Alkmaarsche Courant
- Zevengesternte.
Donderdag 15 Februari.
Ooze scheldende gemeente-
aeoretaris.
F e n i 11 e t on.
De slaehtbuiskwestie te
Bergeu in behandellng b|)
Ged. Staten.
Honderd Yljf en Twlntlgste Jaargang.
lo. 89. 1928.
Ia zijne zitting vao 19 October 1922
rerleende de Gemeenteraad san den heer C.
D. Donath, naar aaaleiding van zijn verzoek.
met ingang van 1 Januari 1923 of zooveel
later als in de vacature zal zijn voorzien, op
de meest eervolle wijze omtslag als Secretaris
dezer gemeente. De Raad voegde daaraan
een dankbetuiging toe voor de langdurige en
uitstekende dieneten als zoodanig aan de ge
meente bewezen De juiste datum van net
ontslag is inmiddels bepaald op 1 Maart a.s.
in verband waarmede wij thans den tijd geko-
men achten om een terugblik te werpen op
hat ambtelijk leven van den man, die geduren-
de ruim 26 jaren een zoo belangriike plaats
in bet bestuur dezer gemeente heeft ingeno-
meni. Wij vestigen in verband hiermede de
aandacht op hetgeen wij reeds schreven in de
Alkmaarsche Courant" van 28 April 1921,
bij de herdenking van zijne 25-jarige amhts-
vervulling als Secretaris dezer gemeente.
Den 3en Juli 1874 alls ambtenaar ter secre-
tarie van Amsterdam1 voor het eerst in ge-
meentedienst getreden, bleef hij aldaar tot 31
Maart 1882. Daarna werkte de heer Donath
ter secret arie van Wormerveer van 1 April
1882—31 December 1883 en van Leeuwarden
van 1 Januari 188430 Juni 1887. Vervol-
eens tot Secretaris der gemeente Harlingen
benoemd, welk ambt hij vervulde van 1 Juli
1887—30 April 1896, trad hij op 1 Med 1896
als Secretaris in dienst der gemeente Alkmaar.
Op 3 Mei 1924 zou de heer Donath mitsdien
een halve euw in gemeentedienst hebben
doorgebracht.
V66r rijine komst in deze gemieenite had de
heer Donath zich in Friesland reeds bekend-
heid verworven door zijne historische onider-
zoekingen. Herhaalde malen trad hij als spre-
ker op in het Friesch genootschap te Leeu-
wardcn. Talrijke bijdragen in Eigen)
Haard" en in den Frieschen Volksahnanak
getuigen voorts van zijn werkzaamheid op diit
gebied
De taak door den nieuwen Secretaris te
Alkmaar aanvaard, op een jaarwedde van
1 2000 (tegenwoordig gelijk aan het gemid-
delde loon van b.v. een klerk bij- den keu
ringsdienst), was niet gemakkelijk. Reeds aan-
etonds bleek het noodig een1 anderen koers te
zeilen dan de tot hier gebruikelijfce. Met „het
persoonlijk regime" van den vongen titularis,
ten der oorzaken die het mogelijk rnaakten,
dat de gemeente zoo groote linancieele en mo-
reele schade had geleden, moest verdwijnen
en plaats maken voor eene opvatting vanl het
ambt overeenkomstig de omschrijving in. het
betreffende hoofdstuk dter Gemeentewet- De
Secretaris was d'aarbij1 geheel op zich zelf
tangewezen en moest zijn eigen weg dus vin-
dien. Van de personal in het Dagelijksch Be
stuur ging toentertijd1 weinig krachit uit De
Burgcmeester was reeds oud en de Wethou-
ders namen weinig of geen deel aan den da-
gelijkschen gang van zaken. Een krachige
steun vond de Secretaris echter in de „Al'k-
maarsche Courant", op welk blad hij her
haalde malen en met goed gevolg een beroep
deed om zijne denkbeelden ingang te doen
vinden; getuige de hoofdartikelen in het
nummer van 17 Januari 1897 „Over ons G6-
meentcbestuur", van 29 September 1897 ov«r
,A-rm Alkmaar" en van 7 Maart 1897, geti-
teld MZcnder eenig debat".
De nieuwe Secretaris bleek zich spoedig
zijne plaats en taak ten voile bewust niet al
leen, doch wist de tegenwerking, aanvankelijk
ook in den Raad ondervondeni, te overwinnen
en zijne nieuwe denkbeelden ingang te docn
vinden.
