Alkmaarsche Courant In verkeerde schoenen advertentles In andere bladen N.V, Boek- en Uandelsdrukkerij v.h. Herms. COSTER ZOON, F B UIL L E TON. Voordam C 9, ALKMAAR. Men! V1JI en Twlnttgste Jaargang, Woensdag 27 Juni.. De eicursle van Nsdarl. Landbouwers naar Noord-ltalifi. Staten-Generaal. Gemengd Nicuws Yoor het plaatsen van is uw adres: 149. IMS. <Tki In XI1. 'airtkJiiliere Correspondent'c.) het Italiaansche Holland. Een miooie prestatie. >De beide laatste dagen der excursie waren bestemd voor een bezoelk aan de inpolderin- tusschen Ferrara en Gbiioggiia, in het ge- van <fa Po-delta dais. Degnen, die onze artiikelen gervolgd hebben, ziullen zich herin- neren, hoe we onder leiding van de groote ontginntngemaattachde ,,Federazione Na- rioniale ddle Bonifiche" (Bonifiche beteekent gTondveihetering) met een twintigtal auto's twee dagen in deze streken hebben rondge- toerd. Behalve met de groote hartdijkheid en de jjastvrijiheid der. bevolkdnig hebben we eoh- ter in niet mindiere mate met haar energie en werklust kenuis gemaakt. Wie mSjner !and- genooten in1 de veronderetdling leeft, dat de Italiianen, behialve wat betreft het gebruik van dffldre woorden en fascisten-knuppels, niet zoo heel1 veel1 presteeren, zal tot andc- re gedachten komen, indien hij; eena een je zou krunnen nemen in dit zoo op ons land gelijkend gebied. Alvorens tot het me- dedeellen van enkeile bijzonderheden van on- zen tocht over te gaan, zuMen we den lezers earst eenig denkbeeld trachten te geven van <fa gToote beteekeni® der waterstaatkundige werken in dit gebied en van de moeilijkhe den, wellke menhier bad en heeft te overwin- nen. Wif Ntederianders beroemen ons er op en terecbt dat wiji zelf ons lage land hebben gevormd en nog dagelijks gedwon- gen zSJn, ons met alle maeht tegen het wa ter door middle! van dijken te verdedigen, terwijil we voortdurend rnoeten zorgen. dat het terrdn niet op andere wijize verdrmkt en voor de cultuur geschikf blijft. iVeilen denken noi missohien, dat wij! in dit opzicht nog steeds een tinicum in de werefld zap, maar dat is geenszins het geval. Het iis minder bekend, dat ook to andere landen, en met niame ItaliS. groote zorg is en nog wordt besteed aan net lupoid eren en in cul- tuoiT brengen van laag gelegen terreinen Reeds in de tweede helft van de vorige eeuw wmfen vele lage landen, in de nabij- heid van1 de lagtirae van Venetie en in de Po- delta, ingeddjkt en1 van stoombemaling voor zien en ook in deze eeuw1 heeft men de werk- zaamheden der drooglegging (behalve van drankorgels) en inpolderingen krachtig voortgezet, waarbiji men van de meest mo- deme bemalings-insiaillaties, van, diesel- en dectro-moicren heeft gebruik gemaakt. Deze inpoMeringen versehimen in zooverre met de onze, dat men in Italie in hoofdizaak te doen heef t met het droogleggen van moerassen in de nabdiiheid der zee. Het is bekend, dhit aan het droogleg; van1 uitgestrekte moerassen .groote voor lem van hygifinisdhen, economischen en so cialen' aard verbonden zijh. Uit hygienisch oogpunt zijn daze werken van belang, om dat men zoodoende. heele streken, die tevo- ren door den mensch niet konden worden be- woond en waar hij niet zonder gevaar voor zijn gezqndheid arfoeiden kon van de mala ria bevrijdt. Het economisdb voorded' wordt na de drooglegging verkregen in het vrucht- bare land, dat zooveel graan en andere nut- tage gewiassen oplevert. en het werk is van sociaile