ASkmaarsche Cdurant Uw Prijscouranten In verkeerde sehoenen. Laat ons drukken. N.V. Boek- en Handelsdrukkerij v.h. Herms. COSTER ZOON, FEUILLETO Voordam G 9,ALKMftAR. Denderdag 4 October. Htadsnieiiws to. 2X3 1923 Honderd Vijf an Twlntlgste Jaargang. Met het oog op de stagnatie in den Post- cheque- en Girodienst wordt beleefd ver- zocht, zoolang deze dienst niet normaal werkt, geen betalingen op onze po&treke- sing te doen, doch deze per postwlssd aan ons over te maken. KAMER VAN KOOPHANDEL. Gisteravond half 7 werd ten Stadhuize een algemeene vergadering gehouden van de Kamer van Koophandel. Den voorzitter mee- gerekend, waren er slechts tien leden aan- Wezig. Nadat de voorzitter, de heer S W. Arntz, de aanwezigen had welkom geheeten, kwa- men aan de orde de ingekomen stukken: a. Schrijven van Gemeehtewerken te Alk maar, dat aan dee wegwerker aanzegging is gedaan, dee Twuijverweg in orde te bren- gen. Het bureau der Kamer verzoekt de leden, die op den slechten toestand van dezen weg hebben gewezen, mede te deelen of de verbe- tering afdoenide is. De heer Wagenaar noem- de de aangebrachte voorzieningen absoluut onvoldoende. De heer Hoogland meende dat de toestand betreurenswaardig is, en als straks de weers- gesteldheid slechter wordt, zal de toestand aog treuriger worden. Spr. meende dat de verkeerscommissie uit de Kamer hier wat kan doen. Kan de weg bij de tegenwoordige breedte door Alkmaar niet verbeterd worden, dan moet men zien te verbreeden, iets wat echter, naar spr. toestemde, ook moeilijk is. Aan ae hand van een' teekentog, die spr. overlegde, toonde hij hoe z. 1. de weg spoe- dig is te verbeteren. De burgemeester van St. Pancras had er wel ooren voor gehad. Men heeft hier te maken met den polder Heer- hugowaard. De voorzitter stelde voor de verdere af- doening der zaak in handen te stellen van de Verkeerscommissie en dan zoo noodiig bespre- ken met B. en W. en Gemeentewerken van Alkmaar en de andere belanghebbende ge- meenten. De heer Wagenaar vreesde, dat het plan- Hoogland niet zal gelukken, omdat de brug een hinderpost zal blijven. De heer v. d. Kleij geloofde dat er veel meer wegen in dit district zijn, die niet be- rekend zijn op het tegenwoordige verkeer en noemde als voorbeeld den weg tusschen Wormerveer en Assendelft. De voorzitter meende, dat, het dan tijd wordt, dat men dergelijke wegen aanpakt, opdat zij wel voor het hedendaagsche ver keer berekend worden. Besloten werd de zaak in handen te stel len van de Verkeerscommissie, die zoo spoc- dig mogelijk er over zal beraadslagen. b. Schrijven van de Nederlandsche Ka mer van Koophandel te Louden met verzoek contribueerend lid te worden ad 12.60 per jaar. Het Bureau verzoekt het adviea der finan- deele commissie. De heer Ringers stelde namens die com missie voor, gezien den slechten toestand der geldmiddelen, voor dit jaar althans nog geen lid te worden. De heer Grondsma noem de het treurig dat een dergelijk voorstel moet worden gedaan. De voorz. merkte op, dat door de Kamer een zeker bedrag is toegestaan voor subsi dies, welk bedrag reeds is uitgegeven. Ge- wacht moet nu worden tot Januari, wanneer een nieuwe begrooting aan de orde komt. Meft moet niet vergeten, dat Londeri niet allien een zeer belangrijke Kamer K. en F. heeft, maar dat er zeker een twaalftal in verschillende landen zijn. c. Schrijven der gemeente Alkmaar, dat bij den minister overeenkomstig het verzoek der Kamer is aangedrongen op invoering van een nacht- en onbeperkten Zondags- dienst. Voor kennisgeving aangenomen. d Adres