Eene reorganisatie van de geheel verou-
derde admiinistratie kon daarbij niet uitblij-
ven. Werden tot dien alle stukken voor die
raadsvergaderingen steeds bij de raadsleden
aan huis ter lezirag gezonden, hiermede werd
gebroken en een betere methode ingevoerd,
waarbij de raadsvoorstellen werden gedrukl
en als bijlagen tot het verslalg van 's Raads
handelingen aan de raadlsleden niet alleen,
doch ook aan particulieren tegen betaling van
een zeer matige vergoeding thuis gezonden.
Daarnaast werd grootere zorg besteod aan de
samenstelling van het raadlsverslag. Daarna
Vblgde de plaatselijke wetgeving, waarvan
een gemakkelijk te raadplegen overzicht in
druk werd uitgegeven. Nog in den zomer vah
het vorig jaar voegde de Secretarie hieraan
een overzicht toe van de belangrijkste onder-
Roman door Margaretha Bohmf,
Naar het Duitsch door C M. de W.
(Geautoriseerde vertaling).
75)
Hoe 'lief van mevrouw Reihhard juisit aian
haar te denken ofschoon zij zich nog kort ge
leden had uitgdaiten dalt zij Maria toil haar
beste medewerksters rekende, aan wie zij het
meest kon overlaten en dait zij hoopte haar
nog lang te zullen behouden... Maar waaroin
sprak mevrouw Reinders zoo bepaald iniet
nadruk uit dab haar college te Miinchen een
vrouw was zonder vooroordCelen, waarom
zette zij op den voorgrood dat verandlering
van- woonplaalts goed voor Maria zou zijn?
'Maria bleef eensklaps staan. Onwillekeu-
rig bracht zij de 'hand aan het voorhoofd.
Haar imiof viel uit haar verstijtde vingers.
Iemand raapte hem op en gaf hem haar wear
in de hand. Zij1 bedankte niet. Hlaar lippen
weigerdcn hum diensit. Als een bliksemstraal,
die onverwacht vlak bij: haar insloeg, had zij
begrepen. Dat wat sedert wekeni en maandai
in grillige of akelige visioenen voor haar
geest voorbijging. slond1 plotselin g voor haar
als een oraverbidaelijke, niets ontziende waar-
heid. Dear rees het Nloodlbt voor haar op
met de onbetaalde rekening: de noodlotfige
kracht die haar een weg opdrong vol onbe-
kende gruwelen en gevaren. Maandenlang
schreed zij reeds stap voor stap voorwaarts
op dten vrteeselijken- weg, die small en diiize-
lingwekkand voartliepi tusschcn afgronden
wei'pen welke den Raad ter overwegfeg m
beslissing in de jaren 18971921 zijn aange-
bodea in de bijlagen tot het verslag van
'a Raads handelingen.
iBehalve deze en- andere zaken den inwendi-
gen dienst betreffende, was de Secretaris de
ontwerper en penvoerder in verschillende
voor deze gemeente hoogst belangrijke zaken
welke in den loop van zijn ruim 25-jaiige
ambtsvervulling tot stand Icwamen op het ge
bied van het onderwijs, de volksgezopdheid,
de verbetering van de verkeersniicidielen, enz.
Enkele van de voornaamste onderwerpen vin
den hieronder een plaat9
1. 1897 vestiging Cadettenschool.
2. 1899 aanfeg spoorweg Alkmaar
Hoorn.
3. 1904 oprichting Gymnasium.
4. 1907 shchting abattoir.
5. 1908 oprichting Handelsscholeo.
6. 1912 verbouwmg Stadhuis.
7. 1913 oprichting gem. eleotriciteitsbe-
driiL
8. 1914 vestiging Rijkstuinbouwwiniter-
school.
9. 1915 stichting nieuwe gasfabriek.
Dat al deze zaken, de een in mecrdere mate
dan de andere, nevens de gewone secretarie-
werkzaamheden gtdurende den nxobilisatie-
tijd toch reeds aanzieolijk uttgebreid veel
arbeid van administratieven aard vergden,
ibehoeft voor den ingewijde geen betoog.
Wij herinnereni hierbij in het bijzonder aan
dsn atrijd welken de Secretaris had te voeren
voor de oprichting van het abattoir in deze
gemeente, zoowel in als buiten den Raad en
waarvan kunnen getuigen de hoofdartikelen
in de „Alkmaarsche Courant" van 14, 17 en
19 November 1897 cn 2 Februari 1898, die
nog mogen worden gelezen om de suggestieve
kracht die er van uitging. Thans ziet ieder
het zooals hij het tocn zag. Ook de melk-
voorziening dezer gemeente genoot zijn bij-
zondere belangstelling. Behalve in het daar-
omtrent indertijd van zijn hand vcrschenen
„Melkrapport" heeft de heer Donath omitrent
deze zaak eene studie gemaakt en materiaal
verzameld, welke te zijner tijd zal blijlcen van
veel nut te zijn, wanneer de thans verklaar-
bare tegenzin in overheidlsbemoeiingen zal
zijn geluwd en zal hebben plaats gemaakt
voor ander inzicht.
