AjHmearsche Oourant
Zaterdag 14 April.
In en om de hootdstad.
F e n i 1.1 e t o n.
Eindelqk weergevonden
jUo. 88 1928
Honderd Yijf en Twlntlgste Jaargang,
PAARDENMARKT.
De DIRBCTEUR van liet MARKT-
WEZEN te AL'KMAAR brengt tar algeanee-
ae kennis, dat ter gelegeniheid van die PAAR
DENMARKT op WOENSDAQ 16 APRIL
a.s. de aan te voeren diereni alleen, naar de
markt inogen worden geibracht over de
FRIESCHE B'RUG eni de KORTE NIEU
WESLOOT van die Handelskade af.
De dieren die over de Boompoortsbrug bij
het Zegl'ia de stad binnen komen mogen al
leen, naar de markt wOrdleni gebracht langs
de Vooarmeer en de Bkrkade over de Soher-
mervlotbrug en langs den Kanaaldijk naar
de FRIESCHE BRUG.
Alle dieren, die niet over de Friesehe brug
de stad worden ingebracbt moet men zooda-
nig vervoeren, dat ze over de Korte Nieuwe-
eloot van de Handelskade at ter markt ko-
men; alle overige toegangen) tot de tmaxkt
worden afgezet.
(Bij de Friesehe Brug en aan de Korte
Nieuwesloot zulleni de aan te voeren dieren
deskundiig worden onderzocht, en zal het ver-
schuldigde marktgeld moeten worden vol-
daan.
V66r des morgens zeven uur mogen geen
dieren geplaatst worden op de markt, die des
camiddags vier uur eindiigt, terwijl na
's morgens 10 uur geen dieren meer tot de
markt zullen, worden toegelaten.
Voor het plaatsen der paarden, worden
aangewezen de Dijk, het waagplein, in de
verbmdingsweg van dit pl'ein met de Ge-
dempte N ieuwesloot en zoo noodiig op de ge-
dempte Nieuwesloot.
Voor het plaatsen der veulens is een ge-
deelte van het Waagplein aanigewezient
Alkniaar. 5 April 1923.
De Directeux van het Marktwezen
voornoemd,
D. SCHENK.
GROOTE VOORJAARSVEEMARKT.
De DIRECTEUIR van het MARKT-
WEZEN te ALKMAAR brengt ter algemee-
ne kennis, dat ter gelegeniheid van de groote
VOOR J A ARSiVEEM ARKT op MAAN-
DAG 16 APRIL a.s. het VEE, hetwelk men
niet per vaartuiig naar de marfrt brengt, al
leen aangevoerd mag worden langs den
HELDEiRSCHEN WEG, over de HEI-
LOOERBRUG, of over de FRIESCHE
BRUG.
Aanvoer van vee over die GEIESTER-
BRUG, de EMMABRUG, de NIEUWLAN-
DERSINGELBRUG, of de beide RUSTIE-
KE VOETJ3R UGGE N is VERBODEN.
Het vee over de BOOM POORTSB RUG
bi} het Zeglis naar de markt 'gebracht moet
dm weg volgen langs de Voormeer en de
Bietkade, over de Scirennervlatbrug en langs
den Kanaaldijik naar de Priesdhe Brug.
Vaartuigeni met voor de markt bcstemd
We mogen gelost worden aan de KANAAL-
KADE, de Havenimoester zal de ligptaatsen
aanwijzen.
Het Vee langs den Heldersch'en weg en1
per vaartuig aangevoerd aan die Kanaallkade
mag allfeen naar de markt worden gebracht
over de KORTE NIEUWESLOOT van de
Handelskade af.
IBij de FRIESCHE BRUG, dte HE1-
LOOERBRUG. en aan de KORTE NIEU
WESLOOT zal het aan te voeren vee door
deskundigen worden onderzocht, en zal het
verschuldigde marktgeld tooeten worden vol-
daan.
In het algemeen mag men geen vee ter
niaikt bremgen zonder voorafgaand deskun-
dig onderzodk en betaling van het markt
geld; de toegangen) tot de markt zullen wor
den opengesteW pp MAANDAG 16 APRIL
des voormiddags 6 uur.
Alkmaar, 5 April 1923.
De Directeur van het Marktwezen
voornoemd,
D. SCHENK.
(Nadruk verboden).
Een stukje Amsierdam&che journalistiek.