der Kamer van Koophandel te Tilburg aan den minister van arbeid, han del en nijverheid, waarin in overweging wordt gegeven het initiatief te nemen tot een zoodanige herziening van de arbeidswet Naar kef door Beifet Ruck. 83) „En als ge een raad van mij wilt aanme- men, George, dan trouw je met dataardige meisje, dat ik ©vergehaald faeb voor je wedu- we door te gaan. Als je in mijn vak bent, dan krijg je er oog op wie goed zou voldoen in een rol, en ik zeg je, dat ze geknipt is orn voor mevrouw George Meredith te spelen. Ze is niet geengageerd, dat heb ik haar in den trein: gevraagd, ot ze mioest iemamd ontmoet hebben sedert ik haar den trein uitzette aan 't station te Carnrys. En denfc eens wat een makkelijke manier, je was toch besloten; ora te trouwen, zooals je me vertdd hebt. Wel- nu. Daar heb je er een! Een raad gevern is goedkoop, dat weet ik, maar ik heb een won- gevoel, dat het je niet zal spijten als je deze neemt. Het is het verstandigste wat je doen Icunt. „Van M J® „Viv". Ik zat te staren naar hat gepartumeerde mauve piapier met de paarse inkt beschreven en iedere hoofdletter met een tail. Ik Was te verbaasd, niet dat „Viv" dit gesdhrveen had. Neen, dat was juist iets vow haar. Mdar dat hij het mij te ltezen gaif Ik denk, dat ik gewend had moeten raken aan dat verbiaasde gevod1. Maar ik ben er oog altijd niet aan gewend. Misschien is er lamger oefeniing voor noodig vowdat mien tegen zulke schokken bestand is. Be kon Diets bedenken wat ik zou zeggen. Waarom had hij mij. dit laten lezm? Het was niet iets voor hem! minister Industrie dat het alvorens dat deze niet langer een hinderpaal zal blij- ven om tot een noodzakelijke verlaging der productiekosten in het oedrijifsleven te ge- raken. Het Bureau der Kamer stelde voor dit adres in handen te stellen der commissie van vefordeningen. e. Missive der Kamer van Koophandel te Einhoven met verzoek aan den minister van financien om een ontwerp tot wijiziging der tabaksaccijns niet in te dienen voordat de belanghebbende groepen zijn gehoord. Genoemde Kamer gelooft, dat zonder ac- cijnsverhooging, maar door betere contrdle wel meer geld uit deze belasting ware te ha- len dan tnaaos geschiedt. Zoo niet het door den minister gewenschte bedrag ware te krijgen, was er nog *wel een andier middel dan verhooging, maar daarover zou de mi nister eerst het oordeel der betrokkenen moeten inwinnen. Met het oog op de crisis in de sigaren-industrie en hare duizenden werk- loozen dringt Eindhoven er bij den op aan om toch niet overijld die een nieuwen last op te leggen. Het Bureau der Kamer meende, voor de ministeries van belang is, wetsontwerpen of wetswijzigimgen in te die nen, welke op handel of Industrie betrekking hebben, advies in te winnen bij de Kamers van Koophandel en zou deze acue dus willen steunen. Goedgekeurd. f. Missieve van bet Centraal Bureau voor de statistiek te 's-Gravenhage betrefien- de herziening van naamlijsten. H'ieraan was voorafgegaan een circulaire, waarin werd voorgesteld in de bestaande naamlijsten eenige wiizigingen aan te bren- gen. Het Bureau der Kamer heeft belanghcb- benden mi de dagbladen daarop gewezen. Bezwaren daartegen kwamen niet binoen, zoodat voor de Kamer geen reden bestond om zich tegen1 die veranderingen, die voor dit district practisch van geen belang zijn, te v erzett fii: De voorzitter lichtte de aangebrachte wij- zigingen toe en meende dat voor ons district geen belangrijke veranderingen zijn aange- bracht. De heer Hoogland geloofde niet dat de statistiek voldoende