En nu moet men ten slotte niet meenen dat
de 'Secretaris biji zijn arbeid de beschikking
had over een uitgebreid personeel; verxe van
daar.
In de eerste plaats deed- hij persoonlijk veel
af. De raadsvoorstellen b.v. war cm tot 1920
naoenocg alle van zijn hand.
Overigens had1 hij ter secretarie slechtS hot
volgcnde personeel tot zijne beschikking:
In 1900 4 ambtenaren en 1 klerk:
1910 5 2klerkeni;
1916 7 1 klerk en
1919 9 1 en 1 schrijverJ
Hierbij dient opgeteekenid dat de bevo'king
van 17349 zielen op 1 Januari 1897 siteeg
tot 25118 op 1 September 1922.
Wij zijn overtuigd in het boveusitaande niet
een volledig beeld te hebben gegeven van
hetgeen de aftredende Secretaris tot stand
bracht. Het liijkt er ni'et naar. Wij moeten
ons echter beperken, doch meenen nog te mo
gen wijzen op de omstandigheid dat de heer
Donath buiten zijn ambt als Secretaris nog
tijd en' lust kon vinden om zich aan de publie-
ke zaak te geven. Wij herinnenen slechts aan
het felt dat hiiji -een itientat jaren voorzitter is
geweest van de afd. Alkmaar der Mij. tot be-
vordering der Toonkunst. In die kwaliteit
was hij in 1906 eerevoorzitter van het groote
nrnrziekfeest dat toen hier gehoudem is, waar-
voor men een feesttent had opgeslagen, die
het geheele Doeleveld besloeg. Bij het uit-
reikeni der prijzen voerde hij het woord voor
eeni publiielc van plm. 4000 menschien. (Zie
Alkm. Ct. van 5 Juni 1906).
Sedert 1901 Dot heden is hij bestuurslid van
de Vereeniging van Burgemeesters en Secre-
tarissen in de prov. Noordholland. M'cer dan
16 jaren was hij besituurslid van het Genoot
schap „Sol'US Nemo Satis Sapit. Biji kon. be-
sluit van 14 December 1900 werd h'ij be
noemd tot lid van het College van Regenten
over de gevangenissen a 1 hier, welkebetrek-
king hij nog bekleedt.
Ivan 1905 tot 1920 was hij! medie-redacteur
van het bekende tijdschrift „Gemeentehelan-
fen". In een uitgegeven overzicht van de in
at tijdschrift behandelde onderwerpeni tref-
fen wij niet minder dan 4'5 hoofdartikeleni
aan van zijn hand, studien- over de meest on-
derscheid enkwesties voor gemeentereCht en1
burgedijke adlministratie. Gedurende een
reeks van jaren had hij' zittinig in de comaniis-
sie voor het afnemen der examen® voor can-
didaat-gemeentesecretaris en ambtenaar ter
secretarie.
De beer 'Donath zal naar wij vememen in
deze gemeente bldjveni wonen. Wij wenschen
hem toe dat hij nog eeni aantal jaren van zijn
door en naar den afgbond voerde.
Zij stond midden op straat, aisof zij ver-
steend was en staaxde naar de lucht tot zij
die oogen vol tranen had; zij hijgde naar
adem en hoe zij haar best deed zij kon geen
voet verzetten. Alios werd verwardl in haar
hoofd. Een roode brandende nevel bedekte den
grauwen avondhemel. Stond daar ginds het
dak in bramd van het Romeinsche huis? Stond
de Keurvorstenstraat! in vlammien? Was de
geheele rij huizen aan gene zijde van de
straat niet in rooden gloed gehuld? En wat
was dat voor een verschrikkelijk schreeuwen
en ruischen en bruisen' in de lucht, spookach-
tig renden en haastten de menschen zich op
straat. Het waren geen menschen, het waren
schaduwen, uurwerken. Aan de Keizer Will-
helm Herinneriinigskerk verhieven zich boven
den ingang de rtondbogen, de torens kwamen
in beweging, bogen voorover... Toen midden
tusschen de dansende dwaa'llichten in haar
hersens eeni opvlammend'e lichtstraail!.