Neen, er is niets bestendigs op de wereld, in
de wereld der journalistiek al evenmin als bij
lets anders. Dat word! thans bewezen dOor
de geschiedenis met het dagblad het „Nieuws
van den Dag," waarover de laatste weken
hier heel wat gesproken wordt. Het dagblad
is verkocht, aan wien doet op het oogenblik
niets ter zake, maar het feit reeds, afgesched-
den van de vraag of het blad zal blijven
Uit het Engelsch van Adeline Sergeant.
87)
„Phiil, liefste, ik heb je lief," fluisterde zij,
zooals hij had) voorgezegd, em toen had zij
een gevoel alsaf zij hemeil en aarde tot getuige
van haar lEefde genomen had.
Het feit alleen, dlat zij het in woorden had
uitgesproken, sch'een het onherroepelijk te
maken.
„Lieveling", zei Phil en drukte haar vaster
tegen zich aan.
Daarma fcnieMe hi} naast haar neer, zoo-
dat hij in haar oogen kon zien. ,,Ik heb noodt
iemand ontmoet, die half zoo lief en betoove-
rend is als jij Sydiney. Vanwaar kreeg je ie
bekoorlijkheid, je 'knaphedd en frisdilieid?
Want! je bent niet ails iemand anders"
„Hield je daarom van me?" vroeg Sydney.
„Ik geloof het wel. En ook om het lichit in
t: meoie oogen. Maar men kan niet zeggen
oe of waarom men weet alleen het feit/'
„Weet je het heusch Weet je zeker, dat je
van rne haudit?" zei het meisje verlegen.
,^Zeker? Natuurlijk weet ik het zeker. Van
je houdem? meer dan van' de geheele overige
wereldIs je dlat genoeg? En hoeveel houdl jij
van imij
„0, dat kan ik niet zegtgien. Maar geloof
ie, diat we goed doen? Zullen andlere men-
®chen niet boos zijn?''
„Andere menschen kunnen naar die Mooker-
W gaan," zei Phil luchtiig. „Hjebhen we el-
Icandar lief voor het genoqgan van andare
voortbestaan an mo ja in welken vorm? Is sen
journalistiek gebeuren van beteekenia m Anih
sterdam allereerst en voor. geheel Neder-
land. Irnmers, wie lean zich het „Nieuws" an
ders den ken dan ic de ban den van Funke en
van Santen of van de afatamtoeiingen dier
oprichters?
Wanneer men menschen ontmoet, die zich
.de opridhting van het dagblad te Amsterdam
herinneren en vooral van dezulken, die bij
die oprichting van nabij betrokken varen, om-
dat zij om welke reden dan ook eenig kapitaal
in de nieuwe „Kleine Courant" durfden ste-
ken, kan men eerst goed vememen. wat het
oprichten van die oourant in die d'agen te
beteeikenen had.
In dien tijd kendo men eigenlijk maar en-
kele kranten; voor de Amsterdaminers gold
alleen het „Handelablad" en biji ouderwet-
sche hoofdstad-bewonera de oude „Amster-
damache Couraofhet latere „Gedtje"
ook reedis sindJs eenige jaren ter ziele; voor
menschen buiten Amsterdam waren daar als
„groote" bladen, de Nieuwe Rctterdammer".
„De Oprechte Haarlemsclie", het „Dagblad
v. Zuid-Holland en 'sr-Gravenhage" om
het bij; deze nu maar ite laten. Een daar zou-
den nu twee mannen G. L. Funke en P. van
Santen beginnen met een nieuwe courant
h6dl veel verwachting hadiden de buitenstaan-
ders er niet van.
Maar de oprichters wisten wd beter zij
hadden kijk op hun tijd; het dagbladzegel,
dat den groei der dagbladen zoolang haate-
gengehouden was afgeschaft en zij vertrouw-
den dat het publiek, en vooral de bewoners
van het platteland met vreugde zouden be-
groeten een courant, die hun in beknopten
•v-orm het gebeuren van den dag zou mededee-
len. Z66 staken zij van wal en al dadelijk
met suoces, want in het oprichtingsjaar dien-
de het geluk hun journalistiek ondernemen,
doordat het uitbreken van den Fransch-Duit-
schen oorlog de belangstelling voor de kran
ten danig deed toenemen. De „Kleine Cou
rant" kwam, zag en overwon, werd binnen
enkele jaren het blad diat men niet wilde mis-
sen, zelfs niet naast zijn ,,grooter lijfsorgaan",
al ware het slechts van wege de familie-ad-
vertentien. En door zijn nieuws, to door zijn
kleine annonces, fen niet het minst door de
mannen, die de journalistieke leading van het
blad. achtereenvolgens hadden een Si
mon Gorier, later gevolgd door H. de Veer
den sehnjver van den in dien tijld zoo ge-
zochten „Trou-Ringh" en deze wfeer door
dr. Ritter, den schrijver der ,,Paedagogische
fragmenten", later opgevolgd door dr. Eas-
ton, werd het Nieuws" de Nederlandsche
courant biji uitnemendheid Funke en van
Santen haaden wfel goed gezien.