rekening houdt met den doorvoer. Of het Bureau voor statistiek daarin voldoende kan voorzien, wist spr. niet. g. Afschriften van twee adressen der Kamer van Koophandel te Tilburg aan den minister van arbeid, handel en nijverheid en aan' deze Kamer v. K. gericht betreffend'e het handelsverdrag met Tsjecho-Slowakije. In deze adressen wordt er op gewezen, dat Frankrijk op 17 Aug. j.l. met Tsjecho- Slowakije een veel gunstiger verdrag afsl'oot dan het den Nederlanders mocht gelukken te bedingen. Frankrijk zal b.v. voor nieuwe aardappelen van 1 Nov.31 Mei 50 pet. re- ductie op de invoerrechten genieten, op an dere land- en tuinbouwproaucten zullen 25 tot 75 pet. en op wollen manufacturen 30 tot 60 pet. Tilburg meent, dat een en ander aan- leiding kan zijn dat de Kamer te Alkmaar nogmaals de regeering c.q. de Tweede Ka mer vraagt het Nederlandsche verdrag met Tsj.-Sl. zooals het niu luidt, niet goed tie keuv ren. Het lid der handels-commissie, de heer Wagenaar, lichtte de adressen1 toe. De heer Wagenaar merkte op, dat het Ned. verdrag nog niet is goedgekeurd door Tsj.-Sl., zoodat de toestand nog is ale voor- heen. Spr. wist niet of op het oogenblik over een nieuw verdrag werd onderhandeld. De voorziter wees op het groote belang, dat ook dit district heeft bij een nieuw ver drag, waarin Nederland een voordeeliger positie inmeemt dan in het laatst aan de orde zijndte. Het is zaak dat de Nederlandsche handel paraat zij. Besloten werd, dat de Secretaris aan het Ministerie inlichtingen zal vragen en dat de handelscommissie zich dan weder met de kwestie zal bemoeien. Was® WAAROM TEGEN DE VLOOTWET. Dit onderwerp besprak Woensdagavond in de groote zaal van de „Hannonie", tnr. P. J. Oud, lid der Tweede Kamer, voor de afd. Alk maar van den Vrijzinnig-Democratiscben bond. De vergadering werd geleid door den voor zitter van den V.D. kieskring Helder, die het gebruikelijke welkomstwoord uitsprak, zijn ge- noegen uitende over de groote opkomst. Spr. zette uiteen, dat doorvoering van de Vloot verschrikkelijke economische gevoigen zal hebben voor Nederland. Om dat nader toe te liditen stellen wij er prijs op, dat daar- Ik sloeg mijn oogen op en zag dat de late maimiddaglucht gliansdte van rooden gtoed, van ilcht rose tot donker oranje. Daar bene- den zag ik als vlekken de onhevvegelijke schaiie der kanonnen, het gnoote geboiuw aan het edhd beheerscht door het standbeeld1 van Na poleon. Dan dichter bij, tegen dien gCTleklten' achtergrond, zag ik het bleeke du'idelijfce ige- laat van cten jwgen Engelschen offieter. Hij hidd 6en voet op de punt van de bank, leun- miet zijn ellleboog op zijn fcoie en keek mij in die houding erastig aan. „Weln'u?" zei hiji. „Welnu...„ stotterde ik. Toen fcreeg ik miijji kalmte wediar, want waar dlilendfe het vo^or een bespoitMijfcen toestand nog bespottelijker fe maken, door deni sdiijn aanl te mamiemi er mij door te laten intimideeren en zei: „Wat zegt zij toch altijd bespottelijka dingen, niet- waar? ,,'Neen, nSet alltijid", zei KapSteta Meredith; ems'tig. yD'aarin niet Hij wees op den brief mi mijn hand. Aides wat zij daarin schreef is juist eenvoumg en verstandig. Het 'its het beste wat ik doen kan." „W.... wat is?" vroeg Sk met verbazihg. „Haar raad ;oip te volgen", zd hij kalimi. „Zeg zou u getrouw kunnen blijven? Ik Was nu gehedl de fclhte fcwijt. „Trouw blijven?" herhaalde ik. „Alan wat?" „Aan mij", zei Karpitein Meredith1 heel iacht eni heel eenvondi|g. „Zou u met mij wil len trouwen!?