AlKmaarsche Courant
Damrnbriek.
Brieven nit Berlin.
Eindelfjk weergevonden
J9 HJHi
I B mm
Honderd Vijf sn Twintigste Jaargang,
Zaterdag 17 Maart.
F e u i 11 e t o n.
Economische zwerftochten.
Stadsnieuws
mm mWW
!i: W\-
BL sylBL-
O If i L,
No. 6ft 192#
No. 76.
Hoe kan de Ruhrcrisis eindigen?
De meaning van. Duitsche poli
tici eni industrieelen.
(Van onzen Balijnschen Correspondent).
Naar aanleiding van gesprekken, die i!k
dezer dagen te Berlijn met leidende industri-
eek- en politiake persoonlij'kheden gevoexd
heb, zou iik, aides samenvattemd, de meenin-
gen willen schilderen, die in Duitschland
over den tegemwoordigen, toestand heerschen.
Geem enkele groep der bevolking loochent
den diepen ernst van den! toestand. We we-
ten, dat zich hier een nieuw vraagstuk voor-
doet, voor welks oplossing zich bergem van
moeiiij'kheden opstapalen. Maar wie zijin va-
derland liefheeft, moet zich toch de vraag
stellen, hoe de Ruhrcrisis eens eindigen
moet. want daarover bestaat geen twijfel
ze kan niet eeuwig blijven vdortbestaan.
Ook wie zich de grootste moeite geeft, ge-
heel objectief te oordeelem, wie zich ertoe
dwingt, eens alio gevoel ens uit tie schakelen
en de gebeurtenissen alleen mieit het koele
verstand te beschouwen, kan van het optre-
deni der Franschen em Belgen in het Ruhrge-
bied geen andete opvatting krifgem, dan dat
eem nechtsibreuk gepleegd is, zooals de mo-
deme geschiedenis geen tweede weet aam te
wij'zen. Deze opvatting heerscht in Duitsch
land werkelijk algemeem; er is geen politieke
partij1 en geen enkele persoonldikheid, zielfs
geen dwarskop of zonderling, die een uit"
zondering maakt. Zelfs de communis tern, die
zich uit principe van elken gewomem gedach-
tenigang onderschedden, zondereni zich bier
eens niet af. Ze leggera wel is waar den na-
druk er op, dat al de ellende der laatste
bloedige tien1 jaren, zooals trouwens alle el
lende, die er in de wereld heerscht, van de
kapitalistische maatscbappij: afkomstig is, en
verzekerem, dat ze de Duitsche kapitalisten
evenizeer hatem als de Fransche eni BelgisChe,
maar er is geen strrake van, dat ze daarom
den opmarsch in net Ruhrgebied ook maar
in de verste verte recbtvaardigen. En al la
tent ze het n iet a an porimgem ontbreken om
in tegenstelling met de overweldigenide mas-
sa barer landgenootenf met de vreemde
machthebbers in overleg te treden, ook dit is
slechts te verklareni uit het strevenL op deze
wijize invloed te verkrij'gen. Dat hebbeni de
Fransche mllitaire autoriteiten dan ook heel
goed ingeziera. tengevolge waarvan ze tegen-
Over de verliefde aanzoekem der communist en
een1 afwijzende houding aannameni zoo
als bij het communistische aanbod om de
opgehevem politie in Essen te vervangen. Al
len echter, die niet tot de kleine communis
tische groep behooren, wijzen elk optreden
af, dat ook maar aanleiding tot de opmer-
king geven kon, dat er in Duitschland partii-
en zijn, die iets als een reChtsgrond voor de
Fransche geweldpolitiek erkennen.
Slechts uit deze overtudiging is de verwon-
deailijke, na bijna twee maandem niet ver-
zwakte, veel eerder versteFkte kracht van den
algemeenen, passievcn tegenstand te verkla-
ren. Het zou verkeerd1 zijn, aan te nemen, dat
deze tegenstand op zuiver taotische ovenve-
gingen berust. Daartoe zou het onpolitieke
Duitsche volk heelemaal niet in staat zijn.