Ik ben krankzinnig. Ik beni
En toen plotseling een ijzig, alles oplossend
duister.
w
Het kleine vriendelijke kameiitje in het Sa-
natoriumi Manyold baadde zich tot iini die
kleinsta hoekjes in zonneschijn. Maria kon
van uit haar bed de boomen van de Keizer-
allee zien, juist in het luchtige, teergroene net
der eerste openbrekende bl'aderen. Een pleeg-
zuster ilrok de jalouzieen op. Maria's slaap-
dronken oogen dwaalden van het raam' naar
de groote cijfers van den seheurkalendler aan
den muur. ..Reeds twintig April?" zij' wchndr
da hat hootd. „Ik begrijp het niet..."
rust, welke hij ongefwijfeld wel produetief z*\
weteni te maken zal mogen genieteni en wij
zijn overtuigd dat hij daarbij steeds met
groote belangstelling voor alles wat Alkmaar
en zijn bestuur aangaat zal vervuldi blijven.
Hrovinciaal Aieunh
Gistermiddag behandelden Ged. Staten in
openbare zibting het hezwaarschrif t van de
heeren Hoksbergen, Baltus en Oldenburg
tegen het door s Raads meerderhedd, be-
staande uit de heeren Apeldoorn, Bogtman,
Swaan en Barnaart genomen besluit, om te-
rug te komen op het besluit tot aansluiting
bij het abattoir te Alkmaar,
Voor de meerderheid van den Raad waren
aanwezig de heeren Bogtinan em ApeldOom,
terwijil van de minderheid aanwezig waren
de heeren Hoksbergen en Baltus. De heer
Oldenburg had' zich doen vertegenwoordi-
gen door den Directeur van dm keurings-
dienst.
De voorzitter van Ged1. Staten Jhr. Mr.
Roell, deed mededeeling van het ingekomen
hezwaarschrift en van de meening van den
Inspecteur van den veterinairen dienst, die
Bergen te kledn oordeelde voor de exploit uo
van een eigen slachthuis en van i_^,nir>g
was, dat samenwexking met Alkmaa ge-
wenscht was. Op verzoek van Ged. Staten
gaf die Inspecteur 4 Juli nog zijn oordeel
over het hezwaarschrift van de heeren Hoks
bergen c. s. In diit oordeel ontraaddie hij nog-
maals uitvoering de stichting van een eigen
centrale slachtplaats en beval hij. aanslui
ting bij Alkmaar aan 25 Juni zoudta Ged.
Staten een uitvoerig schrijven aan Bergen,
waarin zij hun bezwaren tegen het raadsbe-
slult van 21 Mei onitwikkelden. Vooral, om-
dat de beslissing 5 jaar wordi verschoven.
Om financieele en hygienische redenen had-
den Ged. Staten bezwaar tegen het stichten
van een Centrale slachtinrichtimg, die niet
aan practiische eischen voldoet, waarom zij
er bij; het gemeentebestuur op aandrongen
om in overeenstemming met het deskundig ad-
vies en met toepassing van art. 26, Alk
maar als slachtplaats aan te wijzen voor de
gemeente Bergen.
8 Sept. behandelde de Raad in Bergen diait
schrijven, met het gevolg, dat die stemanen
staakten.
20 October staakten de stemmen opnieuw,
waarom het voorstel am alsnog bij Alkmaar
te blijven, geacht mioest zijn, te zijn verwor-
pen.
5 Febr. Ikwanx 'het hezwaarschrift van die
3 raadsleden-voorstandiers in en 6 Febr. een
schrijven van een tweetal slagers om te mo
gen worden gehoord. Aan hen zonden Ged.
Staten een afechrift.
B. en W. berekenden in een schrijven, dat
het zielental in Bergen voor een eigen slacht
plaats onvoldoende was.
Spr. wenschte eerst het woord te geven' aan
die reclamanten om daarna het woord te ge
ven aan de meerderheid van den Raad.
De heer Hoksbergen betoogde het volgen-
die:
Excellende, Heeren Leden van Gede-
puteerde Staten!
Wij1 prijzen ons gelukkig, dat wij' alsnog
ons standpunt inzake de bekende Vleeschkeu-
ringsi-kwestie voor U mogen uiteenzetien.
Vooraf echter eene kleine historic.