beteakenis, omdst vele arbeidskrach- ten emplooi vinden en later daiizenden ge- zinnen, die eerst genocdzaafct waren te emi- greeren om werk te vinden, thans op de nieuwe terreinen geiegenheidi vinden, zich bliivend te vestigen. Den landbouwers uit het gebied van Fer rara en Venetie fcomt de eer toe, de eerste en oudste ontginners van Italic te zijn geweest; ziji waren de pdoniers voor de ontginners en gaven het voorbeeld aan het partieulier ini- fiatief, door met groote geldetijke opofferin- gen en Bonder steun van de Regeering, zeer uitgestrekte oppervlakten, die aan de pro- dluctie onttrokken waren, omdat ziji met wa ter waren- bedekt, tot ware oasen temidden van de moerassen Wisten te herseheppen. De eerste wet op de groodverbetering in 1882 maakte gezameniliike verbetering mo~ rijk met staatshulip. Maar hiervan kwam den aanvang niet veel, hetzij omdat het eoonomiiseh vooidoel1 nog niet genoeg tot t meerendeel van de eigenaars der moeras sen was djoargedrongen, hetzij omdat de aamkoop van 'net noodijge fcoren uit het bui- tenland door den Staat werd1 verkozen boven de werken, die de verrmeerdering van de na- ffionale iproduetie zouden kunnen aanmoedi- gen. Een andere reden is te zoeken in de groote financieele moeilijkheden, die steeds met de uitvoering van dergelijke kostbare werken gepaard gaan iNiettee?enstaanaie de vele bezwaren, heelt i) Naar het Emgelach, door Berta Ruck. HOOFDSTUK I. De noodlottige antmcftfing. Instappen daar ginds, instappen!" De conducteur had het fluitje al aan de lippen, met de groene vlag werd reeds ge- zvvaaid. „Achteruit! achteruit! achteruit! pas op den trein, haast u wat, juffrouw", zei de va- derlijke witkiel, die mijn sjofel valiesje droeg. .Haast u watl Geern plaats in die derde? Dan kunt u later wel wan wagon verwisselen. Stap maar in!" Terwijl de trein al in bewegeing was, liep de conducteur mee en hield het portier van een eerste klasse wagon open. Ik tuimelde er haastig in. Mijn valies werd mii aditema geworpen. iDe trein bewoog zich langzaam voort, het onmetelijke groote, somberc hoi', van het Eustonstation uit. „Vaarwel! Schrijven hoor! 'Denk er aan liiavml1", riep een stem uit de menigte. Var men- tan rtotte aangspaW en werden eenige belangrijke grondverbeteringea onder han- den genomen. Het welslagen dezer werken, de vooruitgang der tedhniek, de nieuwe men- talitait der landbouwer# en andere f actoren van technischen en economischen aard, spoorden aan tot nieuwe ondernemingen. De behaaldie voordeelea vuurden ook de polderbesturen of waterechappen (consorzi) aan tot het fcrachtiger aanvatten Van de aaak. Zdj' zagen daarbftj! in dat eamenwer- king op dit gebied tot de meest gunstige resultaten moest leideni en in 1912 vereenig- den ziji zich te Padua tot een federatie Ten- gevolge van deze samenwerking konden zij \"oordeelen van wetteldjken en economischen aardl beha-len en zich financieele middelen verschaffen, die voor den enkeling veel moeiliiker waren1 te verkriigen. In net MjdSvedoop tusschen 1912 en 1915 gelukte het aan1 9 groote consortiums de mi- nistrieele ooncessie te verkrijgen voor grondi- veiheteringBwerken tot een gezamenlijke op- van 100.000 H.A., met een voor. loopige onkostennbegrooting van over de 50 mililioen lire. !De wereldoodog maakte dte uitvoering der ontginningswerken tot een onmogelijk- heid. De federatie bleef evenwel de onver- moeide beschermster van de bdangen der consortiums. Ziji