Men houdt het voor bewezen dat door de
Duitsche regeering vooratellen uitgewerkt
en in de eerste dagem van Januari' aan de
Parijsche conference voorgelegd wendeni, die
heel goed een bruikbare basis voor onderhan-
delingen haddem kunnen' worden. Men twij-
felt niet meer er aan, dat het deni Franschen1,
die de Belgeni op sleeptouw genomen hebben,
zuiver eni alleen om' het staatkundige doel
van eieni uitbreiding der eigeni macht en een
vemietiging van den Duitechen welvaart, en
voor zoover diaar nog iets van over was, van
de Duitsche arbeidskracht eni van het Duit
sche rijk te doen is.
Het moet voor de leidende Fransche krin-
gien de grootste teleurstelling geweest zijn,
toen ze steeds duidelijker inzagen, dat die ar-
beiders in het Ruhrgebkid niet de meening
toegedaan zijn, dat de halstarrige houding
dier Duitsche grootindustrieelen met betrek-
king tot de herstelkwestie de oorzaak is ge-.
weest van alle ellende. Op het oogenblik is
de toestand in Rdjnland en Westphalem juist
z66, dat dei arbeiders in hun verbittering
moeilijiker te beteugelen eni van onbezonnen-
iheden te weerhouden zijn dan de ouderne-
mers. Dezelfde massa's, die nog voor acht
weken de Internationale en de arbeiders-
Marseillaise zongeni, heffeni nu in de West-
Duitsche province's „Deutscbland, Deutsch-
Als men U lets anders geven wil, zegt dan
neen, ik neem om mljn Kleeren, Blouses,
Gordijnen, enz. te verven, alleen het van ouds
beproefde merk ,,VOSSEKOP IN STER".
Uit het Engelsch van Adeline Sergeant.
16)
Fanny Rothwell's lachje trof hun ooren
alleron'aangen aamst.
„Maar, Catherine, wat ben je dwaas!"
riep ze, van achter Dora's schouder. „Je
diroomit. Dat is Dora's kleine jon^eni en jiji
,,Wil je stil zijn, Fanny! zei 'Dora, boo®
fluisterend. „Zie je niet, dat ziji ij'lt? Oa
maar liever naar beneden. Kom1, Kitty, lie-
ve, loop niet op de gang met de kleine. Hij
zal kou vatten' en jijt ook. Kom mee in je
kamer. Zal ik hem voor je dragen?"
„0 neen, niemand dan ik zelf zal hem
aan Taken. Laat ik John nog eens bedanken
ik ben' zoo boo® op John geweest, John!"
Hij1 had zijin oogen, niet afgewemd van
haar sttalenldl gelaat, maar toen ziji tot 'hem
sprak, schrikte hiji eni ricbtte zich op. Maar
hij stond op een1 der tredieni niet op de gang,
en- toeni zij1 naar hem toe, kwam, was zijn
hoofd even' faoog als het hare. Voor hij wist,
wat ze ging doen, had zij: hem op hot vocr-
hoofd gdcust de heete lippeni schenem zijn
land fiber alien", of de f,Wacht am Rbeto"
aan, later spreekt grimmige humor uit het
feit, dat ze zoo nu en dan zelfs het oude
„Heil, dir im> Siegeskranz" latenl hooreni ter-
wijl men toch in arbeiderskringem werkelijk
niet® meer van de ke(zerlijke monarchic we-
teni wil. Zij', die dezer dagen uit het bezette
ijyjbied teruggekomem zijn, verklareni, dat de
menschen1 het liefst met de bloote vuisten op
de Fransche en Belgische tanks zoudieni wil-
leni losgaan, wat, goddank door de uitsteken-
de discipline en zelfbeheersching der massa
hiet geschiedt.