En thans het blad verkocht aan een
geheel nieuwe contbinatie wat er ook ven
der unede gebeuren rnoge, het is wel begTij-
pelijfc dat het feit te Amsterdam, in en buiten
de journalistieke wereld druk '„over de tong
faatf, want de „Kleine Couranr' van 1870 is
et sixaks niet meer de journalistieke ge
schiedenis van Amsterdam heeft een nieuw
feit te boekstaven.
Dat het ^Nieuws van den Dag" in de latere
jaren niet meer die aantrekkelijkheid voor de
provincie had, welke het Mad vroeger genoot,
is zeker voor eeti zefer groot deel te wij ten aan
het feit dat de lokale provinciale bladen in
ons land! op grooten vooruitgang mogen wij-
zen. De voornaaimste bladen der groote pro
vinciale steden, die zich in vroegeren tijd
grootendeefls bepaalden tot vermelding van
het nieuws der plaats waar zij verschenen en
van dat uit de ortmdddellijke omgeving daar-
van, zijn met de tijden medegegaan en zijn
zulke nieuwsbronnen gewordten, dat de plat-
telander naast dat lokale Mad het Nieuws
van den Dag" uit Amsterdam vaak niet meer
noodig had.
Amsterdam heeft ih den loop der jaren,
sedert het af9chaffen van het dagbladlzegel
de ontwikkeling der journalistiek hier te lan-
de geweldig bevorderd, op journalistiek ge-
bied heel wat verandering gezien. Een en an-
der uit die gescliiedenis zal, naar ik mag ver-
onderstellen, in verband met het bovenstaan-
de, den lezers dezer de
hoofdstad wel beflang inboezeinen.
Gelijk ik boven al herinnerde is die oude
„Amsterdamsche Courant", die van 1619
dagteekende, verdwenen, cpgenomen in het
dagblad „E)e Telegraaf." Die oude courant
was jaren laing het offirieeli orgaan der ge-
meente gerweest, tot het blad, nadat het nog
eenige jaren, vooral door de „Pennekrassen"
van den heer van dien Berg van zich had
doen spreken, naar de Brakke Grond ver-
huisd in de rij der kleinere dagbladen een
plaats rnoest vinden, daarna nog eenige ja
ren in de Reguliersbreestraat bij het Munt-
plein zijn zetel had en ten slotte, zooals reeds
met andere bladen het geval was geweest,
zijn bestaan moest beeindigen.
menschen, of van ons zelf Laten we nu niiet
dadelijik aan de buitenwereld denken, beve
ling!"
„Maar oom John zei Sydney, aarze-
lend.
„Met hem1 komt het in ordie voiTikomen in
orde. Dat weet ik zeker. Maak je niet onge-
rust, schat. En laten we van het leven genie-
ten terwijl we kunnen. Ik denk dat het nu
mijn tijd is, om weg te gaan maar wanneer
mag ik weeilkomen
„Me dunkt, Phil," zei Sydney, in haar on-
schuldige oprechtheid!, „dat je den volgenden
•kfler zult komen, als oom 'thuis is, zoodat je
hetrn eerst kunt spreken of wil je naar zijn
kantoor gaan?"
„Waarom in's hemdsnaam zou ik je oom
willen spreken?" zai kapitein Massdngham
ladhend. „Wil je, dat die geheele wereld het
dadelijk weet? Laten we eerst een rustigien
tijd1 hobben een poosje, voordat we het pu
bliek in ons vretrouwen nemen, lieve."
Sydney vodde zich vernederd.
„Alsof ik er over wil babbellen, Of het den
menschen vertefllenzd ze verontwaaidigd.
„Je hebt het heusch mis. Maar oom John zou
niet babbden en daar ik biji hem in fauis
ben
„Ja, lieveling, ik begrijp je bezwaren.