^' Er ontstond een heel; lange pauze voordat ik een woord kon uiten: Het was dus een hur welijksvoorstd? Van hem' aan mij? HDOEDSTUK XXXII. lid antwoord van hett meteje. 'Nu ik heb gelezen en giehoord van; een mas^ toe mr. Oud bereid was, wien spr. daarop het 1 woord verleende. Deze ving zijn befoog aan met te memoree- j ren het plotselinge aftreden van mimster van financien de Geer, welk besluit min of meer j gekomen is als een donderslag van faelderen hemel. Zich erg verbazea over nieuwe zonder- j linge sprongen van het kabinet moest men j eigenlijk niet, want onder het kabinet-Ruys i de Beerenbrouck hebben wij al zooveel zon- j derlings beleefd, maar niemand had er aan gedacht, dat het met een wet als deze vloot- j wet zou komen. Dat heeft zeker ieders ver- wachting overtroffen. J Wat' nier gebeurt is niets anders dan een noodfelooze millioenenverspilling in dezen j tijd, waarin aan alle kanten geroepen wordt om bezulnlgfng. Om dit aan te toonen, Wilde spr. een terugblik doen op de geschiedenis van de laatste twintig jaar op het gebied van onze vlootpolitiek, waarin deze vloofwet weer een nieuwe schakel is. Iedere minister van marine, vervolgde spr. kwam telkens weer met nieuwe plannen. Ie- der jaar werden daarvoor millioenen uitgege ven, zeide iedere nieuwe minister, en nog is onze vloot niets meer dan oud-roest. Maar i werd daar altijd door iederen nieuwen mi- nister bijgevoegd als ge nu mijn plannen maar eens volgt, dan komt hat met de vloot j geheel in orde. De laatste vlootcommilssie de commissie i Patijn begon met te vertellen, dat het met j de marine zoo slecht gesteld is. De oorzaak j zou zijn de sinds jaren heerschendo stelsel- i loosheid bij; het marine-beleid enz. Hierin moet de reden worden gezocht voor het ge- brek aan vertrouwen in het marine-bestuur. Wie dat zoo leest, zegt onwillekeurig: Die commissie legi toch maar de vinger op de wonde. Nu moeten er maar eens nieuwe plan nen gemaakt worden. Doch zoo is't altijd geweest, betoogde spr., en steeds bleek, dat iedere nieuwe minister alle mooie plannen van zijn voorganger inl- deelde bij ae stelsellooze plannen en het slot was dat aan de verspilae millioenen eeni ge nieuwe werden toegevoegd. De heer Elles kwam in 1904 onder het ka binet-Kuyper ook met een nieuw plan. Er zou- den zes nieuiwe oorlogschepen gebouwd wor den, de e.g. Heemskerk-schepen. Toen het minister-Kuyper-kabln'et viel, kwam er een ander, waarbij mr. Cohen Stuart minister van marine was. De heer Talma anti-rev.-predikant kwam met een ander plan en waarvan het slot was, dat ,,De 7 pro- vinden" werd gebouwd. Met de Heemskerk- sdhepen was het dus afgeloopen. Na Cohen Stuart werd Wentholt minister van marine, die in de 5 jaren van zijn mi- nlsterschap niet zooveel heeft gedaan. Deze is ten slotte met een voorstel gekomen om weer te bouwen een schip van net soort als „De Zeven Provinden". Dit was in 1912, doch toen wilden de heeren van de marine niets meer weten van dit soort schepen. De heeren van de marine hadden toen blijkbaar last van spr. zou haast zeggen gi'oot- hddswaan. Naar het voohbeeld van Enge- land en Amerika wilde de Nederlandsche ma rine heel groote schepen, die z.g- dread* noughts. Na veel over en weer praten is van het een noch het ander wat gekomen en minister Wentholt verdween. Daarna kregen we de opheffing van he! ministerie van marine. Oorlog en marine wer den samengesmolten tot een department, waarvan Colijn minister werd. Wij kregen het plan van 1913, dat onge- veer 17 millioen per jaar kostte. Dit plan is niet tot uitvoering gekomen, ten gevolge van de oorlog. Er