Toen in Augustus 1920 in ons dorp, korten
tijdl na het nuttigen van vleesch, in een onzer
meest bekende restaurants benevens in diverse
pensions bij tal van personen ernstige ziekte-
verschijnselen hebben voorgedaan, heefit het
deskundig onderzoek geleerd, dat deze ziekte-
verschijdselen het gevolg waren van het eten
van ondeugdelijk vleesch. Een keuringsdienst
waren wij, niet rijk. 'De beroering in ons dorp,
de ernstige onitstemming bij vreemdelingen
en burgers, van wie velen een bestaan zoekeo
in het verhuren1 van kamers etc., waren aan-
leiding, dat de Gemeenteraad' van Bergen in
eene spoedeischende vergadering een keu
ringsdienst instelde, hierbij gebruik makende
van den Directeur m' het personeel van het
GemeenteJS1 achlh uis te Alkmaar. Deze, de
Directeur, heeft destijds echter uitdrukKelijk
vooropgesteld, dat hij' slech'ts dan bereid was
zijin medewerking te verleenem, wanneer de
Raadi der gemeamie Bergen een nauwer con
tact in de toekomst voorstond met de Ge
meente Alkmaar, in dier voege, dat bij het in
werking tredeni der Vleeschkeuringsweit, de
slachtingen der Berger slagers te Alkmaar
zouden1 plaats vinden.
Zonder eenige uitzohdering hebben alle le
den van den Raad onzer Gemeente zich in die
spoedeischende vergadering met het voorstel
van iBurgemeester en' Welhouders vereenigd.
De zusiter knifcte vriendelijk. „U heefit haast
den heelen winter geslapen, juffrouw Braun-
beig. Nu is het voorjaar en hell is tijd dait u
walkker wordt."
„Als u eens wist hoe ik mij verheug op
wakker worden en op het voorjaar..." Een
flauw kleurtje gaf wat leven en waimte aan
het smalle gezichtje der genezende. iDoor de
zuster gesteund richtite zij zich op ax nam
een kopje thee met een heel dun boterhaa ne-
tje van het blad dlat de verpleegster voor haar
zette.
Zij was verscheidene dlagen bewusteloos ge
weest en had1 hooge koor'ts gehad. Flauw
herinnerde zij zich dat iemand haar in een
helder oogenbldk verteldl had, dat zij; in Ja
nuari dicht bij de Kdizer Wilhelmi herinne-
ringskenk door een auto overreden was ge-
worden en zware inwend'ige kneuzingen had
gefkregen. Even flauw daagde de herinnering
bij haar op aan onnoemelijke pijnen cn onuiti-
sprekelijke vreeselijke nachten. In die
verschriikkelijke dagen itoen de kooits-
thermometer tegen middernacht tot
een-en-veertig graden steeg en 's mor-
gens nooit lager werd dan negen-en-
dertig, had zij omtzettende pijnen geleden.
Dan lag zij in een smalten tunnel op spoor-
wegraiils en kon zich niet verroeren, terwijl
iedere beweging haar onnoemelijke pijn deed'
Heel uit de verte viel helder schijinend' zon-
lidit door een opening maar onder haar tril-
doi de rails, zij' hoorde het doffe xollen van
den trein al nader en nader komen, zij Wilde
roepen maar haar stem was weg en onder
het stootlen en razeni en rollen en snuiven
werd het nacht...
Elan kreeg zij wean ana anda spoalaaw-
7k, mi rooals U reeds is geblekes, meertlere
leden van dien' Raad achten ons gebonden,
door de in dien1 tijd gegeven verzekering, en
U zult onze diepe ergernis beseffen, wanneer
ik !U meedeel, dat een der leden; welke het ge-
vallen votum thans verdedigen zal, ik bedoel
den heer 'Bogtman', destijds als Wethouder't
voorstel aan den R'aad onderteekende en
verdedigde, Dte toestand van voorheen, toen in
den seizoentijd onze badpilaatsen het toe-
vluchtsoord was voor al wie maar goedkoop
vleesch, zelfis al was het ondeugdelijk en van
gestorven dierem afkomstig, kon leveren
imimers korten tijd; geleden leverde de heer P.
de Boer, hoofd van den keuringsdienst te
Scbagen, in een vergadering van oudLleerlin-
gen der Landbouwschool in die Gemeente,
een betoog, waarin hij o.a. mededeelde dat
vroeger al het slechte vleesch zijn weg vond
naar Bergen en Schoorl is thans veran-
derd. In nog geen jaar tijda is het den
Directeur en diens ambtenaren mogen geluk-
ken de toestand radicaal verbeterd te hebben,
en al vlei ik mij niet met de gedachte, dat alle
vleeschverkoopers de goede niet lie na ge-
sproken engelen zijn; geworden, toch zal
iedereen thans moeten erkennen, dat evemtuee-
le freuduleuze invoer en1 verkoop van vleesch
tot de geringste afmetingen is beperkt.