Maar aan dien andieren kant, je oom1 heeft niet
het wettige redht van toezieht over je, wd Je
bent je dgen meesteres en behoetft niemands
toestemming te vragen. Je bent even vrij als
ik zelfs vtijer. Laten we ons niet noode-
lbos last aandoenlaten we onze lielfde en one
gduk zoo lang we kunnen voor ons zdf hou-
den een heilig verbond tusschen onze eigen
ha-rtan, waaimae niemand zich heeft te be-
jEen blad van beteekenia is geruterax fjijd
geweest „Hiet Vliegend Blad", hetwelk in
1875 door den heer M. E. de Grauw opge-
richt, later door de firma van Megen So.
ycortgeztt, een nieuwiglaeld was op het ge-
bied der Nederlandsche journalistiek, omdat
bet zijn drculatie meer zocht langs den
openbaren weg dan door de gewone abou
nds, zooals de uiteroei der bladen in ons
land die kennen. De jongens van het Vlie
gend B'lad" readen op echte Landensche ma-
iner met hua pakken couranten, versch van
de drukpera, de stadi in, het orgaan luid-
keels uitventende en met graagte koopers vim-
dende. Niet alleen omdat vooral het op sen-
satie-dingen beluste puMiek in het blad vaak
iets van zijn gading vond, maar ook omdat
„Het Vtiegena Blad' zijn kolommen adver-
tentifen van alilerlei aangeboden betrekkingen
had; dagelijks verdrongen de menschen zich
v66r het gebouw van het blad op de Marte-
laarsgracnt om het pas-uitgekomen orgaan
te bemachtigea met de nieuwe betrekkingen-
aangeboden lijst.
Het uitventen van het blad heeft later ten
gevolge gehad dat de andere bladen in ge
val van belangrijke gebeurtenissen vaak hun
bulletins uitgaven, aie meestal met groote
„hartelijkheia", gratis werden verspreid iin
koffiehuizen en sigarenwinkels 't waren
wel eigenaardige dagen toen men het juist
heel belangrijke nieuws zoo maar voor niet
weg gaf
„Het Vliegend Blad" kreeg later zijin con
current in het „Nieuwe Vliegend Blad", dat
in het „Nieuwsblad voor Nederland" een
voortzetting vond, eerst in de Warmoesstr.
gedrukt werd, late' verhuisdie naar het vroe-
gere gebouw „Concordia" op den N.Z. Voor-
burgwal, hetwelk v66r dien tijd een gezocht
koffiehuis was en thans in gebruik is van
het dagblad „De Telegraar'. „Vliegend
Blad", „Nieuwsblad voor. Nederland", de la
ter verschenen „Echo" -zij zijn alien ver
dwenen, eveneens het „Volkadagbladl", dat
op den KlovenimburgWal verecheen en dat
dikwifla genoemd werd „de courant van Van
Hall", omdat de heer van Hall, de bekende
president-conimissaris van het Paleis voor
Volksvleit er financieele belangen1 bij had
geen vain, die bladen dier z.g. kleine pers heeft
zich in de hoofdstad kunnen handhaven.
Groote bekendheid heeft eenige jaren tang
gehad het „Dagblad de Amsterdammer".
Aanvankelijk was in 1879 opgericht het
weekblad van dien naam, hetwdk thans nog.
die bekende „Grx^ne", webelijks verachijnt Het
succes van dit blad leidde er toe dat het
Dagblad de Amstedamtote" in 1883 ging
verschijnen. Het blad had den eersten tijd
onder de leiding van den heer die Koo een
groote beteekenS en het scheen dat de Koo
een groote beteekenis en het scheen dat het
onder de zich meer en meer baanbrekende
radicaal-liberale beginselen een groote toe-
komst zou hebben, te meer omdat de heer de
Koo ongetwijfeld een energieke hoofdredac-
teur was en krachten van beteekenis aan zijn
staf wist te verbinden. Doch, hetziji de heftige
radicale beginse1en in het bladi gepredikt, het
publiek en die Atmsterdammers van dien tijd
afschrikten, hetzij de financieele opzet voor
een courant in Nederland all te groot was ge
weest, het feit is daar dat het blad zich in
zijn aanvankelijk grooten vormi geen blijven-
de plaats kon veroveren; het werd verkleind,
kreeg zeltfs een concurrent onder nagenoeg ge-
lijkluidenden naarn en de geheele „Amste-
damkner"-uitgave is ten sl'otie verdwenen na
slehts een betrekkelijk Ideiin aantal jaren te
hebben bestaan.