was aanvankeiijk wel tot uit voering besloten. Het ministerie Cort van der Linden, dat ge- vallen was, was weer opgestaan, en bracht weer schdding tusschen de ministers van marine en oorlog. Plannen bestonden tot den aanbouw van een groot slagschip. Doch zoo als gezegd, de oorlog stak er een stokje voor. Minister Rambonnet, die het department vaa marina kreeg, bepaalde zich toen maar tot kleinere schepen. Dit ginig editor niet vlug en in 1918 was er nog maar een klein gedeel- te van die kruisers gereed. De intemationale toestand, die ook in Ne derland zijn temgslag deed voelen spr. zette dit nader uiteen' maakte dat men ge- noeg kreeg van oorlog en wat daannede sa- menhangt. De heer Nattdln fen Cafe onder het ka binet Ruys de Beerenbrouck minister van marine hield in't geheel £en redevoering, die echter een zeer belangrijke was, omdat daarin gezegd werd, dat de geheela vloot niet meer was dan wat oud-roest. En toch wide deze minister doorgaan met de vlootplannen. B. v. wilde htj de kruisers, waarvoor in 1912 plannen gemaakt werden, afbouwen. Ze zou- den dan misschien1 direct na hunne voltooiing weder verouderd zij, zeide spr. om daarna te herinneren aan de motie, die hij en mr. Mar- chant indienden om dezen aanbouw van krui sers stop te zetten. Toen is de heer Naudin ten Gate op de vludht geslagen. Dan komt het nieuwe ministerie n.l. dat van den heer Ruys de Beerenbrouck, dat het dep. van marine voor zich houdt en we der met de plannen komt, om de 3 in aan bouw zijnde kruisers te voltooien. Dit was in 't voorjaar van 1919. Edn van de kruisers werd al spoedig prijs i de gegeven door min. Ruys de B. Doch de meerderheid van de kamerleden aanvaardde de twee andere kruisers. Er kwam dahma een nieuwe minister van marine, de heer Bijleveld. Waarom deze dat geworden is, begreep spr. niet, en waarsc'hijn- lijk zeide hij, Ruys de B. zelf ook niet. De heer Bijleveld was een half jaar mi- nister van marine en met spronigen gingen de kosten voor de vloot in de hoogte. Daartegen j kwamen sterke en felle protesten uit alle rich- j tingen en een oogenblik dreigt er gevaar voor j het kabinet Ruys de B. Er wordt aangedron- i gen op bezuiniging en minister Bijleveld gaat aan't bezuinigen, door in de eerste plaats de kruisers die vol gens Ruys de B. in ieder vlootplan pasten te schrappen. Intusschen had hij voor 2 millioen pantserplaten besteld voor de kruisers, die gesloopt zouden worden' En het gekste was, dat min. Ruys de B. niets van deze bestelling wist. In veifoand met een en ander bleek ten dul- delijkste, dat min. Bijleveld niet als zooda- nig te handhaven was, en min. Bijleveld ver dween, evenals de min. van oorlog, Altingh van Geusau, om dezelfde reden: grenzelooze sa verschilleude mianiieretn; zulk een voousteil op te nemen. Een manier had ik zelf foegei- pasit: het oogemakkelijkte: „dijt is te overhaast, je moet mij tijd gunmen om er over ma te denken", een antwoord diat ik dein annen Reg gie gegeven had; het was beter geweest dhr. delijk „neen." te zeggen het is zdden een succes wanneer men gedwongen wordt „ja" te zeggen. Maar ik geloof miet ooit vara een huwelijks- aanzoek gedroomdl te hebben1 dat omfvangien werd' iaHs door mij toen ik mij 'tot kapitein Meredith wenddb in de gangen van Les Inva- Want zoiodra Be hed' zeker was van wait hij gezegd had en diat het hemi waartijk ernst was, zag ik hem aan even woediendl alls ik lady Meredith's grijs Perzisch katje zich tot zijn pi gen terrier Straf had ziien keerien. „Wou u met mij1 trouwen?" zei ik terwijl ik nem