stond in nauwe verbinding met de Regeering en wees voortdurend op het aandeel, dat de grondverbeterings'wer- ken in het economisch herstel der natie zou den hebben. Toen de wapenstilstandl gesloten was en de consortiums eed begin wilden maken met het werk, deden zich groote moeilijkheden voor. De prijzen van het materiaal en het arbeadslloon waren sterk gestegen en d'aar- door werd het moeilijk het noodige kapitaal te vimdenv om in de gesdbatte onkosten te voorzien Bovendien waren tengeyolge van de oor logs-operatien en de werfdng van het artil- lerie-vuur, in bet gebied van de PLave, ver-. sohillende werken. en' installaties' verwoest, terwijl door het stilstaan der waterbouwwer- ken' uitgestrekte terreinen opoieuw waren overstroomd. Dit vraagstuk eischte dirin- gend1 een oplossing, temeer daar men alge- meen begreep, dat alle krachten moesten worden ingespannen, om het geslonken na tions al vermogen wederom te hmtellen. De in Noord-Italie gevestigde consor tiums richtten nu in 19'19, ter behartiging hunner gemeensdhappelijke bdangen en ter bevordering van de lnpoUdering en verbete ring der nog braakliggiende lage gronden in geheel Italie, de niationale fediaratie voor de grondverbeteingsweilken op (de meerge- noernde „Federazione Nlazionale dell Bonifi- dhe) met zetd te Padua. In samenwerking met fcrachti'ge financieele lichamen, in de eenste plaais het ^Institute Federale di cre dit© per il Rfaorgimento delle Venezie" stel- de zaj1 een uitgebreid programma samen in verbamd! met die financieele voorziening en andere factoren van sodaal-economischen aard1, waardoor een spoedige uitvoering der werken werd mogeflijik gemaakt, terwijl de federatie voorte injl de voorberedding der tachnische ontweipen raad gaf. De federatie is er tevens in geslaagd, zidi van den steun van het „Ateneo" te Padua te verzekeren, dat een school voor waterbouwkunde had gesticht. Zoodoende werd een gunstige sa menwerking tusschen theorie en praktijk verkregen. Op grond van dit programa namen tal- rijke consortiums bet werk der inpoldering ter hand en brachten met bewonderenswaar- dige activiteit in (korten tijd veel tot stand, zoodat in 'het geringe tijdsverloop, dat ons van den oorliog scheidt, terreinen aan het water onttrokken zijn, die in uitgestrektheid de gronden overtrbffen, welke voor het Eoxropeesdie conflict drooggelegd zijn en siflds er sprake is van werkdijke inpolde ring. De consortiums kunnen op grond van een tvettelijike regding bijdragen ontvangen uit de staatskas en uit de provinciate fondsen, elk tot een bedrag van 30 pet. der kosten. Ook heeft men bepalingen getroffen, waar door gewezen mdlitairen, die aan den oorlog hebben dedgemomen, peroeelen van den Staat in gebruik kunnen ontvangen. (Opera Nlazionale dei Cambattenti.) Behalve in het 'gebied tusschen' Ferrara en1 Venetie, zijin in de laatste jaren ook plan- nen opgekomen voor drooglegging van moe- rassige gronden in Zuid- en Midden-Italte (o.a. die Poninjusche moerassen ten1 zuiden van Rome), miaanh' ier. werkt "het partieulier initiatief in den regel minder en wordt het nemen1 van maatregefen ter verbetering meer aan den Staat overgelaten. IDe verwoeste streken bijl de Piave waren reeds in October 1920 hersteld ten koste van 7i millioen lire. Daarmede waren tevens 26.000 HJA, aan den landbouw teruggego- ven. Tijdens den oorlog, onder den drang van de scbaarste der kolen, die de honderden ge- malen