Daarna heeft men in het einde van 1891
gezien de oprichting van het dagblad „De
Telegraaf," daarna van ,,De Courant" de
geschiedenis van beide bladen tot op dit
oogenblik mag ik z6d bekend achten dat het
niet noodig is daarover thans in bijzonderhe-
den te treden zij behooren tot de bladen
van het oogenblik, die iedereea voldoende
kent.
Wat vooiheen1 ?,Het Vliegend Blad" deed
als een nieuwighead voor Amsterdam, de cou-
rantenverkoop op straat brengten, is in onze
dagen iets zeer gewoons gewordennage
noeg alle Maden worden thans behalve aan
de iciosken of op de perrons der spoorweg-
stations, ook langs de straten gevent en. uit-
geschreeuwd die gewoonte der journa'is-
tiek is uit de igroote buitenlandsche steden
thans ook Mijvend naar Amsterdam „overge
bracht en gekocht en betaald zooals elke an
dere „goede waar", die het geld waard is en
de tijd van gratisbuHetms is voorbij. Jam
mer echte dlat ook voorbiji is die bekendima-
king buiten de couranten-gebouwen aan den
Voorburgwal te dezer stede, van de verkie-
zingsuitslagen voor Kamer, Staten of Ge-
meenteraden op den avond der verkiezingen.
Dat waren typische Amstedamsche avondien
als met name bij een. Tweede Kamerver-
moeien."
Het Monk Sydney prachtig in de ooren Zij
was bijna bang, dat aij zich had schuldig ge-
maakt aan gebrek aan vrouwelijk gevoe! aan
behcorlijke mgetogemheid, door te wens/hen,
dat haar oom bekend zou worden met haar
engagement.
„Natuurlijk," zei ze, met neergeslagen
oogen', het lijkfc op op een soort van
heiligschennis om er over te spreken, Phil.
Maar ik dacht, dat het misschieu mijn pticht
was, het aan ooiml John te zeggen."
„Volstrekt niet," zei Phil, haar liefkozend."
„Wat ben. je todi een gevoelige engel.Als
oom John je vader, of wettilge voogd, of ieis
van dieni aardi was, zou ik natuurljk met hem
spreken, maar feitelijk is je broer in Australie
de persoon; oim mee-te spreken. weet je."
;„Ik zal je zijn adres geven, '-zed ze snel.
,,0, goed. Er is geen haast bij. Het is
heerlijk, het voor ons zelf te houden, hfe?"
„Ja" zei ze, een bectje in twijfel. „Maar
als ik met iemand! er over spreken mocht
met ndcht Catherine misschien
„Wat! De dame, ide ze de protcstantsche
non noemen? O liefste, spreek todi niet imet
haar! Zij is zeker een- inididelllpunt voor ge-
babbel idat zijn die liefdladige dames,
goede, beste zielen. altijd geef er haar geen
gelegeniheid .toe, Sydiney men zou denken. dat
je me niet vertrouwen kunt, met je begeerig-
lieiid, om> andere menschen in je vertrouwen te
nemen."
Daarop gaf ze natuurlijk toe. Het bedekte
verwijt was meer dan. ze verdragen kon. De
trancn kwamen haar in d'e oogen en moesten
weggekust worden, en toen Phil nog wat
over gebrek aan vertrouwen en gebrek aan
kterfng dee Rvrmds de uiaachm ateh In
droxninen van duizenden v66r de gebouwen
der dagbladen verdrongen en geestdriftig het
bekend worden der uitslagen uit de districten
voigden. Die wcrkelijk aardige avonden zijn
uit de gesciitedeius der Amstedamzche jour
nalistiek voorgoed verdwenen, tenzlj er een
tijd mocht komen dat men de evenredige ver-
tegenwoordigLng, die door haar ingewikkeld
verkiezingssysteem aan dat avona-publicee-
ren van uitslagen een einde deed komen, we-
der zou gaan mtrekken en het oude kiesstel-
sel in eere heretellen.
De dwepers met dat „zoo'eerlijke evenre-
dig-vertegenwoordigend kiesstelsel" mogen t
al prachtig vinden, zelfs .zij zullen moeten
toegeven dat de aardige zijde, de groote be-
langsteTling toonende zijde van het publiek
voor de uitslagen, ermede verdwenen is en
de Amstedamsche Fleet Street" haar be-
langwekkende en aardige uitelagavonden er
door verloren heeft, zonder dat er iets anders-
typisch voor in de plaats is gekomen.