Deze tegenstand der arbeiders is de oor
zaak geweest, dat de vreemde heenschers tot
nui toe geen enkel practised doelpunt bereikt
hebben. Of men moet het voeren van een
schrikbewind tegenover een vreedzame ar-
beidizame bevolking en de veroordeeling van
66n der grootste industriegebieden der aarde
tot onproductiviteit als zoodamig willen be-
schouwen. Hierin berust het groote gevaar
van den heelen toestand: dat een streek, die
de meeste sebatten der aarde in haar schoot
bergt, schatten, die opgedolveni werden door
een samenstd van technische eni menschelij-
ke machinerieen, die zijns gelijken niet had,
nu onproductief gemaakt is en- steeds meer
onproductief gemaakt wordt. Dit is echter
oo» een1 oogenblik waarop het on®, Duit-
schers, duidelij'k wordt: er moet een uitweg
uit dit labyrinth gevonden worden. Hierbi]
heeft de geheele wereld' belang. Het econo-
mische leven van de beschaafdc menechheid
zal een rware, nooit te herstellen, schade lij>-
den, ale deze met onnoeimelijke vlijt bewerk-
■te industriegrond bij voortduring onvruchit-
baar blijft, als een zoo belangrijk lid' uit den
lotting van's wereld® instellingen: wegkwiijbt
en daardoor in zijn natuurlijkeni groei bena-
deeldl wordt.
Er moet eeni mogelijikheid gevonden1 wor
den, die eem einde maakt aam dozen moord-
dadigen toestand.
Dab rap hoopt of rekient in elk geval in
Duitschland geen mensch, dat .van buitenaf
eien stem zal kiln ken, die rramkrijk zou kun
nen doem omtwaken uit zijn imperialistische
roes. Al® er optimisten' geweest xijm, die een
intorvemtie voor mogelijk hielden, dan zijn
dezen reeds lan'g van hun waan genezen.
We hooren wel de woorden van afkeuring,
die hier eni daar in de wereld daaibuiten
over de Fransch-'Belgisch'e expeditie vellen,
maar we zien steeds duidelijker in, dat ach
ter die woorden 6f gden wil 6f geen macht
staat. De Duitsche politici zijn net daarover
eens, dat „hulp" van het buitenland niet te
verwaChten is, dat geen1 -wonder" geschiedem
zal, dat het gesitrande scnip weer vlot maakt.
Wat moet er dan gebeuren? Niemand in
Duitschland denkt natuurlij'k aan een ge-
welddadig venzet, zelfs niet aan de verre
mogeldjkheid van een positieve afweer. Het
valt natuurlijfe niet te ontkenniem, dat ooder
normale omstandighedem een groot volk
door dergelijike voortdurende veraederingen'
er toe gepr-ikkeld moest worden, naar de wa-
pens te grijpen. Maar we leven1 niet onder
normale omstandigheden. Ook de meest ver-
woede Duitsch-Nationalisten zijn verstandig
genoe^ te begrijpen, dat in de eerste tiern-
talten jaren Duitschland zichi zelfs niet de
gedachte aan een milittaire herleving veroor-
loven kan. Dat weet ied'ereen) hier en ieder
is ook overtuigd, dat men het in Frankrijk
eveneens weet, en' dat, als daar uiting gege-
ven wordt aan „bezorgdheid" of zelTs
vrees", dit m hoofdzaak huichelarij en
kwaadwilligheid is. Maiar het is beslisit niet
alleen de weerloosheid en ongewapendheid,
die de waanzinnigheid van een' gewelddadig
verzet onmogelijk maken, ja zelf® belachelijk
doen schiijnen. Zelfs als ait niet het geval
was, zou het Duitsche volk een nieuwem oor-
log niet willen en niet dulden. De eenheid
van stemming zou dadelijk verstoord wor
den, als dergelijke plannen ook maar in de
verste verte zouden opdoemen. We willen
onder geen omstandigheden nieuweni strijd,
nieuw bloedvergieten, nieuwe verwoe^tin'g,
nieuwe oorlogsellende. We willen aibeiden
en weedzame menschen zijn.
Maar wat moet, luidt die vraag nogmaals,
wat kan er gebruren?