moesten' voorzien, vaitte de feleratie een nieuw plan op, n.l. net voor eigen reke- nimg laten bouwen van groote electrische centeales, met het doel1 om de grondverbe- geet vooral niet ons te laten weten wat er gebeurt met je, hoor Dit was niet voor miji bestemd. Ik had nie- mand die mij wegbracht, niem'and die mij „lieverd" noemde. Ik had zelfs niemand, die er iets om gaf wat er met mij gebeurde met mij, het hijgende meisje, met een veel dragen zwart serge pakje aan, het meisje met een benauwd gezichtje uit het raa van den eerste klasse wagon zat te kijken. Het laatste witte flitsen van wuivende zak- doeken was voorbij. Wij waren vertrokken. Voor mij geen goed begin. Ik was gloeiend warm, opgewonden, ik voelde mij ellendig. Alles, van het ongduk met mijn wekker van morgen af aan, het te laat komen van mijn taxi, alles scheen mij samem te spannen; ik scheen niet rustig te mogen vertrekken. Mijn bad in het Tehuis voor Werkende Jongemeisjes te aultea was niet meer dan een plasje. Mijn ontbijt, dat mij boven gebracht werd, was allendig en de kolfie veel te warm om te driinken en een ei waar een luchtje aan was. In mijn haast'had ik mijn boedtepen achtergelaten, ik wist niet waar ik hem neergelegd had en juist die hoedepen, die ik voor geen echatten wou mis- sen een millitaire kncop, miin eenig sou venir van Reggi Penmore. En dan had ik te faring raoar onafhankef^k van de buWeo* landsche 'kolenleveranties te maken. Onge- veer telnzelfdertijd, rijpte het plan de water- kracht der rivieren te benutten en men schijnt thans reeds z66 ver, dat de verschil- lende belanghehbenden' bun krachten' zullen vereeniigen. Men heeft berekend, dat de wa tered -me nu ongebruikt in het district Ve netie van de bergen sterteni een electrische drijfkrachit leveren van meer dan een mil lioen P R.Men wil door gdeidelijlke uitvoe. ring van dit programi deze streek tot een van de meest industrieele maken, niet alleen van Italifi, miaar van geheel Europa! Zulk een sdhoon patriottisclb denkbeeld spreekt eerst redit tot den waren Itali a an en men kan zich de cmtboezeming indenken, welke wiji in een publicatie aan de Kamer van Kioophandel en Nijverheid te Padua von- den: „Het betreft honderdduizenden H.A waarvan het toekomstig Italig een productie verwacht, die hiaar voor een groot jjedeellte bevrijd'en zal van de broodslavernij (wij cuxsiveeren) tegenover den vreemd'ding." EERSTE KAMER. Jhr. J. W. H. Bosch van Oud-Amelisweerd heeft, zoo meldt de Res.bode, aan de R.-K. Statenclub van Utrecht meegedeeld, een nieuwe benoeming tot lid der Eerste Kamer niet te kunnen aannemen, wegens de drukke werkzaamheden, verbonden aan het presi- dentsdiap der arrondissemeats-rechtbank te Utrecht. TWEEDE KAMER. In de v- rgadering van gister werd voort- gegaan met de behandeling van de wetsont- werpen tot wijziging der militaire pensioen- wetten. Aan de orde was de stemming over de moties. De heer v. d. B i 11 (R.-K.) verklaarde zich teg en de motie-Ter Hall om vertr aging te voorkomen. De heer Schokking (C.-H.) verklaar de zich ook tegen deze motie, omdat het ant- woord der regeering bevredigend is. De motie-T e r Hall werd verworpen met 52 tegen 29 stemmen, rechts tegen links, behalve Braat. De motie-Dresselhuys werd verwor pen met 51 tegen 31 stemmen, rechts tegen links, behalve Braat. De Minister van Oorlog kwam nog eens terug op het geval van den kolonel te Amersfoort. die telegrafisch op non-activiteit was gestela. Spr. deelde mede dat reeds was medegedeeld op welken dag de non-actiefstel- ling zou aanvangen. Op 31 Mei heeft de be- doelde kolonel daarvan reeds bericht ontvan gen. Het telegram was alleen een bevestiging van die mededeeling, Bij 3 verdedigde de heer K. terLaan (S.