woedend a'anzag em een1 bramdende golf vam tooxm voeldb O:pkomieni ih' ntijm borst „Denkt u dlajt ik dat soort van meisje bem?" „Soort van meisje?" zei hij met eem veiv- schrifcfe stem, terwijl hij mij laianzag. Nu was het zijm beunt omi de woordem Ite herhalieni „Wat soort vam mfeisje?" „Welhet soort meisje dat u fern huwelijk kunt vragen, madat u haar 3 dagem gezaen had „Ja, maar fcijfc eens aan Het zijm geem gewtoue dagen geweest 'Daar nam) ik geen notitile van. „Ea juist omdat dlit de gemaikkdijfcsite uitweg was, zoo als uW vrouw, ik meeni mevrouw Arthur Har rison, in dien- brief zegt I" Ik wierp een ver- nietigenden blik op eta brief diien hij in de hand had, „U itrouwde met haar onmiddellijk begrijp ik, omdat een amdd" meisje u bedahikt! had Die gedachite aan „een andar nDeiiBje,' gaf Min. Ruys de B. kwam toen op het idee weer een minister voor beide departementen te bemoemen. Voor het zoover kwam was er ook weer een nieuwe periode in het kruisersdrama. De heer van IJssdsteijn, minister van Landbouw enz. kreeg de opdracht deze kruiserzaak in orde te bremgeo. Deze stelde voor de kruisers af te bouwen, niet echter om voor marineHdoeldn- den te dienen. Min. v. IJsselsteijn redeneerde aldus: De kruisers kunnen misschien niet in de vloot gebruikt worden, doch wel zouden ze als volgt gebruikt kunnen worden, Wij hebben er aan besteed 18 millioen gulden. Sloopen wij ze, dan is het geld weg, bouwen wij' za af dan kosten ze nog 18 millioen. Zijn ze dan af, zegt min. v. IJsselsteijn verder, dan kunnen wij ze misschien verlcoopen aan een of andere buitenlandsche mogendheid. Nu behoefde men niet te zeggen: Dan ver- liezen we toch nog 18 millioen, want dan ant- woordde min. van IJsselsteijn: Neen1, want die eerste 18 millioen zijm wij toch kwijt (Ge- lach.) Zoo is, zeide spr. de reda van min. van IJsselsteijn, van alle franje ontdaan. Niemandi van de kamerleden, natuurlijk, die dit geloofde. Ieder begreep wel, dat de kruisers, afgebouwd zijnde, wel degelijk in de vloot zouden wordem opgenomen. Daarna kregen wij! den heer Pop, minister van oorlog en marine, die met zijn vlootplan in de Eerste Kamer kwam enin dit plan paste weer de kruisers. De heer Pop zou deze kruisers gebruikem als de kern van een nieuw vlootplan. Wat het nieuwe materiaal zou zijn, en hoeveel daarvan zou wordem gebouwd, wil de de heer Pop zelf niet beslissen. Dit werd opgedragen aan een nieuwe commissie, de commissie van 1920. En daaraan hebben wij de plannen van deze dagen te dankem. Deze plannen behelzen in't kort hef aan- schaffem van een vloot em steunpunten id de Indischen Archipei. Om dit te verkrijgen heeft men fngesteld een vlootfonds. De vloot zou afgebouwd wor den in zes jaar, doch pas betaald worden in 12 jaar. Het zou dus per jaar tien millioen in Nederland en 10 millioen in indie kosten. Doch dit is niet het geheela plan, maar slechts het halve, zeide spr., en waar de com missie verklaard had dat de ontworpen vloot slechts het uiterste minimum zal brengen, is het duidelijk, dat men aan het halve vlootplan heelemaal niets zal hebben, zoodat die 300 millioen dan zuiver weggesmeten zijn. Komt meni dan later met de andere nelft en wordt dan gezegd, dat de plannen 600 millioen kosten inplaats van 300, dan zal minister Colijn zeggen; dat Is niet zoo, want die eerste 300 millioen zijn toch' weg (Ge- lach.) Spr. zette daarna uiteen, dat men, na 6 jaar lang 20 millioen per jaar betaald te hebben, voor de eerste faelft der vloot, daarna 6 jaar mij nieuwen moed. Philippa hield van hern,'. Hij kon