pende reistasch gebogen. Daar lag zijn
brievenmap. Precies zooals hij ze er den vo-
rigen avond had ingelegd, nu herinnerde hij
het zich.
Hij telde de bankbiljetten. AHes kwami uit.
Een kwartier daama bracht het dienstmeis-
je het ontbijt binnen maar hij' kon geen situk
naar binnen; krijgen. De laatste 20 minuten
hadden hem te'zeer aangepakt. Dat zou
nooit meer gebeuren. Hij legde bij zich zelf
de gelofte af van vo'lkomen on thou ding. Geen
druppel alcohol meer, zoolang hij leefde.
Het skelet dat zoo even achter hem stond,
had zachtjes de deur achter zich dichtge-
daan maar Lodewijk voelde den1 kouden tocht
nog dien hij had achtergelaten. Een kwar
tier vo6r het vertrek van den tredn was hij aan
het station. Ulla kwafh even na hem. Lode
wijk trok haar hand onder zijn arm door en
liep met haar heen en weer. De reactie kwam
na de emoties van het laatste uur en schoof
zijn schul'dbewustzijn tegenover Ulla op den
voorgrond. Natuurlijk was hij onbillijk tegen
over haar geweest. Zij had gistercn werkelijk
hoofdpijn gehad en zich toch opgeofferd om
hem een paar rustige uren to verschaffen.
Heimelijk oiverlaaddie hij zicih zelf met ver-
spiegelend in den parket-vloer. Ook hier nog
glij-den de auto's geregeld in twee breede
stroomen af en aan. Het Grand Palais, waar
op dit oogenblik de Luchtvaarttentoonstel-
ling haar triomfen viert, baadt in lichir en
kleurglans. De fonteinen op de gazons spiii-
ten*; fantastisch wordt het valiende water ire-
tint door de veelkleurige zcekliditen, die v. - a;
het dak hun roode, gele, oranje, pu-v-rta,
blauwe en groene stralenbundels eroj vi-
ten. En ginds, aan de overzijde van den pont
Alexandre, zendt de Eiffeltoren een felle
lichtdiagonaal over de stad, als een hooge
vuurtoren, als een verbiindend havenhoora
De luchtvaart-salon is hoogst belangwek-
kend. Hij toont ons, dat de aviatiek met ze-
venmijlslaarzen verder schrijdt. Sedert verle-
den jaar, welk een vooruitgang Steeds
duidelijkcr teekent de schddingslijn zich af
tusschen de miltaire toestellen en de cominer-
cieele. Tot nog kort geleden waren de bur-
gerlijke verkeensmachines eenvoudig bom-
menwerpcrs, waarin men het moordtuig ddor
vreedzame zitplaatsen vervangen had. Thans
heeft men speciaal voor oorlogs-doeleinden
geconstrueerde vliegtuigen zooals de twee-
zitter, dien craze landgenoot Koolhoven1 hier
exposeert, en die door de deskundigen ten
zeerste wordt geroemd, en daamaast, in
allerld grootte, de machines welke voor het
reizen zijn gebouwd. Tusschen1 bdde catego-
rieen is het verschil e.ven scherp als tusschen
een taxi en een auto-mitrailleuse, tusschen
een motorbus en een tank.
Verder doet op deze expositie het kleine
sporttocstel daaawerkelijk zijn infr£e, dat niel
veel meer kilo's wcegt dan het kilometers
vliegt per uur, en dat, opvouwbaar als een
„lit cage", gemakkelijk in een auto-box kan
worden geborgen. Dat men met zulk speel
goed heusch wat doen kan, bewees vanmor-
gen de aviateur Becheler, die om kwart over
acht ermee opsteeg to Issy-les-Moulineaux en
een kwartier later landdemidden in de
Champs-Elys6es, voor de 6toep van het
Grand Palais.