-D.) een amenedement waarvan het de bedoeling is duidelijkcr te doen uitkomen dat de tijd waarin wachtgeld is genoten, meetelt voor pensioen-berekemng. Z. i. is dit in het regeeringsartikel niet duidelijk aangewezen. De Minister erkende dat de interpre- tatie van dit artikel anders kan zijn dan de bedoeling is geweest. Echter moet de ervaring hier den weg wijzen. De Minister kan dan in- diening van een novelle overwegen. Het amendement is niet alleen een redactie-wijzi- ging maar slaat een anderen weg in. Het amendement-K. ter Laan werd verwor pen met 52 tegen 29 stemmen. Bij 6 verdedigde de heer T i 1 a n u 8 (C.-H.) een amendement dat bedoelt te zor gen dat ten aanzien van de militairen reke- ning wordt gehouden met de vroeger direct of indirect betaalde pensioensbedragen. De M i n i s t e r zei dat de Burg. Pen- sioenwet wel rekening houdt met afloopende stortingen. Dat is heel iets anders en daarom past dit niet in de militaire pensioepwet. De Min. nam over het amendement van de Com- missie van Rapporteurs, dat de pensioenbij- drage ten hoogste 3 pet. 's jaars van den pensioengrondslag kan bedragen. Het amendement werd verworpen met 49 tegen 33 stemmen. Bij 7 verdedigde de heer K. t e r Laan (S. D.) de handhaving van de bepaling dat de Indische jaren voor pensioenberekening dubbel worden gerekend. Hij betreurde het dat deze bepaling werd losgelaten. De heer D r e s s e 1 h u y s (V. B.) meende dat 'dit keerkringpensioen niet in deze wet thuis behoorde. Spr.'s hoofdbezwaar is dat de bezuiniging wordt gezocht op de lagere pensioenen. De beteekenis is dat bezuinigd wordt op hen die door ziekte of anderszins vroegtijdig worden gepensionneerd. Er ligt een onrecht in deze nieuwe bepaling, omdat verkregen recht wordt miskend. De heer Duymaer van Twist A.- R.) steunde het betoog van de beide vorige sprekers. Pensioenen voor de Zeemacht. Daarna was aan de orde het gelijksoortlge ontwerp voor de zeemacht. De heer K. ter Laan (S. D.) wenschte de Indische jaren geheel en al buiten dit ont werp te laten. veel rnoeten betalen aan den koetsier, omdat ik geen klein geld genoeg bij1 mij had Daar zat ik nu in een eerste klasse wagon met Jn kaartje 3e klasse heelemaal naar Wales! De tijd toen ik eerste klasse reisde als iets heel gewoons, lag al zoo ver achter mij. dat die kleinigheid zelfs mij bezwaarde. Ach kom! zoodra de trein stil hield zou ik in een 3e overstappen. Dat deed er nu eigenlijk niets toe. ,,Adialle dingen doen er niets toe!" dacht ik in een aanval van fataliteitsgeloof. „Het leven", hoorde ik eens iemand zeg- gen, ,^>estaat uit onverwachta gebeurtemia- sen." Ja zeker, de dingen, die ik in mijn leven ondervonden had, waren zeker heel1 onver- wacht geweest. En de onbeduidende kleine dingen ook! Het zou miji niet kunnen sche- len als er tdn heel groot onverwacht ding gebeurd was. Maar eerst niet gaan studee- ren, maar op mijn oude school rnoeten blij- ven als kweekeling, dan van school af gaan en den heelen dag doorbrcngen op een kan- toor en thuisihooren dn een Tehuis voor Wer kende Jongemeisjes in Londen, daarna schrijven op een advertentie waarin een kin der iuf fro uw gevraagd werd door den een of anderen vreemdcling in een onuitspreekbaar gedeelte van Wales. De Minister verdedigde de opvatting dat deze kwestie wel in het ontwerp thuis behoorde. 