Er blijift inderdaad niets anders over, dan
te hopen, daft ook in Frankrijk en BelgiS de
meening langzamerhand veld wint, dat men
eem zoo reusachtig arbeidsgebied niet onpro
ductief kan laten omkomen. Als de politick,
die niets dan nationaal machtsvertoon op
heft oog heeft, geen invloedi meer zal hebben,
kan slechts de erkentenis van de economische
krachten hier en gindsi, dat daardoor het on-
heil der volkeren en der Eurapeesche volke-
rengemeenschap vergroot en bezegeld wordt,
redding brengen. Slechts wanneer de Fran
sche industriemacbten, zoo wel ondernemers
als arbeiders, tot diit inzicht komen, wanneer
ze zicb stalk genoeg voelen, de vernietigende
machtspolitiek met sucees te bestrijden, en
zoo met de kans op een' werkelijk practischen
uitslag met de daarvoor in aanmerking ko-
mende kringen in Duitschland ondenhande-
lingen aan te knoopen, zou er hioop zijn op
uitkomst. Tot zoolang kan Duitschland ech
ter geen' and ere methode toepassen dan die
van.het stornme, Lijidelijke verzeit. Men be-
schouwt dit systeem' in het buitenland mis-
schien algemeen als onoverlegd, doelloo®,
vel te schroeien en hij: had! bijna het gevoel,
alsof zij1 een teeken hadden achtergelaten.
„Beste John," zei ze „ik wist zeiker, dat Je
tenslotte zou doen, wat goed is."
Neem haar mee, Dora," mompelde hij.
„Het is genoeg om haar en het kind te doo-
den."
-Kom, Catherine," zed Dora.
Mevrouw Chrlton was bleek tot in de lip
ped uit angst voor haar kind, maar zij' wrlde
naar vrees niet laten blijfcem. Zij geloofde,
dat Catherine krankzinnig was, of ten min-
ste ijlend, en niet verantwoordelijk voor haar
daden'. Zij; kon het kind misschien over de
leuning in de vestibule gooien, of het op den
grond1 laten vallen. Nu behandelde ziji bet
met de grootste teederheid, m'aar men wist
niet, wat ziji het volgende oogenblik zou
doen. Door tact en geduld wist Dora Cathe
rine eindelijk te bewegen, weer naar haar ka
mer te gaan. Toen riep ziji Martha, en alle
anderen werden a buiten gehoudem.
John ging naar beneden en: zond om den
dokter toen keerde hij: naar den salon teru'g
en zei zijn moeder en aan de fasten, d'at Ca
therine ernstig ziek was, en met wist wat zij
zei. Een! bericht, dat door deni dokter beves-
tigd wend, wan t toeni de klidne j on gen van
mevrouw Carlton eindelijk uit Catherine's
uit den wanhocxp geboren. Men denkt: de
Duitsche regeering moest toch melt voorstel-
lea komen bij die Herstekommissie of bij de
Fransche regeering. Maar ze kan dit niet
doen.
Niet alleen omdat haar eergevoel dat ver-
biedt, hoewel dat zeker ook cog wel een
woordje mee te apreken heeft in het bestaan
van een volk, evengoed als in het leven van
den enkeling, maar vooral op gran den van
practisch overkg, waarbiji blijlkenl zou, dat
een dergelijke stap van de Duitsche regee
ring op het oogenblik de grootste onrusit in
het land Yeroorzaken zou! En tenslotte ook
om deze reden, dat de Duitsche regeering,
die buiten de zdne der ellende staat, onmo
gelijk de sombere vastbaadenhedd der Ruhr-
be vo Iking zelf kan verbreken. Deze editer,
de RuhrbevoLking, laat iedereni dag duidelij
ker menken, dat ze niet van plan is, 6dn stap
van den weg van het lijdelijk verzet af 'te
wijken. Wanneer dus de Duitsche regeering
na het vreeselijke onrechit, dat het land aan-
gedaan is, zich. niet door het gevoel van on-
macht a toe bewegen laat onder het Cau-
dijnsche jidc te buigen, dan is daarvan niet
alleen gemotiveade trots, of een bandelwijze
zondier vooraf vastgesteld plan, de oorzaak,
maar ligt daaraan een weloverwogen plan
ten grondslag.
Ze kan niet anders doen, dan wat de
Ruihrbevolking zelf doet: den tegenstander
bewijlzen, dat zijn1 optreden een bloeiemd in-
dumtrieland onproductief maakt en alleen'
vemietiging met rich brengt. Daarom moet
de tegenstand intact gehouden worden, al
schijnt het menigen' buitenstaander, als zou
dat niet verstandig ziin hi# moet intact
gehouden worden, totdat men' ook aan de
andere zijde de waarheid erkent, die er in op-
gesloten ligt. Dan eerstjc2n er een oplossdng
in de Ruhrcrisis gevonden1 worden.