Deze weken is Parijs meer nog dan anders
interessant, elk uur van den dag, elken vier-
kanten meter van den grond. Mai zou wen-
schen honderd lichamen te hebben, honderd
onvermoeibare, stalen zenuwstelsels, om alle
uatingen van dit veelzijdig bruisende leven
mee te leven. Maar het macbtigste, het schoo-nt
ste leeft het toch die enkele uren van den
voor-avond1, wanneer de lantarens en licht-
projecties reeds vlammen en de lampen der
winkels nog niet zijn gedoofd
Enwilt ge van dit brandend lever.' de
meest geweldige impressie, klim dan met mij
op tegen de hellingen en trappen van1 Mont
martre, tot aan de vocten van de Sacre-Coeur-
basiliek. Daar, over een. wankele houten
schutting geleund. wacht u in de diepte een
wonder-feceriek. duizelingswekkend schouw
spel: al de licht-glanzen en vuur-spatten en
vlammelijnen der metropolis, trillend en stra-
lend bijeen gebonden, onmietelijk boeket, on
der een hemel waartegen zich him gloed ros
weerkaatst als een wereld'brand. Ademloos
beluistert ge de millioenen-stad): alle getoeter
en gebonk, gestommel en geschuur, gehamer
en gepiep, alle gesprekken eft voetstappen.
alle jammeren en schreeuwen, heel het im
mense, infernaal orkest der daver-geluiden,
het is. terwijl hethierheen opsteeg, ineenge-
vloeid en verteederd tot een zwakke zucht, net
is niet meer dan het ruischen eener lieflijke
zeeMaar het klaterende, flonkei'ende,
vuurschampen-ketsende licht straalt in al zijn
glorie en veelheid. En tot den horizon is het,
beneden u, als een zacht en stil tapijt, be-
zaaid met glanzende gouden blocmen.
LEO FAUST.
wijten, kustte haar afwisselend beide handen
en trachtte door innige hartelijkheid verge-
ving te vragen voor zijn onrechtmatigen
toorn. Wat zag zij bleek! De gedachte haar
te Benlijin achter te laten, haar wekenlang niet
meer te zien, drukte loodzwaar op zijn stem
ming. Alls zij het maar goed mat haar be-
trekking trof.
Ulla stelde bem gerust. Ongelukkiger dan
thuis, waar men op ieder kleintje moest pas-
sen1, kon zij zich inergens voelen. Zij1 g'ng
vroolijk en met stellig ver-trouwan hac e-
trekking tegemoet.
Alles is te verdragen, Lo. Ziekte, onge-
lukken, ik geloof zelfs ook werkelijke armoe-
de. Maar niet de annoede in maskerade
kleuren, zich groot houden' en zijn stand op-
houden. Alle groote ongeltiJkken zijn net wil-.
de dliieren, men wordt ze de baas of, ze ver-
scheuren je. Maar de pijnlijke armoede, die
voortdurende noodzakelijkheid zich in te per
son, zich te vergenoegen, zich te venloodie-
nen en afetaind te doen, d'at is een gevoel of
er troepen ratten tusschen je voetm1 dbor-
ioopen. Weeranwekkesnd; vreesdijk ongedier-
te. Het verbittert en vergalt je het leven. Ik
kan je zeggen, de ellende bij ons in huis
hing mij de keel uit."
Lodewijk drukte haar arm vaster tegen
zich. aan. „Nog maar een weinig geduld lie-
veling. Ik zal de rattien wel wegiagen."
De conduoteur waarschuwde dat hij moest
insiappen. Alles om zich heen vergetende
trok Lodewijk Ulla plotseling tegen zich aan
en kuste haar, niettegenstaande haar heftig
verzet, herhaaldelijk op mond en oogen.
Vrijwel met geweld maakte zij zich uit zijin
omhelzing lbs. Achter hen- stond irnr. White.
Hij deed heel gewoon; alsof deze manier
van afscheid nemen iets heel natuuriijks was.
Hat was trouwens -hoog djd plaata te ne-
door
MARIA VANi ROYEN.
„Een aaaister, 181 jaren een eigen: atelier
gehad hebbende, vraagt beleefd naaihuizen
a 2.50 per dag".
'De vrouw schoof -haar ijzeren bril nog
cens recht voor de oude, bijziend-toegekuepen
oogen en schikte zich op haar krak-enden
mahoniehouten stoel nader onder de lamp.