7 werd goedgekeurd met 44 tegen 27 (S 9 verdedigde de heer K. t e r Laan een amendement om te voorkomen dat de militair, die tot en met zijn 55e jaar remie moet betalen in ongunstigen conditie komt dan hij die wegens „langduri- gen dienst" is gepensioneerd. Na afijwijzing door den Minister werd dit amendement verworpen met 54 tegen 24 stemmen. Bij 9 verdedigde de heer K. terLaan (S. D.) een amendement om hen die reeds gepensionneerd zijn, niet te treffen door de wijzigingen in art. 33b gemaakt. Daardoor worden verkregen rechten aangetast. De M i n i 8 t e r zei dat deze zelfde wijzi ging in de wachtgeldregeling is aangebracht en dat het dus billijk is deze bepaling op te nemen. De heer K. t e r L a a n (S. D.) trok het amendement in. Het wetsontwerp werd goedgekeurd met 52 tegen 24 stemmen. Nadat de Minister van Marine eenige nadere mededeelingen had gedaan, werd het ontwerp z. h. s. goedgekeurd. Pensioenen v. reservepersoneel. Aan de orde was vervolgens het wetsont werp Pensioenwet voor de reserve-adiudan- ten-onderofficier van de landmacht. die op grond van de door hen bekleede betrekking geacht worden voortdurend in werkelijken dienst te zijn of te zijn geweest, alsmede voor hunne weduwen en weezen. De heer K. ter Laan (S. D.) betoogde dat verschillende personen door dit ontwerp achteruitgaan, hetgeen de Minister ont- kende. De heer T11 a n u s (C.-H.) verdedigde opneming van de landweerdistrictscomman- danter onder deze wet, omdat mag worden aangenomen dat zij in werkeliiken dienst zijn geweest. De Minister wees dit amendement af, omdat z. i. deze personen niet op gelijken voet zijn te behanaelen als de overige in dit ontwerp opgenomen. Het amendement komt heden in stemming. Bij art. 15 lichtte de heer Ter H a 11 een amendement toe om de vergoeding te verhoo- gen. Indien de diensttijd volgens dit artikel met 4 per mille zou worden vergoed, is een aan- merkeliike verlaging van pensioen van per soneel beneden den rang van officier het ge- volg. Door een verhooging tot 8 per mille wordt gerechtvaardigd door den hoogeren le- vensstandaard een redelijke verhooging van het pensioen verkregen. De M i n i s te r vond geen aanleiding om dit bedrag te verhoogen. De heer 1 e r Hall trok het in, maar de heer K. ter L a a n (S. D.) nam het over. Over dit amendemeni wordt heden ge- stemd. De heer K. ter L a a n (S. D.) ver dedigde een amendement om na art. 23 in te lasschen een ieuw artikel 23a, luidende: „De militair, die bij het reserve-personeel is in dienst getreden, terwijl hij in het genot was van pensioen ter zake van vorigen mi litairen dienst bij de zeemacht, de landmacht hier te lande of het reserve-personeel der zee- of landmacht en na zijn herplaatsing gedurende ten minste ten jaar onafgebroken oncjer de wapenen is geweest, wordt, na be- komen ontslag, indien dit voor hem voordee-. lig is, opnieuw gepensionneerd, met inachtne- ming van hiervoor nader te stellen regelen". De Minister kon dit amendement niet aanvaarden. Over dit amendement wordt heden ge- stemd. Bij art. 41verdedigde de heer Ter Hall een amendement om in art. 41 den datum van 1 Januari 1908 te veranderen in 1 Augustus 1914. Hierdoor zal worden tegemoet gekomen aan de gerechtvaardigde verwachtingen van het