Wanneer dit het geval zal zijn? Dat is
door de onberekenbaarheid der mensch el ijke
natuur niet te zeggen. Duitschland is ethter
vast besloten, dien bitteren weg ten einde te
gaan. Er blijft Duitschland: geen andere
keus over. Mocht zich1 diaargincis ook slechts
de geringste neiging tot ealijk ooderhande-
Len openbaren, dan zal het iecferen dag daar
toe bereidi zijin. Zouden die arbeidurde krach
ten in Frankrijk wakelijlk den' 'Duitschers de
hand willeni reiken om met hen tesamen de
sporen van' den oorlog voor goed uit te wi®-
schen en in1 gemeenscnappelijken arbeid weer
gelukkig te worden, dan zou iedereem in
Duitschland het als een misdaad beschou-
wen, indieni we niet openlijfc tot onderhande-
Lingen overgimgen. Maar tot zoolang moeten
we wacbten en onzen stomimen1 strijd met
onbuigzame ihalstarrigheid volihouden.
Dat is de meening van alle politici en in-
dustrieele practiCii in Duitsdhland.
Dr MAX OSIBORN.
HET RENTEVHAIAGSTUK.
V.
Wi# zagen de vorige maal, dat de Fran
schen, niettegpnstaande hunne moderne revu-
hitie .in 1760 en volgende jaren de eenige wa-
ren, die het nut der rente niet begrepen, ja die
zelfe in revolutieleiders vadedigers vonden
van het kanonieke renteverbod, de reeds ge-
noemde heeren Pothier en Mirabeau.
De eerstgenoemde slaagde erin met buiten-
gewone schenpzinighe'd, de beste en krach-
tigst argiumenten 'gimste van het verbod
te verzamelen en dit daardoor in een helder
licht te plaatsen, op zoodanige wijize, dat hij
den bestrijders menig moeili|k oogenblik be-
zorgde.
Mirabeau is een buitengewoon fel tegen
stander van het nemen van rente, maar zijn
beschouwingen daarover behooren tot de
meiest verwarde, die ooit over dit onderwerp
zijn verschenen. Zoo voert hij aan, dat nie
mand het redit had geld tegen vergoeding te
verhuren. In de eerste plaats toch had, vol-
gens hem, 'het geld geen naiiuurlijk nut, maar
zou het slechts representeeren. Bovendien
mochiten de kapitalisten niet beweren dat zij
moeten leven van de opbrengst van hun geld,
want zi# zouden' dat geld in goederen kunnen
omizetten! en dan leven van dot verhuur daar
van. Tenslotte slijiteni munten) niet zoo als
huizen, meubels e. d. m. zoodat men ook geen
vergoeding voor slijtage mag eischen.
Deze argumenten zijin reeds ziwak, maar
Mirabeau gaat in zijn blinden ijver nog ver-
der. Hi# kan maar niet aan den indruk ont-
kamem, dat de schuldenaar uit het gebnuik
van het geld de middelen kan putten, om voor
de geleende kapitalen' rente te betalen. Maar
ook dit juiste inzicht wordt tegen het rente-
nemen gebruikt. Hi# voert aan, dat de geld-
nemers (de sohuldenaren) attijd sdiade
moeten' hebben, omdat het onmogelijk zou
zijn een evenwicht tusschen rente en gebruik
te votaiijigen'. Mien weet niet hoeveel de op
brengst zal zijn van den oogst, die de geld-
nemende landbouwer verkrijgt, er komen on-
voorziene onkosten, en dus heeft de geldne'
mer steeds het nadeel. Ja, nog sterlker. Mira
beau constateert, dat de menschen liever ren
te ontvangen dan rente betalen, uit welke al
gemeen beloende mensdhelijke eigenschap, in
vollen ernst, een argument tegen het rente
nemen wordt gedistilleerd.
Na Mirabau was echter Frankrijks strijd
Aan de Dammers 1
Met dank voor de ontvangen oplossingen
van probleem No. 746 (auteur J. Bergier).
Stand
Zwart: 3, 5, 8/12, 14, 17, 19, 20, 21, 24,
26. 36.
Wit: 22, 25, 28, 33, 35, 40, 41, 4£ 44, 45^
46, 48, 50.