Strijot het niet met de beste gevoelens, M.
de V., wanneer Gij Uwe medewerking moet
verleenen tot het nemen van een' besluit, dat
zoo kennelijk in strijd is met alle begrippen
van moraal! Eerat verzoekt men, in zak en
asch zitlende, iemands steuni en als die
steun wordt gegeven en de toestand heeft
zich in gunstige zin gewij'zigd dan her-
roept men zijn woorden men x-ergeet zijne
daden en' men wil een' ander. Vandaar, dat
naar mijn innige overiuigiag de meerderheid
van1 de Bergenaren in deze kwestie caast ons
staat, al werd an® voorstel in den Raad ook
met 1 stem meerderheid verworpen. Thans de
gronden waarop onze reclame is gebaseerd.
Ten eerste de financieele zijde.
Voor een iluttel bedrag, niet meer bedra-
gende dan /010 per inwoner per jaar, wil
ae Goneente Alkmiaar zich contractueel ver-
bindein om, bij1 verwijzing der slachtingen
naar het Slachthuis te Alkmaar, alle voor-
schriften welke de Vleeschkeurin'gswet ons op-
legt, uit te doen voeren met haar personeel.
Behalve het toezicht op de slacbterij, vleesch-
winikels en dergelijke, noodzaakt deze wet
elke Gemeente die zich zelve een Keurings
dienst instelt, tot het hehbben van een des
tructor, waar afgekeurd vleesch in vernietigd
wordt, en1 alhoewel een uitstel van enkele ja
ren kan worden verleend, komen moet hij er
tech. Wat moeten wij! doen met het ter sterili-
satie veroordeelde vleesch, als de Gemeente
Alkmiaar niet bereid1 is ons te helpen? Be-
dwelmings-aparaten, koperen datumstempels,
reinig^ngsmiddelen, slachthuisgereedschap-
pen, triansport werktuigen', laboratorium-in-
ventaris, kortom alle gereedschappen welke
bij een goed geoutilleerd slachthuis behoo-
ren, dienen te worden aangeschaftomdat de
Raad destijds en zeer terecht krachtens art.
4 van de Handerwet, alle slachitigen -heeft ge-
concentreerd op ten' plaats buiten den Kom
der Gemeente gelegen. En wie van ons, het-
ziji v6dr- of tegenstander, van een eigen Keu-
ri,gsdienst zal ooit weer op d'asi besluit willen
terugkomen? Het zou ongetwijfeldi de domste
daaa zijn, welke mem ook maar ooit kon be-
gaan om het oprichten van slacherijen in de
kom van ons dorp weer toe te laten.
De aan U indertijd gezonden en door ons
genaamde kosten van eenen Keuringsdiens+,
welke aan redelijke eischoi voldoet, behoeft
■naar onze meening geen nader betoog. Wil
men de Wet goed uitvoeren' en onafhankelijk
zijn van inrich'tingem in andere gemeem'.en,
dan zal een1 plaatselijke Keuringsdienst een
bedrag vara omstreeks 5.425.vorderen.
Eini nu kan moi wel zeggen, deze kosten
worden uit de keurloonen' bestreden, doch
diaarmede is men er raiet af. Men- k'an deze
keurloonen niet ad libitum opvoerera ter wille
van een sluitende begrooting en al thans niet
tot het vijfvoudige van de thans beslaande
En daartoe zal 'het toch wel komen, wil men
uit de post Hoofdelijke omslag, het te-kort
niet dekken. Wij! willen niet ontkennen, dat de
keurloonen aan den lagen kant zijn, wij ach
ten' zelfis een verhooging alleszins toelaat-
baar, maar niet zoodanige, dat deze op den
prijs vara het vleesch invloed uitoefienen, te-
meer waar een betere en' goedkoopere leve
ling ons is aangeboden. Met het concentree-
ran van 'alien slachtingen op een plaats, heeft
men zich al, misschien onbewust. principieel
verklaard voor een' slachthuis. Men kan zich
dan ook niet losmaken van de consequenties
daaraan verbonden. Wij hebben nu in Bergen
een slachthuisje, dat veel te klein en te primi-
tief is. Het is gebouwd! door een slager ten
onzenit met de bedoeling er alleen gebruik
van te maken.. Geen' wonder dat over gebrek
aan ruimte ernstig wordt geklaagd. Onge-
schij'nsel. Spoken of geesten hurkten rond-
om haar bed en staken met messen naar
haar. Een afsehuwelij'k monster hakte haar
in twee sneden die beenen van het lijf en
schoof er stelten voor in die plaalis. Zij riep
gillend om hulp. Toen1 waren de booze gees-
ten verdwenen, maar op 'haar bed zat een
groote witte vogel die met de vleugels sloeg
en in haar "oogen pikte.