reservepersoneel, dat de jaren voor be- wezen diensten onder moeilijke omstandighe- den op billijke wijze worden vergoed. De Ei n i s t e r aanvaardde dit niet, omdat hij geen terugwerkende kracht aan de wet kan geven Ove stemd. geven. dit amendement wordt heden ge- De vergadering werd verdaagd tot heden elf uur. DE KGN1NRL1J KE FAMILIE NIAAR EiNG ELAND. Rydal Hall, bij Ambleside!, waar de Ko- ninklijke familie verscheidene weken door zal brengen, is het verMijf van majoor Le Fle ming, den „high sheriff" van Westmorland sedert 1878. Hij is vroeger majoor geweest van de Westmorlandsche en Cumberlandsche Yeomanry Cavalerie. De Prins heeft vandaag zijn vertrek Het was alles een heel ander leven dan ik mij had voorgesteld toen ik jong was achttiaa en een half jaar, meen ik. Nu ben ik drie^en-twintig. En't is best mo- gelijk, dat ik nog veertig jaren' voor mij heb, nog somberder en neerslachitiger dan deze zes jaar geweest zijn! Ik heb mij natuurlijk niet alfjdi too somber gevodd. Soma dacht ik dat iemand zelfs op zijn drie-en-twintig- ste jaar nog wel eens iets opwekkends onderv vinden kan. O, mijn grillig gesternte! Heb ik geen ge lijk, gehad? Opwekkend? Dat zal waar zijn maar laat ik begimnen met deze trein- reis, want dat is de aanvang van alles ge weest. Toen de trein de Noorder voorsteden van Londen voorbij was, begon ik wat kalmer en bedaarder te worden. In ieder geval, hier zat ik. Het was mij dan toch gelukt den trein te halen. Mijn bagage was gemakkelijk te tel- lenniets anders dan het valies, dat de kruier miji achterrfa geworpen had. En tot- dat ik overstapte kon ik tenmiinste genieten van het gemak en de afzondering van een leegen eerste klasse wagon. Leeg? Neen. Toen ilk opkeelc naar het net, zag ik, dat er al bagage in lag; een valies van varkentleer, heel nieuw en heel netjes met gouden initialen „V. V." Er lag aok nog te VGravenhage vertoefd voor afdoening van nog eenige Roode Kruis-zaken. Op deh vastgestelden tijd zijn gistermidL dag de Koningin en Prinses Juliana met den trein van Het Loo aan het Maasstation te Rotterdam aangekomen. Met de Koningin en de Prinses waren in het Koninklijke rij- tuig.gezeten freule Sloet, freule Van Swinde- ren en mej. Berger, een Fransch meisje, dat aan de Prinses ondorricht geeft in de uit- spraak van de Fransche taal. Bij aankomst van den trein werd de Ko ningin begroet door den Prins, die eem half uur te voren met zijn adjudant den heer La- man Trip per auto uit Den Haag aan het irion was gekomen. Prins Hendrik i n d: een beige Eorten bont- stoomschip Is kapi- iffideren on- MaasStat was in civiel. De Kom reiscostuum, een bruinen hoed en mantel. Buiten het statbn had zich een talrijk pu- bliek opgestekL dat de Koninklijke fannlie met luiae hoera s begroette. In open auto's werd langs diem Maaskamt naar de Boompjes gereden (de hoofdeom- missaris reed voorop), waar de Batavier V tot vertrek geneed lag. Commandant van net tein W. J. Wilikens, die dezelfde o: der zijn bevel heeft, met wie hij verleden jaar met de Koningin de reis naar Noorwegen heeft gemaakt. De heer dr. A. G. KrSller en N. van de Roemer, directeur van de firma Wm. H. Mul- ler Co., wachten aan den valreep van het schip de Koninklijke familie op. Ziji geleid- deh de Koningin, den Prims en de Prinses naar de op het hoofddek voor hen en hun ge- volg gereserveerde salons en hutten. Precies om 7 uur werden aan boord de trossen losgegooid en zette de