Oplossing
1. 42—37 1. 36 47
2. 48—43 2. 47 29
3. 35—30 3. 24 35
4. 37—31 4. 26:37 -
5. 46-41 5. 37:46
6. 43-39 6. 46 23
V 7. 39—33 7. 17 39
8. 44 2 8. 35 44
9. 2:40!
Goede oplossingen volgende axaaL
UIT DE PARTIJ.
Een lastige slagzet om te zien is zeker de
volgende, voorgekomeu in een Fransche wed-
strijdpartij:
armen genomien werd, werd ziji wild en was
bijna niet te houden, eni eindelijk viel zi# in
het ergste delirium. Het was eem geval van
hersenkoorts, zei de dokter.
De Rothwells gingerJ gauw been en het
huis werd zoo etu als mogelijk was. Tot er
een verpfeegster kwam, waakten Dora en
Martha beurtelintgs bij! Catherine. Vroeg In
den morgen werd er een zuster door den
dokter gezonden, en ongeveer zeveni uur ging
Dora, die wist, dat haar breeder vroeg op-
stond, naar zijn zitkamer en klopte. C)p zijn
„binnen", ging ze de kamer in en stond
verslagen. Want John was niet naar bed ge
weest, hi# was nog in zijn- avondpak, eni zijin
grauw ongeschoren gelaat zag er zoo ell en-
dig uit, als Dora het nooit te voren gezien
ihad. Hij zat in zijn houten stoel met ronden'
rug eni nief zijin faoofd op van zijn handem
een houding, die groote afmatting ver-
ried toen1 zijtai zuster binnen kwam. Er
was groote angst o.p zijn gelaat te lezen.
„Nu?"'zei hi# schor. „Is zi# dood?"
„Wees niet dwaas," zei Dora kortal.1
Maar haar korte toon kwam voort uit rnede-i
lijldten, ro dat begreep John. „Ze is nu rust!
ger. De koorts zalot vat, gelooven wij. Ze
zal beter worden
Zijn hijgen1 deed haar eeai vri«nd«lijk
tegen de rente ten einde. De Physiocraten,
vooral onder leiding van Turgot, etonden
sympatfaiefe tegenover de rente.
Ter orienteering mijiicr lezers diene, dat
de Physiocraten een z.g. economische school
vormden, die beweerde, dat alle rijkdommen
afkomstig waren van ae natuur, dat dus m.
w. de landbouwers de eenige producentea
waren, terwiji Industrie en nandel slechts
daanden om door de natuur voortgebrachte
schatten te vervormen. 'Dit laatste is in zoo-
verre juist, dat de nijlverheid inderdaad
slechts, kan vervormen, maar ook de land-
oouiwer vervormt slechts, ziji het met behulp
van den grond, die een natuurlijke rijkdam
:s. Produceeren in den moderaen zin betee-
kent dus niet: iets nieuws scheppen, maar
slechts iets vervormen. 'De hoofdiout der Pty-
siocraten lag dus in een te enge begrenzing
van het productiebegrip.
Hun rentetheorie is bekend onder den naam
van MFructiifieatietheorie", waarover de vol
gende maal meer.
Zwart: 6,12, 13,14,16,19, 23,28, 33, 35
en twee dammen op 3 en 15.
Wit: 21, 27, 30, 32, 34, 37, 39, 43, 44, 47,
48, 49.
Oplossingen v66r of op 21 Maart, bureau
van dit blad.
Zwart: 3, 7, 8, 10, 12, 13, 14, 16, 18, 19,
20 23 28
Wit: 25,26,27,30,31,32,34/39,41.
Wit spcelde hier:
1. 34—29 1. 23 43
2. 32 23 2. 43 21
3. 26 28 3. 18 29
4. 30—241 4. 19 30
5. 35: 4!
De volgende combinatie is van den heer
Kleute:
Zwart: 6. 12, 13, 14, 17, 18, 24, 28, 33.
Wit: 21, 31, 35, 37, 42, 45, 47, 48, 50.
Wit Wint door:
1. 31—27 1. 17 :26
2. 37—32 2. 28 37
3. 42 31 3. 26 37
4. 4842 4. 37:48
5 47-42 5. 48 22
6. 35-30 6. 24:35
7. 45-40 7. 35 44
8 50:10!