Het trage gaspitje, dat maar eeni kleinen cir-
kd van helder licht spreidde op het grove,
verscHoten tafelkleed, scheen na'ief-intiem op
het grijzende toetje en deed tusschen die
schaarsche haren de witte hoofdhuid1 glim-
meren. Een stijf-kromme wijsvinger verscheen
oinnen den lichtcirkel en dreef langzaam
langs de hel zwart-op-witte advertentie
de advertentie, die enkele guldens van haar
zuinig weekgeldje had opgeslokt.
De naaister stond op en- haalde de thee-
pot van den kiachelr Onder den dreun harer
zware, langzame voeten, steunde het maho-
niehoultien linnenkastje. erfstuk van haar
moeder's moeder dat met den achterkant
van zijn geheeldhouwden kroon de grijs-ge-
verfde planken der schuine zolderbetimm:--
ring raak-te. Mfet loeide de wind door het
sch'oorsteentje en 'blies de dunne at of fen gor-
dijntjes voor de breed-lage zolderramen, met
tifckelend geluid van koperen ring om ijzeren
r6e. de kamer in. De naaister Euiverde en
trok de zwarte wollen dock wat dichtetr om
de schouders.' Peinzende bukte ze zich niaar
de kolenschop, doch richtte zich weer: het
loonde de moeite van een- schopj-e kolen niet,
nog v66r den1 nacbt'Dan bedacht ze zich,
dat de 'kdlonbak 166g was. En h-etzelfde
vreemd-angstige gevoel beving haar van den
avond, toen ze besloten had, de advertentie te
plaatsen; dat haar, als een onzichtbaar noof-
dier, met klamcie klauwen had aangegrepeni
en haar moment dreef tot uitcrste machteloas-
heid van d'enken en1 doen. Toen de angst
week, had deze in haar traag brein scherp
ingedruk-t de nioodzakelij'kheid van mder geld,
d'oordat ze aan den lijve had1 besef-t het on-
toereikende van haar klein weekgeldje, maar
wabr ze het tekort op moest uitspar-en, was
ze niet biji machte te bcpalen; het h-ing af
van de oogenblikken, waar op ecnvoud'ige be-
hoef'ten haar ontbrakem en ze zich opmaakie
-tot den- koop; wanneer ze met een bijb-a ver-
wonderden schrik telde de weinige guldens,
die nog restten iin die wiekelende lade van de
oude tafel.
Langen tijd had ze gepeinsd over de ad-
verten-tie. Haar nood1 verhief haar boven de
onverschilligheid1 ol zelfs de moedeloosiheid,
die doen grijpen naar gcijkte -termen. Ze
was er zich helder van- bewust.'dat ze ver-
trouwen wilde inboezemen. Daartoe was ze
de verschillende perioden van haar leven na-
gegaan, zooals die, netjes, als in vakjes ge-
ord-end, waren achtergeoleven in haar brein:
de eerste jaren bij' rnseder, daarna de kniplcs,
het maatknippen, bet werk op bet atelier, het
felfs'tandig naaien bij; de menschen aan huis
en -ten slotte, toen de eerste symptomen van
haar nierkwaal "zich begonnen te vertoon-en,
het werken thuis met een hulpje. Hoewel
het heden haar beklemde herd'aeht ze deze
vervlogen betere dagen zonder droefenis:
evenmin als haar botte geest haar destijds
zou hebben kunnen opheffen -tot het sclieppen
van stou-te iilusie-n in haar vak en het ver-
langen ze uitvoerbaar te m-ak-en, evenmin
schepte ze zich de toekomst in phantastische
angstgedrochren, die haar de kalme banen
van haar vroeger legen deden; herdenken met
iets als weemoed voor het voorbije. Hier gold
men. Lodewijk had nauwelijks het portier
achter zich dicht geslagen of de trein zette
zich in beweging.