Batavier V, geassisteerd door sleepbooten, zich in bewe- ging, ter aanvaarding van de reis naar Em- geland, waar de Koninklijke familie, zooals reeds gemeld is, enkde weken zal vertoeven op Rydal Hall, bij Ambleside. Statig zwenkte het stoomschip de rivier op en spoalig kreeg het zijn vaart, stroom-af- waarts. In de Boompjes was een' talrijloe menigte bij een. Bij het vertrek stond de Koningin met Prin ses Juliana op het opperdek; met gewuif be- antwoordde H.M. het gejuich van de menig te op den wal, die langs de kade met de Ba tavier V mieeliep. Een vrij groot aarital passagiers eerste en tweede klasse vertrok eveneens met de Ba tavier V naar Engdand. Naar de N. R. Ct. verneemt zou't in de be doeling liggen, dat de Koninklijke familie de terugreis uit Engeland met een van de stoom- schepen van de Maatschappij Zeeland maakt. CONGRES VOOR PHYTOPATHOLO GY EN TOEGEPASTE INSECTEN- KUNDE TE WAGENINGEN. Dinsdagmorgen werd de conferentie voorigezet. De heer N. van Poeteren, inspecteur, Ibooofd van (fan pi an tmzidktenlkundi gett dienst, sprak over: Inrichting en werking^ van den plantezidcteniundi gen dienst in Nederland. Dr. Reh sprak over: IDe ovedbrenging van insecten. Vervolgens werden door het personeel van den Plantenziektemkundigen Dienst ver- scbillende diemonstraties uitgevoerd. Des middags sprak een Engelschman uit naam van Sir. J. Russel, die zelf verhinderd was, over: onismetting' van den grond. Daarna sprak dr. J. Bernatsky, Honga- rijfe, over: fouten en misbniilten bij de be- oordeeling van bestrijdingsmiddelen. Prof. dir. O. Appel, Duitschland, sprak over: Het onderwijs in de toepassing der plantenziektenleer. IDaar prof. A. de Jactzewski, Rusland, niet had kunnen komen, vervielen da door hem te 'houdien voordrachten en was het congre% voor wat Wageningen betreft geendigd. De film „Nederland", van de vereemging Nlederland in den Vreemdie, Zondiagavond vertoond, werd door de comgressdsten uit den vreemde zeer aardig gevonden. Op de voordirachten volgdlen vele discus- sies. Zoo naar aanfleidinig van de voordrach- ten van dr. Howard en van dr. Reh. Niadat enkele aanwezigen hun meening hadden te 'kennen gegeven, sloot de voorzit- ter de discusSies am' die te Baam, wanneer een paraplu in met een grooten, heel natuur- lijken kop van een papegaai, smaragdgroen met roode oogen van juweefan. De reizigster, eigen area van die zaakjes, was zonder twijfel rijk. Voor haar sprak het zeker van zelf eerste klasse te reizien. Ik zat mij allerlei voorstellingea te ma ken van mijn medereizigsber op grond van die bagage alleen. Was zij een vrouw van de wereld? Was ze mooi of elegant en net jes gekleed door een kamenier, die misschiem; ook in den trein zat, maar dan in de derde? Was ze jong? En toen kwam er een schaduw voor het licht uit de zijgang. Er verscheen een ge- daainte voor hte portier. Kom binnen, me- dereizigster Ik waagde een blik naar haar op te slaan, toen zij in het hoekje tegenover mij ging zit- ten. Zij was, wat ik dadelijk niet zonder ge- noegea voor mij zelf uitmaakte, „een Vizi- oen, een Verschijning!" Maar laat ik beginnen met between mij het eerst in het oog viel de laarzen van het Vizioen. Zij waren buitengewoon hooge, glimimende, verlakte laarzen, op zij geregen met witte veters en witte vetergaafjes, met twee groote, coquette, vuurroode kwaaten aan de pun& Wiardt vervolgd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1923 | | pagina 5