Toen de temperatuur d&alde wend zij lang-
zaimerhandi rustiger. De sluimering en uit-
putiling ging langziamierhand over in een vas-
ten, verkwikkenden. genezenden sliaap.
Vijf dagen geleden was zij voor het eerst
een uurtje op geweesit en al kon zij zich
maar heel langzadin aan den arm der zus
ter voortbewegen, dit opstaan-gaf haar toch
de geruststellende overtuiging, dlat zij' .e tot
nu toe beperkte macht over haar airmen en
beenen behouden zou.
In de weken van langzame beterschap was
het of zij het leven weer voorzichtig in ging.
Zij had een gevoel of zij naar buiten gezon
den werd'. Het verfedera lag als oen gesioten
boek achter haar. Het wijde veld1 der toe
komst strekte zich voor haar uit, een onaf-
zienbare vlakte van zwarte, vruchtbare aar-
de, bereid tot de ontvangst van het zaad' van
nieuwe daden. In de stil'le uren ontbladerde
zij haar ilevensboek en wat d-iarin met bleeke
inkt geschreven stond, stemde haar niet
vroolijk. Een zieke'ldjk, zwak mensch was zij
van het begin af aan geweest. Nu had het
Noodlot, dat haar ter neder wierp, tevens het
hek doorgebroken, dat haar wil afsloot Nu
eerst lag de wereld o'pen voor haar, vrij was
rij geworden, iinnerlijk vrij. Het geluk had
nargaos zijn vaste plants barmen sea hepaalde
♦Wijfeld zal, immens de adviezm es deskuadl-
gen luiden gelijk, bij aanvaarding van het
principe der Raadsnieerderheid, de inrichting
moeien worden' om- en aangebouwd. Dwingt
men de slagers .tot het slachten in een cen
trale slachtplaats dan dient de dwingeade
macht te zorgen, dat de belanghebbende in
staat gesteld wordt, dat hij de tot het slach-
ersbecrijf noodzakelijke handelingen naar be-
hooren kan verrichten.
Een ander vcordeelj eni daarop beroepen
wij, ons op het oordeel van den Hoofdinspec-
teur en den inspcatur der Volksgezondheid,
moet de aanwezigheid van een kbelhuis ver
bonden aan het Abatcir te Alkmaar van
groot nut worden geacht Werd zulks niet
bewezen door het teit, dat een der vooraaam-
ste slagers te Bergen reeds in de jaren 1915
en 1910 geheel vrijwillig zijn vee te Alkmaar
liet slachten, hooldzakelijk om van het koel-
huis gebruik te kunnien maken?
iHJet instellen van kleine Keuringsdiensten
is niet bevordelijk voor den vileeschhandel.
Artikel 8 der Vleeschkeurimgswet laat uit-
drukktlijk toe het hetlen' van keurlooenn van
vleesch, hetwelk in een andere gemeente ia
goedgekeurd. En het zal ongetwijield in de
bedoeiing van de voorstanders van eenen zelf-
standigen Keuringsdienst liggen, dit middel
met atle gestrengneid toe te passen, teneinde
de finantteele lasten' voor de Gemeente te
verminderen. Hoe goed ook bedoeld. zal deze
maatregel in grooue mate treffien de te Alk
maar gevesugde slagers, welke reeds sinds
langen tijd aan verschillende hotels, pensions
en particulieren leveren.
Is het nu verstandig om nu zich om Alk
maar een rayon gaat vormen, immers Lim-
men, Hfeiloo, Oudorp, Akersloot, St. Pancras,
Oierleek, Ursem, hebben eeni zoodanige veror-
dening, waarin wordit bepaald, dat de slach
tingen te Alkmaar zullen plaats vinden, de
Egmonden volgen binnenkort rich te iso-
leeren? Hebben de voorstanders rich wel be-
dacht, dat bij; het inricbten van eene zelf-
standige keuringsdienst elke inwoner van
Bergen die te Alkmaar vleesch koopt, en dit
naar huis medeneemt," dit vleesch te Bergen
opnieuw moet laten keuxen imdien het zwaar-
dier weegt dan 5 K.G.? Hoe denken die he?,
ren rich dan wat zij, met de vrachtrijders moe
ten beginnen1, die des Zaterdags manden vol
vleesch naar Bergen vervoeren Beseffen die
Heeren dan niet dat men per slot van reke
ning de consument gaat tieffen, dat is dus
dat inwoner van Bergen!