De tijden zijn veranderd ook wat de Am-
sterdanische journalistiek en wat d^anmede
verband houdt, betreft maar of daarom
ook op dit gebied al die veranderingen verbe-
teringen mogen genoemd worden - de lezer
moge het antwoord zelf geven.
'Sini Sana.
Uit onze Staatsmachme.
DE JACHTWET.
Na lang, beraad wij hebben er vroeger al
op gewezen hoe lang de herziening der Jacht-
wet in de maak was is de nieuwe Jacbtwet
op 15 Maart 1.1. afgehandeld en bij esndatem-
mihg aangenomen. De Eerste Kamer zal er
nu nog over moeten oordeelenmaar wij
achten het geen waagstuk om nu een over-
zicht van d'e Wet te geven in de verwachting,
dat de Eerste Kamer nu eens geen spaak in
het wiel zal steken.
Zooals de meeste van onze wetten Is het
een stuk van langen adeiti, van niet minder
dan 129 artikelen. Wij, houden er nu een-
maal van om allerlei dinsigheden uiteret
nauwkeurig te verordenenhet gevolg is na
tuurlijk, dat niemand de wet heeletnaal kent
en ten tweede, dat er alle kans is, dat er een
kleinigheid vergeten is.
Het mag bekend worden verondersteld, dat
deze wet moet dien en om de landbouwende
bevolking te vrijwaren tegen wildschadie, te-
gen eigenaarercgoisme, tegen jachtiiefhcbberij
en diat de heerlijke jachtreehten zijn afge
schaft. Maar misschien is het ook al bekend,
dat oorspronkelijke „j a c h t s c h a p p e n"
waren voorgesteld, complexen, wier gebrui-
kers samen de jacht op hun terreinen regel-
den en er de voordeelen van trokken, maar
dat die weer uit het on twerp verdwenen' zijn,
terwijl bij de behandeling der wet diezelfde
jachtschappen weer sterk werden aanbevolen
en" ook door den Minister in bcschcrming
werden genomen. Dat zij, niet in de wet her-
steld zijn, is daaraan toe te schrijven, dat men
nu zoo mooi op weg was om dte wet af te han-
delen en het nu maar bete vond niet weer
een nieuw onderwerp er in op te nemen.
Maar de belofte is gegeven, dat er bij nadere
wet in zal worden voorzien. Te eeniger tijd
komt er dus een voorstel tot wctswijziging;
dat is al vastgesteld, voordlat de wet aange
nomen was. Men noemt dit parlementaire
ernst.
Wij zullen nu de voornaamste punten uit
het aangenomen ontwerp aanstippen.
Het wild word! onderscheiden in. grof
wild (hazen, korhoenders, patrijzien en
houtsnippen); water wild (zwanen, gan-
zen, eenden, duikers, watersnippen en goud-
plevieren).
Onder schadelijk gedlerts worden
ook begrepen. konijnen, wilde zwijnen en far
zanten.
Tot de jacht gerech tigd zijn de
eigen aar van den grond of ieder an der, die
krachtens zakelijk recht bezit heeft van den
grondof de pachter of iedere andere gebrui-
ker. nan wien de grond bij overeenkomsf in
pacht of ander persoonlijk gebruik is gegeven.
Heeft de eigenaar zich bij net in pacnt geven
de jacht voorbehouden, dan mag hij het genot
van de jacht niet aan anderen verpachten of
schoiken zonder toestemming van den grond-
gebruiker. Alleen mag hij vergunning gevai
aan huisgenooten en kinderen, die in zijn ge-
zelschap jagen of aan een bij hem in dienst
zijuden jager.
Wie op gronden jaagt of eieren van water-
wild zoekt of raapt, moet voorzien zijn van
een schriftelijk bewiis van dengene. die tot het
genot er van gerechtigd is. Zoo'n bewijs i9
nooit langer geldig dan drie jaar.
Wie jaagt moet een j a c h t a c t e hebben.
De jachtacte wordt aangevraagd1 bij den Bur-
gemoester of, als deze er is, biji den Comtnis-
saris van Politie.
liefde gczegd had, leunde ze tegen hem aan
en huilde snikkend.
„Maar dit is het niet, Plhil1. 'Het is het
heusch niet, ik houd van je, ik vertrouw je
met mijn geheele hart en zdel."
Met deze verMaring toon zelfs Philip Mas»-
singham tevreden zijn, en hij toonde zijn te-
vredienheid met een vloed van toussen, die zelfs
voor Sydney's sniaak bijna te vurig waren.