dben wait 'hij wou met Philippa, die doll1 op hem was. Maar ik zou hem eerst pra ties vertellen wat voor soort man hij scheen te zijn. „U u heeft geen hart tegenover vriou- wenU u geeft er niet om hoe u haar ge- voelens kwetst. U is altijd een wreedle flirt ge- weesE Prinsessen zouden u niet zoo vriende- ilijk toefcwhen als u diat niet geiweest was Dit allea kon er eigamlijk niet door, toen het eenmaal was uitgesproken, maar wait ik be- doelide was zoo duidelijk, zoo voelbaar. „Ein tegenover mij is u altijd zoo akelig 'geweest Al dien tijd keek hij ernSt'ig op mij' neer en wilde mij telkens in de rede vallen. Be weerde zijn woordten af en sprak haa'stig door. Den eensiten avond vertelide u miji dat ik een avonturierster was. Ja, ik weet well diat u het niet gezegd hebt. Mamnen idlenken dat ze zhh1 allra mo'gen veroorlOven' als ze maar geien bepaalde dingen zeggen. Als of WooT- den er iets toe dedenstormde ik voort. „U behandbldle mij aills een bedriegster „Ja, maar later „Later drong u er op aan dat ik weiMijk een bedriegster moest wezen! Dale heele da gen moest ik uw oudens laten denken' -diat mijn geheugen terug gekomen was en diat ik nu wist mevrouw George te zijn. O, die heele tijd is vreesdijk geiweest!" ,,'Niet waar!" Dit stemdie hij met overtui- ging toe, hij! „U weet het niet" ging ik voorit. „U kunt het met weten." „0! Etenkt u dan' diat het voor mij een ge- makkelijke tijd geweest is?" vroeg hi} vrij heftig. Hi} lachte korltaf. Torn' zei1 hij: „Het wals honderd millioen maal beroerder voor rnlif dan het ooit voor u faadl kunnen wezen', tne'isje. „Heme!l jaP lang 40 millioen moet betalen, waarna dan slechts de eerste helft betaald is enz. Mr. Oud betoogde daarna dat men onmo- gelijk Indie zal kunnen behouden met de voorgestelde vloot, niettegenstaande de vraag van anti-rev. zijde: moeten wij dan ons IndiS niet behouden? Spr. zette uiteen, dat men geen Waar voor zijn geld krijgt, zooals beweerd wordt. Het geld, dat besteed wordt, blijft in een bodem* loozen put gesmeten. De regeering, die bezuinigen wil, gaat oor log en' marine buiten de bezuinigng stellen. Integendeel bezuinigt men op de ambtenaars- salarissen, op sotiale doeleinden enz. enz. In dezen gaat de heer De Geer absoluut niet vrij uit, meende spr. Ik heb niet mede willen aocn aan den lof, die hem toegezwaaid is en die hem niet toekomt, omdat hij n.l. die vlootwet in 1921 mede heeft onderteekend' zoodat hij slechts in zijn finantieele politick mislukt is. Spr. herinnerde nog aan het indienen van zijn motie tot uitstel der vlootwet. Dit was voor min. van Karnebeelds vertrek naar Ge nua. Deze motie werd, tot groote ontsteltenis van de anti-rev. en chr. hist, kamerleden, die zich door hun r. kath. coalitie-genooten in den steek gelaten zagen, aangenomen. Na een lange uitweiding vervolgde spr.: Men begrijpt dat men de volkswelvaart, door aanneming van de vlootwet een grooten knak toebrengt. Den gulden, die men gaaf wll bewaren, moet men niet alleen gaaf be- waren voor 1924 doch ook voor een verre toekomst. En de vlootwet zal aan die gaaf- heid grooten afbreuk doen. Het moreele element ontbreekt bij deze vlootwet geheel. Die heilloOze wedijver tus schen de volkeren onderling in de bewape- ning is het geweest, die den wereldoorlog heeft gebracht. Die noodlottige poljtiek van ning is het geweest, die den wereldoorlog heeft gebracht. Die noodlottige politiek van het opdrijven is het geweest, die de groote spanning heeft gebracht, een spanning, die ten slotte een uitbarsting brengen moest. Dal is de politiek van voor 1914, die niets dan ellende en nog eens ellende heeft gebracht. En wij weigeren mede te doen aan deze poli tiek, die ons niets anders zal brengen dan een nietswaardige prutsvloot. Er zal besnoeid moeten worden ook daar, waar wij', vrijz.