Ter oplossing voor deze week:
PROBLEEM No. 747
van P. KLEUTE Jr., den Haag.
H Pi iSI
woord zeggen'. „Beste John, wees niet zoo
ongerust! houd moed, beste jongen. Wees
flin'k, je hebt niet geslapen, eni je bent ver-
moeid.
„Ja, ik ben' erg vennoeid," zei John werk-
tuigelijk.
Hi# stond op en bewoog zijn annen. Hi#
had er kramp in, omdat fiiji ze zoo lang on-
beweeglijk had gehouden.
„Zij' brengen me een top koffie; ,ik heb ge-
zegd dat ze het hier zouaeni brengen," zei
mevrouw Carlton.. „Maar het is beta, dat
de bedienden je niet in die Weeding zien,'
John, ze zouaeni er maar ova babbelen. Ik
zal het halen en dan kan jij! wat nemcni."
'Zi# ging voor een paar minuten weg en
kwam toen, tenug met een klein blaadje. Ze
zag, dat John de blinden. had opengezet en
het gas uitgedaan. Hiji hal ook het raam
opengemaakt en liet de frissche, zuivae
morgenlnch't binnen komen; het was het be
gin van een prachtigem' Julidag. Hiji drank
zwijgend de koffie, die Dora hem gebracht
had, maar hij1 zag a minder akelig uit, toen
ihiji net kopje had neergezet.
„Ik wou wel, d'at je me vertelde, wat dit
alles beteekent, John", zd rijo zusta, die
hem had zittenl aankiiken.
Ze merkte op, dat niji zijn sdioudem sfcrak
REDE OONSTANDSE.
In een vrij goed bezocbte vagadering van
De Dagaaad trad gistaavond in de sorie-
teitszaal van de Harmonie op de hea Con-
standse, uit den Haag met net onderwerp
wDe vloek der kerken."
De hea JR. Zomerddjk heette als voorzitta
da vaeeniging de aanwezigen welkom en
zette in't kort de bedoeling van De Dagaaad
uiteen: strijd tegen elkien godsdienst. Daar-
na kreeg de hea Constandse het woord.
Deze begon met een uitlating van den
eersten bisschop van Lyon, die o.a. zei, dat
het beta was vnoom en dom te zijn dan ge-
lead en niet vroom en haalde ook verschil-
•lende uitspraton aan van andere kcrkgeleer-
den, waama spr. concltideerde, dat het geen
wonder is, dat twee eeuwen na Ohrisbu® een
godsdienst wad) vatondigd, die gebasead
was op het dom houden van de menigte.
De slotsiteen van het geloof is: godsdienst
en geen redelSjlkheid.
Wi# zieni ten alien tijide dat de kerk den
mensch de rede ontneemi en' hem daardoor
wea taugbrengt tot de dierlijkiheid, geschikt
am te wordieni uiltgebuit en naar het abattoir
geleid. Vandaar zeide spr. dat men in de
meeste christelijke strexen. (katholieke en
orthodoxe) de meeste drinkers aantreft en de
meeste misdrijiven tegen de zeden en ook de
meeste mishandelingeni voodromen.
Aan de hand' van een vertiaaltje van Mo-
harnmedan'en zei spr., dat de bijbd onbe-
trouwbaar is en dat a in te lezen is wat men
a wil uithalen.
Het bijbelvahaal, dat de werdd gescha-
pen is uit niets ontkende spr. Uit het zaadje
ontstaat de plant en* dit shift in zich, dat de
kiem van de plant feeds in het zaad zit.
Neemt men' Gods kracht aan in dezen, dan
heeft men volgens spr- reeds tostond met
een stoffelijiken God te doen. De geloovigen
stellen zich tevreden met hetgeen hunne ge-
Irerden hun zeggen, zi# vragen niet vada
naar oorzaak en gevolg.
Spreka ontkende liet bestaan van God,
want als HSjl bestondi, waaram zou Hiji dan
den' Duivel niet deaden? Hiji heeft a toch
volgens de priestas de macht toe.
'Het heele godsbegrip noemde spr. aan de
hand van uitspraken van Schopenbaua en
Feuabach een onredelijkheid.