,De reis ging vooreerst naar Opper Sile-
zie en Bohemen. Mr. White volgde overal
hetzelfde programma, eerst besteedlden ze
eenige dagen en nachten om land en volk te
leeren kennen, de stad te bezichfen en zich
zoo goed mogelijk te amuseeren. Daama
kwamen de zaken aan1 de beurt. De Austra-
lier scheen onverwoestbaar. Slaap leek een
onnoodi-ge bezigheid voor hem te zijn, waacr-
mte hij zich weinig bemoeide, nooit merkte
men eenige vermoeienis bij hem op. Sterke
drank kon hij nu beter verdragen dan in het
begin. Bewusteloos van dronkenschap had
zijn jon-ge leidsman hem alleen gezien op
dien eersten avond in Berlijn.
Lodewijk hield zich strikt aan zijn voor-
nemen van geheelonthouding. De Ausitralier
animeerde hem vaak om te drinken, maar in
zijn slaperige oogen blonk telkens een wel-
willende waardeering wanneer Lodewijk vol-
hield. Over het algemeen was er voor den
jongen man veel belangwekkends en beziens-
waardigs op reis. Het was hem opgedragen
den' -heer White in de fabrieken rond te lei-
den, hern bij de keuze der modellen te hdpen
en merk, prijs en aantal stuks der bestelde
voorwerpen te noteeren. Van den bestelbrief
werden twee copies gemaakt, de een bleef in
de fabriek, de andere ontving de Australier.
terwijl het origineel de firma Kolberg toe-
gezonden werd die de besteilingen ten uit-
voer bracht. Herhaaldelijk kwam Lodiewij-k
op reis in de verzoeking extra voorraad op
te doen. Eens b.v. ini een fabriek van Bp-
heemsch kristalwerk. Met een ontzettenden
woordenvloed veTklaarde de directeur dat
hij ooch zijn firma noch den heer White be-
nadeelde, wanneer hij den Australier aan-
raadde ham een part# zoogenaamda Kama-
alleen de overweging: „hoe kom ik aan
werk?"
En ze telde de jaren; van -arheidL die ach
ter haar lagen, 37 waren het er. Ze schreef
met een stompje p-otlood, da-t ze -telkens bel-ik-
te, dat groezefig glom en zwart zag op de
lijnen: van de kerfsels aan dien punt: Een
naaister, 37 jaren werkzaam geweest zijnde
Haar wenkbrauwen fronsten zich en het
potlood stokte op het g<3re strookje krant.
Dat klonk te oud. Zoo ze alleeni de laatste
18 jaren in aanmerking liet komen?
Eigenlijk behoorden die tot de beste en chi-
queste van haar g'ansche leven: baas in haar
eigen klein bestek, kanten die hdhr opzochten
inplaats van omgekeerd en het hulpje voor
de vervelende karweien; en' de boodschappen.
Een onbewuste stroom van gedaohtea ver-
plaatste haar plotseling in de jaren op het
atelier. Er was iets gelijks in deze twee toe-
standen. Was het wonder, dat de noodzake
lijkheid van een pakkende advertentie deze
twee beelden voor haar geestesoog brachteu
als similaire gevallem?
Met bevende hand, want ze was zich wfel-
bewust van haar bedxag, schreef ze aan. den
anderen kant van het stukje krant: Een
naaister, 18 jaren e#n; dgen atelier gehad
hebbende", -enz.