-dem., liever nief besnoeiden, doch wanneer wij de overtui'ging hebben, dat ook de xnilitaire uitgaven zoodanig be snoeid zijn, dat er onmogelijk meer af kan, dan zal hef gemakkelijker vallen ook daar te bezuinigen, waar wij het liever niet deden Een protest tegen de vlootwet is in iederen vonn goed. Het overgroote deel van het Ne derlandsche volk is van deze politiek niet ge* diend. Ik wek U op met ons Vrijz.-Democra- ten te wedijveren tegen deze vlootwet en me de te doen om een betere politiek te scheppen, een politiek, die weigert deze vlootwet tot stand te helpen brengen. (Langdurig ap- plaus.) m De voorzitter verzochf hun, die mr. Ou3 vragen wilden stellen of met hem wilden de< batteeren, zich daarvoor op te willen geven. Speciaal had spr, daaibij1 op't oog den man, die namens het comite voor Christelijke poli tiek pamfletten in de zaal had verspreid vo<5r de vlootwet. Deze kwam aan de bestuurstafel mededee len, dat degene, die deze pamfletten geschre- ven had, vermoedelijk niet in de zaal aanwe- zig zou zijn, zoodat er dus niet nader op werd ingegaan. Een der aanwezigen vroeg, hoe mr. Oud dacht over het teekenen op de lijst van 'de S. D. A. P. voor het volkspetitionnement tegefl de vlootwet. Mr. Oud antwoordde, dat er absoluut geen bezwaar tegen was op deze lijsten te teekenen. (Luid applaus.) Ook de voorzitter legde er den nadruk op, dat hoeveel te meer er geteekend werd, des te beter het was. Ook In de zaal was daartoe de gelegenheld. Spr. sloot hierop de bijeenkomst met veel dank aan mr. Oud. m „U weet het niet" hield ik wl. „U heeft mij niet ef»na bedankt voor ate Wat ik voor u gedaan heb. Zoodra uw ouders vertrokken Maar daar hoeven we nu niet meer over te spreken. En' nu de hede moeilijkheid einde- lijk is opgfll'osti komt u het nog ergar makien. U vraagt mij wanempeli o'f ik to ernst Mevr. Gieorge wil worden" riep' ik met een nieuwen aanval van tan. ,,Eni niet ai^een dat, maar u dienkt dat ik wil.' „Nteenzti' hij en Mj nam zijn voet af van de bank en stood rechfap, met de oogen opge- heven naar de roode lucht: „Ik had niet de brutaliteit te denken dat u wou. Maar ik hoop dat u het wiilit dben." „0" riep ik alweer woedend van veront- waardigiog. „,Het schijnt dat marineo op een andere manier denken dan doienDat is om gek te worden. Ik diraaide wat meer naar hem toe op de bank. „U dacht dat 'ik wel wou" her haalde ik met vuur. „Of h'oopte dat ik kon (dat is het zelfdle!) otadlat u wist dat 'ik geen werk had,toen uw vrouw ik mean het vizi- oen ik meen Mevrouw Harrison mij1 ont- moette. U wist dat ik bureauwerk in de Oty moest zoeken of kto'derjuffrouw worden bij de SutcliffeJSmitths. En u meendte dat ik zou denken„Dilt is 'gemakkelijker-!" U dachit dat ik dit dhs well zou aannemenKijk mij maar niet zoo verbaasd aan Kapitein Meredith" raasde ik door en ik stampte boos met mijn voet op de steenen. „U begdijpt natuurlijk waarom ik zoo woedend ben Zou ieder meisje niet gelijfc hebben zu'lk een' huwel ijks- voewistel als een bdeedi'gihig te beschlouwen1?" Ik verwachitte dat hij bij1 deze woorden ook zou opvliiegen van woede. Ik wachtltle een 00'genbl'ik om die uitbarsting te zien komen. Het antwoord kwam1 met vlugge, zadhte stem. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1923 | | pagina 5