IWiji hebben ten alien tijide te doen met twee
begrippen, die door de opposite gescheiden
worden. I>eze opposdtie heeft de toetomsf.
In de middeleeuwen wist-menl de oppositie
niet te verklaren' en zei1 d'an maar, dat men
niet macht strijden tegen wat Qod nu een-
maal bad bestdd. En de opposanten waren
al vaoordeeld).
Het aanvaarden van God als de oorzaak
van goed en kwaad, leid't tot de conclusie,
dat God wel dwaas moet zijn als Hiji oorlog
doet ontstaan met al zijn gevolgem, zei
spreka.
Spr. bctoogde, dat de godsdienst is ont
staan uit de vaeering da zieleni van de
stainvaders1 of de stammoedas twjl de oude
volken. Deze vereering vordade offas, de
meest waardigc- waren' de bloedoffos, die
men nog vond bi# de oude jodem (Abraham's
offaande). Lata zei men, dat God de men-
schenoffers niet wilde. Een eigenaardigheid
van den godsdienst noemde spr., dat men
uit Godsnaam alLalei gdboden en verboden
heeft gegeven, die eigenlijk niet anders wa
ren dan gewone wetten (de Tien' Gdboden.)
Spr. ging na hoe de joden tot hun, godsbe
grip kwarnen en Jehova hun oorlogsgod
n orm den, in wiens naam vol gens het Oude
Testament zooveel moorden waden bedreven.
Het verval da ioden na hunne vasprei-
ding oVa de wereld verklaarde spr. als een
berusten in de gedachte: als God ons dan op
aarde geen geloik wil geven', dan zeka hier-
n am a als.
Uit deze hiemamaals-gedachte spreekt een
hoop, eem verlossingsgedadh'te, die ook
heascht bijl alle andere menschen.
De valossingsgedachte is volgens spr.
opgekomem uit zwakbeid om de waeld) in
andae richting te leidien en deed' deni Chris-
tus ontstaan als eeri lijdenden God.
Hierop ging spr. nader in, allaeerst door
te wijzen op vele vervalscljingen1 van oude
manuscripten, die ova Jezus handelen. His-
torisch is van het bestaan van Jezus niets be
kend, meende spr., de naam Jezus is een' af-
leiding van den naam van, een zonnegod da
oudhexd.
De grond voor den Jezus-godsdienst ligt
in de Egyptische geschiedenis da joden.
Waar Jezus' moeda Maria heette, wijst dit
op den, naam Mirjam (volgens Joodsche be-
girippen zou Jezus moeder Juddith hebben
moeten heeteni) en vaschilliende andere na-
men' hiaalde spr. aan om deze stelling te be-
wijZen.
De geboortedatum van alierlei zonnego-
den' is gesteld op 25 Dec. een! bewijs aat
zette alsof hij zich op strijd voorhereidide.
„Wat scheelt Catherine? Waar dienkt ze
aan?"
„Lieve Dora, je hebt zelf gezien, dat zij
ijlde."
„Ja, maar ik geloof niet dat we daaraan
alles kunnen toeschrijven. Ik weet. dat zi# een
kind had in dien ellendigen tija, toen ze
dacht, dat ze de vrouw van dien mam was,"
zei Dora, die de zaken altijd eenvoudig voor-
stelde, ,^naar ik dacht, dat het kind stierf."
Er was een bijna onmakbare pauze, voor-
dat John antwooruue
„Natuuriijk stierf het kind."
„Hoe lang heeft het geleefd?"
„Hoe weet ik dat? Een paar uren, denk ik.
Wat bedoel je toch, Dora?"
„John, ik weet niet, hoe het is, maar ie vct-
telt zoo allalei bijzondahedenZe zei me,
dat jij het kind had weggenomen, opdat de
menschen er niets van zouden weten, en daf
je het had beloofd het haar terug te geven, als
ze je vrouw wilde worden. Is a eenige waar
heid in?"
„Hoe kan dat?"
Ik dacht het. Je kon haar kind aan
iemand ter vazorging hebben gegeven
voordat het stierf. Dat zou nu de reden van
haar ijlaa kunnen zijn."
(Wordt verwlgd.)
w?; a. v'
A BR k# SMI