Kwiek knikte het dmkrullende struisveertje
voor op het hoedje: „ja, ja, ze zou een Dins-
dag komenEenmaal op straat, nog
uit het benauwend-grootsche huis, waar haar
advertentie was gelezen, steeg in haar een
v-age verwon-der-ing over niet meer vreugde,
niet meer trotsEn dan wist ze, dat ze
opzag -tegen het uit naaien gaan in dat rijke
huis, waar ze zijn zou in een- omgeving, ge
heel vreemd aan wat ze gewend was; die ze-
ker, maar dan ook heel zeker sprak van werk,'
dat ze niet bij1 machte was te doen. Maar op
't zelfde oogenblik redeneerde ze tegen beter
weten in; 't zo-u wel zoo erg niet zijn Wie
gaf er nou ingewikkelde nieuwerwetsche ja-
ponnen aan de huisnaaisterhoogstens
kreeg ze een eenvoudige winterjurk te maken
of een dienjapon voor de meiden dat
kon ze toch waarachtig wel an
Thuis, terwijl ze nog gochem even' een
Welidbn had gekocht, die uiitdagend1 bungelde
voor een winkelraam, viel het haar nog ge-
makkelijker de telkens opkom-ende onrust to
bedwingen, want helderder dan haar mach-
teloosheid, stond haar daar, bij het ontbrekea
van een kwartje voor den gasmeter, hi vaa
een- avondJboterham de noodzaak van uii
naaien te gaan voor den geest; en de koude
op het zolderkamertje werd de zonderlinge
vu-ursteen waaraan haar verkwijnde energie
ontvlanide tot een brutaal-zich-ophouden aan
valsche redeneering. Want de naaister be-
greep heel goed, dat ze als zoodanige huisr
naaister niet zou worden beschou-wd en dat
al wat was afgesproken tusschen haar en
raevrouw berustte op de bedrieglijkheid harer
advertentie.
Toen de Dinsdag kwam, was ze toch even
in een roes van opg-ewonden kracht. Waaiom
zou het niet goed gaan, waarom zou deze
verdienste niet duren 1 anger dan eene week?
Ze kon mevrouw toch die japonnetjes uit de
wM-bestudeerde Weld'on opdrmgen, die haar
p-over talent het voordeeligst waren en
bij aanwezigheid van Fransche modepl'ateBj
kon.ze de Engelsche snit en smaak verkiezen
boven de Ffansche
Mlaar de flaliier kw-am. Oin-vermdjdeiij'k als
het noodlot is de fla-ter voor een arme oude
naaister, die naaien mdh en niet naaien kan.
En een leugen alleeni vermijdt de wanhoop,
die uit leugen' gebeuren is. Daarom manif&J-
teerde zich de wezenlijike schrik van oude
arme naaister, voor de oogen van hare werk-
leonglazen af te nemen, een artikel d'at zijn
prijs waard was en dat op de bkmenlandscha
markt niet meer gevraagid werd. Mr. White
zou een voordeeligen inkoop doen, de firma
Kolberg ontving de -gewone provisie, de fa
briek kreeg een plaats vrij en mijnheei- Ze
vengesternte ontving een mooie extra toelage.
Een oogenblik aarzelde Lodewijk. De gele-
genheid zonder moeite en sdrijnbaar niet im-
fair een aardige bijverdienste te krijgen was
ver lei deli jk, maar reeds de vo lgende minu ut
wees bij het aanbod van den Tschech ondub-
belzinnig en besl-ist af. Later zag hij dat de
fabriek nog een andere reden had dan do
verandering van mede om zi-ch van de koop-
waar te ontdoen. Bij het kleuren waren de
glazen bedorven, het colodet was niet zuiver
en d'oorschijnend.
In den dagelijkschen omganig mef dea
Australier kwam Lodewijk tot de overtui-
ging dat Mr. White niet alleen als handig
zakenman maar ook als mlensch tot de eer
ste klasse behoorde. Met zijn gebrekkiig
Dui'tsch' en zijn viveurspassie legde hij dade-
lijk zijn clawnachtige dwaasheiet af. Dan was
hij tot in de puntjes van zijn vingers zoowell
iinnerlijk 'als uiterlijk, de gladgesdioren, cor-
recte, overdreven nette Engelschman. Alleen
het onverwachl voor den dag komen vaa zijn
innerlijk maa-kten een eendgszins on-Engd-
schen indruk en verrieden het dlroppeltje
Duitsche bloed dat hem van wergrootoudera
zijde was toegevloeid. De ingenomenhtid
van den heer White met zijn jongen vriemd
sdieen- met den dag toe te nemen.
„Gdd verdienen schijnt niet met groote
letters op een programma geschreven te
zijn", zea hij eens op een avond toen zij na
een dag van veel werken in het hotel bij el-
kaar zaten.
MYwdt MiwiIgil
ALRMAARSCHE CODRANT.