Zij wist bijna niet hoe het kwam, maiar zij
was een heetje bang voor zijn blitoken en woor
den van liefde, zelfs terwijl ze vertrouwde,
dat haar eligen gevoel' voor hem even sterk
was als het zijne vo6r haar; en toen hij we|g
was en zij tijd had, de zaak rustig te over-
denken, was zij zich bewust van een gevoel
van schufld, dat zij niet wist te verklaren.
Het werd zoo sterk in de tegenwoordighead'
van haar oom, dat zij het veridaarde uit de
onaangeaaime gedachte, dat zij) het hem niet
modit toevertrtkiwen, want ondanks wat
Phil zeggen mocht, had Sydiney de vaste over-
tuiging, dat de eerlijke weg van' handelen
zou zijn, majoheer Holden dadelijk op de
hoogte te brengen van hetgeen onder zijn
dak gebeurde. Het vereisdite al haar vertrou
wen in Philip's oordleel oim haar te doen zwij-
gen, vooral toen tnijnheer HPlden gekheid
maakte over haar blozende wangen en schit-
terende oogen, en nog weer eens zeide, „dat
Fairford haar goed bekwam". Zij had alles
willch geven, om hern toen de geheele ge
schiedenis te vertellen van haar liefde voor
Phil maar zij durfde niet te spreken zon
der kapitein Massmgham's toestemming.
Deze tweesttijd tusschen haar plichltgevoel
en den eisch van haar geOiefde had haar een
waanschuwing moeten jajn, maar haar oogen
In artt 7 an 8 wordm de eat^orifen van
personen genoemd, aan wie een jachtacte
wordt geweigerddaartoe behooren personen
beneden 18 jaar.
Degene, die de jachtacte heeft verleend,
heeft ook de bevoegdheid haar in te trekkeu,
wanneer daartoe aanieiding bestaat-
E>e jachtacte geldt alleen voor hem, op
wiens naam zij is afgegeven, en wel van 1
JuJi tot 30 Juni van het volgendie jaar.
Houdera van een groote jachtacte kunnen
voor anderen een logeeracte aanvragen,
die ten hoogste 14 dagen geldig is en waar-
van alleen gebruik mag worden gemaakt in
gezelschap v?n hem, die de logeeracte voor
zijn gast aanvroeg.
De groote jachtacte kost 30 gulden; zij
geldt voor alle geoorloofd jachtbedrijf; wordt
de valkenjacht uitgezoaderd, dan kost zij 185
gulden. Voor een logeeracte wordt 10 gul
den betaald en voor een kleine jachtacte tot
het vangen van waterwild met netten, voor-
zoover die geoorloofd zijn, 5 gulden-
Tot het jagen zijn niet geoorloofd)'
kunstlicht, lijm, strikken, beugels, vallen,
ldemmen, kanongeweren, staltnetten, vang- en
treknetten van in de wet genoemde afmeting,
giftige en verdoovende middelen; lange hon-
denlokvogels, die geblind of vcrminkt zijn.
Ten minste 14 dagen, voor de opening
iensluitingder jacht, wordt deze
jaarlijks bekend gemaakt.
In art. 20 worden de gevallen opgesomd,
waarin de jacht verboden is: gesloten
tijd: Zondag; sneeuw; hoog water; bebouw-
de kom; nabijheid van eendenkooi.
Driif- en'k lop jacht en mogen alleen
gehouden worden op vergunning van den
Commissaris der Koningin.
Wie met een geweer in't veld is, moet ala
hij gronden betreedt, waarop hij niet bevoegd
is te jagen, het geweer ontladen of zoo zij die
bij zich hebben de honden vast te houden.
Het is verboden eieren van wild te
zoeken, te rapen, ten verkoop In voorraad
hebben, te verkoopen of af te leveren, behalve
voor eieren van waterwild) in den daarvoor
vastgestelden tijd.
Een eendenkooi moeJ geregtereexa
zijn en als zoodanig zijn aangeduid. De artt
31—37 betreffen de eendenkooien.
Het vervoeren van wild buiten
opeubarc wegen en voetpaden is in open
jachttijd en in de eerste 7 dagen na de slan
ting der jacht alleen veroorloofd aan dege-
nen, die net bewijs kunnen leveren daartoe
gerechtigd te zijn. Na den 8sten dag na de
sluiting is alle vervoer verboden, tenziji ge-
dekt door een verklaring van ooreprong of
een buitenlandsche paspoort, of een verlda-
rinn van den Burgemeeste.