Het is een historische gewoonte, dat zeer
vele bewoners van dorpen om Allkmaar heed
gelegen, geregeld op marktdagen zich van
vleesch voorzien te Alkmaar. Dat moet im
mers wel blijken uit gegevens van den Direc
teur van het Abattoir te Alkmaar, waaruit
volgt dat voor stedelijke consumptie te Alk
maar meer dan 10-maal zooveel' geslacht
wordt als te Bergen, met zijn vele gasten in
dam zomer, terwijl de bevolkmgcijfers een ver-
houding geven van 5V?. tot 1Het hebben van
een eigen keuringsdienst is dus alleen een
belang voor de slagers, doordat zij op die
wijze zich van lastige concurrenten. kunnen
oratd'oen. Mag de overheid zulks' bevorderen
M. deV.?
Mien zou zooveel goedkooper uit zijn, is ons
tegen gew"rpeo. Wij behoevenin Bergen
geen hooge saiarissen te geven is er gezegd.
Zij; die zulks zeggen, M. de V. geven blijk,
van* de zaken weinig te begrijpen. Een keur-
meester is iemand, die boven de slagers
moet stiaan, hij, heefit een dergelijke verant-
woond'elijke betrekking, dat het noodzakelijk
is, hem goed te bezoldigen, wil men overtuigd
zijn dat er 'geen' corruptie plaats zal vinden.
Bovendien, wat hebben wij aan een dergelijke
keurmeesier, die .alleen des zomers in den sei
zoentijd empilooi vindt voor zijn arbeidskracht
want in den winter zijn des lachtingen zoo
going in aantal, dat wij daarvoor geen voi
le kracht noodig hebben. Wat moet er bij
ziekte of verlof geschieden? Neen, M. de V.,
onze tegenstanders beseffen niet, dat zij fei-
telijk doen hetgeen zij niet willen-; zij bevor-
dereni't aansieliera van .ambtenaren, maar zij
willen' niet behoarlijk bezoldigen, gezien im
mers de feiten welke rich onlangs hebben
voorgedaan1 biji de behandeling der Gemeen-
te-begrooting. Zij wildeni onzen tweeden op-
zichter ontslaan, zij gunden de administra-
teur van1 ons electriscn-bedrijif -geen voldoen-
de salaris. Bezudnigen willen zij op eene tak
van* dienst, maar tegen het aanstellen van 2
keuringsambtenaren hebben zij geen bezwaar.
Het wil mij voorkomen M. de V., dat onze
tegenstanders tot alten prijs de belangera van
de slagers, wier belangen dat erken ik hier
gaarne zich verzet tegen het verrichten van
slachtingen te Alkmaar, willen stellen boven
hiet Gerneente-belang. En daartegen blijven
wij tot het laaitst toe protesteeren. Ik heb de
Vleeschkeuringswet zeer goed bestudeerd, ik
heb gelezen de tendenz tot cemtralisatie. wel
ke naar mijn meaning noodzakelijk is tenein-
omgeving, hetl geluk ia niets zelfsrtandigs is
veeleer een; uitvloeisel van den menschelijken
wil. De wonderlijkste eigenschap der men-
schenriel en misschien een kenmieilk barer
verwantschap aan God ligt in het vermogen
geluk te brengen in alle levensamstandig-
heden. Hoeveel mogelijldiedai' tot geluk ver-
toondleni rich voor haar geest, iu liaar werk,
haar studie, misschien in haar succes. Eens
op een dag schoof rij de geillustreerde tijd-
schriften en romans weg en vroeg om een
wetenschappelijk werk van een beroemdeu
bactenol-oog, dat rij in Augustus inet haar
verloofde was begonnen te lezen. Wanneer zij
volkomen hersteld was wou zij haar lievelings-
plan ten uitvoer brengen en de colleges, aa
de Miinchener hoogeschool als toehoorster
bijwonen. Latler was zij van plan voort te
werken aan. Sven Morrison's onderzoekiragen
en ze zoo mogelijk te voltooien. In die dagen
bloeiden de plannen en denkbeelden als bloe-
men voor haar geest. Zij hoefde maar toe te
tasten en ze af te snijrien.
Geregeld iederen middag kwam mevrouw
iMarinanne Besenbrader bij haar, ging stil
voor haar bed zitten en nam deni slaap der
rieke waar. Maria liet rich de liefderijlke deet-
neming der oude dame gaarne welgevallen
nu haar belamgstelling in het leven weer ont-
waakt was verwachtte zij tante Jainne steeds
met ongeduldig verlangen. Hedien was het
een kwantder later dlan gewooralijk geworden.
Maria sprak de binnentredende als een* echte
verwende herstellende op boozem; toon toe:
„Mijn hemel, waar blijft u? Ik had' u al op-
gegevenHet was van zelf gekomen dat zij
fiikaar bij den naam noemden.
(Wordt vavolgfd).