De straffen voor 6troopers en voor
jachtovertredingen zijn verzwaard; zij kun
nen zelfs tot een jaar hechtenis oploopen.
De grondgebruiker heeft bij uitsluiting het
recht om op zijn grand sc h a de 1 ij k ge-
d i e r t e op te sporen, te bemachtigen of te
dooden, mits hij een jachtacte heeft of een ver
gunning om schadelijk gedierte te dooden
Onder bepaalde omstandigheden mag hij ook
(zie art. 54 en v.v.) van vallen, klemmen en
beugels gebruik maken.
Tegen de nadeelen door te sterke vermenig-
vuldiging van wild en schadelijk gedierte kan
de Minister maatregelen voorschrijven.
In elke provincie worden feen of meer
schadecommissien aangesteld; de le-
den worden door den Minister benoemd op
aanbeveling van landbouwvereenigingen. Op
advies van die commissien kan opruiming of
beperking van wild en .schadelijk gedierte
worden toegestaan. De eigenaar mist het
recht om den grondgebruiker te beletten ge
bruik te maken van een vergunning of op-
dracht can schadelijk gedierte uit te roeien.
Zelfs lean de eigenaar, die zich het genot van
de jacht heeft voorbehouden, het recht can er
naar zijn wil al of niet gebruik van te maken,
ontzegd worden, als de wildstand te over-
vloedig zou worden in verband met het be-
drijf van den grondgebruiker.
Het is verboden schadelijk gedierte en ze-
kere soorten van wild te poteu.
Alle jachtreehten zijn opgeheven,
nieuwe kunnen niet gevestigd worden. Dege-
nen, die een jachtracht bezaten, ontvangen
van Rijkswege een schadeloosstel-
1 i n g, <tie wordt uitgekeerd in 30 annuiteiten
van 7.3 proc. van het geschatte bedrag.
Daarentegen wordt op elk kadastraal per-
ceel, waarop een jachtrecht gevestigd was,
een jachtrente getegd van 7.5 proc. van
de vastgestelde schadcloosstelling gedurende
30 jaren. Die jachtrente wordt door den
grondgebruiker betaald aan het rijk, tegelijk
met de grondbelasting. Vo6r of op 1 Juli van
iedcr jaar kan de jachtrente worden afgekocht
voor de volgendie jaren naar een rentevoet van
5 proc. De zaken, deze regeling betreffende,
zijn opgedragen aan de j achtcommissie.
waren veriblind en haar oordeel was beneveld
door haar liefde.
„Phil zal het wel het 'beste weten," rede-
neerde ze bij zich zelf. „En wat heerlijk is het
dat hij van me houdt! Ik moet doen, wat hij
wenscht, zeilfs alls het tegen mijn eigen gevpel
is, of hij zal nooit gelooven, dat ik helm lief-
Ihdb. Eg ik (heb hem) lidf ja zeker, ofsehoon
ik hem' nog maar zoo kort ken. Ik heb nooiit
gedacht, dat zoo iets vreteinds, zoo iers moois
mij zou overkomen." Etl Sydney vei.oor de
kracht tot geregeld denken in een nevel van
gevoeleen rose gekleurde mist van geluk en
liefde. Ziji vroeg zich af of Philip zich even
gelukkig alls ziji zou gevoelen, en stelde hem
zich voor, drooanend van de eerste bekente-
nis barer liefde en het gezelschap zijner
vrifenden ontwijkend om aan haar te, dleriken.
Het was dec fantasie van een jong meisje.
Zij zou vreeselijk geergerd zijn geweest
missdhien wel opgesrfirikt uit haar eersten
lietfdesdroom als zij geweten had, wat
Philip werkel'ijk deed op den avond, nadat hij
haar zijn lietfdie verklaard had. Eerst ging hij
naar huis en nam een glas brandlewijn. met
sodawater. Toen at hi}, als gewoonlijk, aan
zijn tafel en dtionk meer champagne dan goed
yoor hem was. Daarna speeldc hij baccarat
en verloor veel, tot vrceg in den morgen, teen
twee van zijn vrienden hern met groote vroo
lijkheid1 naar zijln kameris brachten en zijn
knetiht riepen, oim hem uit te kleedten en naar
bed' te brengen. Het was een schandelijk einde
van een dag, dien Sydney den gduMrigsten
van haar leven vond
(Wordt vervolgd)